ID.nl logo
🍅 Zo maak je een moestuin - met stappenplan!
© encierro - stock.adobe.com
Huis

🍅 Zo maak je een moestuin - met stappenplan!

Groenten en kruiden uit eigen tuin: lekkerder en verser krijg je het niet. Bovendien is het aanleggen en onderhouden van een moestuin ook nog eens heel leuk en ontspannend om te doen. We leggen je uit hoe je een moestuin maakt en welke groenten je kunt zaaien. En ja, een moestuin op een balkon kan ook!


In dit artikel krijg je antwoord op de volgende vragen: In welke maand kun je het beste beginnen met een moestuin? | Wat heb je nodig om een moestuin te beginnen? | Welke groenten zijn goed als je net begint met moestuinieren? | Wat zet je in een kleine moestuin? | Welke groenten passen bij elkaar?

Daarnaast hebben we een stappenplan voor je gemaakt waarin we precies uitleggen hoe je je moestuin kunt aanleggen en onderhouden.

Lees ook: Composteren kun je leren: de beginnersgids voor compost


In welke maand kun je het beste beginnen met een moestuin?

Dit hangt af van waar je woont en van het weer. Maar over het algemeen is het voorjaar de beste tijd om te beginnen. Dan is de grond opgewarmd en is de kans op vorst kleiner. Vorst maakt de grond te hard en jonge planten kunnen er niet goed tegen.

De gewassen die je wilt planten zijn ook belangrijk. Sommige, zoals spruiten en kool, doen het ook goed in koelere temperaturen. Andere, zoals tomaten en paprika's, hebben het liever warm.

In principe kun je het beste de zomer vermijden (heel warm weer) en ook niet vlak voor vorst beginnen met je moestuin. Buiten dat kan het prima. Krijg je midden in de winter ineens zin om te beginnen? Dat kan: je kunt namelijk binnen voorzaaien. Dat doe je in een grote bak of pot. Zodra de plantjes bladeren krijgen, zet je ze elk in een eigen potje, daarna kunnen ze in de tuin (als de vorst is afgelopen en de grond lekker los is).

©Picasa | K.A - stock.adobe.com

Dit heb je nodig om een moestuin te beginnen

Voor je eerste moestuin heb je helemaal niet zoveel nodig:

• Een stuk grond of een aantal bakken met potgrond
• Zaden voor je groente en fruit
• Eventueel bemesting
• Water en licht. Ook in de schaduw kun je een moestuin aanleggen, maar dan kies je voor andere groenten en kruiden.
• Gereedschap voor in de moestuin. Denk aan handschepje, handhark, snoeischaar, tuinhandschoenen, eventueel iets om de groenten tegenop te laten klimmen en een gieter of sproeier.

🍅 Ben je handig? Dan kun je een schutting plaatsen, die je in een lichte kleur verft. Hiermee wordt het zonlicht weerkaatst, waardoor je er het maximale uit haalt. Ook kun je eventueel fruitkooien bouwen, om vogels en insecten zoveel mogelijk weg te houden.

Makkelijke groenten voor (beginnende) moestuiniers

Maak het jezelf niet te moeilijk en begin met relatief makkelijke groenten. Je kunt denken aan bijvoorbeeld:

• Sla
• Courgette
• Sperziebonen
• Wortel
• Tomaat
• Radijs
• Spinazie
• Snijbiet

De locatie is belangrijk, want dat bepaalt hoeveel zonlicht je moestuin krijgt. De meeste groenten hebben 6 tot 8 uur zonlicht per dag nodig. Ligt je moestuin in de schaduw, dan red je dat waarschijnlijk niet. Pas daar de keuze voor groenten op aan: spinazie, boerenkool, en pluksla zoals rucola, maar ook kruiden als bieslook, koriander, wilde marjolein (oregano) en peterselie doen het prima met 2 tot 3 uur direct zonlicht.

Kijk ook naar de ruimte: courgette heeft al snel een vierkante meter per plant nodig, terwijl je op een vierkante meter tien sperziebonen kunt zetten.

Kleine moestuin? Dit kun je erin zetten

Je kunt veel groenten en kruiden ook in potten kweken. Dan heb je minder grond nodig, je kunt zelfs een moestuintje op je balkon aanleggen. Tomaten, paprika's en pepers kunnen bijvoorbeeld goed in een pot, net als bijna alle kruiden.

