ID.nl logo
Terug op weg van vakantie? Hier kun je (mogelijk) een boete voor krijgen
© krizanovskii - stock.adobe.com
Mobiliteit

Terug op weg van vakantie? Hier kun je (mogelijk) een boete voor krijgen

Rijden in het buitenland kan ontspannend en mooi zijn, maar laat je niet te snel afleiden door het uitzicht, want menig automobilist kan tijdens of na de vakantie verrast worden door vervelende boetes. In onze omringende Europese landen gelden namelijk andere regels en aanduidingen voor wat je wel en niet mag doen op de (snel)weg. Waar moet je op letten?

Als je in onze omringende landen in Europa rijdt, dan komt het merendeel van de verkeersborden en dynamische snelheidslimieten op onder meer snelwegen je bekend voor. Die zijn redelijk conform de standaardregels die zijn opgesteld, zodat ze ook voor buitenlandse bezoekers te begrijpen zijn. Maar lang niet alle borden en aanduidingen zijn zo vanzelfsprekend. Waar je op moet letten en wat je moet doen om geen boete te krijgen, lees je hier.

Verboden lifters mee te nemen

In de zomermaanden vind je langs de weg en bij tankstations regelmatig lifters die graag een eindje met je meerijden om ze verder op weg naar hun bestemming te krijgen. Maar stop je in Italië om een lifter mee te nemen? Dan kan je dat duur komen te staan. Doe je dat namelijk op een plek nadat je voorbij een verkeersbord bent gereden met daarop de tekst No autostop, dan kan je dat zomaar 137 euro kosten.

©Claudio Divizia - stock.adobe.com

Deze borden staan vaak aan het begin van de oprit naar een snelweg en eenmaal voorbij dat bord mag je dus niet meer stoppen om een lifter op te pikken, ook niet als je nog niet de snelweg bent opgereden. Ben je eenmaal een snelweg opgereden, dan is het verbod op het oppikken van lifters ook verboden bij verzorgingsplaatsen langs die snelweg: ook daar kun je dus een boete krijgen. Anders is het natuurlijk wanneer je gewoon netjes geparkeerd bent en aldaar besluit om iemand mee te nemen in je auto.

Fietsers ruim inhalen

In Nederland zijn we gewend om auto's en fietsers veilig naast elkaar te laten bestaan op de weg. In andere Europese landen zijn de regels met betrekking tot fietsen die zich op dezelfde weg bevinden als auto's, vaak anders. In het buitenland komt het dan ook vaker voor dat fietsen op de 'grote' weg rijden, omdat daar veel minder aparte fietspaden of -stroken zijn. De verkeersregels zijn hier op aangepast.

©Volker Schnäbele

Haal je bijvoorbeeld een fietser in, dan geldt in de meeste Europese landen dat er bij het inhalen minimaal anderhalve meter moet zitten tussen jouw auto en de in te halen fietser(s). In Oostenrijk moet je buiten de bebouwde kom zelfs 2 meter tussen jou en de fiets aanhouden. Er zijn geen vaste boetes indien je je niet aan deze afstand houdt, maar het kan natuurlijk wel zijn dat je wordt aangehouden als de politie waarneemt dat de inhaalafstand niet afdoende was.

Geen ontkomen meer aan buitenlandse boetes
Een aantal jaar geleden hoefde je je bij een overtreding geen zorgen te maken dat je later als nog een dikke prent op de deurmat kon verwachten. De meeste verkeersvergrijpen moest je hooguit meteen betalen als je op heterdaad werd betrapt, maar voor snelheidsboetes hoefde je met een Nederlands kenteken niet te vrezen. Op grond van internationale en Europese wetgeving is het mogelijk dat opsporingsinstanties de gegevens uit kentekenregisters onderling uitwisselen. Rij je ergens in een ander Europees land te hard of bega je een andere overtreding? Dan wordt de boete vaak alsnog naar je Nederlandse adres opgestuurd. Dat kan overigens wel enige weken tot maanden duren.

Te hard of door rood rijden

Net als in Nederland kan te hard rijden in andere landen je duur komen te staan. In het buitenland zijn de bedragen soms lager, maar vaak ook hoger dan in Nederland. In België betaal je standaard € 50 voor de eerste 10 km/h die je te hard rijdt en vervolgens 10 euro extra voor elke daarop boven komende km/h die je te hard rijdt. In Oostenrijk begint de teller te lopen bij 20 km/h te hard en krijg je een boete van 70 euro thuisgestuurd. Bij 30 km/h te hard loopt dit op naar € 150. Bij een overschrijding van de snelheid met meer dan 40 km/h kun je een tijdelijke rijontzegging krijgen.

