ID.nl logo
De route naar je eigen router
© Reshift Digital
Huis

De route naar je eigen router

Als je een internetabonnement afsluit, dan verstrekt de provider meestal een eigen (modem/)router waarmee je de internetverbinding kunt gebruiken. Al jarenlang verschijnt er af en toe in het nieuws dat internetproviders verplicht worden om klanten in de gelegenheid te stellen in plaats daarvan hun eigen apparatuur te gebruiken. Ook dit jaar is de eigen router weer volop in het nieuws. Een klant van Ziggo won een zaak hierover bij de Geschillencommissie Telecommunicatiediensten en afgelopen maand werd de knoop door de ACM doorgehakt: er komt in 2022 een vrije modemkeuze.

In de wet is sinds 2016 een besluit eindapparaten opgenomen. Dit besluit is gebaseerd op de Europese richtlijn 2008/63/EG, waarin wordt aangegeven dat gebruikers zelf eindapparaten kunnen aansluiten. Helaas is de praktijk weerbarstiger. In de wet staan bijvoorbeeld de termen eindapparaten en netwerkaansluitpunten, maar deze termen zijn niet sluitend gedefinieerd.

Dat is overigens wel geprobeerd. In 2017 was er vanuit het ministerie van Economische Zaken en Klimaat een consultatie over de beleidsregel netwerkaansluitpunt. Na het afronden van de consultatie besloot staatssecretaris Mona Keijzer de beleidsregel toch niet te uit te voeren, omdat de bevoegdheid door nieuwe Europese regels bij toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM) was komen te liggen. Hierdoor moest de hele procedure opnieuw beginnen.

Dit duurde uiteindelijk tot juli 2020, toen de ACM zijn conceptbeleidsregel netwerkaansluitpunt publiceerde. De ACM verwachtte toen dat de regel in 2021 van kracht zou worden, maar vervolgens werd het stil. Begin juli kwam de ACM met een tussentijdse update waarin de verwachting werd uitgesproken dat de beleidsregel deze zomer gepubliceerd gaat worden. Dat duurde niet lang, want al op 27 juli publiceerde de ACM hun Beleidsregel Handhaving Besluit Eindapparaten die je hier vindt.

©PXimport

Regulering netwerktoegang

De ACM onderzoekt momenteel ook of de toegang tot vaste telecomnetwerken moet worden gereguleerd. Hierbij gaat het om de voorwaarden voor toegang van telecomaanbieders zonder een eigen netwerk tot de netwerken van KPN en VodafoneZiggo, die wel (vrijwel) landelijke dekking bieden. De ACM oordeelde in het verleden dat KPN en VodafoneZiggo hun netwerk moesten openstellen voor de concurrentie. Vorig jaar is die regulering voor toegang vervallen na een uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBp). Toegang tot het netwerk van KPN was tot die uitspraak gereguleerd en de ACM wilde dat ook laten gelden voor het netwerk van VodafoneZiggo. In het najaar publiceert de ACM een ontwerpbesluit waar telecomaanbieders op kunnen reageren. KPN biedt nog steeds toegang tot zijn netwerk, al zijn de toegangsvoorwaarden volgens de ACM na de uitspraak van het CBp wel aangepast.

Waar begint je netwerk?

De vraag die centraal staat, is waar het netwerk van de internetprovider eindigt en je eigen netwerk begint. In de praktijk zijn er drie keuzes: de eerste keuze is dat het aansluitpunt wordt gevormd door de afwerking van de kabel. De tweede keuze is een modem (of mediaconvertor) waar een eindgebruiker een eigen router of mediabox op kan aansluiten. De derde keuze is dat eindgebruikers alleen eigen apparatuur kunnen aansluiten na een (modem/)router.

De eerste optie, de afwerking van de kabel, is bij dsl de ISRA (Infrastructuur Randapparatuur), bij kabel het AOP (abonnee-overnamepunt) en bij glasvezel de FTU (fiber termination unit). Een kenmerk van alle drie deze overnamepunten is dat ze passief zijn: ze gebruiken geen door de consument betaalde energie.

