ID.nl logo
Van gas naar elektrisch: waar moet je op letten?
Huis

Van gas naar elektrisch: waar moet je op letten?

Een ding weet je zeker: je stapt over op elektrisch koken. Weg gaskookplaat, welkom inductiekookplaat! Als je echter altijd op gas gekookt hebt, kunnen we ons voorstellen dat je toch niet helemaal weet waar je op moet letten. Koken op gas of elektrisch koken: het zijn echt twee verschillende principes.

Voordat je van gas naar inductie (of van gas naar keramisch) overstapt, hebben wij zodoende nog wat tips voor je. We gaan in dit artikel in op de kosten van de overstap van gas naar elektrisch koken. Daarbij hebben we extra aandacht voor de aanschaf van nieuwe pannen. Om op een inductiefornuis te kunnen koken, heb je namelijk soms andere pannen nodig.

Ook vraag je je misschien af in welk van de twee categorieën je nu eigenlijk een duurzaam fornuis kunt vinden. Anders gezegd: wat verbruikt een inductiekookplaat en wat zijn de bijbehorende kosten? Lees snel verder, dan vertellen wij je alles over de overstap van gas naar inductie. Kies je liever voor keramisch koken? Aan het eind van dit artikel zetten we de verschillen tussen inductie en keramisch nog even op een rij.

Van gas naar inductie: kosten

Eerst kijken we naar de kosten van het overstappen van gas naar elektra. Of beter gezegd: van gas naar inductie. Wat zijn de kosten van inductiekoken? Om deze vraag te beantwoorden, kijken we naar verschillende elementen, te beginnen met de aanschafkosten. Inductiekookplaten zijn al te koop vanaf zo'n 300 euro.

De exacte prijs is afhankelijk van de grootte en het aantal kookzones. Gemiddeld genomen kost een inductiekookplaat zo’n 850 euro. Bij het koken op gas zijn de kosten van aanschaf vaak lager.

Ten tweede kijken we naar de energiekosten. Het verbruik van een inductiekookplaat ligt rond de 175 kWh per jaar. Dat komt neer op zo'n 35 à 40 euro per jaar. Door te koken op gas, verbruik je gemiddeld zo'n 37 m3 gas per jaar, hetgeen je aan energiekosten nog geen 25 euro kost. Op dit moment is een gaskookplaat dus goedkoper. Dat beeld verandert echter snel: de belasting op gas stijgt, zodat de kosten van het gasverbruik van je gaskookplaat ook toenemen. Er komt zodoende een moment dat koken op inductie goedkoper wordt dan op gas.

Voordat je overstapt van gas naar inductie is het zaak te kijken naar de stopcontacten in je keuken en je meterkast. Het kan namelijk zijn dat je deze moet ombouwen.

Je hebt voor inductieplaten (met meerdere pitten) 5-polige Perilex-stopcontacten (voor een 5 polige stekker) en 2- of 3-fase-aansluitingen nodig, evenals een leiding met bekabeling van je meterkast naar de juiste plek in je keuken. De inductiekookplaat neemt namelijk meer stroom dan een enkele groep kan leveren. Vooral het aansluiten van je meterkast op 3-fasen is vaak kostbaar.

Van gas naar inductie: pannen

Bij een inductiekookplaat zorgt een elektromagnetisch veld voor verhitting. Bij koken op inductie wordt er pas warmte opgewekt nadat je een geschikte pan op de kookplaat plaatst. Omdat inductiekookplaten werken met een magnetisch veld, zijn niet alle pannen er geschikt voor. Maar waar moet een pan voor het koken op inductie dan aan voldoen? Het is een fabeltje dat je direct al je pannen moet vernieuwen wanneer je overstapt van gas naar inductie, maar er zijn wel degelijk een aantal criteria om in ogenschouw te nemen:

1) Het is ten eerste belangrijk dat de bodem van de pan zo recht mogelijk is. 2) Ten tweede kun je het beste kiezen voor pannen met een dikke bodem, zodat de warmte goed verdeeld en behouden wordt. 3) Ten derde moet je pan magnetisch zijn. Hiermee wordt bedoeld dat in de bodem een stalen laag zit die magnetiseerbaar is.

