ID.nl logo
Verbeter foto's op je smartphone met Snapseed
© PXimport
Huis

Verbeter foto's op je smartphone met Snapseed

Foto’s die je met een smartphones schiet, kun je meteen delen met vrienden en op sociale media. Daarom is het zo belangrijk dat je foto’s direct kunt bewerken, waar je ook bent en zonder dat je eerst naar huis hoeft om je pc op te starten. Snapseed is daar uitermate geschikt voor.

Tip 01: Snapseed

Om te starten met bewerken, kies je in Snapseed een foto uit en tik je rechtsonderin op het pictogram van het pennetje. Vervolgens vind je onder Tools krachtige gereedschappen om jouw foto tot in de puntjes te bewerken. Bij Filters vind je leuke effecten. Hiermee geef je een foto met een simpele tik of veeg snel en makkelijk een bepaalde uitstraling, zonder dat je aan tientallen schuifjes hoeft te in te stellen. Snapseed is er voor Android en iOS. Je kunt het op zowel een smartphone als een tablet gebruiken: je kunt dus altijd en overal je foto’s bewerken. Lees ook: De beste tips en tools voor fotobewerking.

©PXimport

Tip 02: Helderheid

Het is een goed idee om te beginnen met de bewerkingen die je onder Tools / Afstellen vindt. Je optimaliseert er de belichting en de kleuren, dus daar valt erg veel winst te behalen. Stel dat een foto onderbelicht is (te donker) of juist overbelicht (te licht), dan los je dat hier eenvoudig op. Veeg eerst verticaal over het scherm om Helderheid te kiezen. Veeg daarna horizontaal om de belichting beter in te stellen. Naar links wordt de foto donkerder, naar rechts lichter. Een bewerking selecteren en vervolgens toepassen doe je in Snapseed trouwens altijd door eerst verticaal en daarna horizontaal te vegen.

©PXimport

Tip 03: Spelen met licht

Het kan ook zijn dat alleen een deel van de foto te licht of te donker is. Bij een landschapsfoto is de lucht misschien te fel omdat je richting de zon fotografeert, waardoor je de wolkenstructuur niet goed ziet en het blauw nogal flets is. Of iemand is onherkenbaar omdat hij in de schaduw onder een boom staat. Kies in het eerste geval bij Tools / Afstellen voor Hooglichten om alleen de lichtste delen van de foto iets af te zwakken. In het tweede geval kies je Schaduw om de donkere delen duidelijker te maken. Andersom – lichte delen lichter maken en donkere delen donkerder – kan natuurlijk ook. Dat doe je bijvoorbeeld om het verschil tussen de twee extra te benadrukken, of om storende objecten weg te moffelen door expres een stukje van de foto over- of onder te belichten. Als je alle drie de bewerkingen nodig hebt, begin dan met Helderheid en finetune de foto daarna met Hooglichten en Schaduw.

©PXimport

Speel met licht en schaduw om je foto duidelijker te maken

-

Tip 04: Contrast

Als het licht egaal is, zoals op een bewolkt dag of bij dichte mist, kan een foto er wat mat uitzien. Er is dan erg weinig contrast omdat er noch schaduwen, noch felverlichte gebieden zijn. Met Afstellen / Contrast voeg je dan wat extra pit aan de foto toe, doordat licht en donker daarmee versterkt wordt. Andersom kun je het contrast ook verlagen als er juist een te groot verschil is en de foto te hard oogt. Afstellen / Sfeer is hier een slimme variant op. Deze bewerking probeert licht en donker allebei zo duidelijk mogelijk te krijgen. Het is een handige manier om zowel de lichte als de donkere gebieden van een foto goed doortekend en kleurrijk te maken.

©PXimport

Tip 05: Kleurweergave

Zodra de belichting in orde is, zijn de kleuren aan de beurt. Onder Afstellen maak je met Verzadiging de kleuren feller door naar rechts te vegen. Veeg je naar links, dan zwak je de kleuren juist af, desnoods tot er uiteindelijk een zwart-witfoto overblijft. Met Warmte voeg je een warme of een koele kleurtint toe. Veeg naar links en de foto wordt blauwer gemaakt, zodat hij koeler lijkt. Veeg naar rechts om oranje toe te voegen en de foto dus een warmere tint te geven. Iets blauwer maken werkt bijvoorbeeld goed met sneeuw- en ijsfoto’s: zo wordt de kou benadrukt. Een zonsondergang kun je iets meer oranje maken, voor een warm en vrolijk gevoel. Je kunt met deze bewerking ook een lichte kleurzweem corrigeren.

©PXimport

Tip 06: Histogram

Het onderdeel Afstellen kent een hulpmiddel dat een beetje verborgen zit: het histogram. Linksonder in de foto zie je een klein staafdiagram. Tik erop en je krijgt een grafiek te zien met allemaal pieken – het heeft wel wat weg van een berglandschap. Dit is het histogram en het laat de lichtverdeling in een foto zien. Als je even vergeet dat er kleuren bestaan, kan elk puntje in een digitale foto zwart, wit, of een van de vele tinten grijs zijn. Uiterst links in het histogram staat daarom voor zwart, rechts is volledig wit en ertussenin vind je alle mogelijke grijstinten. Het histogram is een krachtig hulpmiddel. Als je erop let tijdens het aanpassen van de belichting, zie je heel goed wat er ‘onder de motorkap’ gebeurt. Je ziet bijvoorbeeld hoe de donkere of juist de lichte delen van een foto verschuiven. Zo leer je vanzelf hoe je het uiterste uit je foto’s kunt halen.

