ID.nl logo
Zo kun je programmeren in Python - Deel 2
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Zo kun je programmeren in Python - Deel 2

Na onze eerste kennismaking met Python is het tijd om wat complexere datastructuren te bekijken: lijsten en dictionary’s. We duiken ook in de structuur van strings, zodat je afzonderlijke letters kunt manipuleren. Start je Python-interpreter maar alvast op!

In de vorige les leerde je met drie datatypes in Python werken: int, float en str. Vooral int en float zijn vrij eenvoudige datatypes. Maar in veel programma’s heb je types met meer structuur nodig, we noemen dit ook wel datastructuren. In dit deel leer je met twee belangrijke datastructuren van Python werken.

Lijsten

In veel programma’s werk je niet met één specifiek gegeven, maar met een hele reeks. Een lijst (in Python list) is daarvoor ideaal. Zo maak je bijvoorbeeld een lijst met namen aan:

>>> namen = ['kees', 'jan', 'pieter', 'jan', 'joris', 'rob']>>> len(namen)

6

>>> lege_lijst = []

>>> len(lege_lijst)

0

De functie len, die we uit de vorige les kennen om de lengte van een string terug te geven, werkt ook op een lijst: dan krijg je het aantal elementen in die lijst.

Overigens kan een lijst elementen van verschillende types bevatten, zoals een float, twee strings en een int. Maar vaak heeft een lijst alleen elementen van hetzelfde type.

Functies, parameters en argumenten

Python deelt heel wat functionaliteit op in functies: stukjes code die een specifieke taak uitvoeren, zoals len om de lengte van een lijst of string op te vragen. Een functie kan een parameter hebben: een variabele waarmee de functie werkt en die als waarde het object krijgt dat je aan die functie doorgeeft. Dat object noemen we het argument van de functie. Een functie kan ook meerdere parameters (en dus argumenten) hebben. In deel 6 leer je je eigen functies definiëren en wordt dit allemaal nog veel duidelijker.

Elementen in een lijst

Python kent ook heel wat mogelijkheden om met de elementen in een lijst te werken. Zo vraag je eenvoudig een element uit de lijst op een specifieke positie (ook ‘index’ genoemd) op:

>>> namen[2]'pieter'

Merk op dat de positie in een lijst vanaf 0 begint te tellen: het eerste element is namen[0], het tweede namen[1], het derde namen[2] enzovoort. Je zou dan denken dat je het laatste element moet opvragen met:

>>> namen[len(namen)-1]'rob'

Dat werkt inderdaad, maar Python laat ook een negatieve positie toe, waarmee je vanachter in de lijst begint te tellen. Het laatste element heeft dan positie -1:

>>> namen[-1]'rob'>>> namen[-2]'joris'

Als je goed hebt opgelet, zie je dat de string ‘jan’ twee keer in bovenstaande lijst zit. Dat aantal keren kun je opvragen met de functie count:

>>> namen.count('jan')2>>> namen.count('pieter')1>>> namen.count('koen')0

Je kunt ook de positie van een element in een lijst opvragen:

>>> namen.index('jan')1>>> namen.index('pieter')2>>> namen.index('koen')Traceback (most recent call last):File "<stdin>", line 1, in <module>ValueError: 'koen' is not in list

Zoals je ziet krijg je een foutmelding (ValueError) als het gevraagde element zich niet in de lijst bevindt. Voor een element dat zich meerdere keren in de lijst bevindt, geeft de functie index alleen de eerste positie terug. Maar je kunt ook vragen om vanaf een specifieke positie te zoeken:

>>> namen.index('jan', 2)3

Een lijst veranderen

Als je een lijst hebt aangemaakt, kun je die nog altijd veranderen. In het eenvoudigste geval verander je bijvoorbeeld één element:

>>> namen['kees', 'jan', 'pieter', 'jan', 'joris', 'rob']>>> namen[1] = 'koen'>>> namen['kees', 'koen', 'pieter', 'jan', 'joris', 'rob']

Je kunt een lijst ook omdraaien of sorteren:

>>> namen.reverse()>>> namen['rob', 'joris', 'jan', 'pieter', 'koen', 'kees']>>> namen.sort()>>> namen['jan', 'joris', 'kees', 'koen', 'pieter', 'rob']

