ID.nl logo
Zelf crypto minen: Welke coins en wat heb je nodig?
© PXimport
Huis

Zelf crypto minen: Welke coins en wat heb je nodig?

Veel mensen hebben tegenwoordig wel gehoord over bitcoin en andere cryptovaluta. Maar als het je interesse heeft gewekt, hoe begin je er dan aan? Welke coins zijn de beste investering en welke hardware heb je nodig? Sta je aan het begin van je carrière als digitale goudzoeker en wil je zelf crypto minen, lees dan verder.

De nieuwe videokaarten van Nvidia en AMD zijn felbegeerd en haast onverkrijgbaar. Het is niet zozeer dat gamers ermee weglopen, maar wel een generatie miners die ze opstapelt in een ‘rig’. Wie zo’n kaart heeft bemachtigd, kan hem in een paar maanden terugverdienen. Al is dat gezien de koerswijzigingen wat speculatief.  

Cryptovaluta wordt net als goud en zilver als langetermijninvestering gezien om koopkracht te behouden, uit angst voor de inflatie van ‘fiatgeld’ dat in enorme hoeveelheden wordt bijgedrukt. De bitcoin is de grootste en bekendste digitale munt, maar er zijn al zo’n negenduizend alternatieven, die altcoins worden genoemd.

Voor het minen van bitcoins worden gespecialiseerde machines gebruikt die ook wel asic (application-specific integrated circuit) worden genoemd. Ethereum is eigenlijk ontwikkeld om dit tegen te gaan, waardoor gebruikers wereldwijd met een moderne videokaart ook kunnen minen. Daar gaan we in dit artikel dieper op in.

©PXimport

Wat is minen?

Om het minen te begrijpen is het handig iets van de blockchain te weten. Vaak wordt de blockchain vergeleken met een grootboek waarin alle transacties worden verzameld in blokken. De miners verifiëren de transacties en leggen ze vast in de blockchain. 

Bitcoin en het huidige Ethereum werken volgens het principe van proof-of-work. De computer die als eerste een zéér lastige rekensom oplost mag een nieuw blok beginnen en krijgt hiervoor een beloning. Dat proces noemen we minen en vraagt veel rekenkracht. Die rekenkracht wordt hashrate genoemd en is sterk verdeeld over de vele computers in het netwerk. Daarom is het nagenoeg onmogelijk om transacties te manipuleren, hiervoor zou 51 procent van alle rekencapaciteit nodig zijn. 

De tijd tussen elk blok moet ongeveer gelijk blijven. Daarom is er een mechanisme dat de moeilijkheidsgraad verhoogt als de rekenkracht toeneemt. Hierdoor daalt echter de opbrengst voor het minen. Het minen van bitcoin is daardoor alleen nog rendabel met gespecialiseerde machines in landen waar de stroomkosten laag zijn. Gelukkig zijn er andere cryptovaluta die wel rendabel te minen zijn, met je eigen hardware.

©PXimport

Welke coins minen?

Het is al jaren niet meer interessant om met een processor (cpu) te minen. Voor videokaarten (gpu’s) ligt dat anders. Heel sterk zijn bijvoorbeeld de 3060 Ti en 3080 uit de RTX 3000-serie van Nvidia en de laatste modellen van AMD, zoals de RX 5700 en RX 6800. De videokaart moet liefst een hoge videogeheugenbandbreedte hebben en ook meer dan 4 GB videogeheugen. Ook de twee jaar oude AMD Radeon VII is een goede optie.

Het lijstje bij Whattomine laat handig zien welke zogenoemde hashrate je kunt verwachten met welke videokaart en wat de winstgevendheid is per dag. Voer wel eerst rechtsboven de correcte stroomkosten in. Voor de genoemde videokaarten is de winst nu zo’n vier tot zes euro per dag wat neerkomt op 180 euro per maand. 

Heb je zonnepanelen, dan is de winst nog iets hoger door de goedkopere of gratis stroom. Binnen vier maanden heb je de videokaart momenteel al terugverdiend. Bij Ethereum helpt de hoge koers die aan het begin van het jaar rond zeshonderd euro lag en in maart rond 1.500 euro hobbelde met stijgende lijn. Maar het is altijd een momentopname. We laten daarom zien hoe je de som kunt maken.

©PXimport

Op Whattomine kun je bovenaan de videokaarten die je hebt ‘aanzetten’ en eventueel het aantal veranderen. Onder Cost voer je de stroomkosten in. Klik dan op Calculate. Daaronder zie je dan een lijstje met de opbrengsten per cryptovaluta. Je ziet hier behalve de naam (zoals Ethereum) ook het algoritme, zoals Ethash voor Ethereum. 

In het vakje voor Ethash kun je de hashrate en het stroomverbruik naderhand nog bijstellen. De hashrate kan als je gaat minen, afhankelijk van de kwaliteit en instellingen van de videokaart, iets afwijken. Ook ligt het daadwerkelijke stroomverbruik soms hoger omdat andere componenten stroom vragen, zoals de processor. Een gewone pc is niet zo efficiënt als een opstelling met meerdere videokaarten. We raden aan het stroomverbruik na te meten!

