ID.nl logo
8 slimme tips voor je fietsaccu
Mobiliteit

8 slimme tips voor je fietsaccu

De accu van een e-bike vormt naast de motor het belangrijkste onderdeel aan de fiets. Wil je de capaciteit en de levensduur van de accu optimaal benutten en er jarenlang plezier aan beleven, dan zijn er een aantal zaken om rekening mee te houden. Acht tips.

1. Kies de accu die bij je past

Tijdens het aanschafmoment van een e-bike is het van belang om goed in te schatten wat je met de e-bike gaat doen. Ga je de e-bike alleen voor korte ritten gebruiken of zet je hem ook in voor lange recreatieve tochten? Meer kilometers betekent meer capaciteit!

Je kunt de capaciteit van een accu beter iets hoger inschatten dan te laag. Dus kies liever voor een 400Wh-accu dan voor een 300Wh-accu. Een e-bike nodigt nu eenmaal uit om meer kilometers te maken dan een normale fiets. Houd qua actieradius ook rekening met je eigen lichaamsgewicht en het terrein waarin je gaat fietsen. Ook deze factoren bepalen uiteindelijk de capaciteit van een geschikte accu.

Watch on YouTube

2. Lithium accu? Bijladen kan op ieder moment

De lithium-ion accu van de moderne e-bike mag je op ieder moment bijladen. Ook als de accu slechts halfleeg is, kun je de oplader aansluiten en de accu weer volladen. Maak je een lange fietstocht? Neem de oplader dan mee. Tijdens een koffiepauze of lunch is er altijd wel een mogelijkheid om de accu van extra energie te voorzien.

3. Gebruik alleen de acculader die bij de accu hoort

Tijdens het opladen van de fietsaccu is het zeer belangrijk, dat je de juiste oplader gebruikt. Zeker als je meerdere e-bikes in de schuur of box hebt staan, ligt verwisseling van de laders op de loer. Door een naamsticker op de oplader te plakken (‘Oplader voor de fiets van Gerard’ bijvoorbeeld), pak je nooit meer de verkeerde acculader. Wel zo veilig!

©Karol Gajewski

Zorg dat je de lader gebruikt die bij je accu is meegeleverd.

4. Bespaar met de juiste versnelling en trapondersteuning

Veel accu-energie kun je besparen met schakelen op het juiste moment. Schakel bij een stoplicht altijd terug naar een kleine versnelling. Niet alleen het wegrijden verloopt veel soepeler, ook vreet het minder energie. Rijd je heuvelop? Ook dan kun je beter naar een kleiner verzet schakelen.

Een hogere trapfrequentie zorgt voor een betere dosering van de accu-energie. Rijden met de trapondersteuning in de turbostand is heel comfortabel, maar een tandje lichter is ook goed te doen en scheelt al snel vele kilometers aan actieradius.

5. Controleer de bandenspanning voor meer actieradius

Moderne fietsbanden hebben een taaie anti-leklaag waardoor je in de praktijk bijna nooit meer een lekke band krijgt. Door deze laag merk je wel minder snel dat de banden een te lage spanning hebben. Een lage bandenspanning zorgt voor meer rolweerstand en dus minder kilometers. Niet alleen de banden slijten daardoor sneller, ook de actieradius van de accu neemt sterk af.

Zorg dus altijd voor banden met de juiste spanning. Afhankelijk van de breedte van de band is dat ergens tussen 3,5 en 4 bar. Controleer de bandenspanning iedere drie weken en gebruik (om het jezelf makkelijk te maken) een pomp met drukmeter.

©Maya Jane

Controleer regelmatig de bandenspanning. Als je banden te zacht zijn, neemt je actieradius af.

6. Maak ook ’s winters af en toe een ritje

De moderne lithiumaccu (die sinds 2012 wordt toegepast bij e-bikes) is minder gevoelig voor kou dan de eerder gebruikte nikkel-metaalhydride-accu. Bij temperaturen tot min 10 graden Celsius kun je de accu gewoon in een onverwarmde schuur of garage bewaren en opladen; dit heeft geen invloed op de levensduur van de accucellen. Qua capaciteit zal de accu tijdelijk wel iets inboeten. Reken daarbij op een afname van zo’n 15 procent.

Om de accu in een goede conditie te houden, is het verstandig om in de winter af en toe een ritje te maken. Er is altijd wel een zonnige winterdag, die uitnodigt om een fietstripje te maken. Daarmee activeer je het proces van laden en ontladen – de accucellen zijn je er dankbaar voor.