Verder kun je ook een element aan het einde van een lijst toevoegen, of op een specifieke positie tussen de andere elementen voegen:

>>> namen['jan', 'joris', 'kees', 'koen', 'pieter', 'rob']>>> namen.append('aniek')>>> namen['jan', 'joris', 'kees', 'koen', 'pieter', 'rob', 'aniek']>>> namen.insert(0, 'lies')>>> namen['lies', 'jan', 'joris', 'kees', 'koen', 'pieter', 'rob', 'aniek']>>> namen.insert(4, 'mireille')>>> namen['lies', 'jan', 'joris', 'kees', 'mireille', 'koen', 'pieter', 'rob', 'aniek']

Je kunt ook bestaande elementen verwijderen. Zo verwijder je met de functie remove(x) het eerste element waarvan de waarde gelijk is aan x:

>>> namen['lies', 'jan', 'joris', 'kees', 'mireille', 'koen', 'pieter', 'rob', 'aniek']>>> namen.remove('pieter')>>> namen['lies', 'jan', 'joris', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob', 'aniek']>>> namen.remove('pieter')Traceback (most recent call last):File "<stdin>", line 1, in <module>ValueError: list.remove(x): x not in list

Zoals je ziet, krijg je een foutmelding als je vraagt om een element te verwijderen dat niet in de lijst zit.

Je kunt ook een element op een gegeven positie verwijderen. Dat doe je met de functie pop:

>>> namen['lies', 'jan', 'joris', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob', 'aniek']>>> namen.pop(2)'joris'>>> namen['lies', 'jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob', 'aniek']

Als je goed hebt opgelet, zie je dat de functie pop niet alleen een element verwijdert, maar op de opdrachtregel ook als waarde het verwijderde element teruggeeft ('joris').

Snijden in een lijst

Python heeft een krachtige manier om een lijst in stukken te snijden: ‘slicing’. Herinner je de notatie [n] voor het n-de element? Met [n:] krijg je de elementen terug vanaf index n, met [:n] de elementen tot index n (niet inbegrepen) en met [m:n] de elementen van index m tot n (die laatste niet inbegrepen). Enkele voorbeelden maken dit duidelijk:

>>> namen = ['lies', 'jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob']>>> namen[1:]['jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob']>>> namen[:4]['lies', 'jan', 'kees', 'mireille']>>> namen[1:4]['jan', 'kees', 'mireille']

Omdat Python begint te tellen vanaf 0 en in de beginpositie van een slice het element zelf meerekent maar in de eindpositie niet, is de notatie van slicing nogal verwarrend. Het helpt daarom om deze posities te beschouwen als de posities van de komma’s in de lijst, te tellen vanaf 1. Alles tussen de komma’s op die posities is dan de gevraagde slice. Neem bijvoorbeeld namen[1:4]. Omdat namen gelijk is aan ['lies', 'jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob'], nemen we alles tussen de eerste en de vierde komma, dus van vóór 'jan' tot ná 'mireille', oftewel ['jan', 'kees', 'mireille'].

Slicing is ook een krachtige manier om een deel van een lijst te veranderen. Zo vervang je eenvoudig voorgaande slice in de lijst door een andere naam:

>>> namen['lies', 'jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob']>>> namen[1:4] = ['bas']>>> namen['lies', 'bas', 'koen', 'rob']

Nog eens strings

In een string krijg je net zoals in een lijst toegang tot het n-de element met de notatie [n]. Zo krijg je met 'aniek'[1] het tweede teken van de string 'aniek', of de letter n. Ook slicing werkt bij een string: 'aniek'[1:4] is gelijk aan nie. Maar let op: in tegenstelling tot een lijst kun je een string niet veranderen. De poging 'aniek'[1:4] = 'r' geeft een foutmelding.

Dictionary’s

In een lijst heeft elk element als index zijn positie, zodat je eenvoudig het element op een specifieke positie kunt opvragen. Een andere datastructuur is de ‘dictionary’, die als index voor zijn elementen een sleutel gebruikt, vaak een string of een getal. Elke sleutel van de dictionary moet uniek zijn, zodat je eenvoudig de waarde die bij een specifieke sleutel hoort kunt opvragen.

