Wanneer u de zoekfunctie in Windows gebruikt, hangt de snelheid waarmee mappen en bestanden gevonden worden voor een belangrijk deel af van de instellingen voor de indexeerservice. Of u tussen die zoekresultaten ook daadwerkelijk aantreft wat u zoekt, hangt eveneens voor een groot deel af van uw instellingen. In deze Expertcursus leggen we uit hoe u de zoekfunctie optimaal aan uw ­wensen aanpast!

Meestal wordt de inhoud van een schijf of partitie standaard geïndexeerd. U kunt dit controleren door in de Verkenner met uw rechtermuisknop op de betreffende schijf te klikken en te kiezen voor Eigenschappen. Onder in het venster zet u indien nodig een vinkje bij de optie De inhoud en eigenschappen van bestanden op dit station mogen worden geïndexeerd. Wanneer u vervolgens op OK klikt, krijgt u de vraag voorgeschoteld of de wijzigingen eveneens op onderliggende mappen en bestanden toegepast moeten worden. Antwoord instemmend en klik nogmaals op OK. Afhankelijk van het aantal objecten op de schijf kan het enige tijd duren voordat de kenmerken op alle mappen en bestanden zijn toegepast.

©PXimport

Schijven en partities moet u eerst geschikt maken voor indexering.

Indexeren en zoeken in XP

De standaard zoekfunctie in Windows XP wordt de Zoek­assistent genoemd, en u opent deze via Start / Zoeken. U kunt ook op de knop Zoeken in de werkbalk van Windows Verkenner klikken, of u kiest na een rechtermuisklik op een map de optie Zoeken in het contextmenu. In de laatste twee gevallen wordt de zoekactie dan alleen uitgevoerd in de betreffende map.

Wanneer u de Zoekassistent voor het eerst opent, wordt u mogelijk verwelkomd door een animatiekaraktertje in de vorm van een hondje dat vraagt waarnaar u wilt zoeken. De ontwerpers van XP vonden dit destijds blijkbaar goed bij de geheel vernieuwde interface van het besturingssysteem passen, maar wij geven de voorkeur aan een iets serieuzer uiterlijk. Gelukkig is dit makkelijk te realiseren: klik op Uw voorkeuren aanpassen, en in het volgende venster geeft u bijvoorbeeld aan dat er geen animatiekarakters gebruikt dienen te worden en dat er geen tips moeten worden weergegeven. Om te voorkomen dat er elke keer gevraagd wordt naar welk type bestanden u wilt zoeken, klikt u op Het zoekgedrag van bestanden en mappen wijzigen. Vervolgens kiest u Geavanceerd, waarna u onder meer de mogelijkheid krijgt uw zoekopdrachten nader te specificeren op bijvoorbeeld grootte en datum.

©PXimport

Na enkele muisklikken zoekt u een stuk makkelijker met de Zoekassistent.

Sneller of niet?

Het voorkeurenmenu bevat tevens de optie om de indexeerservice uit te schakelen, en we raden u aan om dit te doen. We konden van deze zogenoemde Indexing-service namelijk geen enkele verbetering in het zoekgedrag bemerken. Of we de service nu in- of uitschakelden, en of we die nu alleen de gebruikersmappen of het hele systeem lieten indexeren, het maakte geen enkel verschil: de Zoek­assistent vond bestanden en mappen in beide gevallen even snel. Wat hierbij wel opvalt, is dat een eerste zoekactie na het inschakelen van de machine vrij lang duurt, maar dat volgende zoekopdrachten in een fractie van die tijd worden uitgevoerd. Het lijkt er dus op dat Windows resultaten van een eerdere speurtocht opslaat voor later gebruik.