Als je eerder op een gaskookplaat gekookt hebt, dan bestaat de kans dat de bodem van je pannen vervormd of krom getrokken is. Voor inductie is het echter belangrijk dat de bodem van je pannen recht is. Een vervormde of kromme pan wordt soms niet herkend door het inductiefornuis, hetgeen betekent dat je pan niet warm wordt. Het is echter niet zo dat licht vervormde pannen helemaal niet werken. Deze zullen alleen vaak iets minder efficiënt werken. Ook is het zaak op te passen voor gewiebel of krassen.

Voor het koken op inductie kun je het beste pannen met een dikke bodem gebruiken. Dit zorgt er namelijk voor dat de warmte goed verdeeld kan worden. Pannen die gemaakt zijn van meerdere lagen materiaal (ook wel eens een sandwichbodem genoemd) zijn vooral geschikt. Dat geldt overigens ook voor een gietijzeren pan. Deze pannen hebben namelijk altijd een dikke bodem.

Inductie werkt met een elektromagnetisch veld. Je pannen moeten zodoende een bodem hebben die magnetiseerbaar is, anders werkt de inductiekookplaat simpelweg niet. Om magnetiseerbaar te zijn, moet er een stalen laag in de bodem van de pan zitten. Zodoende werken pannen die geheel van roestvrijstaal of aluminium gemaakt zijn bijvoorbeeld niet. Om te controleren of jouw pannen geschikt zijn, kun je gebruik maken van een magneet. Als de magneet blijft kleven, dan is de bodem magnetiseerbaar.

Kunnen pannen van gas naar inductie? Jazeker! Koken op inductie met oude pannen is zeker mogelijk, mits je pannen dus magnetisch, en relatief vlak en dik zijn. Mocht je echter toch nieuwe pannen willen kopen dan is het zaak te letten op een symbool in de vorm van een spoel. Hieraan herken je pannen die geschikt zijn voor het koken op inductie. 

©PXimport

Inductie werkt met een elektromagnetisch veld. Je pannen moeten zodoende een bodem hebben die magnetiseerbaar is, anders werkt de inductiekookplaat simpelweg niet. Om magnetiseerbaar te zijn, moet er een stalen laag in de bodem van de pan zitten. Zodoende werken pannen die geheel van roestvrijstaal of aluminium gemaakt zijn bijvoorbeeld niet. Om te controleren of jouw pannen geschikt zijn, kun je gebruik maken van een magneet. Als de magneet blijft kleven, dan is de bodem magnetiseerbaar.

Kunnen pannen van gas naar inductie? Jazeker! Koken op inductie met oude pannen is zeker mogelijk, mits je pannen dus magnetisch, en relatief vlak en dik zijn. Mocht je echter toch nieuwe pannen willen kopen dan is het zaak te letten op een symbool in de vorm van een spoel. Hieraan herken je pannen die geschikt zijn voor het koken op inductie.

Of toch van gas naar keramisch?

Wil je elektrisch koken, dan heb je de keuze uit keramisch of inductie. Over inductie hebben we je hierboven al uitgebreid verteld. Hier gaan we nog even in op verschil tussen inductie en keramisch. Bij een keramische kookplaat worden metalen spiralen middels elektriciteit verwarmd. Over deze spiralen zit een glasplaat, waar je de pannen op zet. Dat hoeven geen metalen pannen te zijn (wat bij inductiekoken wel een must is).

Keramisch koken verbruikt gemiddeld 225 kWh per jaar. Dat is meer dan inductiekoken. Daar ligt het verbruik rond de 175 kWh per jaar. Inductiekookplaten zijn echter duurder in aanschaf.

▼ Volgende artikel
Hybride warmtepompen: monoblock of split?
Energie

Hybride warmtepompen: monoblock of split?

Je hebt besloten om je huis duurzamer te verwarmen met een hybride warmtepomp. Een uitstekende keuze die je energierekening flink kan verlagen. Nu sta je voor een volgende beslissing: wordt het een monoblock- of een split-warmtepomp? In dit artikel leggen we de verschillen uit.

