ID.nl logo
Zo kies je het beste alarmsysteem
© parilov
Zekerheid & gemak

Zo kies je het beste alarmsysteem

Als je voor je eigen huis op zoek bent naar een alarmsysteem, dan is er eigenlijk één belangrijke vraag die je moet stellen: wat wil je ermee bereiken? Daar geeft alarmsystemenspecialist Paul van Weelden antwoord op – en hij geeft nog veel meer tips!

Na het lezen van dit artikel ben je veel beter voorbereid op de aanschaf van een alarmsysteem voor in huis. We hebben een interview met een specialist die antwoord geeft op de volgende vragen:

  • Wat is een alarmsysteem en wat kun je ermee (en vooral: wat zou je ermee moeten kunnen)?
  • Welke eisen moet je aan je alarmsysteem stellen?
  • Wat kost een professioneel alarmsysteem?
  • Ook interessant: Alles over smarthome-beveiliging

We spreken met Paul van Weelden, specialist inbraakbeveiliging bij P-Works. Hij stelt dat je het fenomeen alarmsystemen moet opdelen in twee categorieën: de wat eenvoudiger signaleringssystemen en de échte alarmsystemen die aan allerlei voorwaarden moeten voldoen. Daarbij doelen we vooral op vereisten vanuit een verzekeringsmaatschappij. Op basis van de waarde die je wilt verzekeren kijkt zo'n maatschappij naar de manier waarop je jouw huis beveiligt. Bovendien vereist de verzekeraar dat de installatie volledig door een erkend installateur wordt gedaan.

De risicoklasse-indeling van een alarmsysteem

Je verzekeraar kan dit soort dingen van je verlangen op het moment dat je de verzekering afsluit of aanpast (wanneer je bijvoorbeeld een collectie aanvult met waardevolle objecten). De verzekeringsmaatschappij draagt immers het risico van jouw gekoesterde spullen. “Jij hebt die spulletjes thuis liggen, maar iemand gooit heel makkelijk een steen door een ruit, pakt de spullen en gaat weg”, zegt Van Weelden. “Vervolgens zeg jij tegen de verzekeraar: mag ik even vangen?” Daarom eist zo’n bedrijf een zogenaamde risicoklasse: hoe groot is de waarde?

VRKI: Wat is dat? De te verzekeren waarden en welke beveiliging je dan nodig hebt, dat zijn zaken die zijn vastgelegd in de VRKI (Verbeterde RisicoKlasse Indeling). Deze VRKI is onderdeel van de zogeheten BORG-beveiliging: dit document behandelt de onderdelen binnen de VRKI. Aan het alarmsysteem en de componenten die moeten worden gebruikt, zijn allerlei eisen gesteld. Ook het meest eenvoudige alarmsysteem heeft eisen qua projectie (hoe en waar moeten welke onderdelen worden geplaatst) en apparatuur (manipuleerbaarheid, hoeveelheid frequenties, dataoverdrachtssnelheid, protocollen et cetera).

Van Weelden legt uit dat er vier niveaus zijn. “Bij een woning is het anders dan bij een bedrijf. Bij een risicoklasse-indeling kijken ze naar hoe groot de waarde is, waar de spullen staan en hoe gemakkelijk de spullen mee te nemen zijn. En aan de andere kant: hoe kunnen we dat tegengaan?” Zodra een inbreker binnen is en ontdekt dat het alarmsysteem is geactiveerd, dan heeft die een paar minuten de tijd om weg te komen. In die paar minuten kan die inbreker wellicht snel nog iets meenemen, waardoor je op zo’n moment alsnog (een hoop) spullen van waarde kunt verliezen.

Bedraad of draadloos alarmsysteem?

Alarmsystemen zelf zijn trouwens ook weer onder te verdelen in twee categorieën: draadloos en bedraad. Je keuze voor een bepaalde variant is onder meer afhankelijk van je risicoanalyse en het huis waarin je woont. Tot risicoklasse 2 (bij woningen) is draadloos mogelijk; dat is fijn voor mensen met een wat ouder huis. Dan hoeven ze geen gaten in muren te boren, draden te trekken of plastic gootjes te plaatsen. Maar heb je te veel spullen van waarde in huis staan, dan moet je daar toch echt aan geloven. Vanaf risicoklasse 3 dien je voor een alarmsysteem mét draad te kiezen.

