ID.nl logo
Audio- en videobestanden converteren
© PXimport
Huis

Audio- en videobestanden converteren

Stel: je hebt een video- of audiobestand dat je op je pc, via je mediaserver of met de mediaspeler in je netwerk niet kunt afspelen doordat die het formaat niet ondersteunt. Dan kun je overwegen het bestand naar een ander mediaformaat te converteren. Met welke tools kan dat en waarop moet je dan letten?

Tip 01: Alternatieven

Meestal levert het converteren naar een ander mediaformaat enig kwaliteitsverlies in beeld of geluid op. Je voert zo’n conversie dus alleen maar uit als het echt nodig is. Het kan bijvoorbeeld gebeuren dat een update van (de firmware van) je mediaspeler ervoor zorgt dat die alsnog met het aangeboden mediaformaat overweg kan. Gaat het om een softwarematige mediaspeler, bijvoorbeeld op je pc, dan zijn er vaak nog twee uitwegen. Je installeert een andere mediaspeler, zoals de populaire multiplatformspeler VLC Player. Die kan namelijk met nagenoeg alle formaten overweg, door de ingebouwde ondersteuning voor talloze audio- en videocodecs. Het kan ook helpen een ‘codec pack’ te installeren. Zo’n pakket installeert een hele reeks codecs zodat wellicht ook je eigen speler met het formaat overweg kan. Een gratis en betrouwbaar pack voor Windows is K-Lite Codec Pack Basic. Kies Advanced tijdens de installatie om alle mogelijke en vaak geavanceerde opties te zien. Op deze site kun je ook vinden welke mediaformaten dit pakket zoal ondersteunt. Let op dat je niet zomaar ergens een willekeurig codec pack downloadt, want sommige hebben malware aan boord. De bovengenoemde is in elk geval zeker betrouwbaar.

©PXimport

Tip 02: Containers & codecs

Wanneer we het over videobestanden hebben dan moeten we het onderscheid maken tussen containers en codecs. Het begrip container heeft betrekking op het bestandsformaat (extensie), zoals .og (OGG), .mkv (Matroska Video), .avi (AVI), .mpg (MPEG) en .mov (MPEG 4, Apple). Zo’n container bevat de diverse componenten waaruit een video is opgebouwd, zoals de videostroom, soundtracks, ondertitels en allerlei metadata. Het begrip codec staat voor coding/decoding en zorgt er doorgaans voor dat de data gecomprimeerd worden zodat het resulterende videobestand minder schijfruimte of bandbreedte vereist. Zo’n codec zorgt er tevens voor dat de data automatisch weer worden gedecomprimeerd tijdens het afspelen. Er bestaan tal van codecs die allemaal zo hun voor- en nadelen hebben. Dat maakt het er niet makkelijk op om de optimale codec te selecteren. Het kan hierdoor bijvoorbeeld gebeuren dat je mediaspeler wel de container (bestandsformaat of -extensie) ondersteunt, maar over de gebruikte codec(s) struikelt. Creëer je zelf de video dan kan het helpen een andere codec te selecteren. In het andere geval kun je het bestand nog altijd converteren.

©PXimport

Tip 03: Presets

Zowel bij het zelf creëren als bij het converteren van een videobestand kun je moeilijk ontsnappen aan de begrippen container en codec. Wil je je daar niet al te veel in verdiepen, dan kun je het beste een gebruiksvriendelijke conversietool voor inzetten die een flink aantal ‘presets’ oftewel profielen bevat. Dat houdt in dat je een bepaald profiel kiest, bijvoorbeeld ‘Google Nexus 5 MPEG-4’, en dat je je verder niet om allerlei technische details hoeft te bekommeren. Online vind je een vergelijkend overzicht van diverse videoconverters.

Een van de betere gratis converters is Any Video Converter. AVC is beschikbaar voor Windows en macOS en kan naar eigen zeggen met meer dan 200 formaten overweg. Met een paar muisklikken installeer je de software.

