ID.nl logo
Dit moet je weten over usb-aansluitingen
© Reshift Digital
Huis

Dit moet je weten over usb-aansluitingen

Usb, oftewel Universal Serial Bus, is ooit ontwikkeld om de complexe wereld van aansluitingen op je pc een stuk eenvoudiger te maken. In die missie is men nooit echt geslaagd, want usb zelf komt inmiddels ook in vele soorten en maten, en soms zijn zelfs kabels die identiek lijken, anders vanbinnen. Hoe weet je nu welke usb-aansluitingen je nodig hebt? Wij helpen je!

In een wereld vol technologie zou je denken dat het kiezen van een simpele usb-kabel makkelijk is. Niets is minder waar. Van USB-A tot USB-C en Thunderbolt, de keuze is enorm. Dit artikel is jouw kompas in de wirwar van usb-aansluitingen en -protocollen. We behandelen de volgende vragen:

  • Welke soorten usb-stekkers zijn er en hoe verschillen ze?
  • Wat zijn de technische specificaties achter elk usb-type?
  • Hoe ga je om met verloopkabels en docks zonder in te leveren op prestatie?

Lees ook:

Tip 01: Stekkers en protocol

Het idee achter usb was heel goed en dat is het eigenlijk nog steeds. Maar met een breed scala aan fabrikanten die hun eigen hardware produceren en diverse belangen hebben, is het onmogelijk om een one-size-fits-all oplossing te creëren. Het onderscheid tussen USB-kabels zit niet alleen in de fysieke aansluitingen, maar ook in het achterliggende protocol. Zo kun je bijvoorbeeld twee ogenschijnlijk identieke kabels hebben die in dezelfde poort passen. Maar de ene kan een USB 1-kabel zijn en de andere een USB 3-kabel, met een aanzienlijk snelheidsverschil. Dit voorbeeld illustreert hoe complex en verwarrend de wereld van USB inmiddels is geworden.

Tip 02: abc

We beginnen met de basis, namelijk de fysieke stekker die vastzit aan de usb-kabel. Tegenwoordig zijn er vooral drie verschillende soorten USB-stekkers, gebaseerd op hun vorm. Allereerst is er USB-A, een type dat iedereen wel kent omdat dit het deel is dat je in je computer plaatst, aan de voor- of achterkant. Aan het andere uiteinde van de kabel vind je waarschijnlijk een USB-B-stekker als het een printerkabel is, of een micro- of mini-USB als het om andere randapparatuur gaat. Een interessant weetje: USB-B is voornamelijk ontworpen om te voorkomen dat mensen thuis kabels hebben met twee USB-A-stekkers, die gebruikt zouden kunnen worden om twee pc's met elkaar te verbinden, wat niet zonder risico's is. Tot slot is er USB-C, een relatief nieuwe soort stekker en opnieuw een poging om USB meer universeel te maken. De stekker is een stuk kleiner dan USB-A en zo ontworpen dat er geen boven- of onderkant is. Daardoor kun je de stekker op geen enkele manier verkeerd in de poort steken.

©PXimport

Grofweg onderscheiden we drie soorten stekkers qua vorm: usb-a, usb-b en usb-c

-

Tip 03: 123

Naast de vorm van de stekkers, heeft usb ook te maken met protocollen, oftewel de gebruikte technologie. Net zoals twee auto's er hetzelfde uit kunnen zien maar toch anders presteren vanwege hun motor, geldt dat ook voor usb-technologie. De eerste versie, usb 1.0, zag het levenslicht in 1996 met een overdrachtssnelheid van 1,5 Mbit/s. Deze werd opgevolgd door usb 1.1 in 1998, met een verbeterde snelheid van 12 Mbit/s. In 2000 maakte usb 2.0 zijn debuut en bood een flinke sprong naar 480 Mbit/s. Usb 3.0 kwam in 2008 en leverde een snelheid van 4,8 Gbit/s, terwijl usb 3.1 uit 2013 de snelheid nog verder opvoerde naar 10 Gbit/s. De meest recente versie, uit 2017, haalt zelfs 16 Gbit/s. Klinkt overzichtelijk, maar er is een addertje onder het gras: behalve usb 3.1 gebruiken ze allemaal de basis usb-a stekker, vaak alleen te onderscheiden door een andere kleur. En omdat de zwakste schakel de prestaties bepaalt, is het potentieel van usb vaak onbenut gebleven.

