ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Usb 3.0: sneller dan ooit

De eerste gecertificeerde usb3.0-producten werden getoond op de CES in Las Vegas. Nu is een groot deel daarvan dan ook eindelijk beschikbaar. Tijd om de balans op te maken en met een overzicht te komen. Is usb 3.0 al absoluut noodzakelijk op uw volgende pc of zelfs een upgrade waard?

Er wordt al jaren over gepraat, maar nu zijn usb 3.0-producten eindelijk beschikbaar. En dat werd tijd, want usb 2.0 zag alweer tien jaar terug het levenslicht. Hoewel usb 2.0 ten opzichte van de oorspronkelijke standaard een revolutie was, was het tegelijkertijd een teleurstelling. De doorvoersnelheid ging dan wel omhoog van 11 Mbit/s naar een theoretische 480 Mbit/s, maar de praktijk wijst uit dat in veel gevallen minder dan de helft van deze snelheid daadwerkelijk gehaald wordt. Vaak kan er niet meer dan 20 tot 30 MB/s uit usb 2.0 worden geperst, wat neerkomt op een effectieve snelheid van 240 Mbit/s. Zelfs firewire zet met 400 Mbit/s nog betere resultaten neer. De tegenvallende snelheid is vooral nadelig voor apparaten die sterk afhankelijk zijn van rappe prestaties, zoals externe harde schijven en snel flashgeheugen. Ondanks deze nadelen werd usb 2.0 een gigantisch succes en verdween het snellere firewire, dat later nog met een 800 Mbit/s-uitvoering kwam, langzaam uit de consumentenmarkt. In het professionele circuit wordt firewire nog wel steeds veel gebruikt.

Nu we steeds meer en grotere bestanden gebruiken, bijvoorbeeld via mp3-spelers, foto- en videocamera's, wordt de snelheidslimiet van usb 2.0 een steeds grotere beperking. In 2007 kondigde Intel aan dat de usb 3.0-standaard - genaamd SuperSpeed - voltooid was en dat bedrijven via het USB Implementers Forum konden beginnen met het ontwerpen van nieuwe producten. Nu, drie jaar later, verschijnen de eerste producten op de markt.

Betere techniek

Er is geleerd van de eerdere 'fouten' en tekortkomingen van usb 2.0, waardoor usb 3.0 een veel efficiënter protocol is dan zijn voorganger. De usb 2.0-standaard stuurt alle data via de usb-bus naar alle aangesloten apparaten. Wanneer er meerdere usb-apparaten in gebruik zijn, daalt de beschikbare bandbreedte dus aanzienlijk. Dit omdat alle apparaten de theoretische 480 Mbit/s moeten delen. Usb 3.0 stuurt de data vanaf de host direct naar het ontvangende apparaat, wat natuurlijk veel efficiënter is. Ook gaat de nieuwe standaard veel efficiënter met energie om en verbruikt daardoor minder energie (wat vooral een pluspunt is voor mobiele apparaten).

Dit alles is echter nog niet genoeg om de snelheid aanzienlijk op te krikken, waardoor er ook aan de bekabeling het een en ander veranderd is. Naast twee draden voor niet-SuperSpeed-data (lees: usb 2.0) zijn er vier nieuwe draden voor SuperSpeed-data (usb 3.). De draden zijn bovendien volledig van elkaar afgeschermd. Door de extra draden is de usb-kabel een stuk dikker dan een usb 2.0-kabel. Omdat er meer draden in een usb 3.0-kabel zitten, zijn er ook afwijkende aansluitingen vereist. Deze aansluitingen zijn zo ontworpen, dat er nog steeds compatibiliteit met usb 1.1 en 2.0 is. De vier standaardcontacten zitten dus op dezelfde plek. Aan de bovenzijde zitten echter nog vijf contacten. Aangesloten op een usb-2.0-aansluiting doen die niets, waardoor dan alleen de usb 2.0-kabels functioneren. De usb 3.0-aansluitingen hebben wel corresponderende contacten, waardoor de kabel dan optimaal zal kunnen functioneren.