Dat heeft dan weer onder meer te maken met het idee dat inbrekers speciale zenders kunnen gebruiken om draadloze signalen te verstoren. Als inbrekers dergelijke apparaten gebruiken, werken de signalen van je alarmsysteem niet meer. Aangezien draadloze alarmsystemen uit meerdere onderdelen bestaan, is het funest als de verbinding wegvalt. Ze kunnen dan misschien nog wel bewegingen waarnemen als je niet thuis bent, maar het signaal is niet langer in staat de hoofdunit van het systeem te bereiken. En dan kan het alarm dus niet worden geactiveerd.

Watch on YouTube

Jeroen van ID.nl spreekt met Paul van Weelden, specialist inbraakbeveiliging bij P-Works.

Verschillende onderdelen van een alarmsysteem

Een alarmsysteem heeft altijd een basisunit; die vormt het centrum van het systeem. Hier komen alle waarnemingen van de verschillende sensoren die in huis staan of hangen samen. De basisunit staat meestal in de meterkast. Deze unit draait op speciale software die alles in de gaten houdt en heeft vaak ook poorten voor koppeling met andere apparaten (zoals een router). De betere systemen hebben een ingebouwde back-upmodule, voor zowel de accu als de internetverbinding. In sommige gevallen kun je een simkaart plaatsen, zodat de verbinding actief blijft wanneer de router uitvalt of opnieuw opstart.

Verder heeft het pakket een bedieningspaneel, waarmee je het systeem in- en uitschakelt. Uiteraard zijn er ook verschillende sensoren voor bijvoorbeeld deuren en ramen. Die meten dan wanneer een deur of raam opengaat en geven een signaal af wanneer dat gebeurt. Gebeurt dat op het moment dat het alarm actief is, dan gaat het systeem dus af (tenzij je het bedieningspaneel gebruikt om de boel uit te schakelen). Ook hierbij speelt de risicoklasse een rol: afhankelijk van die klasse is het misschien verplicht meerdere ramen en deuren van sensoren te voorzien.

Let op de sirenes! Alarmsystemen bieden vaak ook sirenes aan voor binnen en buiten. De binnensirenes plaats je vaak in de meterkast en de buitensirenes … nou ja, die plaats je buiten. Maar let op: volgens de meeste plaatselijke verordeningen is het niet toegestaan zo’n buitensirene te installeren. Dat om te voorkomen dat heel de buurt wordt opgeschrikt van het geluid als je een keer niet in staat bent het systeem uit te schakelen. Geloof ons: 100 decibel is een hoop lawaai, zeker voor een lange periode.

Wat kost een goed alarmsysteem?

Maar wat kost zo’n door een monteur geïnstalleerd alarmsysteem nou eigenlijk? Dat is afhankelijk van een aantal factoren. Denk dan voornamelijk aan het klassesysteem en de eisen die daaraan hangen. De waarde van de verzekering, de hoeveelheid ruimtes – noem maar op. Wat kunnen we rekenen voor een gemiddeld huis? “Ik denk dat een gemiddeld huis tussen de twee- en drieduizend euro kwijt is”, berekent Van Weelden. “Dan heb je een goede beveiliging, met een goed systeem dat door een installateur geïnstalleerd is.”

Dan zit je nog met een volgend punt. In veel (draadloze) sensoren zitten kleine batterijen of accu’s. Die moet je dus geregeld vervangen of op z’n minst laten nakijken. Meestal één keer per jaar, en anders eens per twee jaar. Wat dat kost, ligt aan je systeem en wederom je risicoklasse. “Je moet dan denken aan honderd euro tot een paar honderd euro per jaar”, zegt Van Weelden. Onderhoud is belangrijk, want een goed alarmsysteem gaat tien tot vijftien jaar mee. De kwaliteit van de kunststof buitenkant neemt langzaam af, maar intern hoeft er dan niets aan de hand te zijn.

Is een goedkoop alarmsysteem per se slecht?

Dat kan dus flink in de papieren lopen, waardoor die wat goedkopere setjes aantrekkelijker lijken. Die sets, door Van Weelden dus signaleringssystemen genoemd, voldoen vaak niet aan de eisen van een verzekeraar en kunnen dus ook niet als volwaardige alarmsystemen worden gebruikt, al werken ze misschien wel op die manier. Maar zonder erkenning van de verzekering heb je er helaas vrij weinig aan. Tenminste, voor je waardevolle spullen die onder die verzekering vallen dan. Je kunt zo’n systeem natuurlijk gewoon aanschaffen en gebruiken wanneer je dat wilt.

Zelf een alarmsysteem installeren?

