ID.nl logo
Hoe duurzaam is jouw smartphone inmiddels?
© © PRODUCTION PERIG - Perig MORISSE
Huis

Hoe duurzaam is jouw smartphone inmiddels?

Smartphonemerken benadrukken graag dat hun nieuwe toestellen steeds duurzamer zijn. Maar wat houdt dat in? En verduurzaamt de smartphone-industrie op eigen initiatief of doen ze dat vooral onder druk van overheden? We zetten de trends op een rijtje aan de hand van vier merken: Samsung, Apple, Nokia en het Nederlandse Fairphone.

In dit artikel lees je welke stappen er de afgelopen jaren gezet zijn op het gebied van duurzaamheid bij smartphones, welke wetgeving de Europese Unie ontwikkelt om verduurzaming aan te jagen en hoe een kleine Nederlandse speler vooroploopt.

Lees ook: Wat is het beste moment om je smartphone te vervangen?

Steeds meer mensen doen hun best om duurzamer te leven. Ze letten beter op de herkomst van hun supermarktproducten, pakken vaker de trein of elektrische auto in plaats van het vliegtuig en wekken een deel van hun eigen stroom op met zonnepanelen op het dak. Maar de smartphone, hoe duurzaam is die?

Mens en milieu

Hoe duurzaam een smartphone is, begint al bij de herkomst van de grondstoffen die nodig zijn voor de productie van de accu, de behuizing en andere onderdelen. Houdt de fabrikant verborgen uit welke mijnen de gebruikte grondstoffen komen, of meldt de fabrikant dat in een transparantierapport, en is er ter plekke toezicht op het voorkomen van kinderarbeid en onnodige milieuschade?

Merken als Fairphone en Apple lopen op dit vlak voorop. Apple laat – net als veel andere bekende merken – wel een steek vallen op het gebied van het welzijn van de duizenden fabrieksarbeiders die in verschillende Aziatische landen dag in, dag uit iPhones in elkaar zetten. Het bedrijf betaalt die medewerkers een karig loon, om de winstmarges op de iPhones zo hoog mogelijk te houden. Fairphone is een van de weinige merken die inzichtelijk maakt hoe het zijn fabrieksarbeiders behandelt en betaalt ze een normaal salaris.

Een ander duurzaamheidsvraagstuk is de keuze van smartphonefabrikanten voor gerecyclede onderdelen; die zijn doorgaans iets duurder, maar verkleinen wel de milieu-impact van een nieuw toestel. Merken als Samsung, Apple, Nokia en Fairphone gebruiken steeds meer gerecycled plastic, aluminium en andere duurzamere materialen om onderdelen te produceren voor hun telefoons. De kantoren en fabrieken van deze merken draaien ook gedeeltelijk of volledig op duurzaam opgewekte energie. Sommige merken, zoals Apple, hebben leveranciers ook gevraagd om zich te committeren tot het gebruiken van duurzame energie. Toch lopen de ambities uiteen. Apple bijvoorbeeld wil in 2030 volledig klimaatneutraal zijn, waar Samsung hier nog twintig jaar langer voor uittrekt.

In de praktijk

Samsung, Apple, Nokia en Fairphone hebben de afgelopen jaren ook andere duurzame stappen gezet. Zo zijn de verkoopdoosjes van hun toestellen kleiner geworden, waardoor er meer in een container en vrachtwagen passen. Niet-essentiële opvulmaterialen zijn hiervoor weggelaten. Ook plastic zakjes en stickers zijn uitgefaseerd, een zet waar Sony overigens mee vooropliep. En de fabrikanten leveren hun toestellen tegenwoordig ook zonder oplaadadapters, dus alleen met een usb-kabel. Dat scheelt de productie van tientallen miljoenen adapters per jaar en gebeurt met de gedachte dat vrijwel iedereen al één of meerdere adapters heeft. Hetzelfde geldt voor het meeleveren van bedrade oordopjes.

Het weglaten van de adapter en andere accessoires scheelt de fabrikant natuurlijk ook productiekosten. En dat geldt eveneens voor het verkleinen van de verkoopverpakkingen, want hoe meer doosjes er in een container passen, hoe minder containers de fabrikant hoeft te huren. Van die lagere productiekosten merk je als consument echter niets, want door de inflatie hebben merken de adviesprijzen van hun smartphones niet verlaagd.

