ID.nl logo
Huis

Alles over het verschil tussen ipv4 en ipv6

Het internet is uit lagen opgebouwd. Eén van die lagen is de internetlaag, waar het internetprotocol zijn werk doet om je data van punt A naar punt B te krijgen. Nu maken we grotendeels nog gebruik van internetprotocol versie 4, ooit zal dat alleen versie 6 worden. Wat is precies het verschil tussen ipv4 en ipv6?

Ip staat voor het internetprotocol en bestaat als versie 4 en versie 6. Het ligt op de tweede laag, de internetlaag, van het tcp/ip-protocol en is verantwoordelijk voor het vervoeren van pakketten van de bron naar de bestemming. Dat kan betekenen dat een pakket erg veel netwerken langs moet om zijn eindbestemming te bereiken: ip kiest de beste route.

Versie 6 is de nieuwste versie van het internetprotocol, dat voornamelijk gebouwd is omdat het aantal beschikbare ip-adressen van versie 4 al lange tijd opraken. Dat zag de organisatie achter het internetprotocol overigens al in 1990 aankomen, toen het werk begon aan ipv6. De standaard was klaar in 1998, maar is nog maar zeer beperkt in gebruik.

Ooit zullen alle ipv4-adressen opraken. Wanneer dat gaat gebeuren, dat weet niemand echt precies. De IANA is de organisatie verantwoordelijk voor het toekennen van ip-adressen en eind 2011 werden de laatste ipv4-blokken toegekend aan de betreffende regio’s en daarna verdeeld tussen de isp’s in die regio. In 2011 dachten we dat het eind 2012 al gedaan zou zijn met de ip-adressen. Die voorspelling bleek niet te kloppen. Er is een aantal redenen waarom we nog niet allemaal overgestapt zijn op ipv6.

Isp’s hebben geen reden om echt over te stappen, omdat hun netwerken stabiel zijn. Er gaan wat klanten weg, er komen wat klanten bij, dus je hergebruikt wat adressen en alles gaat z’n gangetje. Daarnaast gaat de overstap erg moeizaam, omdat je pas echt van de voordelen kunt genieten als ook het allerlaatste netwerk over is op versie 6. Niet echt geweldig. Laat staan dat iedereen dan ipv6 aan moet zetten: hardwarefabrikanten, contentproviders, internetproviders en meer, en niemand heeft echt reden om dat te doen.

Sinds 1990

Het werk aan de opvolger van ipv4 begon in 1990 onder naam van IPng, IP next generation, een Star Trek-referentie. Iedereen mocht ideeën voor een nieuw protocol opsturen naar de Internet Engineering Task Force. In eerste instantie was clnp een goede kanshebber om ipv6 te worden, beter bekend als Connectionless-mode Network Protocol. Clnp had een adresruimte van maar liefst 160 bits, waarmee bij wijze van spreken elk watermolecuul in de oceaan zelfs een klein netwerk kon opzetten. Clnp leek erg veel op ipv4, maar het kreeg een slechte naam omdat het van het Open Systems Interconnection model afkomstig was, de tcp/ip-concurrent van de ISO (Internationale Organisatie voor Standaardisatie).

Zoals bekend verloor het osi-model het van tcp/ip, dat ontwikkeld was door de Amerikaanse Defensie. Clnp had als nadeel dat het niet efficiënt multimedia kon verwerken. Het uiteindelijk gekozen protocol is sipp, dat staat voor Simple Internet Protocol Plus, en aanzienlijk verschilt van ipv4. Sipp behoudt de goede functies van ipv4 en is compatibel met veel internetprotocollen, zoals tcp, udp, dns, icmp, waar alleen kleine aanpassingen aan hoeven te worden gemaakt om het te laten werken met ipv6.

Het werk aan de opvolger van ipv4 begon reeds in 1990

-

Het opvallendste voordeel van ipv6 is dus de grote adressering. Met de 128bit-adressen (16 bytes) van ipv6 is de kans klein dat de adressen ooit opraken, aangezien daarmee ruim 340 sextiljoen adressen mogelijk zijn (dat is een getal met 36 nullen), in tegenstelling tot de 32-bitadressen van ipv4. Andere voordelen zijn kleinere routing-tabellen, een eenvoudiger protocol, betere veiligheid en dat altijd hetzelfde ipv6-adres behouden kan worden.