Omgekeerd geldt hetzelfde: een usb 2.0-kabel kan op een usb 3.0-poort worden gebruikt, maar functioneert dan op de 'oude' snelheid. Om duidelijk het verschil aan te geven zijn usb 3.0-kabels en connectors aan het uiteinde blauw gekleurd in plaats van het gebruikelijke zwart van usb 2.0. De kabel die wordt aangesloten op het usb 3.0-product heeft wel een iets andere aansluiting (type B). Bovenop is een extra uitkeping gemaakt waar de nieuwe contactpunten zitten. Voor mobiele producten is de micro-usb-connector ook aangepast. Deze was simpelweg te klein om de vijf nieuwe contacten toe te voegen. Naast de usb 2.0-connector zit een tweede - marginaal bredere - connector. Deze past dus niet op een usb 2.0-apparaat.

©PXimport

Hoewel usb 3.0-kabels fysiek verschillen van usb 2.0, zijn ze toch in grote mate compatibel.

Snelheid

De maximale theoretische snelheid is 4,8 Gbit/s (oftewel 600 MB/s), al moeten we dat met een flink korreltje zou nemen. De eerste generatie usb 3.0-harde schijven haalt een lees- en schrijfsnelheid van circa 110 en 140 MB/s. Dit is natuurlijk zowel afhankelijk van het usb-protocol als de harde schijf zelf, want schijven die 600 MB/s halen bestaat nog niet. Reken in eerste instantie op een verviervoudiging van de snelheid ten opzichte van usb 2.0. Dat is beduidend minder dan de beloofde 10x, maar winst is winst. Volgens de ontwerpers van de standaard zal 3,2 Gbit - oftewel - 400 MB/s in de praktijk haalbaar zijn. De voor de hand liggende vraag is welke producten gebaat zijn bij de nieuwe usb-standaard. Het antwoord ligt eveneens voor de hand: producten die afhankelijk zijn van snelheid. Denk in eerste instantie vooral aan externe harde schijven, ssd's en snelle usb-sticks. Ook foto- en videocamera's zijn gebaat bij snelheid, al voldoet usb 2.0 daar in veel gevallen nog wel. Maar met de opkomst van HD-video is het slechts een kwestie van tijd voor de eerste producten met usb 3.0-verschijnen. Voor veel andere randapparatuur, denk aan printers, scanners, toetsenborden en muizen ligt de nieuwe standaard niet erg voor de hand omdat deze nauwelijks afhankelijk zijn van snelheid en usb 2.0 of zelfs 1.1 hiervoor ruim voldoende is. Maar wellicht dat er in de toekomst toch redenen zijn om deze uit te rusten met usb 3.0, bijvoorbeeld vanwege het betere energiebeheer, het gemak van universele aansluitingen en nieuwe functionaliteiten die gebaat zijn bij meer snelheid.

Uitbreidingskaarten

Wilt u direct met usb 3.0-producten aan de slag, maar hebt u nog geen pc die voorzien is van usb 3.0, dan kunt u gelukkig ook upgraden. Voor zowel desktops als notebooks zijn er uitbreidingskaarten van diverse fabrikanten beschikbaar. Voor desktops is er een PCI Express x1-insteekkaart die twee nieuwe poorten toevoegt. Hiervoor moet uw moederbord wel een x1 PCIx-sleuf (beschikbaar) hebben. Voor notebooks is er een ExpressCard-versie. Er komen geen PCMCIA-versies (voor oudere notebooks), omdat deze standaard te langzaam is. Zowel de insteekkaart als de ExpressCard zijn te vinden voor minder dan 40 euro. U hoeft dus geen nieuwe pc te kopen om met usb 3.0-producten aan de slag te gaan.

