ID.nl logo
Zo plaats je een nieuwe harde schijf of ssd
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Zo plaats je een nieuwe harde schijf of ssd

Je hebt een nieuwe schijf gekocht en die wil je nu in je systeem inbouwen, als vervangschijf voor je huidige systeemschijf of gewoon als extra opslag. Dat vergt echter de nodige voorbereiding: naast de fysieke inbouw is er immers ook nog de configuratie ervan, zoals de systeemmigratie en initialisatie, en het partitioneren en formatteren. Dit artikel helpen we je bij het plaatsen van een nieuwe harde schijf of ssd.

Wil je juist weten welke schijf je in je pc of laptop moet bouwen? In onze koopgids harde schijven en ssd's geven we je het beste koopadvies!

Tip 01: Scenario’s

We kunnen je jammer genoeg niet zomaar een rechttoe-rechtaan stappenplan meegeven om je nieuwe schijf helemaal klaar te maken voor gebruik. Dat hangt namelijk niet alleen af van je computersysteem (voor de inbouw maakt het bijvoorbeeld verschil uit of het om een laptop of een desktop gaat), maar ook van je bedoelingen. Het lastigste scenario is dat waarbij je je huidige schijf voor het nieuwe exemplaar wilt inruilen. Misschien wil je in dit geval de complete inhoud inclusief besturingssysteem van je oude naar de nieuwe schijf klonen. Of je verkiest een gloednieuwe installatie van Windows, waarbij je dan wel nog je oude data moet zien over te zetten. Is het je bedoeling (op je desktop-pc) een tweede, interne dataschijf toe te voegen, dan bespaar je je weliswaar de beslommeringen van een systeemmigratie, maar moet je de schijf wel correct voorbereiden.

In dit artikel laten we al deze aspecten aan bod komen. We beginnen met het vervangscenario, waarbij we eerst van een systeemmigratie uitgaan (door te klonen of via een imagebestand, ook wel schijfkopie genoemd) en vervolgens van een ‘schone’ Windows-installatie. In het tweede deel bespreken we het scenario van een extra schijf voor opslag van data, waarbij we de drie benodigde stappen in volgorde bespreken: initialiseren, partitioneren en formatteren.

©PXimport

Er zijn verschillende scenario’s mogelijk voor wie een nieuwe schijf in gebruik wil nemen

-

Tip 02: Oude schijf

Je hebt ervoor gekozen om je oude systeemschijf door een nieuwe te vervangen, wellicht omdat je behoefte hebt aan een groter of sneller exemplaar. De neiging is dan ongetwijfeld groot om maar meteen de oude schijf uit je pc te halen, maar er zijn redenen waarom je daar beter nog even mee kunt wachten. Zo wil je misschien eerst het al geïnstalleerde besturingssysteem overzetten naar je nieuwe schijf en dan heb je de oude schijf nog even nodig. Zo’n systeemmigratie kan op twee manieren gebeuren. Je maakt van de oude schijf een imagebestand, bijvoorbeeld naar een externe usb-schijf en je zet dat image over naar je nieuwe schijf met behulp van een opstartmedium als een cd/dvd of een usb-stick. Of je gaat de schijf klonen, waarbij je zowel de oude als de nieuwe schijf gelijktijdig aan je systeem hangen. Bij een desktop-pc is dat niet eens zo lastig (zie ook tip 4). Gaat het echter om een laptop, dan kun je de nieuwe schijf via een externe schijfbehuizing, met een externe usb- en interne sata-connectie, aan je laptop hangen. Of je haalt de schijf uit je laptop en hangt die tijdelijk aan een desktop-pc, samen met je nieuwe schijf.

Ook wanneer je geen systeemmigratie overweegt, kan het handig zijn je oude schijf nog even te laten zitten. Wil je namelijk (alleen) de data van die schijf nog bewaren, dan kun je die schijf weliswaar als tweede schijf aan je pc koppelen. Op een laptop is dit hoogstwaarschijnlijk niet mogelijk. In dat geval doe je er dus goed aan eerst een back-up van alle nodige data te maken naar bijvoorbeeld een externe usb-schijf.

©PXimport

Tip 03: Systeemmigratie

Of je nou gaat klonen, dan wel met een imagebestand wilt werken voor de systeemmigratie, je kunt hiervoor goede gratis software inzetten als Macrium Reflect Free of EaseUS Todo Backup. Overigens kun je deze tools ook gebruiken voor gewone databack-ups. We tonen in het kort hoe je EaseUS Todo Backup gebruikt voor je systeemmigratie.

We beginnen met een kloonoperatie: klik op System Clone en zet een vinkje naast de doelschijf. Is je doelschijf een ssd, klik dan op Advanced options en plaats een vinkje bij Optimize for SSD. Bevestig je keuze met Next en wacht rustig af tot de operatie voltooid is. Zo makkelijk is het.