Dat kan natuurlijk ook, er is keuze genoeg!

Maar dat doe je dan vooral omdat je het leuk vindt om daarmee bezig te zijn. En dan nog moet je over een hoop zaken nadenken. Hoe bedien je zo’n systeem, met een app of een paneel? Is het systeem betrouwbaar? Wat voor sensoren wil je gebruiken? En waar plaats je die sensoren? Hoe zit het met je huisdieren of kinderen die bewegen wanneer je slaapt of op je werk bent? Hoe zit het met de stroomtoevoer of internetback-up? Het zijn allemaal zaken die professionele installateurs uit handen kunnen nemen. Maar als je hier voldoening uit kunt halen en je verzekering geen eisen stelt, dan kan het natuurlijk geen kwaad.

▼ Volgende artikel
Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie
© Versuni
Huis

Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie

Philips introduceert de Baristina Plus Stainless Steel, een semi-automatische koffiemachine met een roestvrijstalen design en iced coffee-functie. Dit derde apparaat in de Baristina-lijn combineert een robuuste uitstraling met veel gebruiksgemak. Kan er echt niks verkeerd gaan? ID.nl testte het uit.

Uitstekend
Conclusie

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie: die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

Plus- en minpunten
  • Stijlvolle uitstraling
  • Gebruiksgemak
  • Meerdere opties voor volume/type koffie
  • Geen handleiding meegeleverd
  • Gevoelig voor vingerafdrukken
  • Prijzig

Ontwerp & specificaties

De Baristina Plus Stainless Steel is een matte, zilverkleurige koffiemachine waarmee je espresso, lungo en cold brew kunt maken van je eigen gewenste soort koffiebonen. In het apparaat zit een grinder die de bonen maalt, de gemalen koffie komt in het portafilter terecht en daarmee zet de Baristina een kop koffie in de gewenste sterkte. De machine is met zijn 5,8 kilo makkelijk te verplaatsen en niet overdreven groot: 35 centimeter hoog, 38 centimeter diep en 15 centimeter breed. De buitenzijde is uitgevoerd in RVS. Smaakvol, maar wel gevoelig voor vingerafdrukken (zoals alle apparaten van roestvrij staal).

©Versuni

Plaats in de Baristina-lijn & techniek

Deze machine is de derde variant in de Baristina-lijn. De eerste, de Baristina, bood in vergelijking met dit apparaat geen ice koffie en was eenvoudiger uitgevoerd. De tweede, de Baristina met Bean swap, bood de gebruikers de keuze om bij elke bak koffie te kiezen tussen twee soorten bonen, of een mix van beide. Dit derde, nieuwe apparaat is een premium-machine die naast een luxe uitstraling de kwaliteit van versgemalen koffie combineert met gebruiksgemak. Als extraatje vergeleken met het instapmodel is er dus de ice coffee-optie. Voor het koffiezetten zet de machine 16 bar pompdruk in voor optimale extractie.

Uitpakken & installatie

De machine zit deugdelijk verpakt in een grote doos met kartonnen bescherming. Er zit geen handleiding bij, alleen een sticker met iconen die aangeven wat er ongeveer moet gebeuren. We vinden dat echt een minpunt; wie nieuw is 'in de koffie' heeft toch wat meer informatie nodig over wat de machine precies kan.

Monteren is een groot woord voor wat je zelf nog moet doen om je eerste kop koffie te zetten. Je pakt het portafilter uit, spoelt het goed om en vult het waterreservoir van 1,2 liter. Dat kan door het reservoir los te halen uit de machine en onder de kraan te vullen. Handiger is het om het klepje bovenaan even open te doen en dan met een kan of maatbeker het water aan te vullen. Bovenin zit een reservoir voor koffiebonen. Ook dit open je met een klepje en vul je tot de rand. Dat is alles!

Bediening & functies

Dit apparaat is duidelijk ontwikkeld voor de koffieliefhebber die houdt van gemak en kwaliteit. De kwaliteit heb je natuurlijk deels zelf in de hand door het type koffiebonen dat je gebruikt. Het gemak uit zich in de bediening van de machine. Aan de bovenzijde zitten verschillende knoppen: een voor espresso, een voor lungo, een voor koffie waar je een ijskoffiedrank mee wilt maken, en een knop voor extra sterke koffie, voor als de standaardinstelling niet voldoende voor je is. Voor de ice coffee wordt de koffie eerst warm gebouwen waarna het doorstroomproces traag verloopt zodat de koffie langzaam afkoelt tijdens het zetten.