©PXimport

Videokaart voor minen kopen

Naast stroomkosten moet je de eventuele aanschaf en afschrijving voor de videokaart niet vergeten, al kan het dat je de videokaart toch al hebt voor het dagelijkse computergebruik of spelen van games. Het minen kan eventueel gewoon doorgaan tijdens het pc-gebruik. Als de grafische kaart wordt belast gaat het minen wel iets slomer. 

De pc kan ook meer herrie produceren dan je gewend bent, maar we zullen uitleggen hoe je dat kunt beheersen. Een klein risico is dat de levensduur van de videokaart wat terugloopt, al lopen de meningen daarover uiteen. We raden in ieder geval aan niet de uiterste grenzen op te zoeken.

Miningpool en wallet

Helemaal zelfstandig minen is alleen voor de groten weggelegd. De vergoeding voor het oplossen van de rekensom is weliswaar groot, maar de kans dat je die met beperkte hardware oplost heel klein. Realistischer is het aansluiten bij een grote miningpool waarbij je de opbrengst deelt met andere miners. 

Verder is een wallet nodig waar de opbrengsten bijgeschreven mogen worden. Als voorbeeld gebruiken we een mobiele wallet: de Android-app Coinomi. 

©PXimport

Via de optie Snelle wallet creatie maak je de wallet waar je vervolgens Ethereum aan toevoegt. Belangrijk: op het overzichtsscherm zie je een optie om een back-up te maken, waarbij je een reeks woorden op papier overneemt. Dit is noodzakelijk om bij verlies de wallet te kunnen herstellen. Klik op Ethereum of ga via het menu naar Assets, Ethereum en ga dan naar het tabje Ontvang. Noteer het aangegeven wallet-adres.

Starten met minen

Een bekende optie om te starten met minen is NiceHash, waar je via software in feite je computerkracht verhuurt. De software kiest de beste cryptovaluta om te minen, wat momenteel Ethereum is. Ongeacht die keuze krijg je betaald in bitcoin, waarbij wel iets blijft voor NiceHash.

Het is een populaire optie, maar in 2017 was dat even anders. Toen werd het Sloveense bedrijf gehackt en gingen veel bitcoins verloren. Daarom sluiten we ons liever aan bij een miningpool zoals Ethermine en laten de betalingen rechtstreeks naar onze wallet gaan. We gebruiken PhoenixMiner 5.5c, al zijn er ook andere opties.

Pak na het downloaden het zip-bestand uit in een map op de pc. Klik dan rechts op start_miner.bat en kies Bewerken. Je hoeft hierin alleen het wallet-adres te veranderen, door op die plek je eigen wallet-adres in te vullen. De naam Rig001 die daarachter staat (na een punt) mag je eventueel veranderen naar de naam van de bewuste pc. 

Klik als je klaar bent rechts op start_miner.bat en kies Als administrator uitvoeren, waarna het minen zal beginnen.

©PXimport

Is PhoenixMiner een virus?

Er zijn wat kleine drempels bij het minen. Zo kan Chrome bij het downloaden protesteren. Via de instellingen van Chrome kun je de beveiliging tijdelijk uitzetten. Ook Windows Defender kan in actie en het uitvoerbare bestand (PhoenixMiner.exe) mogelijk verwijderen, zelfs tijdens het minen. Het wantrouwen is eenvoudig te verklaren. In potentie zou iemand – een virus – voor eigen gewin op je systeem kunnen minen. Je kunt de map eventueel uitsluiten:

Windows Defender ziet PhoenixMiner als een pua (‘potentially unwanted application’), onder de naam Win32/CoinMiner of Win64/CoinMiner. Je kunt deze bedreigingen handmatig toestaan. Handiger is echter het uitsluiten van de miner-map voor virusscans. Daarvoor open je de instellingen van Windows en ga je naar Bijwerken en beveiliging, Windows-beveiliging.  Klik op Virus- en bedreigingsbeveiliging en druk onder het kopje Instellingen voor virus- en bedreigingsbeveiliging op Instellingen beheren. Kies nu onder Uitsluitingen de optie Uitsluitingen toevoegen of verwijderen. In het volgende scherm kun je Een uitsluiting toevoegen aanklikken gevolgd door Map. Blader dan naar de map van PhoenixMiner en kies Map selecteren. De hele map is dan uitgesloten van virusscans.

Wees evengoed met alles wat je doet voorzichtig, er zijn genoeg kapers op de kust. Zodra de miner zijn werk doet kun je onder andere de hashrate en uitbetalingen volgen via ethermine.org door je wallet-adres in te vullen. Er kan een kleine vertraging zijn. 

Met de combinatie van een 3060 Ti en 3080 krijgen we wekelijks uitbetaald omdat we net boven 0.05 eth komen, met slechts één videokaart kan het een weekje langer duren. Transactiekosten hoef je niet te betalen, die zijn voor rekening van de miningpool.