Werk je liever met een imagebestand? Kies dan Disk/Partition Backup in het hoofdvenster van EaseUS Todo Backup en selecteer de schijf of partitie waar je een complete back-up van wilt maken. Laat de optie Sector by sector backup uitgevinkt staan. Via het mapicoon bij Destination verwijs je naar een geschikte (externe) doellocatie. Bevestig met Proceed.

Om het imagebestand naar je nieuwe schijf ‘uit te pakken’ kun je het systeem opstarten met een speciaal herstelmedium: dat maak je aan via Tools / Create Emergency Disk, waarbij je bij voorkeur Create WinPE emergency disk geselecteerd laat. Selecteer USB als je een opstartbare usb-stick wilt maken van waaruit je het imagebestand kunt terugzetten.

©PXimport

Een systeemmigratie kan via een kloonproces of met behulp van een imagebestand

-

Tip 04: Vervanging (desktop)

Je beschikt nu over de benodigde databack-ups of een systeemkopie van je oude schijf. Nu kunnen we eindelijk de oude schijf uit de pc halen en die door je nieuwe schijf vervangen. Haal de stroomkabel uit je computer en ontlaad jezelf door een geaard metalen voorwerp aan te raken. Vervolgens verwijder je het zijpaneel, vaak kan dit zelfs zonder schroevendraaier, waarna je de schijf uit de behuizing kunt losschroeven. In wat oudere systeemkasten kan het gebeuren dat je daarvoor beide zijpanelen moet verwijderen. Je harde schijf is met twee kabels verbonden: met een stroomkabel en met een smalle sata-kabel voor de dataoverdracht. Maak beide kabels los van de schijf: let op dat je bij het uittrekken geen andere kabels of onderdelen losmaakt of beschadigt. Je verbindt nu de nieuwe schijf met dezelfde connectoren. Let op de kleine uitsparing aan de zijkant van de connectoren: past de schijf niet, probeer het dan door die 180° te draaien. Een harde schijf schroef je op dezelfde manier vast; een ssd hoeft niet zo vast te zitten als een ouderwetse schijf aangezien een ssd geen bewegende onderdelen bevat en dus niet vibreert, maar je wilt niet dat-ie los in je systeem bungelt dus vastzetten (of klemmen) is evengoed nodig.

Is het je bedoeling de oude schijf naar de nieuwe te klonen (zie tip 3), dan koppel je je nieuwe exemplaar aan een vergelijkbare stroom- en sata-kabel. Na een succesvolle kloonoperatie verwissel je dan beide sata-aansluitingen.

©PXimport

Tip 05: Vervanging (laptop)

Hoe je de harde schijf uit je laptop haalt, hangt af van het model van die laptop. In nagenoeg alle gevallen zul je minstens één schroefje moeten verwijderen om de bodemplaat weg te kunnen halen. Soms kleeft er een garantiesticker op zodat er weinig anders op zit dan die te scheuren. In principe vervalt dan je garantie, maar in de praktijk blijkt dat wel mee te vallen – tenzij je natuurlijk zelf schade berokkent tijdens het ombouwen. Raadpleeg eventueel eerst de website van je producent of leverancier.

Is de bodemplaat verwijderd, dan kun je de harde schijf losmaken: ook die is met meerdere schroefjes of met een klik- of schuifsysteem vastgemaakt. Normaliter zijn zowel je oude als je nieuwe schijf 2,5inch-exemplaren, zodat je van dezelfde aansluitingen en schroefjes gebruik kunt maken. Als je oude schijf met behulp van een kleine sata-adapter was verbonden, kun je die ook voor je nieuwe schijf gebruiken. Is de schijf correct bevestigd, dan maak je de bodemplaat weer dicht.

©PXimport

AHCI-modus

Voor je de nieuwe schijf aan je systeem koppelt, doe je er goed aan eerst even het (uefi-)bios van je systeem te checken. Immers, het is niet uitgesloten dat de sata-modus daar nog op het oudere IDE (Standard, Legacy of Native) staat ingesteld in plaats van op AHCI. Deze laatste modus is de juiste voor modernere schijven: die kunnen dan zelf de optimale volgorde bepalen voor het uitvoeren van parallelle lees- en schrijfverzoeken, wat efficiënter werkt. Je roept het bios op tijdens het opstarten met een speciale toets als F10, Delete, Esc of F2: raadpleeg de handleiding bij je systeem. Vervolgens open je een rubriek als Integrated Peripherals, Onboard SATA Mode of SATA Configuration, waar je de AHCI-mode inschakelt. Er is wel een potentieel obstakel: wanneer je dit doet bij een gekloonde schijf is de kans groot dat Windows weigert op te starten aangezien de installatie nog op de IDE-modus was gebaseerd. Dat los je mogelijk als volgt op: start de schijf op in IDE-modus. Open de Opdrachtprompt als administrator en voer dit commando uit: bcdedit /set {current} safeboot minimal. Herstart je pc en stel nu de AHCI-modus in het bios in. Herstart nogmaals en voer op de Opdrachtprompt (nog steeds als administrator) deze opdracht uit: bcdedit /deletevalue {current} safeboot, waarna je alweer het systeem herstart. Als het goed is, start Windows nu wel netjes door.

