ID.nl logo
Gratis films monteren met DaVinci Resolve (deel 2)
© Reshift Digital
Huis

Gratis films monteren met DaVinci Resolve (deel 2)

Bewegend beeld wordt alsmaar belangrijker en je ziet het steeds vaker op social media verschijnen. Door een aantal opnamen aan elkaar te plakken en bij te snijden, maak je een kort en boeiend filmpje met daarin alleen het allerbeste en spannendste beeldmateriaal. Enkele leuke en professioneel ogende effecten mogen daar tegenwoordig niet in ontbreken. We gebruiken DaVinci Resolve 17(waarmee je gratis films monteren kunt) om leuke en professioneel ogende effecten aan een filmmontage toe te voegen en verbeteren tot slot de belichting en kleurweergave.

Deel 1 van dit tweeluik over DaVinci gemist? Hier vind je het eerste artikel terug. 

Tip 01: Edit-pagina

DaVinci Resolve 17 is een gratis montageprogramma waar je als vrijetijdsfilmer enorm veel aan hebt en dat je daarnaast professioneel kunt inzetten. Zodra het programma is gestart, begin je een nieuw videoproject. Klik met de rechtermuisknop in de Media Pool (linksboven) om een aantal mediabestanden in te laden en sleep die vervolgens naar de tijdlijn. Daar snijd je de filmpjes waar nodig bij, of knipt ze in stukjes.

Dat gaat razendsnel en gemakkelijk op de zogeheten Cut-pagina, het onderdeel waarin je begint. Hoe dit precies werkt, hebben wij in een eerder artikel uitgebreid beschreven. Monteren kan daarnaast ook op de Edit-pagina, met als voordeel dat je hier allerlei extra mogelijkheden hebt. En omdat je tijdens het monteren vrij heen en weer mag springen tussen Cut en Edit, profiteer je altijd van het beste van beide werelden.

De tijdlijn ziet er in elk onderdeel anders uit, maar je werkt wel degelijk aan één en dezelfde videomontage. Waar je bij Cut altijd twee weergaven van de tijdlijn ziet, namelijk een uitgezoomde en een ingezoomde versie, is dat er bij Edit maar eentje. Met zoomknoppen en een schuifregelaar bepaal je welk gedeelte van de tijdlijn je in beeld hebt: de volledige tijdlijn, een vast gedeelte of een uitvergroting naar keuze.

©PXimport

Dubbelbeeld

Nog een belangrijk verschil tussen de twee montageonderdelen, is dat je in Edit twee voorbeeldweergaven ziet, terwijl dat er bij Cut maar één is. Het linkervenster toont een filmpje uit de mediapool of een clip uit de tijdlijn waarop je dubbelklikt. In het rechtervenster bekijk je de tijdlijn en dus jouw filmmontage.  Per venster heb je een rijtje afspeelknoppen voor de bediening. Of je maakt één van beide weergaven actief met sneltoets Q of door erop te klikken, zodat je de JKL-sneltoetsen kunt gebruiken in dat specifieke venster (achteruit afspelen, stoppen, vooruit afspelen).

©PXimport

Tip 02: Retime Controls

Een prachtig effect dat je op de Edit-pagina kunt aanbrengen, is het versnellen of vertragen van een gedeelte van een filmclip. Slow motion is perfect om iets wat belangrijk of (te) snel voorbij is duidelijker in beeld te brengen. Terwijl je via fast motion een te lang of saai stukje versnelt zonder dat je het eruit hoeft te knippen. Het mooie is dat je de filmclip niet in losse stukjes hoeft te knippen. Klik in de tijdlijn met rechts op de clip en kies Retime controls, of klik erop om hem te selecteren en gebruik de sneltoets Ctrl+R.

Zoek vervolgens het punt op waar je een andere afspeelsnelheid nodig hebt. Zodra de afspeelkop (playhead) daar is geplaatst, klik je op het zwarte driehoekje achter de tekst 100% in het midden van de clip en kies je Add Speed Point.

Daarna zoek je het punt op waar je weer naar de gewone (of een andere) snelheid wilt overschakelen en voeg je nog een speedpoint toe. Klik vervolgens in het gedeelte waarvan je de snelheid wilt aanpassen op het zwarte driehoekje en kies bij Change Speed de gewenste vertraging of versnelling. Voeg je geen speedpoints toe? Dan verander je de snelheid van de volledige clip.

