ID.nl logo
8 tips voor het allersnelste internet
© Reshift Digital
Huis

8 tips voor het allersnelste internet

Steeds meer apparatuur gebruiken we draadloos. Je verwacht een hoop van het draadloze netwerk, maar om die verwachtingen waar te maken, moet je wel een paar zaken regelen en instellen. Wij vertellen je waar je op moet letten en hoe je het zo goed mogelijk instelt.

Draadloos internet is de grootste revolutie van de laatste jaren. Hadden we eerst alleen internet op één apparaat en konden we bij toerbeurt online gaan, nu is iedereen continu verbonden met het internet en met ook nog steeds meer apparaten. Daarbij gebruiken we steeds meer bandbreedte-intensieve toepassingen zoals videobellen via FaceTime en Skype, en kijken we live sportwedstrijden en films on-demand. Wifi is daarbij de meest populaire vorm van draadloos internet, want anders dan mobiel internet via 3G of 4G is wifi snel en kent het doorgaans geen datalimiet. In bijna elk huis vind je daarom inmiddels wel een draadloze router of een accesspoint en kun je via wifi online gaan. Vaak is wifi echter niet zo snel als je mag verwachten of heb je last van onderbrekingen in het signaal. Wat kun je doen om wifi thuis maximaal te laten presteren?

Tip 1: Geen wifi

Het wifi-netwerk sneller maken begint met het verwijderen van apparaten die ook via een netwerkkabel verbonden kunnen worden. Denk aan gameconsoles, de televisie, de mediaspeler en soms ook de pc of een laptop. Door deze apparaten over te zetten naar het bekabelde netwerk sla je twee vliegen in één klap. Elk van deze apparaten krijgt een snellere en stabielere verbinding, terwijl ook je draadloze netwerk sneller wordt. Dit heeft te maken met de architectuur van een draadloos netwerk dat werkt als een hub waarbij alle apparaten moeten wachten tot het hun beurt is om iets te zenden. De totale bandbreedte van het draadloze netwerk wordt door alle apparaten gedeeld. Controleer wel of de apparaten ook echt overschakelen. Het beste is in de configuratie van deze apparaten wifi echt uit te schakelen, alleen dan weet je zeker dat de verbinding via de netwerkkabel gaat en niet meer je wifi-netwerk belast.

©PXimport

Elk apparaat dat van draadloos naar bedraad gaat, ontlast het wifi-netwerk en vergroot snelheid en stabiliteit.

Tip 2: Welk kanaal gebruik het wifi?

Wifi gebruikt radiosignalen in de 2,4- en de 5GHz-band. Binnen elke band worden kanalen onderscheiden en elk wifi-netwerk gebruikt één zo'n kanaal. Gebruiken meerdere netwerken hetzelfde kanaal of aangrenzende kanalen, dan storen zij elkaar. Ze vechten dan om de bandbreedte, het wifi wordt hier langzamer en instabieler van. Wil je juist snelheid en stabiliteit (en wie wil dat niet?), dan is het zaak voor jouw wifi-netwerk het kanaal te kiezen waar de minste andere netwerken ook gebruik van maken. En ook belangrijk: liefst ook nog geen netwerken in de aangrenzende kanalen. De kanalen in de 2,4GHz-band overlappen elkaar namelijk. Van de dertien kanalen in de 2,4GHz-band zijn alleen de kanalen 1, 6 en 11 zonder overlap, indien je je beperkt tot die kanalen. Op de 5GHz-band kun je in de vorm van de kanalen 36, 40, 44 en 48 enkel kanalen kiezen die niet overlappen. Log in op de router en kijk bij de netwerken welke kanalen worden gebruikt.

©PXimport

Bij de configuratie van het draadloze netwerk kun je het kanaal kiezen.

