ID.nl logo
Pixelvrij ontwerpen: met Inkscape maak je de mooiste vectoren
© MclittleStock - stock.adobe.com
Huis

Pixelvrij ontwerpen: met Inkscape maak je de mooiste vectoren

Voor het ontwerpen van illustraties of logo’s kun je eigenlijk niet zoveel beginnen met tools als Photoshop of GIMP. Je bent veel beter af met een programma als het gratis Inkscape.

In dit artikel vertellen we hoe je in Inkscape vectorafbeeldingen kunt creëren:

  • Maak gebruik van gereedschappen zoals de Rectangle Tool, Pencil Tool en Node Tool om vormen en paden te ontwerpen
  • Kleur je ontwerpen in met egale kleuren, kleurverlopen of patronen
  • Combineer objecten door te werken met lagen
  • Importeer afbeeldingen en converteer ze naar vectoren

Interessant om ook te lezen: Adobe Express: snel stijlvolle ontwerpen creëren

Tip 1: Bitmap en vector

Een digitale foto is eigenlijk niets meer dan een verzameling gekleurde pixels, ook wel bitmap genoemd. Bij het schalen van zo’n bitmap verliest de afbeelding helaas snel aan kwaliteit; randen worden wazig of korrelig en details vervagen, omdat het vergroten alleen kan door het aantal pixels uit te rekken, wat scherpteverlies veroorzaakt. Bitmaps kunnen, vooral bij hogere resoluties, ook veel opslagruimte innemen en ze zijn resolutie-afhankelijk, waardoor een afbeelding die bijvoorbeeld goed oogt op het scherm, niet automatisch geschikt is voor drukwerk. Het aanpassen van kleuren of vormen van afzonderlijke elementen is bovendien vaak lastig.

Inkscape werkt, anders dan Photoshop of GIMP, met vectorafbeeldingen in plaats van bitmaps. Deze bevatten geen pixels, maar wiskundige formules en waarden die lijnen, vormen en kleuren beschrijven. Dit maakt ze lichter, met minder opslagruimte en snellere verwerking door browsers. Ook zijn ze resolutie-onafhankelijk, waardoor ze altijd scherp blijven, ongeacht het formaat. Afzonderlijke elementen in zo’n afbeelding laten zich bovendien makkelijk manipuleren. Vectorafbeeldingen zijn dus ideaal voor (professioneel) ontwerpwerk, zoals illustraties, iconen en logo’s, vanwege de schaalbaarheid en het bewerkingsgemak.

Bitmapafbeelding (raster) versus vector. (Afbeelding: Yug, CC BY-SA 2.5).

Vectorformaten

Net als bij bitmaps, die formaten zoals bmp, jpg en png hebben, bestaan er ook voor vectorafbeeldingen verschillende bestandsformaten. Een veelgebruikt openstandaardformaat met brede ondersteuning door browsers en ontwerptools is SVG (Scalable Vector Graphics). AI is ook populair, maar aangezien dit voor Adobe Illustrator staat, is het een formaat dat Adobe-specifieke functies kan bevatten die andere software niet altijd volledig ondersteunt. EPS (Encapsulated PostScript) is een ouder vectorformaat, maar wordt nog steeds veel gebruikt voor drukwerk en professionele grafische toepassingen. Verder is er onder meer nog PDF (Portable Document Format), meestal geassocieerd met documenten, maar ook geschikt voor vectorafbeeldingen.

Tip 2: Vectorafbeeldingen

We vertellen je eerst waar je gratis en rechtenvrije vectorafbeeldingen kunt vinden, ter inspiratie en oefening. Zo biedt Pixabay een uitgebreide bibliotheek. Klik naast de zoekbalk op Images en kies Vectors. Voer een trefwoord in, klik op een afbeelding, kies Download en selecteer Vector graphic. Aanmelden kan via e-mail, Google of Facebook.

Freepik heeft ook een mooie collectie vectorafbeeldingen. Selecteer Vectors naast de zoekbalk en vink eventueel Free en/of AI Images aan. Klik op een afbeelding en kies Download om het bestand op te halen. Links vind je extra functies, zoals Removebackground. Let op dat bij de meeste afbeeldingen attributie vereist is, dus vermeld Freepik als bron.

Svg-bestanden kun je buiten Inkscape op je pc bekijken in browsers als Chrome of Edge (druk op Ctrl+O en selecteer een vectorbestand), of installeer een beeldviewer als XnView MP of IrfanView. Inkscape installeert ook zelf een eenvoudige svg-viewer, Inkview, en je kunt natuurlijk ook andere vectoreditors gebruiken (zie kader ‘Alternatieven’).

Ook in Freepik kun je gericht naar vectorplaatjes zoeken.

Tip 3: Installatie

Inkscape is al meer dan twintig jaar beschikbaar, volledig gratis en opensource (GPL). De applicatie gebruikt standaard het svg-formaat, maar ondersteunt het importeren en exporteren van diverse formaten. Je kunt het programma downloaden voor Windows, macOS en Linux. Hier focussen we op de Windows-versie, die je als msi-pakket downloadt en via een wizard installeert door dubbel te klikken.

Om ervoor te zorgen dat alle onderdelen lokaal worden geïnstalleerd, klik je best met rechts op Inkscape en kies je Entire feature will be installed on local hard drive (dit vereist ongeveer 750 MB opslagruimte). Na een paar muisklikken staat de software op je systeem en kun je direct aan de slag.

Je kunt eventueel alle onderdelen in één keer lokaal mee installeren.

Alternatieven

Inkscape is niet het enige programma voor het maken en bewerken van vectorafbeeldingen. Als je liever geen software installeert, kun je online werken met diensten als Sketchpad of Vectr. Vectr biedt met zijn uitgebreidere functieset iets meer mogelijkheden voor complexere ontwerpen.