©PXimport

Het histogram is een krachtig hulpmiddel om je foto’s te verbeteren

-

Tip 07: Witbalans

Onder Tools vind je – momenteel alleen op Android-apparaten – de bewerking Witbalans. Hiermee stel je de kleuren nog nauwkeuriger af, zodat je een foto er heel natuurlijk kunt laten uitzien. Via Temperatuur regel je net als daarnet weer de kleurtemperatuur. Naar links koel je de foto af door hem blauwer te maken, naar rechts warm je hem op en wordt het beeld meer oranje. Waar nodig gebruik je aanvullend Tint om meer richting groen (links) of magenta (rechts) te verschuiven. Met deze twee bewerkingen kun je vrijwel elke kleurzweem weghalen, of je voegt juist een creatieve kleurzweem toe. Daarmee bedenk je jouw eigen filter. Kleurzwemen verhelpen kan ook makkelijker. Als je onderin op AW Automatisch tikt, lost Snapseed het vaak volledig zelf op. Of gebruik Kleurkiezer en plaats het pipet op iets waarvan je zeker weet dat het wit, zwart of grijs hoort te zijn. Dan berekent Snapseed de juiste kleurcorrectie.

©PXimport

Tip 08: Details en scherpte

Gebruik Tools / Details als je een foto er scherper of gedetailleerder wilt laten uitzien. Kies Scherper maken om een foto te verscherpen. De contouren van alles wat je op de foto ziet worden versterkt, zodat het beeld net wat scherper oogt. Gebruik Structuur om iets soortgelijks te doen met de textuur. Doordat dan zelfs de allerkleinste details worden benadrukt, springt alles op de foto ineens van je beeldscherm af. Pas vooral met deze tweede bewerking wel een beetje op. Zorg ervoor dat je hem gedoseerd toepast, om de foto niet te gedetailleerd en daarmee te onnatuurlijk te maken.

©PXimport

Tip 09: Beeldformaat

Kies Tools / Bijsnijden om het beeldformaat van de foto te veranderen. Je kunt hem bijvoorbeeld vierkant maken, of omzetten naar breedbeeld (16:9). Of veeg vanuit een hoek of vanaf de zijkant om de foto bij te snijden. Saaie delen of storende objecten langs de randen kun je zo eenvoudig wegsnijden. Met Tools / Draaien kun je de foto spiegelen en roteren, of een schuine foto netjes rechtop zetten door met je vinger te vegen. Standaard doet Snapseed dit laatste trouwens al meteen zodra je deze optie kiest, maar vaak kun je het zelf nog nét iets beter maken.

©PXimport

Door de allerkleinste details te benadrukken, springt de foto ineens van je beeldscherm af

-

Tip 10: Transformeren

Tools / Transformeren gebruik je om perspectiefcorrecties aan te brengen. Het is een zeer krachtige maar ook beetje lastige bewerking. Dit gereedschap heb je vaak nodig als je gebouwen of iets anders met rechte lijnen of vlakken fotografeert. Momenteel werkt dit verschillend onder iOS en Android. Op een Apple-apparaat zet je met Verticaal perspectief en Horizontaal perspectief alles dan alsnog perfect in het lood, als je er net niet recht voor stond of de camera schuin hebt gehouden. Met Rotatie draai je een foto. Bijzonder is dat Snapseed kale hoeken en randen die hierbij ontstaan automatisch opvult met passend beeldmateriaal. Op een Android-apparaat veeg je opmerkelijk genoeg niet verticaal om de gewenste correctie te kiezen. In plaats daarvan zie je ditmaal allerlei pictogrammen met pijltjes. Die geven aan in welke richtingen je correcties uitvoert zodra je met je vinger sleept. Via de optie Egaliseren onderin geef je aan of kale hoeken en randen automatisch opgevuld mogen worden.

©PXimport

Tip 11: Selectief bewerken

Foto’s mag je ook selectief bewerken. Kies Tools / Penseel en schilder met je vinger over delen van de foto die je wilt aanpassen. De rest blijft ongewijzigd. Je kunt de sterkte instellen en met Gum (de middelste sterkte) haal je penseelstreken weer weg. Zet Masker aan om te zien waar je allemaal hebt geschilderd. Er is keuze uit meerdere penselen, dus je kunt een deel lichter maken, een ander deel donkerder en ergens anders weer de kleuren veranderen. Het penseel Doordrukken en tegenhouden lijkt veel op het aanpassen van de belichting, alleen gaat het hiermee net wat subtieler. Om nauwkeuriger te werken kun je via een knijpbeweging inzoomen op de foto. Want hoe meer je inzoomt, hoe kleiner de penseelpunt lijkt te worden.

©PXimport

Tip 12: Controlepunten

Ook Tools / Selectief is bedoeld om een foto plaatselijk te bewerken. Tik eerst op Toevoegen (het kleurt blauw) en tik daarna ergens in de foto. Daar wordt een zogenaamd controlepunt toegevoegd. Knijp met twee vingers om het gebied groter of kleiner te maken, of sleep met één vinger om het controlepunt te verplaatsen. Veeg daarna verticaal over het scherm om een bewerking te kiezen en horizontaal om de sterkte van het effect te kiezen. Alleen het ingestelde gebied verandert nu. Je mag meerdere van dit soort controlepunten plaatsen, om allerlei plaatselijke bewerkingen aan te brengen.

