ID.nl logo
Wat zijn fotonische chips?
© PXimport
Huis

Wat zijn fotonische chips?

Decennialang werden computers sneller, omdat de componenten op de chips steeds kleiner werden. Maar nu de grenzen van het mogelijke in zicht komen, wenden chipontwerpers zich tot de fotonica. Deze technologie belooft niet alleen enorme energiebesparing, maar mogelijk ook werkelijk bruikbare kwantumcomputers. Wat zijn fotonische chips precies?

“Er bestaat geen reden waarom iedereen thuis een computer zou willen hebben.” Ken Olsen, medeoprichter van het computerbedrijf Digital Equipment Corporation, sprak deze woorden in 1977. En hij had gelijk, want destijds hadden de meeste mensen niets aan zo’n ding. Pas na zo’n vijftien jaar werden pc’s gemeengoed in huishoudens en wat later kwamen de mobiele telefoon en zijn opvolger de smartphone op. Op een enkele hoogbejaarde na heeft iedereen inmiddels altijd zo’n zakcomputer bij de hand. Vergeleken met de computers uit de jaren 70 zijn dat formidabele apparaten. Wanneer je toen voorspeld zou hebben dat iedereen met een snoerloos plankje zou kunnen filmen, navigeren, beeldbellen en betalen en dat we er in permanent contact met bekenden mee zouden staan, dan zou dat louter meewarige blikken hebben uitgelokt.

Kwantummechanische wetten

Een minicomputer die alles kan en waar je zelfs mondelinge vragen aan kunt stellen, moet wel een enorm geoptimaliseerd apparaat zijn. Dat is inderdaad het geval. Smartphones zouden niet mogelijk zijn zonder uiterst compacte componenten, waaronder vooral de microprocessor. De allereerste processor, de Intel 4004 uit 1971, telde 2300 transistors. Tegenwoordig is 15 miljard geen uitzondering. De kloksnelheid bedroeg 740 kilohertz, oftewel zo’n 4000 keer trager dan wat tegenwoordig de norm is. En met 10 micrometer waren de transistors op deze oerchip ook nog eens zo’n 1000 tot 2000 keer groter dan de 10- of 5-nanometer-componenten op de huidige chips.

Hoe fantastisch ook, dit feest kan volgens veel deskundigen niet eeuwig doorgaan. Chips zijn gemaakt van silicium. Een siliciumatoom heeft een doorsnee van ruwweg 0,2 nanometer. De grenzen van de miniaturisering zijn dus in zicht. Daar komt bij dat elektronen, die de dragers van informatie zijn in deze transistors, op deze schaal grillig gedrag vertonen. De kwantummechanische wetten die het gedrag van elementaire deeltjes beschrijven, staan toe dat elektronen zich plotseling op een andere plek bevinden of zelfs op twee plekken tegelijk. Uiteraard is dit niet best voor de stabiliteit van een chip.

©PXimport

System on a chip

Volgens pessimisten komt hiermee een einde aan de Wet van Moore, de vuistregel dat het aantal transistors op een chip pakweg elke twee jaar verdubbelt. Nieuwe processors, zo vrezen ze, zullen niet meer de spectaculaire prestatiesprongen laten zien waaraan we gewend en verslaafd zijn geraakt. Nu zijn ontwerpers van chips gelukkig niet voor één gat te vangen. Het succes van de smartphone is gebaseerd op de uitvinding van de ‘system on a chip’, oftewel SoC. Door de processor, de grafische processor, het werkgeheugen en andere vitale onderdelen op één chip samen te brengen, kan flink wat ruimte en energie worden bespaard. Een laag energieverbruik is essentieel in mobiele apparaten: de accu raakt minder snel leeg en er hoeft minder warmte te worden afgevoerd. Traditionele laptopprocessors, zoals die van Intel, worden bij intensieve taken zo heet dat de chip zelfs bij een loeiende ventilator zijn kloksnelheid moet terugschakelen. SoC’s, zoals de M1-chip in de nieuwste laptops van Apple, blijven dermate koel dat een ventilator meer luxe dan noodzaak is. De nieuwste MacBook Air bevat er dan ook geen.