Ook bestaan er groenten die verticaal kunnen worden gekweekt, zoals bonen en erwten. Je hebt dan niet veel grondoppervlak nodig, maar gaat gewoon de lucht in. De sky is the limit, dat werk.

Er zijn ook genoeg groenten die niet zoveel ruimte innemen, zodat je optimaal gebruik kunt maken van de beschikbare vierkante meters. Uien, radijsjes, wortels, prei, knoflook en lente-ui zijn bijvoorbeeld geschikt voor een kleine moestuin.

Kijk ook naar wat het oplevert. We zagen al dat een courgette relatief veel ruimte nodig heeft. Maar als de plant het goed doet, kun je er soms wel dertig courgettes vanaf halen! Dat is een mooie oogst. Er zijn overigens ook klimcourgettes, die de hoogte in gaan in plaats van de breedte.

Deze groenten passen bij elkaar in de moestuin

Sommige groenten vullen elkaar als het ware aan. Ze doen het samen beter dan alleen, bijvoorbeeld doordat ze minder vatbaar zijn voor ziekten, of doordat de één nuttige insecten lokt voor de ander. Je noemt dit combinatieteelt.

Dat sommige gewassen het goed met elkaar kunnen vinden, komt bijvoorbeeld door geuren die de planten afgeven. Ook stoffen die ze afscheiden kunnen voeding voor de ander opleveren. Bovendien hebben planten in combinatieteelt ook vaak behoefte aan dezelfde omstandigheden. Denk aan zon en voeding.

Voorbeelden van combinatieteelt voor in de moestuin zijn:

• Aardappel – munt, maïs, spinazie
• Aardbei – knoflook, kropsla, radijs, spinazie, wortel
• Aubergine - marjolein, afrikaantje
• Rode biet – kool, radijs, raap, sla, ui
• Boon - selderij, salie, sla, aardappel, wortel, aardbei, mais, wortel, kolen
• Radijs – aardbei, erwt, kool, wortel, tomaat, sla, rode biet
• Courgette - mais, Oost-Indische kers, goudsbloem, sla, boon, ui
• Prei - aardbei, andijvie, sla, Oost-Indische kers, biet, kolen, spinazie, koolrabi
• Tomaat – sla, peterselie, prei, radijs, rammenas, spinazie, ui, wortel
• Wortel – knoflook, erwt, kolen, radijs, salie, sla, tomaat, ui, bieslook, snijbiet

Zaai deze dus naast elkaar, zodat ze elkaar sterker kunnen maken.

🍅 Zet niet elk jaar dezelfde groentesoort op dezelfde plek. Met wisselteelt voorkom je dat er ziekten of schimmels ontstaan. Ook is het goed voor de bodem. Groenten profiteren van de stoffen die andere groenten achterlaten in de grond.

Bij wisselteelt verdeel je de groentesoorten in groepen, zoals kolen, wortelgewassen, aardappels en peulvruchten. Elk jaar verplaats je een groep naar het volgende stukje. Zo moet een bed voor kolen bijvoorbeeld veel voedingsstoffen bevatten, terwijl wortelen en aardappelen minder nodig hebben.

Meestal eindig je de rotatie met peulgewassen. Die zorgen voor voldoende stikstof in de grond, waarna je opnieuw kunt beginnen met kolen. Door wisselteelt toe te passen, blijft de grond gezond. Dat helpt voor gezonde en smakelijke groenten.

Stappenplan: zo maak je een moestuin

Een moestuin aanleggen is gelukkig helemaal niet ingewikkeld. Omdat je het beste elk jaar de groenten op een ander plekje kunt zaaien, is het handig om een plattegrondje of schema te maken, zodat je volgend jaar weet waar je (niet) moet zaaien. Verder kun je dit stappenplan volgen:

  1. Bepaal de locatie en grootte van je moestuin. Zoek een plek in je tuin waar voldoende zonlicht is (of pas de groenten aan voor een schaduw moestuin). Zet uit hoe groot je moestuin wordt. Neem niet te veel hooi op je vork, dus begin klein.

  2. De grond klaar maken. Uiteraard verwijder je onkruid, gras en eventueel blad (tip: gebruik een bladblazer om je stukje grond helemaal leeg te krijgen). De bodem is de basis van je moestuin: is deze goed, dan kan het eigenlijk bijna niet mislukken. De bovenlaag moet lekker los zijn. Hier kun je ook een tuinfrees voor gebruiken.