©PXimport

Bestaande pc's (notebooks en desktops) zijn eenvoudig uit te breiden met usb 3.0

Nieuwe pc

Als u toch al van plan was een nieuwe pc te kopen, let er dan vooral op of deze ook over usb 3.0 beschikt. Momenteel betreft het nog maar een beperkt aantal producten, van een aantal fabrikanten waaronder ASUS, HP, Dell en Packard Bell. De nieuwe standaard zit nog niet op oudere modellen die vaak in de aanbiedingsfolders pronken. Omdat het om splinternieuwe producten gaat, is het prijskaartje dus nog relatief hoog. Wel is er een breed aanbod van verschillende soorten pc's, variërend van desktops en notebooks tot en met netbooks. Voor ieder wat wils dus.

©PXimport

Enkele voorbeelden:

• Asus EEE pc 1018P (netbook)

• Asus N61Jq (notebook)

• Dell Precision M6500 (notebook)

• HP Envy 15 (notebook)

• Packard Bell iPower X3.0 (desktop)

Moederborden

Wie zelf graag een systeem bouwt, of laat bouwen bij een computerzaak, kan gelukkig al kiezen uit een redelijk aanbod moederborden met usb 3.0. Onder andere Asrock, Asus, EVGA, Gigabyte en MSI hebben al verschillende borden in het assortiment. In alle gevallen gaat het om een combinatie van reguliere usb 2.0-poorten en nieuwe 3.0-versies, herkenbaar aan de blauwe kleur. De verhouding is vaak zes tegenover twee. Zeker in dit beginstadium is dat ruim voldoende, omdat er nog maar een beperkt aanbod is van randapparatuur die usb 3.0 ondersteunt en deze standaard bovendien bedoeld is voor apparaten die zeer snelle dataoverdracht vereisen. Mochten de twee poorten later onvoldoende blijken, dan is een (usb 3.0-compatibele) usb-hub nog altijd een oplossing.

©PXimport

Enkele voorbeelden:

• Asrock 870/880 Extreme3

• Asus M4A88TD-V EVO

• Asus P7H55D-M EVO

• EVGA Classified SR-2

• Gigabyte GA-890FXA-UD7

• Gigabyte GA-790XT

• Gigabyte H55 (mini-ITX)

• MSI XPower X58

• MSI 870A-GD60

• MSI H55M-ED55 wifi

Externe schijven

De voornaamste producten die profiteren van de hogere snelheid van usb 3.0 zijn externe harde schijven. Zoals gezegd was het prestatieverschil tussen een interne en een externe schijf tot voor kort vrij groot, omdat usb 2.0 simpelweg niet genoeg bandbreedte bood. Mede daardoor werd eSATA(2) een beter alternatief voor usb als het om harde schijven ging. Met usb 3.0 zal dat waarschijnlijk snel weer veranderen. Veel fabrikanten van externe harde schijven, zoals Western Digital, Freecom, Seagate en Buffalo, hebben inmiddels usb 3.0-versies van hun producten aangekondigd. Het wachten is nu nog op betaalbare zelfbouwkits (zoals die van AC Ryan), zodat u zelf een externe schijf kunt samenstellen. Er zijn momenteel zowel 3,5 als 2,5 inch schijven met usb 3.0 beschikbaar.

©PXimport

Enkele voorbeelden:

• Freecom XS 3.0 (1, 1,5, 2 TB)

• Western Digital My Book 3.0 (1, 2 TB)

• Buffalo DriveStation HD-HXU3 (1, 1,5, 2 TB)

• PQI H566 (320, 500, 640 GB - 2,5 inch)

• Seagate BlackArmor PS 110 (500 GB - 2,5 inch)

Sharkoon

Een speciale vermelding is weggelegd voor de Sharkoon Quickport, die nu ook in usb 3.0-uitvoering verkrijgbaar is. Vooral voor de techneuten onder ons is dit product een uitkomst, omdat u hiermee een losse harde schijf snel kunt aansluiten op een pc. Via een usb 3.0-kabel sluit u hem aan op de pc, waarna er simpelweg een losse harde schijf in geklikt kan worden. De Quickport ondersteunt zowel 2,5- als 3,5-inch (sata) harde schijven en kan er zelf twee tegelijkertijd aan. Met een dergelijk product kunt u nieuwe of oude harde schijven heel simpel (her)gebruiken om back-ups te maken, zonder dat u ze in een externe behuizing hoeft te proppen. En dankzij usb 3.0 is de snelheid van de schijf vrijwel net zoals snel als de interne harde schijf.