Elk ip-pakket bevat een header met allerlei informatie over waar het pakket heen moet, waar het vandaan komt en wat erin zit. Ipv6 verkleint die header naar zeven velde (in tegenstelling tot de dertien in ipv4), maar de totale header is wel groter geworden wat betreft het aantal bytes dat erin zit: 20 bytes in ipv4 tegenover 40 bytes in ipv6.

Ipv6-header

De header van ipv6 bevat de volgende zeven velden: de eerste is het versieveld, voor ipv6 is dat uiteraard een 6, voor ipv4 een 4. Daarna komt het veld Traffic Class, waarin informatie ligt opgeslagen over hoe snel het pakket afgeleverd moet worden. De eerste zes bits van dat veld worden gebruikt voor de zogenoemde differentiated services, de andere twee voor congestion control, maar die items worden samen Traffic Class genoemd. Het veld Flow-label geeft de mogelijkheid om een groep pakketten met dezelfde eisen te labelen.

Het internetprotocol is een zogenoemd stateless protocol, maar met het Flow-label kan toch een ‘state’ gebruikt worden. Het Payload length-veld geeft aan hoeveel data er in het pakket zit. In elk ipv6-pakket passen 65.535 bytes, 20 bytes meer dan ipv4. In het Next header-veld is ruimte voor extra headers, zoals extra opties. Zijn die er niet, dan geeft dit veld aan of het gaat om udp- of tcp-verkeer. Daarna volgt het Hop limit-veld, dat aangeeft hoe lang het pakket in leven blijft, zoals hoe vaak het mag ‘hoppen’ voordat het gedropt wordt.

De laatste twee velden zijn het Source Address-veld (het ip-adres van de verzender) en het Destination Address-veld (het ip-adres van de ontvanger). Beide adressen bestaan dus uit 16 bytes. Oorspronkelijk bevatte ipv6 adressen van 8 bytes lang, maar dat vond de Internet Engineering Task Force (de organisatie achter internetstandaarden) te weinig, dus werden het 16 bytes.

Ipv6 bevat overigens niet alle functies en headervelden van ipv4. Zo mist er een veld voor Security, Quality of Service, automatische configuratie en internetroutering. Het Time to Live-veld van ipv4 heet in versie 6 het Hop Limit-veld, zoals eerder besproken.

Ipv4 = 4.294.967.296 adressen, Ipv6 = 340.282.366.920.938.000.000.000.000.000.000.000.000 adressen

-

Een voordeel van ipv6 is dat ipsec onderdeel is gemaakt van het protocol. Met ipsec kan elk pakketje versleuteld worden voor veilige communicatie tussen apparaten. Dat ipsec onderdeel is van ipv6 betekent niet dat standaard alle communicatie is versleuteld, maar dat er minder overhead nodig is om ipsec te gebruiken in vergelijking met versie 4.

Het is natuurlijk ook gewoon mogelijk om ipsec te gebruiken over ipv4. Ondersteuning voor ipsec in ipv6 is toegevoegd via het Next Header-veld. Daarin kan de authenticatieheader gebruikt worden. Die zorgt voor de integriteit van de rest van de headers van ipv6. De Encapsulating Security Payload in het Next Header-veld bevat de daadwerkelijk versleutelde data van het pakket.

©PXimport

De nieuwe ipv6-adressen zijn een stuk langer in vergelijking met v4. Daarom worden deze adressen met een nieuwe notatie opgeschreven. Ze worden in groepen van acht in hexadecimale notatie opgeschreven, gescheiden met dubbele punten tussen elke groep. Bijvoorbeeld: 2a02:a450:7af3:0000:99e8:0000:0000:feb0.

Heel erg veel adressen zullen één of meer groepen met alleen maar nullen bevatten. Die mogen worden ingekort door ze niet weer te geven, zodat het adres er dan bijvoorbeeld als volgt uitziet: 2a02:a450:7af3::99e8:::feb0.

Waar in ipv4 bepaalde adressen gereserveerd zijn voor lokaal gebruik, namelijk 192.168.x.x, 172.16.x.x en 10.0.x.x, beginnen lokale ipv6-adressen altijd met fe80. Een multicast-adres begint met ff0x met x tussen 1 en 8.