©Michael Derrer Fuchs michael.derrer@fuchs.red

Nooit meer te laat afremmen voor een flitspaal?

Slimme navigatiesystemen helpen je geld besparen

Rijd je door rood, dan moet je natuurlijk ook lappen. In Duitsland kost je dat zomaar tussen de 90 tot 320 euro (in Nederland is de boete voor dat vergrijp overigens ook niet mis: 289 euro), in Italië zijn ze wat milder met een 'starttarief' van € 175. Bovendien zijn de boetes in Italië afhankelijk van het tijdstip waarop het vergrijp is gepleegd. Tussen 22:00 en 07:00 wordt het standaardbedrag verhoogd met 30 procent.

Strafpuntensysteem
Sommige landen - bijvoorbeeld Oostenrijk - kennen een strafpuntensysteem. Bij drie punten (drie overtredingen) krijg je een rijverbod van minstens 3 maanden. Dat strafpuntensysteem geldt ook voor buitenlanders, maar de kans op een rijontzegging is wat kleiner in dat geval, maar je kunt wel een fllnke (extra) boete krijgen.

Milieuzones

In Nederland kennen we alleen in de grote steden milieuzones, maar in de omringende Europese landen zijn dat er veel meer, vaak ook hele regio's. Het is lastig om die allemaal afzonderlijk te noemen, maar belangrijk om te weten is dat je bijvoorbeeld in Duitsland verplicht een milieusticker op je voorruit moet hebben geplakt om bepaalde regio's in te mogen rijden. Let wel: dat geldt alleen voor het moment dat je in een milieuzonegebied van de snelweg afgaat, ook al is het maar om even te tanken of te pauzeren. Je mag dus wel door een mileuzone rijden als je op de snelweg blijft, en ook verzorgingsplaatsen langs zo'n snelweg mag je gewoon oprijden.

Last van lijmresten van de milieusticker?

Gebruik zelfklevende folie ter bescherming

Als je echter een stad inrijdt zonder een milieusticker, dan krijg je daar natuurlijk ook gewoon een boete voor; camera's boven de weg registreren namelijk of jij zo'n sticker achter je voorruit hebt geplakt. De boete in Frankrijk is dan 68 euro, in Duitsland kost dat je 100 euro, plus eventuele administratiekosten.

©Volker Werner - stock.adobe.com

Vreemde borden in Frankrijk

Ze zijn de afgelopen tijd al wat vaker in het nieuws geweest: borden op de Franse snelweg met daarop een witte ruit. Nu betekent dit logo in geen enkel ander land iets, maar in Frankrijk dus wel: de rijstrook waarboven dit logo te zien is op de dynamische borden boven de weg is gereserveerd voor voertuigen waar minstens twee personen in zitten of een elektrische of hybride auto is, of taxi's met minstens één passagier.

©Google Maps Streetview

De rijstrook is in de meeste gevallen de meest linker rijststrook op de weg en komt het meest voor op driebaans-snelwegen. Let er goed op, want het is ook verboden om deze strook te gebruiken om ander verkeer in te halen als je niet aan de eisen voor dat bord voldoet. De reden dat dit ruit-bord nog eens opnieuw wordt aangehaald is omdat Frankrijk dit bord weliswaar al een jaar of drie gebruikt rond steden als Lyon en Grenoble, maar deze ook steeds verder over het hele land worden uitgerold. De kans dat je er eentje tegenkomt is dus groter geworden. De bewuste rijstroken worden overigens gecontroleerd met camera's die de voorzijde van de auto fotograferen. Word je gesnapt op deze strook, dan is de boete 135 euro.

Rijden met verkeerd schoeisel

Ja, ook dat kan in het buitenland problemen opleveren. Op slippers rijden is bijvoorbeeld in veel landen verboden. Hoe zuidelijker in Europa je gaat, des te hoger is de boete voor het rijden op slippers. In Frankrijk is de boete 90 euro en in Spanje kan deze boete oplopen tot 200 euro! Op blote voeten rijden is in de bovenstaande landen niet strafbaar, maar anders is dat in het Verenigd Koningrijk. Daar mag je namelijk helemaal niet blootvoets of met flip flops rijden. Als je daar een slippertje maakt, kan je dat extreem duur komen te staan, de boetes die daar worden uitgedeeld beginnen bij 100 pond (zo'n 116 euro) en kunnen oplopen tot maar liefst 5000 pond (circa 5835 euro) als je betrokken bent bij een ongeluk en je niet het juiste schoeisel aan had.