Wanneer de e-bike toch een aantal weken niet wordt gebruikt, zorg er dan in ieder geval voor dat de accu ongeveer half opgeladen is. Zo blijft de accu in de beste conditie.

7. Laad nooit ’s nacht op

Met de stijging van het aantal e-bikes in Nederland zien we de accubranden ook toenemen. Branden met grote gevolgen voor huis en haard. Hoewel de kans op een accubrand nog steeds klein is, is het verstandig om het laadproces in ieder geval niet tijdens de nachtelijke uren te laten plaatsvinden. Bij het laden stroomt er veel energie door de accu en ontstaat er, zeker tijdens het laatste gedeelte van het laadproces, veel weerstand, met de kans op oververhitting. Kom je dus thuis van woon-werkverkeer of een toeristische trip, koppel de lader dan direct aan de accu. Voor het slapen gaan is de accu dan weer volledig opgeladen en kun je de lader afkoppelen.

8. Haal de accu er (soms) uit

Tijdens een zomerdag de e-bike urenlang in de brandende zon stallen is vragen om problemen. De temperatuur in de accu kan oplopen tot meer dan 60 graden en dit heeft niet alleen invloed op de kwaliteit van de accucellen, maar ook op de veiligheid. Bepaalde interne delen kunnen met elkaar versmelten en dit kan leiden tot hachelijke situaties met brand tot gevolg.

Ook heftige regenbuien kunnen voor een grote impact zorgen. Accu’s zijn spatwaterdicht: de fabrikant kan nooit een honderd procent waterdichtheid garanderen. Bepaalde afdichtingen kunnen uitdrogen en ook via het oplaadpunt kan vocht de accu binnendringen.

Vocht en elektra zijn ook geen goede vrienden, de gevolgen laten zich raden. Ook bij strenge vorst is het dus verstandig om de accu veilig te stellen. Hoewel het in principe niet aan te raden is om een fietsaccu binnenshuis te bewaren, ontkom je er onder bepaalde omstandigheden niet aan. Berg de accu veilig op of gebruik een speciale veiligheidskoffer met branddekens.

BEKIJK EN VERGELIJK ALLE E-BIKES OP KIESKEURIG.NL

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Gamers, opgelet: de ROG Xbox Ally en Ally X komen in oktober!
© ASUS
Huis

Gamers, opgelet: de ROG Xbox Ally en Ally X komen in oktober!

ASUS Republic of Gamers (ROG) heeft op Gamescom 2025 in Keulen de ROG Xbox Ally en de krachtiger ROG Xbox Ally X onthuld. Beide handhelds liggen vanaf 16 oktober 2025 wereldwijd in de winkels. Bezoekers van de gamingbeurs kregen deze week de primeur om de nieuwe apparaten zelf uit te proberen.

Laten we beginnen met wat specs: de standaard ROG Xbox Ally draait op een AMD Ryzen Z2 A-processor met vier Zen 2-cores en acht RDNA 2-GPU-cores. In combinatie met 16 GB LPDDR5X-6400 RAM, een 512 GB SSD en een 60 Wh-batterij mikt dit model op solide prestaties voor onderweg. De Ally X gaat echter nog een stapje verder: deze versie krijgt de nieuwe AMD Ryzen AI Z2 Extreme met acht cores, zestien threads, 16 RDNA 3.5-GPU-cores en een geïntegreerde NPU. Daarbij hoort 24 GB sneller LPDDR5X-8000 werkgeheugen, een 1 TB SSD en een grotere 80 Wh-batterij voor langere speeltijd.

Xbox-ervaring in handheld-vorm

Bij het inschakelen start de Ally direct in een fullscreen Xbox-omgeving. Daarmee voelt het apparaat aan als een natuurlijke uitbreiding van de console, terwijl Windows 11 onderliggend toegang biedt tot je volledige pc-bibliotheek. Spelen kan via Game Pass, Steam en andere pc-stores, maar ook via cloudgaming of remote play vanaf een Xbox-console. Xbox heeft bovendien met gamestudio's samengewerkt om duizenden titels beter geschikt te maken voor handhelds. In de bibliotheek verschijnen nieuwe aanduidingen als Handheld Optimized en Mostly Compatible, zodat je meteen weet welke games vlekkeloos draaien.

©ASUS

Scherm, geluid en comfort

Zowel de Ally als de Ally X hebben een 7-inch Full-HD-scherm met 120 Hz verversingssnelheid, 500 nits helderheid en FreeSync Premium voor vloeiende beelden. Het scherm is beschermd met Gorilla Glass. De Ally X onderscheidt zich met dual Smart-Amp speakers, vibrerende triggers en subtiele RGB-verlichting rond de sticks voor extra feedback. Ook ergonomie kreeg de nodige aandacht: de vorm van de grepen is geïnspireerd op de Xbox-controller, met een gebalanceerd gewicht zodat langere speelsessies comfortabel blijven.