Wil je een gratis desktopapplicatie, dan kun je ook Draw proberen, een onderdeel van de kantoorsuite LibreOffice. De creatieve mogelijkheden zijn hier wel beperkter.

Ben je bereid om te betalen, dan zijn er drie degelijke opties: Adobe Illustrator, CorelDRAW en het betaalbare Affinity Designer, dat circa 75 euro kost na een proefperiode van zes maanden.

Draw kan wel fraaie vectorplaatjes openen, maar de creatieve bewerkingsopties zijn beperkt.

Tip 4: Opstarten

Wanneer je Inkscape voor de eerste keer opstart, verschijnt er een opstartscherm met enkele tabbladen. Open eerst het tabblad Snelle setup, waar je de canvasachtergrond, het thema (zoals Donker) en het toetsenbordprofiel kunt instellen. Dit bepaalt hoe de sneltoetsen binnen Inkscape werken en welke indeling wordt gebruikt. Standaard staat dit op Inkscape default, maar als je gewend bent aan Adobe Illustrator of CorelDRAW, kies dan een aangepast profiel. Stel de opties naar wens in en ga naar het tabblad Latenwe tekenen.

Links zie je een aantal opties. Bestaande bestanden zal waarschijnlijk nog leeg zijn, maar kies je bijvoorbeeld Print, Social, Screen of Other, dan kun je aangepaste ontwerpformaten selecteren. Bij Social vind je typische formaten voor Facebook, Instagram en Twitter (X), terwijl Other diverse icoonformaten biedt. Klik op een gewenst formaat of op New Document, wat standaard een A4-formaat opent met een resolutie van 96 dpi (dots per inch). Deze resolutie kan invloed hebben op de weergave van objecten, vooral bij export naar bitmapformaten als png.

Je kunt beginnen met een vooraf gedefinieerd sjabloonformaat.

Tip 5: Document en canvas

Je kunt op elk moment een leeg A4-document starten via Bestand / Nieuw. Met Nieuwvan sjabloon kies je een vooraf gedefinieerd formaat en via Openen kun je een bestaand vectorbestand (svg en ai) openen. Importeren biedt nog meer formaten, afhankelijk van wat je selecteert bij Bestandstypen. Het is zelfs mogelijk een bitmap te importeren die je via Paden / Bitmap overtrekken en met behulp van schuifbalken optimaal naar een heuse vectorafbeelding kunt omzetten.

Om het formaat of de weergave-eenheden van een document te wijzigen, ga je naar Bestand / Documenteigenschappen en pas je op het tabblad Display de gewenste eigenschappen aan. Je kunt het formaat ook direct op het canvas aanpassen met de Pages Tool (onderste knop op de gereedschappenbalk links). Dit toont acht handvatten rond je document: met de vierkante schaal je het formaat en met de ronde stel je de paginamarges in. Let ook goed op de statusbalk wanneer je de muisaanwijzer boven zo’n handvat houdt: je krijgt dan specifieke gebruikstips, die trouwens ook verschijnen zodra je een of ander gereedschap kiest.

Het canvas verschuiven doe je met de scrolbalken of door te scrollen met de middelste muisknop. Houd hierbij de Shift-toets ingedrukt om verticaal te scrollen. In- en uitzoomen gaat snel met het plus- en minteken (op het numerieke toetsenbord), door een zoomwaarde in te vullen op de statusbalk, of met de Zoom Tool, waarna bovenaan knoppen met opties verschijnen.

Je kunt diverse documenteigenschappen aanpassen, zoals het formaat en de oriëntatie.

Tip 6: Vormen en paden

Inkscape werkt eigenlijk met twee soorten tekenobjecten: vormen en paden. Een vorm is een object dat je kunt aanpassen met specifieke opties voor het vormtype, via handvatten en numerieke parameters. Paden daarentegen bestaan uit een reeks rechte of gebogen lijnsegmenten, zogeheten Bézier-krommen, waarvan je het uitzicht vrijelijk kunt bepalen door de segmenten of de knooppunten te verplaatsen. Dit onderscheid is belangrijk bij het werken met vectorafbeeldingen.

In de gereedschappenbalk zie je de vijf ondersteunde vormen onder elkaar: (vertaald zijn dit) Rechthoek, Ellips/Boog, Ster/Veelhoek, 3D-balk en Spiraal. We richten ons op de Rechthoek. Onder deze vormen vind je drie padtypes op de gereedschappenbalk: Pen, Potlood en Kalligrafie voor fraaie penseelstreken. In tip 8 gaan we wat dieper in op het potlood.

Vormen en paden: essentiële begrippen (objecten) bij vectorieel ontwerp.

Tip 7: Rechthoek

Laten we beginnen met het tekenen van een rechthoek. Selecteer de Rectangle Tool (sneltoets: R) en sleep de muis over het canvas. Houd de Ctrl-toets ingedrukt voor een vierkant en de Shift-toets om het startpunt als middelpunt te gebruiken. De rechthoek krijgt drie controlepunten. Met de vierkante handvatten pas je de hoogte en breedte aan, waarbij de Ctrl-toets de aanpassing tot één dimensie beperkt. Het ronde handvat rechtsboven bestaat eigenlijk uit twee overlappende handvatten, zichtbaar wanneer je het verplaatst. Hiermee rond je de hoeken af en kun je de horizontale en verticale afrondingsgraad instellen voor een elliptische afronding; met ingedrukte Ctrl-toets blijven deze gelijk voor een cirkelvormige afronding. Druk de Shift-toets in terwijl je op een handvat klikt om de afronding ongedaan te maken, of gebruik hiervoor de meest rechtse knop in de knoppenbalk bovenaan.