De regel dat het aantal transistors elke twee jaar verdubbelt, gaat niet zo lang meer mee

-

Geen vreemde eend

Maar hoe slim ook ontworpen, ook SoC’s lopen tegen de grenzen van de miniaturisering aan. Daarom beginnen chipontwerpers aan het fundamentele karakter van de traditionele siliciumchip te morrelen. Zoals we al zagen, is een chip een apparaat waarin groepjes elektronen heen en weer geschoven worden. Dat zijn elementaire deeltjes met een massa en een elektrische lading. Ze zijn daardoor gemakkelijk te manipuleren. Maar wanneer ze bewegen, warmen ze hun omgeving op. Er bestaat ook een deeltje dat dit nadeel niet heeft: het foton. Dit deeltje, feitelijk het kwantum van het elektromagnetische veld, is bepaald geen vreemde bijt in de ICT-industrie. Het wordt al jaren gebruikt om data te verzenden door glasvezelkabels en ook LiDAR berust op het uitzenden en opvangen van fotonen. Maar zodra deze deeltjes in een computer aankomen, geven ze het estafettestokje door aan elektronen, zodat er bewerkingen op kunnen worden uitgevoerd. Het onderzoeksveld dat zich met deze wisselwerking tussen fotonen en elektronen bezig houdt, wordt fotonica genoemd.

©PXimport

Grofstoffelijk

Fotonen kunnen dus worden gebruikt om data te verzenden en de omgeving te scannen, maar vooralsnog niet om te rekenen. Dat is teleurstellend, want fotonische schakelingen zijn in theorie ontzettend snel en erg energiezuinig.

Martijn Heck is sinds 2020 hoogleraar fotonica aan de Technische Universiteit Eindhoven, na eerder werkzaam te zijn geweest aan de Universiteit van Aarhus in Denemarken, waar hij in 2013 de Photonic Integrated Circuits-groep oprichtte. Het probleem met fotonica, zo zegt hij, is dat het niet schaalt. Het is vooralsnog dus onmogelijk fotonische schakelingen te maken die even klein zijn als elektronische transistors. Alleen al om die reden zal fotonica niet de transistor vervangen, aldus Heck tijdens een videogesprek. “Fotonica is te grofstoffelijk.” De voordelen van fotonica blijken subtieler. Fotonica, zo verzekert Heck, is goed in lengte. In het verzenden van data over lange afstanden dus. Glasvezelverbindingen vormen het ultieme voorbeeld, maar met de hoge datasnelheden van en naar de huidige microprocessors zijn decimeters en centimeters eveneens niet te negeren afstanden. Fotonica is daarom de aangewezen technologie om in datacenters servers met elkaar te verbinden. Dit wordt al in praktijk gebracht. Energiebesparing is daartoe opnieuw de belangrijkste stimulans.

©PXimport

Multiplexen

De volgende stap is het verbinden van verschillende chips binnen één systeem. Het Californische bedrijf AyarLabs bijvoorbeeld beweert een technologie in huis te hebben waarmee over afstanden van enkele millimeters tot twee kilometer bandbreedtes kunnen worden behaald die duizend keer hoger liggen dan die van traditionele elektrische verbindingen, bij een tien keer zo laag energieverbruik.

Heck is ervan overtuigd dat in de toekomst de verschillende onderdelen van één en dezelfde chip met fotonica verbonden zullen worden. Dat is nu nog problematisch, omdat het om heel korte afstanden gaat, waarbij de omzetting van elektronisch naar fotonisch en terug een wissel trekt op het energieverbruik. Dat er niettemin toekomst in zit, komt door de hoge bandbreedtes die behaald kunnen worden door te multiplexen: verschillende golflengtes kunnen tegelijkertijd over hetzelfde kanaal worden verzonden. Want niet alleen bandbreedte, maar ook bandbreedtedichtheid kan in huidige chips problematisch zijn, aldus Heck. “Denk in termen van het aantal pinnetjes waarmee de chip op het moederbord vast zit. Dat is beperkt. Multiplexen is daarom een goede oplossing.” Voor dat dit allemaal goed mogelijk is, dienen er nog wel wat materiaaltechnische hindernissen overwonnen te worden. Op dit moment berust de hele halfgeleiderindustrie op silicium. Dat is helaas een materiaal dat niet geneigd is licht uit te zenden. Er wordt daarom volop geëxperimenteerd met andere materialen, zoals galliumarsenide en indiumfosfide, die wel in staat zijn binnen een chip fotonen te produceren. Maar de integratie van zulke materialen in bestaande productielijnen voor chips is niet triviaal.