Prestaties en uitbreidbaarheid

Om te zorgen dat de hardware ook bij intensief gebruik koel blijft, introduceert de Ally X een zogenoemd Zero Gravity-koelsysteem dat in elke houding stabiel presteert. Beide modellen zijn bovendien eenvoudig uit te breiden dankzij een M.2-slot voor extra opslag. De connectiviteit verschilt wel enigszins: waar de standaard Ally beschikt over usb-c (3.2 Gen 2), microSD en wifi 6E, voegt de Ally X daar usb 4 met Thunderbolt-ondersteuning aan toe.

©ASUS

Slimme software en AI-functies

Nieuwe softwarefuncties moeten het gebruik verder stroomlijnen. Shaders worden al tijdens het downloaden voorgeladen, waardoor games sneller starten en minder energie verbruiken. Voor de Ally X zijn vanaf 2026 bovendien extra AI-mogelijkheden gepland, zoals Automatic Super Resolution voor hogere beeldkwaliteit en het automatisch vastleggen van hoogtepunten in korte videoclips.

▼ Volgende artikel
Inductie, keramisch of gas: welke pan past bij jouw kookplaat?
© Malkov Konstantin
Huis

Inductie, keramisch of gas: welke pan past bij jouw kookplaat?

Of je nu op gas, inductie of een keramische plaat kookt, het type kookplaat in je keuken bepaalt in grote mate welke pannen je kunt gebruiken. Daarbij draait het vooral om het materiaal van de pan. In dit artikel lees je wat je nodig hebt om zorgeloos en efficiënt te kunnen koken, wat er op jouw fornuis ook staat. Smakelijk alvast!

👨🏼‍🍳 In het kort:

• Gas, inductie of keramisch: zo werken deze kookplaten • Van koper tot roestvrijstaal: welke pan past bij welke kookplaat? • Onderhoudstips voor je kookplaat • Misvattingen ontkracht

Lees ook: Overstappen van gasfornuis naar inductieplaat: de voor- en nadelen

Hoe werkt jouw kookplaat eigenlijk?

Om te begrijpen welke pannen het best op jouw kookplaat werken, is het handig om eerst te weten hoe die kookplaten precies hun werk doen. Een gaskookplaat verwarmt je pan direct via een open vlam: simpel, doeltreffend en visueel controleerbaar. Bij inductie gebeurt dat heel anders: een spoel onder het kookoppervlak wekt een magnetisch veld op, waardoor alleen pannen met een magnetiseerbare bodem zelf warm worden. De plaat zelf blijft koel. Keramische kookplaten zitten daar qua techniek tussenin. Onder een glad glasoppervlak zit een elektrisch verwarmingselement dat de plaat en vervolgens de pan verwarmt.

Van koper tot RVS: welke pan werkt waarbij?

Pannen zijn er in allerlei materialen, en elk daarvan gedraagt zich anders op een kookplaat. Hieronder lees je wat je van de bekendste soorten kunt verwachten.

Roestvrijstaal (RVS)

RVS is een echte alleskunner. Deze pannen doen het goed op alle soorten kookplaten, zolang ze voor inductie wel een magnetische bodem hebben. RVS geleidt warmte iets minder goed dan bijvoorbeeld koper of gietijzer, maar met een goede, dikke bodem kun je er uitstekend mee uit de voeten, ook op inductie.

©tsarenko | Fototocam

Gietijzer

Gietijzeren pannen zijn zwaar, maar daar krijg je gelijkmatige warmteverdeling voor terug. Ze zijn prima geschikt voor gas en keramisch, en door hun magnetische eigenschappen ook voor inductie. Let wel op bij glas-keramische kookplaten: de wat ruwe of ongelijke bodem van gietijzer kan krassen veroorzaken en minder efficiënt verwarmen. Ook het onderhoud vraagt aandacht – afwassen doe je met warm water en keukenpapier, niet in de vaatwasser.

©kseyale

Check: geschikt voor inductie? Bij inductiekookplaten is het belangrijk dat de pan magnetisch is, anders zal deze niet werken. Dit kun je eenvoudig controleren door een magneet aan de onderkant van de pan te houden - als deze wordt aangetrokken, is de pan compatibel.