Tip 3: Kies het juiste kanaal

Sommige routers bieden de mogelijkheid om automatisch het kanaal te kiezen, maar de resultaten daarmee zijn wisselend. In veel situaties is het beter zelf het kanaal te kiezen. Zeker in de stad waar je soms wel tien, twintig draadloze netwerken van anderen ontvangt, is dat een hele opgave. Gelukkig zijn er handige apps en programma's die hierbij helpen. Op Android heb je Network Signal Info, Wifi Analyzer en NetAdmin, voor iOS zijn er Net Analyzer en Network Radar. Voor de Mac is er iStumbler, terwijl je voor Windows Acrylic WiFi Free kunt gebruiken. Deze apps maken de netwerken zichtbaar en laten zien waar de meeste ruimte beschikbaar is. Sommige apps geven ook advies welk kanaal je het beste kunt kiezen voor jouw wifi-netwerk. Weet je welk kanaal het beste is, log dan in op de router en kies het optimale kanaal.

©PXimport

Gebruik een app om alle netwerken die in de lucht zijn, in kaart te brengen.

Plaats van de router

De meterkast is in veel huishoudens de favoriete plaats om de router neer te zetten, gevolgd door de woonkamer. Beide plaatsen zijn niet ideaal. Zo worden in een meterkast de radiogolven al bijna direct gebroken door de vele muren en leidingen en is er invloed van de elektrische installatie. Veel beter is het om de router in de gang te plaatsen, liefst hoog en tegen de muur. De antennes van een router zenden in alle richtingen uit, maar het signaal haaks op de antenne is het sterkste. Beschikt een router over externe antennes, zet deze dan gelijk aan de muur. Je krijgt dan een ideale 'wolk' van wifi-stralen rondom de router. Wil je echt de ideale plek weten voor je router, maak dan een heatmap bijvoorbeeld met HeatMapper. Voor iOS- of Android-apparaten kun je gebruik maken van Telstra Wi-Fi Maximiser die je kunt downloaden in de app-stores.

©PXimport

Een heatmap combineert een plattegrond met de sterkte van het wifi-signaal en helpt te bepalen waar je de router moet ophangen.

Tip 4: Zet hotspots uit

Een variant op het kiezen van een leeg kanaal, is het opruimen van niet gebruikte netwerken. Mogelijk staat er nog ergens een router een apart netwerk uit te zenden dat eigenlijk niet meer wordt gebruikt of kan het aparte netwerk dat voor internet in de tuin zorgt, in de wintermaanden wel uit. Een wifi-netwerk dat ongemerkt ook in veel huizen aanwezig is, is het hotspot-netwerk van de internetprovider. KPN en Ziggo bieden een 'landelijk' wifi-netwerk aan dat hun abonnees vrij kunnen gebruiken. Ze hebben hiervoor op de routers die bij hun abonnees thuis staan, een eigen tweede netwerk geactiveerd. Gebruik je zelf wel eens dat hotspot-netwerk als je onderweg bent, dan moet je het ingeschakeld laten. Gebruik je het echter niet, dan kun je het hotspot-netwerk het beste uitzetten. Dat uitzetten gebeurt via de website van de internetprovider. Zoeken met Google op 'hotspot uitschakelen' en de naam van de provider levert al snel de juiste aanwijzingen op.

©PXimport

Gebruik je geen hotspots, schakel dan gerust de hotspot op je eigen router uit.

Tip 5: Oude apparaten

Een rem op de snelheid van wifi zijn oude apparaten die gebruik kamen van oudere wifi-standaarden als 802.11b/g. Hiervoor staat je router op een mixed-mode of gemengde modus ingesteld, maar dat betekent dat nieuwe apparaten met 802.11n continu met de handrem erop verbonden zijn. Log in op de router en controleer of wifi in mixed- of gemende-modus staat. Als dat zo is, schakel dan over naar alleen de nieuwste standaard. De oudere apparaten zullen dan de verbinding verliezen en de gebruikers zullen zich melden. Maar soms ook niet, want misschien ligt het apparaat dat ooit de reden was om ook de oude standaard te configureren al lang ongebruikt in een lade. Meldt zich wel iemand, kijk dan of je het apparaat makkelijk kunt vervangen door een nieuwere die ook de snellere standaard ondersteunt.