Kwantumcomputers

Zodra deze problemen overwonnen zijn, voorziet Heck wel degelijk fotonische systemen die specifieke rekenkundige bewerkingen uit kunnen voeren. In theorie zijn optische computers megaparallel. Dat maakt ze geschikt voor specifieke toepassingen, zoals het doorzoeken van databases. Het Britse bedrijf Optalysys pioniert hierin. Het parallelle karakter van fotonica maakt het ook geschikt voor neuromorfische processors: chips die net als dierlijke hersenen signalen tegen elkaar afwegen. In moderne SoC’s zijn zulke modules soms al aanwezig ter ondersteuning van machine learning en AI. Heck stelt zich voor dat zulke modules in de toekomst fotonisch van aard zullen zijn. Ze zullen veel krachtiger zijn dan de huidige neuromorfische modules, vanwege het feit dat licht uitgesplitst kan worden in verschillende frequenties die parallel verwerkt kunnen worden.

Verrassend genoeg ontwaart Heck ook raakvlakken tussen fotonica en kwantumcomputing. Kwantumcomputers zijn apparaten die problemen oplossen door gebruik te maken van de meest fundamentele eigenschappen van de natuur, zoals die beschreven worden door de kwantummechanica. Volgens deze theorie, die de afgelopen honderd jaar aan alle kanten experimenteel bevestigd is, bevinden elementaire deeltjes zich van nature in een zogenaamde superpositie. Dit is een vrij complex natuurkundig concept, maar in een kwantumcomputer betekent het dat de basiseenheid van informatie geen bit is, maar een qubit. Waar een bit 0 of 1 is, is een qubit een superpositie van deze twee toestanden. Qubits kunnen bovendien met elkaar verstrengeld zijn, een mysterieuze toestand waar Einstein zelf nog zijn tanden op stuk heeft gebeten. Hoe dan ook, de theorie voorspelt dat kwantumcomputers in principe reusachtig krachtig zijn in, vooral, het ontrafelen van processen in de natuur. De verwachting is dat ze zullen leiden tot doorbraken in onder meer de materiaalkunde en de farmacie.

©PXimport

Wie zegt dat hij de kwantumfysica begrijpt, heeft er volgens Feynman niets van begrepen

-

Xanadu en PsiQuantum

De even beroemde als excentrieke natuurkundige Richard Feynman zei ooit dat wanneer iemand zegt de kwantumfysica te begrijpen, dat het bewijs vormt dat hij er niets van begrepen heeft. Onderzoekers die kwantumcomputers proberen te ontwerpen, tasten inderdaad voor een belangrijk deel in het duister. Het principe lijkt te werken, maar het blijkt uiterst moeilijk om het aantal qubits op te schalen tot het niveau waarop een apparaat werkelijk bruikbaar wordt. Elke toegevoegde qubit verdubbelt weliswaar de rekenkracht, maar dat lijkt ook te gelden voor de complexiteit van het systeem. IBM heeft niettemin simpele kwantumcomputers online staan waar geïnteresseerden nu al eenvoudige bewerkingen op uit kunnen voeren.

Fysieke qubits kunnen uit allerlei deeltjes (of grotere objecten) bestaan. Die dienen meestal wel tot bijna het absolute nulpunt afgekoeld te worden om te voorkomen dat omgevingsinvloeden de superpositie om zeep helpen. Fotonen daarentegen kunnen ook bij kamertemperatuur als qubits worden gebruikt. De Canadese start-up Xanadu presenteerde dit voorjaar ‘s werelds eerste fotonische kwantumchip. En deze zomer haalde het Californische bedrijf PsiQuantum 450 miljoen dollar op voor de ontwikkeling van de Q1: een op silicium gebaseerde fotonische kwantumcomputer met superieure foutcorrectie – een heet hangijzer in de wereld van de kwantumcomputing.