Al met al verloopt het zoeken in XP op deze manier vrij vlot, en wanneer u af en toe eens een document of film kwijt bent of wilt weten of een bepaald systeembestand aanwezig is, zal de Zoekassistent uitstekend voldoen. Dat wordt anders wanneer u op de inhoud van een bestand gaat zoeken. Een dergelijke zoekopdracht kan vele minuten in beslag nemen. Zoekt u vaak op deze manier, dan kan Windows Search 4.0 de gang van zaken drastisch versnellen, aangezien de indexeerfunctie van deze zoekmachine uitstekend werkt.

Uitschakelen of niet?

Een veel aangeraden tweak, zowel voor Windows XP als voor Vista en Windows 7, is het uitschakelen van de Indexing-service om de prestaties van de pc te verbeteren. In het begin van dit artikel raadden we al aan deze service in XP uit te schakelen, maar dit was uitsluitend vanwege het feit dat dit weinig effect lijkt te hebben. De service zelf (CIDaemon.exe) draait met een lage prioriteit, en komt slechts in actie wanneer er weinig systeemvermogen wordt gebruikt. In de praktijk komt het erop neer dat u van het indexeren even weinig (of minder) zult merken als van bijvoorbeeld de regelmatige updatechecks van uw virusscanner, of van een van de tientallen andere taken die regelmatig automatisch op de achtergrond worden uitgevoerd. In XP houdt deze service de catalogus System bij in de map C:\System Volume Information. In Vista en Windows 7 ontbreekt deze catalogus en zal de Indexing-service, die standaard op handmatig opstarten staat ingesteld, zelfs nooit gestart worden, laat staan dat deze het systeem zal belasten.

In XP kunt u Windows Search uitschakelen via een rechtermuisklik op het icoontje in het systeemvak. In Windows Vista en 7 gaat u hiervoor naar Start / Configuratiescherm / Programma's en onderdelen / Windows-onderdelen in- of uitschakelen. Dit heeft eigenlijk alleen zin als u de zoekfunctie nooit gebruikt, of wanneer u een ander zoekprogramma gebruikt. Het zal de prestaties van de pc niet merkbaar verbeteren.

Windows Search 4.0

anaf het moment dat Windows Search werd geleverd voor XP, heeft het programma een slechte naam bij gebruikers. Dat was niet geheel ten onrechte, want het maakte bijvoorbeeld de Zoekassistent lastiger te bereiken, terwijl deze nog steeds geregeld nodig was om niet-geïndexeerde locaties te doorzoeken. Verder zag het pop-upvenster boven het zoekvak er nogal rommelig uit, en werd de eerste versie van Windows Search als update aangeboden, die soms bijzonder lastig te verwijderen was. Toch is het programma met enige kleine ingrepen te veranderen in een snelle en prettige werkende zoekmachine die een prima aanvulling op de Zoekassistent vormt. U zoekt dan op ongeveer dezelfde wijze als in Windows 7 en Vista: voor snelle resultaten typt u een zoekterm in het invoervak, en al tijdens het typen verschijnen de eerste resultaten in het pop-upvenster erboven. Vindt u het gezochte op die manier niet, dan zoekt u handmatig met behulp van de Zoekassistent.

U downloadt Windows Search 4.0 hier. Wijzig vóór het down­loaden de taal wanneer u geen Nederlandse Windows-versie gebruikt. U krijgt vervolgens een nieuw pictogram in het systeemvak en een zoekvenster links daarvan. Via een rechtermuisklik op het vergrootglaspictogram bereikt u de verschillende opties van het programma. Dit is overigens ook mogelijk via Opties voor indexeren, dat na de installatie in uw Configuratiescherm is verschenen.

©PXimport

Windows Search installeert zich rechtsonder in de taakbalk.