©PXimport

Schakel de gemende modus uit en kies voor de nieuwste en snelste standaard.

Yip 6: Nieuwe router

Er zijn meerdere wifi-standaarden die steeds sneller zijn geworden. Wanneer alle of de meeste apparaten in het netwerk een snellere standaard ondersteunen dan de router, is het tijd om de router te vervangen. Helaas zijn nieuwe routers niet goedkoop, prijzen van meer dan 200 euro voor een topmodel zijn geen uitzondering meer. Let bij de koop van een nieuwe router behalve op de ondersteunde standaard ook op het aantal antennes. Snelle routers hebben vaak externe antennes waarmee ze op meerdere banden tegelijk kunnen zenden en ontvangen. De nieuwste rage heet tri-band en daarvoor zijn zes antennes nodig. Eigenlijk is een tri-band-router drie accesspoints in één. Er is één 2,4GHz-accesspoint voor 802.11b/g/n en er zijn twee 5Ghz-accesspoints voor 802.11n/ac. Tri-band-routers zijn echter niet sneller, maar bieden vooral voordeel als je veel apparaten tegelijkertijd wilt gebruiken.

De ASUS RT-AC3200 is een voorbeeld van een tri-band-router met zes grote antennes.

Tip 7: Usb-adapter met externe antenne

Heb je een laptop die slecht presteert qua wifi, maar is je netwerk wel in orde? Een usb-adapter met externe antennes kan de wifi-prestaties verbeteren. De antennes in laptops zijn niet altijd even goed. Ze zitten verstopt in de behuizing, bijvoorbeeld gedraaid tussen de accu en het beeldscherm en dat is verre van ideaal voor goed ontvangen en zenden. Behalve dat je de algehele wifi-kwaliteit van een apparaat er flink mee verbetert, kun je met een usb-adapter ook een ouder apparaat upgraden naar een nieuwe wifi-standaard. Wil je dus die oude laptop toch niet kwijt, dankzij een usb-adapter kun je toch de mixed modus voor 802.11g uitschakelen. Populaire en goede externe antennes zijn de Alfa AWUS036NHV en AWUS036NHR. Beide kosten rond de vijftig euro. Er wordt een usb-kabel met de antennes meegeleverd zodat je deze niet op je bureau hoeft te plaatsen, maar rustig buiten beeld kunt zetten.

Een tweede router

Zeiden we eerder al dat de meterkast niet de ideale plaats is voor een router, soms kun je niet anders omdat de router bij de internetverbinding hoort en eigendom is van de internetprovider. Wat je in zo'n geval kunt doen, is zelf een tweede router achter de router van de provider plaatsen. Dat is overigens ook handig als de provider je al jaren geen modernere router heeft gegeven. Schakel op je oude router zoveel mogelijk draadloze functies uit om verstoringen te voorkomen.

Verbind de WAN-poort van de nieuwe router met een LAN-poort op de router van de provider en configureer daarna je thuisnetwerk zoals je gewend bent. Je gebruikt dan je nieuwe router als hoofdrouter in je netwerk, dus ook voor zaken als de DHCP-server etc. Dat is wellicht niet handig, omdat je dan ook netwerkkabels van bedrade apparaten op de nieuwe router moet aansluiten. Vermoedelijk koop je een nieuwe router vooral voor het wifi-gedeelte en wil je de nieuwe router enkel als wifi-accesspoint gebruiken. Sluit dan een LAN-poort van je oude router aan op een LAN-poort van de nieuwe router. In de basiscursus Tweede leven voor je router op pagina 48 lees je hier meer over. Via een lange netwerkkabel kun je de nieuwe router dan op een gunstige plek hangen.