Selecteer nu de Selector Tool (sneltoets: spatiebalk). Rechts op de knoppenbalk kun je schalen met opties om randen en hoekstralen vast te zetten of mee te schalen. De vorm krijgt nu acht handvatten om te schalen. Klik nogmaals in het object voor negen extra handvatten om te verplaatsen, roteren en schuin te trekken. Het kruisje stelt het middelpunt van de transformatie vast. Met Ctrl+A manipuleer je meerdere objecten tegelijk. Ook hier weer geeft de statusbalk telkens aangepaste tips.

Je kunt ook een ‘simpele’ rechthoek op allerlei manieren manipuleren.

Tip 8: Potlood

Laten we nu paden tekenen. Voor regelmatige lijnen gebruik je het best de Pen Tool, terwijl de Pencil Tool beter is voor vrije lijnen; we richten ons hierop. Bij elke klik ontstaat een rechte lijn, maar als je de muisknop ingedrukt houdt, wordt een vloeiende Bézier-kromme getekend. Net als bij rechthoeken kun je handvatten oproepen om te schalen, roteren en schuin te trekken.

Gebruik de Node Tool (sneltoets N) om knooppunten langs het geselecteerde pad zichtbaar te maken. Zoom in, selecteer een vierkant knooppunt en versleep het. Twee handvatten met richtlijnen verschijnen, die je samen kunt roteren of los van elkaar naar binnen of buiten kunt verplaatsen. Houd de Ctrl-toets ingedrukt om alleen te verplaatsen zonder te roteren. Bij het selecteren van een ruitvormig knooppunt kun je de richtlijnen onafhankelijk van elkaar roteren. Met Shift+S maak je van een ruitvormig knooppunt een vierkant (Shift+Y maakt beide richtingslijnen gelijk van lengte), en met Shift+C gebeurt het omgekeerde.

Door manipulatie van de knooppunten kun je heel nauwkeurig het pad bepalen.

Tip 9: Tekst

In de gereedschappenbalk, net onder de padtools, vind je de Text Tool (sneltoets T). Klik ergens op het canvas om tekst in te geven, of maak eerst een tekstvak door te slepen met de muis. Kleuren de randen van het tekstvak rood, dan past je tekst niet in het vak. Pas dan bijvoorbeeld het lettertype of de grootte aan via de knoppenbalk bovenaan, waar je ook de uitlijning, spatiëring, interlinie en richting kunt instellen.

Tekst in Inkscape werkt als een vorm, waardoor minder creatieve aanpassingen mogelijk zijn. Je kunt een vorm, en dus ook tekst, omzetten naar een pad om zo elk onderdeel nauwkeurig te bewerken met de Node Tool (zie tip 8). Selecteer de tekst, ga naar het menu Paden en kies Object naar Pad. Na deze omzetting kun je de eigenschappen van de vorm of tekst, zoals ronde hoeken of lettertype, niet meer aanpassen.

Door vormen (zoals tekst) om te zetten naar een pad kun je extra creatief uit de hoek komen.

Tip 10: Inkleuring

Je hebt vormen en paden gemaakt, dus het is tijd om je ontwerp wat kleur te geven. Klik met rechts op een object en kies in het contextmenu voor Vulling en lijn. In het deelvenster vind je drie tabbladen: Vulling, Lijnkleur en Lijnstijl. We richten ons hier op Vulling, met opties als Egale kleur, Lineairkleurverloop, Radiaal kleurverloop en Patroon.

We kiezen hier voor een Lineair kleurverloop. Selecteer de eerste Stop color en stel de gewenste kleur en transparantie in met de schuifbalken (standaard in RGB). Doe hetzelfde voor de tweede kleur. Met het plusknopje kun je extra verloopkleuren toevoegen.

Je kunt een geselecteerd object ook inkleuren met de Dropper Tool; het volstaat met het pipet op de gewenste kleur in je afbeelding te klikken. Voor het snel inkleuren van afgebakende gebieden gebruik je de Paint Bucket Tool. Selecteer een kleur en klik op de gewenste plek met het emmertje. In de knoppenbalk kun je onder meer nog de tolerantie oftewel grenswaarde aanpassen.

Inkscape biedt uitgebreide kleuropties, zoals verloopkleuren.

Tip 11: Plakwerk

Je ontwerp kan uit één object bestaan, maar vaak wil je meerdere vormen of paden gebruiken. Om een object te kopiëren, gebruik je de universele toetsencombinaties Ctrl+C en Ctrl+V. In het menu Bewerken / Paste vind je extra opties om bijvoorbeeld alleen de stijl, grootte, breedte of hoogte van een object naar een ander geselecteerd object te kopiëren.

Een andere manier is Dupliceren vanuit het contextmenu van een object. Het duplicaat komt bovenop het origineel, maar je kunt het verplaatsen. Je kunt ook snel meerdere kopieën maken met de Spray Tool. Selecteer een object, kies de Spray Tool, en met elke klik maak je een kopie op het canvas.

Snel dupliceren met de spray tool.

Tip 12: Overlap en lagen

Objecten kunnen elkaar overlappen. Om de stapelvolgorde te veranderen, selecteer je een object en gebruik je een van de vier knoppen bovenaan om het object een positie naar boven of onderen te verplaatsen, of direct naar de top of bodem te zetten. De manier waarop objecten elkaar overlappen, kun je ook aanpassen. Selecteer de overlappende objecten met ingedrukte Shift-toets bij de Selection Tool of door een kader rond de objecten te trekken. Open vervolgens het menu Paden en kies een optie als Vereniging, Verschil of Overlap.

Standaard komen alle objecten op één laag terecht, maar je kunt ook meerdere lagen aanmaken. Ga naar het menu Laag en kies Layers en Objects. Een deelvenster toont nu alle objecten van de geselecteerde laag, wat handig is voor snelle selecties. Nieuwe lagen voeg je toe met de plusknop linksboven in dit venster. Dit is handig voor complexere ontwerpen, omdat je hier per laag (en per object) de transparantie, zichtbaarheid en lock-status kunt aanpassen.