Windows Search 4.0 aanpassen

Windows Search vindt uitsluitend items die geïndexeerd zijn. Standaard zijn dit alleen bepaalde gebruikersmappen. Dit heeft als nadeel dat wanneer u in Verkenner kiest voor de optie Zoeken in bijvoorbeeld de map Windows, het nieuwe zoekvenster van Windows Search meldt dat deze map een niet-geïndexeerde locatie is, en dat u hiervoor de Zoekassistent dient te gebruiken. Onder deze melding treft u dan de snelkoppeling naar dit programma aan. Ook de knop Zoeken in het Startmenu opent het zoekvenster van Windows Search. Deze ongelukkige constructie was voor veel gebruikers de grootste ergernis over Windows Search: het zoekvak in de taakbalk leverde prima resultaten op, maar bij het zoeken in Verkenner werd men veelal geconfronteerd met een zoekvenster dat nutteloos bleek voor de betreffende locatie. Dit onpraktische gedrag is gelukkig met een simpele registeraanpassing te verhelpen: ga naar Start / Uitvoeren, typ regedit en klik op OK. In de Register-editor gaat u vervolgens naar HKEY_CURRENT_USER\Software\Microsoft\Windows Desktop Search\. Daar opent u de sleutel DS, dubbelklikt u op ShowStartSearchBand in het rechterdeelvenster, en verandert u de waarde in 0. Hierna opent de Zoekassistent direct wanneer u in Verkenner of in het Startmenu op Zoeken klikt. Om het hoofdvenster van Windows Search direct te openen, dubbelklikt u op het vergrootglaspictogram in het systeemvak. Overigens zult u de genoemde sleutels pas in het register aantreffen wanneer Windows Search onder het betreffende account minimaal één keer is gebruikt.

©PXimport

Na een eenvoudige registerwijziging is de vertrouwde Zoekassistent weer terug.

Locate32

Een bijzonder goed alternatief zoekprogramma is Locate32. Het programma werkt met een database, die u na de eerste start aanmaakt via het menu File / Update database. De database moet regelmatig bijgewerkt worden, maar u kunt dit ook automatisch laten doen. Hiervoor gaat u via het menu Options naar Settings. Op het tabblad Auto update klikt u op de knop Add. Vervolgens kiest u onder Schedule Update voor At Startup, waarna u op OK klikt. In het vervolg wordt de database nu bij elke start van het programma bijgewerkt. Op het tabblad Advanced van het venster Settings vindt u nog veel meer mogelijkheden om Locate32 aan uw wensen aan te passen. Zo kunt u het programma bijvoorbeeld toevoegen aan de contextmenu's van mappen en schijven. Naast zijn snelle zoekfunctie biedt Locate32 ook vele mogelijkheden om uw zoekacties te verfijnen.

©PXimport

Locate32 biedt een combinatie van uitgebreide mogelijkheden en zeer snel resultaat.

Nog meer tweaks

Een andere ergernis over Windows Search was het rommelige pop-upvenster, waarin de laatste zoekacties worden vermeld en waarin tevens enkele snelkoppelingen zijn opgenomen naar programma's als Word, Outlook en de Rekenmachine.

De vermelding van de Bureaubalkgeschiedenis kunt u voorkomen door naar de hiervoor genoemde registerlocatie te gaan. Daar opent u de sleutel DB, waar u de DWORD-waarde EnableHistory de waarde 0 in plaats van 1 toekent. De wijziging werkt direct, dus opnieuw opstarten is niet nodig.

De snelkoppelingen zijn niet volledig te verwijderen, maar u kunt de lijst wel opschonen door het bestand C:\­Documents and Settings\{gebruikersnaam}\Application Data\Windows Desktop Search\WindowsDesktopShortcuts.ini te bewerken. Let erop dat er minstens één item in de lijst blijft staan. Wanneer u in het eigenschappenvenster van WindowsDesktopShortcuts.ini de optie Alleen lezen aanvinkt, zullen de wijzigingen bewaard blijven. De snelkoppelingen zijn overigens ook per sessie te verwijderen door @wissen in het zoekvak te typen.

Vindt u de snelkoppelingen juist erg handig, dan laat u dit laatste uiteraard allemaal achterwege, en kiest u Klik hier voor meer informatie over snelkoppelingen. U krijgt dan uitleg te zien over het maken en beheren van snelkoppelingen in het resultatenvenster.