©PXimport

Minen optimaliseren

Enige optimalisatie is gewenst, opdat het stroomverbruik wordt beperkt terwijl de hashrate juist hoger wordt. Er valt eenvoudig veel te winnen. We gebruiken de gratis software MSi AfterBurner. De belangrijkste regelaar daarin is de Power Limit, het vermogen dat naar de kaart gaat. Dit kan afhankelijk van de videokaart worden teruggebracht naar zo’n zestig tot zeventig procent.

Pas ook de Core Clock en Memory Clock aan. Het minen is geheugenintensief, waardoor de Core Clock wat lager mag en de Memory Clock juist omhoog. Bedenk wel: iedere kaart is anders, dus experimenteren loont. Op de 3060 Ti zagen we met de aanpassingen het verbruik teruglopen van zo’n 210 naar 120 watt, terwijl de hashrate juist omhoog ging van 50 naar 59. Op de 3080 nam het verbruik af van zo’n 320 naar 220 watt en ook hier nam de hashrate toe.

©PXimport

De temperatuur van de videochip blijkt bij de RTX 3080 vrij stabiel rond veertig graden Celsius en mag tot boven de zeventig graden zijn. Maar er zit een addertje onder het gras. De temperatuur van het videogeheugen kan bij deze kaarten te hoog oplopen, afhankelijk van de manier waarop het videogeheugen wordt gekoeld. 

Met HWiNFO64 kun je deze temperatuur in de gaten houden door de GPU Memory Junction Temperature in het lijstje met sensoren op te zoeken. De bovengrens is 110 graden, maar de prestaties lopen dan al terug of het systeem kan crashen (overigens zonder verdere gevolgen). We houden deze waarde liever stabiel rond 90 tot 95 graden.

Uitbetalen

Bij het minen word je beloond met ethers (eth), maar de dagkoers bij het omruilen bepaalt natuurlijk wat je in harde euro’s hebt verdiend. Als je ze niet vast wil houden, waar de mooie term hodl voor is bedacht (hold on for dear life). 

Voor het verhandelen, zoals het omzetten naar andere cryptovaluta, uit laten betalen of misschien wel bijkopen van cryptovaluta - kun je een account bij een handelsplatform ofwel exchange maken, zoals bitvavo of binance. Zeker het in Nederland gevestigde bitvavo werkt reuze eenvoudig. Je kunt bijvoorbeeld een tegoed storten via iDeal of laten uitbetalen op je bankrekening.

Hoe lang nog?

Het minen van Ethereum blijft niet zo lang meer interessant door veranderingen in het Ethereum-netwerk. Eerst komt in juli de wijziging die EPI-1559 wordt genoemd. Die moet het probleem van de hoge transactiekosten oplossen, maar zal de vergoeding voor het minen omlaag brengen, naar schatting zo’n dertig tot vijftig procent. Het kan wel een positief effect op de koers hebben. 

De grootste verandering is de overgang naar Ethereum 2.0, dat al een tijdje proefdraait naast het huidige netwerk, al is de release al vaak uitgesteld. Het nieuwe netwerk werkt volgens proof-of-stake, waarbij in feite een partij in het netwerk wordt aangewezen om een nieuw blok te maken, op basis van zijn aandeel (‘stake’) in de cryptovaluta. Die partij ontvangt een vergoeding voor het verwerken van de transacties op de blockchain. Het zet de miner buitenspel. 

Er kunnen natuurlijk wel weer andere cryptovaluta bijkomen die interessant zijn om te minen en die het speelveld veranderen. Bedenk wel dat als een grote groep Ethereum-miners opeens een andere crypto gaat minen, zoals Ravencoin, Conflux of Cortex, de moeilijkheidsgraad daarvoor hoger zal worden en de vergoeding lager. 

De markt verandert constant, dus de laatste tip is om dit nieuws op de voet te volgen!

▼ Volgende artikel
Waarom een extra vriezer handig is – zeker in de zomer
© pjjaruwan
Huis

Waarom een extra vriezer handig is – zeker in de zomer

De zomer is in volle gang en dat betekent: barbecues, ijsjes en koude drankjes – en dus een overvol vriesvak. Herkenbaar? Met een extra vriezer heb je daar geen last meer van. Je kunt groot inkopen, alvast maaltijden invriezen voor drukke werkdagen (nog even niet aan denken!) en je hebt altijd iets in huis voor onverwachte gasten.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Tafelmodel vriezers: ideaal voor erbij

Heb je geen plek voor een grote vrieskast, dan is een tafelmodel vriezer een slimme keuze. Deze compacte modellen zijn ongeveer zo hoog als een aanrecht en passen gemakkelijk in een bijkeuken, de garage of schuur of op zolder. Ideaal als je wat extra ruimte nodig hebt voor ijsjes, barbecuevlees of restjes van een zomerse maaltijd. Ze hebben altijd meerdere lades – meestal tussen de twee en vier – zodat je alles netjes kunt indelen en snel terugvindt wat je zoekt. 

Welke grootte past bij jouw huishouden?

