ID.nl logo
In gesprek over Home Assistant: Slim huis zonder overbodige cloud
© PXimport
Zekerheid & gemak

In gesprek over Home Assistant: Slim huis zonder overbodige cloud

Wil je de controle over je huishoudelijke apparaten niet zomaar overdragen aan Big Tech? Home Assistant houdt je data zoveel mogelijk uit de cloud en fungeert als tolk tussen bijna 1800 verschillende apparaten en ecosystemen. We spraken de makers er achter.

Veel slimme apparaten werken door een koppeling met de cloud, in beheer bij de aanbieder van het product. Doordat deze bedrijven jouw huishoudelijke mededelingen in hun eigen cloud afhandelen, zwiep je een schat aan persoonlijke data het internet op. God weet wat Big Tech er vervolgens mee doet. Je zou dan ook kunnen uitwijken naar een opensource-thuisautomatiseringssysteem als Home Assistant. 

Dat heeft als uitgangspunt om gebruikersdata zoveel mogelijk uit de cloud te houden. Tegelijkertijd fungeert het als tolk tussen bijna 1800 verschillende apparaten en ecosystemen. Daardoor ontstaat een keur aan gebruiksmogelijkheden.

Geschiedenis van Home Assistant

De eerste regels Home Assistant-code werden in september 2013 geschreven door Paulus Schoutsen, ook wel bekend als Balloob. Hij was na een studie bedrijfsinformatica aan de TU Twente naar Californië verhuisd om er stage te lopen bij het San Diego Supercomputer Center. 

“Ik woonde in een studentenhuis en kocht ik een paar Philips Hue-lampen.” Paulus schreef een klein scriptje in Python, om ervoor te zorgen dat de lampen bij zonsondergang automatisch aangingen. “Zo kwamen er steeds meer nieuwe functionaliteiten bij.”

In oktober 2013 zette Paulus zijn code op GitHub. Ook begon hij in het home automation forum van Reddit voorzichtig reclame te maken. “Als mensen daar vroegen hoe ze het moesten aanpakken, dan zei ik: met Home Assistant heb ik het zo opgelost. Zo ontdekten steeds meer mensen dat je met Home Assistant elegantere oplossingen kon vinden dan met off-the-shelf-producten.” 

Toen Paulus eind 2013 met Material Design een strakke interface bouwde, haalde Home Assistant zelfs de voorpagina van Hacker News. Dat betekende een doorbraak. Hij werkte intussen aan het opbouwen van een hechte opensource-gemeenschap. Laagdrempelige online communicatie was daarbij extreem belangrijk, zo realiseerde hij zich. 

©PXimport

“Ontwikkelaars vinden het soms lastig om bijvoorbeeld onderhoudsissues aan te kaarten, uit angst dat het misschien aan hen ligt.” Dus zette hij een mailinglijst op, een chatgroep en een forum. Toen op een dag iemand anders dan Paulus antwoord gaf op een gebruikersvraag, voelde dat als een mijlpaal.

Levendige gemeenschap

Jaarlijks sleutelen inmiddels meer dan achtduizend ontwikkelaars in samenspraak aan nieuwe features. Die samenwerking zorgt regelmatig voor een trein aan leuke nieuwe ideeën. Een voorbeeldje. In september vorig jaar werd de iOS app voor Home Assistant overgezet naar MacOS – door ontwikkelaar Zac West uit San Francisco, in zijn vrije tijd. Dat zag er niet alleen fraaier uit dan een bedieningspaneel in de browser, maar Zac maakte van de gelegenheid gebruik om wat extra functionaliteit in te bouwen. 

De Home Assistant Companion for macOS kan voortaan ook enkele Mac-statusdata doorgeven. Sindsdien kun je vanuit Home Assistant bijvoorbeeld signaleren of de camera of microfoon actief is, de batterij van je MacBook bijna leeg is, of de computer in slaap is gevallen. Deze ‘binary_sensors’ kun je als trigger gebruiken voor handige automatiseringen. 

