ID.nl logo
Ontwerpen op je pc: wat is de ideale kleurcombinatie?
© PXimport
Huis

Ontwerpen op je pc: wat is de ideale kleurcombinatie?

Artiesten en ontwerpers hebben zich eeuwenlang verdiept in de kleurentheorie en van die kennis kan vandaag de dag iedereen gebruikmaken. Met een beetje inzicht en een aantal eenvoudige tools creëer ook jij de perfecte kleurcombinatie. Ontwerpen, het interieur en zelfs een outfit komen hierdoor beter tot hun recht. Dankzij de kleurentheorie weet je waarom het samenspel van bepaalde tinten werkt en waarom sommige combinaties bijna pijn doen aan de ogen.

De Franse kunstenaar Claude Monet sprak ooit de gevleugelde woorden: “Kleur is mijn dagelijkse obsessie, vreugde én kwelling.” Maar zelfs voor de gewone sterveling kan de zoektocht naar de juiste kleur een lastige opdracht zijn, want de invloed van kleur mag je niet onderschatten. Kleur trekt de aandacht naar een bepaald detail, het brengt ons in een bepaalde stemming en het werkt zelfs als communicatiemiddel zonder dat we woorden moeten gebruiken, denk maar aan de verkeerslichten. In deze basiscursus gaan we het hebben over wat er gebeurt als je bepaalde tinten naast elkaar gebruikt. De kennis die hierover is opgebouwd, noemen we de kleurentheorie. Hoewel Isaac Newton in 1666 het kleurenwiel uitvond door het kleurenspectrum op een cirkel in kaart te brengen, is de kleurentheorie geen zuivere wetenschap. Het is een organisch gegroeid geheel van artistieke ervaring en wetenschap waardoor we weten welke kleuren er samen goed uitzien. Hierbij speelt zelfs de cultuur en de periode waarin we leven een rol. Zo zeiden onze grootouders: ‘Blauw met groen is boerenfatsoen.’ Oftewel: door die twee kleuren naast elkaar te gebruiken, verraadde je destijds slechte smaak. Maar tegenwoordig leidt de combinatie van blauw en groen juist tot hele frisse combinaties. Of de kleuren van stoffen in Afrika, die zijn totaal anders dan het typische textiel van Noord-Europa. En dan zijn ook nog persoonlijke smaak én lef twee heel belangrijke factoren.

01 Kleurencirkel

Op school heb je geleerd over de primaire kleuren rood, geel, blauw. Als je rood en geel samenvoegt, krijg je oranje. Blauw met geel geeft groen en blauw en rood resulteert in paars. Door twee primaire kleuren samen te voegen, krijg je de secundaire kleuren. Als je een secundaire kleur vervolgens met een van de naastliggende primaire kleuren mixt, ontstaan er nog meer tussenliggende kleuren, zoals roodoranje en geelgroen. Op die manier kom je uit bij de fameuze kleurencirkel. Deze cirkel is een manier om zichtbaar te maken hoe primaire en secundaire kleuren in elkaar overlopen.

©PXimport

02 Tinten

Neem je een kleur van het kleurenwiel en wijzig je daar de verzadiging of helderheid van, dan kom je uit bij de tinten van een bepaalde kleur die je aantreft in de honderden kleurenstalen van de verfhandel. Iedere tint bestaat uit drie eigenschappen: kleurtoon, verzadiging en waarde. Kleurtoon (Engels: hue) is gewoon een ander woord voor kleur. Verzadiging of saturatie verwijst naar de intensiteit of zuiverheid van de kleur. De waarde (value of helderheid) geeft aan hoe donker of hoe licht de kleur wordt weergegeven. Als je de waarde maximaal ophoogt, kom je uit bij wit. Zet je de waarde op 0, dan krijg je zwart.

©PXimport

03 Altijd veilig

De meest eenvoudige manier om kleurenharmonie te verkrijgen, is via een monochroom kleurenschema. Je vertrekt van een basiskleur die goed aanvoelt; die het ontwerp mag domineren. Daarna gebruik je lichtere en donkere variaties van deze kleur voor accenten of voor de andere elementen. Met een monochrome keuze speel je op safe. Je weet dat je hiermee nooit vloekende combinaties zult maken en je hebt onmiddellijk rust en eenvoud. Al moet je er wel op letten dat de tinten voldoende van elkaar verschillen, want als de tinten in een monochroom kleurenschema te dichtbij elkaar liggen, ontstaat er een verwarrend gevoel.