©Figurniy Sergey

▼ Volgende artikel
Je eigen handtekening in Word: signeren in stijl
© Andreas Prott - stock.adobe.com
Huis

Je eigen handtekening in Word: signeren in stijl

Je wilt brieven, verslagen en documenten in Word voorzien van een echte handtekening? Dat kan bijvoorbeeld met een tablet-pc en een digitale pen. Als je die niet hebt, dan kun je gebruikmaken van de OneDrive-app van Microsoft, als die op je telefoon staat.

Lees ook: Dicteren in Word: typen is zilver, spreken is goud

Stap 1: Scannen

Eerst zet je de handtekening op papier en daarna open je de mobiele OneDrive-app. Die app synchroniseert snel met de cloudopslag van Microsoft én is voorzien van een prima scanfunctie. Wellicht moet je de toegang tot de camera van je telefoon nog toestaan. Wanneer de app geopend is, tik je op het blauwe plusteken en dan selecteer je onderaan de optie Foto scannen. Vervolgens zorg je dat de handtekening goed belicht is en neem je een foto van de handtekening.

In de volgende stap kun je de handtekening uitsnijden. Daarna tik je onderaan op de Filters en je kiest de filteroptie Document of Zwart-wit. Voordat je de app sluit, moet je de afbeelding een naam geven en aanduiden in welke map dit bestand wordt opgeslagen.

Optimaliseer de helderheid en het contrast met het filter Document.

Stap 2: Invoegen

Vervolgens kun je de foto van de handtekening invoegen op de gewenste locatie van het Word-document. Gebruik in het tabblad Invoegen de knop Afbeeldingen. Daarna kies je bij Afbeelding invoegen de optie Dit apparaat. In de Mac-versie van Microsoft Word kies je Invoegen / Afbeeldingen / Afbeelding uit bestand. Na het invoegen kun je de afbeelding nog verkleinen. Zorg dat de afbeelding geselecteerd is en sleep de hoeken van het selectiekader om de handtekening te schalen.

Je kunt de handtekening schalen door de hoekpunten te verslepen.

Stap 3: Bouwsteen

Om de handtekening altijd bij de hand te hebben, kun je er een zogeheten Bouwsteen van maken. Selecteer de ingevoegde handtekening en eventueel de aanvullende tekst. Gebruik de toetscombinatie Alt+F3 of ga naar Invoegen / Snelonderdelen / Selectie opslaan in galerie Snelonderdelen. Voeg een korte beschrijving toe onder Naam.

In de toekomst kun je deze bouwsteen razendsnel toevoegen via het tabblad Invoegen. Kies Snelonderdelen / Autotekst en klik op het onderdeel met de handtekening. Een snellere manier van invoegen is de naam van de bouwsteen typen, gevolgd door F3. Let op dat er geen spatie staat tussen de naam van de bouwsteen en de cursor wanneer je op F3 drukt.

Geef het nieuwe Snelonderdeel een naam.

▼ Volgende artikel
Je energierekening onder de loep: wat apparaten écht verbruiken
© Alex Yeung - stock.adobe.com
Energie

Je energierekening onder de loep: wat apparaten écht verbruiken

Krijg je het benauwd van je energierekening? Dan is het logisch dat je je afvraagt hoeveel stroom je apparaten daadwerkelijk verbruiken. De koelkast, oven, televisie, vaatwasser en wasmachine – ze draaien dagelijks, maar wat kosten ze je precies? In dit artikel leer je hoe je met een eenvoudige berekening inzicht krijgt in het stroomverbruik per toestel.

Dit artikel in het kort:

Het is verstandig dat je weet ongeveer hoeveel een elektrisch apparaat verbruikt. Je begint met het achterhalen van het vermogen in watt. Daarna kun je het verbruik in kilowattuur berekenen door getallen te vermenigvuldigen.