©PXimport

Het resultatenvenster kan indien nodig op sommige punten worden aangepast.

In de praktijk

Na installatie van Windows Search zoekt u voortaan op ongeveer dezelfde manier als in Windows 7 en Vista. Wanneer u een zoekopdracht geeft in het invoervenster in het Startmenu, verschijnen al tijdens het typen de eerste resultaten. Dit zult u ook zien gebeuren als u een zoekterm in het invoervenster van Windows Search begint te typen.

U kunt een bestand direct vanuit dit venster openen, maar door op Enter te drukken of de optie meer... aan te klikken, opent u het hoofdvenster van Windows Search. Zoals al gezegd, kunt u dit venster ook direct oproepen via een dubbele klik op het vergrootglaspictogram in het systeemvak. In dit venster kunt u de zoekresultaten eventueel verder uitsplitsen op het type bestand waar u naar zoekt.

©PXimport

De eerste zoekresultaten verschijnen al tijdens het typen.

Windows Search indexeert zoals gezegd standaard alleen bepaalde gebruikersmappen.

Dat voldoet in de praktijk vaak prima, maar wat als u bijvoorbeeld uw muziek- of fotocollectie op een andere schijf of partitie wilt laten indexeren? Hiervoor gaat u naar Opties voor indexeren in het Configuratiescherm. In het volgende venster ziet u de mappen die op dat moment in de index zijn opgenomen. Klik op Wijzigen om het venster Geïndexeerde locaties te openen. In het bovenste venster geeft u aan welke mappen geïndexeerd moeten worden. Na een klik op OK sluit u het venster Opties voor indexeren, waarna de index direct wordt bijgewerkt. Het is overigens af te raden hier alles aan te vinken. Beperk u tot mappen waarin regelmatig gezocht wordt. Wanneer u alles laat indexeren, zullen de zoekacties erg traag verlopen. Bovendien zitten de suggesties die tijdens het typen in het resultatenvenster verschijnen er in dat geval veel vaker naast.

©PXimport

Op deze manier vindt u snel de juiste bestanden.

Overigens zal Windows bepaalde mappen automatisch uitsluiten van indexering. Het gaat bijvoorbeeld om de mappen waarin de index zelf is opgeslagen, of om mappen waarvan de inhoud vaak wijzigt, terwijl er nauwelijks op die inhoud gezocht zal worden. Het is aan te raden deze instellingen ongemoeid te laten.

Tot slot willen we nog wijzen op de mogelijkheid van Windows Search om op allerlei bestandseigenschappen te zoeken om uw zoekopdrachten nader te specificeren. Zo kunt u heel makkelijk documenten van een bepaalde auteur vinden, films uit een bepaald jaar, of muziek van een specifieke artiest.

©PXimport

Zo bepaalt u welke mappen Windows Search moet indexeren.

©PXimport

Door op bepaalde eigenschappen te zoeken, verfijnt u de zoekresultaten.

Vista en Windows 7

De zoek- en indexeerfunctie in Windows Vista en 7 verschilt maar weinig van Windows Search in XP, omdat het in essentie om dezelfde programma's gaat; ze verschillen slechts in details.

Zo biedt het venster Opties voor indexeren in Vista de mogelijkheid de index naar zijn oorspronkelijke waarden terug te zetten, terwijl deze optie in XP en Windows 7 ontbreekt. Windows 7 en Vista proberen tijdens het typen van de zoekopdracht te 'raden' welk bestand u wilt openen en selecteren de meest geschikte kandidaat, maar Windows Search in XP doet dit niet. En in Windows Vista en 7 kunt u programma's als Regedit en MSConfig eenvoudig vanuit het zoekvenster starten, terwijl dit met Windows Search in XP weer niet mogelijk is. Zoeken doet u echter in al deze besturingssystemen op dezelfde manier: programma's, documenten, muziek, afbeeldingen en dergelijke vindt u snel via het zoekvenster in het Startmenu of in de taakbalk. Overige zaken zoekt u via Verkenner, waarbij u in XP de Zoekassistent gebruikt, terwijl u in Vista en Windows 7 uw zoekopdracht rechtsboven in het Verkennervenster invoert.

