ID.nl logo
10 handige tips en trucs voor Excel
© PXimport
Huis

10 handige tips en trucs voor Excel

In Microsoft Excel kun je een adressenlijst maken, een boekhouding bijhouden, en natuurlijk allerlei andere berekeningen maken. De basis van Excel is helemaal niet zo ingewikkeld. Met deze tien handige tips voor Excel gebruik je het klassieke programma nog handiger en sneller.

Tip 01: Alles selecteren

We beginnen met een redelijk eenvoudig trucje, maar wel eentje die erg handig is. Wanneer je alles wilt selecteren in een spreadsheet, dan kun je daar de toetscombinatie Ctrl+A voor gebruiken. Het probleem met die toetscombinatie is dat die in Excel niet altijd alle gegevens uit je werkblad selecteert. Heb je een reeks gegevens in je spreadsheet met daarna een lege kolom en je drukt op Ctrl+A, dan wordt vaak alleen het blok met de gegevens geselecteerd waarin de muisaanwijzer zich bevindt. Nogmaals drukken op Ctrl+A en je hebt dan wel alle gegevens. En ben je een beetje onhandig (en daar hebben we dus ervaring mee) en druk je één keer te vaak op de A (of per ongeluk op een andere toets), dan wordt alles vervangen door die letter A. Dat is gelukkig weer te herstellen met de functie Ongedaan maken. Gebeurt dit je nu vaak en wil je een andere manier hebben om alle gegevens uit je werkblad te selecteren? Klik dan linksboven op de kruising boven rij 1 en links naast cel A op het driehoekje en alles is geselecteerd.

©PXimport

Tip 02: Meerdere rijen toevoegen

Een rij of kolom toevoegen in Excel is redelijk eenvoudig. Je kunt in het tabblad Start in het lint onder het kopje Cellen klikken op Invoegen, en daar kiezen voor Bladrijen of Bladkolommen. Een andere optie is rechtsklikken op een cel en vervolgens kiezen voor Invoegen / Hele rij of Hele Kolom. Kies je voor een rij, dan wordt deze ingevoegd boven de rij waarin je muisaanwijzer staat, kies je voor een kolom dan wordt deze toegevoegd aan de linkerkant van de kolom waarin je muisaanwijzer staat. Wil je niet slechts één rij invoegen, maar een stuk of twintig? Dan werkt dit natuurlijk omslachtig. Gelukkig heeft Microsoft hieraan gedacht. Stel dat je twintig rijen wilt toevoegen, dan klik je op een rijnummer aan de linkerkant en sleep je de muis omlaag tot je twintig rijen hebt geselecteerd. Rechtsklik nu op deze selectie en kies voor Invoegen. Excel begrijpt nu automatisch dat je rijen wilt toevoegen, en voegt precies evenveel rijen toe als dat je geselecteerd hebt. Op die manier werkt het uiteraard ook met kolommen.

©PXimport

Excel kan eenvoudig verschillende notatievormen gelijktrekken met behulp van Flash Fill

-

Tip 03: Flash Fill

Stel je hebt een document vol met namen en adressen, maar elke waarde is compleet anders geschreven. De ene naam heeft wel een hoofdletter, de andere niet. De ene postcode heeft een spatie tussen de cijfers en de letters, maar bij de andere is alles aan elkaar geplakt. Je kunt er natuurlijk voor kiezen om alles zo te laten of om alles handmatig aan te passen. Maar wat nu als we je vertellen dat het ook veel eenvoudiger kan? Excel kan heel veel dingen namelijk eenvoudig voor je rechtzetten met de functie Flash Fill. Neem nu even de rijen met voornamen, waarbij we ervan uitgaan dat voor- en achternamen in een aparte kolom staan. Selecteer de gehele kolom met voornamen, maak een nieuw werkblad aan in Excel en plak deze kolom in dat werkblad. Typ nu in de kolom daar direct naast de eerste drie voornamen op de manier zoals ze moeten worden geschreven (dus met beginhoofdletter). Tijdens het typen geeft Excel al aan dat het de rest van de kolom kan corrigeren. Druk je op Enter tijdens deze preview, dan wordt dit direct uitgevoerd op de hele kolom. Wil je de actie later zelf initiëren dan doe je dat met Ctrl+E.