Wat betreft stroomoverdracht hebben de verschillende usb-versies ook hun eigen specificaties. Usb 1.1 levert bijvoorbeeld 2,5 V spanning, met een stroomsterkte tot 0,5 A en een vermogen van 1,25 W. Usb 2.0 behoudt dezelfde stroomsterkte, maar levert 5 V en een vermogen van 2,5 W. In latere versies blijft het voltage stabiel op 5 V, maar usb 3.0 en 3.1 bieden een stroomsterkte van 0,9 A en een vermogen van 4,5 W. Wat je vooral moet onthouden: het aantal ampère bepaalt hoe snel een apparaat wordt opgeladen. En even voor de duidelijkheid: wattage is gelijk aan ampère vermenigvuldigd met volt. Dus als je het wattage en het voltage kent, kun je de ampère berekenen.

Tip 04: Micro en mini

Nu je weet dat er sprake is van usb 1.0, 2.0, 3.0 en 3.1, en a, b en c, maken we het nog wat ingewikkelder. Je hebt namelijk in tip 2 ook al kort micro en mini voorbij zien komen in combinatie met usb-a en usb-b. Micro-usb is de kleinste stekker uit de reeks. Je herkent deze aan de kleine, platte stekker die wel iets weg heeft van een hele kleine hdmi-kabel. In de meeste gevallen is een micro-usb-stekker usb-b. Usb-a komt in micro-vorm niet zo vaak voor. Mini-usb is ook een kleine stekker, maar dikker en smaller dan micro-usb. En mini-usb heeft eigenlijk altijd de vorm van usb-a. En dat maakt het nou soms zo nodeloos ingewikkeld: micro-usb en mini-usb zijn twee eigen categorieën met de onderverdeling a en b. Om hoofdpijn van te krijgen.

©PXimport

Tip 05: Thunderbolt

Thunderbolt is een type kabel die ontstaan is uit een samenwerking tussenAppleen Intel. Thunderbolt werd ooit ontworpen om usb van de kaart te vegen als universele aansluiting. Dat is niet gelukt, maar thunderbolt is wel vier keer zo snel als usb 3.0, waardoor er een gegevensoverdracht van 40 Gbit/s mogelijk is. Dat we een uitstapje naar thunderbolt maken, komt omdat thunderbolt 3 gebruikmaakt van de usb-c-stekker. Dat lijkt een fantastische ontwikkeling, ware het niet dat niet alle usb-c-poorten thunderbolt 3 ondersteunen. Dat moet specifiek zijn aangegeven, met het pictogram van een bliksemschicht. Belangrijk daarbij is dat het gaat om het thunderbolt-protocol en niet over de thunderbolt-stekker. Een thunderbolt-1 of -2-stekker past gewoon simpelweg niet in een usb-c-poort.

©PXimport

Tip 06: Verloopkabel/docks

Het is geruststellend dat er voor elke aansluiting op je pc of randapparatuur wel een verloopkabel beschikbaar is, waardoor je verschillende apparaten met elkaar kunt koppelen. Maar let wel op de technische beperkingen van de protocollen waarmee je werkt. Bijvoorbeeld, als je een USB-C schijf via een verloopkabel op een USB-A poort aansluit, zal de datatransfer niet sneller zijn dan wat USB-A kan bieden. Dit geldt ook voor docking stations. Je kunt een dock met USB-C poorten wel aan een laptop koppelen die enkel USB-A heeft, maar de hoge snelheden van USB-C bereik je dan niet. Daarnaast heeft de introductie van USB-C de zaken nog gecompliceerder gemaakt. Zelfs als je een USB-C kabel in een USB-C poort steekt, is het geen garantie dat je alle functies kunt gebruiken die de aansluiting of het apparaat biedt. Er zijn namelijk ook nog verschillende modi binnen de diverse typen en protocollen. Kortom, het is verbazingwekkend hoe ingewikkeld het allemaal is geworden.

©PXimport

Tip 07: Alt Mode

Om door te gaan op die verschillende modi van usb-c, Alt Mode is er daar een van. Dat bestaat uit HDMI Alt Mode en DP Alt Mode. Kort door de bocht: HDMI Alt Mode wordt gebruikt om hdmi-signalen over de usb-c-connector te sturen zonder dat er een converter nodig is om het signaal om te zetten. DP Alt Mode, oftewel DisplayPort Alt Mode, maakt het mogelijk om displayport-apparatuur aan te sluiten via usb.