©PXimport

Windows 7 en Vista proberen te voorspellen welk programma u wilt openen.

Bezit je veel audiobestanden van uiteenlopende artiesten? Het is dan een hele uitdaging om de boel enigszins netjes te ordenen. De gratis versie van MediaMonkey helpt je hierbij. Maak met dit Windows-programma een overzichtelijke muziekbibliotheek en speel je favoriete liedjes op de computer af.

Tip 1 Digitale jukebox

MediaMonkey is eigenlijk een digitale jukebox. Het programma ondersteunt nagenoeg alle gangbare audioformaten, zoals flac, ogg, wma, ape en natuurlijk mp3. Alle liedjes die je aan dit programma toevoegt, belanden in een overzichtelijke catalogus. Het maakt niet uit of je nou honderden, duizenden of honderdduizenden nummers toevoegt, want MediaMonkey ordent zorgvuldig alle bestanden.

Om MediaMonkey te downloaden, klik onder Standard Version op DOWNLOAD [versienummer]. Dubbelklik op het exe-bestand en selecteer de Nederlandse taal, waarna je bevestigt met OK. Je klikt nu telkens op Volgende om de installatie te doorlopen. Accepteer hierbij de licentieovereenkomst. Klik als laatste op Installeren / Voltooien.

Download de gratis Windows-versie van MediaMonkey naar je computer.

Tip 2 Liedjes toevoegen

Misschien heb je op de computer of NAS flink wat muziek opgeslagen. In de tijd dat downloaden voor eigen gebruik nog min of meer gedoogd werd, lagen de audiobestanden immers voor het oprapen. Wellicht kun je omstreden downloadnetwerken als Napster, Kazaa, LimeWire, bittorrent en usenet (nieuwsgroepen) nog herinneren. Daarnaast kun je natuurlijk ook kopieën van cd’s op de computer bewaren (zie tip 6).

MediaMonkey wil eerst weten waar jouw digitale audiocollectie zich bevindt. Hierbij selecteert het programma automatisch de standaard muziek- en video-map in Windows. Staan daar geen liedjes in, dan haal je de vinkjes voor deze bestandslocaties weg. Klik rechtsboven op LOCATIE TOEVOEGEN en kies Lokale opslag. Zodra je de juiste map met muziek hebt gevonden, zet je hier een vinkje voor. Je kunt zo meerdere bestandslocaties selecteren. Klik daarna op OK.

Naast lokale mappen voeg je net zo eenvoudig muziek van andere apparaten toe, zoals een NAS of pc. Kies in dat geval LOCATIE TOEVOEGEN / Netwerk of Mediaserver, waarna je de juiste map of server selecteert. Klik daarna op OK.

Via VOLGENDE / VOLGENDE / VOLTOOIEN importeert MediaMonkey alle nummers in de bibliotheek. Dit proces kan even duren. Klik tot slot op SLUITEN.

Geef aan in welke (netwerk)map de muziek staat opgeslagen.

Tip 3 Eerste blik

Het hoofdvenster van MediaMonkey opent eerst met een welkomstscherm. Klik linksboven op Home om je muziekcollectie te tonen. Als het goed is, zie je verschillende albumhoesjes. Met de standaardinstellingen staan de secties Artiesten en Albums op alfabetische volgorde gerangschikt. Klik achter een sectie op alles weergeven om een volledig overzicht te tonen. Gebruik als alternatief bovenaan de knoppen Alle bestanden, Albums en Genres om binnen jouw muziekverzameling te snuffelen. Via Home keer je op ieder moment weer terug naar het beginvenster.