  3. Doe eventueel organische compost op de grond, om deze vruchtbaarder te maken. Gebruik niet te zware bemesting (kunstmest), daar kunnen jonge plantjes meestal niet goed tegen.

  4. Maak bedden in je moestuin. Hoe breed ze worden is afhankelijk van de ruimte en de ruimte die de gewassen straks nodig hebben. Tussen de bedden laat je ongeveer 30 centimeter ruimte over, zodat je er goed bij kunt.

  5. Kies je groenten. We legden hierboven uit wat goede keuzes en combinaties zijn. Denk ook aan kruiden, om je verse groenten straks mee op smaak te brengen.

  6. Zaaien. Volg de zaai- of plantinstructies op de verpakking en plant of zaai je groenten in de juiste periode. Houd rekening met de afstand tussen de planten en zaai in rechte lijnen. Zaai niet te diep, om rotting te voorkomen. Als vuistregel zaai je een zaadje zo diep als het zaadje groot is wanneer je het verticaal houdt. Een zaadje van een centimeter lang stop je een centimeter onder de grond.

  7. Onderhoud je moestuin. Geef regelmatig water en verwijder onkruid. Elke dag even een beetje aandacht geven aan de moestuin is ideaal. Doordat je netjes recht gezaaid hebt, is onkruid makkelijker te herkennen. Controleer regelmatig op ziekten, schimmels en ongedierte en neem maatregelen als dat nodig is. Zorg ervoor dat je groenten genoeg voedingsstoffen krijgen door bijvoorbeeld compost toe te voegen. Die compost kun je zelf maken van tuinafval, maar houtsnippers of grasmaaisel werken ook. Gebruik niet te veel, want dan verstik je de wortels.

  8. Oogsttijd! Geniet van je moestuin en oogst je groenten wanneer ze rijp zijn. Snijd of pluk de groenten voorzichtig om de planten niet te beschadigen. Sommige groenten zijn het lekkerst als ze nog jong zijn. Boontjes, courgettes, radijsjes en wortels oogst je dus op tijd. Goed om te weten: courgettes en broccoli groeien vaak zo snel dat er te laat geoogst wordt. Bewaar de groenten, eventueel in de koelkast.

  9. Ruim op. Als het seizoen voorbij is, ruim je de moestuin op. Verwijder de planten en het onkruid. Hier kun je een composthoop van maken, die je het jaar erop kunt gebruiken. Maak of bewaar een plattegrond van je moestuin: volgend jaar schuift alles een plekje door.

©encierro - stock.adobe.com

Een moestuin is goed voor het milieu en voor jezelf

Tuinieren werkt tegen stress. Je bent lekker buiten en je bent fysiek bezig. Bovendien geeft het veel voldoening om je moestuin te zien groeien en uiteindelijk zelfgekweekte groenten te eten. Het smaakt echt lekkerder!

Je kunt je moestuin onbespoten laten. Door goed onderhoud is dat meestal prima te doen. Zo ga je insectensterfte tegen, wat maar goed is ook. Insecten helpen je moestuin, door bestuiving. Daarnaast bespaar je op verpakkingsmateriaal en transport, wat ook een milieuvoordeel oplevert.

Je ziet: een moestuin maken is niet moeilijk. Begin klein, met een paar van je favoriete groenten en kruiden. Je kunt volgend jaar altijd uitbreiden.


Professionele hulp nodig in jouw tuin?

Vraag een offerte aan voor hovenier:

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 stille wasmachines met zuinig label
© Id.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 stille wasmachines met zuinig label

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Daarom speuren we een paar keer per week naar zulke deals. Wasmachines kunnen af en toe en vooral tijdens het centifugeren lawaai produceren, maar steeds meer fabrikanten gebruiken technieken om ook dat proces een stuk stiller te maken. Wij vonden vijf wasmachines die niet meer geluid produceren dan 72 dB en een zuinig energielabeel hebben.

We kunnen niet zonder een wasmachine en helaas hoort de geluidsproductie van het centrifugeren daar ook bij. Geluiden boven de 75 dB worden echter als vervelend ervaren, dus als een wasmachine daar tijdens het centrifuge-proces onder blijft, wordt dat gezien als een stille machine. Natuurlijk heeft de akoestiek van een ruimte ook invloed over hoe geluid wordt ervaren of verplaatst, maar de wasmachines die we hier bespreken produceren volgens de fabrikant in ieder geval niet meer dan 72 dB.