Hierdoor word je bewust van de elektriciteitsconsumptie van ieder apparaat. Bij de aankoop van een nieuw toestel kun je exact voorspellen wat de impact zal worden op de energierekening.

Lees ook: Grip op je energieverbruik: houd bij wat al jouw apparaten verbruiken

De bewuste verbruiker

Wie het precies wil weten, kan een energiemeter aanschaffen. Die plug je tussen het stopcontact en het apparaat waarvan je het verbruik wilt meten. Handig, maar zelfs de eenvoudigste modellen geven al snel een berg aan cijfers. Voor wie daar niet meteen wijs uit raakt, of een aankoop nog overweegt, is er een alternatieve manier. Door zelf een eenvoudige berekening te maken, krijg je snel en overzichtelijk inzicht in het stroomverbruik van een apparaat. Bovendien kun je op die manier gemakkelijk verschillende toestellen met elkaar vergelijken.  

©Dirk Schoofs

Door alle apparaten een tijdje aan een energiemeter te hangen, leer je het verbruik kennen.

Watt maal gebruikstijd: zo bereken je het verbruik

Het vermogen van een elektrisch toestel – uitgedrukt in watt (W) – vind je meestal op een sticker of typeplaatje aan de onder- of achterkant. Als je dit wattage vermenigvuldigt met het aantal uren dat je het toestel gebruikt, en vervolgens met het aantal dagen per jaar, weet je hoeveel energie het jaarlijks verbruikt. Deel dat getal door duizend om het om te zetten naar kilowattuur (kWh), en vermenigvuldig het resultaat met de actuele stroomprijs. Voor dit artikel rekenen we met een gemiddelde elektriciteitsprijs van 0,27 euro per kWh (september/oktober 2025).

💡KILOWATT VERSUS KILOWATTUUR

Op elk toestel en huishoudelijk apparaat vind je het energetisch vermogen van dat toestel uitgedrukt in watt of W. De eenheid dankt zijn naam aan een Schotse ingenieur James Watt, die beschouwd wordt als de uitvinder van de moderne stoommachine. In die tijd was er nog geen sprake van elektriciteit.

Hoe groter het aantal watt, het vermogen dus, hoe krachtiger het toestel. Om niet bij ontzettend grote getallen uit te komen gebruikt men bij grote apparaten liever de eenheid kilowatt (kW), wat overeenkomt met 1000 watt.

Watt en kilowatt worden vaak verward met kilowattuur (kWh). Kilowattuur heeft niets te maken met vermogen maar met energieverbruik. Daarom lees je de W en kW op het apparaat en kWh op de energierekening. 1 kWh is het verbruik van een elektrisch toestel met een vermogen van 1000 watt gedurende 1 uur.

Onthoud dus: watt en kilowatt slaan op vermogen, kilowattuur slaat op verbruik.

Enkele voorbeelden… 

Badkamerheater

Stel dat een gezin in de koude maanden – van oktober tot en met maart – dagelijks één uur lang een elektrische badkamerverwarmer van 1200 watt gebruikt. Dat komt neer op 182 dagen. De berekening is eenvoudig: 1 uur × 182 dagen × 1200 W = 218.400 wattuur. Omgerekend is dat 218,4 kWh. Bij een stroomprijs van 0,27 euro per kWh kost dat op jaarbasis 59 euro.

Strijkijzer

Een strijkijzer met een vermogen van 2500 watt, dat je twee uur per week gebruikt, tikt ook aan. De som: 2 uur × 52 weken × 2500 W = 260.000 wattuur, oftewel 260 kWh. Met dezelfde stroomprijs kom je uit op een jaarlijkse kost van 70,20 euro.  

©PhotoSG - stock.adobe.com

Wekkerradio

Op het eerste gezicht lijkt het verbruik van een wekkerradio verwaarloosbaar, maar dit bescheiden apparaatje draait 24 uur per dag, het hele jaar door. Met een vermogen van 5 watt ziet de berekening er zo uit: 24 uur × 365 dagen × 5 W = 43.800 wattuur, oftewel 43,8 kWh. Dat is goed voor een jaarlijkse kost van 11,83 euro – toch niet niks voor een apparaat dat je amper gebruikt.

Heb jij al een klokje in de douchecabine hangen?

Met deze douchewekker bespaar je tijd, stroom en water!

Ben je een kleine of grote stroomverbruiker?

