ID.nl logo
USB-buttonbox bouwen met Arduino
© Reshift Digital
Huis

USB-buttonbox bouwen met Arduino

Veel programma’s bieden handige sneltoetsen maar de toetsencombinaties zijn vaak lastig te onthouden. Games en simulators gaan nog een stap verder, en bieden hele schermen met aanpasbare bedieningsopties. Met een usb-buttonbox, die je zelf eenvoudig kunt bouwen, breng je een deel van die functies over naar fysieke toetsen met een beschrijving. Dat ziet er ook nog eens leuk uit en is wellicht de start van een nieuwe hobby.

Veel programma’s kun je via sneltoetsen bedienen, maar het valt niet mee de toetsencombinaties te onthouden. En soms is het toetsenbord niet praktisch of simpelweg niet in de buurt. Voor hedendaagse games geldt dat nog meer. Simulators als Flight Simulator 2020 en DCS World zijn zo realistisch dat je vrijwel elke functie in de cockpit kunt bedienen. Je ontkomt dan bijna niet aan accessoires, zoals een gashendel en joystick voor het vliegen, of een stuurtje om te racen. Op de accessoires vind je veel extra knoppen die je kunt toewijzen aan de gewenste functies. Maar zelfs dan moet je keuzes maken, gezien de talloze bedieningsopties. Een leuke uitbreiding en misschien wel het begin voor een levensecht(e) dashboard of cockpit is een zogenoemde usb-buttonbox, die je vrij eenvoudig zelf kunt maken. Je kunt ze ook inzetten voor bijvoorbeeld een volumeregeling of het bedienen van muziek! Ze zijn ook nog eens betrekkelijk eenvoudig en voor weinig geld te bouwen.

01 Benodigdheden

Het project vraagt om te beginnen uiteraard om een behuizing voor bijvoorbeeld nabij de pc. Van welk materiaal deze is gemaakt, maakt niet uit. Plastic is voordelig en makkelijk om mee te werken, zolang je oppast bij het solderen. Maar bijvoorbeeld aluminium kan ook. Voor de besturing zou je een zogenaamde joystick-controllerbordje met usb kunnen inzetten, maar hier kiezen we voor de flexibiliteit van een goedkope microcontroller.

We gebruiken een kloon van de Arduino Pro Micro (vanaf ongeveer 4 euro). Deze bordjes kun je zien als de kleine versie van de Arduino Leonardo. De basis is ook hier een ATmega32U4 van 8 bit die zich onderscheidt door de volledige usb-functionaliteit.

Microcontrollers op basis van de ATmega328 hebben dat overigens niet en zijn daarom niet geschikt. Voor het programmeren van de microcontroller gebruiken we de bekende Arduino-software. Met deze software worden ook meteen de vereiste drivers geïnstalleerd. Verder heb je wat aansluitkabeltjes nodig, gereedschap en natuurlijk de nodige schakelaars.

©PXimport

02 Gereedschap

Wat gereedschap betreft heb je voor het maken van de verbindingen een soldeerbout met soldeertin nodig. Gebruik je schakelaars met een ronde doorvoer, wat zeker de voorkeur heeft, dan hoef je alleen een gat in de juiste maat te boren. Gebruik een schuifmaat om de vereiste diameter gemakkelijk te bepalen. Verder heb je een boormachine en een voor het materiaal geschikte boor nodig. Een voordelige en praktische optie zijn de zogenoemde stappenboren met meerdere diameters, vooral als je door niet te dik materiaal moet. Je kunt alles met dezelfde boor afhandelen. Daarmee kun je, door deze voorzichtig iets verder te duwen, ook meteen de scherpe randjes er af slijpen. Bovendien kun je grotere diameters boren dan er mogelijk in je boor passen. Zo past een 12mm-boor lang niet altijd in de boorkop, terwijl die diameter voor sommige grotere schakelaars nodig is.

©PXimport

03 Schakelaars en regelaars

We beginnen het project met zes eenvoudige drukknoppen die je aan functies in software toe kunt kennen. Ze worden ook wel momentary pushbutton genoemd. Een kenmerk is dat ze terugveren nadat je ze hebt ingedrukt, als een toets op je toetsenbord. Afhankelijk van je project zijn er allerlei varianten. Zo heb je wipschakelaars die je twee kanten op kunt duwen en dus twee functies bedienen. Ook leuk zijn de bekende grote roodgekleurde paniekbuttons of de knoppen zoals je die op arcadekasten ziet.

Verder kun je allerlei andere soorten schakelaars en regelaars gebruiken. Een contactschakelaar met sleutel bijvoorbeeld, voor het aan- of uitzetten van de motor, of een druk- of wipschakelaar die ook de standen ‘aan’ of ‘uit’ heeft. Ook een leuke toevoeging is een draaiknop die linksom of rechtsom kan draaien, ook wel rotary encoder genoemd. Die is bijvoorbeeld inzetbaar voor een volumeregeling, zoals we verderop in dit artikel laten zien.