©PXimport

Tip 06: Windows-installatie

Een systeemmigratie is dus één oplossing om snel een nieuwe schijf van een werkend besturingssysteem te voorzien. Een ‘schonere’ oplossing is een nieuwe Windows-installatie. Op die manier sleep je geen onvolkomenheden van een al langer gebruikt systeem mee. Dat kun je als volgt aanpakken: surf naar de site van Windows 10 en kies Hulpprogramma nu downloaden. Als je deze Media Creation Tool opstart, verschijnen twee opties. Kies hier Installatiemedia (USB-stick, dvd of ISO-bestand)voor een andere pc maken. Geef de gewenste taal, versie en architectuur (32 of 64 bits, of beide) aan van Windows. Tenzij je over een aangepaste productcode beschikt laat je hier het best het vinkje staan bij Gebruik de aanbevolen opties voor deze pc.

In het volgende venster selecteer je USB-flashstation; zorg wel dat je usb-stick over minstens 8 GB opslagruimte beschikt. Na afloop kun je je computer van deze stick opstarten en van hieruit Windows schoon installeren.

Moeilijk is dat niet. Duid de gewenste taal, tijd, valuta en toetsenbord aan en klik op Nu installeren. Er wordt nu om je productcode gevraagd, maar als je de installatie uitvoert op een pc waarop je Windows 10 eerder al succesvol had geïnstalleerd en geactiveerd, kun je hier ook Ik heb geen productcode kiezen. Selecteer desgevraagd de gewenste Windows-versie en kies vervolgens Aangepast: alleen Windows installeren (geavanceerd). Het gaat om een nieuwe, nog lege schijf en dus kies je hier Niet-toegewezen ruimte op schijf [x]. Daarna gaat de eigenlijke Windows-installatie van start.

©PXimport

Een nieuwe installatie is altijd stabieler dan een systeemmigratie

-

Tip 07: Check-up

In dit tweede scenario gaan we ervan uit dat je een nieuwe schijf aan je al bestaande schijf wilt toevoegen. Er bestaan weliswaar laptops met ruimte voor twee schijven, maar die zijn vrij uitzonderlijk. De kans is dus groot dat je met een desktop-pc werkt. In tip 4 kon je al lezen hoe je daar een (tweede) schijf aankoppelt en met behulp van de informatie in het kader ‘AHCI-modus’ kun je uitvissen of de sata-interface wel degelijk op AHCI-modus is ingesteld.

Je tweede schijf hangt inmiddels aan je pc. Controleer eerst of de schijf überhaupt zichtbaar is voor Windows: druk op Windows-toets+R en voer diskmgmt.msc uit. De module voor Schijfbeheer start op en de kans is groot dat je al meteen de melding krijgt dat je nieuwe schijf nog niet is geïnitialiseerd. Dat klopt, want er is nog helemaal niets met deze schijf gebeurd. Voorlopig mag je deze melding echter Annuleren. Belangrijk is dat Windows de nieuwe schijf netjes in het overzicht van het Schijfbeheer toont.

©PXimport

Tip 08: Initialisatie

Als je in het Schijfbeheer linksonder bij de opsomming van de gedetecteerde schijven kijkt, zie je dat je nieuwe schijf een speciaal icoontje heeft meegekregen: een wit pijltje op een rode achtergrond. En er staat: Onbekend en Niet geïnitialiseerd. Dat brengen we meteen in orde: klik met de rechtermuisknop op dit vak en kies Schijf initialiseren. Windows wil nu van je weten welke partitiestijl je voor je schijf wilt gebruiken: MBR of GPT. In het kader ‘MBR of GPT’ lichten we beide opties toe, zodat je een optimale keuze kunt maken. Wat je ook kiest, de initialisatie is in een oogwenk voltooid. Heb je per ongeluk de foute partitiestijl gekozen, dan is er nog geen man overboord. Klik met de rechtermuisknop op het vak en kies Schijf converteren naar MBR/GPT-schijf. Het is maar dat je het weet: deze conversie is een stuk lastiger als je de schijf al hebt gepartitioneerd (zie tip 9): in dit geval moet je namelijk eerst alle bestaande partities weer weghalen.