©PXimport

Wereldspelers à la ASML

Te midden van deze ontwikkeling rijst de vraag: in welke ontwikkelingsfase bevindt de fotonica zich als je het vergelijkt met de ontwikkeling van de micro-elektronica, als we de eerste Intel-chip uit 1971 als ijkpunt nemen? “In de buurt van 1980”, zegt Heck. Dat is een intrigerend antwoord. Dat betekent namelijk dat deze industrie een grote toekomst tegemoet gaat. Heck bevestigt dat hij exponentiële groei voor zich ziet.

Of jonge Nederlandse fotonicabedrijven zullen uitgroeien tot wereldspelers à la ASML, valt volgens Heck niet te zeggen. Dat hangt volgens hem ook sterk af van de manier waarop de huidige giganten, zoals de Taiwanese chipfabrikant TSMC, op deze ontwikkelingen inspelen. Hij benadrukt wel dat we in Nederland over ‘strategische technologie’ beschikken. De overheid onderkent dat ook. Vorig jaar nam het ministerie van Economische Zaken deel aan een investering van 35 miljoen euro in het Eindhovense SMART Photonics, maker van fotonische chips op basis van indiumfosfide. Zonder dat geld was dit innovatieve bedrijf met 75 werknemers hoogstwaarschijnlijk in Aziatische handen gevallen. Of de Wet van Moore gered zal worden door fotonica, lijkt inmiddels de verkeerde vraag. Moores vuistregel heeft eigenlijk alleen betrekking op de traditionele computerchip. Maar met fotonica slaat de computerindustrie een weg naar onbekend terrein in. Wellicht wacht aan de horizon de heilige graal in de vorm van een superkrachtige fotonische kwantumcomputer. Maar energiezuinige datacenters zijn ook de moeite waard.

©PXimport

De twee gezichten van het licht

Licht is een van de meest alomtegenwoordige natuurverschijnselen. Het is dan ook niet vreemd dat licht in allerlei scheppingsmythes prominent figureert. Toch bleef het lang een van de meest ongrijpbare verschijnselen. De wijsgeren van het klassieke Griekenland, die voor hun tijd zeer methodisch over de wereld nadachten, zaten verschrikkelijk fout. Epicurus (341-270 voor Christus) geloofde dat de wereld louter uit atomen en leegte bestond. In zijn Brief aan Herodotus speculeerde hij dat objecten voortdurend heel dunne, uit atomen bestaande vliesjes afscheiden. Zodra zo’n atomair vliesje ons in de ogen vliegt, wordt het object zichtbaar. Plato zat minstens even fout door te veronderstellen dat we zien doordat onze ogen stralen uitzenden. Pas in de 11de eeuw maakte de Arabische wetenschapper Alhazen korte metten met dit idee. De Hagenaar Christiaan Huygens (1629-1695) was ervan overtuigd dat licht uit een golf bestaat dat door een vooralsnog onbekend medium zou reizen. Zijn tijdgenoot Isaac Newton was het daar niet mee eens. Hij vond het gedrag van licht makkelijker te verklaren door aan te nemen dat het uit deeltjes bestond. Deze theorie werd leidend, totdat James Maxwell in 1865 voorspelde dat licht een golf is in het zogenoemde elektromagnetische veld en Heinrich Hertz dat in 1888 overtuigend bewees. Maxwells theorie vertoonde wel lacunes. Die bleken oplosbaar door te veronderstellen dat zijn golven op hun beurt uit brokjes bestaan: de zogenoemde kwanta van het elektromagnetische veld, oftewel fotonen, afgeleid van het Griekse woord voor licht. Albert Einstein ontving in 1921 de Nobelprijs voor zijn bedrage aan deze theorie. Licht bestaat dus uit golven én deeltjes Deze ‘golf-deeltjesdualiteit’ is tegenwoordig algemeen aanvaard.

Het is wachten op de eerste superkrachtige fotonische kwantumcomputer

-

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 nieuwe smartphones van Samsung
© Samsung
Huis

Waar voor je geld: 5 nieuwe smartphones van Samsung

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we binnen een bepaald thema naar zulke deals. Ben je op zoek naar een gloednieuwe smartphone van Samsung? Deze toestellen zijn vers van de pers!