De instelling van de molen is niet aanpasbaar, het volume van de koffie in het kopje wel. Hier uit zich het gemis aan een handleiding, deze functie ontdekten we pas toen we op het YouTube-kanaal van Philips wat filmpjes bekeken over de bediening en functies. HIER vind je de betreffende video.

©Versuni

Workflow: van boon tot kop

Je duwt het portafilter in de gleuf links tot deze vastklikt. Dan kies je de gewenste drank, en beweegt (swipet) het portafilter helemaal naar rechts, waar de grinder zit. Het filter zit dan vast en de machine maalt de koffiebonen. Dat maakt uiteraard geluid, vergelijkbaar met andere koffiezetapparaten. Het filter spring terug naar de beginpositie, en de machine zet de gewenste hoeveelheid koffie. Stopt de keuzeknop met knipperen, dan is je 'bakkie' klaar. Het portafilter kun je dan loshalen, ondersteboven boven de vuilnisbak houden en met een druk op de knop de koffiedrab eruit werpen. Dat is alles.

Hier zie je in een Duitstalige video precies hoe dit werkt:

Watch on YouTube

Praktijktest

Koffiemachines moeten natuurlijk getest worden en het liefst door veel verschillende mensen. Ons testexemplaar beleefde de vuurdoop tijdens een drukke verjaardagsvisite, waarbij alle koffiedrinkende bezoekers een kopje Baristina kregen. De vraag was of de machine snel genoeg zou zijn om mensen niet nodeloos lang te laten wachten, en of het geluid van het malen de gesprekken niet zou overstemmen. Voor beide aspecten slaagde de machine met vlag en wimpel. Iedereen was erg te spreken over de smaak van de koffie. Het waterreservoir van 1,2 liter is natuurlijk na enige tijd leeg, dus moet tijdens zulke bijeenkomsten tussentijds wel worden bijgevuld.

Koffiebonen bewaar je niet in de zak uit de supermarkt

Houd ze lang vers in een speciaal bewaarblik

Aandachtspunt

Wel dook er een klein aandachtspunt op. Na enige tijd kwam er nogal waterige koffie met een raar kleurtje uit de machine en klonk het malen ook een beetje gek. De koffiebonen bleken op te zijn. Daar komt verder geen signaal of melding van, maar is iets om in de gaten te houden. Het deksel van het koffiebonen-reservoir is semi-transparant, dus normaliter zou je dat wellicht snel zien. Echter, de machine wordt niet geleverd met een handleiding, maar... met een paarse sticker precies op die plek! Als je die er niet afhaalt, zie je dus niet hoe het gesteld is met de voorraad koffiebonen.

Onderhoud & schoonmaak

De machine heeft verder weinig nodig aan energie van de gebruiker. Het lekbakje is afneembaar en kun je periodiek schoonmaken. Als je zorgt voor voldoende water en bonen en het portafilter elke keer leegmaakt na het zetten van een kopje koffie, kun je een tijd vooruit. Overigens: als je vergeet de drab weg te gooien en aan een nieuwe bak koffie wilt beginnen, kun je het portafilter niet naar de grinder bewegen, dan zit 'ie vast. Je kunt dus nooit verse koffie gemaald krijgen over de drab van een eerdere sessie.

©Versuni

Eindoordeel & alternatieven

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie, maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie. Die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

☕ Bekijk alle koffieapparaten van Philips op Kieskeurig.nl

▼ Volgende artikel
Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt
© ID.nl
Energie

Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Met de huidige energieprijzen letten we allemaal extra op ons stroomverbruik. Zuinig aandoen klinkt logisch, maar is best lastig als je niet weet waar de echte energieslurpers zitten. Soms zitten de kosten in een onverwachte hoek. We zetten vijf apparaten op een rij die meer stroom verbruiken dan je waarschijnlijk denkt.

Dit artikel in het kort

Na het lezen van dit artikel zie je precies welke apparaten in huis ongemerkt meer kosten dan je dacht en hoe energielabels je kunnen helpen om de kosten goed (of in ieder geval beter) in te schatten.

Lees ook: Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Altijd doen: energielabel checken of instellingen aanpassen

Als je iets in huis moet vervangen, kijk in de winkel dan altijd eerst naar het energielabel. Dat geeft een duidelijk beeld van het stroomverbruik. Blijf je liever nog even bij je huidige toestel, dan helpt het om zuiniger met de instellingen om te gaan. Denk aan het aanpassen van de standby-stand of het apparaat alleen gebruiken op momenten waarop de stroomprijs lager ligt. Dat levert al snel tientallen euro's voordeel op.