Je kunt objecten op meerdere manieren met elkaar combineren.

▼ Volgende artikel
Review Philips Hue Bridge Pro: dé bridge voor de toekomst
© Rens Blom
Zekerheid & gemak

Review Philips Hue Bridge Pro: dé bridge voor de toekomst

De Philips Hue Bridge Pro volgt de tien jaar oude Bridge op en doet dat met verve. Het apparaat biedt nieuwe functies en is toekomstbestendig, wat hem boeiend maakt voor bestaande én nieuwe Philips Hue-gebruikers. In deze review leggen we je uit waarom.

Fantastisch
Conclusie

De Philips Hue Bridge Pro is naar onze mening dé bridge om te kopen als je start met Philips Hue. Heb je nu de normale Bridge, dan biedt de Pro-versie zo veel verbeteringen dat wij het (op termijn) upgraden de eenmalige investering waard vinden.

Plus- en minpunten
  • Werkt via wifi en ethernet
  • Veel krachtiger en dus toekomstbestendiger
  • Kan veel meer lampen, accessoires en lampen aansturen
  • Migreren vanaf reguliere Bridge is zo gepiept
  • Eenmalige meerprijs t.o.v. normale Bridge

Als je thuis slimme verlichting van Philips Hue hebt, is de kans groot dat je gebruikmaakt van de witte Hue Bridge. Dit kleine kastje verbindt met je lampen en bijbehorende accessoires en stelt je in staat om de verlichting ook te bedienen als het internet even is uitgevallen. Na een decennium is er nu een Bridge Pro, goed te herkennen aan zijn zwarte ontwerp. De Bridge Pro kost 90 euro, waar de reguliere Bridge (versie 2.1) circa 50 euro kost. Ja, dat is een relatief forse meerprijs, maar als je het systeem tien jaar wilt gebruiken juist weer een kleine extra investering.

©Rens Blom

De oude, witte bridge naast de nieuwe Bridge Pro.

Veel meer lampen

De Bridge Pro biedt belangrijke voordelen ten opzichte van de normale Bridge, zowel voor bestaande als nieuwe gebruikers. Zo kun je hem nog steeds via ethernet gebruiken, maar is dat niet verplicht. Er is namelijk ook - nieuw - wifi-ondersteuning. De voeding is bovendien geen specifieke stroomkabel meer, maar een usb-c-kabel. Die kun je eenvoudiger vervangen.

©Rens Blom

De belangrijkste vernieuwing? Een compleet nieuwe processor, meer werkgeheugen en meer opslagcapaciteit, waardoor de Hue Bridge Pro veel krachtiger is dan zijn voorganger. Dat is geen mooie marketingpraat, maar goed zichtbaar aan het totaal aantal gadgets dat de bridge kan aansturen. Bij de reguliere Bridge zijn dat 50 lampen en 12 accessoires (zoals draadloze afstandsbedieningen), waar de Bridge Pro 150 lampen en 50 accessoires ondersteunt. Heb je een huis (en misschien ook tuin) vol Hue-producten, dan loop je bij de normale Bridge waarschijnlijk (snel) tegen de limieten aan. Bij de Bridge Pro moet je daar echt je best voor doen.

Je kunt met de Bridge Pro ook veel meer scènes (500) opslaan in de Hue-app dan met de normale Bridge (200), wat voor sommigen handig zal zijn. De Bridge Pro biedt ook nieuwe optionele foefjes, zoals je lampen inzetten als bewegingssensoren om je te attenderen bij beweging in bepaalde kamers. Ook is de Bridge Pro standaard geschikt voor Matter, het nieuwe smarthomeprotocol waar veel merken ondersteuning voor bieden.

©Rens Blom

Overzetten is zo gebeurd

Van oude technologie naar nieuwe technologie overstappen kan soms frustrerend zijn, maar dat geldt zeker niet wanneer je de Bridge verruilt voor de Bridge Pro. De stappen in de Philips Hue-app zijn duidelijk en wij waren binnen tien minuten klaar, waarna de app op de achtergrond veertig minuten nodig had voor de echte migratie.

Al onze instellingen zijn behouden, de accessoires en lampen zijn overgezet en de reguliere Bridge mag na tien jaar met pensioen. Begin je pas met Philips Hue, dan stel je de Bridge Pro vanzelfsprekend in als je eerste bridge. Ook dat is een fluitje van een cent.

©Rens Blom

Conclusie: Philips Hue Bridge Pro kopen?

De Philips Hue Bridge Pro is naar onze mening dé bridge om te kopen als je start met Philips Hue. Heb je nu de normale Bridge, dan biedt de Pro-versie zo veel verbeteringen dat wij het (op termijn) upgraden de eenmalige investering waard vinden.

▼ Volgende artikel
Technische toolkits voor computerproblemen: dit heb je nodig
© fizkes - stock.adobe.com
Huis

Technische toolkits voor computerproblemen: dit heb je nodig

Een computer laat het vaak afweten op het slechtste moment. Of het nu gaat om een zwart scherm, geen internetverbinding of verdwenen bestanden: wie goed voorbereid is, bespaart tijd en ergernis. In dit artikel lees je welke hardware- en softwaretools je het best vooraf klaarzet, voor jezelf of om anderen te helpen – desnoods vanaf afstand.

Wat gaan we doen?

In dit artikel lossen we geen concrete problemen op, maar helpen je goed voor te bereiden op allerlei mogelijke computer­storingen. We leggen uit welke tools je het best altijd in je EHBO-kistje houdt, van hardwaretools tot handige softwareprogramma’s.