Haier HW80-BP14929A-S

Energy Label A

Deze Haier HW80-BP14929A-S is goedkoop, stil én energiezuinig. Zodra deze wasmachine op het maximale toerental van 1400 rotaties per minuut centrifugeert, komt het geluidsniveau niet boven de 70 decibel uit. Verder voldoet dit witgoedproduct aan de eisen van energielabel A. Ga bij honderd wasjes uit van een stroomverbruik van slechts 42 kilowattuur wanneer je het zogeheten eco 40-60-wasprogramma gebruikt.

Aan de hand van een laadsensor kiest de HW80-BP14929A-S op eigen houtje de ideale wastijd. Je kunt maximaal acht kilo kleding in de trommel kwijt. Het simpele bedieningspaneel geeft je toegang tot vijftien wasprogramma's. Kijk wel eerst even in de handleiding om de betekenis van elk pictogram te leren kennen. In tegenstelling tot de meeste andere wasmachines bevat het bedieningspaneel van dit model namelijk geen tekstaanduidingen. Je kunt onder meer een stoomfunctie activeren. Deze wascyclus is handig wanneer je kledingstukken even snel wilt opfrissen. Voor mensen met zonnepanelen is het gunstig om de start van een wasprogramma naar een zonnig tijdstip uit te stellen.

Siemens iQ500 WN54G2A7NL

Energy Label A

De Siemens WN54G2A7NL is een wasmachine en droger ineen. Ga je wassen, dan is de trommel goed voor een capaciteit van maar liefst 10,5 kilo kleding. De droogfunctie ondersteunt een maximaal vulgewicht van zes kilo. Kortom een ideaal apparaat voor gezinnen! Je kunt op maximaal 1400 rotaties per minuut centrifugeren. Het maximale geluidsniveau bedraagt in dat geval 70 decibel. Verder is de wasfunctie van dit witgoedproduct gecertificeerd met energielabel A. Honderd cycli resulteren in een stroomverbruik van 51 kilowattuur.

Op basis van de belading en vuilgraad bepaalt de WN54G2A7NL zelfstandig de juiste hoeveelheid wasmiddel. Heb je haast? Gebruik dan de zogenoemde Wash & Dry 60-cyclus. Je wast en droogt daarmee één kilo kleding in hoogstens een uur. Als je een hekel hebt aan strijken, doe je een beroep op de kreukherstellende modus. Zie je na de start van een programma nog een verdwaald kledingstuk liggen? Dankzij de bijvulfunctie doe je dat alsnog in de trommel.

Siemens WG44G2ZWNL

Energy Label A

Deze wasmachine ondersteunt een vulgewicht van negen kilo kleding en een maximale centrifugeersnelheid van 1400 rotaties per minuut. Op zijn luidst maakt het apparaat zeventig decibel geluid. Het product is voorzien van energielabel A. Reken bij honderd wasbeurten op een stroomverbruik van ongeveer 49 kilowattuur. Het waterverbruik valt eveneens mee. Op basis van de belading voegt de WG44G2ZWNL namelijk precies genoeg water toe.

Het gelikte bedieningspaneel telt flink wat wasprogramma's, zoals Outdoor, Lingerie, Katoen, Eco 40-60, Kreukherstellend en Wol. Als je na aanvang van een cyclus nog iets in de trommel wilt doen, tik je onder het display op Bijvullen. Verder zijn er opties voor trommelreiniging en vlekkenverwijdering. Tot slot kun je ook nog eens pijlsnel wassen. Doe 2 of 3,5 kilo wasgoed in de verlichte trommel en wacht respectievelijk vijftien of dertig minuten. Siemens geeft tien jaar garantie op de motor.

Miele WEB375 WPS

Energy Label A

Zoek je een extra stille wasmachine met een lange verwachte levensduur? Kijk dan eens naar deze Miele WEB375 WPS. Als de wasmachine op een snelheid van 1400 rotaties per minuut centrifugeert, bedraagt het geluidsniveau net 72 dB. Zoals we van het Duitse merk gewend zijn, is de bouwkwaliteit dik in orde. Miele gebruikt kwalitatieve onderdelen die bij normaal gebruik vaak tot wel twintig jaar meegaan. Dit model heeft een riant vulgewicht van 8 kilo.