Vanuit het hoofdvenster kun je via een uitklapmenu al meteen uit tal van profielen selecteren, netjes gecategoriseerd in rubrieken als Apple, Android, LG, Microsoft, TV Devices, HTML5 Embed Video en ook Audio Files (als je alleen de audio wilt extraheren). Elke rubriek heeft op zijn beurt diverse profielen. Kies je bijvoorbeeld Apple dan kun je uit talrijke iPhone-, iPad-, iPod- en Apple TV-modellen selecteren.

©PXimport

Tip 04: AVC

Zodra je een geschikt profiel hebt aangeduid kun je aan de slag. Je hoeft nu maar een of meerdere videobestanden naar het venster te verslepen of die te importeren via Add Video(s). Vanuit het tabblad Add URL(s) is het bovendien mogelijk online video’s, bijvoorbeeld uit Facebook, Vimeo of YouTube, te downloaden. De geïmporteerde video’s worden op een rijtje gezet en met Convert Now! kun je die in principe al meteen converteren. Wil je de diverse video’s tot één groot videobestand versmelten, zet dan onderaan de knop Join All Files op ON. De standaard uitvoermap lees je af in het rechterpaneel, bij Basic Settings, en kun je van hieruit ook aanpassen.

Erg handig is ook dat je alleen een bepaald fragment uit de video’s kunt halen (clip) om dat te converteren. Daartoe klik je het schaaricoontje rechtsboven zo’n video aan.

Liever geen audio? Dan selecteer je No audio in het uitklapmenu achter het luidsprekericoon en (eigen) ondertitels toevoegen doe je via het uitklapmenu bij het tekstballonnetje. Verder laat het verfborstel-icoon je ook toe diverse effecten los te laten op je video. Zo kun je de video bijknippen (crop), roteren, de helderheid, het contrast en de verzadiging aanpassen of bijvoorbeeld een watermerk of logo op de video plaatsen. Bij Other Effects tref je bovendien nog veel meer speciale effecten aan.

©PXimport

Tip 05: Aanpassingen

Je kunt weliswaar vertrekken van een bestaand basisprofiel, maar je hoeft niet noodzakelijk alle instellingen zonder meer over te nemen. Immers, afhankelijk van het gekozen profiel kun je zaken als video- en audiocodecs en bitrate aanpassen (het aantal bits dat per seconde wordt verwerkt). Dat doe je in het rechterpaneel in de rubrieken Video en Audio.

Het spreekt vanzelf dat de bestandsgrootte – en doorgaans ook de kwaliteit – samenhangt met de gekozen codec en bitrate. We hebben echter wel ondervonden dat AVC de video- en audio-opties niet altijd automatisch aanpast wanneer je een ander profiel kiest: de tool even herstarten lost dit op.

Overigens zijn er nog wel een aantal andere instellingen die je kunt aanpassen via het tandwielpictogram, rechtsboven. Houd er rekening mee dat die dan wel voor alle volgende conversie-operaties gelden, tot je die weer aanpast.

©PXimport

Tip 06: HandBrake

Neem je als gevorderde gebruiker het heft graag wat meer in handen dan kijk je beter uit naar een conversietool als HandBrake. Die werkt weliswaar ook met een hele reeks profielen (open het uitklapmenu bij Presets en selecteer een van de zes rubrieken, waaronder Device, General en Web), maar je krijgt meteen ook de gelegenheid een indrukwekkend aantal technische aspecten van de conversie bij te sturen. Wat containers betreft is de keuze beperkt (mp4 of mkv), maar er zijn wel talrijke opties voor de gebruikte video- en audiocodecs, die je op de gelijknamige tabbladen kunt instellen. Verder tref je hier nog tabbladen aan voor Dimensions, Filters, Subtitles en Chapters, waar je eveneens heel wat instellingen kunt aanpassen. De handleiding bij Handbrake is jammer genoeg niet zo uitgebreid. Wil je meer achtergrondinformatie over bepaalde parameters en instellingen dan zit er wellicht weinig anders op dan die te googelen.

©PXimport

Tip 07: Opdrachtregel

HandBrake biedt weliswaar een overzichtelijke grafische interface maar diehard video-liefhebbers regelen alle aspecten van zo’n conversie wellicht liever vanaf de opdrachtregel; met enige handigheid kun je langs deze weg ook conversies in batch uitvoeren. Daarvoor heb je de opdrachtregelvariant van HandBrake nodig, te downloaden op bovengenoemde website en beschikbaar voor Windows, macOS en Linux. Via het commando handbrakecli --help krijg je een overzicht van de parameters.