04 Aansluiten en configureren

We gaan in deze stap de microcontroller aansluiten op de pc, het bord configureren in Arduino en een klein demoprogramma laten draaien. Hiervoor hoef je nog niets aan te sluiten op de microcontroller. Sluit deze om te beginnen via usb aan op de pc. Als het goed is, gaat direct de rode led aan. Ga je in Windows naar Apparaatbeheer, dan zie je bij Poorten de aangesloten microcontroller, die in ons geval als Arduino Leonardo bootloader is geïdentificeerd, met daarbij de gebruikte com-poort (hier com3). Start nu Arduino. We gaan eerst een extra adres toevoegen voor borden. Ga daarvoor naar Bestand / Voorkeuren en vul achter Meer Board ManagersURL’s de volgende url in:

https://raw.githubusercontent.com/sparkfun/Arduino_Boards/master/IDE_Board_Manager/package_sparkfun_index.json

Klik dan op OK. Ga naar Hulmiddelen / Board en kies Board Beheer. Je kunt nu SparkFun AVR Boards opzoeken in de lijst. Selecteer deze en kies Installeer. Hierna selecteer je de vrij universele SparkFun Pro Micro onder Hulpmiddelen / Board / SparkFun AVR Boards. Zorg daarna dat je onder Hulpmiddelen / Processor de juiste uitvoering van je bordje (meestal 5V/16 MHz) hebt gekozen!

©PXimport

05 Probeer je microcontroller

De Pro Micro heeft twee ingebouwde leds die het verzenden (TX) en ontvangen (RX) van data laten zien. Je kunt deze meestal niet gebruiken in je programma, maar bij dit bordje kan dat wél. Je programmeert deze zoals iedere digitale in- of uitgang. Voor de RX-led kan dat via pin 17. Voer het onderstaande programma in. Het programma zet de RX-led met vaste tussenpozen (0,5 seconde) aan en uit. Als je het hebt ingevoerd, kies je Schets / Upload (Ctrl+U) en de led zal beginnen te knipperen. Wil je de TX-led gebruiken? Deze bestuur je via een zogeheten macro, met de opdracht TXLED1 om deze aan te zetten en TXLED0 om de led uit te zetten. Programma’s in Arduino volgen steeds deze opzet: in het begin je definities voor bijvoorbeeld pinnummers, een functie setup() voor initialisatie en een lus loop() waarin herhaaldelijk opdrachten worden uitgevoerd.

int RXLED = 17; // Standaard pin voor RX LED

void setup()

{

pinMode(RXLED, OUTPUT); // RX LED als output gebruiken

}

void loop()

{

digitalWrite(RXLED, LOW); // RX LED aan

delay(500); // Wachten...

digitalWrite(RXLED, HIGH); // RX LED uit

delay(500); // Wachten...

}

©PXimport

Aansluitingen op de microcontroller

De Arduino Pro Micro en varianten bieden 18 I/O-pinnen die je allemaal als digitale ingang of uitgang kunt gebruiken, bijvoorbeeld voor het aanzetten van een led of lezen van een drukschakelaar. Deze zijn op de afbeelding lichtblauw gemarkeerd. Van die pinnen kun je er 9 als analoog naar digitaal converter (ADC) inzetten, voor bijvoorbeeld het uitlezen van een potentiometer. Deze zijn op de afbeelding groen gemarkeerd. Er zijn 5 pinnen die voor pulse width modulation (PWM) gebruikt kunnen worden (rood gemarkeerd), zodat je bijvoorbeeld via een pulse-trein de helderheid van een led in je programma kunt regelen. Er zijn meer uitvoermogelijkheden, bijvoorbeeld voor het aansluiten van lcd’s, maar hier beperken we ons tot de genoemde ingangen. De microcontroller krijgt zijn voeding gewoon via de usb-verbinding. Gebruik je de microcontroller voor andere toepassingen dan kun je een voeding op de VCC-pin aansluiten als de spanning precies 3,3 of 5 volt is (afhankelijk van de uitvoering van je bordje!). De RAW-pin biedt spanningsregulatie en is geschikt voor zo’n 6 tot 12 volt.