©PXimport

04 Meer gedurfd

In het analoge kleurenschema gebruik je kleuren die naast elkaar liggen in het kleurenwiel, zoals rood en oranje of blauw en paars. Durf je verder te gaan, dan kun je twee tegenover elkaar liggende kleuren van deze kleurencirkel met elkaar combineren. Dan werk je met complementaire kleuren als blauw en oranje of de klassieker rood en groen. De complementaire combinatie levert een krachtig contrast op en soms kan de confrontatie van de twee kleuren te simplistisch en zelfs te hard overkomen. Je lost dit op door bij een van de twee complementaire kleuren de verzadiging of de helderheid te verminderen, zodat je bij een meer gedempte tint van de complementaire kleur uitkomt. Drie kleuren die gelijkmatig verdeeld zijn over het kleurenwiel leveren ook een hoog contrastkleurenschema op, maar zo’n (triadic) schema is minder hard en veelzijdiger dan de complementaire combinatie.

©PXimport

Kleurmodus

Uiteraard moet je met elkaar en met de programma’s op je computer nauwkeurig kunnen communiceren over de tinten. Computerschermen werken met de hoofdkleuren rood, groen en blauw (rgb). Als je die op volle kracht met elkaar mengt, krijg je wit. Dat lukt alleen wanneer je lichtkleuren mengt. Als je rode, groene en blauwe verf zou mengen, krijg je modderbruin. Daarom werken printerkleuren volgens een ander systeem, namelijk cmyk, dat bestaat uit cyaan, magenta, geel en zwart. De k van ‘key’ slaat op zwart. Cmyk-tinten komen niet tot stand door licht, maar door inkten te mengen die licht absorberen. Kleuren op het web worden aangegeven in de zogenaamde hex-codes. Een hex-code bestaat uit een combinatie van zes letters en cijfers en begint altijd met een #. En dan is er nog een laatste systeem, het Pantone Matching System (pms). Met dit systeem werken drukkers, het telt meer dan 1.500 kleuren. Dit nummersysteem garandeert dat een kleur overal ter wereld exact gelijk is.

©PXimport

05 Adobe Color

Een interessante tool om geslaagde combinaties te vinden is Adobe Color. Dit hulpprogramma zit geïntegreerd in de huidige ontwerpapplicaties van Adobe, zoals Illustrator en Photoshop, maar je kunt er ook gratis gebruik van maken via color.adobe.com. In het tabblad Maken geef je eerst aan welk schema je wilt zien: analoog, monochromatisch, ... Vervolgens sleep je de selectiepunten op de kleurencirkel. Adobe Color zorgt ervoor dat je steeds bij een harmonieus tintenpalet uitkomt. Door zo’n punt naar het centrum van de cirkel te slepen, wordt de kleur helderder en minder gesatureerd, sleep je ze naar de buitenkant dan worden de kleuren rijker en dieper.

©PXimport

06 Tropisch, maanlicht, genot

Een andere interessante mogelijkheid van Adobe Color is dat je eenvoudig bepaalde combinaties kunt vinden op basis van trefwoorden. Als je bijvoorbeeld een set pittige tinten wilt hebben voor de uitnodiging van een tropisch tuinfeest, dan levert de zoekterm ‘tropical’ je een hoop inspiratie en kleurstalen op. Door op zo’n voorbeeld te klikken, krijg je een vergroting van de kleurstaal en zie je de verschillende notaties van de kleuren in rgb, hsv, cmyk, png en lab. Deze leuke manier van zoeken naar kleurenschema’s werkt ook met abstracte zoektermen als ‘grieve’, ‘moonlight’ en ‘enjoy’. De beste resultaten behaal je inderdaad met Engelse zoektermen.