Er zijn overigens ook merken die nog wél een oplaadadapter bij hun smartphones in de doos stoppen. Dat doen ze uit een servicegedachte, maar vaak ook omdat hun toestellen die speciale adapter vereisen om de razendsnelle oplaadsnelheid uit de marketingcampagne te realiseren. Xiaomi, Oppo, Motorola en OnePlus zijn enkele bekende merken die veel van hun toestellen nog met een oplaadadapter leveren.

©Mile Atanasov

De oplaadadapter is uit veel smartphoneverpakkingen verdwenen.

Repareren

Ooit waren vrijwel alle smartphones voorzien van een kunststof behuizing, waarvan je de achterkant zo losklikte en de accu met je vingers losdrukte. Ook onderdelen als het scherm waren eenvoudig te vervangen. In de loop der tijd zijn smartphones steeds fraaier, dunner en completer geworden, maar tegelijk werd het steeds moeilijker om zelf dingen aan de smartphone te repareren of te vervangen; dat werd een klus voor officiële reparateurs.

Gelukkig zet de industrie tegenwoordig weer stappen om reparatie van smartphones te vereenvoudigen, zowel voor kleinere reparateurs als voor hobbyisten. Motorola, HMD Global (Nokia) en Google werken samen met de onafhankelijke internationale firma iFixit, dat reparatiehandleidingen (inclusief video’s) onderdelen en gereedschappen verkoopt om je smartphone te repareren.

Samsung is afgelopen zomer ook een samenwerking met iFixit aangegaan. Je kunt eenvoudig onderdelen kopen om bijvoorbeeld de glazen achterkant of accu van je Galaxy S20-, S21-, S22- of S23-telefoon te vervangen. Ook onderdelen als de luidspreker, aan-uitknop, usb-c-poort en volumeknoppen zijn via deze weg zelf of door een handige kennis te vervangen.

Apple biedt ook een eigen zelfreparatiedienst aan. Zo kun je de handleiding, onderdelen en gereedschappen kopen om onder meer het scherm of de accu van een iPhone 12-model of nieuwer te vervangen.

Deze onderdelen heb je nodig om het scherm van de Google Pixel 6 te vervangen (foto: iFixit).

Usb-c voor iedereen Fabrikanten zeggen duurzaamheid heel belangrijk te vinden, maar maken die beloften lang niet altijd waar. Een concreet voorbeeld is de oplaadaansluiting van gadgets. Sommige merken gebruikten de afgelopen jaren usb-c op midrange en dure smartphones, en het oudere micro-usb op budgettelefoons. Dan heb je dus twee kabels nodig voor hetzelfde type product, zonder dat hier een goede reden voor is. Of zelfs drie kabels als iemand bij jou thuis een iPhone gebruikt. Die was namelijk voorzien van Apples eigen lightning-poort, die exclusief op iPhones te vinden was.

De Europese Unie heeft hier een eind aan gemaakt door in 2022 een wet aan te nemen die fabrikanten verplicht om vanaf de herfst van 2024 usb-c te gebruiken op smartphones, tablets en camera’s. Let wel: het gaat alleen om apparaten die vanaf dat moment uitkomen. Apple protesteerde hevig omdat de wet het einde betekent van de lightning-poort, maar verloor. En dus zijn – vooruitlopend op de wet – alle vier de recent uitgebrachte iPhone 15-modellen voorzien van usb-c in plaats van lightning. Andere merken die nog vasthouden aan micro-usb of exotische oplaadpoorten volgen dit najaar. Als consument heb je op termijn dus genoeg aan één kabel.

©charnsitr

Apple voorziet de iPhone 15-serie van een usb-c-poort (links) in plaats van een lightning-aansluiting.

Samsung

Samsung behoort tot de grootste smartphoneverkopers ter wereld en heeft dus veel invloed op het verduurzamen van de industrie. Als Samsung een beslissing neemt en die pakt goed uit, dan kan de concurrentie druk voelen om te volgen.