©PXimport

06 Schakelaar aansluiten

De Pro Micro kan zich dankzij de volledige usb-functionaliteit als muis of toetsenbord gedragen. We beginnen met een eenvoudig voorbeeld waarin via een drukschakelaar een toetsaanslag wordt verstuurd. Hiervoor gebruiken we de standaard Keyboard-bibliotheek van Arduino. Van de drukschakelaar gaat één aansluiting naar ground (GND) en de andere naar een digitale ingang, hier pin 4. Als je het onderstaande programma start, zul je zien dat na het indrukken van de schakelaar de a-toets wordt ontvangen in bijvoorbeeld de teksteditor die je gebruikt. We voegen eerst de bibliotheek toe en definiëren de pin:

#include <Keyboard.h>

int buttonPin = 4; // Button op pin 4

Binnen setup() stellen we daarna de button in als ingang (waar twee methodes voor zijn) en initialiseren de keyboard-emulatie:

void setup()

{

pinMode(buttonPin, INPUT); // Button als ingang instellen

digitalWrite(buttonPin, HIGH); // Zet de button op hoog

// pinMode(buttonPin, INPUT_PULLUP); // Alternatief voor bovenstaande twee regels

Keyboard.begin(); // Init keyboard-emulatie

}

In de lus reageren we op het indrukken van de button. We versturen het karakter a en bouwen een korte vertraging van 200 ms in om te voorkomen dat je scherm vol staat met deze letter.

void loop()

{

if (digitalRead(buttonPin) == 0) // Als button naar laag gaat (ground)...

{

Keyboard.write('a'); // Stuur toets a via toetsenbord

delay(200); // Korte vertraging

}

}

Je kunt het programma op vergelijkbare wijze uitbreiden met de andere drukschakelaars die je op dezelfde manier aansluit: de ene pin naar ground en de andere pin naar een eigen digitale ingang.

©PXimport

07 Speciale toetsencombinaties

Sneltoetsen vereisen in veel programma’s een combinatie met Ctrl of Shift. Ook zulke toetsen kun je programmeren. In plaats van Keyboard.write() gebruik je Keyboard.press(), dat ervoor zorgt dat een bepaalde toets wordt ingedrukt maar pas wordt losgelaten als je een ‘loslaat’-opdracht geeft. Als voorbeeld programmeren we Ctrl+B, dat bijvoorbeeld in het programma Word de optie vetgedrukt aan- of uitzet. Voor de Ctrl-toets kunnen we KEY_LEFT_CTRL invullen. Andere voorbeelden zijn KEY_LEFT_ALT, KEY_ESC, KEY_F1, KEY_TAB en KEY_RETURN. Een volledige lijst met speciale toetsen vind je via www.tiny.cc/keymod. Het programma blijft voor het merendeel gelijk als in stap 6. Je hoeft alleen beide regels in het blok if te vervangen door:

Keyboard.press(KEY_LEFT_CTRL); // Houd Crtl ingedrukt

Keyboard.press('b'); // Houd 'b' ingedrukt

delay(200); // Korte vertraging

Keyboard.releaseAll(); // Laat alle toetsen los

Hier wordt eerst de linker-Ctrl ingedrukt, daarna de toets b en na een korte vertraging worden beide toetsen losgelaten met de opdracht Keyboard.releaseAll().Als je het aangepaste programma gebruikt in Word, zie je dat met de toets de optie vetgedrukt wordt aan- en uitgezet.

©PXimport

08 Bibliotheek toevoegen

De Keyboard-bibliotheek voor Arduino ondersteunt niet alle toetsen. Hierdoor kun je bijvoorbeeld niet de standaard multimediatoetsen programmeren die veel toetsenborden hebben voor het pauzeren van nummers of regelen van het volume, of systeemtoetsen voor het starten van een programma als je browser of e-mailprogramma. In zulke situaties kun je de uitgebreidere HID-Project-bibliotheek gebruiken. Als voorbeeld gebruiken we deze bibliotheek in combinatie met een draaiknop (ofwel rotary encoder). Ze worden onder meer gebruikt om de rotatiesnelheid vast te leggen. Je kunt ze ook prima voor een volumeregeling gebruiken, wat we hier gaan doen.

De draaiknop kun je oneindig in beide richtingen draaien, waarbij linksom en rechtsom in feite aparte toetsaanslagen zijn. Je kunt de rotary encoder bovendien indrukken zoals een druktoets, wat we hier gebruiken om het volume op stil te zetten. Om de bibliotheek toe te voegen ga je in Arduino naar Schets / Bibliotheek gebruiken / Bibliotheken Beheren. Zoek de bibliotheek HID-Project op en kies Installeren.