De andere mogelijkheid is dus de keuze voor een punt waarop een standaard ethernetaansluiting mogelijk is. Dat kan in de vorm van een modem of mediaconvertor, of eventueel zelfs een (modem/)router. Hierbij gaat het dus om actieve componenten die energie gebruiken.

Keuze voor passief

De ACM baseert zijn beleidsregel op een richtlijn vanuit BEREC, de overkoepelende toezichthouder vanuit de Europese Unie. BEREC beveelt aan dat het aanwijzen van het passieve aansluitpunt als netwerkaansluitpunt het meest bevorderlijk is voor innovatie en concurrentie in de telecommarkt. Je vindt de richtlijn hier. In artikel 2 van de beleidsregel staat dan ook dat het netwerkaansluitpunt passief is. In de bijbehorende toelichting wordt genoemd dat het netwerkaansluitpunt niet wordt gevoed door een spanningbron op de locatie van de eindgebruiker. Verder moeten aanbieders de specificaties van een netwerkaansluitpunt openbaar maken, zodat derde partijen apparatuur kunnen leveren. Bovendien moet een aanbieder meewerken aan het realiseren van een passief aansluitpunt als een eindgebruiker daarom vraagt. Alle op het netwerkaansluitpunt aangesloten apparaten zijn eindapparaten die de gebruiker zelf kan kiezen.

Wel is er in de toelichting naar aanleiding van de reacties van aanbieders op de conceptbeleidsregel een voorbehoud opgenomen wat betreft de handhaving van mediaboxen. Dit omdat IP-televisie in zeer kleine mate gebruik maakt van gestandaardiseerde technologieën en het onwaarschijnlijk is dat fabrikanten van eindapparaten hiervoor alternatieve mediaboxen gaan ontwerpen. Aanbieders hebben bovendien aangegeven om IP-televisie zelf op andere apparaten beschikbaar te maken, bijvoorbeeld in de vorm van apps. Bij de evaluatie na twee jaar wordt opnieuw naar de positie van IP-televisie gekeken. 

©PXimport

Reacties

Na het publiceren van de conceptbeleidsregel netwerkaansluitpunt werden belanghebbenden in de gelegenheid gesteld om hierop te reageren. Je vind ze geanonimiseerd gebundeld per onderwerp in een Nota van bevindingen. Bij de eerdere consultatie vanuit het ministerie werden alle reacties wel gepubliceerd, je vind ze hier. Aanbieders stellen dat de door hun geleverde apparatuur noodzakelijk is voor het beheer en de veiligheid van het netwerk. De ACM gaat hier niet in mee en geeft als tegenreactie dat het monitoren van de kwaliteit van een verbinding onderdeel van de standaarden is. Apparatuur die niet voldoet aan de standaard of later het netwerk schaadt, kan geweigerd of afgesloten worden. Ook wordt er door aanbieders op gewezen dat het lastig is om mediaboxen voor IP-televisie open te stellen. Op dit onderdeel komt de ACM de aanbieders tegemoet, want er wordt (voorlopig) niet gehandhaafd op mediaboxen voor IP-televisie. Fabrikanten van apparatuur zijn juist blij, het Verbund der Telekommunikations-Endgerätehersteller (VTKE) waarin fabrikanten van onder andere modems en routers zich verenigd hebben, laat in een reactie weten verheugd te zijn over de uitspraak van de ACM. 

Wat kan er nu?

Sommige internetproviders die gebruikmaken van dsl of glasvezel, waaronder KPN, hebben zich (deels) al voorbereid op de verwachte regelgeving en gegevens gepubliceerd hoe een eigen (modem/)router aan te sluiten op hun netwerk. In het geval van een dsl-verbinding zijn er diverse modems en modem/routers te koop die je kunt gebruiken.

Een glasvezelverbinding wordt doorgaans afgewerkt met een NTU (network termination unit). Dit is een mediaconvertor die het glasvezelsignaal omzet naar een standaard ethernetsignaal waarop een router wordt aangesloten. Er zijn ook providers die een router leveren die zelf al is voorzien van een glasvezelaansluiting.