©PXimport

Tip 03: Selection en Trim Edit

Staan er andere filmclips achter de clip waarvan je de snelheid aanpast, dan gebeurt er iets opmerkelijks. Versnel je de clip, dan neemt de afspeelduur ervan af en daardoor ontstaat een gapend gat tussen deze en de volgende filmclip. Bij vertragen neemt de afspeelduur toe en daardoor overschrijf je het beginstuk van de clip erachter. Wil je dat niet, schakel dan voordat je de snelheid aanpast over van Selection Mode naar Trim Edit Mode. Die keuze maak je met de twee knopjes links in het rijtje boven de tijdlijn. 

Alleen in de Trim Edit Mode schuiven de clips erachter mee, zodra je een clip korter of langer maakt. Dat geldt meteen voor de meeste acties die je op de Edit-pagina uitvoert. Dus bijvoorbeeld ook zodra je een clip inkort of verlengt door de verticale balk aan de voorzijde of achterzijde ervan te verslepen. Let er dus goed op in welke modus je werkt voordat je een actie uitvoert.

©PXimport

Selection Mode overschrijft, terwijl Trim Edit Mode alles opschuift

-

Tip 04: Terugspoeleffect

Wil je een kort fragment twee keer laten zien, bijvoorbeeld omdat er iets vreemds, bijzonders of grappigs gebeurt? Dat kan perfect via een terugspoeleffect. Ook hier hoef je de clip niet voor in stukjes te hakken. Maak weer eerst de Retime Controls zichtbaar (zie tip 2) en markeer het fragment dat je wilt herhalen door twee speedpoints aan te brengen. Daarna klik je op het zwarte driehoekje in het gekozen fragment, klik je op Rewind en kies je een snelheid. 

Wat er nu gebeurt, is dat de clip eerst normaal afspeelt tot aan het einde van het ingestelde fragment. Dan wordt hij versneld of vertraagd teruggespoeld naar het beginpunt van het fragment, waarna de clip vanaf daar weer op de normale manier wordt vervolgd. Alleen het gekozen fragment wordt dus twee keer getoond, met ertussen een terugspoeleffect. En dat helemaal automatisch! Omdat de cliplengte toeneemt, doe je dit meestal in Trim Edit Mode.

©PXimport

Tip 05: Freeze frame

Nog een leuke truc die je vaak in films tegenkomt, is een freeze frame. Hierbij bevriest het videobeeld plotseling door één frame een tijdje als een soort foto in beeld te laten staan. Het beeld lijkt dus bevroren. Na een aantal seconden loopt de video gewoon weer door. Ook dit gebruik je om iets te benadrukken wat anders te snel uit beeld is verdwenen, of omdat je via zoiets als een voice-over wat uitleg wilt geven voordat het beeld verdergaat. 

Ook nu hoef je de clip niet te splitsen om er handmatig een los videoframe tussen te proppen. Zoek gewoon het gewenste punt op, maak de Retime Controls zichtbaar, klik op het zwarte driehoekje en kies Freeze Frame (wederom in Trim edit Mode). Je hebt hier dus geen speed points voor nodig. Het effect krijgt een standaard tijdsduur. Sleep met de hendels van het afgebakende stukje om de zichtbaarheid van je freeze frame te verlengen of in te korten. 

Ook bij het versnellen of vertragen van een clipfragment (zie tip 2) mag je trouwens met de hendels slepen. In dat geval verander je de afspeelsnelheid van het gedeelte ervoor, net zoals je dat via de optie Change Speed doet.

©PXimport

Tip 06: Geluid synchroniseren

Omdat de geluidskwaliteit van een ingebouwde cameramicrofoon meestal niet bijster hoog is, gebruik je doorgaans een externe microfoon. Zolang je die rechtstreeks op de camera aansluit, wordt dat geluid netjes aan de filmopname toegevoegd. Alleen gebeurt het ook vaak dat je met een losse microfoon, een voicerecorder of met je smartphone geluid opneemt. Bijvoorbeeld omdat er geen microfooningang op je camera zit of omdat je te ver van de camera staat. En dan zit je dus met een filmopname en een los geluidsspoor, die je vervolgens moet zien te synchroniseren. 