Wat het in feite inhoudt, is dat computerfabrikanten hun desktops en laptops niet meer hoeven uit te rusten met specifieke hdmi- en dp-poorten, maar dat alles gewoon via usb verloopt en de modus ervoor zorgt dat het signaal op juiste wijze afgeleverd wordt. Echter, en je voelt hem al aankomen, niet alle usb-c-poorten ondersteunen Alt Mode. Een laptop of desktop met een usb-c-poort die thunderbolt ondersteunt, ondersteunt ook Alt Mode. Hetzelfde geldt voor usb-c 3.1-generatie 2 (ja, er is dus ook nog eens een tweede generatie), maar als je wilt weten of Alt Mode ondersteund wordt, kijk dan gewoon bij de specificaties van de usb-poort.

©PXimport

Tip 08: Power Delivery

We zien steeds meer laptops die geen specifieke oplaadaansluiting lijken te hebben, maar die gewoon kunnen worden opgeladen via de usb-c-poort. Lijkt, want in werkelijkheid kun je een laptop niet zomaar opladen via een willekeurige usb-c-poort. Hiervoor is het namelijk belangrijk dat de usb-c-poort (en het apparaat dat je gebruikt om de laptop mee op te laden) pd ondersteunt, hetgeen staat voor Power Delivery. Een standaard usb-c-poort zal maximaal 3 ampère verwerken met een maximum van 5 volt, maar met Power Delivery spreken de usb-poort en het apparaat dat daarop is aangesloten (de oplader) samen af hoeveel stroom er door de kabel mag gaan. Een usb-c-poort met Power Delivery, kan tot 5 ampère verwerken met een maximum van 20 volt. Met Power Delivery kun je een apparaat dus veel sneller opladen. Al kleeft daar ook een flink risico aan, waarover je meer leest in de volgende tip.

©PXimport

In werkelijkheid kun je een laptop niet zomaar opladen via een willekeurige usb-c-poort

-

Tip 09: Weerstand

Je hebt misschien gehoord dat de zwakste verbinding in een kabelsysteem de baas is. Maar met de introductie van usb-c is er een nieuwe uitdaging: het risico op beschadiging van zowel je computer als aangesloten apparaten. Een goede usb-c naar usb-a verloopkabel bevat een kleine ingebouwde weerstand, meestal 56K ohm. Deze weerstand, samen met andere hardware, zorgt ervoor dat je externe apparaat nooit meer stroom vraagt dan je computerpoort kan leveren. Als je echter een goedkope kabel zonder weerstand kiest, loop je het risico dat een aangesloten smartphone bijvoorbeeld 3 ampère vraagt, terwijl je laptop maar 2 ampère kan leveren. Het resultaat? Onherstelbare schade aan je hardware. Het internet staat inmiddels vol met verhalen van mensen die op deze manier voor duizenden euro’s aan schade hebben opgelopen.

©PXimport

Tip 10: Usb IF-certificatie

Hoe kun je zeker weten dat je een veilige en kwalitatieve kabel in handen hebt? Het vermijden van goedkope aanbieders uit het buitenland is een eerste stap. Maar ook bij bekende merken kunnen problemen voorkomen. Het voordeel is wel dat je bij een gerenommeerd merk vaak terechtkunt met een klacht als je hardware beschadigt raakt. Gelukkig is er tegenwoordig een keurmerk dat helpt: zoek naar het USB IF-logo wanneer je een kabel aanschaft. IF staat voor Implementers Forum, een non-profitorganisatie die USB-technologie promoot en ondersteunt. Een kabel met dit keurmerk voldoet niet alleen aan veiligheidseisen, maar geeft ook duidelijk aan welke functies en protocollen worden ondersteund. Dit kan op de lange termijn bijdragen aan het verminderen van de complexiteit rondom USB-kabels.

©PXimport

Kooptips

Normaliter noemen we altijd een paar voorbeelden van producten die het overwegen waard zijn, maar kooptips op het gebied van usb-kabels is natuurlijk net even iets anders. We hebben daarom drie soorten handige kabels uitgelicht.

Soort: Samsung Usb A naar Usb C Kabel

Prijs: € 16,99 We stipten in dit artikel al even aan wat het risico is van het aansluiten van de verkeerde usb-c-verloopkabel. Bespaar daarom niet op zo’n kabel en koop er eentje van een gerenommeerd merk, zoals deze van Samsung.