©PXimport

07 Extraheren uit afbeeldingen

Vind je het moeilijk om geschikte kleuren te kiezen voor jouw huisstijl, dan is er niets mis mee om je inspiratie uit een digitale foto of online advertentie halen. Met de functie Extraheren in Adobe Color kun je uit een afbeelding het gebruikte kleurenschema achterhalen. Upload daarvoor de afbeelding en sleep daarna de kleurenpunten op de zones waarvan je de kleuren wilt ‘opzuigen’. Onderaan verschijnt het gebruikte kleurenschema. Bovendien maak je aan de linkerkant gebruik van de functie Kleurenstemming. Hiermee wijzig je de verzadiging en helderheid van het geharmoniseerde kleurenpallet. Eigenlijk creëer je op die manier een persoonlijk kleurenpalet op basis van andermans inspiratie. Beter goed gejat, dan slecht bedacht.

©PXimport

08 Coolors

Ook met Coolors pluk je de kleuren uit een afbeelding door drag ‘n drop. Deze kleurenschemagenerator is ook beschikbaar als iOS-app en als add-on voor Adobe Illustrator en Photoshop. Op dit moment zijn er meer dan 1.300.000 kant-en-klare kleurenschema’s te vinden. In de desktopversie druk je op de spatiebalk om een nieuwe combinatie te genereren. Op die manier flits je door schema’s waar stuk voor stuk niets mis is met de kleurencombinaties. Wanneer er een kleur bijzit die je wilt behouden, klik je op die tint zodat Coolors hem vergrendelt. Daarna ga je via de spatiebalk verder tot je een tweede kleur vindt die je ook vergrendelt en zo ga je verder. Door verschillende tinten te vergrendelen, zoek je steeds gerichter.

©PXimport

09 Exporteren

Door in Coolers op een kleur op het icoontje met de schuifjes te klikken, kun je zelf de rgb-, cmyk-, pantone- en hsb-waarden nog verder aanpassen. Bovendien kun je iedere kleur in verschillende schakeringen zien. Het resultaat exporteer je naar onder meer png, pdf of scss, zodat je het ook naar anderen kunt sturen waarmee je de huisstijl wilt delen. Heb je je bij Coolers aangemeld, dan kun je je kleurenschema’s opslaan in je profiel zodat je overal gemakkelijk toegang hebt tot je selectie.

©PXimport

Don’ts

Er zijn een aantal wetmatigheden rondom kleuren waar je niet aan moet tornen. Zo kun je soms het gevoel hebben dat een bepaalde kleurencombinatie lijkt te trillen. Ontwerpers noemen dit fenomeen vibrerende kleuren. Dit is merkbaar wanneer je twee sterke contrasterende kleuren in volle kracht bij elkaar brengt, zoals groen en oranje of rood en paars. Houd dit niet in stand, maar los het op door één kleur te dempen door de helderheid of verzadiging van een van de twee kleuren te verminderen. Dan bestaat er ook nog het fenomeen dat bepaalde kleuren een bepaalde emotie oproepen. Rood staat voor liefde, passie, opwinding, woede. Geel staat voor jeugdig, optimisme en uitbundigheid. Groen voor welstand, natuur, rust enzovoort… Wanneer je een kleur in de foute context gebruikt, zal dit emotioneel wringen. En ook met gestructureerde achtergronden moet je oppassen. Grote, drukke texturen zijn vreselijk onprofessioneel en zijn de oorzaak van oogvermoeidheid.

©PXimport

10 Leesbaarheid

De kleuren van de website, brochure of nieuwsbrief mogen dan leuk ogen, maar als de tekst daardoor minder leesbaar wordt, is dat een breekpunt. Op Material Design vind je Color Tool die de leesbaarheid van de gekozen kleuren in combinatie met de lettergrootte meet. In Color Tool lees je tot hoever je mag gaan in de dekking van het lettertype en je wordt gewaarschuwd wanneer het lettertype te klein wordt om comfortabel te kunnen lezen.

©PXimport

Kunstmatige intelligentie

Bij Khroma doen ze beroep op artificiële intelligentie om kleurcombinaties samen te stellen die passen bij jouw smaak. Ben je inspiratieloos en AI een kans geven, surf dan naar www.khroma.co. Je begint met het selecteren van vijftig kleurentinten die jou aanspreken, hiermee train je je het algoritme op je persoonlijke smaak. Daarna houdt Khroma je een eindeloze lijst combinaties voor waarvan je ook de kleurnamen, hex-codes, rgb-waarden ziet. Ook is er ook een zoekfunctie om te filteren op tint, waarde en kleur. Ondertussen kun je het resultaat van de kleurencombinatie op verschillende manieren beoordelen: als gekleurde tekst op een achtergrond, als kleurvlakken naast elkaar, als duotone afbeelding, in een kleurenoverloop of in paletvorm.