©PXimport

Schilder met je vinger over delen van de foto die je wilt aanpassen

-

Tip 13: Vlekjes wegwerken

Zit er ergens op je foto een vlekje of een storend object? Ga naar Tools / Egaliseren en tik erop of veeg er met je vinger overheen zodat het rood kleurt. Laat los en het gemarkeerde verdwijnt uit de foto. Snapseed gebruikt beeldmateriaal uit je foto om het plekje onzichtbaar te repareren. Dat lukt zeker niet altijd, vandaar dat je het met Ongedaan maken weer kunt terugdraaien. Soms lukt het na een paar pogingen ineens beter. Vooral vlekken en objecten die los staan, dus die zich in een egaal vlak bevinden en niets anders raken of overlappen, haal je makkelijk weg.

©PXimport

Tip 14: Vignet en tekst

Via Tools / Vignettering leg je ergens de nadruk op. Je hebt het zeker niet altijd nodig, maar soms staat het best leuk. Sleep de blauwe punt naar het hoofdonderwerp en knijp met twee vingers om het gebied groter of kleiner te maken. Vervolgens kun je met Buitenste helderheid en Binnenste helderheid het gebied binnen of buiten de cirkel lichter dan wel donkerder maken. Vaak worden de randen en hoeken van een foto donkerder gemaakt, zodat het hoofdonderwerp er beter uitspringt. Wat waarschijnlijk vaker van pas komt, is Tools / Tekst. Hiermee kun je een leuke tekst aan je foto toevoegen. Er zijn allerlei tekststijlen, je kunt een kleur uitkiezen en de transparantie instellen. Met je vinger sleep je de tekst naar de juiste plek en met een knijpbeweging stel je de lettergrootte in.

©PXimport

Tip 15: Ongedaan maken

Tijdens het aanpassen van een foto kun je de bewerkte versie op elk moment vergelijken met het origineel, door het pictogram rechtsbovenin (een vierkant met een verticale lijn erdoorheen) ingedrukt te houden. Zo zie je meteen of je op de goede weg bent. Elke aanpassing die je in Snapseed doet, kun je later weer veranderen of terugdraaien. Je moet ervoor teruggaan naar het beginscherm waar je rechtsonderin het pictogram met het penseel hebt. Tik dan rechtsbovenin op het witte vierkant met een getal erin (het aantal bewerkingen). Rechtsonderin verschijnen alle bewerkingen dan netjes op een rijtje. Tik er eentje aan en je kunt hem anders instellen of weggooien. Het Penseel-pictogram rechtsonderin gebruik je dus alleen voor nieuwe bewerkingen, niet om bestaande aan te passen. Je kunt ook rechtsbovenin op het pictogram van de drie puntjes tikken, waarna je met Ongedaan maken bewerkingen stap voor stap weer kunt terugdraaien. Met Terugzetten heb je zelfs meteen het origineel terug.

©PXimport

De bewerkte foto kun je vergelijken met het origineel

-

Tip 16: Filters

Bij het onderdeel Filters vind je allerlei filtereffecten om je foto snel een bepaalde uitstraling te geven. Zo kun je met Focuseffect een deel van de foto wazig maken waarmee de aandacht meer naar het hoofdonderwerp gaat, doe je met Korrelige film alsof je nog met analoge filmrolletjes werkt en zet je een foto via Zwart-wit razendsnel om naar een contrastrijke zwart-witprent. Frames valt ook onder de filters; hiermee voeg je leuke kaders toe aan de foto. Gezicht tot slot is er puur op gericht om portretten te verbeteren. Gezichten worden dan ook automatisch herkend. Je mag meerdere van deze filters combineren, waarbij elk volgende filter voortborduurt op de vorige. Voeg daarom zoiets als kaders pas als laatste toe en pas sowieso altijd eerst de bewerkingen onder Tools toe voordat je naar Filters overstapt.

©PXimport

Tip 17: Opslaan

Klaar met aanpassen? Ga terug naar het beginscherm en kies rechtsbovenin voor Opslaan. Bij een Android-apparaat wordt nu een gewijzigde kopie van de foto opgeslagen. Het origineel blijft dus intact. Op een iOS-apparaat krijg je maar liefst drie keuzes te zien. Kies je Opslaan, dan kun je de foto later opnieuw met Snapseed openen en elke aanpassing naar smaak bewerken of weer verwijderen, net zoals beschreven in tip 15. Met Een kopie opslaan heb je dezelfde mogelijkheden, maar dan via een kopie van de foto. Kies je Exporteren, dan krijg je een kopie waarop alle wijzigingen definitief zijn gemaakt. De bewerkingen zijn nu niet meer aanpasbaar. Zo’n foto kun je publiceren, printen, of delen met anderen.