Partnerbijdrage: in samenwerking met Intergas

Voordat we de verschillen bespreken, is het goed om te begrijpen hoe een warmtepomp werkt. In essentie haalt een warmtepomp energie uit de buitenlucht en zet deze om in bruikbare warmte voor je huis. Dit proces is enorm efficiënt en kan daarom een forse besparing op je verwarmingskosten opleveren. De twee hoofdtypes die we hier bespreken zijn de monoblock- en de split-warmtepomp.

Wat is een monoblock-warmtepomp?

Een monoblock-warmtepomp is een alles-in-één oplossing. Zoals de naam al suggereert, bestaat deze uit een grote unit die buiten wordt geplaatst. Deze robuuste unit bevat alle technologie die nodig is om warmte uit de buitenlucht te halen en door te geven aan je verwarmingssysteem. De behuizing is stevig gebouwd om weersinvloeden te weerstaan, wat resulteert in een relatief zwaar apparaat – vaak meer dan 80 kilo. Ondanks zijn omvang wordt een monoblock-warmtepomp direct aangesloten op je bestaande verwarmingssysteem, wat de installatie in zekere zin vereenvoudigt.

©Intergas

Wat is een split-warmtepomp?

In tegenstelling tot de monoblock bestaat een split-warmtepomp uit twee afzonderlijke delen: een buiten- en een binnenunit. Deze twee units werken samen om je huis te verwarmen. De buitenunit haalt warmte uit de lucht, waarna deze via speciale leidingen naar de binnenunit wordt getransporteerd. Vervolgens geeft de binnenunit de warmte af aan je verwarmingssysteem.

De buitenunit van een split-systeem is kleiner dan een monoblock, maar even robuust gebouwd. De binnenunit is compact en stil, en wordt meestal op zolder of in een bijkeuken geplaatst. Een belangrijk detail is dat de installatie vanwege het speciale koudemiddel in de leidingen tussen de twee units door een erkende vakman moet gebeuren.

Voor- en nadelen van een monoblock-warmtepomp

Een monoblock-warmtepomp, zoals de Intergas Xtend Monoblock, blinkt uit in efficiëntie. Hij kan meer warmte uit de lucht halen en hogere temperaturen bereiken, waardoor je cv-ketel minder vaak hoeft bij te springen. De grote ventilator van een monoblock produceert doorgaans minder geluid dan de kleinere ventilator van een split-systeem. Ook is de installatie vaak eenvoudiger, omdat er alleen waterleidingen op je cv-systeem aangesloten hoeven worden.

Er zijn echter ook uitdagingen. Een monoblock neemt meer ruimte in beslag en is zwaarder, wat een stevige ondergrond vereist. De waterleidingen naar je huis moeten goed worden beschermd tegen vorst. Tot slot is een monoblock meestal duurder in aanschaf dan een split-systeem.

©Intergas

Voor- en nadelen van een split-warmtepomp

Split-warmtepompen hebben als groot voordeel dat ze goedkoper zijn in aanschaf. Ze zijn ook compacter, wat handig is als je weinig buitenruimte hebt. Je kunt de buitenunit bijvoorbeeld aan de gevel van een appartement hangen. Een ander pluspunt is dat je de buiten- en binnenunit verder uit elkaar kunt plaatsen dan bij een monoblock mogelijk is.

Daar staat tegenover dat de kleinere ventilator van de buitenunit sneller moet draaien en daardoor meer geluid maakt. Een split-systeem haalt doorgaans ook iets minder warmte uit de lucht, waardoor je cv-ketel vaker moet bijspringen. De installatie is ingewikkelder vanwege de speciale leidingen die tussen de binnen- en buitenunit moeten komen.

Zowel monoblocks als split-systemen hebben dus hun voor- en nadelen. Wil je een keuze maken die bij jou past? Neem dan contact op met Intergas. De experts helpen je graag verder.