©PXimport

09 Volumeregelaar toevoegen

We gaan pinnen 5, 6 en 7 op de microcontroller gebruiken. De draaiknop heeft aan één kant drie pinnen. De middelste sluit je aan op ground. De andere twee pinnen zijn voor de draaiactie, respectievelijk linksom en rechtsom. Die sluit je aan op pin 5 en 6. Aan de andere kant zie je twee pinnen voor de drukactie. Hiervan sluit je er weer één aan op ground en de andere op pin 7. Maak een nieuw bestand in Arduino met Bestand / Nieuw. In het programma voegen we eerst de bibliotheek toe en definiëren we de pinnen met de buttons:

#include "HID-Project.h"

#define VOLBUT_UP 6

#define VOLBUT_DOWN 5

#define VOLBUT_PUSH 7

In setup() stellen we de pinnen in als input en maken ze hoog met één commando. Daarna starten we de Consumer-API met Consumer.begin(). Deze API zorgt dat je bijvoorbeeld een mediaspeler kunt bedienen of de browser en andere speciale programma’s kunt openen.

void setup() {

pinMode(VOLBUT_UP, INPUT_PULLUP);

pinMode(VOLBUT_DOWN, INPUT_PULLUP);

pinMode(VOLBUT_PUSH, INPUT_PULLUP);

Consumer.begin();

}

In de lus reageren we op het laag zijn van een input, waarbij we afhankelijk van de button het volume verhogen, verlagen of op stil zetten. Met de vertraging (delay) zul je wat moeten experimenteren.

void loop() {

if (!digitalRead(VOLBUT_UP)) {

Consumer.write(MEDIA_VOL_UP);

delay(120);

}

if (!digitalRead(VOLBUT_DOWN)) {

Consumer.write(MEDIA_VOL_DOWN);

delay(120);

}

if (!digitalRead(VOLBUT_PUSH)) {

Consumer.write(MEDIA_VOL_MUTE);

delay(250);

}

}

©PXimport

10 Andere functies

In het voorbeeld gebruiken we de Consumer-API die we aanroepen met Consumer.begin(). Maar de bibliotheek biedt ook andere opties. Zo kun je op vergelijkbare wijze de zogeheten System-API gebruiken voor systeemfuncties als het afsluiten of laten slapen of ontwaken van je systeem. Verder heb je de Gamepad-API voor het emuleren van een spelcontroller. Ook kun je de Keyboard-API gebruiken, dat eigenlijk een verbeterde versie is van de Keyboard-bibliotheek van Arduino, die ook ongeveer hetzelfde werkt.

In Arduino kun je diverse voorbeelden ophalen via Bestand / Voorbeelden / HID-Project. Wil je een uitgebreidere gamecontroller bouwen, dan is de Arduino Joystick-bibliotheek een aanrader, deze vind je hier. Na het downloaden van het zip-bestand kun je deze aan Arduino toevoegen via Schets / Bibliotheek gebruiken / Voeg .ZIP bibliotheek toe. Open dan bijvoorbeeld Bestand / Voorbeelden / Joystick / GamepadExample of een van de andere voorbeelden. Je zult zien dat er veel overeenkomsten zijn met de in dit artikel gebruikte bibliotheken.

©PXimport

Te veel knoppen … te weinig ingangen?

Wil je een groot aantal knoppen aansluiten, dan kom je al snel ingangen te kort. Gelukkig kun je via een zogenaamde matrix veel meer toetsen aansluiten. Hierbij maak je rijen en kolommen, bijvoorbeeld 4×4 of 5×5. Heb je toch te weinig ingangen? Met een IO-expander kun je uitbreiden. Zo’n module werkt via de IC2-bus die je ook op deze microcontroller vindt. Een voorbeeld is de SX1509. Met slechts twee draden (voor de IC2-bus) krijg je er 16 digitale ingangen bij en daarmee kun je tot 64 buttons in een 8×8-matrix toevoegen!

▼ Volgende artikel
Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?
© ER | ID.nl
Huis

Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?

Als je de specificatielijst van een moderne televisie of monitor bekijkt, zie je achter het kopje 'verversingssnelheid' vaak een getal staan gevolgd door 'Hz'. Jarenlang was 50 of 60 Hz de standaard, maar tegenwoordig pronken fabrikanten met 100, 120 of zelfs 144 Hz. Klinkt sneller, en sneller is meestal beter, maar wat betekent het nou eigenlijk voor jouw kijkervaring? Is het een noodzaak voor iedereen, of vooral leuk voor fanatieke gamers?

Om te begrijpen wat die Hertz (Hz) doet, moet je een televisie of monitor niet zien als een statisch schilderij, maar als een soort digitale flipbook. Het beeld dat je ziet, wordt immers continu opnieuw opgebouwd. Een standaard 60Hz-scherm ververst het beeld 60 keer per seconde. Dat is voor het menselijk oog snel genoeg om een vloeiende beweging waar te nemen bij normaal tv-kijken, zoals het nieuws of een dramaserie. Een 120Hz-scherm doet dat dus dubbel zo vaak: 120 keer per seconde.

©DC Studio

Waarom zou je meer beelden per seconde willen?