©PXimport

Tip 18: Raw-bestanden

Steeds meer smartphones kunnen raw-bestanden opslaan. In plaats van een kant-en-klare jpg-foto krijg je dan een bestand waarin alle beeldinformatie nagenoeg ongewijzigd is opgeslagen. Wat is het nut hiervan? Een jpg-foto is flink door jouw smartphone bewerkt. Onder andere de belichting en de kleuren zijn aangepast om een mooi plaatje te maken dat je direct kunt gebruiken. De keuzes die hierbij zijn gemaakt, zijn niet meer ongedaan te maken. Vandaar dat een jpg-foto maar beperkt bewerkt kan worden. Ga je te ver, dan holt de beeldkwaliteit achteruit. Met een raw-bestand heb je dat probleem niet. Het is ongewijzigde, ruwe data, waardoor je meer ruimte hebt om zaken als kleur, contrast, scherpte en belichting op smaak te brengen. Je moet wel iets meer moeite doen, omdat een raw-bestand altijd bewerkt moet worden, maar de beloning is een zichtbaar mooiere foto. Snapseed herkent het meteen zodra je een raw-bestand opent en laat dan automatisch een nieuwe serie bewerkingen zien, genaamd Ontwikkelingstools / Ontwikkelen.

©PXimport

Een foto kun je opnieuw openen om aanpassingen te bewerken

-

Tip 19: Ontwikkelen

Via verticaal vegen kies je bij Ontwikkelen voor belichting, hooglichten, schaduwen, contrast, structuur, verzadiging, temperatuur, of tint. Verder vind je onderin de optie Witbalans om een witbalansvoorkeur te selecteren, net zoals je dat op een gewone camera doet. Is een foto gemaakt bij lamplicht te oranje? Kies Tungsten en de kleurzweem is weg. Heb je op een sombere dag gefotografeerd en is de foto een beetje blauwig? Kies Bewolkt en je hebt aangenamere kleuren. Zodra je de raw-bewerkingen hebt gedaan, mag je ook de ‘gewone’ bewerkingen en filters gebruiken. Alles wat wij in dit artikel besproken hebben dus. Houd er wel rekening mee dat je met de raw-gereedschappen veel meer kunt herstellen dan met de ‘gewone’ gereedschappen. Gebruik daarom bijvoorbeeld liever Hooglichten en Schaduw bij Ontwikkelen, dan de gewone versie die je bij Afstellen vindt.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Vuile en aangekoekte oven? Zo maak je deze goed schoon!
© ID.nl
Huis

Vuile en aangekoekte oven? Zo maak je deze goed schoon!

Een schone oven is belangrijk om hygiënisch te kunnen koken. Na verloop van tijd hopen etensresten en vet zich op en dat veroorzaakt nare geurtjes, maar is ook niet goeed voor de prestaties. Gelukkig zijn er verschillende manieren om je oven weer te laten glimmen. En bij sommige ovens gaat dat zelfs helemaal vanzelf.

In dit artikel...

...lees je hoe je een oven schoonmaakt, zowel met de hand als met behulp van zelfreinigende functies zoals pyrolyse, hydrolyse en katalyse. Ook geven we je tips voor onderhoud en het voorkomen van hardnekkig vuil.

Handmatige reiniging

Begin met de basis: handmatige reiniging. Dit is de meest directe methode en vereist wat spierkracht en de juiste middelen. Verwijder eerst alle roosters en bakplaten uit de oven. Die kun je apart schoonmaken in warm sop met afwasmiddel, of in de vaatwasser als ze daarvoor geschikt zijn. Erg vuile roosters kun je ook een tijdje laten weken in een bak met heet water en wat druppels afwasmiddel. Op die manier gaat het vuil er bij het handmatig afwassen of in de vaatwasser er beter af.

Lees ook:Dit zijn de 10 meest gemaakte fouten tijdens het schoonmaken

Voor de binnenkant van de oven kun je een speciale ovenreiniger gebruiken. Volg altijd nauwkeurig de instructies op de verpakking, want sommige reinigers zijn zeer krachtig en vereisen dat je de keuken ventileert. Je kunt ook kiezen voor huis-tuin-en-keukenmiddelen. Een pasta van baking soda en water werkt vaak verrassend goed op aangekoekt vuil. Breng de pasta aan op de bevuilde plekken, laat het een paar uur (of een nacht) intrekken en veeg het daarna weg met een vochtige doek. Hardnekkige plekken kun je voorzichtig schrobben met een zachte borstel of een spons. Spoel de oven na met schoon water om alle resten van reinigingsmiddel te verwijderen.

Oven niet meteen gebruiken

Na het schoonmaken van de oven met een schoonmaakmiddel is het verstandig om even te wachten voordat je de oven weer gebruikt. Veel ovenreinigers bevatten krachtige stoffen die achter kunnen blijven in de oven, zeker als je niet grondig hebt nagespoeld.

Door de oven na het schoonmaken nog even open te laten staan en goed te luchten, voorkom je dat er nare geurtjes of dampen ontstaan bij het voorverwarmen. Heb je een agressief middel gebruikt? Laat de oven dan minstens een halfuur luchten en veeg nogmaals na met een schone, vochtige doek. Zo weet je zeker dat je veilig kunt bakken.

©ID.nl

Veel ovens hebben een makkelijk schoon te maken en te houden emaille binnenwand. Hierdoor volstaat vaak alleen al het schoonmaken met een vochtige doek om vuil eraf te kunnen krijgen. Het gladde oppervlak zorgt er namelijk voor dat vuil zich niet hecht, waardoor je de oven makkelijk schoonhoudt.