©PXimport

Gebruik je een eigen router, schakel dan alle wifi op de router van de internetprovider uit.

Tip 8: Repeaters eruit

Een repeater of een range-extender vergroot het bereik van het draadloze netwerk. De repeater wordt daarvoor tegen de rand van het wifi-netwerk geplaatst en herhaalt daar het wifi-signaal dat het ontvangt. Zo kun je dekkingsproblemen en problemen met een zwak signaal oplossen. In een wifi-netwerk kan echter altijd maar één apparaat zenden, alle andere apparaten moeten op dat moment luisteren. Plaats je dus een repeater in je netwerk, dan wordt effectief de bandbreedte gehalveerd doordat alles twee keer wordt verzonden. Heb je een repeater in je wifi-netwerk, bekijk dan of die nog steeds nodig is. Misschien kan een netwerkkabel uitkomst bieden eventueel in combinatie met een tweede router met een apart wifi-netwerk.

©PXimport

Een repeater is handig, maar niet als je de beste prestaties van je netwerk verlangt.

▼ Volgende artikel
Gourmetten zonder stank: 10 ideeën die écht werken
© NilsZ - stock.adobe.com
Huis

Gourmetten zonder stank: 10 ideeën die écht werken

Gourmetten is misschien wel dé nationale volkssport tijdens de feestdagen. Maar hoe leuk de avond ook is, de ochtend erna is vaak minder feestelijk. Die doordringende vetlucht die in je gordijnen, bank en kleding is getrokken, ben je liever kwijt dan rijk. Met deze tien tips – verdeeld over wat je eet en wat je doet – blijft je huis een stuk frisser!

Dit gaan we doen

Stankvrij gourmetten is een kwestie van goede voorbereiding én de juiste nazorg. We splitsen de tien tips daarom op. We beginnen bij de basis: ingrediënten en spullen die nauwelijks rook veroorzaken. Vervolgens geven we je praktische hacks om, mocht er toch wat gourmetlucht blijven hangen, die direct weer uit je woonkamer te krijgen, zodat je de volgende ochtend wakker wordt in een fris huis.

Lees ook: Gourmetten nieuwe stijl: topfavoriet met een eigen twist

Ingrediënten & materialen

De meeste stank ontstaat niet door het gourmetstel zelf, maar door wat we erop leggen. Verbrande boter, karamelliserende suikers en spetterend vet zijn de grote boosdoeners. Met een paar slimme aanpassingen aan je boodschappenlijstje ben je de rookwolken voor.

Tip 1: Investeer in hittebestendige olie

De fout die bijna iedereen maakt: bakken in roomboter of standaard olijfolie. Deze vetten verbranden snel bij de hoge temperaturen van het gourmetten, wat zorgt voor die zware, scherpe walm. Kijk in de supermarkt eens schuin boven de olijfolie; daar vind je rijstolie of arachideolie. Deze oliesoorten hebben een veel hoger rookpunt en blijven stabiel als ze heet worden. Wil je het jezelf helemaal makkelijk maken? Koop dan een bakspray. Daarmee nevel je de pannetjes of de plaat licht in, waardoor je nooit te veel gebruikt en het vet niet onnodig staat te walmen.

Tip 2: Laat de kant-en-klare marinades staan

Die voorgemarineerde schotels uit de supermarkt zijn makkelijk, maar funest voor de luchtkwaliteit. De marinades zitten namelijk vaak vol suiker en water. Zodra dat de hete pan raakt, verbrandt de suiker en verdampt het vocht, met veel rook tot gevolg. Je kunt beter ongemarineerd vlees of vis kopen. Wil je toch smaak? Gebruik dan een dry rub (een droog kruidenmengsel) om het vlees vooraf te kruiden. Als je echt van sausjes houdt, kun je die beter koud op je bord toevoegen dan warm in het pannetje.