In theorie kun je de NTU vervangen door een eigen apparaat zoals een sfp-module in een geschikte router. Maar hoewel de technische specificaties voor een mediaconverter bij providers zijn op te vragen, blijkt die vervangtruc in de praktijk toch lastig: er zijn allerlei fysieke typen FTU door elkaar in gebruik. Door het gebrek aan fysieke standaardisatie is er een kans dat je de glasvezelaansluiting beschadigt als je bijvoorbeeld de verkeerde stekker gebruikt. Een NTU die is voorzien van een netwerkaansluiting heeft vanuit de gebruiker gelukkig weinig nadelen.

Overigens vormen de meest recente glasvezelnetwerken, onder andere aangelegd door KPN Netwerk, een uitzondering. Deze nieuwe glasvezelnetwerken maken gebruik van GPON-technologie (gigabit passive optical network), waarbij een glasvezel passief gesplitst wordt en meerdere woningen via dezelfde glasvezel op de actieve apparatuur zijn aangesloten. Hierdoor is in de centrale minder actieve apparatuur nodig en dat bespaart uiteraard geld, ruimte en energie.

Bij GPON-netwerken is de mediaconvertor (die ONT genoemd wordt) vooralsnog verplicht. Maar ook deze gaat onder de eigen keuze vallen. Een uitdaging bij het gebruik van een eigen router zit hem doorgaans niet in de internetverbinding, maar in het werkend krijgen van ip-televisie en eventueel telefonie.

©PXimport

Wachten op de ACM

Ziggo, de grootste internetprovider van Nederland, maakt voor zijn modems gebruik van de (Euro)DOCSIS-standaard. De internetprovider verstrekt geen gegevens om een eigen (Euro)DOCSIS-modem(/router) aan te sluiten.

Volgens VodafoneZiggo is het Ziggo-modem integraal onderdeel van het netwerk en vervult het een essentiële functie binnen het Ziggo-netwerk. Ook wordt het modem uitgebreid getest en regelmatig bijgewerkt met software-updates. “Wanneer klanten zouden kunnen kiezen welke modems zij op het netwerk willen aansluiten, brengt dit de continuïteit, veiligheid en integriteit van het netwerk in gevaar”, meldt een woordvoerder van VodafoneZiggo ons. Het enige dat de internetprovider wel aanbiedt, is een bridge-modus waarmee de modem/router enkel als modem fungeert.

Een klant van Ziggo was het hier niet mee eens en spande eind 2020 een zaak aan bij de Geschillencommissie Telecommunicatiediensten. De Geschillencommissie heeft vooral gekeken naar de Europese regelgeving waaronder de eerder genoemde BEREC-richtlijn. Ook is rekening gehouden met het feit dat het in Duitsland en Italië al mogelijk is eigen apparatuur te gebruiken. Ziggo kon niet goed beargumenteren waarom dit vanuit een objectief technologische noodzaak niet zou kunnen, waarna de Geschillencommissie de klant in het gelijk stelde. Het oordeel was dat Ziggo binnen 21 dagen moest publiceren hoe een eigen modem/router op de coax-aansluiting aangesloten kan worden.

Ziggo was het hier niet mee eens en besloot naar de rechter te stappen. De woordvoerder liet ons voordat de ACM met hun definitieve beleidsregel kwam weten dat VodafoneZiggo er belang aan hecht dat de rechter zich uitspreekt over de vraag of de Geschillencommissie met deze uitspraak haar bevoegdheden overschrijdt. Volgens het bedrijf is dit een onderwerp waar alleen toezichthouder ACM uitsluitsel over kan geven.

Nadat de ACM de definitieve beleidsregel bekendmaakte, liet Ziggo ons weten dat ze deze aan het bestuderen zijn en zich voorbereiden op de implementatie.

©PXimport

Strikte standaarden

In Duitsland is er ook voor aanbieders van kabelinternet als Ziggo al een vrije modemkeuze. AVM is een van de fabrikanten die in Duitsland met zijn Fritz!Box-reeks modem/routers verkoopt op basis van de DOCSIS-standaard die bij kabelinternet gebruikt wordt.

Eric van Uden, countrymanager Nederland bij AVM, vraagt zich waar het grootste bezwaar zit vanuit Ziggo. “Alle DOCSIS-apparatuur wordt gecertificeerd door CableLabs en de standaard is goed gedefinieerd. Waar het vroeger wellicht kon om als consument zelf instellingen te veranderen om een hogere snelheid dan het abonnement mogelijk te maken, is dat tegenwoordig niet mogelijk.”