NAT verleden tijd

Dankzij nat hebben we de ‘ipcalypse’ ontweken, voor nu, omdat niet elk apparaat een uniek ip-adres hoeft te krijgen. Dat is vooral handig voor bijvoorbeeld het internet of things, dat een explosie aan apparaten zal veroorzaken. Met ipv6 gaat dat veranderen en gaat nat de deur uit, want het is niet meer nodig. Elk apparaat krijgt een uniek adres met ip-versie 6.

Geen gedoe dus meer in je router om de poorten van Plex of je server door te sturen. Nat is niet meer nodig, omdat er simpelweg genoeg adressen zijn om aan alle netwerkapparaten uit te delen. Hoewel nat in een aantal gevallen frustrerend kan zijn, had het wel als impliciet voordeel dat het voor betere veiligheid zorgde (zie kader ‘Hoe werkt nat?’). Wat de veiligheidsproblemen gaan zijn zonder nat, is lastig te zeggen.

Ipv6-privacy

Er is een aantal privacyzorgen als gevolg van ipv6. Elk apparaat krijgt namelijk een uniek adres, waardoor nat niet meer nodig is. Dat betekent dat als jij straks een website bezoekt, dan ziet deze niet langer je externe ip-adres, maar direct het adres van je eigen apparaat. Ip-adressen waren al persoonsgegevens, zo oordeelde het CBP. Met ipv6 wordt het erger: je ip-adres wordt afgeleid van het mac-adres van het apparaat dat je gebruikt. Het wordt een soort ‘supercookie’. Dat betekent dat apparaten door netwerken gevolgd kunnen worden, want je krijgt dan steeds een grotendeels identiek ip-adres toegekend.

Met een paar eenvoudige stappen kun je van het ipv6-adres het mac-adres van een apparaat herleiden. Er is een oplossing: privacy addressing, dat het mac-adres verbergt met adressen die regelmatig veranderen. Dat is echter niet zo handig voor netwerkbeheerders, omdat ip-adressen dan onvoorspelbaar worden, wat het opsporen van fouten en beheer lastig maakt. Er is een nieuwe standaard: Semantically Opaque Interface Identifiers, die zorgen dat netwerkadressen uniek zijn per netwerk, zodat je op hetzelfde netwerk wel steeds hetzelfde adres hebt, maar het compleet verschilt op een ander adres.

©PXimport

De toekomst

Providers kunnen op twee manieren overstappen op ipv6: DS-Lite of Native Dual-Stack. Met DS-Lite heb je thuis een openbaar ipv6-adres, maar een privé-ipv4-adres dat is uitgedeeld door de provider. Het netwerk van de provider is ipv6. De modem verpakt ipv4-pakketten in ipv6 en verstuurt ze zoals normaal. Deze pakketten komen dan bij de nat van de provider terecht die het ipv4-pakket uit het ipv6-pakket haalt en het naar het ipv4-internet stuurt. Het nadeel van DS Lite is dat je niet meer op ipv4 portforwarding kunt instellen, want de nat zit dan bij de provider. Met de Native Dual-Stack krijg je zowel een openbaar ipv4- als ipv6-adres en houd je wel de volledige controle.

Bij KPN is de ipv6-uitrol al enige tijd gestart. Met een Experia Box v9 of v10 is de kans groot dat je een ipv6-adres hebt toegewezen gekregen. Bij Ziggo wordt de firmware nog getest voor veel modems. In juni zocht Ziggo nog bètatesters voor ipv6 en op het moment van schrijven is het bij 11 procent van de klanten uitgerold. Andere providers zijn er ook mee bezig, maar daar gaat het ook niet echt hard.

Je kunt zelf testen of je klaar bent voor ipv6 met deze website. Google houdt bovendien het aandeel bij van internetverkeer over ipv6 op deze pagina. De groei van ipv6-ondersteuning neemt langzaam toe. Was dat in 2009 nog rond de 0 procent, in 2014 was het gegroeid naar twee procent en nu zitten we rond de twintig procent. In Nederland lopen we wat achter: op dit moment pas 10 procent ondersteuning. In België bereikte het ipv6-verkeer in juni al 50,01 procent. Er is dus nog een lange weg te gaan.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 vriezers met een grote inhoud van minstens 100 liter
© andov
Huis

Waar voor je geld: 5 vriezers met een grote inhoud van minstens 100 liter

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we daarom binnen een bepaald thema naar zulke deals. Met een aparte vriezer kun je extra veel eten invriezen en voor langere tijd bewaren. Wij zochten vier vrijstaande vriezers voor je met een inhoud van minstens 100 liter.