Een voorbeeld daarvan is de beslissing van Samsung om de Galaxy-smartphones zo te ontwerpen dat ze makkelijker te repareren zijn. Zo eenvoudig als tien jaar geleden – toen je een accu met je vingers zo uit de telefoon haalde – is het zeker niet, maar Samsung geeft nu wel via handleidingen aan hoe je onderdelen als de glazen achterkant en vastgemaakte accu kunt vervangen bij een defect. De fabrikant stelt ook reserve-onderdelen beschikbaar, zodat het voor een externe reparateur of iemand die een beetje handig is, eenvoudiger wordt om reparaties uit te voeren.

Een kapot Galaxy-toestel hoeft zo dus niet meer verplicht op de post naar een reparatiecentrum van een Samsung-partner. Die reparatiecentra hebben een slecht imago omdat gebruikers hun toestel vaak een week kwijt zijn – en zelf een vervangend exemplaar moeten regelen – en ze hoge kosten rekenen voor reparaties die niet onder de garantie vallen.

Moderne Samsung-telefoons kun je zelf repareren (foto: Samsung).

Zelf je smartphone repareren?

Met deze reparatiesetjes moet het je lukken

Apple

Ook Apple is een reus op de smartphonemarkt, dus de invloed van de iPhone-maker reikt ver. Dat blijkt ook regelmatig op duurzaamheidsvlak, zowel positief als negatief.

Misschien herinner je je de iPhone 7 uit 2016 nog, de eerste bekende smartphone die de 3,5mm-hoofdtelefoonpoort schrapte? Volgens Apple ‘een gedurfde beslissing’, maar dat geloofden maar weinig omdat het bedrijf tegelijkertijd zijn eerste generatie draadloze AirPods-oordopjes introduceerde. Veel merken volgden met het schrappen van de audiopoort om de verkoop van hun bluetooth-oordopjes aan te jagen. Niet duurzaam, want de batterijtjes in die oordopjes zijn na een paar jaar versleten en ze vervangen is vaak niet mogelijk. Dergelijke oordopjes belanden daarom vaak bij het elektronisch afval.

Gelukkig zet Apple ook veel goede stappen. Het bedrijf draait bijvoorbeeld op hernieuwbare energie, gebruikt veel gerecyclede materialen in zijn iPhones en andere producten, en deelt transparantierapporten over zijn duurzaamheidsambities en impact op het milieu.

Apple besteedt in marketinguitingen graag aandacht aan het duurzame karakter van de iPhones.

Nokia

Nokia was vroeger een grote telefoonfabrikant, maar heeft anno 2024 nog maar weinig marktaandeel over op de smartphonemarkt. Het Finse bedrijf HMD Global, dat een licentievergoeding betaalt om de Nokia-merknaam te mogen gebruiken, ziet in duurzaamheid een kans om de verkopen aan te jagen. De onderneming verkoopt steeds meer nieuwe smartphones met een behuizing van (deels) gerecyclede materialen. Het bedrijf zet op zijn website ook per model uiteen welke grondstoffen er in het toestel zitten. Op zich doen meer smartphonefabrikanten dit inmiddels, maar wat HMD Global extra doet, is vijf jaar fabrieksgarantie geven op een selectie van zijn toestellen. Dat wekt vertrouwen in een duurzame gebruikstijd.

De Nokia G22 en G42 5G zijn verder zo ontworpen dat je zelf onderdelen kunt vervangen, of dit kunt uitbesteden aan een lokale reparateur. Reserve-onderdelen en handleidingen vind je bij Nokia zelf, dat hiervoor samenwerkt met het eerdergenoemde iFixit. Kopers van een Nokia-telefoon kunnen HMD Global zelfs verzoeken om samen met Ecologi bomen te planten. Inmiddels zijn er meer dan 160.000 bomen geplant, meldt de fabrikant. En heb je een smartphone, tablet of elektronische accessoire die ligt te verstoffen in de kast? Dan kun je het apparaat online aanmelden en kosteloos opsturen naar HMD Global, dat het apparaat belooft te recyclen.

Waar HMD Global nog wel stappen in kan zetten, is het updatebeleid. Duurzame smartphones als de Nokia X30 5G en G22 krijgen slechts drie jaar updates, waar veel andere merken vijf jaar of langer updates garanderen. Die toestellen zijn dus langer veilig te gebruiken.

Sommige nieuwe Nokia-telefoons kun je zelf repareren.