©PXimport

Franck – alias Frenck – Nijhof gaf van zo’n automatisering in een introductievideo meteen een mooi voorbeeld: hij liet zien hoe, wanneer de camera op zijn Mac aanging, automatisch een ledpaneel aanfloepte boven zijn scherm, zodat hij er bij videocalls automatisch goed belicht bij zat. In de opmerkingen onder de introductieblog werd volop gefilosofeerd over andere gebruiksmogelijkheden.

Zo zou je via Home Assistant ook volledig geautomatiseerd een waarschuwingslicht boven de deur van je kamer kunnen laten aangaan – een beetje zoals een lampje bij een opnamestudio – op hetzelfde moment dat je videocall start.

Autodiscovery

Home Assistant is van oorsprong vooral populair in kringen van ontwikkelaars en fanatieke home automation-hobbyisten, die met alle liefde al hun vrije tijd opofferen voor het tweaken van hun systemen en het delen van hun ervaringen op online fora.

Toch was oprichter Paulus zich al in een vroeg stadium bewust van het belang van gebruiksgemak. Al enkele maanden nadat hij in 2013 de eerste regels Pythoncode schreef, voegde hij een ‘Autodiscovery’ feature toe. Daardoor scant Home Assistant meteen na installatie het netwerk op slimme apparaten en configureert die op verzoek om samen te werken met Home Assistant. 

Ook de ontwikkeling van een besturingssysteem door de Zwitser Pascal Vizeli in 2017 betekende een doorbraak. Vanaf toen konden gebruikers dankzij Home Assistant OS een Raspberry Pi in een paar stappen omtoveren tot een huisserver.

Home Assistant-blueprints

Omdat het voor veel ‘gewone’ gebruikers een stap te ver gaat om een image naar een microSD-kaartje te uploaden en vervolgens een Raspberry Pi te configureren, presenteerde Home Assistant in december 2020 het eerste hardwareproject. Home Assistant Blue is een strak gelakte blauw aluminium home automation hub, die van gebruikers alleen vraagt om de stroom- en internetkabel aan te sluiten.

 Nadat ze Blue aanzetten en Autodiscovery zijn werk heeft gedaan, kunnen ze de status van hun slimme apparaten in een dashboard zien en bedienen vanaf hun telefoon of computer. Daarnaast kunnen gebruikers ‘Blueprints’ importeren en configureren. Daarmee kunnen ze ervoor zorgen dat in reactie op bepaalde triggers (er komt iemand thuis) en onder omstandigheden (de zon is onder) bepaalde acties worden uitgevoerd (de thermostaat gaat omhoog en de lichten gaan aan).

©PXimport

Omdat Home Assistant bleef groeien, en het modereren van die gezamenlijke ontwikkelexplosie inmiddels meer dan een dagtaak was, richtte Paulus in 2018 samen met Pascal een bedrijf op: Nabu Casa. Dat telt inmiddels acht medewerkers over de hele wereld, onder wie Franck. Een andere Nederlandse (front-end-)ontwikkelaar is Bram Kragten. 

Om het bedrijf levensvatbaar te maken zochten Paulus en Pascal naar een inkomstenmodel. Het was daarbij voor hen uit den boze om Home Assistant gebundeld te verkopen als softwarepakket. Daarom besloten de oprichters tot het ontwikkelen van een nieuw product: de Home Assistant Cloud. Voor vijf dollar per maand hebben gebruikers met de Home Assistant Cloud ook op afstand toegang ertoe. 

©PXimport

Franck: “Gebruikers kunnen dat ook al zelf regelen, maar dat vereist aardig wat technische kennis en vaardigheid.” Nu verzorgt de Home Assistant Cloud dit hele proces op een veilige en privacyvriendelijke manier. Zo worden datapakketjes tussen app en hub versleuteld verzonden, gedurende de volledige route. Met een abonnement op de Home Assistant Cloud ondersteunen gebruikers bovendien het achterliggende opensource-project.

De Home Assistant Cloud maakt het ook mogelijk om apparaten alsnog te koppelen aan Google Assistant en Amazon Alexa, zodat die via spraak bedienbaar worden en opduiken in de bijbehorende apps. Dat betekent dan wel dat Big Tech alsnog mee kan kijken en luisteren in je huis. Ideaal is dat natuurlijk niet. Paulus ziet wel hoopgevende tendensen, zoals de ontwikkeling van een open standaard die is gebaseerd op het internetprotocol (IP). 