Samsung Galaxy S25

Samsung fabriceert zijn recent verschenen Galaxy S25 in meer dan twintig uitvoeringen. Op dit moment is het basismodel met 128 GB lokale opslag in de kleurstellingen groen, zilver, lichtblauw en donkerblauw breed verkrijgbaar. Wil je een toestel met meer opslagruimte, dan kun je een exemplaar met 256 GB (groen/zilver/lichtblauw/donkerblauw) of 512 GB (groen/zilver/lichtblauw/donkerblauw) opslag overwegen. De Galaxy S25 is naar huidige maatstaven een compacte smartphone met een amoledscherm van 6,2 inch. Pluspunten zijn de behoorlijke resolutie van 2340 × 1080 pixels en hoge vernieuwingsfrequentie van 120 hertz. Animaties en videobeelden verschijnen dus vloeiend in beeld.

Als alternatief voor Samsungs eigen processor gebruikt het Koreaanse merk voor de Galaxy S25-serie ditmaal een exemplaar van Qualcomm. Een goede keuze, want de Snapdragon 8 Elite is pijlsnel. Acht rekenkernen zijn afgeregeld op een maximale kloksnelheid van 4,47 GHz. Daarnaast heeft het toestel 12 GB RAM. Zoveel werkgeheugen is geen overbodige luxe, want je hebt toegang tot verschillende veeleisende AI-functies. De achterzijde heeft drie kwalitatieve camera's. Dankzij 3× optische zoom haal je objecten zonder pixelverlies dichterbij. Verder kun je zéér scherpe 8K-video's maken. Neem de Galaxy S25 gerust overal mee naartoe, want de aluminium behuizing is volledig water- en stofdicht.

Samsung Galaxy S25+

Onder de naam Galaxy S25+ brengt Samsung zijn nieuwe paradepaardje ook in een groter formaat op de markt. Het 6,7inch-amoledscherm telt 3120 × 1440 pixels. Deze hoge resolutie resulteert in een indrukwekkende pixeldichtheid van 513 ppi. Vergeleken met de eerder besproken Galaxy S25 (416 ppi)  scheelt dat aanzienlijk. Kijk dus naar haarscherpe Netflix-streams en YouTube-filmpjes. Door het nogal platte ontwerp valt het gewicht van 190 gram voor een smartphone van dit formaat erg mee. De behuizing voldoet aan de IP68-norm, waardoor het toestel bestand is tegen water en stof.

De processor, het werkgeheugen en de camera's zijn gelijk aan die van de Galaxy S25. Wel is er een ruimere accu met een capaciteit van 4900 mAh ingebouwd. Volgens het Koreaanse merk kun je daarmee tot dertig uur achtereen video's afspelen. Het basismodel van de plus-editie bevat met 256 GB bovendien meer opslag. Kies tussen de kleurstellingen groen, zilver, lichtblauw en donkerblauw. Verder is de Galaxy S25+ ook met 512 GB opslagruimte (groen/zilver/lichtblauw/donkerblauw) te koop. Meer weten? Lees dan onze Galaxy S25 Plus-review.

Samsung Galaxy S25 Ultra

Kan het jou niet groot genoeg? De Galaxy S25 Ultra is het recentste vlaggenschip van Samsung. Dankzij het riante 6,9inch-amoledscherm van 3120 × 1440 pixels heb je min of meer een minitablet in handen. De fabrikant levert dan ook een stylus mee. Daarmee maak je (aan)tekeningen en voer je nauwkeurige fotocorrecties uit. Ondanks het ruime formaat is de Galaxy S25 Ultra nogal licht. Dit apparaat van 218 gram kun je dan ook langdurig vasthouden. De accu heeft een respectabele capaciteit van 5000 mAh. Volgens de specificaties kun je daarmee tot 31 uur achtereen video's afspelen.

Aan rekenkracht geen gebrek! Net als de andere S25-modellen is de rappe Qualcomm Snapdragon 8 Elite verantwoordelijk voor de prestaties. Dat gecombineerd met 12 GB werkgeheugen zorgt ervoor dat je soepel complexe AI-taken uitvoert en veeleisende 3D-games speelt. Een verschil met de eerder besproken S25-toestellen is dat de camera van het Ultra-model 5× optische zoom ondersteunt. Je kunt dus zonder kwaliteitsverlies een eindje inzoomen. Het recente besturingssysteem Android 15 is voorgeïnstalleerd op een opslagdrager van 256 GB. Kies tussen een zwarte, grijze, zilverkleurige en blauwe uitvoering. Tegen een meerprijs is de Galaxy S25 Ultra ook met 512 GB (zwart/grijs/zilver/blauw) en zelfs 1 TB (zwart/grijs/zilver/blauw) verkrijgbaar. In onze Galaxy S25 Ultra-review lees je meer over dit model.