©PXimport

Soort: Apple Thunderbolt 3 Kabel 0,8 m

Prijs: € 45,- Vijfenveertig euro voor een kabel? Tja, het is wel een Apple-product natuurlijk. Er zijn ook kopieën van andere merken, maar die zijn niet eens zo heel veel goedkoper. Als je de allerhoogste snelheid uit je laptop en opslagapparaat wilt halen (en deze ondersteunen beide thunderbolt), dan raden we je aan om in deze kabel te investeren.

Soort: Hyper USB-C Adapter Met Thunderbolt 3

Prijs: € 91,99 Je kunt investeren in verloopkabeltjes voor je MacBook, maar we adviseren je om in zo’n geval te gaan voor een dock. Er zijn diverse docks verkrijgbaar, elk met een eigen set aan poorten, zoals deze dock met hdmi, usb-c én usb 3. Er zijn ook docks verkrijgbaar voor andere modellen laptops.

©PXimport

Op het punt om een nieuwe laptop te kopen? Weet waar je op moet letten om niet opgelicht te worden. Kijk onze video om veilig je aankoop te doen.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Review Eufycam S4 – Meest flexibele en uitgebreide camerasysteem
© Wesley Akkerman
Zekerheid & gemak

Review Eufycam S4 – Meest flexibele en uitgebreide camerasysteem

In de basis lijkt de Eufycam S4 op de eerder gelanceerde Eufycam S4 Max. Maar dit nieuwe camerasysteem biedt een groot voordeel: je hebt geen kabels nodig. Stroom krijg je via een zonnepaneeltje, terwijl de data draadloos via wifi geregeld wordt. Dat mag wat kosten: de set met twee cameramodules en de Homebase 3 kost 699 euro.

Fantastisch
Conclusie

Laten we er niet omheen draaien: de prijs is vrij fors. Maar wat ons betreft is het pakket dat wel waard dankzij het geavanceerde dual-camerasysteem. Je bent daarnaast niet gebonden aan één opslagmethode of een cloudopslagdienst, en kunt op de langere termijn kosten besparen. Ook heb je dankzij de zonnepanelen en de oplaadbare accu's niets te maken met ingewikkelde kabels, waardoor je de S4 echt ophangt waar je maar wilt. Verder is 24/7 opnemen gewoon een optie. De aanpasbaarheid in opslag, stroom en functies maakt het daarom een waardevolle investering.

Plus- en minpunten
  • Geavanceerd dual-camerasysteem
  • Goede beeld- en geluidskwaliteit
  • Vier soorten herkenning
  • Toegankelijke applicatie
  • Geen cloudopslagdienst nodig
  • Uitgebreid, flexibel, aanpasbaar
  • Opties voor energiebeheer
  • Forse aanschafprijs

De EufyCam S4 combineert twee camera's in één behuizing voor uitgebreide buitenbeveiliging. Bovenaan zit een vaste 4K-groothoeklens (van 130 graden) die continu een breed gebied overziet. Zodra die camera een gebeurtenis detecteert, geeft hij een signaal aan de onderste camera. Dat is een pan-tilt-zoomlens (PTZ) die 360 graden kan draaien en tot 8x kan inzoomen. De PTZ-camera volgt het bewegende doelwit automatisch, waardoor de Eufycam S4 zowel een goed overzicht als gedetailleerde ingezoomde tracking biedt.

Het systeem werkt daarnaast zelfstandig via wifi, maar je kunt het ook koppelen aan de Homebase 3. Zonder HomeBase kun je de beelden lokaal opslaan op de 32 GB aan interne opslagruimte of een microSD-kaart van 256 GB. De Homebase breidt die optie uit tot 16 TB (via een los te kopen harde schijf) en is daarnaast het slimme brein dankzij Bionic Mind AI. Die lokale AI zorgt voor snelle gezichtsherkenning en onderscheidt mensen, voertuigen en huisdieren. Ook kan het de beelden van meerdere camera's aan elkaar koppelen binnen hetzelfde netwerk.

©Wesley Akkerman

Op de bovenkant kun je het zonnepaneel monteren. Achterop zit de accu, die je eruit kunt halen om op te laden.

Stroomtoevoer geen obstakel

Standaard werkt de Eufycam S4 op een accu en neemt hij alleen op bij detectie. In het pakket dat wij testen zit standaard een zonnepaneel van 5,5 watt. Als dat één uur zonlicht vangt, kan de gekoppelde camera (via het enige draadje dat je nodig hebt) een dag draaien. Je kunt het paneel direct op de camera bevestigen, maar ook om een hoekje plaatsen als daar meer zonlicht is. Daar is de kabel lang genoeg voor. Wil je 24/7 opnemen? Ook geen probleem, maar in dat geval moet je wél kabels gaan trekken. Dan moet de S4 namelijk altijd aan kunnen staan.