▼ Volgende artikel
Review LG 65QNED91T6A - Kan hij  tippen aan de concurrentie?
Huis

Review LG 65QNED91T6A - Kan hij tippen aan de concurrentie?

QNED, het antwoord van LG op quantum dots, wordt toegepast in deze miniled lcd-tv. Dit type televisie is inmiddels erg populair geworden, ook in het subtop- en middensegment van het tv-aanbod. Heeft deze LG 65QNED91T6A genoeg in huis om de concurrentie de baas te blijven?

Uitstekend
Conclusie

De 65QNED91T6A kan zijn miniled-beloftes niet echt waarmaken. Het aantal zones in de achtergrondverlichting is vrij laag, waardoor er maar een beperkte verbetering van het contrast is. Ook op het gebied van piekhelderheid scoort hij niet overdreven goed. Als we naar concurrenten in deze categorie kijken, zoals Hisense of TCL, dan bieden die meer zones, beter contrast en meer piekhelderheid. LG slaat de plank verder ook mis door reclame op het Home-scherm toe te laten, dat zetten we onverbiddelijk uit. Ondanks die beperking levert de tv nog voldoende contrast en piekhelderheid, en gecombineerd met een ruim kleurbereik en zeer goede beeldverwerking levert dat alsnog erg mooie beelden. De tv is op zijn best in verlichtte woonkamer. Hij ondersteunt Dolby Vision, maar geen HDR10+. LG vangt dat uitstekend op door zijn eigen dynamische tonemapping. Dat illustreert dat goede beeldverwerking net zo belangrijk als puur contrast of piekhelderheid. WebOS is een prima smart tv-systeem met ruim aanbod apps en functies en nu ook met de garantie voor vijf jaar nieuwe versies voor het OS. De prijs is wat ons betreft echter nog iets te hoog.

Plus- en minpunten
  • Voldoende piekhelderheid en goed contrast
  • Mooie HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Te weinig zones voor een miniled
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Beperkte kijkhoek

OVER DIT TOESTEL

  • Adviesprijs: 1.799 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 120 Hz Full Array miniled QNED LCD-tv met lokale dimming
  • Schermformaat: 65 inch (164 cm)
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, QMS), 2x USB, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, WiFi 5 (802.11ac), ethernet, Bluetooth 5.1, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, WebOS 24, AirPlay 2, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 8 processor
  • Afmetingen: 1452 x 907 x 285 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 35,0 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 84 kWh (E) / HDR 167 kWh (G)

ENERGIELABEL

MEER INFORMATIE

Deze LG-televisie past perfect in het rijtje van moderne, prima afgewerkte televisies die we dit jaar al vaker voorbij zagen komen. Het toestel is vrij slank dankzij het profiel van slechts 45mm, heeft een mooie metaalkleurige rand rondom en een vlakke rug. Aan de zijdes is de rug zoals bij de meeste toestellen wat afgeschuind. De centrale voet biedt geen verschillende draaiposities, maar het scherm staat desondanks toch 7cm hoog boven het tv-meubel, zodat een soundbar goed onder het scherm past. Het enige echt opvallende kenmerk? Het toestel is relatief zwaar, namelijk 35kg inclusief voet.

De tv beschikt over vier HDMI-poorten die allemaal de maximale HDMI 2.1-bandbreedte van 48Gbps bieden. Dat is nog steeds vrij zeldzaam, maar is wel goed nieuws voor gamers met meerdere high-end gaming-bronnen. Er is ondersteuning voor ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync) en op één poort kun je ARC/eARC gebruiken. De input-lag is iets hoger dan bij de oled-modellen, maar blijft zeer goed, 17,0ms (4K60) en 7,6ms (2K120). Wie de tv wil uitbreiden met draadloze luidsprekers, kan gebruik maken van het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association). Je bent wel beperkt tot 2.1-configuraties, een WiSA surround-opstelling is dan helaas niet mogelijk.