Refurbished

Als je je gebruikte smartphone niet wil of niet meer kunt repareren, ligt het kopen van een nieuw model voor de hand. Maar je kunt natuurlijk ook een refurbished model kopen. Refurbished wil zeggen: een gebruikte telefoon die door de fabrikant gecontroleerd is en waarin indien nodig onderdelen zijn vervangen, zodat het toestel weer functioneert als nieuw. Op een refurbished toestel zit ook een paar maanden tot een paar jaar garantie. Grote verschillen dus met een tweedehands toestel dat je via Marktplaats koopt, waar je hoogstens fabrieksgarantie krijgt, en dan alleen als het toestel nog geen twee jaar oud is.

Steeds meer merken bieden refurbished smartphones aan. Fairphone en Apple zijn enkele voorbeelden. Refurbished toestellen van deze en andere merken kun je ook kopen bij derde partijen. Let hierbij goed op de betrouwbaarheid van de aanbieder.

Op de Apple-website kun je refurbished iPhones kopen.

Fairphone

De fabrikant die het meest inzet op duurzaamheid is het Nederlandse Fairphone. Deze smartphonemaker bracht zijn eerste telefoon uit in 2012 en is een zelfstandig bedrijf dat zich hard maakt voor elektronica met zo min mogelijk impact op het milieu. De nieuwe gadget moet bovendien met zoveel mogelijk respect voor arbeiders gefabriceerd worden én door de consument zelf te repareren zijn. Je kunt onderdelen als het scherm, de usb-c-poort en camera vervangen met behulp van een Philips-schroevendraaier en reserveonderdelen die te koop zijn bij de fabrikant.

Fairphone publiceert ook jaarlijks een uitgebreid rapport over zijn bedrijfsvoering en voortgang op het gebied van duurzaamheid. De bevindingen in het rapport zijn door iedereen te controleren, waardoor het merk transparant is over zijn doen en laten.

Je kunt belangrijke onderdelen van de Fairphone 5 zelf repareren (foto: Fairphone).

Meest duurzame smartphone De meest duurzame smartphone die je op dit moment kunt kopen, is de Fairphone 5. Deze telefoon kost 699 euro en is dus niet goedkoop. Dat komt niet per se door de technische specificaties – die zijn prima maar niet bijzonder in dit prijssegment – maar door de aanvullende kosten om tot een duurzame gadget te komen. Denk aan de meerprijs die Fairphone betaalt voor de duurzamere winning van grondstoffen, normale salarissen voor mijnwerkers en fabrieksarbeiders, en onderzoek en technische aanpassingen om tot een makkelijk repareerbare telefoon te komen.

Daarnaast reserveert het bedrijf ook geld om ontwikkelaars flink wat jaren updates te laten ontwikkelen voor de smartphone. Waar sommige merken het zich makkelijk (en goedkoper) maken door een toestel twee of drie jaar updates geven, garandeert Fairphone acht jaar updates voor de Fairphone 5. De fabrikant mikt zelfs op tien jaar.

Benieuwd naar de Fairphone 5? Lees de review Fairphone 5 is voorbeeld voor de smartphone-industrie

De Fairphone 5 is de meest duurzame smartphone van dit moment.

Conclusie

Veel bekende fabrikanten zetten stappen om hun smartphones duurzamer te maken. Die ontwikkeling valt te prijzen, maar komt niet altijd voort uit ideologie. Sommige duurzame keuzes, bijvoorbeeld het verkleinen van de verkoopverpakking en het weglaten van accessoires, schelen de fabrikant ook geld. Dan is er ook nog druk van buiten, bijvoorbeeld van de EU, die merken dwingt tot duurzamere keuzes, bijvoorbeeld door een usb-c-oplaadpoort en betere repareerbaarheid te eisen. We constateren dat sommige merken op dit vlak al experimenteren om kennis op te doen om op tijd aan de nieuwe regelgeving te voldoen.

Het enige merk dat écht en al jarenlang op eigen initiatief zo duurzaam mogelijke smartphones maakt, is het Nederlandse Fairphone. Voor velen misschien nog een onbekende speler, maar wel een die de moeite waard is om beter te leren kennen.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek
© LIGHTFIELD STUDIOS - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek

Bij ID.nl zijn we gek op producten met een mooie prijs of die iets bijzonders te bieden hebben. Daarom gaan we een paar keer per week op zoek naar zulke deals. Dit keer een bijzondere categorie die nog niet eerder aan bod is geweest: verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek.

