ID.nl logo
10 vergeten besturingssystemen
© Reshift Digital
Huis

10 vergeten besturingssystemen

Jonge IT’ers van nu zullen van de meeste van deze besturingssystemen nooit gehoord hebben. Dat is jammer, want ze zijn belangrijk geweest voor de tegenwoordige platforms waarop pc's en mobieltjes draaien.

1. CP/M

Het 8 bit besturingssysteem CP/M (Control Program for Microcomputers) wordt beschouwd als eerste commerciële besturingssysteem ter wereld en zette in 1973 een revolutie in pc-land in gang. Net als bij latere opvolgers als MS-DOS moesten in de command line (opdrachtregel) commando’s worden getypt die het besturingssysteem vervolgens uitvoerde. Het systeem zorgde er onder andere voor dat ontwikkelaars veel meer mogelijkheden kregen. WordStar en dBase draaiden er bijvoorbeeld zonder enige aanpassing mee op 8080-, 8088- en 8086-computers.

CP/M werd ontwikkeld door Gary Kindall, een bij Intel werkzaam genie die het systeem voor de 8080 microprocessor van het bedrijf ontwikkelde. CP/M draaide eind jaren 70 en in het begin van de jaren 80 op de meeste compacte zakelijke en thuiscomputers (toentertijd noemden we dat nog geen pc’s). In 1981 betaalde Microsoft het bedrijf Seattle Software Works 10.000 dollar voor een ongeautoriseerde kloon van CP/M die het later aan IBM licenseerde om te gebruiken op de eerste IBM PC als PC-DOS dat later uit zou groeien tot het veel populairdere MS-DOS. CP/M draaide in zijn hoogtijdagen op 3000 verschillende computers.

2. OS/2

In augustus van het jaar 1985 tekende Microsoft een deal met IBM om samen een geavanceerd besturingssysteem met de naam OS/2 te gaan ontwikkelen als opvolger van DOS. Het uiteindelijke systeem werd echter nooit zo populair als MS DOS (of later Windows). Sterker nog, OS/2 werd hét twistpunt tussen Microsoft en IBM.

Dit kwam doordat Microsoft de meeste ontwikkelcapaciteit toekende aan Windows en Windows NT. OS/2 raakte bij Microsoft op het tweede plan verzeild. Later stapte Microsoft volledig uit de ontwikkeling van OS/2. IBM bracht in december 2001 de laatste IBM-versie van OS/2 uit en weigerde ondanks verschillende smeekbedes het systeem als open-source uit te geven.. Nu wordt het besturingssysteem up-to-date gehouden door Serenity Systems International en heet het eComStation.

OS/2 was in veel opzichten de voorloper van Windows NT (en dus ook van het latere XP en Server). Het systeem blonk uit in stabiliteit en introduceerde features die pas later in Microsoft-besturingssystemen gebracht worden, zoals een 32-bit architectuur, een virtuele machine voor DOS, multitasking en een gebruiksinterface die gedreven werd door objecten in plaats van vaste onderdelen.

Toch werd OS/2 geen succes vooral vanwege het gebrek aan applicaties (software verscheen eerst voor Windows en dan pas voor OS/2) en omdat IBM het niet zag zitten alle mogelijke hardware te ondersteunen, iets dat Microsoft met DOS en Windows wel probeerde te doen. Ook het feit dat OS/2 geen onderscheid kon maken tussen individuele gebruikers of typen gebruikers (bijvoorbeeld de gast- of beheerdersrol) in een tijd dat netwerken steeds belangrijker werden nekte de adoptie van het platform.

3. Symbian

Symbian (ontstaan in 1998) was ooit het populairste besturingssysteem voor mobiele high-end toestellen in de tijd dat nog niemand van de iPhone had gehoord. In zijn topjaren werd het OS geflankeerd door Windows Mobile, BlackBerry en allerhande op Java-gebaseerde besturingssystemen. Met name tussen 2008 en 2010 verruilden consumenten hun oude mobieltje van Nokia voor een nieuwer Symbian-model met browser en internetverbinding.

Symbian stond dus twee jaar aan de top, maar de komst van de iPhone en Android-toestellen maakten daar een einde aan. Analisten zagen de dramatische val van Symbian niet aankomen. Zelfs in 2010 verwachtte IDC nog dat Symbian in 2014 marktleidend zou zijn. Even later explodeerde de groei van Android met populaire toestellen als de HTC Desire en de eerste Samsung Galaxy S.

Symbian ligt op dit moment aan de beademing en dreigt te sterven. Hoewel er geen nieuwe toestellen meer verschijnen, kunnen gebruikers nog wel ondersteuning tegemoetzien. Nokia bracht de doorontwikkeling onder bij Accenture die tot 2016 verder blijft gaan met de ondersteuning. De Nokia 808 PureView is het laatste ‘vlaggenschip’ dat met Symbian is uitgerust.