©PXimport

Rekenmachine

Hoewel Excel heel goed is in dingen uitrekenen, kan het soms sneller en prettiger zijn om even iets uit te rekenen in de Rekenmachine van Windows (om vervolgens iets met die waarde binnen Excel te doen). Bijvoorbeeld als je niet per ongeluk je huidige werkblad wilt aanpassen. Sommige toetsenborden hebben een sneltoets die de Rekenmachine van Windows oproept, maar dat geldt lang niet voor alle toetsenborden. Wist je al dat je eenvoudig een snelkoppeling naar de rekenmachine kunt toevoegen binnen Excel? Klik hiervoor op het pijltje naar beneden naast de pictogrammen voor Opslaan, Ongedaan maken en Opnieuw helemaal bovenin, en daarna op Meer opdrachten in het menu dat uitklapt. Selecteer nu de optie Rekenmachine in het linkerdeelvenster (als je deze niet ziet, kies dan in het uitklapmenu bovenaan eerst voor Alle opdrachten) en voeg deze toe aan het rechterdeelvenster. De rekenmachine wordt nu als pictogram toegevoegd in de werkbalk Snel starten. Dit is uiteraard niet alleen voorbehouden aan de rekenmachine, je kunt hier in principe alle functies toevoegen die binnen Excel bestaan.

©PXimport

Tip 04: Rij/kolom vastzetten

Wanneer je werkt met een kleine hoeveelheid gegevens in Excel, dan is het vrij eenvoudig om te zien in welke kolom of rij je aan het werk bent. Meestal heb je in de bovenste en meest linkse cellen van een werkblad staan welke gegevens er in die rij/kolom staan. Maar als het om zo veel gegevens gaat dat je moet scrollen om alles te kunnen zien, dan is het behoorlijk irritant wanneer je niet meer kunt zien tot welke rij of kolom een bepaalde cel behoort. Dat kun je heel eenvoudig oplossen door een rij of kolom vast te zetten. Wanneer je dit doet, dan zal de betreffende rij of kolom niet meebewegen als je scrolt in het document, zodat je te allen tijde kunt zien waartoe een bepaalde cel behoort. De functie is heel eenvoudig, maar zorgt nog weleens voor verwarring omdat soms ineens de halve spreadsheet geblokkeerd wordt. Het heeft alles te maken met waar je de muisaanwijzer plaatst. Als je de eerste rij en de eerste kolom wilt vastzetten, klik dan op cel B2. Wanneer je nu in het lint klikt op Beeld en vervolgens op Blokkeren / Titels blokkeren, dan wordt alles boven rij 2 en alles links van cel B (oftewel in dit geval rij 1 en kolom A) vastgezet. Losmaken doe je via Blokkeren / Titelblokkering opheffen.

©PXimport

Tip 05: Supersnel optellen

Je kunt met Excel de meest ingewikkelde berekeningen maken, maar soms wil je gewoon even weten wat de optelsom is van een aantal waarden in je spreadsheet. Theoretisch kun je daar natuurlijk netjes een formule voor aanmaken, maar omdat het zo’n veelgebruikte functie is, heeft Excel dat een stuk eenvoudiger gemaakt. Het enige dat je hoeft te doen om een reeks waarden in je spreadsheet bij elkaar op te laten tellen, is de cel onder of naast de reeks waarden aan te klikken die je bij elkaar wilt optellen en vervolgens te drukken op Alt+=. De functie SOM wordt nu automatisch toegepast op de reeks waarden en de uitkomst wordt weergeven in de actieve cel. Als je niet zo van toetscombinaties houdt, kun je ook klikken op de knop AutoSom in het tabblad Start onder het kopje Bewerken. Klik je op het pijltje direct naast AutoSom, dan vind je daar nog een aantal andere snelle functies terug. Bijvoorbeeld om het gemiddelde van een reeks waarden uit te rekenen, of om aan te laten geven hoeveel getallen de serie gegevens bevat (in plaats van die waarden bij elkaar op te tellen).

©PXimport

Nemen je koppen teveel ruimte in? Dan verander je toch gewoon de leesrichting?