Het mooie aan de accu van de Eufycam S4 is dat de fabrikant die zo flexibel mogelijk inrichtte. Niet alleen kun je de camera gewoon met een normale usb-c-kabel opladen (als er even geen zonlicht is), ook kun je de batterij uit de behuizing halen. Daar zit namelijk ook een usb-c-poort op, waardoor je het systeem niet helemaal uit elkaar hoeft te halen als de accu leeg is. Ook handig: zodra de batterij achteruitgaat, kun je die dus heel gemakkelijk vervangen (tenminste, voor zolang Eufy die los aanbiedt, maar dat zal voorlopig nog wel even het geval zijn).

©Wesley Akkerman

De Homebase 3 (S380) waarmee je veel AI-functies ontgrendelt en de lokale opslag tot 16 TB kunt uitbreiden.

Indringers afschrikken

Houd er overigens rekening mee dat je de Eufycam S4 wel echt op zijn plek zult moeten monteren. Daarbij moet ook worden geboord; geen nadeel, maar wel een kanttekening. De Eufy-app leidt je daarna soepel door de installatie. Voor detectie gebruikt de camera een combinatie van radar en een passieve infraroodsensor (PIR), wat nauwkeuriger is en zelfs afstand kan meten. Om indringers af te schrikken, is de IP65-weerbestendige camera uitgerust met felle ledlampen (voor nachtzicht in kleur), een luide 105dB-sirene en rood-blauwe waarschuwingslichten.

Hoewel de Eufycam S4 automatisch werkt, kun je gelukkig ook een hoop dingen zelf aansturen via de app. Zo kun je de kantel- en draaicamera zelf met pijltjestoetsen bedienen als je iets niet vertrouwt en thuis of buitenshuis even iets wilt controleren. Ook kun je het alarm en de lampen aanzetten wanneer je dat nodig acht. Verder kun je van alles instellen via de overzichtelijke app, zoals privacyschermen, het gebied waarin de camera bewegingen meeneemt, antidiefstaldetectie, activiteitenzones en zowel energie- als videobeheer.

©Wesley Akkerman

De camera's nemen overdag en 's avonds in kleur op. In het middelste screenshot zie je de directe bediening.

Eufycam S4 kopen?

Uit onze praktijkervaring blijkt dat de Eufycam S4 precies doet wat hij belooft. Zodra er een persoon wordt geregistreerd, volgen de camera's onderop de beweging totdat die persoon uit beeld is. Dat gaat moeiteloos en geruisloos (ook niet geheel onbelangrijk). Je krijgt hier bovendien op tijd melding van en via de app kun je alle beelden in haarscherpe kwaliteit en met voldoende kleur volgen. Je moet de camera's wel wat hoger ophangen, aangezien hij stopt met volgen zodra het onderwerp binnen één meter afstand is. Doe je dat niet, dan creëer je als het ware een dode hoek.

De prijs is fors, maar wat ons betreft is het pakket dat bedrag wel waard dankzij het geavanceerde dual-camerasysteem. Je bent daarnaast niet gebonden aan één opslagmethode of een cloudopslagdienst, en kunt op de langere termijn kosten besparen. Daarnaast heb je dankzij de zonnepanelen en de oplaadbare accu's niets te maken met bekabeling, waardoor je de S4 echt ophangt waar je maar wilt. Verder is 24/7 opnemen gewoon een optie. De aanpasbaarheid in opslag, stroom en functies maakt het daarom een waardevolle investering.

▼ Volgende artikel
Review Samsung The Frame Pro – Hoeveel beter is de Pro-versie écht?
© Samsung
Huis

Review Samsung The Frame Pro – Hoeveel beter is de Pro-versie écht?

Lifestyle-tv's zijn populair en Samsung weet dat als geen ander. The Frame, een tv die ook dienstdoet als kunstkader, is een succes. Nu ook Hisense en TCL een gelijkwaardig concept op de markt hebben, heeft de Koreaanse fabrikant een verbeterde versie klaarstaan.

Goed
Energy label
Conclusie

The Frame Pro is ideaal als stijlvolle muur-tv dankzij het matte scherm en de draadloze One Connect Box. De helderheid en kleur zijn verbeterd, maar het contrast blijft wat teleurstellen. Gamers moeten rekening houden met extra input-lag via de One Connect Box; de micro-HDMI is beter, maar minder praktisch. De tv oogt het mooist met heldere content en heeft een complete smart-omgeving. Wel is hij duidelijk duurder dan de gewone The Frame.