Samsung Galaxy S24 FE

Zoek je een betaalbare smartphone met een groot scherm en goede prestaties? Dan is de Samsung Galaxy S24 FE een uitstekende keuze. Samsungs eigen Exynos 2400e-processor vormt het hart van dit toestel. De genoemde chipset heeft maar liefst tien rekenkernen, waarbij de rapste core is geklokt op een snelheid van 3,1 GHz. Dankzij 8 GB werkgeheugen gebruik je probleemloos meerdere zware apps tegelijk. Bovendien kun je met dit toestel ook prima gamen. Een ander pluspunt is de lange updateondersteuning tot 31 oktober 2031.

De Galaxy S24 FE heeft een ruim amoledscherm van 6,7 inch. Met een resolutie van 2340 × 1080 pixels en vernieuwingsfrequentie van 120 hertz zijn de beeldprestaties dik in orde. De hoofdcamera ondersteunt een resolutie van 50 megapixel. Bovendien kun je tot 3× optisch inzoomen en in 8K-kwaliteit filmen. De goedkoopste uitvoering van de Galaxy S24 FE bevat 128 GB interne opslag. Kies tussen de kleuren zwart, blauw, groen en geel. Als je meer gegevens wilt opslaan, koop je een exemplaar met 256 GB opslagruimte (zwart/blauw/groen/geel). Lees voor meer informatie deze positieve review op ID.nl.

Samsung Galaxy A16 5G

De Samsung Galaxy A16 5G is goedkoop én heeft ook nog eens een lange verwachte levensduur. Het Koreaanse elektronicaconcern biedt namelijk tot 31 oktober 2030 updateondersteuning. Dit toestel is geschikt voor mensen die hun smartphone voornamelijk voor basistaken gebruiken, zoals appen, internetbankieren, fotograferen en eenvoudige spelletjes spelen. Het toestel bevat 128 GB interne opslag en 4 GB werkgeheugen. Je kiest tussen een donkerblauwe, lichtgrijze en groene versie. Als je meer gegevens wilt opslaan, prik je een eigen microSD-kaart van maximaal 1,5 TB in de behuizing.

Gunstig is het grote 6,7inch-amoledscherm van 2340 × 1080 pixels. Dat is ruim genoeg om onderweg bijvoorbeeld sportwedstrijden of tv-programma's te volgen. Voor fotografiedoeleinden heeft de Galaxy A16 5G in totaal vier camera's. De hoofdlens ondersteunt een resolutie van 50 megapixel. Je kunt alles dus haarfijn vastleggen! Het hier besproken model kan overweg met snelle 5G-netwerken. Heb jij genoeg aan 4G? In dat geval is de lager geprijsde Samsung Galaxy A16 4G een interessante kandidaat. Kies tussen de kleuren zwartgrijs en groen.

▼ Volgende artikel
Zo maak je tóch screenshots op Android als een app dat niet toestaat
Huis

Zo maak je tóch screenshots op Android als een app dat niet toestaat

Ondanks het feit dat Android een ontzettend open platform is waar je veel dingen zelf op kunt instellen, loop je soms tegen een beperking aan. Zo kan het zijn dat je in sommige apps geen screenshot mag maken. Maar mág niet betekent niet kán niet ... Toch een screenshot nodig? Probeer dan deze manieren!

⏱ Geen tijd om het complete artikel te lezen maar toch een screenshot nodig? Doe dan dit:

1. Zet Schermopname aan (staat meestal in het snelmenu) 2. Begin met het opnemen van je scherm 3. Na het opnemen speel je de video af 4. Pauzeer op het frame dat je wilt screenshotten 5. Maak nu het screenshot zoals je dat normaliter doet

Lukt dit niet? Vraag het dan aan Google Assistent.