Tip 1 - Gerichte aanpak

Een computer en zeker een (thuis)netwerk vormen een complex geheel van componenten, waardoor het lastig kan zijn om snel de juiste oorzaak van een probleem te achterhalen en het op te lossen. Het kan aan hardware liggen (zoals een defecte adapter of slechte kabel), maar ook aan software (zoals een configuratiefout, malware of een incompatibel stuurprogramma). Het is dus verstandig om op zowat alles voorbereid te zijn. Dit vraagt niet alleen kennis en ervaring, maar ook een doordachte aanpak.

Begin met een gerichte observatie van fout­meldingen of gedrag, en voer dan systematisch tests uit. Start bij de eenvoudigste oorzaken, zoals herstarten of bekabeling. Sluit stapsgewijs andere mogelijke oorzaken uit. Noteer wat je test en welk resultaat je krijgt. Bij netwerkproblemen werk je het best van buiten naar binnen: controleer eerst randapparatuur en verbindingen, daarna besturingssysteeminstellingen, en tot slot software of hardware.

Daarvoor heb je natuurlijk ook het juiste ­materiaal nodig, en dat is nu net onze focus. We bekijken eerst welke hardwaretools nuttig zijn, zowel vrij eenvoudige gereedschappen als meer geavanceerde tools. Je kiest uiteraard zelf hoe ver je hierin wilt gaan. Daarna bespreken we handige softwaretools voor diagnose, herstel en reparatie, gebundeld op een multibootstick. Tot slot bekijken we nog enkele opties voor hulp op afstand.

©Angela - stock.adobe.com

Netwerkproblemen? Het kan ook zo simpel zijn als een kapotte netwerkkabel.

Tip 2 - Basisgereedschap

We starten met het basisgereedschap. Kleine dingen die je weleens over het hoofd kunt zien, maar die soms goed van pas komen! We denken bijvoorbeeld aan plakband of ducttape (bijvoorbeeld voor het (tijdelijke) herstel van een gescheurde kabel) en labeltape of markeerstickers om bepaalde (te verplaatsen) onderdelen duidelijk te identificeren. Enkele fijne permanente kleurmarkers kunnen hiervoor ook nuttig zijn. Zorg ook dat je een pincet of fijn tangetje bij de hand hebt, evenals een usb-lampje of een mini-zaklamp (eventueel gebruik je de led van je smartphone). Schroevendraaiers mogen uiteraard evenmin ontbreken: zowel kruiskopschroevendraaiers (Phillips PH0, PH1, PH2), als sleufschroevendraaiers, als torx-modellen (vooral T5 tot T10). Eventueel stop je er ook een paar drie- en zeskantige schroevendraaiers bij, evenals pentalobe-modellen (zoals voor Apple-laptops). Het is wel zo makkelijk als je schroevendraaiers magnetisch zijn om kleine schroefjes (in de systeemkast) niet te verliezen. Let wel op dat je hiermee geen elektronische onderdelen aanraakt. Een handige allround-oplossing is een precisie-schroevendraaierset met magnetische houder en verwisselbare bits.

Voor het schoonhouden van je apparatuur heb je ook altijd een spuitbus met perslucht in de buurt, evenals een luchtblazer (rubberen balgpompje), enkele watten- of schuimstaafjes en een paar micro­vezeldoekjes. Voor het reinigen van contactpunten, sockets, toetsenborden en behuizingen is een goed afsluitbare fles isopropyl-alcohol handig (liefst minimaal 99,9 procent). Zorg ook voor een anti­statische polsband of mat om elektrostatische schade te voorkomen. Denk verder ook aan een usb-stick, usb-hub (met eigen voeding) en een paar netwerk-patchkabels (bij voorkeur CAT 6). Bij elkaar kost dit hele setje basisgereedschap zo’n 160 euro.

©Nikolay - stock.adobe.com

Met een precisieset met verwisselbare bits kun je al je apparatuur openmaken.

Tip 3 - Extra gereedschap

Kant-en-klare netwerkkabels hebben onze voorkeur, maar soms is een zelfgemaakte kabel op maat handiger. Daarvoor heb je een krimptang nodig en wat handigheid om de connector goed te plaatsen. Op YouTube vind je genoeg instructievideo’s; na enige oefening lukt dat vlot. Zorg ook voor een RJ45-netwerktester. Er bestaan complete netwerksets met krimptang, stripper en tester.

Stop een paar lithium-knoopcellen (CR2032) in je kit, want het CMOS-geheugen van veel computers krijgt stroom van zo’n batterij en die dien je na enkele jaren te vervangen. Een batterijtester die ook geschikt is voor knoopcellen, is ook altijd handig (circa 10 euro). Voor het uitlezen van SD-kaarten gebruik je het liefst een externe SD-kaartlezer. Om problemen met draadloze muizen of toetsenborden te vermijden, zijn een usb-muis en -toetsenbord ­nuttig (samen vanaf zo’n 20 euro).

Ook enkele typische adapters zijn onmisbaar. Denk aan een usb-naar-wifi-adapter, usb-naar-ethernet-adapter (voor als de interne netwerkpoort niet werkt), usb-naar-SATA-adapter (om een interne schijf via usb op je eigen pc aan te sluiten), en een usb-c-multi-adapter. De geschatte totaalprijs van de spullen uit deze tip is zo’n 190 euro.

©kvladimirv - stock.adobe.com

Een netwerk­set, met onder meer een krimptang, netwerk­tester en kabelstripper.

Tip 4 - Voor de echte techneut

Ben je intussen de vaste computerreparateur geworden voor buren, kennissen en familie, dan is het misschien tijd om je reparatiekit verder te professionaliseren. Een psu-tester en een multimeter horen daar zeker bij. Met een psu-tester controleer je eenvoudig een pc-voeding (Power Supply Unit): sluit de ATX-stekker (van de desktop) en eventueel andere connectors (als cpu of PCIe) aan, waarna je per lijn de spanning uitleest (zoals 3,3V, 5V, 12V en andere). Een multimeter is veelzijdiger: je meet er spanning, stroom en weerstand mee (categorie 2 is geschikt tot 230V). Zo’n apparaat vergt wel enige ervaring, maar YouTube-video’s helpen je vast op weg.