Met Connected Home over IP (CHIP) kunnen slimme apparaten, mobiele apps en clouddiensten als het goed is in de toekomst eenvoudiger met elkaar communiceren. Ook krijgen consumenten dan minder te maken krijgen met incompatibele producten. In de projectgroep voor CHIP zitten grote namen als Amazon, Apple, Google, de Zigbee Alliance, IKEA, NXP Semiconductors en Samsung.

Meer lokale API’s onder druk van consumenten

Tegelijkertijd probeert het team van Nabu Casa ervoor te zorgen dat het consumentenbewustzijn groeit over de manier waarop producenten van slimme apparaten hun geld verdienen. “Als je een wifi-lamp koopt voor 8 euro, dan kun je er zeker van zijn dat ofwel jouw gebruiksgegevens online verkocht worden aan de hoogste bieder, of dat die lamp over een paar jaar niet meer ondersteund wordt.” 

Ook stimuleert Home Assistant gebruikers om bij fabrikanten aan te dringen op lokale ondersteuning. Dat ondervond bijvoorbeeld TP-Link. Tot november 2020 werkten hun slimme schakelaars lokaal. In november 2020 rolde TP-Link een firmware-update uit die deze mogelijkheid uitzette, omdat die onveilig zou zijn.

“Gebruikers werden gedwongen hun schakelaars voortaan te bedienen vanuit de TP-Link-cloud, terwijl ze juist bewust voor dit merk gekozen hadden vanwege de lokale integratiemogelijkheden.” Een week en veel boze reacties later, bood TP-Link gebruikers de mogelijkheid om de firmware-update terug te draaien.

Om consumenten te helpen bij het selecteren van apparaten met een lokale API, toont de website van Home Assistant inmiddels van elk apparaat duidelijk hoe deze een verbinding legt met Home Assistant. “Het zou mooi zijn als gebruikers dat aspect meer mee gaan laten wegen bij de aanschaf van slimme apparaten. Hun stem en hun aankoopgedrag kunnen ervoor zorgen dat meer bedrijven gaan inzien dat het belangrijk is om lokale connectiviteit voor hun apparaten te ondersteunen.”

Zelf proberen

Op de Home Assistant website vind je uitgebreide documentatie over de installatie en configuratie van Home Assistant en over het automatiseren van je huis met dit platform. Ook bevat de website een eenvoudig doorzoekbare database van apparaten en platformen waarmee Home Assistant kan worden geïntegreerd, lokaal en/of in de cloud. Dat zijn er momenteel bijna 1800. 

Nabu Casa werd in 2018 opgericht door Home Assistant-oprichter Paulus Schoutsen en Pascal Vizeli, de maker van Home Assistant OS. Binnen Nabu Casa werken zij samen met acht medewerkers aan een Home Assistant Cloud, een privacyvriendelijk cloudalternatief. Daarnaast is Nabu Casa de hoofdsponsor van opensourceproject Home Assistant. 

Op Reddit delen gebruikers regelmatig interessante toepassingen van Home Assistant. En door ‘Blueprints’ te importeren en te configureren, kun je er relatief eenvoudig voor zorgen dat de apparaten in je huis samen gaan werken om jouw leven gemakkelijker of leuker te maken. 

©PXimport

In het volgende voorbeeld willen we graag onze IKEA-afstandsbediening voor slimme lampen aansluiten op Home Assistant, zodat we kunnen bepalen wat er met de lichten gebeurt als we de knoppen van deze afstandsbediening indrukken. 

Om te onderzoeken of er al Blueprints bestaan voor deze afstandsbediening, gaan we naar het forum op https://community.home-assistant.io en klikken op Blueprints Exchange. Er verschijnt een doorzoekbare pagina met alle beschikbare Blueprints. In het zoekvenster rechtsboven vullen we de naam in van de IKEA-afstandsbediening (Trådfri). We kunnen kiezen uit een aantal verschillende Blueprints.