Het energielabel laat in één oogopslag zien hoe energiezuinig een apparaat is. Vanaf maart 2021 zijn de labels voor een groot aantal apparaten aangepast. Voor de meeste apparaten (zoals wasmachines, vaatwassers, koelkasten, televisies en wasdrogers) loopt de nieuwe schaal van A (het zuinigst) tot G (het minst zuinig). Bij deze groep is A+++ dus verleden tijd; een label C of D is hier vaak al erg zuinig.

Let op: Voor sommige productgroepen, zoals ovens, afzuigkappen en airco's, wordt het oude label nog wel gebruikt. Daar is A+++ nog steeds het hoogst haalbare. Kijk dus altijd goed naar de letter én de kleur op de kaart.

Op energielabel.nl kun je per apparaat opzoeken wat hoe de energielabels precies lopen.

©EPREL

1. Kokendwaterkraan: 133 euro per jaar

Meteen kokend water uit de kraan: wie eenmaal een Quooker heeft, wil niet meer zonder. Maar realiseer je wel dat zo'n kraan het water doorlopend op temperatuur moet houden. En dat zie je terug op je energierekening. Een voorbeeld: een gezin van drie personen gebruikt gemiddeld zo'n 10 liter kokend water per dag via een Quooker. Om dit water te verwarmen, is jaarlijks ongeveer 423 kWh aan energie nodig (bron: ANWB Energie) . Daarnaast kost het op temperatuur houden van het water nog eens 87,5 kWh per jaar. Dit komt neer op een totaal energieverbruik van 511 kWh per jaar. Stel dat je een energiecontract hebt waarbij je gemiddeld 0,26 euro per kWh betaalt, dan kost de kraan je 133 euro per jaar. Je moet dus zelf de afweging maken of je het extra comfort vindt opwegen tegen de extra kosten.

Waar zijn deze bedragen op gebaseerd?

Bij het berekenen van de kosten zijn we uitgegaan van een gemiddelde stroomprijs van 0,26 euro per kWh. Dit is het bedrag dat de ANWB noemt als meest actuele stroomprijs (november 2025). Je kunt de berekeningen makkelijk aanpassen door het tarief in te vullen dat je zelf betaalt.

2. Wifi-versterker: 23 euro per jaar

Overal goede wifi in huis: we kunnen niet meer zonder. Zeker wanneer je veel thuis werkt, graag streamt of kids hebt die niet achter hun gameconsole zijn weg te slaan, is een must. Grote kans dus dat je een of meerdere wifi-versterkers of repeaters gebruikt. Omdat die 24/7 hun werk doen, kost dat meer dan je misschien denkt. De gemiddelde wifi-versterker – je hebt ze met verschillende wattages – verbruikt jaarlijks 88 kWh. Dat kost je per jaar dus ongeveer 23 euro per repeater.

Verbruik uitrekenen

Hoe weet je nu hoeveel energie een apparaat verbruikt? Dat kun je zelf uitrekenen als je het vermogen in Watt (W) weet. Dit wattage vind je meestal in de specificaties of achterop het apparaat onder het kopje Vermogen. Bij vergelijkingssites zoals Kieskeurig.nl vind je die informatie ook terug:

Omdat energie op je rekening in kilowattuur (kWh) wordt afgerekend, moet je Watt eerst omrekenen: 1 kilowatt (kW) = 1000 Watt (W).

Bijvoorbeeld: Een stofzuiger van 900 Watt is: 900 ÷ 1000 = 0,9 kW.

Om de kosten te berekenen, gebruik je deze formule: Energieverbruik (kWh) = Aantal uur in gebruik (h) x Vermogen (kW)

Rekenvoorbeeld:
Gebruik je de stofzuiger van 0,9 kW elke week 3 uur? Dan is het verbruik: 0,9 x 3 = 2,7 kWh per week. De kosten hiervan zijn dan 2,7 kWh x 0,26 euro = = 0,702 per week. Op jaarbasis is dat dus ruim 36 euro per jaar.

Let op:
Deze berekening werkt alleen goed voor apparaten die constant vermogen vragen zolang ze ingeschakeld zijn. Denk aan een stofzuiger, waterkoker of straalkachel: die staan 'aan' en verbruiken dan continu stroom. Voor apparaten met een wisselend programma of thermostaat (zoals een wasmachine, vaatwasser of koelkast) werkt deze som niet, omdat ze niet constant op vol vermogen draaien. Daarvoor kun je beter naar het kWh-verbruik op het energielabel kijken.