Een (snelle) externe usb-ssd van bijvoorbeeld 2 TB komt ook van pas, bijvoorbeeld voor systeemback-ups. Bij schermproblemen is een klein reservescherm met voldoende resolutie (én HDMI en usb-c-aansluitingen) handig. Zorg eveneens voor een tubetje thermische pasta, voor als je cpu-koelers moet (ver)plaatsen of bij oververhittingsproblemen.

Eventueel kun je een diagnostische POST-kaart (Power-On Self Test) toevoegen, die je via PCIe (x1) op een (desktop)computer aansluit. Bij het opstarten voert het UEFI/BIOS een POST-routine uit, waarbij het systeem per stap een hex-code via de systeembus doorstuurt. Zo’n kaart vangt deze codes op en toont ze op een leddisplay. De betekenis lees je af in een POST-tabel (online of in de onderhoudshandleiding), zodat je gericht kunt testen. Eenvoudige modellen vind je al vanaf zo’n 10 euro. De geschatte totaalprijs van deze spullen is zo’n 280 euro.

©Mr.Norasit Kaewsai

Een multimeter is veelzijdig en hoeft niet zo duur te zijn.

Tip 5 - Programma's verzamelen

Je EHBO-kit is inmiddels goed gevuld met tools voor hardwareproblemen. Maar wat als de oorzaak bij software ligt? Zulke fouten los je doorgaans software­matig op, dus verzamel je het best vooraf alvast de meest geschikte programma’s voor diagnose en herstel. Deze tools kunnen sterk variëren, want ook de oorzaken van problemen verschillen. Denk aan corrupte drivers of systeembestanden, foutgelopen updates, conflicterende software, malware, ­verkeerde configuraties en beschadigde opstartitems. Je hebt dus tools nodig die malware kunnen opsporen en verwijderen, bootstructuren (tot op sectorniveau) kunnen controleren en herstellen, schijven kunnen herpartitioneren, data kunnen redden van nukkige systemen, wachtwoorden kunnen achterhalen of wissen en meer.

Daarnaast moet je de juiste manier vinden om de software te starten. Soms lukt dat via een koppeling van de interne schijf van het defecte systeem aan je eigen computer. In de praktijk werkt het meestal handiger als je de EHBO-software rechtstreeks op het probleemtoestel kunt draaien. Als een ­normale start niet lukt, zelfs niet in de veilige modus (Windows), biedt een bootstick uitkomst. Dit is een opstartbare usb-stick met een eigen besturingssysteem, zoals Windows of Linux. Idealiter kies je voor een multibootstick, met meerdere systemen of tools, zodat je vlot de meest geschikte diagnose- of herstelomgeving kunt selecteren. We behandelen in dit artikel twee uitstekende, gratis oplossingen.

Een ‘blue screen of death’: Windows in paniek, maar wat is de oorzaak? Overigens gaat Microsoft dit scherm na 40 jaar wijzigen: het wordt zwart met kortere teksten.

Tip 6 - YUMI-stick maken

YUMI (Your Universal Multiboot Installer) is een tool waarmee je zo’n multibootstick kunt maken. Deze tool is handig omdat je uit tal van besturingssystemen kunt kiezen, zonder die zelf te hoeven zoeken. Surf naar www.kwikr.nl/yumi, scrol tot bij YUMI exFAT Download en klik op Download YUMI. Dubbelklik op het gedownloade exe-bestand om de portable tool te starten. Klik op I Agree en plaats een (lege) usb-stick in je pc, bij voorkeur 3.x en met voldoende ruimte voor alle gewenste distributies. Klik indien nodig op Redetect Disks als het station niet zichtbaar is bij Step 1: You Chose. Selecteer de juiste stick en klik op Prepare this Device, zodat de stick correct geformatteerd wordt. Bevestig met Ja als je zeker weet dat de stick geen belangrijke gegevens bevat. Na afloop verschijnt een exFAT-partitie in Verkenner met de naam YUMI. Voor wie technisch geïnteresseerd is: via Schijfbeheer zie je ook een kleine FAT-partitie (VTOYEFI). Dit is de EFI-systeempartitie, maar daar hoef je je verder niet om te bekommeren.

Bij Step 2: Select a Distribution […] kies je vervolgens de gewenste distributie. Er zijn er meer dan 100, vooral Linux-distributies, maar ook systemen als back-uptools, partitiebeheerders, wachtwoordkrakers, geheugentesters, penetratietesters en allround-troubleshooters zoals Ultimate Boot cd, SystemRescue (Linux) en Hiren’s BootCD PE (Windows). Op enkele hiervan komen we straks nog even terug.

Met YUMI maak je eenvoudig een multibootstick.

Tip 7 - YUMI-distributies

Selecteer de eerste gewenste distributie. De verwijzing naar het bijbehorende schijfkopiebestand kleurt oranje als YUMI dit in de YUMI-map detecteert, althans wanneer je het daar zelf al had geplaatst. Kleurt dit rood, dan kun je via Browse naar de juiste downloadmap navigeren. Staat het bestand nog niet op je schijf, klik dan op Download link om het te downloaden. Of klik op Visit the […] site om het zelf binnen te halen van de site van de producent. Bij sommige distributies, zoals Ubuntu, verschijnt een extra optie (Step 4) waarmee je optioneel opslagruimte reserveert voor persistente wijzigingen. Zodra de juiste distributie is geladen bij Step 3, klik je op Create en bevestig je met Ja. De voortgang volg je in het logvenster. Na afloop klik je op Next en op Ja om extra distributies toe te voegen aan het YUMI-bootmenu, op dezelfde manier als daarnet. Dat kan ook later nog, zolang je YUMI opnieuw start zonder de stick opnieuw te formatteren.