Plus- en minpunten
  • Mat scherm weert reflecties
  • Goede piekhelderheid, degelijk contrast
  • Slank design, verwisselbaar kader
  • Wandbeugel én voet bijgeleverd
  • Wireless One Connect Box
  • Goede beeldverwerking
  • Vijf HDMI 2.1-aansluitingen en gaming-features
  • One UI/Tizen smart-tv met zeven jaar updates
  • Apple AirPlay 2 en Google Cast
  • Ingebouwde Art Store
  • Lokale dimming levert beperkte verbetering
  • Matige geluidskwaliteit
  • Geen ondersteuning voor Dolby Vision of DTS-audio
  • Hogere input-lag via de draadloze One Connect Box
  • Prijzig
Samsung QE65LS03F The Frame Pro

Prijs: 1899 euro
Wat: Ultra HD 4K, 144 Hz, Edge QLED LCD-tv met lokale dimming
Schermformaat: 65 inch (139 cm)
Aansluitingen: 5x HDMI (5x v2.1 (48 Gbit/s), eARC, ALLM, VRR, 4K144), 2x usb, 1x usb-C, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, bluetooth, ethernet, wifi 5 (802.11ac), wireless One Connect Box
Extra’s: HDR10, HLG, HDR10+ Adaptive, One UI Tizen 9, AirPlay 2, Google Cast, usb/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, dual tuner, CI+-slot, NQ4 AI Gen3-processor, Art Store, verwisselbaar kader
Afmetingen: 1457 x 867 x 257 mm (incl. voet)
Gewicht: 22 kg (incl. voet)
Energieverbruik: SDR 112 kWh/1000h (F) / HDR 211 kWh/1000h (G)

Het kader aan de muur

The Frame Pro is expliciet ontworpen om aan de muur te hangen. De rug is immers helemaal vlak, en een superslanke muurbeugel is inbegrepen. Het ontwerp oogt als een minimalistisch kunstwerk, met een smal zwart frame rond het beeld. Met behulp van een magnetisch kader dat over het zwarte frame gaat, geef je de behuizing een witte of houtkleurige uitstraling. Een teakhouten kader wordt overigens meegeleverd.

Zet je de tv toch liever op een tv-meubel, dan hoef je daar geen extra spullen voor aan te schaffen; er zitten namelijk ook voetjes in de doos. De bevestiging aan het toestel is schroefloos en kan in twee posities: een hoge of lage bevestiging, zodat je eventueel een soundbar onder het scherm kunt plaatsen. De stabiliteit van de plastic voetjes laat wel iets te wensen over; bij zijdelingse druk is er duidelijk beweging merkbaar.

©Samsung

Aansluitingen

De One Connect Box is al jaren een kernonderdeel van het The Frame-concept: alle aansluitingen zitten in een externe unit, zodat er naar de tv zelf slechts één dunne kabel loopt. Bij The Frame Pro is dat idee verder doorgetrokken. De verbinding tussen de tv en de One Connect Box verloopt nu draadloos, waardoor je alleen nog een stroomkabel naar het scherm hoeft te leiden, en die laat zich doorgaans vrij gemakkelijk wegwerken. In de draadloze Connect Box vind je vier HDMI 2.1-poorten, twee usb-poorten, ethernet, wifi 5, bluetooth, een optische uitgang en een DVB-T2/C/S2-tuner met CI+-slot. Samsung claimt een draadloos bereik tot 10 meter zonder kwaliteitsverlies; in onze test ging 6 meter inderdaad probleemloos. Een stevige muur ertussen zorgde echter af en toe voor korte beelduitval.

Voor gamers is het een gemengd verhaal. De HDMI-poorten ondersteunen 4K144, ALLM en VRR (HDMI VRR, AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync compatible), en poort 3 biedt ARC/eARC. Maar de draadloze verbinding zorgt wel voor extra vertraging: in 4K60 zagen we een input-lag van zo'n 40 à 45 ms. Om dat te omzeilen heeft Samsung op de tv zelf een micro-HDMI-aansluiting geplaatst die dezelfde gamefuncties ondersteunt. Daarmee daalde de input-lag naar 13,5 ms bij 4K60 (en 8,5 ms bij 2K120). Niet heel elegant, maar wel effectief. Daarnaast zit er op de tv ook nog een usb-c-poort, bedoeld voor bijvoorbeeld een webcam.