We selecteren deCONZ - IKEA five button remote for lights. Nu verschijnt er een beschrijving van de Blueprint. We zien dat de Blueprint is gedeeld door Bram Kragten. Omdat hij zo vriendelijk is geweest om dit YAML-script als Blueprint beschikbaar te maken, hoeven we zelf geen code meer te schrijven.

Hij vertel op deze pagina exact wat de Blueprint doet. Ook gunt hij ons een kijkje op de achterliggende code. Als ons bevalt wat we lezen, klikken we op de lichtblauwe knop Import Blueprint en daarna op Open Link. Daarna drukken we in het pop-up-venster op Bekijk Blueprint en vervolgens op Blueprint importeren.

De Blueprint is nu toegevoegd aan het Blueprint overzichtsscherm in onze eigen Home Assistant-installatie. Om de blueprint te gebruiken, klikken we op Automatisering maken. De automation-editor verschijnt. Daarin valt te lezen dat de middelste knop al voorgeprogrammeerd is (aan-uitknop), net als de bovenste en onderste knop (dimmen). We kunnen wel zelf bepalen wat er moet gebeuren bij het kort of lang indrukken van de rechter- en linkerknop. Daarvoor hoeven we alleen maar te klikken op Add Action.

Nu weet je dat een slim huishouden ook mogelijk is zonder alles van jezelf bloot te geven aan grote techbedrijven. Welke projecten had je zelf in gedachten?

Tekst: Jolein de Rooij

▼ Volgende artikel
Review Xiaomi Pad 7 Pro – Voor een brede doelgroep
© Wesley Akkerman
Huis

Review Xiaomi Pad 7 Pro – Voor een brede doelgroep

De Xiaomi Pad 7 Pro is een krachtige en capabele Android-tablet met een prijskaartje vanaf 489 euro. Daar krijg je het model met 8 GB werkgeheugen en 256 GB opslagruimte voor; als je 589 euro betaalt, dan krijg je respectievelijk 12 en 512 GB.

Goed
Conclusie

Het gebrek aan echt unieke AI-functies zal veel mensen een zorg zijn. Als je niets met dat soort functies hebt, dan kan het juist goed zijn om te investeren in de Xiaomi Pad 7 Pro. Andere redenen daarvoor zijn de krachtige processor, de prima accuduur en het sobere doch strakke ontwerp. Het scherm zou beter kunnen, maar als je binnen blijft, hoeven er geen problemen te zijn. Het updatebeleid is overigens wel echt ondermaats. Dat is het grootste struikelblok momenteel: voor de rest is dit een prima tablet voor een brede doelgroep.

Plus- en minpunten
  • Goede processor
  • Redelijke batterijduur
  • Doeltreffend display
  • Snel opladen
  • Fijn formaat
  • Weinig AI-functies
  • Lcd-scherm laat te wensen over
  • Prijzige accessoires
  • Weinig AI-functies
  • Sober ontwerp

Wat je van de Xiaomi Pad 7 Pro mag verwachten, hangt sterk af van wat je ermee wilt doen. Gebruik je 'm vooral om te streamen, scrollen of wat licht werk te verrichten, dan zit je met het basismodel goed. Maar wil je de tablet echt als werkmachine gebruiken? Dan loont het om zo’n honderd euro extra te investeren in accessoires zoals het toetsenbord en de stylus.

Beide zijn nog niet officieel op de Nederlandse Xiaomi-site verschenen, maar de prijzen lijken rond de 80 euro voor het toetsenbord en 70 euro voor de stylus te liggen. Niet goedkoop, maar vergelijkbaar met accessoires voor concurrerende modellen zoals de OnePlus Pad 2.

Er lijken overigens twee toetsenbordvarianten te bestaan: eentje met touchpad en eentje zonder. Wij testten de versie zonder touchpad. Daarmee kun je prima typen, maar de bediening verloopt dan verder via het touchscreen, de stylus of eventueel een externe muis via de usb-c-aansluiting.

Gebruik op schoot is verrassend prettig: het geheel voelt stabiel aan en kantelt niet naar achteren. Ook op tafel of aan een bureau kun je er comfortabel mee werken. Het toetsenbord voegt daarmee echt iets toe – zeker als je de tablet regelmatig productief inzet.