Wil je een toegevoegde distributie verwijderen, plaats dan een vinkje bij View or Remove Installed Distros, selecteer het ongewenste systeem en klik op Remove.

Na de ‘installatie’ van een distributie kun je gerust een ­volgende op de stick kwijt.

Tip 8 - Ventoy

Lukt het om een of andere reden niet met YUMI of wil je liever een andere tool gebruiken, dan is Ventoy een prima alternatief. Download de recentste versie van het portable programma via www.kwikr.nl/ventoy. Pak het zip-bestand uit en start de tool. In het Language-menu kies je eventueel voor Dutch (Nederlands).

Plug een geschikte (lege) usb-stick in en dubbelklik op het bestand Ventoy2Disk.exe. Klik op de ronde pijlknop zodat Ventoy de stick correct herkent. Open nu eerst even het menu Opties. Bij Partitietabel staat standaard MBR geselecteerd. In de meeste gevallen is dat de beste optie, tenzij je zeker weet dat je de stick enkel op moderne UEFI-systemen gebruikt; in dat geval kun je GPT selecteren. Laat ook de optie voor Secure Boot aangevinkt, behalve als je weet dat je de stick enkel op oudere systemen zonder secure boot gebruikt of bereid bent secure boot tijdelijk uit te schakelen (zonder de UEFI-bootmodus te wijzigen). In dit menu vind je ook de optie Ventoy verwijderen: hiermee maak je de stick leeg en verwijder je de partities als je dit wenst.

Check eerst nog even enkele opties in Ventoy.

Tip 9 - Distributies plaatsen

Er rest nu nog maar één stap. Klik op Installeren (Bijwerken is bedoeld voor een update naar een recentere Ventoy-versie) en bevestig dit tweemaal met Ja. Alle data op de stick worden gewist en, net als bij YUMI, verschijnen er twee partities: een grote VENTOY-datapartitie en een kleine VTOYEFI-systeempartitie. Het hele proces duurt slechts enkele seconden.

Daarna mag je Ventoy sluiten: je stick is nu klaar om de eerste distributies te ontvangen. Dat klinkt misschien ingewikkeld, maar eigenlijk is het heel eenvoudig. Je hoeft enkel het schijfkopiebestand (meestal een iso-bestand) van een distributie naar de VENTOY-partitie te kopiëren, desgewenst in aparte mappen (zoals \allround, \antivirus, \backup, \dataherstel, \partitiebeheer enzovoort). Dit kan gewoon via Verkenner. Dit geldt trouwens ook voor een YUMI-stick, aangezien die onderliggend gebruikmaakt van Ventoy-technologie. In het tekstkader ‘Onmisbare reddingstools’ vermelden we enkele uitstekende tools, inclusief hun downloadlocaties.

Distributies op Ventoy: niet moeilijker dan de iso-bestanden naar de VENTOY-partitie kopiëren.

Tip 10 - Bootstick opstarten

Het is nu de bedoeling dat je je multibootstick opstart op een (problematisch) systeem. Daarbij maakt het weinig uit of je een YUMI- of een Ventoy-stick gebruikt. Tijdens het opstarten druk je enkele keren op een sneltoets, zoals ESC, F8 of F12, om het opstartmenu te openen. Op oudere toestellen moet je mogelijk eerst het BIOS-setupmenu oproepen via een sneltoets en daar bij Boot order (priority) de usb-stick als eerste opstartmedium instellen.

Gaat het om een moderner UEFI-systeem, dan staat secure boot waarschijnlijk ingeschakeld, wat kan verhinderen dat je bootstick opstart. Voor een YUMI-stick moet je deze functie wellicht eerst tijdelijk uitschakelen om te kunnen opstarten. Een Ventoy-stick start meestal wél op als je eerder de optie Secure Boot had aangevinkt (zie tip 8). In dit geval moet je bij de allereerste opstart wel nog een korte procedure doorlopen, zoals beschreven op www.kwikr.nl/vensec. Je kunt eventueel ook hier eerst secure boot tijdelijk uitschakelen.

Het startmenu van je bootstick verschijnt nu. Laten we Ventoy als voorbeeld nemen. Je ziet hier alle toegevoegde distributies als menu-opties. Met F3 kun je ook overschakelen naar een mapweergave, waarbij je eerst een map opent (zoals \allround, \antivirus enzovoort) en daarna de gewenste distributie start. Zo start je vanaf één stick moeiteloos allerlei distributies en tools, en kun je meteen gericht troubleshooten.

Een geheugen­test vanaf de bootstick (Memtest86+ vanuit Avira Rescue systeem).

Onmisbare reddingstools

Dé ideale troubleshooting-toolkit bestaat misschien niet, maar met de volgende aanbevelingen kom je wel dicht in de buurt. Het handige is dat je ze met YUMI of Ventoy gewoon samen op één bootstick zet. Keuzestress is dus overbodig.

GParted Live: grafische partitiebeheerder om te schalen, formatteren of herstellen.

Puppy Linux (bijvoorbeeld Ubuntu-editie): lichte Linux-distributie voor toegang tot systemen met beperkte hardware, zoals oudere pc’s.

Norton Bootable Recovery Tool, Avira Rescue System of een soortgelijke oplossing: opstartbare antivirus voor het opschonen van zwaar geïnfecteerde systemen.

CloneZilla Live: tekstgebaseerde tool voor disk-imaging en klonen van schijven voor back-ups en migratie.

MemTest86+: platformonafhankelijke geheugentest om RAM-problemen op te sporen.

SystemRescue: Linux-gebaseerde omgeving met uiteenlopende tools voor systeemherstel, partitiebeheer, dataherstel en netwerkdiagnose.

Hiren’s BootCD PE: tal van populaire troubleshootingtools in een vertrouwde Windows-desktopomgeving op basis van Windows 10 PE.