Wellicht de krachtigste tool voor multimediaconversies is echter FFMPEG, te vinden en beschikbaar voor Windows, macOS en Linux. In zijn eenvoudigste vorm kan zo’n commando er als volgt uitzien: ffmpeg -i invoer.mp4 uitvoer.webm. Let wel, een commando als ffmpeg -i invoer.mp4 uitvoer.mkv zou wellicht in een bestand met dezelfde codecs als invoer.mp4 resulteren, aangezien mkv-containers ontworpen zijn om met zowat elke videostroom overweg te kunnen.

©PXimport

Tip 08: Ffmpeg-parameters

Wil je andere codecs, dan moet je dat zelf aangeven met de parameters -c:v (video) en -c:a (audio), bijvoorbeeld als volgt (met als resultaat een mkv-bestand met een VP9-videostroom en een Vorbis-audiostroom):

ffmpeg -i invoer.mp4 -c:v vp9 -c:a libvorbis uitvoer.mkv

Je kunt bijvoorbeeld ook alleen de audiostroom aanpassen en dezelfde videostroom aanhouden:

ffmpeg -i invoer.webm -c:v copy -c:a flac uitvoer.mkv

Of je wijzigt alleen de container met behoud van de codecs:

ffmpeg -i invoer.webm -c:av uitvoer.mkv

Met andere parameters beïnvloed je de kwaliteit (bitrate van 1 Mb/s en framerate van 30 fps):

ffmpeg -i invoer.webm -c:a copy -c:v vp9 -b:v 1M -r 30 uitvoer.mkv

Er zijn nog talloze andere parameters mogelijk, bijvoorbeeld om de video in te korten, om de audio te extraheren, enzovoort. Houd er wel rekening mee dat sommige conversies flink wat tijd in beslag kunnen nemen.

Ook handig om weten: met de opdrachtregeltool Youtube-dl download je YouTube-video’s en bewaar je die lokaal met het commando youtube-dl <youtube-videourl>. Via youtube-dll --help of op Github krijg je een overzicht van de mogelijke parameters.

©PXimport

Tip 09: Audiobestanden

Heb je een aantal cd’s liggen die je graag in de oorspronkelijke kwaliteit op je pc wil bewaren dan kies je voor een ‘lossless’ audioconversie, zoals wav (circa 10 MB per minuut). Dat is mogelijk met een gratis tool als Exact Audio Copy.

Er zijn overigens ook lossless formaten zoals flac en wma lossless die de bestandsgrootte in vergelijking met wav bijna halveren (circa 6 MB per minuut) maar toch een bit-precieze reproductie van de originele cd-kwaliteit toelaten.

Moet het toch compacter kies dan voor een ‘lossy’ format zoals mp3, wma, aac en ogg vorbis. De resulterende kwaliteit hangt echter ook sterk samen met de gekozen bitrate. Het verschil in kwaliteit tussen het origineel en een mp3 met een variabele bitrate van 320 Kbps, of een aac of Ogg Vorbis met 192 Kbps bijvoorbeeld zal alleen merkbaar zijn voor een (zeer) geoefend oor.

Dergelijke conversies kun je weliswaar uitvoeren met de eerder vermelde tools zoals AVC, HandBrake en ffmpeg, maar er zijn ook specifieke audioprogramma’s. Een prima en gebruiksvriendelijke tool is Freemake Audio Converter, maar de gratis versie beperkt je helaas tot audiobestanden van drie minuten. Eveneens gratis is de opensource-tool Fre:ac.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review Dreame L10s Ultra (2nd gen) – Goedkoper en beter dan voorganger
© Wesley Akkerman
Huis

Review Dreame L10s Ultra (2nd gen) – Goedkoper en beter dan voorganger

Tot onze verbazing zien we dat de Dreame L10s Ultra (2nd gen) een van de grootste nadelen van zijn voorganger zomaar wegneemt: deze nieuwe robotstofzuiger is namelijk honderden euro's goedkoper dan zijn voorganger ooit geweest was. Sterker nog: ook nu nog is eerste L10s Ultra duurder dan zijn opvolger. Tijd om te bekijken hoe de Gen 2 in de praktijk presteert.