©PXimport

Voor wie een stapeltje losse harde schijven heeft liggen is de Sharkoon Quickport ideaal. Helemaal nu hij ook beschikbaar is in usb 3.0-uitvoering.

Usb-stick

Een nieuwe usb-standaard vraagt ook op een nieuwe serie usb-sticks. Een gemiddelde usb-stick heeft weinig baat bij usb 3.0, omdat de lees- en schijfsnelheid niet boven de 30 MB/s uitkomt. Maar de nieuwste generatie flashchips kan overweg met lees- en schrijfsnelheden tot en met 170 MB/s en is derhalve alleen effectief in combinatie met usb 3.0. Op dit moment is het aanbod van dergelijke usb-sticks nog heel beperkt. Onder andere A-Data, PQI en SuperTalent hebben dergelijke stickjes aangekondigd, maar voor de rest is het nog wat stil. Volgens SuperTalent biedt hun USB 3.0 Express Drive een lees- en schrijfsnelheid van respectievelijk 125 en 50 MB per seconde, waardoor volgens de fabrikant een bestand van 600 MB in 12 seconden op de stick staat. Er zijn momenteel versies van 16 en 32 GB (met richtprijzen van circa 80 en 130 euro). PQI en A-Data hebben ook al een 64 GB stick aangekondigd.

©PXimport

Enkele voorbeelden:

• A-Data (16, 32, 64 GB)

• Active Media (16, 32 GB)

• PQI (64 GB)

• SuperTalent (16, 32 GB)

Usb-hub

Een nieuwe usb-standaard vereist (helaas) ook nieuwe usb-hubs. Oude hubs kunt u wel gebruiken, maar u verliest dan alle snelheidswinst. Zijn de twee of drie usb 3.0-poorten op uw pc niet genoeg, dan kunt u altijd nog een usb-hub overwegen. Op moment van schrijven hebben we alleen een usb 3.0-hub van Buffalo ontdekt, die weliswaar aangekondigd, maar nog niet te koop is. Gezien het schaarse productaanbod is het ook wel logisch dat we nog niet overspoeld worden met hubs, te meer omdat twee usb 3.0-poorten in de meeste gevallen wel voldoende zijn. Maar de grootverbruiker kan in ieder geval uitkijken naar dit product.

©PXimport

Wie niet genoeg heeft aan twee of drie usb 3.0-poorten kan een usb-hub overwegen. Oude usb 2.0-hubs zijn weliswaar compatibel, maar niet optimaal geschikt.

Kaartlezer

We hebben het hele internet afgespeurd en bij fabrikanten geïnformeerd, maar tot op heden hebben we nog geen usb 3.0-kaartlezer kunnen spotten. Zowel externe als interne kaartlezers zijn momenteel alleen voor de usb 2.0-standaard beschikbaar en een enkeling voor firewire 800. Heel vreemd is dit overigens niet. Vrijwel alle flashkaarten gaan momenteel niet verder dan 30 MB/s, wat de usb 2.0-standaard prima aankan. Alleen CompactFlash-kaarten zijn beduidend sneller (tot 100 MB/s), maar deze worden momenteel alleen gebruikt in professionele camera's die dergelijke snelheidswinst ook echt nodig hebben. Voor deze professionals zijn er dus FireWire 800-kaartlezers, al zullen deze uiteindelijk ook opgevolgd worden door usb 3.0. Overigens staan de nieuwste generatie SD-kaartjes op het punt de snelheidsbarrière van 30 MB's te doorbreken, net zoals hun grotere CompactFlash-broers. Het is dus geen vraag of maar wanneer de eerste usb 3.0-kaartlezers zullen verschijnen.