4. BeOS

Toen Apple halverwege de jaren '90 op sterven na dood leek, besloot ex-Apple bestuurder Jean-Louis Gasseé van Be Incorporated de gok te wagen met een pc op een geheel nieuw platform. Van 1990 tot 1995 hadden 12 ingenieurs van Apple, NeXT (Steve Jobs' bedrijf) en Sun aan de BeBox en het besturingsysteem BeOS gewerkt: een investering van ruim 9 miljoen dollar en die bijvoorbeeld het 64-bit bestandssysteem BFS opleverde.

Deze krachtsinspanning resulteerde in een machine met twee PowerPC CPU's op 66MHz op een besturingssysteem dat volgens de makers de concurrentie aan zou kunnen gaan met Mac OS en Windows. De machines waren gericht op de zakelijke markt en in het bijzonder op developers. Toch werd het een grote mislukking. In de twee jaar dat de machine verkocht werd, verwisselden slechts 2000 exemplaren van eigenaar.

BeOS bestaat nog steeds, maar lijdt een marginaal bestaan sinds eigenaar Palm door HP overgenomen werd. Wat van BeOS over is, is terug te vinden in het gratis open-source OS Haiku, waarvan in november de laatste alpha-versie verscheen.

5. DR-DOS

In de jaren 80 ontwikkelden een aantal eigenzinnige ontwikkelaars een eigen Microsoft-variant voor het marktleidende MS-DOS. Gary Kindall, eerder verantwoordelijk voor CP/M, startte met Digital Research een bedrijf om het opkomende MS-DOS het vuur aan de schenen te leggen. Helaas bleek CP/M-86 niet het alternatief waar pc-gebruikers op zaten te wachten, dus besloot hij in de vorm van DR-DOS een kloon uit te brengen die DOS voorzag van functionaliteit waaraan Microsoft niet zou kunnen tippen.

DR-DOS bracht aanvullende tools voor de command-line, bood ondersteuning voor grote FAT16 harde schijven en voegde bijvoorbeeld wachtwoordbescherming aan de kernel van het systeem toe waardoor het de belangrijkste concurrent voor Microsoft werd. Later werden ook zaken als geavanceerd geheugenbeheer, schijfcompressie een taakbeheerder en ‘undelete’ aan het arsenaal toegevoegd. Desondanks werd DR-DOS nooit de belangrijkste speler en verkocht Digital Research in 1991 de broncode aan Novell die de ontwikkeling voortzette onder de naam Novell DOS en PalmDOS, een besturingssysteem voor handheld palmtoppc’s.

6. Novell Netware

Begin jaren tachtig besloot de Amerikaanse netwerkspecialist Novell om een besturingssysteem voor Novell netwerkservers te ontwikkelen waar computers draaiende op CP/M en DOS gebruik van konden maken als alternatief voor mainframes en minicomputersystemen. Enkele jaren later werd het systeem ook voor IBM PC compatible hardware vrijgegeven waardoor ook andere fabrikanten servers konden met Netware leveren.

Voor de komst van Windows NT/Windows Server was Netware een belangrijke speler in serverland en introduceerde het functionaliteit als de Netware Directory Services (NDS), een gedeelde directory zoals die tegenwoordig nog door Microsoft als Active Directory wordt gebruikt.

De grootste fouten van Novell (en aanleiding voor de ondergang van Netware) waren dat het besturingssysteem te lang heeft vertrouwd op een DOS-omgeving om het systeem te beheren, dit terwijl beheerders verlangden naar een grafische GUI-oplossing. Ook bleef Netware vasthouden aan Novells eigen IPX/SPX netwerkprotocol, terwijl het open TCP/IP de standaard voor het internet werd. Hosters kozen daarom niet voor Netware-servers, maar voor Windows-, Unix- en Linux-alternatieven. Tegenwoordig leeft Netware verder als Linux-gebaseerd besturingssysteem onder de vlag Open Enterprise Server.

7. NeXTStep

Nadat Steve Jobs Apple in 1985 noodgedwongen had verlaten, begon hij met het bedrijf NeXT, waar een heel nieuw platform werd opgebouwd rond een Unix-achtig OS met de naam NeXTSTEP. NeXT produceerde van 1988 tot 1993 een hele computerlijn (tegenwoordig allemaal verzamelobjecten), waarna de hardware werd losgelaten en het bedrijf zich volledig op software ging concentreren.

In 1994 kwam Canon, dat zelf een aandeel in NeXT had, met een eigen NeXTSTEP 486-machine: de object.station 41. Helaas bleek het NeXTSTEP OS niet populair genoeg; de object.station verkocht niet best. Maar vergis je niet: alle moderne Macs draaien op OS X, wat weer gebaseerd is op NeXTSTEP, waardoor het eigenlijk gewoon volle neefjes zijn van dit moedige Canon-initiatief.