Als vuistregel geldt: rekening 60-80 liter vriesruimte per persoon voor een extra vriezer. Voor een gezin van vier personen is 200-250 liter meestal ruim voldoende, vooral als je al een vriesvak in de koelkast hebt. Kook je vaak voor meerdere dagen of vries je veel seizoensgroenten en fruit in? Dan kun je beter iets ruimer kiezen. Andersom: gebruik je de vriezer hoofdzakelijk voor ijsjes, brood en wat vlees, dan kan een compact model van 100-150 liter al perfect zijn. Let op: de buitenmaten zeggen niet alles. Kijk altijd naar de netto inhoud in liters, want die geeft aan hoeveel je er daadwerkelijk in kwijt kunt.

©Hedgehog94

Vrijstaande vriezers: overzichtelijk, ruim en praktisch

Heb je meer ruimte nodig of wil je grotere hoeveelheden invriezen, dan is een vrijstaande vriezer een uitkomst. Je kunt er makkelijk een voorraad vlees, brood, zomerfruit of zelfgekookte maaltijden in kwijt. De netto inhoud varieert flink: kleinere modellen beginnen rond de 150 liter, maar er zijn ook vriezers van ruim 250 liter of meer. Zo kun je de inhoud echt afstemmen op je huishouden.

Vrijstaande vriezers hebben meestal tussen de vier en zeven vrieslades, wat het indelen van alles wat je wilt invriezen een stuk overzichtelijker maakt. Let bij het kiezen ook op het geluidsniveau, vooral als je de vriezer in een open keuken of bijkeuken zet. Modellen met 36 decibel of minder zijn zeer stil en nauwelijks hoorbaar. Zit het geluidsniveau tussen 37 en 39 decibel, dan hoor je af en toe een zachte zoemtoon. Alles vanaf 40 decibel wordt als normaal geluid beschouwd. Ter vergelijking: elke 3 decibel erbij verdubbelt het volume.

Veel vriezers hebben een snelvriesfunctie die nieuwe producten razendsnel invriest, zodat de temperatuur in de rest van de vriezer stabiel blijft. Bij Liebherr heet dit bijvoorbeeld SuperFrost en bij AEG Frostmatic. Ook fijn: sommige modellen hebben een deur- of temperatuuralarm, dat afgaat als de deur te lang openstaat of als de temperatuur te ver oploopt. Handig bij stroomuitval of als iemand de deur per ongeluk heeft laten openstaan.

💡 Tip: Kijk naar het energielabel

Vriezers hebben sinds maart 2021 een nieuw energielabel met klassen van A tot G, waarbij A en B het zuinigst zijn. Er zijn nog niet veel vriezers met een A- of B-label. Wil je een zuinige vriezer, dan zit je goed met C (het oude A+) en D (het oude A). Ook E (het oude B) is nog redelijk zuinig. Vriezers met een F- en G-label zijn onzuinig. Speelt het verbruik een belangrijke rol bij jouw keuze? Dan is dit iets om rekening mee te houden. Op het energielabel vind je ook het energieverbruik in kWh/jaar terug. Wanneer je je stroomprijs weet, kun je berekenen wat je jaarlijkse kosten zijn. 

No Frost: nooit meer ontdooien

No Frost is een technologie in vriezers die automatisch ijsvorming voorkomt. In plaats van dat vocht uit de lucht bevriest op de wanden en roosters zoals bij gewone vriezers, zorgt No Frost ervoor dat dit vocht wordt afgevoerd voordat het kan bevriezen. Dit betekent dat je nooit meer hoeft te ontdooien en geen ijslaag meer krijgt op wanden, roosters of verpakkingen. Je houdt meer netto vriesruimte over omdat er geen ruimteverlies is door ijs, terwijl de temperatuur stabieler blijft en verpakkingen niet aan elkaar vastvriezen. Bovendien is een No Frost vriezer energiezuiniger omdat er geen isolerende ijslaag ontstaat die de koeling belemmert, en zorgt de betere luchtstroom voor een gelijkmatigere koeling door de hele vriezer.

©Tolstoy | Prozorov Andrey

Vriezer voor de schuur of garage? Let dan hierop!

Niet elke vriezer werkt goed in een onverwarmde ruimte zoals een schuur of garage. Kijk daarom voor aankoop naar de klimaatklasse: die geeft aan binnen welk temperatuurbereik de vriezer goed functioneert. Wordt het in jouw schuur of garage kouder dan dat bereik toelaat, dan kan de vriezer stoppen met koelen of zelfs kapot gaan.

Dit zijn de gangbare klimaatklassen:

  • SN: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +10 tot +32 °C
  • N: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +16 tot +32 °C
  • ST: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +16 tot +38 °C
  • T: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +16 tot +43 °C

Sommige vriezers hebben een samengestelde klimaatklasse, zoals SN-T. Die zijn dan geschikt van +10 tot +43 °C, afhankelijk van het model.

Is jouw schuur of garage goed geïsoleerd waardoor het er niet kouder wordt 10 °C, dan kun je er dus met een gerust hart een vriezer neerzetten.  Wordt het  er 's winters kouder dan 10 of 16 °C? Kies dan een model met techniek als FrostProtect (Liebherr) of FreezerGuard (Beko). Deze blijven betrouwbaar werken tot -15 °C. Goed om te weten: omdat dit (nog) geen officiële klimaatklasse is, vind je dit niet terug op het label. In de productspecificaties vind je het wél terug.