Gelukkig gaat dat in DaVinci Resolve supersimpel. Eerst plaats je zowel het filmpje als de geluidsopname in de mediapool. Je selecteert ze beide, klikt met rechts op een van de twee en kiest Auto Sync Audio / Based on Waveform. Het programma vervangt nu de geluidsgolf in de filmopname door die uit het externe geluidsbestand. Daarna hoef je alleen het filmpje maar naar de tijdlijn te slepen en dat is alles. Het werkt daarom alleen als jouw camera ook geluid heeft opgenomen, want beide geluidsgolven worden met elkaar vergeleken tijdens het synchroniseren.

©PXimport

Geluid handmatig synchroniseren

Lukt het automatisch synchroniseren van een extern audiobestand niet? Sleep het geluidsbestand dan naar een extra audiospoor onder de filmclip en verschuif het tot een paar opvallende pieken in de twee geluidsgolven netjes zijn uitgelijnd. Daarom is het zo handig als je aan het begin van een filmopname even in je handen klapt of een filmklapper gebruikt.  Vergeet niet om na het uitlijnen het geluidsspoor dat in de filmopname zit uit te schakelen via het M-knopje links in de track-kop (Mute Track). Je wilt namelijk alleen het losse geluidsspoor horen, niet twee door elkaar heen. Op dezelfde plek kun je de breedte van de audiotracks vergroten, zodat je de geluidsgolven beter kunt vergelijken.

Tip 07: Keyframes

Omdat je met bewegend beeld werkt, is het wel zo leuk om zelf ook iets met beweging te doen. In plaats van een statische titel vertonen, kun je bijvoorbeeld een tekst of pijltje een object door het beeld laten volgen. Of je trekt met je hand een filmtitel tevoorschijn, waarna je die weer uit beeld duwt. Allemaal leuke trucjes die er super professioneel uitzien. 

Het toverwoord om deze effecten te maken is: keyframes. Dat klinkt misschien ingewikkeld, maar een keyframe is gewoon een markering die je op een plek in de tijdlijn plaatst waar iets moet veranderen. En dat ‘iets’ kan van alles zijn. Wil je weten hoe dit werkt? Voeg dan een titel toe door op de Edit-pagina links bovenin op Effects Library te klikken, in het venster Toolbox op Titles en daarna een titel van het type Text naar een nieuw videospoor te slepen. 

Je zet hem dus bovenop een bestaand filmpje in de tijdlijn. Versleep de voorkant en de achterkant van de titel om hem precies op het gewenste moment te laten verschijnen en te laten verdwijnen.

©PXimport

Een keyframe is een markering op een plek waar iets moet veranderen

-

Tip 08: In beweging

Dit is alleen nog maar een gewone statische titel, maar die brengen we nu in beweging. Breng de afspeelkop naar het punt waar de titel in beeld verschijnt en klik op de titel om hem te selecteren. Ga klik rechtsboven op Inspector, tik een titeltekst in en maak hem naar wens op. Gebruik Position om de titel naar de startpositie in het beeld te brengen. Klik dan op het diamantje aan de achterzijde, zodat dit rood kleurt. Nu heb je een keyframe geplaatst die bepaalt dat de titel op dit tijdstip op de door jou gekozen positie staat.

Zoek nu het punt op waar de titel weer moet verdwijnen en verander daar opnieuw de waarden achter Position. Het diamantje kleurt automatisch rood, wat betekent dat je een tweede keyframe hebt aangebracht. Dat is alles! Speel de filmclip af en jouw titel verplaatst zich vloeiend vanaf het startpunt naar de eindpositie. Volgt iets of iemand een grilliger pad? Ga dan steeds enkele frames vooruit en schuif de titel naar de gewenste plek. Zo ontstaat een ‘parelketting’ van keyframes.

Alles in DaVinci Resolve met een diamantje kun je animeren en dat mag ook met meerdere parameters tegelijk. Klik op de pijltjes rondom de diamant om stapsgewijs door keyframes te lopen.

©PXimport

Tip 09: Color grading

Is een filmclip in de montage te licht of te donker? Klik dan onderin het scherm op Color. Schrik niet van het ingewikkeld ogende scherm, want dit is de plek waar je het zogeheten color grading uitvoert en daar zijn enorm veel methoden voor. Selecteer de filmclip die je wilt verbeteren en klik linksonder op het pictogram Color Wheels

Je ziet nu vier gekleurde cirkels met eronder grijze draaiknoppen. Sleep zo’n draaiknop naar links of rechts om de clip donkerder of lichter te maken. Dat doe je in drie etappes. Met Lift pas je vooral de donkerste delen van het beeld aan, Gamma is voor het middengebied en met Gain verander je met name de lichtste gebieden. Klik helemaal rechts op Scopes voor een visuele representatie van de RGB-helderheid van de filmclip, dan zie je een stuk beter wat er gebeurt.