Tip 11 - Extra tools

De kans is groot dat je met de applicaties uit de kadertekst ‘Onmisbare reddingstools’ al vrijwel alle nodige tools hebt. Toch kun je gaandeweg nog programma’s ontdekken die je graag aan je bootstick toevoegt. Dat werkt zowel op een YUMI- als op een Ventoy-stick heel eenvoudig.

Op www.portableapps.com/apps kun je alvast terecht voor meer dan 1100 apps, waaronder zo’n 160 uiteenlopende hulpprogramma’s. Download het .paf.exe-bestand van de gewenste tool en voer dit uit in een tijdelijke map op je eigen systeem. Kopieer daarna de uitgepakte bestanden naar een aparte submap op je bootstick, bijvoorbeeld in \tools\<naam\_app>.

Daarna open je binnen een opgestarte distributie (zoals de Windows Verkenner in Hiren’s BootCD PE: zie tekstkader ‘Onmisbare reddingstools’) gewoon deze map en start je de portable exe-app van daaruit. Zo stem je je bootstick volledig af op je eigen voorkeuren en behoeften (zie ook tekstkader ‘AIO-pakketten’).

Je kunt bijvoorbeeld vanuit de verkenner in Hiren’s BootCD PE alle gewenste portable apps opstarten.

AIO-pakketten

We vestigen graag de aandacht op twee all-in-onepakketten; beide waardevolle aanvullingen op de tools uit het kader ‘Onmisbare reddingstools’.

Het eerste is The PortableApps.com Platform: een grafisch menu waarmee je selectief honderden portable apps kunt installeren (lees: uitpakken) op je bootstick. Download het bijbehorende .paf.exe-bestand (www.portableapps.com/download) en start het op je systeem. Kies Nieuwe installatie / Portable en verwijs naar je ingeplugde bootstick. Bevestig met Installeren. Start daarna Start.exe op de stick: er verschijnt een menu. Klik op Apps / Meer apps / Op categorie. Scrol bijvoorbeeld tot bij Hulpprogramma’s en vink alle gewenste tools aan. Klik op Installeren om ze aan je stick toe te voegen. Binnen een actieve distributie op je stick start je Start.exe op en navigeer je door het PortableApps-menu.

Een heel ander AIO-platform is Medicat usb (www.medicatusb.com). Deze toolkit bevat verschillende besturingssystemen, waaronder Linux-partities en een WinPE-versie met tientallen handige portable apps. Op de site vind je ook een link naar een post op het forum GBAtemp waar je instructies vindt om de talrijke bestanden (circa 26 GB) op je bootstick te krijgen. Het hele proces duurt even, maar je hebt dan ook een uiterst krachtige toolkit voor diagnose en herstel.

Tip 12 - Quick Assist

Tot nu toe gingen we ervan uit dat je als troubleshooter fysiek aanwezig bent om het probleem op te lossen. Maar er zal vast weleens iemand vanaf afstand je hulp inroepen. We veronderstellen dan wel dat die persoon zijn systeem nog kan opstarten, eventueel in de veilige modus, en zo een tool voor afstandsbeheer kan openen.

Eerst stellen we kort een app voor die standaard met Windows wordt meegeleverd: Quick Assist. Begin aan de helperszijde door de app te starten, klik op Iemand helpen en meld je aan met je Microsoft-account. Noteer de beveiligingscode en geeft die door aan de hulpvrager, bijvoorbeeld via telefoon of bericht. Deze persoon start daarna ook Quick Assist en vult de beveiligingscode in bij Beveiligingscode van assistent. Na een klik op Verzenden verschijnt een bevestigingsvraag: hij plaatst een vinkje en klikt op Toestaan. Zijn bureaublad zou nu zichtbaar moeten zijn in een schaalbaar venster op jouw systeem.

Om het systeem over te nemen klik je bovenaan op Besturing aanvragen. Na een bevestiging van de hulpvrager via Toestaan krijg je toegang tot zijn pc. Boven in het venster vind je knoppen als Laserpointer, Aantekening en Chat (voor communicatie via een apart venster). Als er meerdere schermen zijn aangesloten, kun je via Scherm selecteren het gewenste scherm kiezen. Je kunt de overname stopzetten met Stop best. of Besturing annuleren, en met Verlaten sluit je de sessie volledig af.

Quick Assist: afstandsovername en chatgesprek in volle gang.

Tip 13 - AnyDesk

Quick Assist werkt uitsluitend op Windows, maar er bestaan ook tools als AnyDesk die meerdere platformen ondersteunen, waaronder Windows, macOS en mobiele systemen (www.anydesk.com; gratis voor persoonlijk gebruik). Hier gaan we uit van de Windows-versie.

Start de app op, zowel aan jouw kant als aan die van de hulpvrager. Vraag hem vervolgens via telefoon of bericht om de identificatiecode van zijn werkplek: dit is een 10-cijferige code bovenaan in het venster. Vul deze code in op je eigen app, bij Voer remote adres in. Druk op Enter en geef je firewall desgevraagd toestemming.

De hulpvrager klikt nu op de knop Accepteren met het schildicoon om een sessie met beheerrechten toe te staan. Even later verschijnt zijn bureaublad op jouw scherm en kun je zijn pc op afstand bedienen.

AnyDesk biedt meer opties dan Quick Assist. Zo is er een chatfunctie, een schermopnamefunctie, een whiteboard en een handige datatransferfunctie om snel bestanden tussen beide systemen te verplaatsen. Je kunt de schermweergave aanpassen en via de knop Acties bijvoorbeeld een screenshot maken of de toegangsrichting omkeren. Uiteraard kunnen ook hier beide partijen de verbinding op elk moment stopzetten.

AnyDesk: een gebruiksvriendelijke en flexibele tool voor afstandsbeheer.