Sterk merk: Liebherr

Wie op zoek is naar een vriezer die jarenlang meegaat, komt vaak uit bij Liebherr vriezers. Dit Duitse merk staat voor degelijke techniek, stille compressoren en een uitstekende isolatie. Dat Liebherr vertrouwen heeft in zijn eigen producten, blijkt uit de standaard garantie van 8 jaar die op vriezers wordt gegeven – dat is flink langer dan bij veel andere merken. Het assortiment is uitgebreid, van compacte tafelmodellen en ruime vrijstaande vriezers tot vrieskisten. Ze zijn vaak uitgerust met No Frost-technologie, robuuste lades en praktische functies zoals temperatuuralarmen. Hoewel Liebherr in de hogere prijsklasse zit, verdient de investering zich terug door de lange levensduur en lage onderhoudskosten.

©Liebherr


Conclusie: een extra vriezer is altijd handig!

Of het nu gaat om ruimte voor ijsjes en barbecuevlees, of om ruimte voor al je ingevroren maaltijden en seizoensproducten: een extra vriezer maakt het leven een stuk gemakkelijker. Natuurlijk niet alleen in de zomer, maar het hele jaar door!

▼ Volgende artikel
Bestanden delen zonder cloud? Dit zijn je opties
© KOB
Huis

Bestanden delen zonder cloud? Dit zijn je opties

Je wilt bestanden delen met jezelf op een ander apparaat in je netwerk of met anderen via internet, bij voorkeur zonder deze data onderweg tijdelijk op te slaan. Je kiest dus voor een directe peer-to-peer overdracht, zonder externe opslagservers in de cloud.

In dit artikel laten we zien hoe je bestanden direct deelt tussen apparaten:

  • Deel bestanden binnen je netwerk met tools als Winpinator, LANDrop of AirDrop
  • Installeer Cx File Explorer op Android om via SMB, FTP of lokale servers bestanden uit te wisselen
  • Richt een eigen FTP-server in met FileZilla
  • Gebruik Magic Wormhole om eenmalig bestanden te versturen
  • Synchroniseer mappen handmatig of automatisch tussen apparaten met Syncthing
  • Installeer een webserver om bestanden beschikbaar te maken via een lokaal ip-adres
  • Zet met Tailscale een eigen VPN op

Lees ook: Grote bestanden versturen? Dit zijn je gratis opties

Veel mensen delen gegevens via cloudopslagdiensten als Google Drive, OneDrive of Dropbox. Dit werkt prima, maar de bestanden worden wel tijdelijk online opgeslagen. Wil je dit vermijden, dan moet je een methode vinden om de data rechtstreeks naar de ontvanger te sturen, desnoods via een relay die enkel als doorgeefluik fungeert en de (bij voorkeur versleutelde) data niet opslaat. Hiervoor bestaan verschillende tools en technieken, zoals een SMB-, FTP- of P2P-verbinding.

In dit artikel bespreken we diverse tools, zodat je op basis van je opzet en technische vaardigheden voor jezelf de beste oplossing kunt kiezen. Eerst komen tools aan bod die vooral geschikt zijn voor directe datatransfers binnen je eigen netwerk. Daarna laten we methodes zien die ook over het internet werken. Op het laatst tonen we je nog hoe je snel een eigen VPN-netwerk opzet, om ook andere servers voor bestanden delen op afstand veilig te kunnen benaderen.

1 Via je thuisnetwerk

Om binnen je thuisnetwerk bestanden te delen, zijn er verschillende mogelijkheden. Windows heeft weliswaar het ingebouwde SMB-protocol (Server Message Block), waarmee je mappen kunt delen en lees- of schrijfrechten kunt instellen, maar in dit artikel richten we ons vooral op externe, gratis tools.

Een eenvoudige oplossing is Winpinator, dat dataoverdrachten tussen Windows-apparaten ondersteunt. Bij File / Preferences / Connection kun je onder meer de netwerkinterface en binnenkomende poorten instellen. Specifiek voor dataoverdrachten tussen iOS- en macOS-apparaten biedt Apple de functie AirDrop aan.

Voor meer flexibiliteit is er LANDrop, beschikbaar voor vrijwel alle platformen, inclusief mobiel. We nemen als voorbeeld een Windows-pc en een Android-apparaat. We installeren de app op onze Windows-pc en geven desgevraagd de firewall toestemming om verbindingen toe te staan. We installeren daarna de mobiele app en zorgen dat beide apparaten met hetzelfde netwerk zijn verbonden. Als alles correct werkt, verschijnen de aangesloten toestellen in de LANDrop-app. We selecteer de bestanden en het doelapparaat, en meteen na de bevestiging start de overdracht.

Bestanden delen tussen apparaten binnen je netwerk, vanuit een grafisch venster.

Firewallregels

Veel tools in dit artikel vereisen firewalltoegang. We gaan uit van de Windows Defender Firewall, waar standaard alle uitgaande verbindingen zijn toegestaan. Je hoeft je dus vooral te richten op binnenkomend verkeer.