Veel mensen die thuiswerken heb niet altijd de mogelijkheid om een apart bureau te gebruiken en ziten bijvoorbeeld vaak aan de eet- of keukentafel. Toch kan het lonen om te investeren in een goed bureau, omdat daarmee - in combinatie met een goede stoel - je werkhouding een stuk beter wordt. Wij bekijken vijf handige bureaus 's die in hoogte verstelbaar zijn.

Casaria 160x75

Het tafelblad van dit bureau uit de Casaria‑lijn is in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm en beweegt met een snelheid van 2,25 cm per seconde. Je bedient de motor via een lcd‑scherm en kan twee voorkeursstanden opslaan, zodat je met één druk op de knop naar je favoriete werkhoogtes gaat. Er zit ook een herinneringsfunctie in die je eraan herinnert om weer te gaan staan of juist te zitten. Met het robuuste stalen frame en een draagvermogen van 80 kg is het bureau geschikt voor zware monitoren. Handige details zijn de kabelgeleider, beker‑ en koptelefoonhouder en in hoogte verstelbare poten. Het blad van 160 × 75 cm bestaat uit twee delen en is afgewerkt met melamine zodat het tegen een stootje kan. Dit bureau komt inclusief montagebenodigdheden en is verkrijgbaar in verschillende kleurvarianten.

Specificaties

Bladformaat: 160x75cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 80kg

Avalo 140x60

Avalo levert dit elektrisch verstelbaar bureau (de P58) met een compact blad van 140 × 60 cm. De hoogte is traploos verstelbaar van 73 tot 117 cm en kun je drie verschillende hoogtestanden opslaan. Dat is handig als je het bureau deelt met collega's of medethuiswerkers, of wanneer je snel wilt wisselen tussen zit‑ en stahouding. De bediening gebeurt via een bedieningspaneeltje aan de voorkant; met één druk op de knop gaat het blad naar de gewenste stand. Het frame is gemaakt van staal, het blad van P2‑melamine en de rand is afgewerkt met hittebestendig ABS. Verder wordt benadrukt dat het bureau plug‑and‑play is: je hoeft alleen de stekker in het stopcontact te steken en kunt meteen aan de slag. Door het smalle ontwerp past het bureau goed in kleinere kamers, maar biedt het toch voldoende ruimte voor een monitor, toetsenbord en documenthouder. Voor wie een elektrische zit‑sta‑oplossing zoekt met geheugenfunctie en solide materialen is dit model een optie.

Specificaties

Bladformaat: 140x60cm
Hoogte:73 t/m 117cm
Belastbaar tot: onbekend

Avalo 120x60

Dit is een kleinere variant van de hierboven besproken Avalo AP58. Dit model heeft een 20 cm minder breed blad, maar uiteraard ook elektrisch verstelbaar. Net als de grotere uitvoering varieert de hoogte van 73 tot 117 cm en kan het bureau drie standen onthouden. Voor het instellen gebruik je een eenvoudige bediening waarbij je een favoriete zit‑ en stahoogte opslaat en later oproept. Het frame bestaat uit staal en het blad uit melamine met een rand van warmtebestendig ABS. D tafel weegt 27 kg en is het daardoor stabiel zonder moeilijk te verplaatsen. Ook deze uitvoering is plug‑and‑play; je hoeft geen ingewikkelde montage uit te voeren. Door de compactere afmetingen is dit model ideaal voor kleinere werkplekken of voor wie extra apparatuur (zoals een printer) op een tweede tafel wil plaatsen. De strakke vormgeving past in verschillende interieurs en de elektrische motor zorgt ervoor dat je eenvoudig van houding wisselt.

Specificaties

Bladformaat: 120x60cm
Hoogte: 73 t/m 110 cm
Belastbaar tot: onbekend

VDD Gaming 118x58cm

Het frame van deze VDD is elektrisch in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm. Hiermee wissel je gemakkelijk tussen zitten en staan en kun je de juiste houding aannemen voor langdurige sessies. Het witte werkblad van 118 × 58 cm biedt voldoende ruimte voor een monitor en toetsenbord en dankzij de krachtige motor is het maximaal belastbaar tot 60 kg. De tafel wordt geleverd met instructies en alle benodigde onderdelen, waardoor je de montage zelf kunt uitvoeren. Er worden geen extra functies zoals geheugenstanden vermeld, waardoor je elke gewenste hoogte handmatig instelt. Voor wie een elektrisch verstelbaar bureau zoekt dat weinig ruimte inneemt, is dit een praktische optie; vooral gamers zullen baat hebben bij het kunnen aanpassen van de werkhoogte tijdens een sessie.