©PXimport

11 Augmented reality

Je interieur een ander kleurtje geven is altijd spannend. Pas wanneer de verf droog is, weet je of de kamer de uitstraling heeft gekregen die je voor ogen had. Omdat zo’n karwei toch een hoop werk is en geld kost, wil je dat het liefst meteen goed doen. Daarom zijn er apps waarmee je een virtuele kleur op de wanden zet zoals Flexa Visualizer en Levis Visualizer. Beide tools zijn van dezelfde verffabrikant, Flexa is alleen beschikbaar in Nederland, Levis in België. Met de visualizer scan je live de kamer, waarna je een muur selecteert zodat je daarop verschillende kleuren kunt uitproberen. Zo krijg je een behoorlijk beeld van wat je te wachten staat. Je kunt de aangepaste foto zelfs doorsturen naar vrienden om naar hun mening te vragen. Vaar niet blindelings op de foto die zo’n app maakt door direct blikken verf van die kleur te kopen. De lichtinval, glans en het moment van de dag zijn namelijk eveneens bepalend voor het resultaat. Gebruik de virtuele inkleuring om in de winkel grote kleurstalen te vragen van kleurvarianten, zodat je echt de juiste kleur voor je muren kunt vinden.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review Eufy Omni E25 – Soms net uit koers
© Wesley Akkerman
Huis

Review Eufy Omni E25 – Soms net uit koers

Met de Omni E25 wil het Chinese merk Eufy een krachtige midrange robotstofzuiger op de markt brengen, die de concurrentie aangaat met de Roomba's en Dreames van deze wereld. De adviesprijs bedraag 899 euro. Hoe vergaat het de Eufy Omni E25 in de praktijk?

Goed
Conclusie

De Eufy Omni E25 is een ambitieuze middenklasser met een krachtige zuigkracht van 20.000 Pa en een basisstation dat legen, bijvullen en schoonmaken grotendeels automatiseert. Functies als een CornerRover-arm en AI-objectherkenning zorgen voor een premium ervaring, op budget. Helaas heeft het apparaat wel te kampen met wat navigatieproblemen. Vooral langs muren vertoont de E25 een soort ‘dronken’ rijgedrag, waarbij hij kleine bochtjes maakt en smalle stroken soms overslaat. De dweilfunctie is degelijk, maar mist standaard een smalle rand door de beperkt draaiende dweilrol. Ook rijdt het systeem soms zó voorzichtig dat delen van de vloer worden gemist. Bovendien ben je gebonden aan Eufy’s eigen zeepsysteem. Maar eerlijk is eerlijk: dit systeem kost wel minder dan veel concurrenten, terwijl het toch zeer scherpe specificaties biedt. Wie iets meer wil investeren, zou de iets duurdere Dreame L50 Pro kunnen overwegen.

Plus- en minpunten
  • Verfijnd ontwerp
  • Uitschuifbare zijborstel
  • Krachtige dweilprestaties
  • Zuigkracht van hoog niveau
  • Basisstation neemt veel werk uit handen
  • Antihaarborstel onderop
  • Midrange prijs voor premium functies
  • Rijdt soms te voorzichtig
  • Komt niet overal met de dweil
  • Af en toe wat navigatieproblemen
  • Verplicht gebruik Eufy's zeepsysteem

Naast de Eufy Omni E25 heeft de fabrikant ook een duurdere variant op de markt gebracht, namelijk de E28. Nog geen jaar eerder lanceerde het merk de S1 Pro, een model dat vooral inzet op dweilprestaties. De drie robotstofzuigers delen bepaalde eigenschappen, maar verschillen op andere punten juist flink. Het is dus de moeite waard om die verschillen en overeenkomsten naast elkaar te zetten. Zeker als je overweegt een van deze autonome, dweilende modellen in huis te halen. Een interessante concurrent is bovendien Dreame L50 Pro Ultra.