Bij een koelkast is het vriesvak meestal beperkt van formaat. Kies je voor een losse vriezer, dan heb je veel meer ruimte. Modellen met meer dan 100 liter zijn geen uitzondering. Wij hebben vijf stuks voor je gevonden met flink wat ruimte.

Whirlpool W55ZM 112 W 2 N

De Whirlpool heeft een netto inhoud van 103 liter. Met een hoogte van 83,8 cm is het apparaat geschikt voor plaatsing onder een aanrechtblad. De vriezer beschikt over twee transparante lades en een vriesvak met klep. De draairichting van de deur is omkeerbaar, waardoor de vriezer flexibel te plaatsen is. De W55ZM heeft een invriescapaciteit van 4,5 kg per 24 uur en een bewaartijd bij stroomuitval van 16 uur. De vriezer behoort tot klimaatklasse SN-T, wat betekent dat hij goed functioneert bij omgevingstemperaturen tussen +10°C en +43°C, maar niet geschikt is voor onverwarmde ruimtes als een schuur of garage. Gezien het formaat is hij ook eerder geschikt voor plaatsing in de keuken.

Jaarlijks energieverbruik: 170 kWh
Netto inhoud: 103 liter
Bewaartijd bij stroomuitval:
16 uur
Geschikt voor schuur of garage
: Nee

Bosch GSN29VLEP 

Deze vrieskast heeft een royale inhoud van 200 liter en is afgewerkt in een roestvrijstalen look, waardoor hij er strak uitziet in elke keuken. Binnenin vind je vier handige, doorzichtige vrieslades, waaronder een extra ruime BigBox-lade voor grotere producten zoals pizza's of diepvriesgroenten. Dankzij de Supervriezen-functie worden nieuwe etenswaren snel ingevroren. Bij een eventuele stroomuitval hoef je je geen zorgen te maken: de vriezer houdt je producten tot wel 25 uur op de juiste temperatuur.

Jaarlijks energieverbruik: 221 kWh
Netto inhoud: 200 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 25 uur
Geschikt voor schuur of garage: Nee

Inventum VR1420

De Inventum VR1420 is een vrijstaande vrieskast met een netto inhoud van 160 liter. Hij beschikt over drie transparante lades en twee vriesvakken met kleppen. De draairichting van de deur is omkeerbaar, waardoor de vriezer flexibel te plaatsen is. Met een invriesvermogen van 7,2 kg per 24 uur en een bewaartijd bij stroomuitval van 9 uur biedt de VR1420 betrouwbare prestaties. Het geluidsniveau bedraagt 42 dB, wat als normaal wordt beschouwd voor dit type apparaat. De vriezer is geschikt voor plaatsing in ruimtes met temperaturen tot -10°C, zoals een garage. Het energielabel van de VR1420 is E, met een jaarlijks energieverbruik van 235 kWh.

Jaarlijks energieverbruik: 235 kWh
Netto inhoud: 160 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 9 uur
Geschikt voor schuur of garage: Ja

Beko RFNE448E45W

Deze Beko heeft een netto inhoud van maar liefst 404 liter. Met een hoogte van 192 cm, een breedte van 70 cm en een diepte van 77 cm biedt deze vriezer dus ruime opslagmogelijkheden. Het apparaat heeft acht transparante vrieslades, waaronder een ruime lade voor het opslaan van grotere producten. De draairichting van de deur kan aangepast worden aan de plaatsingsruimte. Bij stroomuitval blijft de temperatuur tot 30 uur op een veilig niveau. Deze vriezer is echter niet geschikt voor de schuur of garage. Wel heeft deze vriezer een iets zuiniger energielabel dan de meeste apparaten die hier besproken zijn, namelijk D.