©Wesley Akkerman

Krachtig en courant

De Xiaomi Pad 7 Pro draait op de Qualcomm Snapdragon 8s Gen 3 – een iets lichtere variant van de high-end chip uit 2023 en sinds begin 2024 op de markt. Deze processor levert ruim voldoende kracht voor dagelijkse taken, browsen, tekstverwerken en zelfs de meeste Android-games. Voor zwaardere toepassingen zoals videobewerking is het nét niet de ideale keuze, maar met de juiste apps is het zeker mogelijk. Wel belangrijk om te weten: bij intensief gebruik wordt het apparaat behoorlijk warm.

Het ontwerp is strak, functioneel en onopvallend. Je zou het zakelijk kunnen noemen, al mist het net dat beetje flair waarmee andere merken zich weten te onderscheiden. Op één detail na: de aansluiting voor de toetsenbordhoes zit in een hoek van het toestel, in plaats van in de rand – zoals je bij concurrenten als Samsung, Lenovo of OnePlus vaak ziet. Dat oogt wat minder elegant, al kijk je er zelf zelden tegenaan. Verder doet het ontwerp gewoon wat het moet doen, zonder veel poespas.

©Wesley Akkerman

Goed genoeg voor binnenshuis

Met zijn 11,2 inch lcd-scherm zit de Xiaomi Pad 7 Pro precies op de grens tussen handzaam en serieus werkbaar. Hij is compact genoeg voor op schoot of voor een relaxte sessie op de bank. Het scherm biedt een scherpe resolutie van 3200 bij 2136 pixels, wat zorgt voor een prettige kijkervaring bij films, series en games. De kleuren zijn oké, maar missen wat levendigheid en contrast. Ook de helderheid is niet overweldigend, maar ruim voldoende zolang je binnen blijft. Positieve noot: de verversingssnelheid van 144 Hz maakt het scrollen en gamen heerlijk soepel, en dankzij de 3:2-verhouding heb je lekker veel ruimte om te lezen, typen of multitasken.

Onder de motorkap vind je een accu van 8850 mAh. Dat is niet uitzonderlijk voor een tablet van dit formaat, maar voldoende om een dag door te komen – mits je je bezighoudt met lichte taken zoals tekstverwerken of fotobewerking. Opladen gaat gelukkig razendsnel: met 67 watt zit je in een half uur op zo'n 60 procent, en na een uurtje is de batterij weer vol. Ideaal als je snel nog wat extra sap nodig hebt voor onderweg of een werksessie.

©Wesley Akkerman

Coole software, maar…

De Xiaomi Pad 7 Pro draait op Android 15, met daaroverheen HyperOS – Xiaomi's eigen softwareschil, die je ook terugziet op toestellen als de Xiaomi 15 Ultra. Het systeem is vooral gericht op naadloze samenwerking tussen Xiaomi-apparaten. Heb je bijvoorbeeld ook een Xiaomi-telefoon, dan kun je eenvoudig meldingen synchroniseren, het klembord delen, apps heen en weer gebruiken en zelfs de camera's van beide apparaten combineren voor een extra camerahoek tijdens het livestreamen.

Qua gebruikservaring biedt HyperOS op de tablet wat je inmiddels mag verwachten. Je kunt werken met meerdere vensters (tot vier tegelijk), onderaan staat een dock met veelgebruikte apps, en multitasking verloopt soepel. Allemaal prima, maar niet bijzonder.

Wat wel opvalt: de softwareondersteuning is aan de magere kant. De Pad 7 Pro krijgt slechts twee Android-upgrades en drie jaar beveiligingsupdates. Voor een Pro-model is dat ronduit karig – zeker aangezien het reguliere model vier Android-versies en zes jaar beveiligingspatches krijgt. Ook staan er standaard enkele Xiaomi-apps op die je misschien niet direct nodig hebt, al is dat inmiddels bij vrijwel elk Android-merk gangbaar.