-

Tip 06: Verticale koppen

Tegen dit probleem ben je ongetwijfeld weleens aan gelopen: je hebt een tabel gemaakt, maar de koppen van de kolommen zijn zo lang, dat de tabel veel breder is dan je zou willen, terwijl de inhoud van de kolom zelf helemaal niet zo breed is. Dat maakt vaak niet zoveel uit als het document alleen bedoeld is om gegevens digitaal weer te geven, maar als je het document uit wilt printen, dan kan het problematischer zijn. Bijvoorbeeld omdat er dan net drie kolommen op een andere pagina vallen. De eenvoudigste en snelste manier om dat op te lossen (zonder de gegevens in een superklein lettertype te hoeven zetten) is door de koppen verticaal te maken. Je kunt dit heel eenvoudig doen door de gehele rij met koppen te selecteren en vervolgens te klikken op het pictogram Afdrukstand (ab met een diagonale pijl) in tabblad Start / Uitlijning. Je kunt dan eenvoudig gaan voor verticale tekst, maar wat ook interessant is, is klikken op Celuitlijning opmaken. Je kunt dan veel meer zelf bepalen, en bijvoorbeeld de kopteksten diagonaal weergeven. Dat neemt minder ruimte in dan horizontaal, meer dan verticaal, maar het staat wel veel mooier.

©PXimport

Tip 07: Snel kopiëren

In principe is het verplaatsen en kopiëren van de inhoud van cellen in Excel niet zo ingewikkeld, maar het wil nog weleens tot conflicten leiden wanneer de doelcellen die je (al dan niet per ongeluk) hebt geselecteerd, niet overeenkomen met de broncellen. Ter illustratie, je kunt een reeks van tien cellen niet plakken in een selectie van negen cellen. Er is gelukkig een heel eenvoudige manier om al dit soort zaken te vermijden, en dat is door handig gebruik te maken van de functie Verplaatsen binnen Excel. Wanneer je de inhoud van een cel wilt verplaatsen, dan kun je deze zeer eenvoudig verslepen. Hiervoor klik je op de cel (of de reeks cellen) die je wilt verplaatsen en zet je de muisaanwijzer op de zijkant van de cel (of de reeks) tot je muisaanwijzer verandert in een pijltje met een kruis. Wanneer je nu klikt en sleept, zul je de inhoud van de cellen verslepen naar de plek waar je je muisaanwijzer loslaat. Houd je de Ctrl-toets ingedrukt tijdens het verslepen, dan zal de inhoud van de cel (of reeks) niet worden verplaatst, maar gekopieerd naar de plek waar je de muisknop loslaat!

©PXimport

Tip 08: Inhoud combineren

Aan het begin van dit artikel hebben we het gehad over Flash Fill, waarin we een voorbeeld bespraken waarin alle voor- en achternamen een eigen kolom hadden. Die voor- en achternamen in een aparte kolom kan heel handig zijn, vooral wanneer je de kolom voornamen (of juist achternamen) afzonderlijk wilt kunnen gebruiken om bijvoorbeeld de aanhef voor brieven te genereren. Vind jij het juist onhandig en wil je voor- en achternamen gecombineerd hebben in één cel? Dat kun je heel eenvoudig realiseren. Laten we er even van uitgaan dat de voornaam in Cel A1 staat en de achternaam in cel B1. Wanneer je nu klikt op de Cel C1, typ je in de formulebalk: =A1&" "&B1. Tussen de aanhalingstekens staat een spatie, om te voorkomen dat de voor- en achternaam aan elkaar worden geplakt. De formule zegt dus letterlijk: neem de inhoud van cel A1, voeg daar een spatie aan toe, en vervolgens de inhoud van cel B1, en geef het resultaat weer in de huidige cel. Op die manier kun je de inhoud van allerlei cellen in Excel eenvoudig combineren. Scheiden is overigens een stuk moeilijker (maar niet onmogelijk).