Daar komt bij dat er in Duitsland bij de internetprovider Vodafone, die je kunt beschouwen als zusterbedrijf van het Nederlandse VodafoneZiggo, er volgens Van Uden geen problemen zijn bij het gebruik van eigen modem/routers. De kabelinternettak van het Duitse Vodafone heette tot 2020 Unitymedia en was net als Ziggo onderdeel van Liberty Global, voordat het verkocht werd aan Vodafone.

©PXimport

Conclusie

Het invoeren van wat in de volksmond de ‘vrije modemkeuze’ heet, is een lang traject dat al jarenlang loopt en waar tot nu toe niet echt schot in zat. Toch laten de wetgeving en de verduidelijkende richtlijn vanuit BEREC, dat in zijn oordeel ook de Geschillencommissie aanhaalde, een duidelijke intentie zien. Die is door de ACM inmiddels omgezet in duidelijkheid. Aanbieders krijgen zes maanden de tijd om de regelgeving te implementeren waarna de ‘vrije modemkeuze’ echt ingaat. Het mag duidelijk zijn dat het laatste woord over dit onderwerp nog niet geschreven is, we houden het in de gaten.

Wifi 6E goedgekeurd

Ook op wifigebied is de regelgeving dit jaar veranderd. Inmiddels is de benodigde frequentieruimte voor de uitbreiding wifi 6E – die een extra frequentieband toevoegt – door de Europese Commissie goedgekeurd. Je leest hier meer over wifi 6E. Er wordt in Europa 480 MHz (5945-6425 MHz) in de 6GHz-band vrijgemaakt en het is de bedoeling dat lidstaten ervoor zorgen dat dit op 1 december 2021 ook daadwerkelijk is toegestaan. In het vrijgemaakte spectrum is ruimte voor drie gelijktijdige kanalen van 160 MHz breed. Dit is een flinke verbetering ten opzichte van de huidige situatie, maar komt nog niet in de buurt van de 1200 MHz die wifi 6E in potentie biedt. In de Verenigde Staten komt die volledige 1200 Mhz wel vrij; er is dan ruimte voor zeven kanalen van 160 MHz naast elkaar. Voor het daadwerkelijk gebruik van de 6GHz-band heb je wel geschikte apparatuur nodig. In de verenigde Staten zijn de eerste wifi 6E-routers al te koop en ook clients als laptops komen dit jaar op de markt.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 goede bluetooth-koptelefoons tot 175 euro
© Sennheiser
Huis

Waar voor je geld: 5 goede bluetooth-koptelefoons tot 175 euro

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we binnen een bepaald thema naar zulke deals. Ben je op zoek naar een betaalbare bluetooth-hoofdtelefoon met een goed geluid? Vandaag hebben we vijf interessante modellen voor je gespot.

Disclaimer: Op het moment van schrijven zijn de besproken bluetooth-koptelefoons bij de goedkoopste webwinkels niet duurder dan 175 euro. De prijzen kunnen echter schommelen.

Sennheiser Accentum Plus Wireless

Sennheiser bracht afgelopen voorjaar een nieuwe bluetooth-koptelefoon op de markt. En wat voor één, want de Accentum Plus Wireless is comfortabel, gebruiksvriendelijk én betaalbaar. Zoals je van de Duitse audiospecialist mag verwachten, is de geluidskwaliteit prima op orde. De gebruikersreviews op Kieskeurig.nl liegen er dan ook niet om. Alle testers gaven deze koptelefoon een 9 of 10 als reviewscore.

Handig is dat je diverse audio-instellingen naar wens kunt aanpassen. Dat werkt met een app op een smartphone. Een ander speerpunt is de functie actieve ruisonderdrukking (ANC), zodat je geen of nauwelijks storende omgevingsgeluiden hoort. Ideaal voor wie aandachtig naar een luisterboek, podcast of rustig muziekalbum wil luisteren.