Lees ook: Zo kook je extra zuinig op een inductiekookplaat

Koper

Met koperen pannen kook je snel en nauwkeurig: koper geleidt warmte als de beste. Tegelijk zijn ze kwetsbaarder voor krassen en deuken, en ze vergen wat meer onderhoud om mooi te blijven. Niet geschikt voor de vaatwasser dus. Op gas en keramisch doen ze het prima, maar voor inductie heb je een speciale bodem nodig. Zonder die aanpassing werkt het simpelweg niet.

©fotofabrika

Aluminium

Aluminium is licht, betaalbaar en geleidt warmte goed. Het doet zijn werk uitstekend op gas en keramisch. Voor inductie moet aluminium speciaal bewerkt zijn – alleen dan werkt het magnetische veld. Aluminium krast en deukt snel, dus voorzichtigheid is geboden bij gebruik én schoonmaak.

Check: geschikt voor keramisch? Voor keramische kookplaten moet de bodem van de pan vlak en glad zijn om een goede warmteoverdracht te garanderen en krassen op de plaat te voorkomen.

Pannen met een dikke, goed geleidende bodem leveren doorgaans het beste resultaat, ongeacht het fornuis. Koper en gietijzer scoren hoog op warmteverdeling en -behoud, terwijl roestvrij staat en aluminium het juist moeten hebben van slimme combinaties en coatings. Denk bijvoorbeeld aan een antiaanbaklaag of een gelaagde bodem, die verschillende eigenschappen combineren voor betere prestaties.

Welke pan op welke kookplaat?

MateriaalGasInductieKeramisch
RVSJaJa*Ja
GietijzerJaJaJa
AluminiumJaNee**Ja
KoperJaNee**Ja

*= Mits voorzien van een ferromagnetische bodem ** = Alleen als ze een speciale inductie-geschikte bodem hebben

Nog even in het kort:

⚪ RVS pannen werken goed op alle kookplaten, maar kunnen door inductie sneller en gelijkmatiger verhit worden. ⚫ Gietijzer is minder geschikt voor inductie vanwege de oneffen bodem, maar werkt prima op gas en keramisch. 🟠 ⚪ Koper en aluminium geleiden goed, maar zijn gevoelig voor krassen en deuken.

Zo houd je je kookplaat en pannen in topvorm

Met een beetje aandacht gaan je kookplaat én pannen langer mee. Voor inductie is het cruciaal dat de bodem van je pan vlak en onbeschadigd is, anders kunnen er krassen op de plaat ontstaan. Keramische platen vragen om een zachte aanpak: gebruik geen schurende middelen of scherpe voorwerpen. Hardnekkige resten? Leg er wat vochtig keukenpapier op en laat het twintig minuten weken. Daarna kun je het vuil meestal met een nat doekje verwijderen. Voor echt aangekoekte plekken is een speciale keramische schraper een veilig alternatief.

Lees ook: Inductiekookplaat schoonmaken? Dit moet je wel doen en dit niet

©Maryna Pleshkun | zest_marina

Misverstanden de wereld uit: vier hardnekkige kookmythes

Er doen nogal wat verhalen de ronde over pannen en kookplaten. Tijd om de vier hardnekkigste misverstanden recht te zetten.

1. Overstappen betekent al je pannen vervangen

Niet per se. Veel pannen kun je gewoon blijven gebruiken, ook als je overstapt naar een andere kookplaat. Kijk goed naar het materiaal, de staat van de pan en of de bodem geschikt is voor je nieuwe kooktype. Je hoeft dus zeker niet halsoverkop een nieuwe pannenset te kopen.

2. Inductie is gevaarlijk

Sommige mensen maken zich zorgen over het magnetisme van inductieplaten. Dat is nergens voor nodig: het magnetische veld is zwak en werkt alleen als er een geschikte pan op staat. Voor de gebruiker is het volkomen veilig.

3. Keramische platen zijn breekbaar

Zolang je ze met zorg gebruikt en pannen met een gladde bodem kiest, gaan keramische kookplaten jarenlang mee zonder noemenswaardige schade. Het glas is stevig, maar vraagt wel om voorzichtig gebruik.

4. Elke pan werkt op elke kookplaat

Helaas, zo eenvoudig is het niet. Niet elk materiaal is compatibel met elk type kookplaat. De juiste pan kiezen begint bij weten wat voor kookplaat je hebt en wat voor bodem die pan nodig heeft.

Tot slot

Je weet nu waar je op moet letten als je een pan kiest voor jouw kookplaat. Niet ieder materiaal werkt overal even goed, maar met de juiste match zit je altijd goed. Tijd om de keuken in te duiken en je kookkunsten de vrije loop te laten. Veel plezier aan het fornuis!