3. Televisie: afhankelijk van grootte en schermresolutie

Niet verrassend: het stroomverbruik van een televisie is afhankelijk van het formaat van het scherm. Een 65inch-televisie verbruikt bijvoorbeeld twee keer zo veel stroom als een 43inch-exemplaar met hetzelfde energielabel. Vooral de resolutie van het scherm maakt veel uit voor het verbruik. Grotere beeldschermen hebben een hogere resolutie om een scherp beeld te krijgen, zoals een 4K- of zelfs 8K-resolutie. 8K-televisies verbruiken flink meer energie dan een 4K-televisie die net zo groot is. Bij televisies wordt daarom ook vaak het stroomverbruik apart vermeld voor zowel de SDR- als de HDR-video. In dit geval staat SDR voor Standard Dynamic Range met een resolutie van 1080p en HDR voor 4K-content.

Doordat er hier zo veel variabelen een rol spelen, kunnen we geen richtbedrag berekenen. Met deze gegevens en de uitleg over verbruik uitrekenen in het kader hierboven kun je dit het beste zelf doen.
Lees ook: Dit zijn de 11 best geteste televisies van 2025

Ook de beeldkwaliteit bepaalt hoeveel energie wordt verbruikt. Bij SDR-gebruik (1080p) krijgt deze tv energielabel E, terwijl de HDR-stand goed is voor energielabel G, een stuk minder zuinig dus.

4. Extra koelkast - tussen de 30 en 36 euro

Wanneer ze een nieuwe koelkast kopen, zetten veel mensen hun oude koelkast in de schuur of garage. Handig, maar houd er rekening mee dat oude koelkasten wel een stuk minder zuinig zijn dan nieuwe. Stel dat je een simpele, eendeurs oude koelkast als extra koelruimte gaat gebruiken. Grote kans dat zo'n koelkast dan energielabel D, E of zelfs F heeft. Daarvan is het gemiddelde jaarverbruik respectievelijk 113, 130 en 139 kWh. Dat kost je op jaarbasis al snel tussen de 30 en 36 euro op jaarbasis extra.

Het kan dus slimmer zijn om in plaats daarvan één grotere koelkast in de keuken neer te zetten. Neem een energiezuinig model als de Samsung RB38C607AB1: die heeft een koelinhoud van 273 liter en een vriesinhoud van 114. Verbruik op jaarbasis? 108 kWh, dus ongeveer 28 euro. Dat is dus lager dan die simpele, oude eendeurs koelkasten die we hierboven hebben aangehaald!

Weet je niet zeker of je aan één koelkast genoeg hebt? Veel mensen leggen uit gewoonte alles in de koelkast, maar dat is zonde van de ruimte én de energie. Sommige producten horen er zelfs liever niet in: tomaten, komkommers, avocado's en aubergines verliezen door de kou hun smaak. Daarnaast zijn harde groenten zoals pompoen, knolselderij en winterpeen op een koele plek in huis wekenlang houdbaar zonder koeling. En waarom zou je zes flessen frisdrank tegelijk koelen? Er pas een nieuwe fles in zetten wanneer de oude bijna leeg is werkt net zo goed.

Wil je de tweede koelkast toch houden, zet hem dan alleen aan wanneer je hem echt nodig hebt, bijvoorbeeld wanneer je je hele familie hebt uitgenodigd voor het kerstdiner of wanneer je je verjaardag viert.

5. Consoles en gaming-pc's - tussen de 45 en 365 euro

Ben je een fervent gamer of heb je kinderen die dat zijn? Afhankelijk van het apparaat waarmee er gegamed wordt, kunnen de kosten flink oplopen. Gebeurt dat op een Xbox of PlayStation, dan verbruikt deze tussen de 150 en 160 watt per uur. Game je 3 uur per dag, dan zit je per jaar zo aan de 45 euro.

Maar pas écht in de papieren loopt het met een game-pc: het verbruik zo'n machine komt gemiddeld per jaar – inclusief monitor – uit op ongeveer 1.400 kWh. Je hebt het dan, bij een tarief van 0,26 euro/kWh, over zo'n 365 euro. En dat staat gelijk aan het energieverbruik van drie koelkasten. Wil je echt besparen, dan is een gameconsole dus de betere keuze. En door hem echt uit te zetten in plaats van op stand-by wanneer je hem niet gebruikt, ben je nog voordeliger uit.