Open de app Windows Defender Firewall met geavanceerde beveiliging en ga naar Regels voor binnenkomend verkeer. Als je tijdens de installatie van bijvoorbeeld LANDrop toestemming gaf, zijn er standaard twee regels met landrop.exe aangemaakt. Onder Eigenschappen zie je op het tabblad Protocollen en poorten dat alle poorten openstaan, één regel voor TCP en één regel voor UDP.

Het kan ook gebeuren dat je voor sommige tools zelf firewallregels moet toevoegen. Klik dan in het rechterdeelvenster op Nieuwe regel, kies Programma en verwijs naar de app met binnenkomend verkeer. Selecteer vervolgens De verbinding toestaan en kies de gewenste netwerkprofielen, op z’n minst Privé.

Deze methode opent standaard alle lokale poorten voor de app. Wil je dit beperken, kies dan bij Nieuwe regel de optie Poort of Aangepast. Zo kun je precies bepalen welke poorten en protocollen worden toegestaan, wat veiliger is. Vaak vind je in (de helpbestanden van) zo’n programma om welke poorten het gaat (bij LANDrop kun je dit instellen bij Preferences / Listening Port).

Voor de meeste dataoverdracht-diensten moet je wel een gaatje in je firewall prikken.

2 Android

Wissel je regelmatig bestanden uit tussen je Android-apparaat en andere apparaten in je netwerk, zoals Windows-pc’s, dan is de gratis bestandsbeheerder Cx File Explorer een handige oplossing. Deze app, beschikbaar in de Google Play Store, is ook geschikt voor lokaal bestandsbeheer op Android.

Start de app, ga naar Network en tik op New Location. Via Cloud kun je bestanden delen via cloudopslagdiensten, maar voor ons doel kies je Remote. Hier vind je verschillende protocollen voor netwerktoegang en bestandsdeling. Local Network en SMB werken beide via het Windows-protocol SMB. De eerste optie detecteert netwerkshares automatisch, terwijl je bij de tweede handmatig de hostnaam of het ip-adres en inloggegevens invoert om toegang te krijgen tot gedeelde mappen op bijvoorbeeld een Windows-pc. Het WebDAV-protocol laten we buiten beschouwing, aangezien het buiten NAS-omgevingen weinig wordt gebruikt.

De opties FTP en SFTP veronderstellen dat er elders in je netwerk al een (S)FTP-server draait waarmee je kunt verbinden (meer hierover lees je in de volgende paragraaf). Maar je kunt het ook makkelijk omkeren en op je Android-apparaat een FTP-server opzetten. Ga opnieuw naar Network en kies Access from network. Bevestig met Start service en je krijgt een url (bijvoorbeeld ftp://192.168.0.165:6094) en de inloggegevens te zien. Neem deze gegevens over in een FTP-client, zoals FileZilla, op een ander apparaat in je netwerk om bestanden in beide richtingen uit te wisselen. Na afloop klik je op Stop service.

Met Cx File Explorer wissel je op verschillende manieren data uit, waaronder met FTP.

3 FTP

Dataoverdracht-tools zoals LANDrop zijn minder geschikt voor grote bestanden of langdurige overdrachten, en bieden geen gescheiden toegang per apparaat of gebruiker. In zo’n geval is een eigen FTP-server een betere optie. Dit kan eenvoudig met het gratis FileZilla, waarvan zowel de server- als clientversie beschikbaar is op www.filezilla-project.org.

Installeer de servercomponent met de standaardopties en stel een beheerwachtwoord in. De server kan automatisch met Windows starten, zelfs zonder dat je bent aangemeld. Start de tool, klik op Connect to Server, en bevestig met OK en Ja.

Ga naar Server / Configure en voeg onder Users via Add een nieuwe gebruiker toe, bij voorkeur met een wachtwoord. Bij Mount points klik je op Add, stel je bij Native path de map in die je wilt delen (bijvoorbeeld C:\fotos) en geef je bij Virtual path een duidelijke naam (bijvoorbeeld /gedeeldefotos). Kies bij Access Mode voor Read only of Read+Write en bevestig met OK.

Installeer nu een FTP-client, zoals FileZilla, op een ander apparaat in je netwerk of gebruik de FTP-functie van Cx File Explorer. Vul de connectiegegevens in: de hostnaam of het interne ip-adres van de server, standaardpoort 21, gebruikersnaam en wachtwoord. Als de firewall aan serverzijde de verbinding blokkeert, voeg dan een regel toe die TCP-poorten 20 en 21 doorlaat (zie kader ‘Firewallregels’).

Een FTP-server met FileZilla heb je snel opgezet, met gescheiden gebruikersrechten.

4 Magic Wormhole

We hebben ons tot nu toe gericht op bestandsuitwisselingen binnen het thuisnetwerk. Dit is veiliger en technisch eenvoudiger, omdat de router aan de publieke zijde niet hoeft te worden gepasseerd. In het vervolg van dit artikel gaat het over het delen van data met een apparaat op het internet, zonder online opslag te gebruiken.

Laten we beginnen met het gratis en opensource Magic Wormhole. Deze tool verstuurt bestanden tussen apparaten zonder complexe netwerkconfiguratie zoals portforwarding. Hoe dit precies werkt, lichten we toe in het kader ‘Relay’.