©PXimport

Tip 09: Vergelijkingen uittekenen

Lang niet iedereen werkt met vergelijkingen in Excel, maar als je daar wel mee moet werken (bijvoorbeeld voor een schoolopdracht van de kinderen) dan kan dat een behoorlijk gedoe zijn om de juiste manier te vinden om die in te voeren. Gelukkig heeft Microsoft sinds Excel 2016 een functie toegevoegd waarmee je vergelijkingen precies zo kunt uittekenen zoals je dat op papier zou doen, waarna het programma deze automatisch omzet in een digitale vergelijking. Om deze functie op te roepen klik je in het tabblad Invoegen in het lint bij het vakje Symbolen op Vergelijking en klik je vervolgens op Handgeschreven vergelijking helemaal onderin. Er verschijnt nu een pop-up waarin je je vergelijking kunt uittekenen. Dit werkt uiteraard helemaal fantastisch wanneer je een aanraakscherm met pen hebt, maar het is ook goed met de muis te doen. Het enige waar je rekening mee moet houden is dat je je symbolen duidelijk moet schrijven, zodat Excel goed onderscheid kan maken tussen bijvoorbeeld de letter c en een haakje openen. Gelukkig kun je verkeerd geïnterpreteerde krabbels eenvoudig corrigeren. Tijdens het typen wordt een digitale equivalent realtime getoond, zodat je kunt bijsturen waar nodig.

©PXimport

Tip 10: Transponeren

Stel je hebt in Excel een grote hoeveelheid gegevens ingevoerd, maar ontdekt vervolgens dat de manier waarop je dat gedaan hebt, achteraf niet zo handig is. Zo kan het gebeuren dat je een reeks titels hebt opgevoerd als kolomtitels, terwijl ze veel beter tot hun recht zouden komen als rijtitels. Je zou dan alles handmatig kunnen omzetten, maar niet alleen is dat heel veel werk, het maakt het risico op fouten ook erg groot. Zonde, zeker als je weet dat het nergens voor nodig is, omdat Excel al het omzetwerk voor je kan doen. Selecteer hiervoor het gebied dat je wilt transponeren (zoals dit omzetten zo mooi heet) en kopieer het. Vervolgens maak je een nieuw werkblad aan en klik je in het tabblad Start op Plakken en vervolgens onder Plakken op Transponeren. Al je gegevens worden nu geplakt, maar wat een kolom was wordt een rij, en wat een rij was wordt een kolom. Wanneer je de gegevens in het nieuwe werkblad geplakt hebt, raden we je wel aan om het oude werkblad te verwijderen om eventuele verwarring te voorkomen.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!
© andrey
Huis

Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!

Hoewel koken op gas voorlopig nog mag, is duidelijk dat de toekomst elektrisch is. Veel mensen stappen nu al over op elektrisch koken – vaak in combinatie met inductie. Ben jij toe aan een nieuwe kookplaat of wil je van het gas af? Dan is het goed om te weten hoe je zo’n elektrische kookplaat aansluit, waar je op moet letten en wanneer je beter een professional kunt inschakelen.

Na het lezen van dit artikel weet je:
  • Dat er 1-, 2- en 3-fase-aansluitingen en -kookplaten zijn
  • Hoe je met de multimeter bepaalt wat voor aansluiting jij hebt
  • Hoe je de elektrische kookplaat aansluit

Dit vind je vast ook interessant: Wat voor soort kookplaten zijn er?

Eén, twee of drie fasen: wat betekent dat?

In tegenstelling tot een gaskookplaat, die je simpelweg aan een gasaansluiting koppelt, is een elektrische kookplaat net iets technischer. Zo'n kookplaat kan worden aangesloten op één, twee of drie elektrische fasen. Welke van de drie je nodig hebt, hangt af van het vermogen van je kookplaat én van de aansluiting in je keuken.

Een 1-fase kookplaat is het eenvoudigst. Die werkt op een gewone stekker met twee pinnen, precies zoals je gewend bent van andere apparaten in huis. Deze modellen hebben een beperkt vermogen – maximaal 3680 watt – maar zijn vaak krachtig genoeg voor wie niet al te fanatiek kookt. Aansluiten is simpel: stekker erin en je kunt aan de slag.

Voor een 2-fase kookplaat heb je een zogenoemde perilex-stekker nodig, met vijf pinnen. Die zie je vooral bij iets krachtigere inductiekookplaten. Meestal worden dit soort kookplaten zonder stekker geleverd, en is het slim om een elektricien in te schakelen voor de installatie. Het benodigde vermogen ligt tussen de 3681 en 7360 watt.