8. GEOS

Twee jaar na het verschijnen van Apples grafische besturingssysteem Mac OS kwam Berkeley Softworks (wat later bekend werd als GeoWorks) in 1986 met een 8-bit kloon voor de 1 Mhz Commodore 64 thuiscomputer: GEOS.

Net als Mac OS bood GEOS een tekstverwerker, een rekenmachine en een tekenprogramma. Pakketten als een DTP-applicatie en spreadsheet waren afzonderlijk verkrijgbaar. Commodore was zo onder de indruk van het programma dat het GEOS standaard ging meeleveren met de goedkope C64C-machine.

In 1990 bracht GeoWorks met PC/GEOS (ook bekend als GeoWorks Ensemble) een 16-bit besturingssysteem voor XT en AT pc’s uit dat weliswaar DOS als onderliggende laag vereiste, maar wel een complete grafische interface kende waarop gebruikers programma’s konden installeren. GEOS bleef eind jaren ’90 besturingssystemen voor goedkope instapcomputers leveren in de vorm van NewDeal Office en Breadbox Ensemble.

9. AmigaOS

Tegenwoordig is multitasking de normaalste zaak van de wereld, maar bijna dertig jaar geleden werd het beschouwd als de heilige graal. Doordat Windows op DOS was gefundeerd, kon je daarmee alleen maar dromen van multitasken. Mac OS en de eerste OS/2-versie konden wel programma’s naast elkaar uitvoeren, maar de taken zaten elkaar daarbij hopeloos in de weg. Terwijl andere besturingssystemen gefrustreerd met multitasking knoeiden, wist Amiga de onderliggende problemen te omzeilen. Dit OS zat zó geavanceerd in elkaar dat de grote IT-bedrijven meer dan tien jaar nodig hadden om hun achterstand in te lopen. De multithread-multitasking capaciteiten van AmigaOS werden vooral gebruikt voor zware grafische toepassingen in de media-industrie. Des te opmerkelijker dus dat het OS ook onder een breder publiek op populariteit kon rekenen, waaronder veel gamers.

Het duurde nog tot eind jaren ’90 voordat Windows NT, OS/2 en het Mac OS multitasking ondersteunden, en in tegenstelling tot AmigaOS hadden deze systemen daar een behoorlijk zware hardwareconfiguratie voor nodig.

Helaas waren de makers van het AmigaOS beter in het bedenken van krachtige technologie dan in het bewaken van hun banksaldo. Sinds 1994 werd het bedrijf erachter verschillende malen failliet verklaard en overgenomen door andere bedrijven, zoals Commodore en Gateway. De ontwikkeling van AmigaOS 4 werd weliswaar doorgezet voor de PowerPC en deze versie kwam in 2006 zelfs op de markt, maar er heeft jarenlang juridische touwtrekkerij plaatsgevonden over wie het besturingssysteem nu eigenlijk mag voeren. Het Belgische Hyperion Entertainment claimt de boel juridisch gezien in handen te hebben en levert er nog steeds software voor.

10. WebOS

Het destijds compleet nieuwe, op Linux gebaseerde WebOS en de eerste smartphone daarmee, moesten in januari 2009 mobiele fabrikant Palm redden. De verkoop van zijn oude producten zat al geruime tijd in een neergaande spiraal en de vooruitzichten waren slecht. WebOS beloofde een smartphonesysteem met apps, multitasking en hechte integratie met e-mail en clouddiensten.

Toch werd het geen succes en werden toestellen op basis van het besturingssysteem nauwelijks verkocht. Hoe heeft dit zo mis kunnen gaan?

Ten eerste is Palm zijn tijd ver vooruit geweest door in 2008 al te kiezen voor html als app-platform voor zijn nieuwe mobiele besturingssysteem. Naderhand is echter gebleken dat Palm zijn tijd hiermee té ver vooruit was. HTML zelf was nog niet zo krachtig als het nu is met de mogelijkheden die HTML5 biedt. Bovendien waren HTML-ontwikkelaars ook nog niet gericht op 'echte' apps, die lokaal op een apparaat draaien.

"We waren simpelweg niet in staat om zo'n ambitieus en baanbrekend ontwerp uit te voeren", vertelde voormalig software-topman Paul Mercer van Palm aan The New York Times. Hij overzag het interface-ontwerp van WebOS en huurde belangrijke ontwikkelaars in voor het nieuwe besturingssysteem. "Misschien dat het nooit uitgevoerd kon worden omdat de technologie er nog niet was", zegt hij achteraf.

Die ex-topman geeft ook aan dat het moeilijk was om in 2009 programmeurs te vinden die een goed begrip hadden van browser-engine WebKit. Dat was namelijk niet alleen de basis voor Palms nieuwe platform, maar ook voor de Safari-browser in Apple's iOS en voor de webbrowser in Google's Android. Die twee techreuzen hadden het m eeste toptalent op dit gebied al weggekaapt, legt Mercer uit.