Uitstekend
Conclusie

Dreame heeft met de Dreame L10s Ultra (2nd Gen) een fijne balans gevonden tussen een uitgebreide en functionele robotstofzuiger en een redelijke prijs. De maximaal 700 euro die je betaalt, is geen immens hoog bedrag voor de prestaties die je in huis haalt. Je krijgt bovendien toegang tot allerlei premium functies, zoals uitschuifbare dweilpads en de borstel. Je moet er wel rekening mee houden dat je soms de dweil zelf even moet schoonmaken om de prestaties op hoog niveau te houden, maar verder vinden we deze robotstofzuiger top.

Plus- en minpunten
  • Flinke zuigkracht
  • Dweilen gaat veel beter
  • Uitschuifbare onderdelen
  • Aanpassingsmogelijkheden
  • Overzichtelijke app
  • Navigatie gaat beter
  • Prijs-kwaliteitverhouding
  • Objectherkenning niet altijd accuraat
  • Vereist wat handmatig onderhoud
  • Geen warm water
  • Dweil schoonmaken duurt lang
  • Hardnekkige viezigheid kan achterblijven

De Dreame L10s Ultra (2nd Gen) heeft een adviesprijs van 699 euro, maar is nu al online verkrijgbaar voor minder. Als je de introductieprijs van de voorganger in het achterhoofd neemt (meer dan duizend euro) dan begrijp je dat we daar enigszins verrast over zijn. Dat model uit begin 2023 beviel, maar stelde ook teleur op een aantal vlakken. Zo botste het nog wel eens ergens tegenaan, had je nog wat handmatig onderhoud, werd het tapijt niet goed schoongemaakt, was de app onoverzichtelijk en zat je als het ware vast aan de schoonmaakmiddelen van Dreame.

Zijn opvolger doet een hoop dingen anders, terwijl de ervaring toch grotendeels hetzelfde blijft. Daarmee bedoelen we dat fabrikant Dreame een aantal negatieve aspecten aangepakt heeft, en de positieve eigenschappen heeft behouden. En dat zonder de prijs te verhogen. Ergens kon dat ook niet anders, gezien het bestaan van bijvoorbeeld de Dreame X40 Ultra en de aankomende X50 Ultra. Die nemen het stokje over van de meest dure Dreame-robots van dit moment, waardoor de vernieuwde L10s Ultra een lager prijskaartje hanteert.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Navigeren gaat goed, maar…

De robot en de basis hebben eenzelfde, stijlvol en praktisch ontwerp als andere Dreame-robotstofzuigers en zijn daardoor inmiddels heel herkenbaar. Voor- en bovenop tref je de middelen aan voor objectherkenning, zoals een camera en een laser (LiDAR). Hoewel dit model wel over objectherkenning beschikt, zit er geen AI-camera aan boord (zoals op de duurdere stofzuigers). Over het algemeen navigeert de robot goed door het huis en vermijdt hij verschillende soorten spullen die op de grond liggen en staan.

Waar deze stofzuiger een beetje moeite mee heeft, zijn smalle openingen. Het lijkt net alsof het apparaat een bepaalde route niet 'durft' te nemen uit angst om ergens vast te komen zitten. Daardoor kan het gebeuren dat specifieke plekjes niet meegenomen worden. De objectherkenning laat ook nog wel een iets te wensen over. Het kan zijn dat de robot over kabels heenrijdt en daardoor zichzelf vastrijdt (als het dikke kabels zijn) of iets opzuigt (als het dunne kabels zijn). Bij ons lieten de dweilpads daardoor ook een keer los; die bleven hangen achter een dikke stekkerkabel.