Zelfreinigende ovens: pyrolyse, hydrolyse en katalyse

Veel moderne ovens zijn uitgerust met slimme zelfreinigende functies die het werk voor je doen. De drie meest voorkomende systemen zijn pyrolyse, hydrolyse en katalyse. Begrijp goed hoe elk systeem werkt om te bepalen wat het beste bij jouw gebruik past.

Wat doet pyrolyse?

Pyrolyse is een geavanceerde zelfreinigende functie die werkt met zeer hoge temperaturen. Tijdens zo'n pyrolysecyclus wordt de oven verwarmd tot extreem hoge temperaturen, vaak rond de 500 graden Celsius. Op deze temperatuur veranderen vet- en etensresten in as. Dit proces duurt meestal tussen de één en drie uur. De ovendeur vergrendelt automatisch tijdens de cyclus, waardoor jij (of bijvoorbeeld je kinderen) de deur niet kunnen openmaken.

Wanneer de oven is afgekoeld, hoef je alleen nog de overgebleven fijne as met een vochtige doek weg te vegen. Het is weliswaar een effectieve methode voor grondige reiniging, maar verbruikt wel veel energie. Daarnaast kan een lichte geur ontstaan door het verbranden van vet. Zorg daarom voor goede ventilatie.

Hoe werkt hydrolyse?

Bij Hydrolyse wordt de oven gereinigd door stoom. Bij dit proces plaats je een kleine hoeveelheid water in de bodem van de oven. Vervolgens activeer je het hydrolyseprogramma, waarbij de oven wordt verwarmd tot een temperatuur van ongeveer 100 graden Celsius. De stoom die ontstaat, weekt het vuil los van de ovenwanden. Na afloop van het programma, wanneer de oven is afgekoeld, kun je de zacht geworden etensresten eenvoudig wegvegen met een doek. Hydrolyse is een mildere en energiezuinigere methode dan pyrolyse, maar is vooral geschikt voor lichte tot matige vervuiling. Voor hardnekkig, aangekoekt vuil moet je zelf de boel nog nabehandelen met schoonmaakmiddel.

©ID.nl

Het hydrolyseproces maakt gebruik van stoom om vuile deeltjes van de binnenzijde van de oven te verwijderen.

Wat doet katalyse?

Katalyse is een continue zelfreinigende functie, wat betekent dat het reinigingsproces al begint tijdens het koken. Ovens met katalytische wanden zijn bekleed met een speciale, poreuze emaillelaag die de eigenschap heeft om vetspatten te absorberen en te oxideren (verbranden) bij normale kooktemperaturen, meestal boven de 200 graden Celsius. De katalytische laag breekt de vetten af en zet ze om in water en kooldioxide. De wanden van zulke ovens voelen vaak ruw aan. Het voordeel van katalyse is dat het continu werkt en je dus minder vaak handmatig hoeft te reinigen. Wel kunnen de katalytische panelen na verloop van tijd verzadigd raken en dan hun effectiviteit verliezen. Ze kunnen dan niet meer worden gereinigd en moeten mogelijk worden vervangen. Katalyse werkt het beste bij vetspatten en minder goed bij aangekoekte suikers of andere hardnekkige etensresten.

Deur reinigen

Natuurlijk is er ook nog de deur van de oven. De ruit kan al snel behoorlijk vuil raken. Vaak is een gewone ruitenreiniger al voldoende om vetspetters en strepen te verwijderen. Zijn de vlekken hardnekkiger? Gebruik dan wat baking soda of groene zeep op een vochtige doek en wrijf rustig schoon.

©ID.nl

Een vieze ovendeur reinig je het beste met een ruitenreiniger. Voor de binnenkant kun je beter een ontvetter gebruiken.

Onderhoud en preventie

Ongeacht de reinigingsmethode is regelmatig onderhoud de sleutel tot een schone oven. Veeg na elk gebruik eventuele gemorste etensresten direct weg. Gebruik (biologisch) bakpapier of ovenschalen met deksel om spatten te minimaliseren. Een schone oven verlengt niet alleen de levensduur van het apparaat, maar zorgt er ook voor dat de oven beter op temperatuur komt, het eten beter smaakt en er minder stank vrij komt.

▼ Volgende artikel
Offline op pad: navigeren zonder internetverbinding
© MelissaMN - stock.adobe.com
Mobiliteit

Offline op pad: navigeren zonder internetverbinding

Navigeren, bijvoorbeeld met je smartphone, verloopt vlot met een internetverbinding. Maar wat als er geen mobiel netwerk is? Met vooraf gedownloade kaarten is ook offline navigeren gelukkig geen probleem.

In dit artikel laten we zien hoe je offline kunt navigeren met je smartphone:

  • Download de kaarten van je favoriete navigatie-app
  • Maak offline gebruik van turn-by-turn navigatie en spraakbegeleiding
  • Download en importeer kant-en-klare GPX-routes
  • Maak zelf GPX-routes

Tip 1 Wel of geen internet

Navigeren met je smartphone gaat het makkelijkst met een stabiele internetverbinding, maar in het buitenland kan dit hoge roamingkosten opleveren. En wat als je reist in gebieden zonder mobiel netwerk of waar het netwerk plots wegvalt? Offline navigatie, waarbij je vooraf kaarten downloadt, is dan een praktische oplossing. Een gedownloade kaart laadt sneller en verbruikt minder batterij dan een app die constant data ophaalt. Neem tijdens je route bij voorkeur wel een opgeladen powerbank mee om te voorkomen dat je zonder stroom komt te zitten.