Een voorbeeld maakt duidelijk hoe je met een dictionary werkt:

>>> scores = {'lies': 5, 'bas': 2, 'kees': 1, 'aniek': 3}>>> scores['aniek']3>>> scores['bert']Traceback (most recent call last):File "<stdin>", line 1, in <module>KeyError: 'bert'>>> len(scores)4

Op deze manier kun je eenvoudig de score van een persoon opvragen op basis van zijn of haar naam. Je ziet hier ook dat je een foutmelding krijgt als je een element opvraagt met een index die niet in de dictionary bestaat.

Een dictionary kun je net zoals een lijst veranderen. Je kunt de waarde bij een specifieke sleutel veranderen, maar je kunt even eenvoudig een nieuw element toevoegen: ken gewoon een waarde toe aan een nieuwe sleutel. Bijvoorbeeld:

>>> scores{'lies': 5, 'bas': 2, 'kees': 1, 'aniek': 3}>>> scores['lies'] += 1>>> scores{'lies': 6, 'bas': 2, 'kees': 1, 'aniek': 3}>>> scores['bert'] = 1>>> scores{'lies': 6, 'bas': 2, 'kees': 1, 'aniek': 3, 'bert': 1}

Een sleutel en de bijbehorende waarde uit de dictionary verwijderen, doe je met het speciale keyword del:

>>> scores{'lies': 6, 'bas': 2, 'kees': 1, 'aniek': 3, 'bert': 1}>>> del scores['kees']>>> scores{'lies': 6, 'bas': 2, 'aniek': 3, 'bert': 1}

Samenvatting

In dit deel zijn we lang stil blijven staan bij een van de meest gebruikte datastructuren in Python: de lijst. De kennis die je hebt opgedaan over lijsten, kun je voor heel wat andere datatypes in Python hergebruiken. Zo toonden we hoe de notatie voor een index en voor ‘slicing’ hetzelfde is bij een string. Een ander belangrijk datatype dat je in dit deel zag, is de dictionary, waarin je geen positie maar een sleutel als index gebruikt. In het volgende deel verlaten we de interactieve Python-sessies en schrijven we onze eerste programma’s.

Opdracht 1

Je hebt de volgende lijst met namen: >>> namen = ['lies', 'jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob', 'aniek'] Splits deze lijst in zijn laatste element en de rest van de lijst.

Uitwerking opdracht 1

*>>> namen ['lies', 'jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob', 'aniek']

laatste_persoon = namen.pop() namen ['lies', 'jan', 'kees', 'mireille', 'koen', 'rob'] laatste_persoon 'aniek'* Dit is een veel gebruikte toepassing van de functie pop(), die niet alleen het element op een specifieke index verwijdert, maar ook het verwijderde element teruggeeft. Waarschijnlijk heb je deze opdracht opgelost met: laatste_persoon = namen.pop(-1) Maar de -1 is niet nodig: zonder index geeft de functie pop het laatste element terug.

Opdracht 2

Haal uit een string alle tekens behalve het eerste en het laatste.

Uitwerking opdracht 2

*>>> naam = 'aniek'

naam[1:-1] 'nie'* Slicing werkt bij een string exact zoals bij een lijst. Bovendien kunnen we ook gebruikmaken van een negatieve index in slicing: -1 verwijst dan naar het laatste element. Omdat Python begint te tellen vanaf 0 en in de beginpositie van een slice het teken zelf meerekent maar in de eindpositie niet, verwijst de slice [1:-1] dus naar alle tekens in de string behalve het eerste en het laatste.

Cheatsheet

datastructuur: een datatype dat uit elementen bestaat die met elkaar samenhangen. dictionary: een datastructuur waarin je elementen opvraagt aan de hand van een unieke sleutel. index (in een lijst): positie van een element in een lijst, te beginnen vanaf 0. index (in een dictionary): sleutel van een element waarmee het uit een dictionary op te vragen is. lijst: een datastructuur waarin je elementen opvraagt aan de hand van hun positie. slicing: het in stukken snijden van een lijst of string.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.