Het Nederlandstalige bedieningspaneel spreekt eigenlijk voor zich. Met de draaiknop selecteer je het gewenste programma, zoals Katoen, Kreukherstellend, Fijne was, Wol, Zijde of Overhemden. Het stroomverbruik van deze wasmachine valt overigens mee, want dit product is gecertificeerd met energielabel A. Na honderd wasjes komt het stroomverbruik uit op ongeveer 38 kilowattuur.

Bosch WNA144V9NL

Energy Label B

Behalve wassen kun je met dit apparaat óók drogen. Doe voor de genoemde taken respectievelijk negen of vijf kilo kleding in de trommel. Het is zelfs mogelijk om een kleine hoeveelheid kleding binnen zestig minuten te wassen en te drogen. Een pluspunt is het geringe geluidsniveau van 70 decibel op een maximale centrifugeersnelheid van hoogstens 1400 rotaties per minuut.

Vergeleken met de overige besproken wasmachines heeft dit model een iets hoger energieverbruik van 57 kilowattuur bij honderd cycli. Daarmee voldoet de wasfunctie aan de eisen van het nog altijd zuinige energielabel B. Doe je weinig wasgoed in de trommel? De WNA144V9NL stemt het waterverbruik daarop af, waardoor je verspilling voorkomt. Het bedieningspaneel bevat alle gangbare wasprogramma's, waaronder Katoen, kreukherstellend, Wol en Fijne was. Je kunt na de start van een wascyclus op een later moment nog een kledingstuk toevoegen.

▼ Volgende artikel
Video trimmen in VLC: filmpjes eenvoudig inkorten
© monticellllo - stock.adobe.com
Huis

Video trimmen in VLC: filmpjes eenvoudig inkorten

Maak je weleens een filmpje? Daarin zitten meestal stukken die oninteressant zijn. Met de gratis tool VLC media player kun je zo’n video moeiteloos en nauwkeurig tot op het frame inkorten.

Mediatitel verbergen

VLC media player (www.videolan.org) is een van de populairste mediaspelers. Niet alleen omdat de opensource-software voortdurend wordt verbeterd, maar vooral omdat de app zoveel verschillende media moeiteloos kan afspelen en converteren. We gebruiken de tool ook graag om video in te korten. Standaard toont VLC in het begin gedurende enkele seconden de naam van het videobestand. Vind je dat (net als wij) storend, vooral als je in die zone een knip wilt geven? Schakel dit uit door de Eenvoudige voorkeuren te openen met Ctrl+P (met de P van preferences, op de Mac gebruik je Cmd+,). Ga naar het tabblad Ondertitels / OSD en haal het vinkje weg bij de optie Mediatitel weergeven bij starten van de video.

Zorg dat de mediatitel niet in beeld komt.

Beginpositie bepalen

Het splitsen van een video in VLC verloopt anders dan bij een gewone videobewerkingstool waar je een slider moet verplaatsen. Met VLC maak je een opname van het deel van de video dat je wilt extraheren uit een langer filmpje. Het ingekorte fragment wordt dan opgeslagen als een nieuw videobestand en het oorspronkelijke bestand blijft ongewijzigd. Open VLC en klik op Open bestand om de video te selecteren die je wilt inkorten. Laad de video en zoek de exacte positie waar je de video wilt splitsen. Om het je gemakkelijk te maken, kun je de spatiebalk gebruiken om het filmpje te pauzeren en met dezelfde toets zet je het terug in gang. Je kunt de video frame voor frame afspelen door de E-toets in te drukken. Als je de E-toets continu indrukt, verspringt de video in slow motion. Op deze manier ga je naar de plaats waar je de beginknip wilt geven. Klik dan op de rode opnameknop links onder de video.

Gebruik de opnameknop om het begin van het fragment aan te geven.

Opnemen

Laat de video verder lopen en/of gebruik de E-toets om de plaats te zoeken waar je het fragment wilt beëindigen. Klik opnieuw op dezelfde opnameknop om de laatste knip te geven. Dat is alles. De ingekorte video wordt automatisch opgeslagen in de map Video's op je computer. Op de Mac komt dit fragment in de map Films.

In de map Video’s staat het ingekorte filmpje.