Zeker in een omvangrijke collectie is het nog een hele kunst om dat ene liedje te vinden. Gelukkig heeft MediaMonkey een snelle zoekfunctie. Klik rechtsboven op het vergrootglas om het zoekveld te ontvouwen. Je hoeft maar een deel van een liedje, albumtitel of artiest te typen. Het programma laat namelijk meteen de bijbehorende resultaten zien. Klik voor een uitgebreidere zoekfunctie bovenaan op Naar Geavanceerd.

MediaMonkey maakt van alle muziek een overzichtelijke bibliotheek met albumhoesjes.

Tip 4 Muziek luisteren

Uiteraard wil je de muziek ook graag beluisteren. Als je op een albumhoesje klikt, komen de onderliggende nummers tevoorschijn. Afhankelijk van in welke sectie je zit, dien je mogelijk nogmaals op de afbeelding te klikken. Gebruik achter de albumtitel de afspeelknop om alle liedjes in chronologische volgorde af te spelen. Je hoort meteen geluid.

Je kunt de liedjes ook husselen. Klik in dat geval op het pictogram met de twee gekruiste pijlen en luister in willekeurige volgorde naar de nummers. Wil je een specifiek liedje van het album horen? Zweef dan met de muisaanwijzer boven een titel en klik daarna op de afspeelknop.

Achter ieder albumhoesje schuilen er meerdere nummers.

Tip 5 Afspeellijst maken

Je maakt in MediaMonkey eenvoudig een eigen afspeellijst. Daarmee luister je naar jouw favoriete nummers van verschillende artiesten. Klik in de menubalk op Bewerken / Nieuwe afspeellijst. Er verschijnt aan de rechterkant een nieuw deelvenster. Typ een relevante naam en bevestig met Enter.

Zoek nu een nummer dat je aan de lijst wilt toevoegen. Klik eerst op de naam van het liedje en sleep deze audiotrack met ingedrukte muisknop naar het rechterdeelvenster. Je kunt als alternatief ook met de rechtermuisknop op een nummer klikken. Navigeer vervolgens naar Verzenden naar / Afspeellijst en klik op de juiste naam. Je maakt zoveel favorietenlijstjes als je maar wilt. Alle afspeellijsten zijn in het linkermenu bereikbaar.

Geen zin om zelf een afspeellijst te maken? Laat MediaMonkey dit dan voor je doen. Ga naar Bewerken / Nieuwe Auto-Afspeellijst. Er verschijnt een nieuw venster waarin het programma volgens zelfgekozen criteria liedjes selecteert. Misschien wil je bijvoorbeeld alleen maar rockmuziek horen. Klik in dat geval op het plusteken en kies Genre. Je typt volgens bovengenoemd voorbeeld Rock, waarna je bevestigt met Enter. Uiteraard staat het je vrij om andere criteria te gebruiken. Geef de automatische afspeellijst tot slot een andere naam.

Voeg via het contextmenu goede nummers aan een afspeellijst toe.

Tip 6 Audio-cd’s rippen

Wil je een digitale kopie van een fysiek muziekalbum op de computer bewaren? Dan komt de ripfunctie van MediaMonkey goed van pas. Daarmee kopieer je de inhoud van een audio-cd naar de pc. Een voorwaarde is dat het systeem is voorzien van een (extern) cd/dvd-station.

Doe eerst een muziek-cd in de lade van de optische drive. Na even wachten verschijnt in MediaMonkey vanzelf het venster Albumgegevens kiezen. Selecteer in het overzicht het juiste muziekalbum. Dat is belangrijk, want het programma koppelt zo de juiste eigenschappen aan elk liedje. Denk onder meer aan de artiest, de naam van het nummer en het genre. Maak een keuze en bevestig met OK.

Klik in de menubalk op Extra / Audio-CD rippen. De nummers van het album komen tevoorschijn. Standaard staan voor alle liedjes vinkjes. Als je een bepaald nummer niet op de computer wilt bewaren, haal je het desbetreffende vinkje weg.