WebOS was tot voor kort in handen van HP. Dat bedrijf stopte medio 2011 met de ontwikkeling van het mobiel platform, dat een erfenis was van de overname van Palm. HP besloot het te implementeren als OS voor zijn TouchPad-tablets, iets wat uitdraaide op een grote deceptie. HP besloot vervolgens webOS vrij te geven aan de open source-gemeenschap. In februari van dit jaar besloot elektronicafabrikant LG het noodlijdende besturingssysteem over te nemen om het te kunnen integreren in zijn lijn Smart TV’s.

▼ Volgende artikel
Dit wil je weten over tweestapsverificatie, óók zonder je smartphone
© Looker_Studio - stock.adobe.com
Huis

Dit wil je weten over tweestapsverificatie, óók zonder je smartphone

Je inloggegevens alleen met een wachtwoord beveiligen is vragen om problemen. Steeds meer diensten en apps bieden daarom tweefactorauthenticatie (2FA) aan, of ze verplichten dit zelfs. Naast een wachtwoord heb je dan een tweede factor nodig. Vaak gebruik je hiervoor je smartphone, maar wat doe je als je (tijdelijk) geen telefoon hebt?

Dit artikel in het kort

Tweestapsverificatie (2FA) beschermt je accounts beter dan alleen een wachtwoord. Vaak gebruik je hiervoor je smartphone, maar dat hoeft niet. In dit artikel lees je hoe je ook zonder telefoon veilig kunt inloggen. Zo ontdek je hoe desktop-authenticators zoals Proton of KeePassXC werken, hoe je een hardwaresleutel zoals een YubiKey instelt, en hoe je back-upcodes aanmaakt voor noodgevallen. Ook wordt uitgelegd wat een digitale en fysieke token precies doen en hoe toegangssleutels (passkeys) een alternatief vormen voor klassieke wachtwoorden.

Wachtwoorden kun je vergeten, of ze worden gehackt. Daarom is het niet handig om de toegang tot een dienst of app alleen met een wachtwoord te beveiligen. Voor meer veiligheid voeg je daar een tweede authenticatiemethode aan toe. We hebben het over het aanmelden via 2FA (tweefactorauthenticatie oftewel tweestapsverificatie).

Bij 2FA heb je naast iets wat je weet, meestal een wachtwoord, ook iets wat je 'hebt' of 'bent' nodig om in te loggen. Zo'n tweede factor is vaak een unieke, eenmalige code via een authenticator-app op je smartphone. Het kan ook een sms-code, pushmelding, hardwaresleutel of een biometrische beveiliging zijn. Zo kan een aanvaller met je wachtwoord niet binnendringen, want hij heeft ook die tweede factor nodig. Een geraden of gelekt wachtwoord is dus niet meer voldoende, wat de veiligheid verhoogt.

Smartphone

Veel 2FA-oplossingen werken via een smartphone, bijvoorbeeld met de authenticator-app van Authy, Google of Microsoft, of via sms-berichten naar je telefoon. Dit is handig, maar er zijn ook nadelen. Je hebt altijd je telefoon nodig en bij een lege batterij, verlies of diefstal kom je mogelijk niet bij je accounts. Ook al je je in een gebied zonder mobiel bereik bevindt, is het lastig of onmogelijk om een sms te ontvangen.

2FA via sms is bovendien kwetsbaar voor praktijken als sim-swapping. Hierbij zet een aanvaller jouw telefoonnummer om naar een eigen simkaart om zo sms-codes te ontvangen. Je smartphone kan ook besmet raken (via phishing) met malware. Ook daarmee kan een aanvaller andere 2FA-codes onderscheppen.

Het kan ook zijn dat je geen smartphone voor je werk hebt en dat je je privételefoon liever niet gebruikt voor werkgerelateerde 2FA-authenticaties. Je kunt er natuurlijk ook nog bewust voor kiezen om geen eigen smartphone te hebben.

Gelukkig bestaan er veilige alternatieven om je ook zonder smartphone via 2FA aan te kunnen melden, zoals de rest van dit artikel duidelijk maakt.

Lees ook: Waarom je beter geen sms voor tweestapsverificatie kunt gebruiken

Een eenmalige code via een (mobiele) authenticator-app is een van de populairste 2FA-verificatiemethoden.

Desktop-authenticator

Veel mensen gebruiken als tweede factor een eenmalige code via een authenticator-app. Daarvoor bestaan verschillende gratis mobiele apps, maar je kunt ook je desktop of laptop inzetten. Je hoeft geen virtuele Android-omgeving op te zetten met een tool als BlueStacks om zo bijvoorbeeld de mobiele Android-authenticator van Google of Microsoft te kunnen draaien. Installeer gewoon de desktopversies, zoals het Zwitserse Proton of het Zweedse Yubico.