Eufy Omni E25 vs. Eufy Omni E28

De Eufy Omni E25 beschikt over een indrukwekkende zuigkracht van 20.000 Pa. Het HydroJet-dweilsysteem reinigt actief met neerwaartse druk en reinigt zichzelf tussendoor. De DuoSpiral-borstels voorkomen dat haren vastdraaien, terwijl de uitschuifbare CornerRover-arm randen en hoeken beter meepakt. Dankzij het AI See-systeem met RGB-camera herkent de robot honderden objecten en rijdt hij daar netjes omheen. Het Omni-basisstation neemt het meeste werk uit handen: het leegt, reinigt, vult en droogt de robot automatisch en voegt schoonmaakmiddel toe. Zo blijft de E25 wekenlang zonder omkijken schoonmaken.

De Eufy Omni E28 is technisch vrijwel identiek aan de E25. Je krijgt dezelfde krachtige zuigfunctie, hetzelfde dweilsysteem, dezelfde slimme arm en obstakelherkenning. Het verschil zit in de toevoeging van een afneembare, draagbare dieptereiniger. Daarmee kun je ook handmatig moeilijk bereikbare plekken reinigen, zoals traptreden of bankkussens. Ook bij de E28 zorgt het uitgebreide Omni-basisstation voor een grotendeels onderhoudsvrij gebruik.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Eufy Omni E25 vs. Eufy Omni S1 Pro

Daartegenover staat de Eufy Omni S1 Pro, die zich juist richt op een geavanceerde dweilervaring. Het Always Clean Mop-systeem maakt gebruik van een continu roterende dweilrol die zichzelf schoonhoudt (net als bij de E25 en E28) en die met één kilo neerwaartse druk stevig over de vloer gaat. De zuigkracht ligt met 8.000 Pa wel een stuk lager dan bij die twee modellen. Door het slanke, lage ontwerp komt de S1 Pro makkelijker onder meubels. Dat is mede te danken aan de geïntegreerde 3D MatrixEye--obstakelvermijding, die binoculair infrarood en een camera combineert voor nauwkeurige navigatie zonder LiDAR-toren (zoals op een Dreame).

Alle drie modellen maken gebruik van het Omni-basisstation, dat automatisch leegt, reinigt, vult en droogt. Welke je kiest, hangt af van je prioriteiten: de E25 biedt maximale zuigkracht en pakt randen en hoeken goed mee, de E28 voegt daar een draagbare dieptereiniger aan toe, en de S1 Pro blinkt uit in dweilen en wendbaarheid. Extra hygiëne krijg je bij de S1 Pro bovendien via Eco-Clean: een ozonreinigingssysteem in het basisstation dat het water zuivert.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Praktisch ontwerp

Het ontwerp van de Eufy Omni E25 is niet alleen gestroomlijnd, maar ook. Bovenop zitten twee knoppen waarmee je de robotstofzuiger activeert of naar de basis stuurt. Haal je de glanzende plastic kap eraf, dan krijg je toegang tot de uitneembare stofbak en afneembare watercontainer. Aangezien het basisstation deze zelf respectievelijk leegt en vult, heb je er weinig omkijken naar. Maar mocht er iets misgaan, of wil je de bakken even schoonmaken omdat je dat prettig vindt, dan kun je er dus moeiteloos bij.

Voorop zitten de camera en een led-lamp, zodat de robot ook in donker ziet waar hij heen moet. Onderop zit de uitschuifbare robotarm, samen met een antihaarborstel en de dweilrol. Die draait 180 keer per minuut en is 29 centimeter lang. Ook is daar een schraper gepositioneerd die het vuil van de rol haalt. Na controle van de waterbak zien we inderdaad dat er wat vuil in zit, dat helaas niet helemaal door het basisstation opgezogen wordt. Daarom is het handig om die bak zo nu en dan zelf even grondig schoon te maken, om nare geurtjes te voorkomen.

Installeren en go

De installatie van de Eufy Omni E25 is zo gebeurd. Je bent even bezig met uitpakken en alles een plek geven, maar het koppelen aan de – hier en daar wat knullig vertaalde – app verloopt snel. Na de eerste schoonmaakronde verschijnt er een gedetailleerde kaart van je woning. Je kunt meerdere kaarten maken voor verschillende verdiepingen, en wisselen tussen een 2D- en 3D-weergave. Binnen de app stel je no-go-zones in, markeer je zones zoals een vloerkleed, en geef je per kamer of ruimte nauwkeurige instructies.