Niet alle minileds zijn gelijk

Het gebruik van minileds voor de achtergrondverlichting is iets waar fabrikanten graag mee uitpakken, maar het resultaat per merk en model kan sterk uiteenlopen. Minileds verdelen de achtergrondverlichting in meer segmenten dan wanneer er gewone leds worden toegepast. Het aantal zones kan sterk verschillen, van 100 tot meer dan 1.000. Dat heeft uiteraard impact op de prestaties wat betreft contrast en helderheid.

Deze LG heeft een achtergrondverlichting met 16x10 (160) zones, en dat is vandaag de dag toch redelijk weinig. Concurrenten zitten in dit segment al op 1.500 zones. Het eigen contrast van het VA-paneel is goed, 4.800:1, maar met dat beperkt aantal zones stijgt dat nauwelijks naar 5.000:1, en dat is vooral ook omdat LG erg voorzichtig is met de dimming. Op eenvoudigere testen kan dit wel naar 35.000:1 stijgen. Naar een reden hoeven we niet ver te zoeken, agressief dimmen met zo weinig zones maakt de zonegrenzen zichtbaar, ook omdat ze soms wat traag reageren. Dat stoort erg en hierdoor is een vage halo rond heldere voorwerpen op een donkere achtergrond dan ook onvermijdelijk.

©LG Electronics

Ook op het vlak van helderheid doet de LG op veel vlakken onder voor de concurrentie. Op een 10% venster meten we in de goed gekalibreerde HDR Filmmaker mode 1.099 nits, en op het volledig wit beeld haalt hij nog 644 nits. Dat was twee jaar geleden weliswaar nog acceptabel, maar nu concurrenten vlot over de 2.000 nits gaan, is dat toch wat te beperkt. Het kleurbereik scoort wel uitstekend, daar meten we 95% P3.

Toch heeft LG nog een sterke troef in handen, namelijk de uitstekende kalibratie af fabriek. De Filmmaker mode is zowel in SDR als HDR bijzonder goed gekalibreerd. Dat betekent dat je kunt rekenen op veel schaduwnuances, een neutrale grijsschaal en mooie, natuurlijke kleurweergave. Met HDR10-beeld kan LG’s dynamische tone mapping prachtige resultaten opleveren en daarmee maakt de tv het beste van zijn kleurbereik en helderheid. Witnuances en intense kleuren worden uitstekend bewaard. Alleen heel donkere HDR10-scènes lijden wat onder het beperkte aantal zones, die beelden worden iets té donker. De QNED91 ondersteunt ook Dolby Vision, maar geen Dolby Vision IQ zoals bij de oled-modellen.

Uitstekende beeldverwerking

Naast een uitstekende kalibratie toont deze LG ook sterke prestaties voor beeldverwerking. Dat dankt de tv aan zijn Alpha 8-processor die verbeterd werd met eigenschappen en functies die vorig jaar nog exclusief voor de Alpha 9-processor waren. We kunnen zelfs zeggen dat de LG geen echte zwakke plekken meer heeft. Deinterlacen van 1080i-beelden zoals die van live tv, doet hij prima zodat je zelden nog een gekartelde rand ziet. Upscaling en ruisonderdrukking maken van oudere content mooie 4K-beelden, al kun je van oudere videocontent zoals dvd’s geen wonderen verwachten. Via een superresolutie-bewerking kan de tv wat fijn extra detail toevoegen, dat werkt goed voor HD-materiaal, maar kan bij dvd’s bijvoorbeeld wel voor een wat overbewerkt resultaat zorgen. De ruisonderdrukking kan ook kleurstroken in zachte gradiënten wegnemen.

©LG Electronics

Een lcd-paneel heeft minder bewegingsscherpte dan een oled-paneel, en dus maskeert het fijn detail in snelle actiescènes. Bewegende voorwerpen hebben soms een wazige rand of tonen een beperkt sleepspoor. LG biedt met Motion Pro verschillende opties om dat te elimineren, maar introduceren op hun beurt juist weer andere problemen, dus deze functie kun je beter uit laten staan. Heb je een hekel aan schokken in het beeld wanneer de camera snel beweegt, activeer dan de Trumotion-functie. Zeker voor sport is dat prettig, maar voor film blijft het vaak een kwestie van smaak.