Jaarlijks energieverbruik: 233 kWh
Netto inhoud: 404 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 30 uur
Geschikt voor schuur of garage: Nee

AEG OAG7M281EX

De AEG OAG7M281EX is een vrijstaande vrieskast uit de 7000-serie met een netto inhoud van 278 liter. Dankzij de NoFrost-technologie hoef je nooit meer handmatig te ontdooien. De MultiFlow-luchtcirculatie zorgt voor een stabiele temperatuur en luchtvochtigheid in de hele vriezer, wat de kwaliteit van je voedsel beschermt. De vriezer is uitgerust met vijf transparante lades en twee uitneembare glazen legplanken, wat flexibiliteit biedt bij het opbergen van grotere items. Dankzij de elektronische bediening met LED-indicatie kun je de temperatuur en andere instellingen precies regelen. De invriescapaciteit bedraagt 13 kilogram per 24 uur, ruim voldoende om ook na een grote boodschappenronde alles snel in te vriezen.

Jaarlijks energieverbruik: 248 kWh
Netto inhoud: 278 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 15 uur
Geschikt voor schuur of garage: Nee

▼ Volgende artikel
Review JBL Tour One M3 – Zeer complete hoofdtelefoon
© Rens Blom
Huis

Review JBL Tour One M3 – Zeer complete hoofdtelefoon

De JBL Tour One M3 is een over-ear-hoofdtelefoon met ANC-modus, waarin hij zoveel mogelijk omgevingsgeluiden minimaliseert om jou rustig te laten luisteren naar muziek of een podcast. JBL voorziet de hoofdtelefoon van nog veel meer functies. In deze review lees je onze ervaringen met de JBL Tour One M3 na drie weken intensief gebruik.

Uitstekend
Conclusie

De JBL Tour One M3 biedt premium draagcomfort, een uitstekende accuduur en krachtig geluid in een strak jasje. De ANC-modus werkt effectief, maar moet verschillende andere hoofdtelefoons voor zich dulden. Tot slot de Smart Tx: een slim ontworpen gadget waar de een veel plezier aan gaat beleven, en waar een ander geen behoefte aan heeft. Goed dat JBL de Tour One M3 met en zonder Smart Tx aanbiedt, voor een prijs vanaf 350 euro. Een stevige prijs, maar een gerechtvaardigde prijs naar onze mening.

Plus- en minpunten
  • Prettig, vouwbaar ontwerp
  • Geluidskwaliteit
  • Veel functies
  • Optionele Smart Tx-gadget kan echt nuttig zijn
  • ANC-modus is goed maar moet sommige concurrenten voor zich dulden

JBL heeft voor velen een wat stoerder imago, onder andere door de focus op krachtige luidsprekers en oordopjes en marketing gericht op een jongere doelgroep. Daar horen ook speciale hoofdtelefoons bij. De Tour One M3 is wat dat betreft een minder typisch JBL-product, want deze luxe hoofdtelefoon past qua adviesprijs (350 euro), uitstraling en functies meer bij mensen die in alle rust willen genieten. Bijvoorbeeld in de trein of in het vliegtuig. Ja, de Tour One M3 is zeker interessant voor (zaken)reizigers. Een domein waar traditioneel vooral Bose en Sony sterk in zijn.

Ontwerp en draagcomfort

De JBL Tour One M3 oogt zakelijk in zijn blauwe (getest), zwarte of zandachtige kleur en valt prettig over onze oren heen. De hoofdband is zacht en irriteert niet na een paar uur luisteren. We krijgen dan wel wat warme oren. Je kunt de bluetooth-hoofdtelefoon opvouwen. De knoppen op de schelpen voor de bediening vergen wat gewenning om op de tast te vinden, maar werken naar behoren.

©Rens Blom

Ook de meegeleverde opbergdoos is strak, sterk gebouwd en geeft een premium gevoel. In de doos zitten genoeg kabels om de hoofdtelefoon bekabeld te gebruiken, ook in het vliegtuig. Een usb-c-oplaadkabel is uiteraard ook aanwezig.

©Rens Blom

Geluidskwaliteit en ANC-modus

Heel belangrijk aan een dure hoofdtelefoon is de geluidskwaliteit. We vallen met de deur in huis: die is heel goed bij de JBL Tour One M3. De hoofdtelefoon klinkt krachtig, duidelijk en best ruimtelijk. Altijd knap aangezien de oorschelpen over je oren heen vallen en het geluid dus heel duidelijk je oren in gaat.

Wat we ook fijn vinden is dat JBL geen extra nadruk legt op de bas, iets dat het merk wel doet bij producten die meer op jongeren gericht zijn. Podcasts klinken ook lekker realistisch.