Zodra de E25 aan het werk gaat, valt één ding op: hij lijkt soms wel dronken. Dit valt vooral op wanneer hij langs een muur rijdt. In plaats van een rechte lijn aan te houden maakt hij constant schijnbewegingen. De robot neemt een korte bocht richting de muur, wil niet botsen, rijdt terug en herhaalt dit gedrag totdat hij de hele muur heeft afgerond met datzelfde wiebelige patroon. Waarom hij dit doet, is onduidelijk. Opvallend is dat dit gedrag alleen optreedt bij muren en meubels. In open ruimtes rijdt de E25 namelijk wél strak in rechte lijnen.

Stofzuigprestaties en navigatie

Met een zuigkracht van 20.000 Pa – gelijk aan die van de veel duurdere Dreame X50 Pro – laat de Eufy Omni E25 nauwelijks iets liggen. Het maakt daarbij niet uit of het een tapijt of harde vloer betreft. Toch merkten we dat hij op een vloerkleed af en toe wat haren mist, maar daar hebben duurdere modellen ook last van. Qua geluidsniveau is de E25 niet storend aanwezig. Je hoort hem duidelijk werken, maar het is prima uit te houden als je thuis bent terwijl hij z'n ronde doet.

Omdat de Eufy Omni E25 geen LiDAR heeft, mist hij wat precisie in het inschatten van zijn omgeving. De camera geeft voldoende overzicht om botsingen grotendeels te voorkomen, maar het navigeren verloopt soms iets te voorzichtig. Daardoor stuurt hij nét te vroeg bij of laat hij een klein randje liggen. Het resultaat is dat je soms ziet waar hij wel geweest is en waar niet – bijvoorbeeld doordat er nog wat vuil ligt of de vloer op een plek droog is gebleven.

Dweilt goed, maar…

Vooral dat laatste is opvallend. Hoewel de Eufy Omni E25 de vloer netjes achterlaat, zie je altijd precies waar hij wel en niet geweest is. Dat komt door de dweilrol onderop. Die doet zijn werk goed, schraapt zichzelf schoon en drukt stevig op de vloer om ook hardnekkigere vlekken aan te pakken. Maar omdat hij niet naar buiten kan draaien – iets wat de Dreame L50 Pro wél kan – mis je altijd een deel van de vloer. We hebben dat met een foto vastgelegd ter illustratie. Het is iets om rekening mee te houden.

Tot slot het basisstation. Dat is compact en oogt modern, maar vraagt wel om een plek die een beetje centraal ligt in huis. De transparante waterbakken geven het station een eigen uitstraling, al zie je daardoor ook duidelijk het verdampte water op de bovenkant zitten. Dat maakt het geheel soms wat rommelig. Jammer is ook dat Eufy een eigen zeepsysteem gebruikt, waardoor je niet je eigen schoonmaakmiddel kunt toevoegen. Verder valt op dat het station zelf snel vies wordt op de plek waar het de stofopvangbak voor je leegt.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Eufy Omni E25 kopen?

De Eufy Omni E25 is een ambitieuze middenklasser met opvallende specificaties: een zuigkracht van 20.000 Pa en een basisstation dat het legen, bijvullen en schoonmaken grotendeels uit handen neemt. Functies als een CornerRover-arm en AI-objectherkenning zorgen voor een premium ervaring, op budget.

Helaas heeft het apparaat wel te kampen met wat navigatieproblemen. Vooral langs muren maakt de E25 rare schijnbewegingen, alsof hij constant kleine bochtjes maakt om niet te dicht bij de rand te komen. Dit 'dronken' patroon vertraagt niet alleen het schoonmaken, maar zorgt er ook voor dat smalle stroken langs de wanden soms worden overgeslagen. In open ruimtes rijdt hij wél strak in rechte banen, wat het verschil nog opvallender maakt.

De dweilfunctie is degelijk, maar weet de randen vaak niet goed mee te nemen. Dat heeft alles te maken met de dweilrol onderop: die kan niet naar buiten draaien, waardoor hij standaard een smalle strook langs de rand mist. Ook rijdt het systeem op sommige plekken zó voorzichtig, dat delen van de vloer simpelweg worden overgeslagen. Een ander nadeel is dat je vastzit aan Eufy's eigen zeepsysteem.