Het grootste voordeel van een hogere verversingssnelheid is soepelheid. Hoe meer beelden er per seconde worden getoond, hoe vloeiender bewegingen eruitzien. Bij 60 Hz kunnen snelle acties soms wat schokkerig ogen of last hebben van bewegingsonscherpte, ook wel 'motion blur' genoemd. Bij 120 Hz blijven details scherp, zelfs als de camera snel draait of als er bijvoorbeeld een raceauto voorbij raast. Daarnaast voelt de besturing van games directer aan. Tussen het moment dat je een knop indrukt en het moment dat je actie op het scherm ziet, zit minder tijd. Dat verschil in milliseconden lijkt verwaarloosbaar, maar je brein pikt het direct op als een responsievere ervaring.

Het verschil tussen 120 en 144 Hz (en hoger)

Terwijl 120 Hz de nieuwe gouden standaard is voor televisies, zie je bij computermonitors vaak getallen als 144 Hz, 165 Hz of zelfs 240 Hz en hoger. Het principe blijft hetzelfde, maar de toepassing verschilt. 120 Hz is de limiet voor de huidige generatie spelcomputers, zoals de PlayStation 5 en Xbox Series X. Televisies richten zich daarom specifiek op dat getal. Pc-gamers hebben echter vaak krachtiger videokaarten die nóg meer beelden per seconde kunnen produceren. Daarom zie je monitors met 144 Hz of meer.

Is het verschil tussen 120 en 144 Hz zichtbaar? Voor de gemiddelde gebruiker nauwelijks. Waar de stap van 60 naar 120 Hz een wereld van verschil is die bijna iedereen direct ziet, is de stap naar 144 Hz of hoger vooral voer voor professionele e-sporters die elke mogelijke fractie van een seconde winst nodig hebben. Voor de consument die een monitor zoekt voor thuisgebruik en gaming, is alles boven de 120 Hz doorgaans een uitstekende keuze.

©ER | ID.nl

Heb jij het nodig?

Het antwoord op die vraag hangt volledig af van wat je met je scherm doet; of dat nu een tv of een gamemonitor is. Kijk je voornamelijk lineaire televisie, films en series via streamingdiensten? Dan is een 120Hz-scherm geen harde noodzaak, aangezien films doorgaans in 24 beelden per seconde worden geschoten. Toch hebben 100/120Hz-panelen in televisies vaak wel een betere beeldkwaliteit en kunnen ze die films rustiger weergeven dan goedkopere 60Hz-panelen.

Ben je echter een gamer? Dan is het antwoord volmondig ja. De nieuwste spelcomputers en moderne videokaarten zijn gemaakt om die hoge snelheden te benutten. Games spelen soepeler, zien er scherper uit tijdens actiescènes en je reageert sneller op wat er gebeurt. Als je nu een nieuwe tv of monitor koopt met het oog op de toekomst en gaming, is 120 Hz of hoger eigenlijk een vereiste op je wensenlijstje. Let er bij televisies wel op dat je beschikt over een HDMI 2.1-aansluiting, want alleen die kabel kan de enorme hoeveelheid data van 4K-beeld met 120 Hz verwerken.

Drie tv's met 120 Hz of meer

De meeste high-end tv's van dit moment ondersteunen 120 Hz voor spelcomputers (PS5/Xbox Series X) en gaan zelfs tot 144 Hz als je ze aan een krachtige gaming-pc hangt.

Als we kijken naar de huidige generatie televisies, kunnen we niet om de LG OLED evo C5 heen. Dit is de gloednieuwe opvolger van de populaire C4 en wordt gezien als de standaard voor gamers en filmliefhebbers. Hij beschikt over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 144 Hz ondersteunen, wat hem toekomstbestendig maakt voor pc-gamers, terwijl hij naadloos samenwerkt met de PlayStation 5 en Xbox Series X op 120 Hz. Het nieuwe paneel heeft een nog hogere helderheid dan zijn voorganger, waardoor HDR-beelden nog meer impact hebben.

Daarnaast is de Samsung OLED S95F een absolute blikvanger in de winkels. Waar Samsung vorig jaar hoge ogen gooide met de S95D, doet de F-serie er nog een schepje bovenop met een vernieuwde antireflectielaag die nog beter werkt in lichte kamers. Dit model combineert de diepe zwartwaarden van OLED met de intense kleuren van Quantum Dots. Ook dit scherm ondersteunt verversingssnelheden tot 144 Hz en beschikt over de uitgebreide Gaming Hub van Samsung, waarmee je zelfs zonder console games kunt streamen.

Voor wie liever geen OLED wil, is de Samsung Neo QLED QN90F de meest courante keuze in het high-end lcd-segment. Dit 2025-model maakt gebruik van geavanceerde Mini-LED-technologie, waardoor de helderheid veel hoger ligt dan bij OLED-schermen. Dat maakt hem ideaal voor een zonovergoten woonkamer. Met een verversingssnelheid die oploopt tot 144 Hz en een extreem lage invoervertraging, is dit voor veel competitieve gamers de favoriete keuze.