Specificaties

Formaat: 118x58cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 60kg

Schaffenburg Linesto Plus 140x80

Het Schaffenburg Linesto Plus‑bureau is een rechthoekige tafel met een T‑poot. Het frame is zonder gereedschap te monterenen in hoogte verstelbaar met een drukknop tussen 65,5 en 85,5 cm. De maximale belasting bedraagt 70 kg. De hoogtebediening gebeurt via een knop aan het onderstel; er zijn geen geheugenstanden. De tafel is voorzien van een 25mm dik melamine blad, een metalen onderstel en stelvoeten om de tafel waterpas te zetten. Kabelbeheer is mogelijk via accessoires, en er zijn diverse blad‑ en framekleuren beschikbaar. Het Schaffenburg-bureau heeft verder een stalen frame met twee telescoperende buisdelen en een krasvaste coating. Als enige in dit overzicht is deze Linestor geen zit/sta-bureau, maar kan hij in zithoogte tot maximaal 85,5 cm worden gebracht.

Specificaties

Formaat: 140x80cm
Hoogte: 65 tot 85,5 cm
Belastbaar tot: 70kg

▼ Volgende artikel
Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets
Huis

Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets

Sinds juni 2025 is het voor fabrikanten van smartphones verplicht om een energiebabel voor hun apparaten te voeren. De consument kan aan de hand van het energielabel zien hoe energiezuinig een telefoon is, maar ook hoe makkelijk het is om de telefoon te (laten) repareren en wat het updatebeleid voor de software is. Door middel van het nieuwe energielabel kun je dus veel bewuster kiezen voor een bepaalde telefoon.

Het energielabel werd ooit bedacht om apparaten op een uniforme manier te vergelijken, los van marketingclaims. Door elk product in te delen op een schaal van A tot en met G ontstaat ruimte om echte koplopers te herkennen en achterblijvers aan te sporen. Smartphones waren nog niet eerder voorzien van een energielabel, maar hebben dat vanaf juni 2025 wel gekregen. Dat is logisch, want bij smartphones draait energie-efficiëntie niet alleen om het stopcontact, maar vooral om hoe slim hardware en software met de energie van een accu omgaan en hoeveel jaren je uit dezelfde telefoon haalt. Door die informatie eenduidig te tonen, verschuiven de argumenten over de oplaadtijd en de schermgrootte naar hoelang een telefoon meegaat en hoe makkelijk hij te repareren is.

Ter illustratie: het nieuwe energielabel voor smartphones en tablets toont de batterijduur bij gemiddeld gebruik, maar ook of hij valbestendig is en hoe makkelijk hij gerepareerd kan worden.

Energie en duurzaamheid

Een smartphone gaat gemiddeld gezien wel een dagje mee op een enkele acculading, afhankelijk natuurlijk van het gebruik door de eigenaar. Erg veel energie wordt er dus niet verspild, maar de grootste winst wat betreft het klimaat is vooral te behalen uit de levensduur van de smartphone en of deze makkelijk te repareren is. De EU koppelt het nieuwe energielabel aan het eco-design van de telefoon. Het label dat de telefoon krijgt, is afhankelijk van een aantal factoren en is een gemiddelde van de prestaties van al deze factoren. Welk factoren dat zijn, lichten we je hieronder verder toe.

Waar vind je het nieuwe energielabel?

Wanneer je online een nieuwe telefoon koopt, vind je het algemene energielabel doorgaans bij het product zelf. Je ziet echter niet direct de andere onderdelen waarop de telefoon is beoordeeld. In een fysieke winkel is het de bedoeling dat er bij de telefoon een kaartje of bordje is geplaatst, met daarop een QR-code waarmee je direct op de juiste informatiepagina van EPREL komt.

In een webwinkel zul je meestal geen QR-code tegenkomen, maar alleen het energielabel zelf. Vaak kun je – zoals bij Mediamarkt – een productspecificatie-pdf downloaden met de extra informatie, waarin ook weer een QR-code is opgenomen, waarmee je naar de EPREL-site wordt doorgestuurd.