We zijn ook fan van de uitgebreide equalizer in de JBL Headphones-app die je op je smartphone kunt installeren. Wie raad weet met een equalizer, kan lekker pingelen in de app om de geluidskwaliteit van de Tour One M3 meer naar eigen hand te zetten.

©Rens Blom

De app van JBL biedt heel veel functies.

De ANC-modus is effectief in het onderdrukken van omgevingsgeluiden, vooral repetitieve geluiden als vliegtuigmotoren (wanneer we in het vliegtuig zitten) of voorbijrazende auto's (als we op circa dertig meter van een drukkere weg wandelen). We merken echter ook dat de Sonos Ace en Sony WH-1000XM5 nog beter zijn in het minimaliseren van niet-repetitieve geluiden, zoals luid pratende mensen achter je in het vliegtuig, joelende kinderen in de trein of knisperende verpakkingen in een kantoortuin. Met de JBL Tour One M3 op horen we dergelijke geluiden meer dan met de twee andere genoemde hoofdtelefoons. Voor onze volgende langere vlieg- en treinreizen kiezen we daarom liever voor een van die andere modellen. Niet omdat de accuduur van de Tour One M3 tegenvalt – die is ruim voldoende – maar vanwege de demping van omgevingsgeluid.

©Rens Blom

Accuduur

Over die accuduur gesproken: de Tour One M3 gaat zeker 35 uur mee bij het luisteren naar muziek met de ANC-modus aan. Zonder ANC komen daar nog tientallen uren bij. Opladen doet de hoofdtelefoon snel via zijn usb-c-poort. Vijf minuten opladen is goed voor ruim drie uur muziek luisteren.

Smart Tx is interessante gadget

Dan nog even over de Smart Tx, het kleine rechthoekige apparaatje dat werkt met de hoofdtelefoon. De Smart Tx heeft een accu die in de praktijk meerdere werkdagen meegaat, of langer als je de hoofdtelefoon minder vaak gebruikt. Op het aanraakgevoelige schermpje van de gadget zie je nuttige informatie over het gebruik van de hoofdtelefoon en je muziek. Je kunt ook allerlei instellingen veranderen. Met deze gadget binnen handbereik hoef je de JBL-app op je smartphone eigenlijk niet te openen.

©Rens Blom

Maar de gadget kan – gelukkig – meer. Je kunt 'm namelijk bekabeld via usb aansluiten op vele typen audiobronnen, van een computer en televisie tot het inflight-entertainmentsysteem in het vliegtuig. Na het koppelen en aanzetten van de Smart TX maakt deze automatisch verbinding met je Tour One M3 en stuurt het geluid draadloos door. Zo kun je dus een film kijken op het vliegtuigschermpje zonder dat je per ongeluk de kabel uit je hoofdtelefoon trekt als je je dekentje lekker warm om je benen vouwt.

©Rens Blom

Ook noemenswaardig is dat de Smart Tx ondersteuning biedt voor Auracast, een relatief nieuwe bluetooth-functionaliteit waarmee je geluid van één apparaat kunt streamen naar meerdere ondersteunde hoofdtelefoons, oordopjes en luidsprekers. JBL zet al langer in op Auracast, wat de Smart Tx-gadget extra nuttig maakt voor wie al andere moderne JBL-producten gebruikt.

Spreken de functies van de Smart Tx je niet aan? Je kunt de Tour One M3 los kopen voor een adviesprijs van 349 euro of in combinatie met de Smart Tx voor 399 euro. Fijn dat JBL je niet verplicht laat betalen voor een gadget die je misschien niet hoeft.

©Rens Blom

Conclusie: JBL Tour One M3 kopen?

De JBL Tour One M3 biedt premium draagcomfort, een uitstekende accuduur en krachtig geluid in een strak jasje. De ANC-modus werkt effectief, maar moet verschillende andere hoofdtelefoons voor zich dulden. Tot slot de Smart Tx: een slim ontworpen gadget waar de een veel plezier aan gaat beleven, en waar een ander geen behoefte aan heeft. Goed dat JBL de Tour One M3 met en zonder Smart Tx aanbiedt, voor een prijs vanaf 350 euro. Een stevige prijs, maar een gerechtvaardigde prijs naar onze mening.