Drie monitors met 120 Hz of meer

Bij monitors ligt de standaard tegenwoordig al hoger dan 120 Hz, omdat snelheid de uitkomst van een potje schieten of racen bepaalt. Deze modellen zijn populair op Kieskeurig.

Op het gebied van monitoren zien we dat 240 Hz langzaam de nieuwe standaard wordt voor de serieuze gamer. Een model dat momenteel erg goed scoort op Kieskeurig is de LG UltraGear 27GR83Q. Dit is een 27-inch IPS-scherm met een razendsnelle verversingssnelheid van 240 Hz. In tegenstelling tot oudere modellen biedt dit scherm een extreem snelle responstijd van 1 milliseconde, waardoor je in snelle shooters geen last hebt van wazige beelden. Het is een van de meest complete monitoren van dit moment die zowel voor pc als console geschikt is.

Zoek je de absolute top in beeldkwaliteit, dan is de Samsung Odyssey G6 (G60SD) een model dat je veel ziet. Dit is een moderne OLED-monitor met een verversingssnelheid van maar liefst 360 Hz. Hoewel dat misschien overkill klinkt, zorgt de combinatie van de OLED-techniek en deze snelheid voor een ongekend vloeiende en scherpe ervaring. Het scherm heeft bovendien een nieuw koelsysteem waardoor de kans op inbranden – een angst bij oudere OLED-monitoren – aanzienlijk is verkleind.

Voor wie een beperkter budget heeft maar wel snelheid wil, is de MSI MAG 27CQ6F een actuele hardloper. Dit is een gebogen scherm (Curved) met een snelheid van 180 Hz, wat net dat beetje extra soepelheid geeft ten opzichte van de standaard 144 Hz-schermen. Het paneel biedt een hoog contrast en is daarmee een uitstekende instapper voor wie zijn game-ervaring wil upgraden zonder direct de hoofdprijs te betalen.

▼ Volgende artikel
Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is
© ID.nl
Huis

Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is

QD-OLED is steeds vaker terug te vinden in gamingmonitoren. Waar deze techniek eerst vooral was voorbehouden aan het hogere segment, zie je steeds vaker in modellen die voor een veel bredere groep gamers betaalbaar zijn. De vraag is natuurlijk of je dat verschil in beeldkwaliteit ook echt merkt tijdens het spelen. In dit artikel lees je hoe QD-OLED werkt en wanneer je het verschil in de praktijk merkt.

In dit artikel

In dit artikel lees je wat QD-OLED precies is en waarom deze schermtechniek vooral bij gamen zichtbaar voordeel biedt. We leggen uit hoe QD-OLED verschilt van traditionele lcd-panelen, wat je merkt bij snelle actie en donkere scènes, en hoe het zit met helderheid, HDR en reflecties. Ook besteden we aandacht aan burn-in en de beschermingsmechanismen die moderne QD-OLED-monitoren gebruiken. Tot slot lees je voor welk type gamer QD-OLED het meest geschikt is en wanneer een Mini-LED-monitor een logisch alternatief kan zijn.

Lees ook: Lcd versus oled: wat is het verschil en welke televisie moet je kiezen?

Wat QD-OLED anders maakt

Een traditioneel LCD-paneel werkt met achtergrondlicht dat door meerdere lagen heen moet voordat je een beeld ziet. Dat kost tijd en maakt dat zwart nooit volledig zwart wordt. QD-OLED laat die tussenlagen achterwege. Elke pixel geeft zelf licht en schakelt onafhankelijk van de rest. Daardoor reageert het beeld direct. De quantum-dot-laag zet het blauwe OLED-licht om in diepe en zuivere kleuren. Het voelt alsof je condens van een raam veegt: zodra de waas verdwijnt, zie je het beeld helder en zonder vertraging.

©ID.nl

Vloeiende beelden bij snelle actie

Die directe pixelreactie merk je vooral wanneer je snelle spellen speelt. Omdat pixels vrijwel meteen overschakelen naar een nieuwe kleurstand, blijven objecten die over het scherm vliegen scherp in beeld. In shooters, racespellen en andere games waarbij snelheid telt, bijvoorbeeld voetbalgames, ontstaat daardoor een rustiger beeld met minder bewegingsonscherpte. Je ogen hoeven zich minder vaak aan te passen. Daardoor raken ze minder snel vermoeid en houd je makkelijker overzicht, ook wanneer je langere tijd achter elkaar speelt.

©ID.nl

Zicht in donkere scènes

QD-OLED blinkt uit in donkere scènes. Pixels die geen licht hoeven te geven, staan volledig uit en leveren een diep zwart dat je bij LCD-panelen zelden ziet. Doordat heldere elementen hier direct naast kunnen staan zonder dat ze licht lekken, ontstaat een sterk contrast dat schaduwen en lichte accenten duidelijker scheidt. Daardoor verdwijnen grijze waasjes in schaduwhoeken en blijven contouren van objecten helder zichtbaar. Vooral in stealth-games, horrorspellen en shooters waarin je tegenstanders soms alleen als silhouet ziet, levert dat een tastbaar voordeel op.