Lees ook: Deze 4 functies maken Android 15 bijzonder

Hoe vaak doe je het niet: even snel een screenshot maken van wat er op het scherm gebeurt. Zo kun je aan een ander laten zien wat jij ziet, waardoor diegene je kan helpen. Of je wilt iets vastleggen voor later. Wat je reden ook is: het is vervelend als blijkt dat een Android-app het maken van screenshots geblokkeerd heeft. Dit komt zelden voor, maar specifieke apps hebben dergelijke beperkingen – denk aan bankapps en berichtendiensten. Soms is het een kwestie van een schuifregelaar omzetten in de instellingen van een app, maar in veel andere gevallen is het onmogelijk.

In vrijwel alle gevallen heeft dit met privacy en beveiliging te maken. Zo beperkt een bankapp deze functie om te voorkomen dat je persoonlijke gegevens lekken. Browserapps beperken de functionaliteit daarnaast soms in de privémodus (of incognito), zodat bepaalde zaken daadwerkelijk privé blijven. Berichtendiensten doen dit soms bij kortstondige of privéberichten, zodat anderen die niet te zien kunnen krijgen. En videostreamingdiensten bouwen dit soort beperkingen in in de strijd tegen piraterij: zo kunnen beelden niet op een ongeoorloofde manier gedeeld worden.

⚠️ Tegen de gebruiksvoorwaarden Als je een screenshot maakt in een app die dat normaal gesproken niet toestaat, kan dat in strijd zijn met bepaalde wetten, regels of richtlijnen. Je bent dus zelf verantwoordelijk voor eventuele gevolgen, mochten die zich voordoen.

Een video-opname maken

Je kunt op verschillende manieren een screenshot maken binnen een app die dat normaliter niet toestaat. Zo kun je, hoe omslachtig dit ook klinkt, een video-opname maken. We bedoelen dan niet met een andere smartphone of camera, maar door gebruik te maken van de ingebouwde video-opnamefunctie. De meeste Android-smartphones hebben namelijk de optie Schermopname, binnen het snelmenu (dat is het menu dat je van boven naar beneden trekt). Als je de tegel ziet staan (misschien moet je hem eerst nog toevoegen), dan kun je als volgt te werk gaan.

• Trek het snelmenu naar beneden
• Zoek de optie
Schermopname op (het kan zijn dat die een pagina verderop zit of verstopt zit onder de knop Bewerken)
• Zet
Schermopname aan
• Begin met het opnemen van je scherm
• Na het opnemen speel je de video af
• Pauzeer op het frame dat je wilt screenshotten
• Maak nu het screenshot zoals je dat normaliter doet

Deze methode is echter niet volledig waterdicht. Het kan zijn dat een applicatie niet alleen het maken van een screenshot blokkeert, maar ook Schermopname. In dat geval kun je proberen de opname vanaf het thuisscherm te starten en vervolgens de app te openen. Het kan gebeuren dat de app dan niet in beeld komt tijdens het opnemen. Lukt dat ook niet Gelukkig is er nog een andere optie.

Vraag het aan Google Assistent

Je kunt Google Assistent vragen om het voor je te doen. Vaak blokkeren apps het maken van screenshots via de gebruikelijke manier (zoals volumeknop omlaag + powerknop), maar laten ze het met een omweg toch toe. Aangezien de Google Assistent op vrijwel elke Android-telefoon staat, kan dit een handige back-up zijn voor iedereen tegen de beperkingen aanloopt. Via het korte stappenplan leggen we je uit hoe je te werk gaat. Zo hoef je geen knoppencombinaties te gebruiken.

• Open de app (en het onderdeel) waarvan je een screenshot wilt maken
• Spreek Google Assistent aan (dit kan meestal met het commando
'Hey Google')
• Geef nu het commando '
maak een screenshot'
• De Assistent maakt direct een screenshot

Helaas is ook deze methode niet altijd succesvol. Sommige apps hebben een hardnekkige screenshotbescherming die helaas lastig te omzeilen is. Zie je na het maken van de afbeelding een zwart of leeg scherm? Dan is dat de reden.

Het kan zijn dat op jouw smartphone Google Assistent vervangen is door Google Gemini; maar de werking is hetzelfde. Mocht je de stemassistenten uitgeschakeld hebben, vergeet ze dan niet opnieuw te activeren via de instellingen van je toestel.

Niet voor screenshots, wel voor je smartphone:

De beste screenprotectors