Een 3-fase kookplaat vraagt nog meer stroom en werkt op krachtstroom. Ook hier gebruik je een perilex-stekker met vijf pinnen, maar je moet wel eerst controleren of je meterkast daar op is voorbereid. De aansluitwaarde ligt boven de 7360 watt en het is belangrijk dat de aansluiting klopt – anders werkt de kookplaat niet of loop je zelfs risico op overbelasting. Laat dit daarom bij voorkeur aan een vakman over.

©vectorizer88 - stock.adobe.com

Een kookplaat voor 1- en 2-fase

Je kunt ook kiezen voor een kookplaat met powermanagement. Dat is een kookplaat die je op een normaal stopcontact of op een perilex-stopcontact aansluit. Deze kookplaat kun je in de toekomst uitbreiden, als je dat wilt, maar hiervoor hoef je nu nog niet meteen de aanpassingen in de meterkast en aansluiting door te voeren. Als je wel de aanpassingen in de meterkast laat doen, heb je profijt van de kracht van een 2-fase kookplaat.

Hoe weet je welke kookplaat bij je keuken past?

Wat je kunt aansluiten, hangt af van het type stopcontact in je keuken. Heb je een standaard wandcontactdoos met twee gaten? Dan past daar alleen een 1-fase kookplaat op. Die worden meestal geleverd met stekker en snoer, zodat je hem meteen kunt gebruiken.

Zie je een perilex-stopcontact (met vijf gaten)? Dan is je keuken in principe geschikt voor een 2- of 3-fase kookplaat. Alleen weet je dan nog niet of je meterkast daadwerkelijk drie fasen aankan. Dat kun je op twee manieren controleren: met een multimeter of door in je meterkast te kijken.

Zo check je de aansluiting met een multimeter

Heb je een multimeter in huis? Dan kun je precies meten hoeveel fasen je aansluiting ondersteunt. Teken op een papier het patroon van het perilex-stopcontact en noteer per gat wat je meet. Prik met één pin in het middelste gat (de aarde) en meet met de andere pin de overige vier. Krijg je twee keer 230 volt en twee keer 0? Dan heb je een 2-fase aansluiting. Meet je drie keer 230 volt en één keer 0? Dan is het een 3-fase aansluiting. Label de gaten met ‘L’ voor stroom en ‘N’ voor nul, zodat je straks precies weet wat waar hoort.

©Dmitriy

Voordat je een kookplaat aanschaft, check je eerst de nismaat van je aanrechtblad. Meet met een rolmaat eerst de nis op in het aanrechtblad. Doe dit voor de breedte, de diepte en de hoogte. Komen de afmetingen niet overeen met de kookplaat die je graag wilt? Kijk dan of je het aanrechtblad kunt aanpassen.

Geen multimeter? Kijk in de meterkast

Heb je geen meetapparatuur? Dan kun je in de meterkast zien hoeveel fasen er beschikbaar zijn. Bij een 2-fase aansluiting zie je twee gekoppelde groepen met een hendel ertussen. Zie je vier gekoppelde groepen? Dan is er krachtstroom aanwezig en kun je dus ook een 3-fase kookplaat aansluiten – mits het stopcontact daar geschikt voor is.

©auremar

Zelf een kookplaat aansluiten

Ga je zelf aan de slag? Dan is het belangrijk dat je weet wat je doet. Elektriciteit is geen speelgoed, dus bij twijfel: bel een vakman. Heb je een 1-fase kookplaat met powermanagement die je op een normaal stopcontact wilt aansluiten? Dan moet je deze eerst correct instellen.

Leg om te beginnen een stuk piepschuim onder de kookplaat, zodat je hem veilig kunt omdraaien zonder krassen of barsten. Plak daarna de afdichtband rondom het apparaat, bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de glasrand. Begin aan de achterkant, zodat de naad niet in het zicht valt.

Open het aansluitcompartiment onder de kookplaat en controleer het aansluitschema dat daar staat. Gebruik de bijgeleverde bruggetjes om de juiste verbindingen te maken. Sluit het snoer aan: bruin op L, blauw op N en geelgroen op aarde. Zet het snoer vast met trekontlasting en sluit het klepje.