©ID.nl

Kleurrijk zonder overdrijven

De quantum-dot-laag zorgt voor een breed kleurbereik waardoor lichteffecten, huidtinten en subtiele schaduwen goed zichtbaar blijven. Veel QD-OLED-monitoren tonen kleuren standaard wat verzadigd, vooral in de felste modi. In een sRGB- of filmmodus wordt het beeld zachter en natuurgetrouwer, wat beter aansluit bij fotobewerking en dagelijks gebruik. Zodra je de juiste modus gebruikt, lopen kleuren vloeiend in elkaar over en blijven ze gelijkmatig, terwijl uitgesproken elementen zoals neon en magie juist duidelijk opvallen. Dat merk je niet alleen in games, maar ook wanneer je foto's bewerkt of films kijkt.

Helderheid en HDR in perspectief

QD-OLED heeft op het gebied van helderheid flinke stappen gezet ten opzichte van eerdere OLED-generaties. In HDR-games kunnen lichte delen krachtig oplichten zonder dat fel zacht of dof oogt; explosies, glinsteringen op water en fel tegenlicht komen daardoor beter tot hun recht. Toch is het goed om te weten dat deze techniek niet alle beperkingen wegneemt. De helderheid van QD-OLED hangt sterk af van de schermvulling. Bij SDR (standaard dynamisch bereik, het normale helderheidsniveau voor dagelijkse pc-taken) op een volledig wit scherm ligt de helderheid meestal rond de 200 tot 250 nits. Bij kleinere, heldere onderdelen kan dit oplopen richting 400 tot 500 nits. In HDR kunnen pieken van 1000 tot 1300 nits worden bereikt, maar die waarden gelden vooral voor kleine accenten en niet voor het hele scherm. Mini-LED-monitoren houden hogere helderheidsniveaus langer vast, wat in fel verlichte kamers zichtbaar voordeel geeft in extreme highlights. QD-OLED compenseert veel daarvan met perfect zwart, waardoor het contrast wel krachtig blijft (zie ook kader QD-OLED versus Mini-LED) .

Reflecties in daglicht

De meeste QD-OLED-monitoren hebben een glanzende afwerking. Dat helpt bij de kleurweergave en het contrast, maar maakt het paneel gevoeliger voor reflecties bij daglicht. Daarnaast ontbreekt een polarisatiefilter. Daardoor kunnen zwartwaarden in fel licht een paarse of grijze waas krijgen: het diepe zwart wordt zichtbaar opgelicht, meer dan bij een gewone spiegeling. Dat drukt het contrast in een goed verlichte kamer en kan afleiden bij gamen. Gebruik je de monitor vooral in een donkere of gelijkmatig verlichte ruimte, dan speelt dit nauwelijks. In kamers met veel direct zonlicht of grote ramen komt een matte Mini-LED-monitor daarom vaak rustiger over.

©ID.nl

Minimale inputvertraging

Naast de snelle pixelreacties is ook de invoervertraging laag. Moderne QD-OLED-modellen reageren direct op elke muisbeweging en elke controlleractie. Vooral in competitieve shooters is dat een voordeel, omdat elke handeling zonder merkbare vertraging op het scherm verschijnt. 

QD-OLED versus Mini-LED

QD-OLED en Mini-LED worden vaak naast elkaar genoemd, maar het zijn fundamenteel verschillende technieken. QD-OLED is zelflichtend: elke pixel geeft zijn eigen licht en kan volledig uit. Dat levert perfect zwart, zeer snelle pixelreacties en sterk contrast op, wat vooral bij games met veel beweging en donkere scènes zichtbaar voordeel geeft.

Mini-LED is een verfijnde vorm van LCD. Het paneel gebruikt duizenden kleine leds als achtergrondverlichting die in zones worden gedimd. Daardoor kan een Mini-LED-scherm hoge helderheid over grote delen van het scherm vasthouden, wat prettig is in fel verlichte kamers en bij HDR met veel lichtaccenten. Zwart is hierbij wel afhankelijk van lokale dimming en nooit volledig uitgeschakeld zoals bij OLED.

Kort gezegd blinkt QD-OLED uit in contrast, snelheid en beeldrust in donkere omgevingen, terwijl Mini-LED praktischer is bij veel omgevingslicht, wanneer dezelfde elementen of onderdelen langdurig in beeld staat en als hoge helderheid belangrijk is.