Hoewel het basisstation veel onderhoud uit handen neemt, spelen dergelijke minpunten wel mee. Maar eerlijk is eerlijk: dit systeem kost minder dan veel concurrenten, terwijl het toch zeer scherpe specificaties biedt. De Dreame L50 Pro is iets duurder, maar zou zomaar de meerprijs waard kunnen zijn.

▼ Volgende artikel
Je muur als canvas: slimme lichteffecten met de Philips Hue Play wall washer
© Philips
Zekerheid & gemak

Je muur als canvas: slimme lichteffecten met de Philips Hue Play wall washer

Op zoek naar slimme verlichting die méér doet dan alleen een kamer verlichten? De nieuwe Philips Hue Play wall washer projecteert kleurrijke lichteffecten op je muur en tilt sfeer naar een hoger niveau, ideaal voor films, muziek en ontspannen avondjes.

Een lege muur is vaak gewoon… nou ja, leeg. Praktisch misschien, maar niet echt spannend. Daar wil Philips Hue met de nieuwe Play wall washer iets aan veranderen. Deze compacte designlamp projecteert een kleurrijk lichtspel op je wand, waarmee je in één beweging sfeer aan je kamer toevoegt. Van subtiele achtergrondverlichting tot passende effecten tijdens een film of game, de wall washer is verrassend veelzijdig.

©Philips

Lavalamp 2.0: licht dat meer doet dan verlichten

De Philips Play wall washer is ontworpen om je muren tot leven te brengen. Dankzij een nieuwe techniek, ColorCast genaamd, ontstaan vloeiende kleurverlopen die echt iets doen met de ruimte. Het licht voelt rijk en dynamisch aan, alsof je muur zelf begint te ademen. Sluit je de lamp aan op je Hue-entertainmentsysteem, dan reageert het licht bovendien op wat je kijkt of luistert – of dat nu een film is, een game of je favoriete playlist.

Ook lezen: Review Philips Hue Play Gradient Lightstrip - duur, maar wel leuk

Je bepaalt zelf hoe groot het projectiegebied moet zijn: zet je de lamp dichter bij de muur, dan krijg je een strakke lichtbundel; plaats je hem verder weg, dan spreidt het effect zich breder uit. Via de Hue-app stel je alles eenvoudig in, inclusief richting, helderheid en de snelheid waarmee de kleuren worden afgewisseld.

©Philips

Designlamp met een slimme binnenkant

Wat meteen opvalt, is dat de lamp zelf geen aandacht opeist. De behuizing is strak, mat en gemaakt van aluminium – geen plastic spul dus. In zwart of wit past hij moeiteloos in een modern interieur. Het projectievenster is transparant en subtiel, zodat het vooral het licht is dat de show steelt. Daardoor ervaar je de wall washer meer als een designobject dan als tech-gadget.

De lamp werkt naadloos samen met het Hue-ecosysteem. Of je nu gebruikmaakt van een afstandsbediening, je smartphone of je stem via Siri, Alexa of Google Assistant, alles werkt zoals je mag verwachten van Hue. De wall washer is bovendien volledig compatibel met accessoires zoals de Hue HDMI Sync Box en de desktop-apps voor pc en tv.

Een vleugje AI in je verlichting

Tegelijk met de lamp lanceert Philips Hue ook zijn eerste AI-assistent. Die denkt bijvoorbeeld met je mee over de juiste sfeer. Je zegt of typt bijvoorbeeld 'gezellige avond' of 'ochtendenergie' en de assistent kiest automatisch een bijpassende lichtscène, of stelt er zelf eentje samen als er nog geen goede match is.

De AI werkt voorlopig alleen als je de Hue-app op Engels hebt staan en is beschikbaar in Nederland, België en Luxemburg. Andere landen volgen later dit jaar.

Niet goedkoop, wel doordacht

Met een prijs van 199,99 euro (en 349 euro voor een 2-pack) voor een enkele lamp is de wall washer duidelijk bedoeld als luxe toevoeging, niet als basisverlichting. Maar als je van sfeer, detail en controle houdt én je hebt al wat spullen van Philips Hue hangen, dan is dit een opvallend compleet pakket. De combinatie van slim licht, subtiel design en – nou ja, laten we het creatieve vrijheid noemen, maakt deze lamp interessant voor iedereen die meer uit z'n lege muren wil halen.

Meer informatie is te vinden op de site van Philips Hue.