Volgens Sennheiser houdt een volgeladen accu het ongeveer 50 uur vol. Is de batterij leeg, dan kun je evengoed weer snel luisteren. Na tien minuten snelladen kan de Accentum Plus Wireless er weer 5 uur tegenaan. Voor een hoog draagcomfort heeft de hoofdtelefoon zachte oorkussens en een verstelbare hoofdband met binnenvoering. Bovendien is hij met een gewicht van 227 gram ook niet zo zwaar. Geïnteresseerden kiezen tussen een zwarte en witte behuizing. Meer weten? Lees dan deze review op ID.nl.

Skullcandy Hesh ANC

Op zoek naar een ANC-koptelefoon voor minder dan 100 euro? Dat komt mooi uit, want dit exemplaar van Skullcandy is op Kieskeurig.nl momenteel goedkoper dan ooit. Aan de hand van vier meetmicrofoons registreert de Hesh ANC omgevingsgeluiden, waarna de geïntegreerde chip vliegensvlug een tegengeluid berekent. Deze bluetooth-hoofdtelefoon dempt op die manier lawaai, zodat je op elke plek geconcentreerd kunt luisteren. De oplaadbare batterij heeft volgens de fabrikant een maximale speeltijd van 22 uur. Accu leeg? Na 10 minuten opladen kun je weer 3 uur luisteren.

Dit over-earmodel bevat binnenin twee audiodrivers van 40 millimeter. Die zijn verantwoordelijk voor het geluid. Tijdens een luistersessie hoef je geen smartphone uit je broek- of jaszak te halen. Gebruik gewoon de knopjes op de oorschelp om de audioweergave te bedienen. Wijzig onder meer het volumeniveau en skip nummers. De behuizing weegt 228 gram en heeft een vouwbaar ontwerp. Hierdoor past dit luisterapparaat makkelijk in een tas.

Sony ULT Wear (WH-ULT900N)

Kun jij een flinke portie bas wel waarderen? De onlangs verschenen Sony ULT Wear (zwart/wit/groen) valt dan ongetwijfeld bij je in de smaak. Je drukt op de ULT-knop om het basniveau verder op te voeren. Gunstig voor liefhebbers van opzwepende muziekstijlen als dance, hiphop en rock. Een andere belangrijke eigenschap is de aanwezigheid van actieve ruisonderdrukking. Sony heeft deze techniek erg goed onder de knie, waardoor je niet of nauwelijks omgevingsgeluiden hoort. Wanneer je veel onderweg bent, komt de bijgesloten stevige reishoes goed van pas.

De rechteroorschelp bevat een handig aanraakpaneel waarmee je de muziek kunt bedienen. Veeg omhoog voor meer volume en veeg vooruit om naar het volgende liedje te gaan. Als je de Sony Headphones-app op een smartphone installeert, kun je diverse audio-instellingen aanpassen. Ga bij een volledig opgeladen accu uit van een luistertijd van zo’n 30 uur. Schakel je actieve ruisonderdrukking uit, dan kun je zelfs 50 uur luisteren. Lees in deze uitgebreide review meer informatie over deze betaalbare koptelefoon.

Audio-Technica ATH-M50XBT2

Vergeleken met veel andere over-ear-hoofdtelefoons heeft dit exemplaar relatief grote drivers van 45 millimeter. Dat bevordert een krachtig en open geluid. Daarnaast loopt het (brede) frequentiebereik van 15 Hz tot 28 kHz. Je mag dus een gedetailleerde weergave verwachten. Overigens ondersteunt de Audio-Technica ATH-M50XBT2 geen actieve ruisonderdrukking. Het Japanse merk focust zich met dit product namelijk louter op een hoge audiokwaliteit. Wegens de gesloten constructie dempt de koptelefoon alsnog omgevingsgeluiden.

Zoals we inmiddels van Audio-Technica gewend zijn, heeft ook deze bluetooth-koptelefoon een lange accuduur. Een volledig opgeladen batterij biedt een luistertijd van ongeveer 50 uur. Bij een lege accu kun je eventueel 10 minuten snelladen, waarna je weer 3 uur kunt luisteren. De behuizing heeft een fysieke knop waarmee je inkomende telefoonoproepen kunt aannemen. Verder roep je via deze knop ook jouw favoriete stemassistent op, zoals Google Assistent of Siri. Tot slot pas je in een app op je smartphone naar eigen smaak de equalizer-instellingen aan. De ATH-M50XBT2 is in een zwarte en blauwe versie te koop.