Hoeveel elektriciteit een huishouden verbruikt, hangt natuurlijk af van het aantal mensen, hun gewoonten en het type apparaten in huis. De afgelopen jaren is het gemiddelde verbruik gestegen, mede door de opkomst van nieuwe toestellen zoals elektrische fietsen, oplaadbare auto’s, en het steeds intensiever gebruik van smartphones en andere gadgets. Tegelijk worden veel apparaten juist energie-efficiënter. Dat maakt het beeld genuanceerd: meer stroomverbruik, maar soms ook bewuster en zuiniger. 

Aantal bewonersGemiddeld verbruik/jaar
11800 kWh
22500 kWh
33500 kWh
44500 kWh
55000 kWh
💡LET OOK OP HET SLUIPVERBRUIK

Sluipverbruik is het stiekeme verbruik van elektrische apparaten waarvan je denkt dat je ze hebt uitgeschakeld. Dit sluipverbruik kan oplopen tot 8 procent van het totale verbruik. In dit artikel lees je over wat het gemiddelde sluipverbruik is per apparaat. Je leest ook hoe je dit sluipverbruik kunt vermijden.

Wat zijn de grootste stroomvreters in huis?

Verwarming en airco

In veel huishoudens voeren verwarming en airconditioning de lijst van energieslurpers aan. Logisch, in een land waar de winters guur en de zomers steeds warmer worden. Het vergt nu eenmaal veel energie om het binnen aangenaam te houden. Gelukkig beschikken veel moderne systemen over een Eco-stand, waarmee je het verbruik aanzienlijk kunt beperken.

Elektrische boiler

Een boiler die zorgt voor warm water in de keuken en badkamer – bijvoorbeeld een model van 150 liter – kan bij een gezin van vier personen oplopen tot een verbruik van wel 2500 kWh per jaar. Dat maakt het een relatief dure oplossing, zeker als je elektrisch verwarmt.

Diepvriezer en koelkast

Koelkasten en diepvriezers staan nooit stil en draaien dus dag en nacht. Samen zijn ze goed voor gemiddeld 500 kWh per jaar. Vooral oudere modellen zijn vaak niet erg zuinig. Een koelkast met energielabel C verbruikt bijvoorbeeld 2,5 keer meer dan een toestel met label A. Ontdooi regelmatig, kies voor een toestel met een A-label, en plaats het niet naast een warmtebron zoals een droger of oven – dat scheelt echt.

Wasmachine

Gemiddeld draait een gezin zo’n 200 wasbeurten per jaar. Een moderne wasmachine met energielabel A verbruikt dan ongeveer 180 kWh. Hoe warm je wast, maakt een groot verschil: een wasbeurt op 40 graden verbruikt tot 30 procent minder energie dan een op 60 graden. Wil je zuinig wassen? Kies dan voor een lage temperatuur, een volle trommel en gebruik de Eco-stand.

Wasdroger

Vooral in de herfst en winter is een wasdroger erg praktisch. Maar dat gemak heeft een prijs: het verbruik ligt rond de 500 kWh per jaar. Wie zijn was regelmatig aan een rekje laat drogen, bespaart dus niet alleen energie, maar ook flink wat geld.

Vaatwasser

Een zuinige vaatwasser met energielabel A komt gemiddeld uit op 220 kWh per jaar. Door het Eco-programma te gebruiken kun je tot 60 kWh besparen. De vuistregel: zet je vaatwasser pas aan als hij helemaal vol is. Zo haal je het maximale rendement uit elk programma.

Oven

De oven is een van de meest energie-intensieve apparaten in de keuken. Afhankelijk van hoe vaak je hem gebruikt, schommelt het jaarlijkse verbruik tussen de 160 en 200 kWh. Ook hier loont het om bewuster te plannen: bak meerdere gerechten na elkaar, zodat de ovenwarmte optimaal wordt benut.

Circulatiepomp

Een verrassende stroomverbruiker is de circulatiepomp van je verwarmingsinstallatie. In oudere systemen draait deze pomp het hele stookseizoen onafgebroken, vaak met een vermogen van 70 tot 80 watt. Bij 6000 draaiuren per jaar kom je dan uit op een verbruik tussen de 420 en 480 kWh – méér dan een koelkast, wasmachine of vaatwasser. Moderne cv-installaties hebben efficiëntere pompen met drie standen, die slechts 25 tot 75 watt vragen. Een slimme vervanging kan dus behoorlijk wat opleveren.