Degelijke audio

De QNED91 is uitgerust met een 2.2-systeem van 40 watt, en ondersteuning voor Dolby Atmos en DTS:X. Onze filmfragmenten klonken prima met een aangename warme klank en een vleugje ruimtelijkheid. Die echte surround sound-ervaring kan je uit dit soort systeem niet halen, zelfs niet met ondersteuning voor de modernste audioformaten. Dat AI niet altijd de juiste resultaten geeft, werd hier bevestigd. De tv heeft een AI-Pro mode voor geluid, maar die klonk erg slecht, zeker voor muziek. In de muziek audiomode konden we het resultaat wél waarderingen, als loop je daar wel tegen beperkingen aan wanneer je voor hardere muziekgenres zoals metal kiest. Met het volume op ongeveer driekwart hoor je de woofer trillen in het chassis en gaat de bas uit de bocht. Al bij al een degelijk resultaat, in lijn met deze categorie. 

WebOS 24, helaas met reclame

De smart tv-omgeving van LG, WebOS, heeft veel goede punten. Zo vind je nagenoeg alle streaming-apps op dit platform, zowel internationaal als lokaal. Daarnaast heeft LG op de 2024-versie van webOS naast Airplay 2 ook Google Cast geïmplementeerd zodat je vanaf je smartphone, Android of iOS, moeiteloos content naar de tv kunt streamen. Apps en andere functies zijn gegroepeerd in zogeheten Quick Cards, zodat je gemakkelijk bepaalde functies kunt terugvinden.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Er zijn Quick Cards voor Thuis-hub, Sport, Thuiskantoor, Games, Muziek, Toegankelijkheid en sinds kort ook voor Leren en Groeien. De lay-out van WebOS zelf is vrij eenvoudig en ook redelijk compact zodat je niet nodeloos hoeft te scrollen om iets te vinden. De Magic Remote van LG waarmee je een cursor bestuurt door naar het scherm te wijzen blijft ook een belangrijke factor in het gebruiksgemak. Aangezien smart tv-platformen nog steeds evolueren is het ook erg fijn om te weten dat LG nu vijf jaar lang de nieuwste versie van WebOS op je tv belooft te plaatsen. In dit overzichtsartikel vind je alle info over webOS.

Toch heeft LG wat ons betreft een foute beslissing genomen. De fabrikant toont namelijk nu reclame op het Home-scherm, en die reclame is in tegenstelling tot bij andere fabrikanten niet beperkt tot content, maar kan bijvoorbeeld ook een sportwinkel of automerk tonen. Dat is echt wel het laatste wat we willen. Zelfs de screensaver kan reclame tonen (al zagen daar gelukkig alleen LG’s eigen LG Channel-dienst). Je kunt de reclame uitschakelen via de instellingen, iets dat we dan ook van harte aanraden.

Conclusie

De 65QNED91T6A kan zijn miniled-beloftes niet echt waarmaken. Het aantal zones in de achtergrondverlichting is vrij laag, waardoor er maar een beperkte verbetering van het contrast is. Ook op het gebied van piekhelderheid scoort hij niet overdreven goed. Als we naar concurrenten in deze categorie kijken, zoals Hisense of TCL, dan bieden die meer zones, beter contrast en meer piekhelderheid. LG slaat de plank verder ook mis door reclame op het Home-scherm toe te laten, dat zetten we onverbiddelijk uit.

Ondanks die beperking levert de tv nog voldoende contrast en piekhelderheid, en gecombineerd met een ruim kleurbereik en zeer goede beeldverwerking levert dat alsnog erg mooie beelden. De tv is op zijn best in verlichtte woonkamer. Hij ondersteunt Dolby Vision, maar geen HDR10+. LG vangt dat uitstekend op door zijn eigen dynamische tone mapping. Dat illustreert dat goede beeldverwerking net zo belangrijk als puur contrast of piekhelderheid. WebOS is een prima smart tv-systeem met ruim aanbod apps en functies en nu ook met de garantie voor vijf jaar nieuwe versies voor het OS. De prijs is wat ons betreft echter nog iets te hoog.