©Wesley Akkerman

Beperkingen in AI en kleine ergernissen

Op het gebied van AI-mogelijkheden stelt de Xiaomi Pad 7 Pro enigszins teleur. Je kunt aan de slag met Google Gemini en Circle to Search, wat basisfunctionaliteit biedt, maar daar houdt het grotendeels op. Voor andere AI-functies binnen Xiaomi's eigen apps ben je aangewezen op plug-ins die alleen werken als je ook een Xiaomi-account hebt. Fotobewerking werkt redelijk, al gaat het – net als bij de Xiaomi 15 Ultra – niet altijd vlekkeloos. Zo zie je soms duidelijk sporen van een opvulfunctie, en ondersteuning voor Nederlandse taal ontbreekt volledig.

Ook zijn er wat kleinere details die in de praktijk kunnen storen. Het hoesje dat wij meekregen blokkeert deels de vingerafdrukscanner, waardoor je je vinger schuin moet houden om goed contact te maken. Het uit de behuizing stekende camera-eiland zorgt er bovendien voor dat de tablet wiebelt wanneer je hem plat op tafel legt. En met een gewicht van 500 gram is hij niet bijzonder zwaar, maar bij langdurig gebruik – zeker op schoot of als je hem gewoon vasthoudt – voel je het gewicht wel degelijk.

©Wesley Akkerman

Xiaomi Pad 7 Pro kopen?

Het gebrek aan echt unieke AI-functies zal veel mensen een zorg zijn. Als je niets met dat soort functies hebt, dan kan het juist goed zijn om te investeren in de Xiaomi Pad 7 Pro. Andere redenen daarvoor zijn de krachtige processor, de prima accuduur en het sobere doch strakke ontwerp. Het scherm zou beter kunnen, maar als je binnen blijft, hoeven er geen problemen te zijn. Het updatebeleid is overigens wel echt ondermaats. Dat is het grootste struikelblok momenteel: voor de rest is dit een prima tablet voor een brede doelgroep.

▼ Volgende artikel
Nieuwe wasdroger? Lees hier of je een condens- of een warmtepompdroger moet hebben!
© stenkovlad
Huis

Nieuwe wasdroger? Lees hier of je een condens- of een warmtepompdroger moet hebben!

Sta jij ook weleens 's ochtends in een mand vol klamme kleding te graaien, op zoek naar iets dat nét droog genoeg is om aan te kunnen? Dan is het hoog tijd voor een droger die wél met je meewerkt. Maar waar kies je voor: een condensdroger of een warmtepompdroger? Of toch die ouderwetse luchtafvoerdroger? We leggen je uit wat de verschillen zijn, zodat jij straks nooit meer hoeft te gokken of je sokken al droog zijn.

Toe aan een nieuwe droger, maar weet je niet zo goed waar je het moet zoeken? Wij helpen je een handje! In dit artikel lees je:

  • De belangrijkste verschillen tussen een condensdroger, luchtafvoerdroger en warmtepompdroger
  • Welke soort droger het snelst je was droogt
  • Waar je op moet letten bij beperkte ruimte
  • Welke droger het meest energiezuinig en duurzaam is
  • Handige tips om de juiste keuze te maken

Ook interessant: Waar voor je geld: 5 energiezuinige warmtepompdrogers

De belangrijkste verschillen op een rij

Er zijn grofweg drie soorten wasdrogers, elk met hun eigen gebruiksgemak en eigenaardigheden:

💨 De luchtafvoerdroger is een echte no-nonsense machine. Hij blaast warme lucht door je kleding en voert de vochtige lucht naar buiten af via een slang. Simpel, snel en effectief. Maar let op: je moet wel een raam of gat in de muur hebben waar die slang doorheen kan. Niet bepaald ideaal in een strak appartement.

💧 De condensdroger is wat flexibeler: hij vangt het vocht uit je was op in een waterreservoir of voert het af via een afvoerslangetje. Geen gedoe met buitenlucht, dus hij past overal. Verwacht wel iets meer droogtijd dan bij de luchtafvoerdroger.

De warmtepompdroger is de energiebesparende kampioen. Hij hergebruikt de warme lucht, waardoor je stroomverbruik flink daalt. Wel even geduld hebben, want deze droger neemt de tijd – maar dat doet hij met beleid én liefde voor je energierekening.