Tip 3: Kies voor 'droger' vlees en meer groente

Hoe meer vet er in het vlees zit, hoe meer het spettert en rookt. Hamburgers, worstjes en speklapjes zijn in feite kleine rookbommen. Kies liever voor magere opties zoals biefstuk, kipfilet, kalkoen of witvis. Daarnaast kun je de geuroverlast flink beperken door de verhouding vlees/groente om te draaien. Plakjes courgette, paprika, champignons en aubergine bakken vrijwel geurloos. Met een goede mandolineof groentesnijder maak je in een handomdraai dunne plakjes die snel gaar zijn, waardoor je minder lang hoeft te bakken.

Tip 4: Vervang die oude, bekraste pannetjes

Kijk voordat je begint eens kritisch naar je huidige gourmetstel. Zitten de pannetjes vol krassen en is de antiaanbaklaag versleten? Dan koekt je eten sneller aan, wat zorgt voor verbrandingsluchtjes die je de dag erna nog ruikt. Het is vaak helemaal niet nodig om een compleet nieuw apparaat te kopen; veel fabrikanten verkopen losse pannetjes of nieuwe bakplaten. Voor een paar tientjes bak je weer op een glad oppervlak, heb je minder olie nodig en ben je niet de hele avond bezig aangekoekte resten weg te schrapen.

Tip 5: Gebruik een gourmetstel met keramische coating

Ben je toch toe aan een heel nieuw apparaat? Let dan goed op de coating. Tegenwoordig zijn er gourmetstellen met een keramische bakplaat. Deze kunnen vaak hogere temperaturen aan zonder dat de laag beschadigt en ze zijn veel makkelijker schoon te maken.

Watch on YouTube

Zo ga je de strijd aan met de luchtjes in huis

Zelfs met de beste ingrediënten ontkom je niet aan enige baklucht. Gelukkig zijn er genoeg manieren om te voorkomen dat die geur permanent blijft hangen.

Tip 6: Zet een aromadiffuser aan

Een geurkaars maskeert de lucht vaak alleen maar, waardoor je een weeïge mengeling krijgt van lavendel en hamburger. Een betere optie is een elektrische aromadiffuser (ook wel vernevelaar genoemd). Dit apparaat verspreidt via koude waterdamp een constante, frisse geur naar keuze door de kamer, zonder dat er verbranding aan te pas komt. Kies voor essentiële oliën die bekend staan om hun verfrissende werking, zoals citroengras, eucalyptus of dennen. De waterdamp helpt bovendien meteen tegen de droge lucht in huis als de verwarming hoog staat.

Tip 7: Laat de luchtreiniger draaien

Misschien heb je er al eentje staan, en anders is dit het moment: de luchtreiniger. Let er bij aanschaf op dat het apparaat een koolstoffilter heeft, want alleen HEPA is niet genoeg voor kookluchtjes. Een koolstoffilter absorbeert gassen en geuren. Zet het apparaat niet pas aan als je naar bed gaat, maar laat hem al draaien zodra het gourmetstel aangaat. Heb je een modern exemplaar met een app? Zet hem dan alvast op de hoogste stand voordat de eerste walm ontstaat.

Tip 8: Ventileer flink

Ramen openzetten klinkt logisch, maar doe het wel slim. Eén raampje op een kier doet weinig. Je hebt trek nodig. Zet aan weerszijden van de woning een raam of rooster open zodat de luchtstroom de damp direct meeneemt. Vind je het te koud worden? Zet de verwarming gerust tijdelijk wat hoger; de kosten daarvan wegen niet op tegen de stomerijkosten van je gordijnen. Plaats eventueel een simpele tafelventilator in de buurt van het gourmetstel (niet erop gericht, maar richting het open raam) om de rook een handje te helpen de juiste kant op te gaan.