©PXimport

Helaas hebben we tot op heden nog geen usb 3.0-kaartlezers gespot en moeten we het nog even doen met usb 2.0 - al duurt dat vast niet lang.

▼ Volgende artikel
Review Dreame L50 Pro Ultra – De concurrentie voorbij
© Wesley Akkerman
Huis

Review Dreame L50 Pro Ultra – De concurrentie voorbij

Je kunt er haast vergif op innemen: zodra er een X-model van Dreame op de markt verschijnt, komt er enkele maanden later een L-variant. Deze Dreame L50 Pro Ultra is daar het meest recente bewijs van.

Fantastisch
Conclusie

De L50 maakt eigenlijk net zo goed schoon als zijn duurdere zus en beschikt daarnaast over hetzelfde intrekbare LiDAR-systeem voor de lagere kasten. 1000 of 1300 euro is geen laag bedrag, maar voor dit geld zijn er simpelweg geen betere alternatieven beschikbaar.

Plus- en minpunten
  • Intrekbare camera
  • 19.500 Pa aan zuigkracht
  • Stiller dan ooit
  • Navigeert heel goed
  • Goed vergelijkbaar met X50 Ultra
  • Schoonmaakprestaties
  • Objectherkenning íets minder
  • Heeft meer moeite met drempels dan de X50

Op het moment van schrijven biedt de fabrikant de Dreame L50 Pro Ultra aan met een korting van maar liefst 300 euro. Daarmee betaal je 1000 euro voor een premium robotstofzuiger die aanzienlijk meer te bieden heeft dan je wellicht gewend bent. In de basis is dit een iets aangepaste versie van de Dreame X50 Ultra. De verschillen zitten vooral in het ontbreken van het ProLeap-systeem (waarmee de X50 over hoge drempels kan rijden), in het aantal meegeleverde accessoires en in enkele technische details die je in de praktijk nauwelijks zult merken.

Zo is de zuigkracht iets lager (19.500 in plaats van 20.000 Pa), en verwarmt het basisstation de afneembare dweilpads tot 75 graden in plaats van 80. En hoewel de X50 Ultra obstakels aankan tot 6 centimeter hoog, weet ook de L50 Pro Ultra zich prima te redden met drempels van 2,2 tot 4 centimeter. Dat is niet iets om zomaar overheen te stappen – pun intended. In Nederlandse woningen zijn drempels doorgaans tussen de 1 en 5 centimeter hoog, dus in de meeste gevallen is dit geen enkel probleem.

©Wesley Akkerman

De afweging maken

Over die accessoires gesproken: dat kan wel degelijk een verschil maken. Dreame levert de X50 Ultra met een royaal pakket aan extra’s, waaronder extra borstels, dweilpads, schoonmaakmiddel, filters en stofzakken. Bij de L50 moet je het doen met slechts één set dweilpads, en dat kan onhandig zijn als je ze tussendoor wilt schoonmaken of laten drogen. Je hebt dan namelijk geen reservepaar achter de hand voor een volgende schoonmaakbeurt. Geen ramp, maar toch iets om rekening mee te houden.

Dat past overigens helemaal bij wat Dreame met de L-serie wil neerzetten. Waar de X-serie zich richt op innovatie en nieuwe functies – soms ongeacht de prijs – draait het bij de L-reeks vooral om een scherpe prijs-kwaliteitverhouding. L-modellen krijgen veel van de functies die X-gebruikers waarderen, maar leveren hier en daar wat in. De vraag is vooral of je die verschillen als gebruiker echt mist. Met de bovenstaande vergelijking hopen we je te helpen die afweging te maken. De prijs spreekt in elk geval in het voordeel van de L50.