Burn-in en levensduur

Burn-in blijft bij elke OLED-variant een punt van aandacht, al zijn moderne QD-OLED-schermen duidelijk verder dan eerdere generaties. Ze gebruiken meerdere beschermingsmechanismen die de belasting door statische beelden beperken. Voor normaal gamegebruik werkt dat in de praktijk goed en blijft het risico klein.

Dat neemt niet weg dat enige nuance op zijn plaats is. Gebruik je een monitor dagelijks vele uren voor taken met veel vaste elementen, zoals spreadsheets, fotobewerkingspanelen of het steeds terugkerende HUD van één game, dan is de kans op inbranden groter dan bij LCD- of Mini-LED-panelen. Afwisseling in wat je op het scherm toont en af en toe even pauze nemen helpt om het paneel langer in goede staat te houden. Even pauze nemen is ook voor jezelf goed trouwens!

Wat voor beschermingstechnieken kun je tegenkomen?

Wat is het?Wat doet het?
Screensaver (schermbeveiliging)Dimt het scherm bij langdurig stilstaand beeld en herstelt de helderheid automatisch zodra er weer beweging is, om inbranden te voorkomen.
Pixel orbiting (pixelverschuiving)Verschuift het beeld continu minimaal op pixelniveau zodat vaste elementen nooit exact op dezelfde plek blijven staan.
Pixel refresh (pixelverversing)Start een onderhoudscyclus waarbij het paneel zichzelf corrigeert om slijtage en beginnende inbranding te verminderen.
Auto Warning (automatische waarschuwing)Geeft na een bepaalde gebruiksduur automatisch een melding om een pixel refresh uit te voeren.
Logos protection (logobescherming)Herkent vaste logo's in beeld en verlaagt daar lokaal de helderheid om inbranden te beperken.
Boundary dimmer (randdimming)Dimt automatisch delen van het scherm met zwarte balken of sterke helderheidsverschillen, bijvoorbeeld bij afwijkende beeldverhoudingen.
Taskbar dimmer (taakbalkdimming)Verlaagt specifiek de helderheid van de taakbalk om langdurige statische weergave op die plek te beperken.
Thermal protection (thermische beveiliging)Past de helderheid automatisch aan wanneer de monitor te warm wordt, om oververhitting en paneelslijtage te voorkomen.

©AGON by AOC

AGON by AOC PRO OLED AG276QKD2

Voorbeeld: bescherming in de praktijk

Veel QD-OLED-monitoren combineren verschillende beschermingsmechanismen om het risico op burn-in te beperken. In onderstaande tabel zie je bijvoorbeeld wat je kunt vinden in een aantal recente modellen uit de AGON PRO line-up van AOC. Je kunt al deze functies zelf in- en uitschakelen en je kunt de intensiteit ervan aanpassen. Dat betekent dat je zelf kunt bepalen hoe sterk de bescherming is.

Techniek ⬇ / Model ➡AG276QKD2AG276UZDAG346UCDAG276QZD2
Screen saverJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / Fast
Pixel orbitingJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / Strong
Pixel refreshJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Auto WarningJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Logos ProtectionJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2
Boundary dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Taskbar dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Thermal protectionJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / On

Voor wie QD-OLED vooral interessant is

Gamers die veel snelle actie spelen, halen het meeste uit QD-OLED. De voordelen van de techniek zijn in elk genre zichtbaar, maar vallen vooral op in shooters en racespellen, waar tempo en directe reacties tellen. Ook filmische games die sterk leunen op licht-donkercontrasten winnen zichtbaar aan sfeer en detail.

Conclusie

QD-OLED combineert diepe zwartwaarden met snelle pixelreacties en een breed kleurbereik. Dat zorgt voor een vloeiend beeld in snelle games en meer overzicht in donkere scènes. HDR komt overtuigend tot zijn recht, al blijven Mini-LED-schermen beter overeind bij zeer hoge helderheid en fel daglicht. Inbranden blijft een punt van aandacht wanneer hetzelfde element lange tijd in beeld staat, maar moderne modellen beschikken over uitgebreide beschermingsmaatregelen. Voor veel gamers is QD-OLED daarmee een goede keuze: snel, sfeervol en klaar voor de komende jaren.

QD, OLED en QD-OLED

OLED
Elke pixel geeft zelf licht. Daardoor zijn zwartwaarden diep en schakelt het beeld snel. Geschikt voor gaming en films, met aandacht voor burn-in bij langdurig statisch beeld.

QD (Quantum Dots)
Quantum dots zetten licht om in pure, heldere kleuren. Ze worden ingezet om kleurvolume en helderheid te verbeteren.

QD-OLED
Combineert de zelflichtende OLED-pixelstructuur met een quantum-dot-laag. Je krijgt diepe zwarttinten, snelle reactie en een breed kleurbereik. Het is een balans tussen snelheid, helderheid en kleurprecisie die goed aansluit bij moderne games.