Boven en onder de kleurencirkels en draaiknoppen vind je nog de parameters Temp (kleurtemperatuur), Tint, Cont (contrast), Col Boost (kleurversterking) en Sat (verzadiging). Hiermee pas je het contrast en de kleurweergave naar smaak aan.

©PXimport

Color grading kopiëren

Vooral bij uitgebreide montages is het veel werk om elke filmclip vanaf de grond te color graden. Lijken jouw filmpjes wat betreft kleur en belichting best wel op elkaar? Verbeter dan één clip en kies Edit / Copy of gebruik sneltoets Ctrl+C om deze aanpassingen te kopiëren. Ga dan naar de volgende filmclip, kies Edit / Paste Attributes of gebruik sneltoets Alt+V, vink in het venster dat verschijnt het onderdeel Color Corrector aan en klik op Apply. Daarna kun je de gekopieerde aanpassingen altijd nog finetunen en zo is het een stuk minder werk.

Tip 10: Project exporteren

Montage klaar? Dan exporteer je de eindfilm door op de Cut-pagina rechtsboven op Quick Export te klikken, of ga onderaan het programmavenster naar het onderdeel Deliver waar je aanzienlijk meer exportopties vindt. Hoewel de montage zelf netjes in DaVinci Resolve bewaard blijft, is het slim om ook hier een kopietje van te maken. Want je wilt dat vast niet allemaal opnieuw hoeven doen. 

Zodra je DaVinci Resolve opstart, of je klikt rechts onderin het programmavenster op het huisje, verschijnt het projectenvenster. Klik hier met rechts op een bestaand project en kies Export Project om jouw montagewerk op te slaan in een los bestandje. Bewaar dit net als de originele mediabestanden op een veilige plek. Dan kun je namelijk een videomontage later altijd opnieuw aan het programma toevoegen via Import Project. Dat kan ook op een nieuwe of andere computer, dus projecten zijn prima uitwisselbaar. 

De mediabestanden die je in de montage gebruikt, moeten op de originele plek te vinden zijn. Is de mapnaam ondertussen veranderd? Selecteer dan die mediabestanden in de mediapool, klik met rechts, kies Relink Selected Clips en wijs de nieuwe map aan.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.

▼ Volgende artikel
Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken
© ID.nl
Huis

Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken

Vroeg of laat moet je bepaalde informatie digitaal delen. Denk aan contracten, medische gegevens of vertrouwelijke rapporten. Dat is vaak ook precies het moment waarop het mis kan gaan. Eén foutieve klik en je bestand belandt in verkeerde handen. Gelukkig zijn er slimme en relatief eenvoudige manieren om het risico te beperken, zonder paranoïde toestanden.

Wat gaan we doen

In deze workshop leer je stap voor stap hoe je gevoelige informatie digitaal kunt delen zonder risico. We laten zien hoe je metadata verwijdert, bestanden versleutelt met 7-Zip en toegang beperkt via OneDrive. Ook ontdek je hoe je e-mails extra beveiligt met Outlook, Gmail of Proton Mail. Zo weet je precies welke methode het beste past bij jouw situatie en houd je vertrouwelijke documenten echt vertrouwelijk.

Lees ook: 20 tips om je online privacy te waarborgen

Om te voorkomen dat vertrouwelijke informatie terechtkomt bij onbevoegden, gebruik je bij voorkeur een combinatie van beveiligingsmaatregelen. Versleutel je bestanden vóór verzending, gebruik wachtwoorden of toegangsrechten en kies voor veilige overdrachtsdiensten in plaats van standaardmail. Beperk daarnaast de toegang tot enkel de juiste personen of groepen. Zo houd je je data echt privé, ook na verzending. 

Metadata verwijderen

Welke versie van Windows je ook gebruikt: als je gevoelige bestanden deelt, is het verstandig om eerst de metadata te wissen. Wanneer je een bestand aanmaakt, slaat het systeem automatisch extra gegevens op, zoals de naam van de auteur, de datum van de laatste wijziging, de computernaam en meer. Deze metadata kunnen onbedoeld gevoelige informatie prijsgeven.