We vertellen je in het kort hoe je hiermee bij Google aanmeldt. De procedure bij andere diensten en apps gaat op een vergelijkbare manier. Surf naar https://myaccount.google.com en open Beveiliging. Kies Tweestapsverificatie en zorg dat deze is ingeschakeld. Klik bij tweede stap op Authenticator en daarna op Authenticator instellen. Er verschijnt een QR-code, maar voor je desktop-app klik je op Kun je de code niet scannen. Je krijgt nu de nodige gegevens om de geheime sleutel (zie kader Werking digitale token) handmatig in te voeren.

Als je dit in je authenticator-app hebt ingesteld (zie de alineaProton Authenticator), klik je op Volgende en voer je de code in die de app genereert. Je kunt nu definitief tweestapsverificatie bij Google aanzetten. Bij de volgende aanmeldingen voer je nu voortaan naast je wachtwoord ook de gevraagde code in.

De tweestapsverificatie bij Google is geactiveerd, met (voorlopig alleen) een authenticatorcode als tweede factor.

Proton Authenticator

We nemen Proton Authenticator voor Windows als voorbeeld (ook beschikbaar voor macOS en Linux). De installatie bedraagt slechts enkele muisklikken. Start daarna de app start op en klik op Create new code. Vul bij Title bijvoorbeeld Google account in en plak de sleutel van 32 tekens in het veld Secret.

Bij Issuer kun je Google opgeven. Via Advanced options pas je eventueel instellingen aan als de dienst specifieke eisen heeft voor het aantal cijfers (standaard 6), tijdsinterval (standaard 30 seconden), algoritme (standaard SHA1) of type (standaard TOTP, maar kies STEAM voor het Steam-gameplatform van Valve). Klik op Save code om de code toe te voegen.

Via het tandwielpictogram kun je onder meer je codes back-uppen, exporteren, importeren en ook synchroniseren tussen apparaten via een gratis Proton-account. Na het aanmaken verschijnt de code in het hoofdvenster, met een geanimeerd pictogram dat de resterende geldigheidsduur toont. Je hoeft deze code nu maar bij de juiste dienst in te vullen als tweede factor, naast je wachtwoord.

Via Proton Authenticator voeg je een TOTP-code toe aan Googles 2FA-verificatieproces.

Werking digitale token

De meeste mensen gebruiken een digitaal token als tweede factor, zoals een pushmelding of een eenmalige cijfercode. Dit laatste wordt ook wel TOTP genoemd (Time-based One-Time Password) en werkt als volgt.

Bij het instellen van 2FA genereert de dienst een unieke geheime sleutel. Deze wordt één keer met je authenticator-app gedeeld via een QR-code of handmatige invoer. Zowel de server van de dienst als je authenticator-app gebruiken deze sleutel samen met het actuele tijdstip om met dezelfde wiskundige formule een code van meestal 6 cijfers te berekenen. Zo'n code blijft standaard dertig seconden geldig. Zodra je deze code invoert, vergelijkt de server deze met zijn eigen berekening. Is er een match, dan weet de server dat jij de juiste geheime sleutel hebt en dat de code actueel is, waarna je kunt inloggen.

©TvD | ID.nl

De achterliggende werking van een TOTP-systeem.

TOTP-wachtwoordmanager

Wachtwoorden zijn vooralsnog niet verdwenen (zie ook kader Zonder wachtwoord) en daarom is een wachtwoordmanager aan te raden. Zo hoef je al je wachtwoorden niet zelf te onthouden, voorkom je dat je ze achteloos noteert en vermijd je te veel dezelfde of simpele varianten.

Enkele wachtwoordmanagers ondersteunen ook TOTP-codes voor 2FA, zodat je geen aparte authenticator-app nodig hebt. Gratis opties voor Windows-desktop zijn onder meer Bitwarden en KeePassXC.

We nemen KeePassXC als voorbeeld, dat ook voor macOS en Linux beschikbaar is. Je installeert de tool met enkele muisklikken. Bij de eerste start klik je op Database aanmaken, voer je een naam en eventueel een omschrijving in. Klik daarna op Doorgaan. Laat de instellingen gerust ongewijzigd en klik op Doorgaan. Geef een sterk hoofdwachtwoord in (twee keer) en bevestig met Gereed. Kies een locatie voor de database en klik op Opslaan.

Voer in het hoofdvenster de accountgegevens in, zoals Titel, Gebruikersnaam, Wachtwoord en URL, en bevestig met OK. Het item wordt toegevoegd. Klik er met de rechtermuisknop op, kies TOTP / TOTP instellen en vul de Geheime sleutel in. Pas via Aangepaste instellingen eventueel de parameters aan en bevestig met OK. Om de TOTP-code te zien, kies je TOTP / TOTP (QR code) weergeven in het contextmenu.