Magic Wormhole is vooral handig voor incidentele, maar veilige bestandsoverdrachten. Het is beschikbaar voor macOS en Linux en kan ook met enkele extra stappen op Windows worden geïnstalleerd. De eenvoudigste manier is via de pakketbeheerder Chocolatey. Installeer deze door PowerShell als administrator te openen en het volgende commando uit te voeren:

Set-ExecutionPolicy Bypass -Scope Process -Force; iex ((New-Object System.Net.WebClient).DownloadString('https://community.chocolatey.org/install.ps1'))

Open daarna de Opdrachtprompt als administrator en voer deze commando’s uit:

choco install -y python
call RefreshEnv
pip install magic-wormhole

Hiermee installeer je de benodigde onderdelen. Gebruik de volgende opdrachten om een bestand of een volledige map (die automatisch gezipt wordt) te verzenden:

wormhole send <volledig_pad_naar_bestand>
wormhole send <volledig_pad_naar_map>

Je krijgt nu een code te zien. Op het ontvangende apparaat, waar Magic Wormhole ook geïnstalleerd moet zijn, voer je het onderstaande commando uit om de overdracht te voltooien:

wormhole receive <ontvangen_code>

Bij elke datatransfer via Wormhole hoort een unieke code.

Relay

De verzender genereert een unieke en leesbare code. Deze wordt handmatig gedeeld met de ontvanger. Zodra de ontvanger dezelfde code invoert, wordt de PAKE-sleutel (Password-Authenticated Key Exchange) berekend. Met deze sleutel wordt een veilige sessie opgezet waarin beide apparaten elkaar kunnen vinden. Indien mogelijk wordt direct een P2P-verbinding opgezet via NAT Traversal-technieken. Lukt dit niet, omdat de apparaten zich bijvoorbeeld achter een strikte NAT of firewall bevinden, dan verloopt de overdracht via een ‘transit relay server’. Deze fungeert uitsluitend als doorgeefluik en slaat geen bestanden op. De data worden bovendien altijd via end-to-end-encryptie verzonden. Dit alles maakt Magic Wormhole een veilige oplossing.

Op deze pagina vind je meer technische details.

5 Syncthing

Wil je bestanden (continu) selectief beschikbaar stellen voor meerdere apparaten, dan is Magic Wormhole minder geschikt. De gratis en opensource synchronisatie-tool Syncthing is hiervoor een betere mogelijkheid. Dankzij TLS kunnen je data veilig versleuteld blijven en net als Magic Wormhole probeert Syncthing apparaten eerst direct te verbinden. Lukt dat niet, ondanks NAT Traversal-technieken, zoals STUN, UPnP en NAT-PMP, dan worden publieke relayservers ingezet, zonder de verstuurde data op te slaan.

Ga naar www.syncthing.net/downloads (macOS, Windows, Linux). Download de Windows-versie door op Latest te klikken en syncthing-windows-setup.exe op te halen. Installeer deze met een dubbelklik. De standaardwaarden kun je behouden en indien gewenst start Syncthing automatisch met Windows op. Bevestig indien gevraagd of de firewall automatisch mag worden aangepast. Even later is de server toegankelijk in je browser via 127.0.0.1:8384.

De Syncthing-server heb je in een oogwenk klaar voor gebruik.

6 Beheer Syncthing

Via Acties / Instellingen kun je op het tabblad GUI een gebruikersnaam en wachtwoord instellen om de GUI-beheermodule af te schermen. Op het tabblad Verbindingen begrens je desgewenst de download- en uploadtransfers. Laat alle opties, zoals NAT traversalinschakelen en Relaying inschakelen, het best geactiveerd. Bevestig je aanpassingen met Opslaan.

In het hoofdvenster selecteer je een map om via Syncthing met andere apparaten te delen. Klik op +Maptoevoegen, vul een naam in bij Maplabel, kies een Map-ID en geef bij Maplocatie het pad op, zoals C:\GedeeldeData. Bevestig met Opslaan. Klik op de toegevoegde map voor details. Gebruik Bewerken voor aanpassingen of om de map eventueel te verwijderen.

Je kunt mooi volgen welke mappen je (hoe) hebt gedeeld.

7 Delen met Syncthing

De map is klaar, maar je moet Syncthing nog vertellen met welke apparaten je deze wilt delen. Daarvoor is minstens een tweede apparaat nodig. Laten we een Android-apparaat als voorbeeld nemen. Download en installeer de Syncthing Fork-app uit de officiële Play Store. Geef met Machtiging verlenen toestemming voor toegang tot je lokale bestanden. Een locatiemachtiging is niet nodig, tenzij je Syncthing alleen op geselecteerde wifi-netwerken wilt gebruiken. De optie Notification Permission schakel je liefst wel in.

Wil je dataverbruik beperken, tik linksboven op het menu-icoon, open Instellingen / Uitvoervoorwaarden en stel Run on Wi-Fi selecteren in (of eventueel Run on specifieke Wi-Fi-netwerken).