Zonder internet bepaalt je smartphone de locatie volledig via gps. Binnen de gedownloade regio kun je meestal routeberekeningen maken en navigatie-instructies ontvangen. Sommige apps bieden in offline modus ook een POI-zoekfunctie (Points of Interest).

Zonder internet werken deze functies niet: realtime verkeersinformatie (zoals files, werkzaamheden en flitsers), live ov-gegevens, bepaalde zoekopdrachten, street view en satelliet- of hybride kaarten (wel standaard wegenkaarten). Controleer vooraf of je eerder gedownloade kaarten nog actueel zijn en werk ze regelmatig bij.

Laten we enkele populaire mobiele apps bekijken die offline navigatie ondersteunen. Het is handig om meerdere apps met offline kaarten bij de hand te hebben. Je kunt dit testen door tijdelijk de vliegtuigmodus in te schakelen of wifi en mobiele data uit te zetten. De populaire navigatie-app Waze laten we hier buiten beschouwing omdat deze geen offline kaarten aanbiedt.

Street view is voorbehouden aan de online modus (hier Google Maps). 

Tip 2 Google Maps

We starten met een van de populairste navigatie-apps: Google Maps. Open de app, tik rechtsboven op je profielfoto of initialen en kies Offline kaarten. Selecteer je eigen kaart via Selecteer je eigen kaart (Android) of Je eigen kaart selecteren (iPhone). Zoom in en uit met twee vingers en verplaats de kaart met één vinger totdat het gewenste gebied binnen het blauwe kader valt. Onderaan zie je hoeveel opslagruimte nodig is. Tik op Downloaden om het gebied op te slaan. Na de download keer je automatisch terug naar Offline kaarten, waar een overzicht van je gedownloade kaarten verschijnt. Om een kaart een andere naam te geven, tik je op het icoon met de drie puntjes en kies je Naamwijzigen.

De kaart is nu klaar voor offline gebruik en je kunt nog extra kaarten downloaden. Navigeer zoals gebruikelijk: de app schakelt automatisch over op de gedownloade kaarten als er geen mobiel internet is.

Werk je offline kaarten regelmatig bij: tik op de drie puntjes en kies Updaten. Hier kun je kaarten trouwens ook verwijderen.

In Google Maps kun je offline kaarten downloaden, hernoemen, bekijken, updaten en verwijderen.

Tip 3 HERE WeGo

Net als Google Maps is HERE WeGo volledig gratis. De kaarten komen van Here Technologies, dat begon als Navteq, werd later door Nokia overgenomen en is nu in handen van Duitse autofabrikanten. Via https://mapcreator.here.com kunnen gebruikers eigen kaartgegevens toevoegen.

Voor offline kaarten trek je de onderste balk omhoog voor het menu. Tik op Kaarten downloaden en schakel bij voorkeur Uitsluitend downloaden via wifi in. Tik opnieuw op Kaarten downloaden, kies het continent en vervolgens het land of de regio die je nodig hebt. De benodigde opslagruimte wordt weergegeven. Tik op het downloadicoon om de kaart op te slaan.

Om te voorkomen dat de app tijdens offline navigatie tevergeefs een internetverbinding zoekt, stel je in het menu de App-verbinding tijdelijk in op Offline. Updates worden bij Kaarten downloaden naast de betreffende kaart aangegeven en kun je direct ophalen. Om een kaart weg te halen, selecteer je deze en kies je Verwijderen.

De volledige offline kaart van Nederland bijvoorbeeld neemt bij HERE WeGo zo’n halve gigabyte in beslag.

Tip 4 OsmAnd

OsmAnd (OpenStreetMap Automated Navigation Directions) is een mobiele app voor offline kaarten en navigatie, gebaseerd op OpenStreetMap-gegevens. Deze worden door een wereldwijde gemeenschap bijgewerkt en je krijgt meestal gedetailleerde en actuele kaartinformatie.

Bij de eerste keer opstarten, kun je de kaart van je huidige regio downloaden. Tik op de drie streepjes, kies Kaarten en hulpmiddelen en open Downloads om zelf een land of regio te selecteren. In de gratis versie kun je tot zeven kaarten downloaden. Naast de kaart zelf kun je voor een gebied ook hoogtelijnen, Wikipedia-informatie, een terreinkaart en weersvoorspellingen installeren, maar deze functies zijn voorbehouden aan de betaalde versie (ongeveer 3 euro per maand).

Om te navigeren binnen het gedownloade gebied tik je op de kaart of gebruik je de optie Zoeken in het menu. Tik op Navigatie, kies het vervoermiddel (auto, fiets of te voet) en tik op Start. Dit biedt turn-by-turn-aanwijzingen met spraakbegeleiding. Wil je de route als GPX-track opslaan, kies dan Details, tik op het downloadknopje en vul een naam in bij Bewaar als nieuwe track. Bevestig met Opslaan. Op Android wordt het bestand standaard opgeslagen in Android/data/net.osmand/files/tracks. Vanuit het menu, bij Plan een route, kun je de tracks direct openen of ook een eigen GPX-route importeren (zie ook tip 8).

OsmAnd geeft ook gesproken turn-by-turn-aanwijzingen.