Draai nu de kookplaat weer om en steek de stekker in het stopcontact. Leg de kookplaat op z’n plek in het aanrechtblad. Houd de pauzeknop vijf seconden ingedrukt om het menu te openen. Zoek via de plusknop naar het onderdeel ‘PO’ (power) en stel het vermogen in op 3.7 in plaats van 7.4. Bevestig dit door de pauzeknop nog eens vijf seconden ingedrukt te houden. Je kookplaat is nu geschikt voor een standaard aansluiting.

Houd de stekker op de juiste positie tijdens het meten met de multimeter. Kijk hoe je de stekker in het getekende stopcontact zou steken, zodat je de juiste kleuren van de draden noteert op je tekening.

Een 2-fase kookplaat aansluiten: zo werkt het

Heb je een 2-fase kookplaat? Dan moet je eerst bepalen welke kleur draad bij welk contact hoort. Meet het snoer door met een multimeter, op de piepstand of op de Ohm-stand. Noteer welke draad bij welke stekkerpin hoort en gebruik die info bij het aansluiten.

Open vervolgens het aansluitvak onder de kookplaat en kijk welk aansluitschema je moet gebruiken. L1 en L2 koppel je aan de juiste stroomdraden, 01 en 02 aan de juiste nuldraad. Maak de trekontlasting los, sluit de draden aan zoals je eerder hebt gemeten, en zet alles weer stevig vast.

Steek daarna de stekker in het stopcontact en plaats de kookplaat netjes in het blad. Dankzij de afdichtband blijft alles goed op z'n plek. Zet vervolgens de kookplaat aan en test of alle kookzones werken. Krijg je een foutmelding? Dan is er waarschijnlijk iets misgegaan bij het aansluiten. Geen foutmelding? Dan is je kookplaat klaar voor gebruik.

©S.Engels

Het is gebruikelijk dat de pannen een licht tikkend of zoemend geluid maken tijdens het koken. Dit heeft te maken met het magnetisch veld van de kookplaat. Ruik je een vreemde geur na het installeren van de kookplaat? Dit is ook gebruikelijk en de geur trekt uiteindelijk weg.

▼ Volgende artikel
⛈️ Wat te doen bij onweer: thuis, buiten en op de camping
© Olga Yastremska, New Africa, Africa Studio
Huis

⛈️ Wat te doen bij onweer: thuis, buiten en op de camping

Vooral in de zomer is het vaak raak: code geel of code oranje wegens onweer. Weet jij wat je wél en juist níet moet doen als er een onweersbui nadert? Thuis kun je veel risico's beperken, maar juist buitenshuis – en zeker op de camping – is het opletten geblazen. In dit artikel lees je hoe je jezelf en anderen beschermt, of je nu binnen, buiten of aan het kamperen bent.


In het kort:

⚡ Onweer & thuis ⚡ Onweer & buiten ⚡ Onweer en kamperen: 🏕️ Tent 🚐 Caravan

Lees ook: Regen, regen en nog eens regen … zo voorkom je wateroverlast

Thuis tijdens onweer: veilig, maar niet zonder risico's

In huis ben je relatief goed beschermd tegen blikseminslag, zeker als het gebouw voorzien is van een goede bliksemafleider. Toch zijn er een paar voorzorgsmaatregelen die je serieus moet nemen. Gebruik bij onweer liever geen apparaten die verbonden zijn met het stroomnet of met leidingen. Denk aan de wasmachine, een vaste telefoon of een bedrade computer. Bliksem kiest daarbij meestal de makkelijkste route naar de grond, en dat zijn vaak metalen onderdelen in huis zoals koperdraden of waterleidingen.

Trek bij voorkeur de stekkers uit het stopcontact van kwetsbare apparatuur zoals computers, tv's of de router. Een stekkerdoos met overspanningsbeveiliging biedt wel wat bescherming, maar niet bij een directe inslag. Ga liever ook niet douchen of in bad, want waterleidingen kunnen de elektrische spanning van een blikseminslag geleiden.

Ramen kun je gewoon dicht houden, en als je wilt kijken naar het natuurgeweld, doe dat dan vanaf een veilige plek binnenshuis. Zorg dat huisdieren binnen zijn en zet het alarmsysteem even uit als dat storingsgevoelig is bij blikseminslag.