©Wesley Akkerman

Intrekbaar LiDAR-systeem

De verschillen tussen de X50 en L50 zijn relatief klein. Maar zodra je de voorganger erbij pakt – de L40 – ontstaat er een heel ander beeld. De L-serie heeft namelijk een flinke stap vooruit gezet. Zo maakt de dubbele borstel onderop korte metten met (lange) haren en is de zuigkracht fors toegenomen: van 11.000 naar maar liefst 19.500 Pa. Ook is het stofreservoir een kwart groter geworden (395 tegenover 300 milliliter) en herkent het camerasysteem aanzienlijk meer objecten die de robot kan ontwijken. Er zijn nog wat kleinere verbeteringen, maar die hebben weinig invloed op de dagelijkse ervaring.

Wat betekent ‘Pa’ bij zuigkracht? De afkorting ‘Pa’ staat voor pascal, een eenheid van druk. Bij robotstofzuigers geeft dat aan hoeveel zuigkracht het apparaat kan uitoefenen. Hoe hoger het aantal pascal, hoe krachtiger de stofzuiger vuil en stof uit kieren, tapijten en andere oppervlakken kan trekken. Ter vergelijking: een zuigkracht van 11.000 Pa is al behoorlijk krachtig voor een robotstofzuiger, maar 19.500 Pa betekent een flinke sprong vooruit. In de praktijk merk je dat vooral bij het opzuigen van zwaarder vuil (zoals kattenbakkorrels of kruimels), het grondig reinigen van tapijten en het beter schoonmaken langs plinten en randen. Zeker voor huishoudens met huisdieren of kinderen kan die extra power een groot verschil maken.

Het grootste en meest praktische verschil tussen de Dreame L50 Pro Ultra en de L40 Ultra zit 'm in het camerasysteem. De L50 heeft namelijk hetzelfde intrekbare LiDAR-systeem als de X50 Ultra. Bij veel robotstofzuigers zit bovenop een vaste toren die soms in de weg zit bij lage meubels. Bij de L50 kan die toren zichzelf intrekken en verdwijnt hij volledig in de behuizing, waardoor de robot wél onder lage kasten past. En dat zonder in te leveren op navigatievermogen, want ook met dit systeem weet de L50 prima zijn weg te vinden.

©Wesley Akkerman

De oude, vertrouwde ervaring

De Dreame L50 Pro Ultra biedt verder de vertrouwde ervaring die we van de fabrikant gewend zijn. Vooral het eindresultaat na een schoonmaakronde stemt tevreden: het huis oogt écht schoon. Natuurlijk zijn er altijd plekjes die wat lastiger bereikbaar zijn, maar over het algemeen weet de robot zich prima te manoeuvreren rond obstakels zoals stoelpoten. Dankzij de naar buiten draaiende zijborstel én een van de twee dweilpads kan de robot bovendien een breder oppervlak reinigen dan veel concurrerende modellen.

Ook de objectherkenning is van hoog niveau. De L50 Pro Ultra ontwijkt de meeste obstakels op de vloer zonder moeite. Alleen met plattere objecten, zoals kabels of klein speelgoed (denk aan LEGO) heeft hij soms nog wat moeite. Hij zuigt ze meestal niet op, maar kan ze wel aanraken of iets verschuiven. De X50 doet dat nét iets beter, maar het verschil is niet groot genoeg om de L50 op dit punt echt te bekritiseren. Voor optimale resultaten kun je kleine losse spullen het best even van de grond halen voordat de robot aan de slag gaat.

©Wesley Akkerman

Weinig herrie

Er zijn trouwens nog twee punten waarop de Dreame L50 Pro Ultra niet onderdoet voor de X50 Ultra. Het geluidsniveau is om te beginnen verrassend laag. Natuurlijk hoor je dat er een stofzuiger aan het werk is, maar vergeleken met concurrenten in dit segment – en zelfs daarboven – blijft het geluid aangenaam binnen de perken. Op de hoogste stand tikt hij net geen 70 dB aan, wat goed te doen is. Daardoor kun je de L50 gerust aanzetten terwijl je thuis bent en bijvoorbeeld wat in huis rommelt of een verjaardag voorbereidt. Je bepaalt zelf wanneer hij aan de slag gaat.