Je kunt ook de KeePassXC-browserextensie downloaden en installeren om je online wachtwoorden en TOTP-codes automatisch in de browser in te vullen.

Ook wachtwoordbeheerder KeePassXC kan TOTP-codes genereren.

Hardwaresleutel

In plaats van een digitale sleutel kun je ook een fysieke hardwaresleutel gebruiken als tweede factor. Zo'n sleutel is extra veilig omdat deze via internet niet kan worden gekopieerd of gestolen. Ook phishers maken nauwelijks kans, want de sleutel is gekoppeld aan de originele website-url van de dienst. Zelfs als iemand je sleutel heeft, blijft je wachtwoord nodig en vaak ook een pincode of biometrie om de sleutel te gebruiken. Bij verlies rest meestal alleen een alternatieve tweede factor, zoals een TOTP-code of back-upcodes (zie hieronder), tenzij je een reservesleutel hebt.

We nemen als voorbeeld een YubiKey 5 NFC USB-A van Yubico (circa 60 euro). Dit kan ook een ander merk of type zijn, zoals Feitian, Nitrokey of SoloKeys. Ga in Windows 11 naar Instellingen, kies Accounts / Aanmeldingsopties en selecteer Beveiligingssleutel / Beheren. Plaats de sleutel in de pc en activeer deze. Klik op Toevoegen bij Pincode voor beveiligingssleutel. Je kunt ook de Yubico Authenticator downloaden die ook beschikbaar is voor macOS en Linux. Ga door met installeren en start als administrator op. Open nu Passkeys, klik op Set PIN, voer tweemaal een pincode in en klik op Save.

We nemen opnieuw Google als voorbeeld, waar je inmiddels tweestapsverificatie hebt ingeschakeld. Op de webpagina van je Google-account open je Beveiliging en klik je op Toegangssleutels en beveiligingssleutels. Kies + Toegangssleutel maken, klik op Ander apparaat gebruiken, selecteer Beveiligingssleutel en klik op Volgende en daarna op OK (twee keer). Voer de pincode van de sleutel in, bevestig met OK en activeer de sleutel. Deze is nu bruikbaar als tweede factor.

Bij Google maak je eenvoudig een toegangssleutel aan.

Werking fysieke token

Je kunt als tweede factor ook een fysieke token gebruiken. Bij banken kan dit een klein kastje zijn dat codes genereert, maar het kan ook een hardwaresleutel zijn zoals een YubiKey. Zo'n sleutel koppel je aan je computer via usb of bij smartphones via bluetooth of NFC. Dit werkt als volgt.


Je koppelt de sleutel één keer aan je account, waarbij een uniek cryptografische sleutelpaar wordt aangemaakt. De publieke sleutel gaat naar de server van de dienst, terwijl de privésleutel veilig in het hardwaretoken blijft en deze nooit verlaat. Na het invoeren van je wachtwoord vraagt de server aan de sleutel om een unieke digitale handtekening te maken voor die specifieke aanmelding.

Jij bevestigt de aanvraag, bijvoorbeeld door het token te activeren. Vervolgens stuurt de sleutel de handtekening naar de server, die controleert of deze overeenkomt met de eerder opgeslagen publieke sleutel. Bij een match weet de server dat jij de echte sleutel bezit en kun je inloggen.

Onder meer Yubico heeft diverse hardwaretokens (YubiKey) in het aanbod.

Back-upcodes

We hebben nu al twee methoden om ons via een desktop-pc of laptop bij 2FA aan te melden: digitale TOTP-codes en een hardwaresleutel. Heb je ook een toegangssleutel, bijvoorbeeld gekoppeld aan je Windows Hello-inlogmethode, dan zijn het er zelfs drie opties. Al is dit eigenlijk geen klassieke 2FA maar een methode zonder wachtwoord (zie kader Zonder wachtwoord).

De meeste diensten die 2FA ondersteunen, bieden ook back-upcodes aan, hoewel deze eigenlijk bedoeld zijn als noodingreep. We raden je in elk geval aan deze te genereren of te downloaden en offline te bewaren, bijvoorbeeld in een kluis of andere water- en brandveilige plek. Laat ze zeker niet rondslingeren en deel ze nooit digitaal.

Voor je Google-account bijvoorbeeld werkt dit als volgt. Meld je opnieuw aan op je accountpagina, open Beveiliging, scrol naar beneden en klik op Back-upcodes en daarna op Back-upcodes genereren. Google maakt direct tien codes aan die je kunt downloaden en/of afdrukken. Dit is meestal voldoende om problematische aanmeldingen op te lossen. Je kunt op elk moment weer tien nieuwe codes aanmaken, waarmee de vorige tien codes automatisch ongeldig worden.

Google genereert tien back-upcodes die je goed dient te bewaren voor het geval er iets misgaat.