Gelukkig kun je deze metadata in Windows Verkenner eenvoudig verwijderen. Navigeer naar het bestand dat je wilt delen. Klik er met de rechtermuisknop op en kies Eigenschappen. Of gebruik de toetscombinatie Alt+Enter. Ga naar het tabblad Details. Klik onderaan op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen. Hier kun je ook de optie Maak een kopie waarbij alle mogelijke eigenschappen zijn verwijderd selecteren. Bevestig met OK. Hierdoor ontvang je een kopie van het bestand zonder de metadata.

Je kunt ook selectief de metadata selecteren die je wilt verwijderen.

➡️7-Zip

Installeren

Ben je van plan om een bestand via internet te versturen? Dan is versleuteling een slimme zet. Door een bestand te versleutelen, voorkom je dat onbevoegden toegang krijgen tot de inhoud, zelfs als ze dat per ongeluk in handen krijgen. Hoewel Windows 11 zelf versleutelingsopties biedt, zijn die alleen bedoeld voor lokale opslag en dus niet geschikt voor bestanden die je wilt delen. Gebruik daarom een externe tool zoals 7-Zip, een gratis, opensource-programma dat uitstekend werkt voor veilige compressie én encryptie.

7-Zip installeer je via de Opdrachtprompt: Open het Startmenu en zoek naar Opdrachtprompt. Klik met de rechtermuisknop op het resultaat en kies Als administrator uitvoeren. Typ de volgende opdracht en druk op Enter: winget install --id 7zip.7zip.

De tool wordt automatisch gedownload en geïnstalleerd. Zodra 7-Zip klaarstaat, kun je je bestand inpakken in een met een wachtwoord beveiligd archief (7z of zip) met sterke AES-256-encryptie. Op die manier kun je het bestand veilig versturen, bijvoorbeeld via e-mail of een cloudservice, mits je het wachtwoord apart en veilig deelt.

Installeer 7-Zip via de Opdrachtprompt.

Versleutelen

Om 7-Zip te starten, zoek je via Startmenu naar 7-Zip File Manager. Open de app en navigeer naar het bestand dat je wilt beveiligen. Selecteer dat en klik op de groene knop Toevoegen. Onderaan, in het gedeelte Versleuteling, vul je een wachtwoord in om het bestand te beveiligen. Typ het wachtwoord twee keer ter bevestiging.

Je kunt ervoor kiezen om het wachtwoord zichtbaar te maken, zodat je zeker weet dat je geen typfouten maakt. Daarnaast kun je ook de bestandsnaam versleutelen. Dat zorgt ervoor dat zelfs de naam van het bestand niet meer herkenbaar is, wat de inhoud extra goed afschermt voor nieuwsgierige ogen. Het resultaat is een versleuteld archiefbestand - een soort digitale container - dat alleen geopend kan worden met het ingestelde wachtwoord.

Standaard blijft het originele, niet-versleutelde bestand behouden. Wil je dat automatisch laten verwijderen? Vink dan in het venster Toevoegen aan archief de optie Bestanden na inpakken verwijderen aan. Zo blijft enkel de beveiligde versie over.

Voer een wachtwoord in om de container te beveiligen.

Uitpakken

Op het eerste gezicht lijkt het misschien alsof het bestand niet aan een programma is gekoppeld, maar 7-Zip herkent het formaat en pakt het zonder problemen uit. Houd er rekening mee dat de ontvanger ook over 7-Zip moet beschikken om het versleutelde archief te openen.

Deze opent het bestand in 7-Zip, selecteert het en klikt op de knop Uitpakken. Daarna vraagt 7-Zip waar het uitgepakte bestand moet worden opgeslagen en voert de ontvanger het juiste wachtwoord in. Stuur het wachtwoord nooit samen met het bestand. Verstuur het wachtwoord via sms, telefoon of een ander chatplatform.

Geef aan waar de container wordt uitgepakt en voer het wachtwoord in.

Versleutelen en splitsen

Wil je nog een extra beveiligingslaag toevoegen? Dan kun je het bestand niet alleen versleutelen met 7-Zip, maar ook opsplitsen in meerdere delen. Vervolgens kun je elk deel apart versturen, eventueel zelfs op verschillende momenten of via verschillende kanalen.

Open opnieuw 7-Zip en voeg het bestand toe dat je op deze manier wilt beveiligen. Stel een encryptiewachtwoord in en bevestig dat. In het veld Opsplitsen in volumes, bytes kies je de gewenste bestandsgrootte per deel. Dit is vooral handig voor grote bestanden. Stel dat het originele bestand 40 MB groot is. Als je 10 MB opgeeft, maakt 7-Zip er automatisch vier gelabelde delen van.