Tip 9: Azijn & koffie

Het is een klassieker uit grootmoeders tijd, maar hij werkt nog steeds: azijn neutraliseert. Je kunt bakjes azijn neerzetten, maar voor het zware werk kun je na het eten beter even een pannetje water met een flinke scheut schoonmaakazijn op het fornuis koken. Laat de afzuigkap uit en laat de damp door de kamer trekken. Vind je de azijnlucht zelf te heftig? Gooi er dan wat citroenschillen, een kaneelstokje of kruidnagel bij. Zo ruikt je huis direct weer naar winterse gezelligheid in plaats van naar een snackbar. Wat ook kan, is koffie. Zet na het eten een paar schaaltjes met gemalen koffie (snelfiltermaling) in de woonkamer. De koffie neutraliseert de zware baklucht en vervangt deze door een neutraal, aards aroma. Voor een nog sterker effect kun je wat koffiebonen op een warme onderzetter leggen; door de restwarmte verspreiden ze een subtiele geur die de gourmetlucht naar de achtergrond verdrijft.

Tip 10: Maak meteen met schoon

Het is verleidelijk om na het eten uit te buiken op de bank en de ravage te laten voor wat het is. Doe het niet. Zolang het gourmetstel vet en warm in de kamer staat, blijft het geur verspreiden. Haal direct na het eten een stuk keukenrol over de plaat. Gebruik daarna een sopje van afwasmiddel en warm water om de plaat en de tafel (want ja, vetnevel komt overal) af te nemen. Geloof ons, door hier na het eten even een paar minuten tijd voor vrij te maken, bespaar je jezelf de volgende ochtend een hoop gourmetluchtfrustratie!

▼ Volgende artikel
Slimme stekker voor kerstverlichting: hier moet je op letten
© detry26 - stock.adobe.com
Zekerheid & gemak

Slimme stekker voor kerstverlichting: hier moet je op letten

Er zijn weinig dingen zo gezellig als kerstverlichting. Maar laten we eerlijk zijn: elke avond achter de bank of onder de boom kruipen (🤬 naalden in je knieën) om de stekker eruit te trekken: kan dat niet handiger? Zeker wel: met een slimme stekker maak je in één klap je 'domme' lichtsnoeren slim.

In dit artikel

Kerstverlichting slim maken hoeft niet ingewikkeld te zijn. In dit artikel lees je waar je op let bij het kiezen van een slimme stekker voor de feestdagen, welke modellen in Nederland goed scoren en hoe je een handig tijdschema instelt. Ook leggen we uit wat wel en niet kan met slimme stekkers, bijvoorbeeld als je verlichting wilt laten meebewegen met muziek.

Lees ook: Slimme stekkers: welke modellen zijn echt zuinig?

Met een slimme stekker, ook wel smart plug genoemd, stuur je de kerstverlichting aan via je telefoon, stel je tijdschema's in of roep je simpelweg naar je slimme speaker dat de kerstboom aan moet. Maar waar moet je op letten bij de aanschaf en welke stekkers zijn nu echt handig voor die specifieke kerstsituatie? Wij leggen het uit.

Waar moet je op letten bij een slimme stekker voor kerst?

Niet elke slimme stekker is even geschikt voor de decembermaand. Het eerste waar je goed op moet letten is het formaat van de stekkerbehuizing. Kerstverlichting zit namelijk vaak met meerdere adapters en stekkers in één verdeeldoos. Veel oudere modellen slimme stekkers zijn vrij breed, waardoor ze onbedoeld de stopcontacten links en rechts ervan blokkeren. Zoek daarom specifiek naar een compact of smal ontwerp, zodat je geen kostbare stroompunten verliest rondom de kerstboom.

Daarnaast is de manier waarop de stekker verbinding maakt, het zogenaamde protocol, een belangrijke keuze. De meest laagdrempelige optie is een wifi-stekker. Deze werkt direct samen met je router zonder dat je extra kastjes nodig hebt, wat het ideaal maakt voor beginners. Heb je echter al slimme verlichting zoals Philips Hue of IKEA Tradfri, dan is een stekker met het Zigbee-protocol vaak slimmer. Deze stekkers vormen samen een eigen netwerkje, waardoor je wifi niet overbelast raakt als je veel lampjes ophangt. Tegenwoordig zie je ook steeds vaker 'Matter' op de verpakking staan; dit is de nieuwe standaard die garandeert dat de stekker moeiteloos samenwerkt met zowel Apple, Google als Amazon.