©Wesley Akkerman

Apart bakje voor reinigingsmiddel

Net als de voorganger kan ook de Dreame L10s Ultra (2nd Gen) zijn twee roterende dweilpads niet achterlaten op het basisstation. Daardoor kunnen dat soort dingen zoals in de alinea hierboven beschreven nog wel eens fout gaan. Als zoiets gebeurt, dan stopt de robot met werken totdat je hem geholpen hebt. Als je dan op dat moment niet thuis bent, dan heb je pech. Gezien de prijs hebben we daar minder moeite mee dan voorheen, maar het kan het gebruik van een robotstofzuiger wel in de weg zitten. Helemaal als het apparaat ergens onder het bed stilstaat, en je er dus moeilijk bij kunt

Gelukkig heeft het basisstation wel een waardevolle upgrade gekregen in de vorm van een apart zeepbakje. Naast een bak voor schoon en een bak voor vies water, heb je nu een aparte bak waar je vloerreiniger in kunt stoppen. Dreame raadt uiteraard zijn eigen schoonmaakmiddelen aan, maar niets staat je in de weg zelf een middel uit te kiezen.

Helaas biedt dit model ook geen droogfunctie aan voor de gebruikte dweilpads. Ze worden wel schoongemaakt op het station, maar het duurt even voordat ze helemaal schoon en droog zijn voor de volgende ronde.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Maakt veel beter schoon

In vergelijking met de vorige versie maakt de Dreame L10s Ultra (2nd Gen) veel beter schoon langs randen. Dan bedoelen we langs de muren en plinten, maar ook de rand van een vloerkleed. Het gevaarte op wielen maakt dan kleine, schuine bewegingen heen en weer en rijdt kort van voren naar achteren om precies tot aan de rand schoon te kunnen maken. Het slaat in dat proces weinig tot geen stukken vloer over. Wel kan deze robotstofzuiger in een enkel geval nog wel eens met de natte dweil op het vloerkleed komen. Maar dat is niets om je zorgen om te maken.

Qua zuigkracht is het systeem er eveneens flink op vooruitgegaan, van 5300 Pa naar 10.000 Pa. Daardoor blijft er vrijwel geen stof achter op de plekken waar de Dreame L10s Ultra (2nd Gen) komt. Het kan zijn dat hij nog wel eens wat achterlaat op een hoogpolig kleed. Ook de hoekjes in huis worden niet superschoon, ondanks de uitschuifbare borstel. Maar eerlijk is eerlijk: de robot doet het veel beter dan de Dreame L10s Ultra. De borstel, gemaakt van kunststof, snijdt eventuele haren (van bijvoorbeeld huisdieren of jezelf, als je lang haar hebt) niet voor je kapot; dus je hebt zelf nog wat onderhoud aan het af en toe haarvrij maken van de borstel.

Overzichtelijke app

Dweilen gaat het systeem nog even goed af. Vooral voor het dagelijkse of wekelijkse onderhoud is de Dreame L10s Ultra (2nd Gen) uitermate geschikt, aangezien hij genadeloos afrekent met oppervlakkige vlekken. Als je wat meer hardnekkige viezigheid aan de vloer laat plakken, weet de robot daar ook nog wel raad mee. Vettigheid en opgedroogde troep kunnen echter een uitdaging vormen – waarschijnlijk omdat de stofzuiger geen gebruik maakt van warm water. De dweilpads zijn overigens eveneens uitschuifbaar, wat het schoonmaken ten goede komt.

Via de overzichtelijke app kun je heel snel bepalen hoeveel water en zeep de Dreame L10s Ultra (2nd Gen) moet gebruiken. Wellicht helpt het om die hoeveelheid aan te passen, waardoor hardnekkige viezigheid ook zou kunnen verdwijnen – maar meer water en zeep is geen garantie voor succes. Verder bepaal je in de app de zuigkracht, in welke mate de stofzuiger zijn rondes doet (met ruime of minder ruime bochten) en zie je hoe het gesteld is met de verschillende onderdelen. Met die laatste functionaliteit kun je goed zien wanneer iets aan vervanging toe is of wanneer je ergens een lapje over moet halen.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Dreame L10s Ultra (2nd Gen) kopen?