Ook qua besturing doet de L50 Pro Ultra niet onder voor zijn duurdere broer. Dreame gebruikt namelijk dezelfde app, met exact dezelfde functies als bij de X50. Tijdens het testen merkten we geen enkel verschil in gebruik. Beide modellen bieden dezelfde schoonmaakopties: je stelt eenvoudig in hoeveel water er wordt gebruikt, hoe groot de draaicirkel moet zijn bij het keren en welke schoonmaakstand je kiest (alleen zuigen, alleen dweilen of beide). De robot herkent automatisch tapijt, en dankzij het slimme basisstation heb je nauwelijks omkijken naar onderhoud: de opvangbak wordt automatisch geleegd en het waterreservoir blijft netjes gevuld.

©Wesley Akkerman

Dreame L50 Pro Ultra kopen?

Wat de L-serie van Dreame zo interessant maakt, is de uitstekende prijs-kwaliteitverhouding. De fabrikant brengt regelmatig een bijzonder competitief model op de markt – zo goed zelfs, dat het rechtstreeks concurreert met zijn eigen duurdere broer. Dat klinkt misschien als een luxeprobleem, maar in de praktijk maakt het de keuze juist een stuk eenvoudiger. In dit geval draait het om het ProLeap-systeem: wil je een robot die moeiteloos over vrijwel elke drempel in huis rijdt? Dan is de X50 het model dat je zoekt!

Ben je echter op zoek naar een premium robotstofzuiger die bijna alle functies van het topmodel overneemt, die iets lagere drempels weet te slechten en vind je het geen probleem om optionele accessoires eventueel los aan te schaffen? Dan is de L50 Pro Ultra de slimmere keuze. Hij maakt net zo goed schoon als de X50, beschikt over hetzelfde handige intrekbare LiDAR-systeem en biedt nagenoeg dezelfde gebruikerservaring. Een prijskaartje van 1000 of 1300 euro is hoe dan ook stevig, maar voor dit geld zijn er simpelweg geen betere alternatieven op de markt.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 airfryers met bijzondere functies
© Grandbrothers - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 airfryers met bijzondere functies

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we daarom binnen een bepaald thema naar zulke deals. Zin in een lekkere maaltijd, maar niet in een vette hap? Dan is een airfryer wellicht iets voor je. De redactie van ID.nl zocht er vijf uit, die bovendien van bijzondere functies zijn voorzien.

Aan een airfryer kun je niets meer verbeteren, horen we je denken. Toch is dat niet zo, want hoewel deze handige apparaten al in menig keuken te vinden zijn, wordt er nog veel doorontwikkeld. Daarom valt de keuze dit keer op airfryers met bijzondere functies die je niet direct op iedere airfryer tegen komt.

Tefal EY905D Easy Fry & Grill Dual 8.3L XXL

Deze Tefal-airfryer heeft twee gescheiden kookzones waarmee je verschillende gerechten tegelijkertijd kunt klaarmaken. Beide zones kunnen apart worden ingesteld qua temperatuur en tijd. Hierdoor kun je gerechten bereiden die niet dezelfde bereidingstijd nodig hebben, maar wel op hetzelfde moment klaar moeten zijn, bijvoorbeeld kip en friet. De inhoud van 8,3 liter is ruim genoeg voor huishoudens van 3 tot 5 personen.

De bediening van deze airfryer is digitaal, met knoppen en een overzichtelijk scherm. Het apparaat heeft verder een timer, instelbare temperatuur tot 200 graden en antiaanbaklaag. Er zijn geen geavanceerde voorgeprogrammeerde standen, maar de basisfuncties zijn voldoende voor alledaags gebruik. De manden zijn uitneembaar en kunnen met de hand of in de vaatwasser worden schoongemaakt. Met de Tefal-app vind je handige gerechten voor deze airfryer.