Lees ook: Review Samsung QE55LS03B The Frame – Kunstwerk én tv

De One UI/Tizen smart-tv

Eén ding moet je Samsung nageven: ze leveren een indrukwekkende hoeveelheid functies in hun smart-tv-omgeving. Dat vereist wel een goede organisatie, maar die heeft Samsung ondertussen wel onder de knie. Het startscherm toont alles wat met tv-kijken en streaming te maken heeft. Centraal in beeld vind je de laatst gespeelde bron en aanbevelingen (uit Samsung TV Plus). Onderaan staat een rij met favoriete apps die je naar voorkeur kunt ordenen en aanpassen. Je kunt ook live-tv en HDMI-ingangen in deze rij plaatsen. Scrol verder naar beneden en je vindt rijen met aanbevelingen per app. Verwijder je een app uit de rij met favorieten, dan verdwijnt ook de rij met aanbevelingen uit die app.

Naast een erg ruim app-aanbod ondersteunt deze Samsung ook AirPlay 2 en Google Cast. Via de pictogrammen links op het startscherm kun je naar Daily+ navigeren, waar je alle functies vindt die minder met tv-kijken te maken hebben. Denk aan SmartThings (de IoT-omgeving), Workspace (allerlei functies voor computergerelateerd werk op de televisie), Philips Hue, Samsung Food en Fitness-apps. De Art-sectie bespreken we verderop.

De afstandsbediening is de vertrouwde Samsung-remote, maar deze keer in het wit. Hij is klein en eenvoudig vormgegeven, met een ingebouwde oplaadbare batterij en een fotovoltaïsch paneel aan de achterkant. Leg je hem met dat paneel naar boven, dan laadt hij vanzelf op via omgevingslicht. Voor een snellere laadbeurt is er ook een usb-c-poort aanwezig. De toetsen voelen prettig aan en hebben een lichte, precieze aanslag. Door het beperkte aantal knoppen is de bediening snel te doorgronden. De instellingenknop linksboven opent niet alleen het instellingenmenu, maar ook de kleur- en nummertoetsen.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Kunst in overvloed

Om de kunstfunctie waar te maken, biedt Samsung sinds de eerste generatie van The Frame een eigen kunst-app. Navigeer op het startscherm naar links en open daar de Art-sectie. Je krijgt toegang tot meer dan 3000 kunstwerken, afkomstig uit grote musea en uiteenlopende collecties, van klassieke meesters tot moderne kunst en fotografie. Toegang tot de volledige Art Store kost 4,99 euro per maand, al zijn de eerste drie maanden gratis. Wie niet wil betalen, kan gebruikmaken van het gratis aanbod Art Streams, met elke maand dertig nieuwe werken rond een thema. Daarnaast zijn er nog andere opties: zo kun je je eigen foto's tonen met behulp van vooraf gemaakte sjablonen. The Frame Pro functioneert op die manier als een fraai digitaal fotokader. Wie iets speelsers wil, kan kiezen voor AI-gegenereerde kunst: selecteer een aantal sleutelwoorden uit een vaste lijst en de tv genereert een passend beeld.

De SmartThings-app is daarbij een handige aanvulling, vooral om door de Art Store te bladeren. Je kunt sorteren op artiest, genre, medium, kleur, museum, thema of populariteit. Via de instellingen pas je bovendien het gedrag van de Art Mode aan. Zo kun je helderheid en kleurtemperatuur finetunen en instellen hoe de tv omgaat met de ingebouwde bewegings- en lichtsensor. De Art Mode schakelt automatisch uit wanneer er geen beweging wordt gedetecteerd of het licht wegvalt. Dat is zinvol, want de Art Mode verbruikt nog steeds stroom, doorgaans tussen de 60 en 90 watt.

Mat scherm oogt als papier

Een van de grootste troeven van The Frame Pro is het matte scherm. Dat heeft twee duidelijke voordelen. Allereerst heb je nauwelijks last van reflecties. Zwakke lichtbronnen verdwijnen bijna volledig en zelfs fel of direct licht wordt sterk verzacht en uitgesmeerd. Daardoor blijft het beeld goed zichtbaar in ruimtes waar gewone tv's snel hinder ondervinden. Daarnaast versterkt het matte scherm de kunstbeleving. Het beeld oogt minder als een helder, glimmend display en meer als papier, wat vooral bij klassieke kunst heel mooi werkt. Er is wel een keerzijde: een mat scherm drukt het contrast iets. En precies daar komen we uit bij het volgende punt.