Levensduur accu

Het nieuwe energielabel laat zien wat de gemiddelde levensduur van de accu van de telefoon is. Dat wordt bekeken aan de hand van het aantal laadcycli: hoe vaak kan een telefoon opnieuw worden opgeladen voordat de kwaliteit van de accu achteruit gaat? Daarbij wordt een capaciteitsvermindering van 80 procent aangehouden: na hoeveel keer laden is de capaciteit tot 80 procent gedaald? Hoe hoger dit getal, des te betrouwbaarder is de accu.

Op het uitgebreide energielabel zie je hoe vaak een accu opnieuw kan worden opgeladen totdat de totale capaciteit tot 80 procent daalt.

Uithoudingsvermogen

Uiteraard wordt er ook gekeken naar de gebruiksduur van een telefoon of tablet als deze volledig is opgeladen. Door het uitvoeren van een zogeheten reallife-situatie wordt het gemiddelde gebruik van een smartphone geëmuleerd. Hoeveel uur en minuten je met de smartphone kunt werken op die enkele lading, wordt op het label getoond.

Hoelang houdt de batterij van de telefoon of accu het vol bij gemiddeld gebruik? Ook dat zie je op het energielabel terug.

Vrije val

Een van de andere eigenschappen waarop wordt getest, is de vrije val-test. Hoe snel gaat een telefoon kapot als je deze vanaf een bepaalde hoogte op een harde ondergrond laat vallen? Misschien vraag je je af wat dit met duurzaamheid te maken heeft? Nou, heel veel: als je telefoon snel kapot gaat als je hem laat vallen, moet je al snel een nieuwe. Niet heel duurzaam dus. Op het energielabel vind je de valbestendigheid tussen de A en E. Hoe lager de letter (A), des te beter kan zo'n telefoon een val overleven. De test is gebaseerd op een val van 1 meter boven een verharde ondergrond en wordt met vijf modellen van hetzelfde toestel tot wel 270 keer uitgevoerd.

Valtest vanaf 1 meter, hoe minder snel een telefoon stuk gaat, des te hoger is het label dat hij toegekend krijgt.

Elke keer dat een telefoon is gevallen, wordt gecontroleerd of het scherm nog functioneert en reageert op aanrakingen, of de camera het nog doet, of de mobiele functies als wifi en mobiel nog werken, of de telefoon kan worden opgeladen en of de audio nog goed functioneert. Barsten in het frame of het glas worden wel geaccepteerd, mits de telefoon nog veilig kan worden gebruikt. Bijvoorbeeld als het glas wel gebarsten is, maar geen splinters heeft.

Hoe goed een telefoon beschermd is tegen valschade is ook onderdeel van het energielabel. Het scherm mag daarbij overigens wel gebarsten zijn, het is geen glastest.

Bescherming tegen stof of water

Ook de zogeheten IP-tests (IP = Ingression Protection, of indringbescherming) worden uitgevoerd bij de telefoons en zijn een belangrijk onderdeel van de algehele score die een telefoon krijgt. De apparaten worden getest op het binnendringen van stof en water. De waterbestendigheidstest controleert bijvoorbeeld of een smartphone bestand is tegen spatwater vanuit verschillende richtingen, zonder dat de werking of veiligheid van het toestel wordt aangetast. Hiermee wordt gegarandeerd dat een telefoon in elk geval bestand is tegen vocht, bijvoorbeeld bij het gebruik tijdens een regenbui, het morsen van vloeistof of het gebruik van natte handen.

Of een telefoon waterdicht is, wordt ook getest.

Repareerbaarheid

Een ander duurzaamheidsonderdeel waar de EU goed naar kijkt, is de repareerbaarheid van een smartphone. Dat omvat een groot aantal parameters, zoals welke onderdelen makkelijk te vervangen zijn, in hoeverre een consument bepaalde onderdelen zelf kan vervangen, en hoelang en hoe goed bepaalde onderdelen van de telefoon op voorraad zijn.