Zonder wachtwoord

2FA combineert dus iets dat je 'weet' (wachtwoord) met iets wat je 'hebt' (zoals een code of sleutel) of 'bent' (biometrie). Er komt ook steeds meer concurrentie van een oplossing zonder wachtwoord via zogeheten toegangssleutels (passkeys). Dit systeem is enkel gebaseerd op iets wat je 'hebt' (een hardwarematige of softwarematige sleutel), vaak gecombineerd met een vorm van biometrie.

Je hebt hierbij dus geen wachtwoord meer nodig. Je kunt direct inloggen met zo'n sleutel, meestal na een geslaagde vingerafdruk, gezichtsherkenning of pincode. Onderliggend werkt dit via de FIDO2-standaard met het hardwareprotocol CTAP2 en het webprotocol WebAuthn.

Op www.passkeys.io/ vind je een demonstratie en een lijst van enkele tientallen sites en apps die toegangssleutels als volledig wachtwoordalternatief ondersteunen. Nog meer diensten staan op https://passkeys.directory, een door de community beheerde lijst. De aanduiding MFA (Multi Factor Authenticatie) betekent hier dat toegangssleutels ook inzetbaar zijn als extra beveiligingslaag naast andere inlogmethodes. Zo kun je onder meer bij Google via een toegangssleutel, zoals een pincode, inloggen, zonder zelfs je wachtwoord te hoeven intikken.

Passkeys-directory: ook Google ondersteunt volop toegangssleutels.

Offline dingen veilig bewaren?

Haal een kluis in huis!
▼ Volgende artikel
Een eigen kluis, de plek voor al je wachtwoorden
Zekerheid & gemak

Een eigen kluis, de plek voor al je wachtwoorden

Je kent het wel: je wil iets online bestellen of even het saldo op je rekening checken. En dan komt het: je moet inloggen. Maar, wat was ook al weer het wachtwoord? De geboortedatum van je partner, de laatste twee cijfers van je postcode in combinatie met je lengte? Voor je het weet druk je weer op de knop 'Wachtwoord vergeten'... Dat kan makkelijker.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bitdefender

Ons brein is er niet voor gemaakt om voor vijftig verschillende sites unieke codes te onthouden. En juist daarom zijn wachtwoordmanagers de laatste jaren zo populair geworden. In dit artikel kijken we eens goed naar de oplossing van Bitdefender. Ze zijn wereldberoemd om hun antivirus, maar kunnen ze ook zorgen dat jij nooit meer buitengesloten wordt bij je eigen accounts?

In het kort

In dit artikel bespreken we hoe een wachtwoordmanager dient als oplossing voor het veilig beheren van talloze online accounts. We laten je zien dat je met slechts één sterk hoofdwachtwoord toegang krijgt tot een digitale kluis, waarna de software automatisch complexe inlogcodes genereert en invult op al je apparaten. Daarnaast wordt behandeld hoe lokale versleuteling en digitale herstelsleutels zorgen voor privacy en toegangszekerheid, zonder dat gegevens op straat komen te liggen

Waarom een wachtwoordmanager?

Laten we eerlijk zijn, de meeste mensen gebruiken nog steeds overal hetzelfde wachtwoord, of een kleine variatie daarop. Of ze schrijven het ergens op. Dat voelt misschien wel veilig, tot je beseft hoe lek het internet soms kan zijn of dat je net dat boekje kwijtraakt.

Met een wachtwoordmanager zoals Bitdefender SecurePass password manager los je dat probleem voor een groot deel op. Die fungeert als een onzichtbare butler die je helpt met de wachtwoorden invullen, ook al is het misschien lastig of spannend om alles zomaar uit handen te geven. Je installeert de software op je eigen computer en je telefoon, en je bedenkt één heel sterk hoofdwachtwoord. Dat is de enige die je nog hoeft te onthouden.

Voor BitDefender SecurePass heb je een hoofdwachtwoord nodig, en alleen die hoef je te onthouden.

Zodra je die invoert, gaat de kluis open en regelt Bitdefender de rest. Als je dan naar Facebook of je favoriete webshop gaat, ziet het programma dat je wil inloggen en vult het de velden voor je in. Je hoeft niet meer te typen, niet meer te denken en vooral niet meer te stressen. Het mooie is dat het programma je ook meteen helpt bij het aanmaken van wachtwoorden voor nieuwe accounts. In plaats van dat jij weer moet gaan nadenken over een code met een uitroepteken en een cijfer, genereert de software gewoon een onmogelijk te kraken reeks tekens uit en slaat deze direct op. En jij ziet het wachtwoord niet eens, en dat hoeft ook niet, want de software onthoudt het voor je.

En ben je bang dat je misschien ook het hoofdwachtwoord niet meer weet? SecurePass genereert ook nog een digitale herstelsleutel die je in het allerergste geval dan kunt inzetten om in te loggen. Die herstelsleutel bewaar je bij voorkeur op een andere plek dan je smartphone of computer, of print je uit en sla je op in een kluis.