Vergeet ook de locatie van je verlichting niet. Wil je lampjes in de heg, aan de schutting of langs de gevel slim maken, gebruik dan nooit een binnenstekker. Voor buitengebruik is een model met een IP44-certificering nodig. Dat betekent dat de behuizing beschermd is tegen spatwater, zoals regen of opspattend water, en geschikt is voor normaal gebruik buitenshuis. Let wel op: IP44 is niet waterdicht. De stekker mag dus niet onder water liggen en ook niet langdurig in een plas staan. Een plek waar water kan blijven staan, bijvoorbeeld op de grond zonder goede afwatering, is daarom minder geschikt. Je kunt dan beter een stekker met IP65 of hoger kiezen.

Tot slot kan een slimme stekker waarbij je het energieverbruik kunt aflezen in de app (zoals de TP-Link Tapo P115)  een fijne extra optie zijn. Zeker oudere kerstverlichting kan ongemerkt veel stroom verbruiken. Een stekker die het verbruik meet, geeft je inzicht en helpt je grip te houden op de energierekening in december.

©ID.nl

Lees ook: Kerstsfeer in huis? Dit kun je allemaal met Philips Hue

Zo stel je het perfecte tijdschema in

Het grote voordeel van een slimme stekker is dat je hem één keer instelt en er vervolgens niet meer naar om hoeft te kijken. Maar wat is nu een handig schema? Wij raden aan om te werken met een schema dat gebaseerd is op jouw leefritme én de stand van de zon.

Een ideaal weekschema voor werkende mensen begint vaak 's ochtends vroeg. Stel de stekker zo in dat de kerstverlichting rond 06:30 of 07:00 uur aangaat. Er is niets fijner dan opstaan in een donker huis waar de kerstboom al gezellig staat te branden. Laat de verlichting automatisch weer uitgaan rond 09:00 uur, wanneer je naar je werk vertrekt of het daglicht fel genoeg is.

Voor de avondinstelling is de 'zonsondergang-functie' (astro-timer) de beste optie. Bijna elke app van slimme stekkers heeft deze functie. Hiermee gaan de lampjes automatisch aan zodra het buiten donker wordt, wat in december al rond 16:30 uur kan zijn. Zo kom je nooit thuis in een donker huis. Stel als eindtijd een vast moment in waarop je meestal naar bed gaat, bijvoorbeeld 23:30 uur. Zo voorkom je dat de boom de hele nacht stroom staat te verbruiken voor de kat of de inbrekers. Heb je vakantie? Gebruik dan een aangepast schema. Laat de verlichting bijvoorbeeld pas om 09:30 uur aanspringen (lekker uitslapen!), zet hem uit tussen 11:30 en 16:00 uur (wanneer je veel daglicht hebt), laat hem daarna weer aanspringen en stel in dat alles weer uitgaat wanneer jij naar bed gaat.

FAQ: Kan ik mijn kerstboom laten knipperen op Spotify-muziek?

Een veelgestelde vraag is of je met een slimme stekker je kerstverlichting kunt laten meebewegen op de maat van je favoriete kerstplaylist op Spotify. Het korte antwoord is: nee, dat is met een slimme stekker helaas niet mogelijk en zelfs af te raden.

Een slimme stekker is namelijk een mechanische schakelaar. Als je die heel snel achter elkaar aan en uit zou laten gaan om een 'disco-effect' te creëren, hoor je de stekker niet alleen constant klikken, maar zal hij door de slijtage ook binnen de kortste keren kapotgaan. Bovendien zit er vaak een kleine vertraging op het wifi-signaal, waardoor het licht nooit strak in de maat zou lopen.