Heb je alleen interesse in de grootste hits van een album? Verwijder voor de overige nummers dan de vinkjes.

Tip 7 Ripinstellingen

Voordat je de cd naar de computer kopieert, neem je eerst de instellingen door. Geef aan in welke map je de nummers wilt opslaan. Zodra je op CONFIGUREREN klikt, komt er een nieuw venster tevoorschijn. Ga via BLADEREN naar de gewenste map en bevestig met OK om deze opslaglocatie te selecteren. MediaMonkey plaatst elk geript album in een eigen submap. Sluit het venster met OK.

Met de huidige instellingen maakt het programma mp3’tjes. Je kunt desgewenst ook een ander audioformaat instellen. Klik dan eerst op MP3 en kies bijvoorbeeld WMA, WAV of FLAC. De twee laatstgenoemde bestandsformaten bieden over het algemeen een hogere audiokwaliteit. Daarentegen nemen de liedjes wel meer opslagruimte in beslag. Mp3 staat bekend om zijn acceptabele geluidskwaliteit en geringe bestandsomvang.

Bij sommige audioformaten kun je de kwaliteit aanpassen, zoals in het geval van ogg, wav, wma, aiff en flac. Klik dan achter de gekozen indeling op INSTELLINGEN. Een hogere waarde resulteert doorgaans in een betere geluidskwaliteit. Houd hierbij wel rekening met grotere bestanden en een langere ripduur. Maak een keuze en klik op OK. Bevestig nogmaals met OK om het ripproces te starten. Na afloop belanden de nummers vanzelf in de bibliotheek van MediaMonkey.

Bepaal in welke (sub)map je de geripte nummers wilt opslaan.

Tip 8 Schijfjes branden

De omgekeerde route werkt ook: niet rippen, maar brand een album naar een schijfje en speel deze cd vervolgens af op een cd-speler. Handig voor wie nog een klassieke audioset met goede speakers bezit. Overigens heb je voor dit klusje wel een (externe) cd-brander en leeg schijfje nodig.

Doe een beschrijfbare cd-r in de lade van de cd-brander. Je kunt hier normaal gesproken tachtig minuten muziek op kwijt. Klik nu met de rechtermuisknop op een albumhoes en kies Verzenden naar / Audio-CD (Branden). Belangrijk is dat in het kleine venster achter Schijf: de juiste cd-brander is geselecteerd. Klik op BRANDEN om het proces te starten. Na afloop hoor je een geluidssignaal en wordt de cd uitgeworpen. Overigens kun je deze opties eventueel uitvinken.

Je brandt desgewenst ook nummers van verschillende albums en artiesten op een cd. Het is dan handig om van jouw favoriete liedjes eerst even een afspeellijst te maken (zie tip 5). Je navigeert in het linkermenu daarna naar Afspeellijsten. Klik met de rechtermuisknop op de bewuste lijst en kies Verzenden naar / Audio-CD (Branden) / BRANDEN.

Brand een muziekalbum of afspeellijst eenvoudig naar een lege cd.

Tip 9 Metadata wijzigen

Elk digitaal opgeslagen liedje bevat metadata. Dit noemt men ook wel tags. Hierin staan allerlei gegevens, zoals de artiest(en), de naam van het nummer en het uitgiftejaar. Het is belangrijk dat alles klopt, want MediaMonkey deelt op basis van deze informatie zijn bibliotheek in. Bovendien bevindt zich in de metadata ook een hoesafbeelding.

Met name bij gedownloade bestanden klopt de metadata soms niet. Gelukkig herstel je eenvoudig een foutje. Klik in MediaMonkey met de rechtermuisknop op het bewuste liedje en kies Eigenschappen. Er verschijnt een venster met verschillende kenmerken. Pas naar eigen inzicht een of meerdere velden aan. Bij Score laat je eventueel ook nog jouw waardering voor het nummer blijken. Kies tussen een waarde van één tot vijf sterren.