Met een herstelsleutel zorg je dat je altijd toegang kunt krijgen tot je wachtwoordkluis.

Lokaal opgeslagen: veilig!

Het blijft een raar idee: al je wachtwoorden bij één bedrijf parkeren. Wat als zij gehackt worden? Dan ligt alles op straat, toch? Nou, gelukkig zit dat bij Bitdefender wel goed in elkaar. De versleuteling van je wachtwoorden gebeurt namelijk lokaal op jouw eigen apparaat, nog voordat het via het internet naar hun servers wordt gestuurd. Jouw hoofdwachtwoord is de sleutel die die versleuteling ongedaan maakt. Omdat Bitdefender jouw hoofdwachtwoord niet heeft (en ook nergens opslaat), kan niemand bij jouw gegevens; ook niet in geval van een lek of hack.

Maar omdat Bitdefender jouw wachtwoord nergens hebben opgeslagen, niet hebben, kunnen ze je ook niet helpen als je het vergeet. Er is geen "wachtwoord vergeten" optie voor je hoofdwachtwoord. Je krijgt bij het installeren alleen die speciale herstelcode. Die moet je echt uitprinten of op een veilige plek bewaren, want als je je hoofdwachtwoord kwijt bent én die herstelcode, dan ben je echt de pineut en kom je je kluis nooit meer in.

Hoe werkt het in de praktijk?

Bitdefender SecurePass installeer je als app op een Android- of iOS-toestel, en is beschikbaar als browser-add-on voor de Windows- en MacOS-versies van Chrome, Edge, Firefox en Safari.

Op een desktop werkt Bitdefender SecurePass als een extensie in je browser en op de smartphone als een app.

Veiligheid is leuk, maar als de software lastig is in gebruik, gooi je het er na een week weer vanaf. Gelukkig heeft Bitdefender goed gekeken naar hoe mensen surfen en software gebruiken. De interface oogt fris voor zowel de browser-extensie als de app op je telefoon. Wat vooral fijn is, is de synchronisatie. We leven in een tijd waarin je 's ochtends op je telefoon zit, overdag op een laptop werkt en 's avonds misschien met een tablet op de bank hangt. Als je op je laptop een nieuw wachtwoord aanmaakt voor Netflix, wil je niet op je telefoon die hele rits tekens moeten overtypen.

Je hebt daardoor toegang tot alle accounts zonder dat je overal moet nadenken over wat de gebruikersnaam of het wachtwoord ook echt precies was: makkelijk en handig dus!

Ieder nieuw account sla je op in SecurePass zodat de gegevens overal automatisch worden ingevuld, op ieder apparaat.

Het meeste werk gebeurt via een extensie in je browser (via het icoontje rechtsboven in de browser) of via de app op je telefoon. Bitdefender synchroniseert dit razendsnel. Zodra je iets opslaat op het ene apparaat, is het vrijwel meteen beschikbaar op het andere. Daarnaast doet het meer dan alleen wachtwoorden. Je kunt er ook notities in kwijt die niemand mag zien

Ook is het handig dat je een of meerdere betaalkaarten en creditcards kunt toevoegen. Iedere keer dat je op een betaalpagina komt, laat Bitdefender je een scherm zien waarop je kunt aangeven welke opgeslagen creditcard je wil gebruiken. Na de selectie vult Bitdefender automatisch alle creditcardgegevens in en kun je de bestelling afmaken.

Ook je creditcardgegevens sla je eenvoudig op in SecurePass, zodat je die gegevens niet telkens handmatig hoeft in te typen als je iets online bestelt.

Gebruik je slechte of makkelijk te raden wachtwoorden, dan is er een beveiligingsscan die ten eerst kijkt of je geen zwakke wachtwoorden hebt gebruikt, maar ook op het dark web op de achtergrond scant naar gelekte gegevens. Je krijgt dan direct de tip om je wachtwoord direct aan te passen.

Met het beveiligingsrapport kun je zien welke wachtwoorden zwak of zelfs gelekt zijn, waardoor je direct weet waar je iets moet aanscherpen.

Tot slot

Als we alles op een rijtje zetten, is Bitdefender SecurePass een goede keuzae als je geen zin hebt in een lastig te beheren omgeving . Voor de gemiddelde gebruiker is dit precies wat je zoekt. Het doet wat het moet doen: het beveiligt je gegevens muurvast en haalt de frustratie van het inloggen weg. Vooral als je al gebruikmaakt van de antivirus van Bitdefender, is dit een logische toevoeging die naadloos in je bestaande pakket past. Het is misschien even wennen om de controle uit handen te geven, maar als je eenmaal gewend bent aan het feit dat je nooit meer een wachtwoord hoeft te onthouden, wil je nooit meer terug.