Wil je toch een lichtshow op 'All I Want for Christmas is You'? Dan heb je geen slimme stekker nodig, maar slimme verlichting. Kijk hiervoor bijvoorbeeld naar de speciale kerstverlichting van het merk Twinkly of de Festavia-snoeren van Philips Hue. Deze systemen zijn digitaal en kunnen via hun app (en een koppeling met Spotify of de microfoon van je telefoon) wél vloeiend van kleur veranderen en knipperen op de beat, zonder dat er iets slijt. Gebruik de slimme stekker dus puur voor het aan- en uitzetten van je traditionele 'domme' verlichting.

Watch on YouTube

Koopgids: 5 slimme stekkers voor je kerstverlichting

Philips Hue Smart Plug: voor iedereen die al slimme lampen van Philips Hue in huis heeft, is de Philips Hue Smart Plug veruit de meest logische keuze. Deze stekker integreert naadloos met je bestaande Hue Bridge en app. Het grote voordeel hiervan is dat je kerstboom direct onderdeel wordt van je lichtscènes. Als je via je slimme speaker het commando geeft om de 'Kerstsfeer' te activeren, gaat zowel je boom als je normale sfeerlicht in de juiste dimstand aan. Hij werkt via Zigbee, maar ondersteunt ook bluetooth voor directe aansturing.

Lees ook: Review Philips Hue Bridge Pro: dé bridge voor de toekomst

TP-Link Tapo P115: als je zoekt naar een betaalbare en zeer compacte oplossing, dan is de TP-Link Tapo P115 een goede kandidaat. TP-Link staat bekend om betrouwbare smarthome-producten voor een zachte prijs en dit model is zo klein ontworpen dat hij in een stekkerdoos geen andere stopcontacten blokkeert. De stekker werkt direct op je wifi-netwerk, dus je hebt geen extra hub nodig. Een prettige bijkomstigheid is dat dit kleine apparaatje ook nog eens nauwkeurig je stroomverbruik meet via de bijbehorende app.

Hombli Smart Outdoor Socket: wie lampjes wil in de voortuin of op het balkon, kan niet om de Hombli Smart Outdoor Socket heen. Hombli is een Nederlands merk dat bekendstaat om gebruiksvriendelijkheid en deze stekker is speciaal gebouwd voor buiten. Hij is robuust, heeft een IP44-classificatie en een stevig klepje dat het stopcontact beschermt tegen vocht en vuil. Via de app stel je eenvoudig in dat de buitenverlichting automatisch aangaat bij zonsondergang en weer uitgaat wanneer jij naar bed gaat.

Innr Smart Plug (SP 240): wil je wel gebruikmaken van het stabiele Zigbee-netwerk, bijvoorbeeld in combinatie met een Homey of Hue Bridge, maar vind je de originele Philips-stekker aan de prijzige kant? Dan is de Innr Smart Plug het perfecte alternatief. Innr specialiseert zich in producten die compatibel zijn met grote systemen, maar dan voor een lagere prijs. De SP 240 is slank vormgegeven en werkt in vrijwel alle gevallen vlekkeloos samen met je bestaande Zigbee-setup. Let er wel op dat deze stekker, wanneer gekoppeld via de Hue Bridge, niet zichtbaar is in Apple HomeKit.

Eve Energy: voor de Apple-gebruiker die zijn hele huis bedient via de Woning-app op de iPhone, is de Eve Energy de beste keuze. Deze robuuste stekker ondersteunt de moderne standaarden Matter en Thread. Dit zorgt ervoor dat het apparaat razendsnel reageert en het bereik van je smarthome-netwerk vergroot zonder je wifi te belasten. Handig: de app geeft uiterst gedetailleerde grafieken over je stroomverbruik en de geschatte kosten. 

©Philips

Kerstverlichting

Vrolijke lichtjes in de tuin