Marshall Monitor II A.N.C.

De Marshall Monitor II A.N.C. combineert een fraai retrodesign met goed geluid. Deze bluetooth-koptelefoon was op het moment van schrijven niet eerder zo goedkoop. Hoewel het Britse audiomerk op zijn eigen website een adviesprijs van 299 euro hanteert, vragen enkele webshops momenteel minder dan 200 euro. Dankzij de actieve ruisonderdrukking is het een prima luistermaatje voor onderweg. Vervelende omgevingsgeluiden verdwijnen namelijk naar de achtergrond. Je kiest in een app op je smartphone de mate van ruisonderdrukking.

De geïntegreerde accu ondersteunt een maximale luistertijd tot ongeveer 45 uur. Bij gebruik van actieve ruisonderdrukking kun je nog altijd 30 uur luisteren. Verder laad je een lege accu in een kwartier weer deels op. De luistertijd bedraagt dan ongeveer 5 uur. De goudkleurige knop springt direct in het oog. Die ondersteunt diverse functies, zoals het aanpassen van het volume en het door elkaar husselen van nummers. Er is ook nog een kleinere zwarte knop. Switch daarmee tussen verschillende geluidsmodi of roep een stemassistent op. Deze over-ear-hoofdtelefoon heeft een opvouwbare constructie, waardoor je hem makkelijk meeneemt.

▼ Volgende artikel
Review OnePlus 15R - Slankt het topmodel prima af
© Wesley Akkerman
Huis

Review OnePlus 15R - Slankt het topmodel prima af

De OnePlus 15R is een afgeslankte versie van de OnePlus 15, die eerder in 2025 op de markt verscheen. De specificaties liggen wel uit elkaar, maar niet heel ver – terwijl de prijs wel flink naar beneden is gegaan. Wat merk je van die specs in de praktijk? Nou…

Uitstekend
Conclusie

Niemand zal achterovergeslagen worden door de OnePlus 15R, en dat is ook precies de bedoeling. Dit toestel is er niet om te imponeren met dikke extra’s, maar om te laten zien welke ervaring overblijft wanneer je het topmodel ontdoet van zijn meest premium features. De focus ligt duidelijk op snelheid, rekenkracht, het scherm en de software. Camera's en updatebeleid waren kennelijk minder belangrijk bij het samenstellen van dit pakket, maar voor minder dan 700 euro (of 100 euro extra voor meer opslag) is het lastig om een betere midranger te vinden.

Plus- en minpunten
  • Strak ontwerp
  • Overzichtelijke, snelle software
  • Fijn amoledpaneel
  • Batterij houdt het twee dagen vol
  • Opladen gaat heel snel
  • Updatebeleid kan wat beter
  • Camera's ondergeschoven kindje
CategorieSpecificatie
Display6,83 inch amoled, 165Hz (adaptief), 1800 nits helderheid
ProcessorSnapdragon 8 Gen 5
Geheugen12 GB LPDDR5X
Opslag256 GB / 512 GB (UFS 4.1)
Batterij7400 mAh met 80W SUPERVOOC (snelladen)
Camera achter50 MP hoofdcamera (OIS), 8 MP ultragroothoek
Camera voor32 MP met autofocus
VideoTot 4K op 120 fps (achter) / 4K op 30 fps (voor)
SoftwareOxygenOS 16.0 (gebaseerd op Android 16)
BouwGorilla Glass 7i, metalen frame, 214-215 gram
Connectiviteit5G, wifi 7, bluetooth 6.0, NFC
Extra'sUltrasone vingerafdrukscanner, infrarood afstandsbediening

Of je nu voor het topmodel kiest of voor de goedkopere versie gaat, je krijgt in beide gevallen een smartphone die er strak uitziet met die hippe platte randen en een stevige behuizing. Het design heeft veel weg van een moderne iPhone, maar door de matte glazen achterkant en het metalen frame voelt het toestel toch heel luxe aan. De Mint Breeze-kleur die we voor deze test gebruiken, springt er echt uit met zijn frisse look. Een leuke extra is de slimme Plus-knop waar je zelf een functie aan kunt koppelen, en je hoeft niet bang te zijn voor een beetje water of stof dankzij de goede bescherming.