Tip 5 MAPS.ME

MAPS.ME is een gratis navigatie-app die net als OsmAnd gebruikmaakt van OpenStreetMap-kaarten. In de gratis versie kun je ongeveer tien kaarten downloaden.

Open de app en zoom in op het gewenste gebied totdat een prompt verschijnt om de kaart te downloaden. Dit gebeurt meestal wanneer de indicatie 5 km zichtbaar is. Bevestig met Download.

Een andere en vaak handigere manier om kaarten te downloaden is via de optie Meer, waar je Gedownloadekaarten selecteert. Bovenaan kun je naar een locatie zoeken. Als de app deze herkent, verschijnt direct de downloadknop om het gebied op te halen.

Als je bij de instellingen de optie Markeer gedownloade kaarten hebt ingeschakeld, dan kun je op de kaart zien welke gebieden reeds offline beschikbaar zijn.

Voor navigatie gebruik je de zoekfunctie of tik je op de kaart om een locatie te selecteren. Kies vervolgens Route naar of eventueel Route van en bepaal het vervoermiddel: auto, te voet of per fiets. Ook offline krijg je turn-by-turn-navigatie.

Je kunt gedownloade kaarten updaten door bij Gedownloade kaarten op Controleren te tikken. Om een kaart te verwijderen, selecteer je deze, tik je op de drie puntjes en kies je Verwijderen.

Kleurmarkeringen geven duidelijk aan welke gebieden je al gedownload hebt voor offline navigatie.

Tip 6 Sygic

Sygic is misschien minder bekend in Nederland en België, maar de app biedt wel hoogwaardige 2D- en 3D-kaarten van TomTom. Om Sygic te gebruiken, moet je je eerst registreren. In de gratis versie kun je in principe onbeperkt kaarten downloaden; grotere landen zijn opgesplitst in regio’s. Om kaarten te downloaden, open je het menu en kies je Offline kaarten (toevoegen).

Deze kaarten worden in de gratis versie driemaal per jaar automatisch geüpdatet. In de betaalde Premium-variant gebeurt dit maandelijks en krijg je ook turn-by-turn-navigatie en gesproken instructies en (in de online modus) ook de actuele verkeersdrukte, snelheidslimieten en mobiele flitsers.

Houd er rekening mee dat Sygic zich volledig richt op autoverkeer. Er zijn geen routeberekeningen specifiek voor fietsers of wandelaars.

Je kunt in Sygic een onbeperkt aantal offline kaarten downloaden.

Tip 7 Komoot en RouteYou

Waar Sygic zich vooral richt op autoverkeer, zijn Komoot en RouteYou juist gespecialiseerd in (sportieve en recreatieve) wandel- en fietsroutes. In de gratis versie van Komoot kun je helaas slechts één regio ontgrendelen voor offline navigatie en spraakinstructies. Extra regio’s zijn beschikbaar tegen een prijs tussen circa 4 en 9 euro, afhankelijk van de grootte, of je kunt alle wereldregio’s in één keer aanschaffen voor ongeveer 30 euro.

Ga via de Profiel-knop naar de rubriek Maps, tik op de +-knop en zoek de gewenste regio. Selecteer de ontgrendelde regio en schakel Opslaan voor offline in. Je kunt ook een route plannen (uitsluitend met internetverbinding aangezien de berekening via de Komoot-servers verloopt) en deze vervolgens bewaren. Tik hiervoor op Opslaan en vink Opslaan voor offline gebruik aan. Na bevestiging kun je de route offline volgen, inclusief spraaknavigatie, vooropgesteld dat deze regio is ontgrendeld.

Ook RouteYou biedt de mogelijkheid routes met een achtergrondkaart offline te downloaden, maar dit is alleen beschikbaar in de betaalde versies. Een Plus-account kost ongeveer 36 euro per jaar. Je vindt gedownloade routes dan bij Gedownloade routes via de knop Profiel.

In Komoot kun je ook specifieke regio’s (tegen betaling) downloaden voor offline navigatie.

Alles over Komoot lees je in dit artikel: Wandelen en fietsen buiten de gebaande paden met Komoot

Tip 8 GPX-import via OsmAnd en Komoot

Verschillende navigatie-apps – en gps-handhelds – ondersteunen het importeren van GPX-tracks en -routes, die vervolgens offline kunnen worden gebruikt. In het kader ‘GPX’ lees je meer over dit bestandstype. Gratis import en offline gebruik zijn mogelijk in onder meer OsmAnd en in Komoot voor ontgrendelde regio’s.

In OsmAnd open je het menu, kies je Plan een route en tik je op Importeer track. Vervolgens selecteer je een GPX-bestand. Tijdens tests bleek deze functie helaas niet altijd even betrouwbaar. In Komoot verloopt dit proces vlotter. Ga naar Home, open Profiel, kies Opgeslagen routes en tik bovenaan op Importeren en vervolgens op Importeer een bestand (GPX). Selecteer het gewenste GPX-bestand en kies Bestandopenen om de route of track in de routeplanner te openen en als geplande tour op te slaan, of Bestand opslaan om deze direct als voltooide tour te bewaren.

In beide gevallen geef je het verplaatsingstype aan, zoals Wandelen, Fietsen, Mountainbiken of Bergwandelen, en bevestig je de keuze. Bij het opslaan kun je de tour een naam geven en Opslaan voor offline gebruik aanvinken. Je vindt de route dan terug bij Opgeslagenroutes of bij Voltooide activiteiten. Als de bijbehorende kaart al is gedownload, kun je direct navigeren.