Buiten bij onweer: voorkom dat je zelf bliksemafleider bent

Ben je onderweg of buiten als het begint te donderen, dan is het zaak om snel te handelen.

Onthoud: als je de bliksem ziet en binnen 10 seconden de donder hoort, zit je binnen de gevarenzone. Zoek dan zo snel mogelijk een veilige schuilplek.

De veiligste plek is een gebouw met muren en een dak – bijvoorbeeld een winkel, huis of station. Een auto met metalen carrosserie is ook een prima optie. Die werkt als een kooi van Faraday en geleidt de stroom om je heen in plaats van door je heen.

Vermijd tijdens onweer open velden zoals weilanden of sportterreinen, want daar ben je letterlijk het hoogste punt. Ook hooggelegen plekken zoals duinen of heuveltoppen vormen een risico. Zoek geen beschutting onder een boom die in z'n eentje op een veld staat – dat is juist een bliksemmagneet. Blijf verder uit de buurt van metalen objecten zoals hekken, masten of fietsen, en houd afstand van water – of dat nu een meer, sloot of zwembad is.

Kun je nergens heen? Maak jezelf dan zo klein mogelijk: hurk neer op je voetzolen, houd je voeten tegen elkaar en wikkel je armen om je knieën. Ga niet liggen; zo vergroot je je contactoppervlak met de grond, wat het risico op aardstroom vergroot.

©ID.nl

Kamperen met onweer: extra opletten in tent of caravan

Kamperen geeft een gevoel van vrijheid, maar bij onweer ben je juist extra kwetsbaar. Een tent biedt geen enkele bescherming tegen bliksem, hoe stevig het doek ook is. Het metalen frame vergroot het risico juist, vooral als je op een open veld kampeert of vlak bij een losse boom staat.

Als er onweer op komst is, zoek dan zo snel mogelijk een veilig onderkomen. Een stenen sanitairgebouw, de receptie of je auto bieden veel meer bescherming dan een tent. Zit je in een camper of caravan met een metalen buitenkant? Dan ben je redelijk veilig, mits je ramen en deuren gesloten houdt en geen contact maakt met metalen delen. Stacaravans met een houten of kunststof omhulsel bieden die bescherming niet: het klopt dat ze geen stroom geleiden, maar ze voeren die ook niet af. Daardoor kan een blikseminslag via leidingen of metalen onderdelen binnen alsnog gevaarlijk uitpakken. Tijdens onweer blijf je dus beter uit de buurt van dat soort constructies.

Laat ook je elektronische spullen niet in de tent of aan opladers zitten. Berg ze los op, zonder kabels of contact met de grond.

Staan er bomen op de camping? Zorg dat je tent daar niet direct onder staat. Bij inslag kunnen takken afbreken of kan de bliksem via de wortels naar de grond doorslaan. Ook op campings in de bergen of aan open water is het risico op blikseminslag extra hoog – check bij aankomst wat de aanbevolen schuilplaatsen zijn.

En hoe zit het met de tentstokken?

Metalen tentstokken zijn niet per definitie gevaarlijk, maar ze kunnen wel extra risico opleveren bij onweer. Omdat tenten vrijwel altijd met metalen haringen in de grond staan, is er al snel sprake van een geleidende verbinding met de bodem. Bij een blikseminslag kan de stroom zich dan via het frame en de haringen verspreiden, met risico voor wie zich in de tent bevindt. Daarom blijft het advies: verlaat bij onweer de tent en zoek een écht veilige plek op.

Tot slot: een goede voorbereiding helpt

Kijk altijd naar de weersvoorspelling voordat je op pad gaat. Veel weerapps geven een melding bij onweerskansen, vaak met een tijdsindicatie en locatie. Op de camping is het handig om bij aankomst al te weten waar je naartoe kunt bij slecht weer.

Zorg ook dat je zaklamp, powerbank en radio of noodaccu paraat hebt als je kampeert, voor het geval de stroom uitvalt. En vooral: blijf rustig. Onweer is gevaarlijk, maar met de juiste kennis en voorzorgsmaatregelen voorkom je ongelukken.

🔦 Voor als de stroom uitvalt

Licht in de duisternis!