Tot slot is het goed om te zien dat de accu ruim drie uur meegaat. Dat is deels afhankelijk van de instellingen die je zelf prefereert, maar dan nog is het een zeer nette score. Dit voorkomt dat de robot lange omwegen moet maken om tussentijds op te laden, waardoor het werk sneller gedaan kan worden. Verder moet je qua onderhoud dus rekening houden met vastgelopen haren, de oprit (die snel vies wordt) en zowel de water- als zeepbakken. Niet heel veel meer dus dan bij duurdere modellen; maar vooral dat vastgelopen haar kan irritant worden.

Onderaan de streep vinden we dat Dreame met de Dreame L10s Ultra (2nd Gen) een fijne balans heeft gevonden tussen een uitgebreide en functionele robotstofzuiger en een redelijke prijs. De maximaal 700 euro die je betaalt, is geen immens hoog bedrag voor de prestaties die je in huis haalt. Je krijgt bovendien toegang tot allerlei premium functies, zoals uitschuifbare dweilpads en de borstel. Je moet er wel rekening mee houden dat je soms de dweil zelf even moet schoonmaken om de prestaties op hoog niveau te houden, maar verder vinden we deze robotstofzuiger top.

▼ Volgende artikel
Maakt je blender lawaai? Zo los je het op
© InsideCreativeHouse
Huis

Maakt je blender lawaai? Zo los je het op

Een blender of een keukenmachine maakt geluid, dat is nu eenmaal zo. Er zitten bewegende onderdelen in, en er komt flink wat kracht bij kijken. Maar wat als je blender meer lawaai maakt dan zou moeten? Gelukkig kun je dat vaak zelf oplossen. Hier lees je hoe.

In dit artikel lees je:

  • Waarom je blender zo'n herrie maakt
  • Dat dat eigenlijk best logisch is
  • Dat je er (misschien) toch iets aan kunt doen

Lees ook: 9 dingen die je óók met je blender kunt maken

Waarom maakt mijn blender lawaai? 

De messen van een blender draaien doorgaans in de rondte met zo'n 20.000 toeren per minuut – bijna tien keer zo veel als de wielen van je auto als je lekker aan het cruisen bent. Geen wonder dus dat daar wat geluid bij komt kijken. 

Oudere blenders maken vaak meer lawaai dan nieuwe, en hoe langer je je blender hebt, des te meer geluid hij gaat maken, omdat de onderdelen verouderd raken. Daar is verder weinig aan te doen, behalve een nieuwe blender kopen. 

Stille blenders

Er zijn steeds meer stille blenders op de markt, al blijven ze natuurlijk altijd geluid maken. Doorgaans geldt dat hoe krachtiger het model, des te hoger de geluidsproductie. Denk dus goed na of je wel de krachtigste blender nodig hebt, of dat je het met een simpeler – en stiller! – model af kan. 

Fabrikanten doen er ook steeds meer aan om het geluid tegen te houden, bijvoorbeeld door een geluidsreductiesysteem en een slimme vorm van de messen en de glazen kan. Nieuwer is niet altijd beter, maar in dit geval vaak wel. 

©HP

Resonantie

Een van de hoofdredenen van een luide blender is de resonantie in de rest van je keuken. Probeer je blender maar eens op te tillen tijdens het blenden: dan hoor je meteen een stuk minder. Dat komt doordat het geluid doordreunt in het keukenblad, of zelfs in de muren waar de blender bij in de buurt staat. 

Zorg er dus voor dat de blender zo vrij mogelijk staat, niet tegen de muur en er ook niet vlakbij. Je kunt ook tijdelijk een handdoek of theedoek onder de blender leggen om het doordreunen te voorkomen, al moet je er wel voor zorgen dat het apparaat waterpas blijft staan. 

Veel blenders en keukenmachines hebben zuignappen, zodat ze wel op hun plek blijven staan, maar niet direct met het aanrechtblad in aanraking komen. Dat scheelt ook weer een slok op een smoothie! 

Conclusie

Je blender maakt nu eenmaal geluid, daar is weinig aan te doen. Je kunt het wel binnen de perken houden door te zorgen dat de blender goed waterpas staat en dat alle onderdelen goed schoon zijn. Zet hem niet tegen of in de buurt van de muur, en zet hem eventueel op een handdoek of theedoek om de ergste trillingen te voorkomen. En anders kun je natuurlijk altijd op zoek gaan naar een nieuwe, stille blender.