Handig om weten: in Komoot kun je GPX-routes ook via de dienst Garmin Connect met je Garmin-toestel synchroniseren.

GPX-routes werken ook op een smartwatch: Waar voor je geld: 5 waterdichte smartwatches met GPS-functie

Een pas geïmporteerde GPX-route kun je als een ‘tour’ (voor offline gebruik) bewaren in Komoot.

GPX

Doorgewinterde wandelaars en fietsers kennen waarschijnlijk GPX-bestanden (GPS Exchange Format). Dit zijn XML-gebaseerde bestanden waarmee geografische locatiegegevens worden opgeslagen en uitgewisseld. Ze worden vooral gebruikt om gps-tracks, routes en waypoints vast te leggen en te delen tussen apparaten en apps.

Waypoints zijn specifieke punten met coördinaten (lengte- en breedtegraad en soms hoogte).

Tracks bestaan uit reeksen gps-punten die een daadwerkelijk afgelegde route weergeven, doorgaans automatisch geregistreerd door een gps-apparaat of navigatie-app tijdens verplaatsing. Elk punt bevat meestal een tijdstempel en soms ook snelheid.

Routes daarentegen bestaan uit reeksen gps-punten die een geplande route aangeven, zonder exacte tijdstempels. Deze worden handmatig of met een routeplanner opgesteld en bevatten meestal minder gedetailleerde informatie dan tracks.

Sommige apps of diensten ondersteunen geen GPX-import, maar wel KML-bestanden (Keyhole Markup Language). Via www.gpx2kml.com kun je deze gratis converteren, in beide richtingen.

Tip 9 GPX-routes downloaden

In tip 8 lees je hoe je GPX-routes en -tracks in navigatie-apps importeert. Ook in de meeste gps-apparaten is zo’n import mogelijk. In tips 10 en 11 ontdek je hoe je zelf zo’n GPX-bestand maakt, maar dat is niet altijd nodig. Er zijn namelijk diverse sites waar je kant-en-klare GPX-routes en -tracks ook gratis kunt downloaden voor (offline) navigatie.

Een optie is AllTrails. Meld je aan, voer een regio in en kies een voorgestelde trail. Klik onderaan op de groene knop (Hit the trail of Daar gaan we) en selecteer Export map file of Kaartbestand exporteren/ GPXTrack of GPX Route zonder tijdstempels (zie kader ‘GPX’). Andere exportopties zijn onder meer Google Earth KML/KMZ en Garmin FIT.

Ook RouteYou (zie ook tip 7) biedt GPX-routes. Registreer je (gratis) en klik op Zoek een route. Geef het routetype aan, kies locatie en lengte en klik op Toon <x> routes. Selecteer een route, klik op Downloaden en kies GPX. Andere opties zijn bijvoorbeeld Garmin en Google Earth (KML).

Voor talrijke fiets- en wandelroutes in Nederland, België en Duitsland kun je terecht op onder meer Routiq. Kies een route en klik op Download de GPX. Dit vereist wel een Premium-account (circa 15 euro per jaar).

Bij AllTrails kun je routes in diverse formaten downloaden, waaronder GPX.

Tip 10 GPX-routes zelf maken

Je kunt ook zelf GPX-routes maken en deze downloaden naar je navigatie-app of gps-toestel voor offline gebruik. Dit kan gratis via verschillende sites, zoals www.gpx.studio.

Klik op App en zoom in tot je voldoende kaartdetails hebt. Klik op het potloodicoon, laat Routing ingeschakeld en kies een activiteitstype, zoals Bike, Run/hike of Motorcycle. Klik op het potlood-icoon en plaats de routepunten op de kaart. De route wordt automatisch langs bestaande wegen gemarkeerd. Onderaan zie je de routelengte en het hoogteprofiel.

Wil je POI’s (waypoints) toevoegen? Klik op het pin-icoon, vul een naam en beschrijving in, kies een geschikt icoon en bevestig met Create point of interest.

Stel geheel zelf je GPX-route samen in gpx.studio.

Tip 11 RouteYou

Ook op de website van RouteYou kun je zelf routes maken en gratis (openbaar) opslaan. Ze worden dan automatisch beschikbaar in de mobiele app van RouteYou. Als je bent aangemeld met hetzelfde account, vind je ze terug bij Profiel / Mijn routes. Je kunt de routes ook downloaden.

Meld je aan en klik op het pijlknopje bij Plan een route. Kies uit Maak een route, Uploadeen route (voor GPX-import), Wandelknooppunten of Fietsknooppunten. De laatste twee maken handig gebruik van het uitgebreide knooppuntennetwerk in Nederland en België.

Bij Maak een route geef je het routetype aan, met subtypes zoals Recreatieve fietsroute, Gravelbikeroute of Mountainbike route. Voor een A-naar-B-route vul je start- en aankomstlocatie in, bij een lusvormige route kies je de startplaats en lengte (en eventueel de kompasrichting). Bevestig met Opslaan / Route opslaan. Klik op Downloaden en kies (bijvoorbeeld) GPX.

Je kunt ook routes samenstellen op de site van RouteYou en deze als GPX-bestand downloaden.

Watch on YouTube