Snel, maar niet meer van deze tijd: de luchtafvoerdroger

Heb jij geen zin om uren te wachten tot je was eindelijk droog is? Dan klinkt de luchtafvoerdroger als een droom: snel, doeltreffend en niet al te duur in aanschaf. De vochtige lucht wordt direct naar buiten geblazen, dus jouw handdoeken liggen in no-time weer fris en droog in de kast. Ideaal voor drukke huishoudens of ongeduldige types die niet van half werk houden.

Maar… er zit een addertje onder het wasrek. Deze drogers zijn tegenwoordig lastig te vinden – en dat is niet voor niets. Ze slurpen namelijk energie en zijn allesbehalve zuinig. Heb je er nog eentje thuis staan? Dan is het misschien tijd om te overwegen over te stappen op een nieuwer, duurzamer model. Je portemonnee (en het milieu) zullen je dankbaar zijn.

©alexlmx

Compact en flexibel: de condensdroger

Weinig ruimte, maar toch geen zin in rondslingerende wasrekken? Dan is de condensdroger jouw redder in nood. Omdat hij het vocht opvangt in een reservoir, hoef je geen afvoerslang naar buiten te leggen. Stekker in het stopcontact en draaien maar, of je nu in een studio woont of in een kast van een huis.

Qua prijs en verbruik zit de condensdroger mooi in het midden. Iets duurder dan de ouderwetse luchtafvoerdroger, maar een stuk vriendelijker voor je energierekening. En hoewel hij je was niet razendsnel droogt, doet hij dat wel netjes, betrouwbaar en zonder ingewikkeld gedoe met installaties of verbouwingen.

Slim, zuinig en toekomstproof: de warmtepompdroger

Wil je je was drogen zónder dat je energiemeter op tilt slaat? Dan zit je goed met een warmtepompdroger. Deze slimme droogtechnologie hergebruikt warme lucht, waardoor je wasmachinevriend net zo efficiënt werkt als een moderne chef met restjes: weinig verspilling, groots resultaat. Het energieverbruik is opvallend laag en dat zie je terug op je energierekening.

Ja, de aanschafprijs ligt wat hoger. Maar daar staat tegenover dat je jarenlang vooruit kunt met deze duurzame krachtpatser. Hij werkt rustiger, slijt minder snel en heeft vaak allerlei handige programma's om je kleding in topvorm te houden.

En dan hebben we het nog niet eens gehad over de planeet. Warmtepompdrogers zijn veruit de meest milieuvriendelijke optie van de drie. Minder CO₂-uitstoot, minder verspilling, meer gemoedsrust. Goed voor je portemonnee én voor de wereld van morgen.

Ook interessant: Het ideale vulgewicht voor jouw wasmachine

🔌 Wat scheelt dat nou, zo'n warmtepompdroger?

Heel wat, blijkt als je naar het stroomverbruik kijkt. Een condensdroger gebruikt gemiddeld zo'n 4 kWh per beurt, terwijl een warmtepompdroger genoeg heeft aan ongeveer 1,5 kWh. Dat scheelt dus al snel meer dan de helft. Reken je even mee? Bij 150 droogbeurten per jaar bespaar je met een warmtepompdroger zo'n 150 tot 200 euro aan stroomkosten. Dat is serieus geld — en dan hebben we het nog niet eens over de besparing op CO₂-uitstoot. Dus ja, hij droogt wat langzamer, maar je portemonnee (en het klimaat) varen er wel bij.

Succes met je beslissing!

Zoals je ziet, heeft elk type droger zo z'n eigen voordelen. Het is dus vooral een kwestie van goed afwegen wat voor jou de beste keuze is. Is je budget wat krapper en heb je niet al te veel ruimte thuis? Dan is een condensdroger waarschijnlijk de beste keuze voor jou. Als je voor duurzaamheid gaat, dan is de warmtepompdroger jouw vriend. Met deze handige tips kun jij in ieder geval een weloverwogen beslissing nemen over de aanschaf van je nieuwe droger. Veel succes en geniet van je sneldrogende was!