©Samsung

Beeldkwaliteit

De meest opvallende verbetering van The Frame Pro is de overstap naar Neo QLED-achtergrondverlichting. In theorie levert dat niet alleen rijkere kleuren op dankzij de Quantum Dots, maar ook beter contrast door local dimming. In de praktijk blijkt die uitvoering echter beperkt: Samsung gebruikt edge-ledverlichting, waarbij de leds alleen langs de onderrand van het scherm zitten. De local dimming werkt daardoor alleen in 24 verticale kolommen. Dat is beduidend minder verfijnd dan echte full-array local dimming.

Het VA-paneel zelf heeft een behoorlijk eigen contrast van ongeveer 4.500:1. Maar omdat de dimming slechts in kolommen werkt, kan de tv dat contrast in testpatronen nauwelijks verbeteren. Dat zie je terug in films: de zwarte balken boven en onder het beeld blijven zichtbaar grijs, donkere scènes worden nooit echt diepzwart en heldere details – zoals sterren – kunnen plaatselijke halo's veroorzaken. Met andere woorden: op het gebied van contrast is de vooruitgang beperkt.

Op helderheid scoort de The Frame Pro wél merkbaar beter. In Filmmaker Mode (HDR) haalt hij een piek van 926 nits op een venster van 10% en ongeveer 697 nits op een volledig wit scherm. Dat is een forse stap vooruit ten opzichte van de vorige The Frame, die rond de 500 nits bleef hangen. De Quantum Dots leveren bovendien een breed kleurbereik van 94% P3. De kalibratie in Filmmaker Mode is over het algemeen uitstekend, al ogen sommige tinten wat te helder en verliezen ze daardoor nuance. Bij SDR presteert The Frame Pro eveneens goed, al kunnen rode tinten en huidkleuren soms wat flets overkomen. In zowel SDR als HDR blijft het zwartdetail wel netjes behouden. 

©Samsung

Zeer goede beeldverwerking, matige audio

The Frame Pro maakt gebruik van dezelfde rekenmodule als topmodel S95F: de NQ4 AI Gen3-processor. Die levert zichtbaar mooie resultaten, met goede deinterlacing, sterke ruisonderdrukking en nette upscaling. De bewegingsscherpte van het paneel zelf is echter wat beperkt, waardoor snelle voorwerpen soms een lichte dubbele rand krijgen. Motion interpolation werkt wel overtuigend; de processor grijpt snel en meestal correct in, zonder opvallende artefacten. De AI-modus kun je beter uitgeschakeld laten; die zorgt zelden voor een aantrekkelijk beeld.

Ondanks het slanke ontwerp heeft Samsung een 2.0.2-audiosysteem met 40 watt vermogen ingebouwd. Dat klinkt op papier aardig, maar in de praktijk ontbreekt vooral bas, waardoor muziek aan warmte en body verliest. De hoogtekanalen voegen weinig toe en het surround-effect blijft mager, zelfs met Dolby Atmos-bronnen. Voor dagelijks tv-kijken zijn de dialogen helder genoeg, maar wie ook muziek of films met impact wil horen, ontkomt eigenlijk niet aan een soundbar.

Conclusie

Als lifestyle-tv blijft The Frame Pro een aantrekkelijke keuze met een paar duidelijke troeven. Het matte scherm geeft kunst een overtuigende, bijna papieren uitstraling en houdt hinderlijke reflecties goed tegen. De draadloze One Connect Box maakt ophangen aan de muur bovendien bijzonder eenvoudig.

De stap vooruit ten opzichte van de gewone The Frame zit vooral in helderheid en kleurweergave. Het contrast blijft echter achter, en dat is jammer: een sterker zwartniveau had The Frame Pro echt naar een hoger niveau getild. Voor gamers is dit toestel ook niet ideaal: de draadloze verbinding zorgt voor merkbare input-lag. De micro-HDMI-poort op de tv zelf biedt wel een snellere optie, maar is minder praktisch.

De tv komt het best tot zijn recht met heldere beelden en kunstweergave. De kalibratie en beeldverwerking zijn uitstekend, en de Tizen-interface biedt een ruim app-aanbod, inclusief AirPlay 2 en Google Cast. Het prijskaartje blijft wel aan de hoge kant; je betaalt duidelijk extra voor de lifestyle-uitstraling.