Bij het tabblad Details staan nog meer kenmerken van het liedje. Die kun je eveneens allemaal wijzigen. Verder voeg je via Songteksten vrijblijvend een complete liedtekst toe. Kijk tot slot ook nog even bij Illustraties, want je kunt hier zo nodig een andere albumhoes selecteren. Klik op OK om eventuele wijzigingen op te slaan.

Controleer in de Eigenschappen of het liedje aan de juiste albumhoes is gekoppeld.

Tip 10 Automatisch taggen

Het aanpassen van metadata heet ook wel het taggen van muziek. MediaMonkey heeft hiervoor een slimme functie, want het programma wijst op jouw verzoek automatisch de juiste metadata aan alle nummers van een album toe.

Klik met rechts op een muziekalbum en kies Auto-labelen. Het programma gaat nu op zoek naar de correcte gegevens. Hebben liedjes bijvoorbeeld geen titels, dan probeert de software deze via een zogenoemde audiovingerafdruk te achterhalen. Door de huidige audiodata met dat van een database te vergelijken, komt MediaMonkey de juiste tags op het spoor. Er wordt zo nodig ook een verse albumhoes opgehaald. Vink de nummers aan waarvan je de metadata wilt aanpassen en bevestig met LABELEN EN DOORGAAN.

Wijs in één klap correcte tags aan alle liedjes van een muziekalbum toe.

Tip 11 Mediaserver

Tijdens de installatie activeert MediaMonkey op de achtergrond een mediaserver. Het voordeel hiervan is dat je met andere apparaten in je thuisnetwerk de muziekbibliotheek kunt benaderen. Denk onder andere aan een geschikte smart-tv, netwerkreceiver, wifi-speaker en soundbar. Je speelt de nummers op deze apparaten af.

Open maar eens met de afstandsbediening de bronlijst van een smart-tv en kies MediaMonkey Bibliotheek. Daarachter staat waarschijnlijk ook nog de naam van jouw computer vermeld. Je dient deze televisie nu toegang tot de muziekbibliotheek te geven. Klik in MediaMonkey op JA. Zodra je de bibliotheek op de smart-tv vernieuwt, heb je toegang tot alle albums en afspeellijsten.

Stream de nummers over je thuisnetwerk naar andere apparaten, zoals een smart-tv.

IJskoffie is populairder dan ooit. Om in te spelen op die trend lanceert L'OR de Barista Absolu: een nieuwe koffiemachine die niet alleen warme, maar ook gekoelde koffie zet. Samen met de speciale capsules zet je er thuis gewoon zelf een goede ijskoffie mee – mét smaak en cremalaag.

Gekoelde koffie met één druk op de knop

De Barista Absolu is de eerste koffiemachine van L'OR die speciaal is ontworpen met ijskoffie in gedachten. Een opvallend detail is de knop 'Enjoy Over Ice'. Die activeert een langzamere, zachte extractie van de koffie, zodat de smaken behouden blijven en niet verwateren door het ijs. Voeg zelf ijsklontjes toe aan het glas en je krijgt een koude koffie met een volle cremalaag en een verfrissende smaak.

Wie liever iets romigs of zoets drinkt, kan de basis eenvoudig aanvullen met melk, siroop of slagroom. Ook warme koffievarianten zijn mogelijk: van ristretto en espresso tot lungo of twee koppen tegelijk. Dankzij 19 bar pompdruk en geavanceerde extractietechnologie belooft de machine koffie met de intensiteit van een barista.

©L'OR

Tot 18 koffievariaties

De L'OR Barista Absolu is geschikt voor zowel standaard- als XXL-capsules van L'OR, waarmee je tot 18 verschillende koffievariaties kunt bereiden. Met de knop 'Intensity Boost' verhoog je de extractieduur voor een krachtiger kopje. De machine is beschikbaar in zwart, wit en grijs, met een adviesprijs van 129 euro.