Voor maximale veiligheid kun je elk deel via een andere dienst of e-mailaccount verzenden. De ontvanger selecteert alle delen in 7-Zip (houd hiervoor de Ctrl-toets ingedrukt tijdens het aanklikken) en kiest daarna Uitpakken. Zodra het juiste wachtwoord wordt ingevoerd, worden de delen automatisch samengevoegd en ontsleuteld.

Op deze manier wordt het bestand opgesplitst in pakketten van maximaal 10 MB.

➡️OneDrive

Machtigingen

Met OneDrive stel je eenvoudig machtigingenin waarmee je bepaalt wie er toegang krijgt tot het bestand dat je eerder met 7-Zip hebt versleuteld. Het delen kun je op elk moment weer stopzetten. Open OneDrive via verkenner en navigeer naar de map waarin de versleutelde container staat. Klik met de rechtermuisknop op het bestand en kies voor Delen.

In het pop-upvenster voer je het e-mailadres in van de persoon met wie je het bestand wilt delen. Je kunt ook meerdere e-mailadressen of een mailgroep invoeren. Klik vervolgens op het potloodicoon om aan te geven of de ontvanger het bestand mag Bewerken of Alleen mag bekijken. Ben je klaar? Klik dan op Verzenden. De ontvanger krijgt een e-mail met een link om het bestand te downloaden.

Mag de ontvanger het bestand alleen lezen of mag hij het ook wijzigen?

➡️Outlook

E-mailversleuteling

Heb je een Microsoft 365-abonnement? Dan kun je gebruikmaken van de ingebouwde versleutelfunctie in Outlook om je e-mails en bijlagen extra te beveiligen.

Open de Outlook-app en klik op Nieuwe e-mail om een nieuw bericht op te stellen.Ga eventueel naar het tabblad Invoegen en kies Bestand bijvoegen.Selecteer via Op deze computer zoeken het gewenste bestand en klik op Openen.

Daarnaga je naar het tabblad Opties bovenaan het Lint.Klik op de knop Versleutelen. Je kunt hier ook kiezen uit verschillende beveiligingsniveaus.Maak je bericht af zoals gewoonlijk en klik op Verzenden.De e-mail wordt nu automatisch versleuteld verstuurd. De inhoud is onderweg beschermd en kan alleen worden geopend door de bedoelde ontvanger.

Gebruik de knop Versleutelen in het tabblad Opties.

Beveiligingsopties

Onder de knop Versleuteling zie je drie opties als je een Microsoft 365 Family- of Personal-abonnement gebruikt. De eerste optie is Niet doorsturen. Hierdoor blijft je bericht versleuteld binnen Microsoft 365 en kan de ontvanger het niet kopiëren of naar anderen doorsturen. Kies je Versleutelen, dan kunnen ontvangers met een Outlook.com- of Microsoft 365-account de bijlagen downloaden vanuit Outlook.com of de mobiele Outlook-app.

Wie een andere e-mailclient gebruikt, zoals Gmail, Thunderbird of Apple Mail, ontvangt een bericht dat er een Microsoft Office 365-versleutelde e-mail op hem wacht. Als de ontvanger op de link Bericht lezen klikt, dan schakelt hij naar het Microsoft 365 Portal voor berichtversleuteling en daar moet hij zich aanmelden met een eenmalige wachtwoordcode. Die code ontvangt hij in zijn e-mailclient en daarmee kan hij dan het bericht op de portal openen.

De derde optie is Geen machtiging ingesteld en daarmee verwijder je eerdere machtigingen. De versleutelfunctie in Outlook is ideaal voor wie snel en zonder technische omwegen gevoelige informatie wil delen binnen een professionele context. Je hoeft geen extra tools te installeren.

Gebruikt de ontvanger geen Outlook, dan wordt hij verwezen naar de Microsoft 365 Portal.

➡️Gmail

Vertrouwelijke modus

De extra beveiliging in Gmail heet Vertrouwelijke modus. Hiermee versleutel je je berichten, zodat alleen de bedoelde ontvanger ze kan lezen, zelfs als iemand anders toegang krijgt tot diens mailbox. Klik op Opstellen om een nieuw bericht te maken. Vul het e-mailadres van de ontvanger in, kies een onderwerp en typ je bericht. Voor je op Verzenden klikt, activeer je de extra beveiliging. Onderaan het berichtvenster zie je een aantal grijze knoppen. Helemaal rechts staat een pictogram van een slot met een wijzerplaat. Klik daarop om de Vertrouwelijke modus in te schakelen.