Met 6,83 inch is het scherm flink groot, zelfs groter dan dat van de duurdere uitvoering, maar de telefoon ligt desondanks toch prettig in de hand. Door het amoledpaneel zien de kleuren er prachtig uit en is het contrast lekker diep. Wat deze telefoon echt bijzonder maakt, is de verversingssnelheid van 165 Hz. In de praktijk heb je daar vooral bij een aantal games echt iets aan, maar het blijft een unieke feature. De ultrasone vingerafdrukscanner onder het glas werkt bovendien razendsnel, zelfs als je vingers nat zijn. Ook buiten in het felle zonlicht heb je geen problemen, want de hoge helderheid houdt het display goed leesbaar.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Snel, sneller, snelst

Onder de motorkap van de OnePlus 15R vind je de nieuwe Snapdragon 8 Gen 5-chipset. Hoewel dat niet de allersnelste processor op de markt is, merk je daar in het dagelijks gebruik weinig van. Dankzij de royale hoeveelheid werkgeheugen schakel je bovendien moeiteloos tussen zware apps en diensten. En als je vaak games op je smartphone speelt, dan kom je ook hier uit de voeten, want populaire spellen draaien vloeiend op de hoogste instellingen. De OnePlus 15 mag op papier (en in benchmarks) dan indrukwekkender zijn met zijn cpu, in de praktijk merk je weinig verschil.

Het echte paradepaardje is de gigantische batterij met een vermogen van 7400 mAh. Daarmee is dat een van de grootste batterijen die je momenteel in een smartphone aantreft, waardoor je soms wel anderhalf tot twee dagen doorkomt zonder naar de lader te grijpen. Zelfs na een dag vol intensief gebruik houd je vaak nog een flinke reserve over. Is de batterij onverhoopt leeg? Met een snellader van 80 watt zit je binnen een uur weer gewoon op 100 procent. Bij de OnePlus 15R hoef je dus niet te kiezen voor een batterij die het lang uithoudt of een snelle oplaadprestatie.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Beleid en camera's kunnen wat beter

De OnePlus 15R draait ondertussen op het nieuwe OxygenOS 16, precies hetzelfde systeem als de duurdere OnePlus 15. De software voelt rap en vloeiend aan en biedt handige extra's, zoals een aanpasbaar zijmenu voor je widgets. De software-ondersteuning van zes jaar is daarnaast ook heel fijn, al krijg je slechts vier jaar aan Android-upgrades. Dat is wel een beetje mager gezien de krachtige hardware. Verder is en blijft de software gewoon prima voor dagelijkse situaties. Onderdelen staan op logische plekken en alles oogt even gelikt als strak.

De selfiecamera is er daarnaast flink op vooruitgegaan en maakt scherpe foto's dankzij de nieuwe autofocus. En waar de OnePlus 15 met drie premium lenzen echt een alleskunner is, focust de 15R zich vooral op de belangrijkste camera. De beeldbewerking zorgt voor levendige kleuren die er prima uitzien voor sociale media, al missen de foto's soms de speelsheid van het topmodel. Inzoomen is niet altijd een goed idee, maar voor alledaagse kiekjes werkt dit allemaal prima. Over het algemeen biedt het systeem een prettige, vloeiende gebruikservaring.

0,6x

1x

2x

OnePlus 15R kopen?

Niemand zal achterovergeslagen worden door de OnePlus 15R, en dat is ook precies de bedoeling. Dit toestel is er niet om te imponeren met dikke extra’s, maar om te laten zien welke ervaring overblijft wanneer je het topmodel ontdoet van zijn meest premium features. De focus ligt duidelijk op snelheid, rekenkracht, het scherm en de software. Camera's en updatebeleid waren kennelijk minder belangrijk bij het samenstellen van dit pakket, maar voor minder dan 700 euro (of 100 euro extra voor meer opslag) is het lastig om een betere midranger te vinden.