Zelf zoeken op de EPREL-site is lastig

Het zelf zoeken van gegevens van smartphones en tablets op de EPREL-site is niet heel eenvoudig. Dat komt omdat de algemene productwebsite gemaakt is om te zoeken op merk of op typenummer. Dat is prima voor wasmachines of koelkasten, die je vaak aantreft als merk+typenummer, maar bij smartphones werkt dat anders. Een model als de Samsung Galaxy S25 bijvoorbeeld zul je niet vinden met een zoekopdracht op 'S25 'of 'Galaxy S25', maar alleen op het typenummer SM-S931B. Dat typenummer wordt echter bijna nergens gecommuniceerd en is ook niet wat Samsung communiceert in bijvoorbeeld marketing-uitingen.

Ook kun je niet zoeken op EAN-code, terwijl die code juist kan worden gebruikt om een exact model van een bepaald product te kunnen vinden. Kortom: wat het zoeken van de gegevens van een smartphone betreft kan de EU nog wel wat verbeteren.

De EU wil dat smartphones langer meegaan en eenvoudiger te herstellen zijn – zowel door professionele reparateurs als (in bepaalde gevallen) door consumenten zelf. De eisen met betrekking tot repareerbaarheid blijven minimaal zeven jaar gelden na het einde van de verkoop van een model.

©WICHAN SHOP

Als het aan de EU ligt, moeten consumenten ook zelf telefoons kunnen repareren.

Een fabrikant van een smartphone moet garanties kunnen geven met betrekking tot de ondersteuning van een telefoon. Als een toestel op de Europese markt wordt uitgebracht, mag de consument verwachten dat een telefoon zeven jaar na het verschijnen van de telefoon op de markt nog steeds gerepareerd kan worden.

Onderdelen

De reparatie- of 'vervangarantie' geldt voor alle essentiële onderdelen van een smartphone of tablet, zoals de accu, camera's, externe poorten voor audio en opladen, de microfoons en luidsprekers, de knoppen en de scharnieren als het een opklapbare telefoon betreft. De fabrikant moet zelfs de schroefjes op voorraad hebben als de originele niet meer kunnen worden gebruikt.

De bovenste onderdelen kunnen door een fabrikant of een telefoonreparateur worden gerepareerd, maar de EU vindt dat ook consumenten zelf onderdelen moeten kunnen bestellen en vervangen, zoals de accu, de achterzijde, de hele beeldschermunit en de oplader. Voor die zelfrepareerbaarheid krijgt een telefoon ook een waardering van A t/m E. De fabrikant is daarnaast verplicht om aan te geven waar reserveonderdelen te verkrijgen zijn, welk gereedschap er nodig is om de reparatie te kunnen uitvoeren en waar je de benodigde handleidingen kunt vinden.

Hoelang de telefoon wordt ondersteund qua software-updates en interne onderdelen wordt ook vermeld en de telefoon krijgt hiervoor een eigen classificatie.

Reparatie-index

Telefoonfabrikanten moeten dus uitgebreide informatie geven over hoe je je smartphone kunt repareren, maar ook over de complexiteit van de reparatie. Zijn de onderdelen die je wilt vervangen bijvoorbeeld makkelijk te bereiken, of moet je eerst andere onderdelen verwijderen om erbij te kunnen? Ook dat wordt allemaal opgenomen in de uiteindelijke classificering van de telefoon: hoe minder stappen er nodig zijn, des te hoger is de score die wordt toegekend.

Hoe makkelijk is een telefoon te repareren en hoelang zijn reserve-onderdelen beschikbaar? Dat geeft dit onderdeel van het energielabel aan.

Tot slot

De Europese Unie heeft met het nieuwe energielabel voor smartphones een goede stap gezet in de richting van duurzaamheid. Het uiteindelijke doel is om ervoor te zorgen dat fabrikanten meer hun best gaan doen om een zo makkelijk mogelijk te repareren telefoon uit te brengen. Deze strengere regels in de EU betekenen ook dat deze toestellen in andere landen buiten de EU makkelijker te repareren zullen zijn, omdat een telefoonfabrikant waarschijnlijk niet compleet verschillende uitvoeringen van een model smartphone gaat maken. Maar of consumenten in landen buiten de EU ook zo makkelijk zelf aan onderdelen kunnen komen, is dan nog maar de vraag; deze mate van tegemoetkoming aan of bescherming van de consument gelden vaak niet in andere landen. Fabrikanten hoeven deze informatie dus niet beschikbaar te stellen in landen buiten de EU.