Gebruik je de mobiele app? Tik dan op de drie puntjes rechtsboven en kies daar het slotje. Ontvangers kunnen deze mail vervolgens niet doorsturen, kopiëren, afdrukken of downloaden. Er verschijnt ook een pop-upvenster waarin je de vervaltijd van het bericht instelt. Je kunt kiezen uit: 1 dag, 1 week, 1 maand, 3 maanden of 5 jaar. Na afloop van de gekozen periode verdwijnt het bericht automatisch uit de postbus.

Terwijl je de vervaltijd instelt, zie je ook de exacte einddatum.

Sms-beveiliging

In hetzelfde pop-upvenster kun je een extra beveiligingslaag toevoegen via de optie Toegangscode vereisen. Vink hier de optie Sms-toegangscode aan. De ontvanger kan het bericht dan pas lezen nadat hij of zij een code invoert die via sms op de mobiele telefoon wordt bezorgd. Hiermee voeg je een tweede beveiligingsfactor toe, wat het voor een indringer vrijwel onmogelijk maakt om toegang te krijgen. Die moet immers niet alleen de mailbox, maar ook de sms-berichten van de ontvanger onderscheppen. Dat is een bijzonder lastige combinatie.

Klik op Opslaan en vervolgens op Verzenden. Op dit moment kun je eventueel nog de vervaltijd van het bericht aanpassen. Dan verschijnt er nu een tweede pop-upvenster waarin je het telefoonnummer van de ontvanger moet invoeren. Klik opnieuw op Verzenden. De ontvanger krijgt vervolgens een e-mail met daarin een knop om het vertrouwelijke bericht in de browser te openen. Is sms-verificatie ingeschakeld? Dan ziet de ontvanger ter bevestiging de laatste twee cijfers van zijn of haar gsm-nummer. Na een klik op Send passcode wordt de toegangscode per sms verstuurd.

Voer het gsm-nummer in van de ontvanger.

Lees ook: 20 (écht) onmisbare tips voor Gmail

Documenten ondertekenen op je iPhone? Zo maak je een handtekening aan

View post on TikTok

➡️Proton Mail

Zwitserse veiligheid

De grote mailproviders maken er geen geheim van dat ze het e-mailverkeer scannen. Volgens eigen zeggen doen ze dat om hun dienstverlening te verbeteren. Daarbij richten ze zich vooral op de metadata van berichten: wie met wie communiceert, wanneer en hoe vaak. Ben je op je privacy gesteld, dan geeft dit idee een onbehaaglijk gevoel, zeker wanneer het om vertrouwelijke informatie gaat.

In dat geval kun je overstappen naar een ultraveilige aanbieder zoals Proton Mail (https://proton.me), een dienst die privacy centraal stelt. De servers staan in Zwitserland, waardoor de dienst onderworpen is aan een van de strengste privacywetgevingen ter wereld. Proton Mail werkt standaard met end-to-end-encryptie. Bij gewone e-mails is de verbinding tussen jou en de server meestal wel versleuteld met TLS (Transport Layer Security), maar de e-mail zelf wordt op de server in leesbare vorm opgeslagen.

End-to-end-encryptie (E2EE) bij e-mail betekent dat alleen de afzender en de beoogde ontvanger de inhoud van het bericht kunnen lezen. Zelfs de e-maildienst zelf kan niet zien wat er in de e-mail staat, omdat de versleuteling pas wordt verwijderd op het toestel van de ontvanger.

De gratis versie, Proton Free, biedt dezelfde sterke beveiliging als de betaalde formules, maar met enkele beperkingen. Je beschikt over één e-mailadres en 1 GB e-mailopslag. Daar staat tegenover dat je volledig reclamevrij werkt, niet gevolgd wordt en je berichten niet worden geanalyseerd of gelogd. Wie meer nodig heeft, kan upgraden naar een betaald abonnement, zoals Mail Plus (3,99 euro per maand bij jaarlijkse betaling).

Bij Proton Mail geniet je van end-to-end-versleuteling, wachtwoordbeveiliging en automatische verwijdering.


Zeg je Zwitsers en handig, dan zeg je …

Zakmessen!