Nu moeten beide apparaten elkaar vinden. Open op je pc de Syncthing-beheermodule, ga naar Acties / ID weergeven, en noteer of kopieer dit. Ga op je mobiele apparaat naar Apparaat-ID, open het tabblad Apparaten, tik op de plus-knop, en vul de ID en een geschikte apparaatnaam in. Als beide apparaten in hetzelfde netwerk zitten, wordt de ID waarschijnlijk automatisch ingevuld. Bevestig je invoer.

Herhaal dit op je pc via +Extern apparaat toevoegen in het hoofdvenster. Open daarna een gedeelde map, kies Bewerken, ga naar het tabblad Delen, vink het gekoppelde apparaat aan en bevestig met Opslaan. Accepteer de meldingen in de Syncthing-app op je mobiele apparaat en in het dashboard om de koppeling en het delen te voltooien. De synchronisatie kan beginnen.

Je moet de gevraagde mapsynchronisatie wel nog even bevestigen.

Andere servers

Er zijn nog veel andere servers die je op je pc kunt installeren om bestanden, foto’s en andere data uit te wisselen. Een mogelijke optie is bijvoorbeeld een webserver zoals de gratis Abyss Webserver. Je kunt die met een paar muisklikken installeren en gebruikt standaard poort 8080. Mappen die je vervolgens in de document-rootmap plaatst (standaard C:\Abyss Web Server\htdocs) zijn dan meteen bereikbaar via <hostnaam_of_ip-adres>:8080/<mapnaam>.

Helaas ondersteunen deze webserver en de meeste andere servers voor het delen van data geen NAT Traversal-technieken, laat staan relayservers, waardoor ze van buitenaf moeilijk bereikbaar zijn. Je kunt dan portforwarding op je router instellen, eventueel met DDNS of beter nog: met een VPN. Dit laatste is veiliger, maar technisch uitdagender.

Van binnenuit is deze (web)server alvast makkelijk bereikbaar.

8 Set-up Tailscale

Een eenvoudige oplossing om snel een eigen VPN-netwerk op te zetten is een dienst als Tailscale. Deze vereist aan beide kanten een beperkte configuratie en gebruikt onderliggend ook het WireGuard-protocol om een versleuteld privé-VPN-netwerk op te zetten. Een Tailscale-relayserver zorgt ervoor dat je apparaat bereikbaar is vanaf internet, in principe zonder firewall-instellingen aan te passen of routerpoorten door te sturen.

Ga naar www.tailscale.com/download en download de app voor je besturingssysteem (Linux, macOS, Windows, iOS of Android). We gaan aan de slag met Windows. De installatie verloopt met een paar muisklikken. Start de app en klik nu eerst op Sign up om een account aan te maken. Je kunt hiervoor onder meer een Google- of Microsoft-account gebruiken (voor Personal Use). Terug in de app klik je op Sign in to your network. Na aanmelding klik je op Connect en maakt je apparaat deel uit van het privé-VPN-netwerk van Tailscale, met een ip-adres dat typisch begint met 100.). Aangemeld op de Tailscale-website kun je de status van je netwerk altijd bekijken.

Het eerste apparaat is aan het Tailscale-VPN-netwerk toegevoegd.

9 Externe toegang Tailscale

Een VPN-netwerk met slechts één apparaat heeft weinig zin, dus voegen we snel een tweede toe. We nemen een Android-apparaat als voorbeeld. Download en installeer de Tailscale-app uit de officiële Google Play Store en start deze op. Tik op Get Started / OK / Get Started. Meld je aan met je Tailscale-account en klik na succesvol inloggen op Connect. In het dashboard op de site zie je nu dat je toestel met het VPN-netwerk is verbonden.

Wil je apparaten van andere gebruikers tijdelijk toegang geven tot je VPN-netwerk zonder je eigen inloggegevens te delen, ga dan naar het dashboard op de site en open Users. Klik op Invite external users en vul het e-mailadres van de ontvanger in. Standaard wordt deze als Member toegevoegd, maar je kunt bijvoorbeeld ook Admin selecteren.

Let op: Heb je jezelf via een Google-account aangemeld, dan moet het e-mailadres van de ontvanger ook aan een Google-account gekoppeld zijn om zich hiermee te kunnen aanmelden. De ontvanger hoeft enkel de link in het e-mailbericht te openen, Tailscale te downloaden, zich met dit e-mailadres aan te melden en zijn apparaat aan het VPN-netwerk te koppelen.

Je kunt ook anderen uitnodigen om zich met je Tailscale-netwerk te verbinden.

10 Overdracht met Tailscale

Stel nu dat je op je apparaat een server op poort 8080 hebt draaien (zoals Abyss Webserver), dan kun je deze via Tailscale voortaan makkelijk extern bereiken. Vul in je browser het Tailscale ip-adres van dat apparaat in, gevolgd door het poortnummer, bijvoorbeeld 100.66.72.65:8080. Alle datatransfers van en naar die server verlopen nu veilig binnen de VPN-tunnel van Tailscale.

Via het Tailscale VPN-netwerk is onze server nu ook van buitenaf bereikbaar.

Watch on YouTube