Inventum GF1200HLD

Dit model van Inventum combineert de functies van een airfryer en heteluchtoven. Het apparaat heeft een inhoud van 12 liter en beschikt over een roterende mand, waarmee je bijvoorbeeld friet automatisch kunt laten draaien voor een gelijkmatig resultaat. Daarnaast zijn ook een grillrek, bakplaat en draaispit meegeleverd, zodat je verschillende bereidingswijzen kunt toepassen. De temperatuur is instelbaar tot 200 graden en de timer tot 90 minuten.

LEES OOK: Airfryer met één of twee lades? Zo kies je slim

De bediening bestaat uit fysieke knoppen met een klein digitaal display. Gebruikers geven aan dat de prestaties stabiel zijn, en dat vooral de draaimand goed werkt bij snacks en aardappelproducten. Er is geen stoomfunctie of slimme aansturing. De buiten- en onderkant worden tijdens gebruik warm, dus plaatsing op een hittebestendig oppervlak is aanbevolen.

Ninja Foodi SP101EU

De Ninja Foodi SP101EU is opvallend in die zin dat het eruit ziet en werkt als een oven, maar toch airfryer-functionaliteit heeft. Het heeft dan ook acht functies: heteluchtfrituren, bakken, braden, grillen, drogen, roosteren, warmhouden en een aparte bagelstand. De oven heeft een vermogen van 2400 watt en verwarmt snel op, met een opwarmtijd van ongeveer 60 seconden. Door de combinatie van zes infrarood verwarmingselementen en luchtcirculatie wordt voedsel gelijkmatig bereid. De temperatuur en bereidingswijze worden digitaal ingesteld via een bedieningspaneel.

Bij de oven worden standaard een bakplaat, een heteluchtfrituurmand en een rooster geleverd. Het apparaat is geschikt voor verschillende soorten gerechten, van ovenschotels tot broodjes en gegrilde groenten. Dankzij het ontwerp en de functies kan de oven ook worden gebruikt als alternatief voor een traditionele heteluchtoven.

Ninja Foodi Dual Zone AF400EUWH

De Ninja Foodi AF400EU beschikt over twee aparte manden van elk 4,75 liter. Dit maakt het mogelijk om twee gerechten tegelijk te bereiden, met verschillende instellingen qua tijd en temperatuur. De zogenaamde 'Match Cook'- en 'Sync Finish'-functies zorgen ervoor dat je gerechten op hetzelfde moment klaar zijn, zelfs als deze andere bereidingstijden hebben. De bediening is volledig digitaal, met zes automatische kookprogramma’s zoals max crisp, air fry, roast en bake.

LEES OOK: Dit zijn de meestgemaakte fouten met airfryers (en zo voormijd je ze)

Je kunt de temperatuur instellen vanaf 40 tot 240 graden Celsius en het maximum vermogen is 2470 Watt. De binnenmanden zijn voorzien van een keramische antiaanbaklaag en kunnen in de vaatwasser. Het apparaat is relatief groot, dus dat is wel iets om rekening mee te houden als de ruimte in je keuken beperkt is. Gebruikers van de AF400EUWH waarderen de stille werking en de mogelijkheid om flexibel te koken zonder tussendoor schoon te maken of het apparaat opnieuw in te stellen.

Princess 1.182068.01.001

Met de Princess 1.182068.01.001 Double Basket Airfryer kun je twee gerechten tegelijk bereiden, dankzij de dubbele mand. Het apparaat staat los op het aanrecht en heeft een zwart ontwerp dat in de meeste keukens past . Je bedient het eenvoudig via het LED-display en de touchknoppen. Er zijn acht programma’s, een timer en je kunt de temperatuur zelf instellen tot 220 °C. De totale inhoud is 8 liter, genoeg voor ongeveer zes porties.

Tijdens het gebruik blijven de handvatten koel, en bij oververhitting schakelt het apparaat zichzelf automatisch uit. De losse onderdelen – inclusief de binnenbakken – mogen gewoon in de vaatwasser. Met een vermogen van 2400 watt warmt de airfryer snel op en bereid je je eten gelijkmatig. Of je nu frietjes bakt of kip grilt, deze airfryer maakt het eenvoudig zonder veel gedoe.