©PXimport

Ook de keuze van de partitiestijl heeft belangrijke consequenties

-

MBR of GPT

Wanneer je een schijf wilt initialiseren overvalt Windows je met een behoorlijk technische vraag: kies je MBR of ga je voor GPT. MBR staat voor Master Boot Record en verwijst naar de eerste fysieke sector op een schijf waar de locatie van de partities wordt bijgehouden en waar ook een stukje opstartcode te vinden is. MBR is de oudste partitiestijl en heeft een ernstig tekort: schijven met meer dan 2,2 TB opslagcapaciteit zijn voor MBR een brug te ver. GPT (GUID – Globally Unique Identifiers – Partition Table) is nieuwer. GPT kan met veel meer en met grotere schijfpartities overweg dan MBR, en is tevens beter bestand tegen corruptie. Zo goed als alle moderne besturingssysteem ondersteunen GPT, waaronder Windows Vista en hoger en Mac OS X 10.4 en hoger. In principe kies je dus best voor GPT, maar wees je dan wel bewust van enkele randvoorwaarden: een antiek besturingssysteem als Windows XP kan data op een GPT-schijf niet benaderen. Verder heb je de 64bits-versie van Windows 7 of hoger nodig om van een GPT-schijf te kunnen opstarten, in combinatie met een zogenoemd uefi-systeem.

©PXimport

Tip 09: Partitionering

Zodra je de nieuwe schijf hebt geïnitialiseerd, verschijnt de indicatie Standaard in het Windows Schijfbeheer. Jammer genoeg duikt de schijf nog niet in Verkenner op. Logisch, want de schijf bevat momenteel alleen nog maar niet-toegewezen ruimte. Je moet namelijk eerst nog minstens één schijfstructuur oftewel partitie creëren waarop je data kunt plaatsen. Klik met de rechtermuisknop op de visuele voorstelling van de schijf en kies Nieuw eenvoudig volume. Er duikt een wizard op en zodra je op Volgende klikt, geef je aan hoe groot de nieuwe partitie moet worden. Standaard wordt hiervoor de volledige opslagcapaciteit benut, maar je kunt ook meerdere kleinere partities creëren (weliswaar één tegelijk). We gaan ervan uit dat je partitie de volledige schijfruimte mag innemen en dus druk je maar op Volgende, waarna je een geschikte stationsletter selecteert voor die partitie. Bevestig met Volgende. De schijf is nu klaar voor de laatste voorbereidingsfase: het formatteren.

©PXimport

De standaard volgorde is: initialiseren, partitioneren en formatteren

-

Tip 10: Formattering

Een schijf formatteren betekent zoveel als de nodige structuren voorzien zodat een specifiek bestandssysteem (zoals ntfs) data op een correcte en efficiënte manier kan benaderen en bewaren. Een lekker ouderwets voorbeeld: zoiets als een archiefkast met hangmappen plaatsen, zodat je later daadwerkelijk iets in die dossierkast kunt opbergen.

Allereerst dien je hier dus het gewenste besturingssysteem aan te duiden en in nagenoeg alle omstandigheden zul je hier NTFS aanduiden. Het veld Clustergrootte laat je gewoon op Standaard staan. Vul een naam naar keuze in voor je partitie en laat vooral het vinkje staan bij Snelformatteren. Klik op Volgende en op Voltooien. Even later is je partitie netjes geformatteerd en dus klaar om data te ontvangen. Dat heeft Windows Verkenner inmiddels ook door, want kijk: je nieuwe station verschijnt nu wél in de lijst, net als je andere schijfpartities.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Vingerafdruk, pincode of gezichtsherkenning: wat is het veiligste manier om je smartphone te beveiligen?
© ID.nl
Huis

Vingerafdruk, pincode of gezichtsherkenning: wat is het veiligste manier om je smartphone te beveiligen?

Je smartphone is tegenwoordig veel meer dan een telefoon; het is de kluis van je digitale leven. Bankzaken, privéfoto's, e-mails en locatiegegevens: het staat er allemaal op. Het goed beveiligen van die toegang is dus geen overbodige luxe. Maar kies je voor het ouderwetse wachtwoord, je vingerafdruk of toch je gezicht? Wij leggen de voor- en nadelen van elke methode naast elkaar.

De klassieker: pincode of wachtwoord

Elke telefoon vraagt erom bij het opstarten: een code. Dit is de basisbeveiliging. Zonder code kun je vaak geen gezichtsherkenning of vingerafdruk instellen. Maar is het ook de beste methode voor dagelijks gebruik?

©ID.nl

Pincode of wachtwoord: de voordelen

• Veiligheid in eigen hand

Het sterke aan een code is dat het in je hoofd zit. Maar een code als 1234 of 0000 is zo gekraakt. Maar kies je voor een langere cijferreeks? Dan is het voor iemand die je smartphone in handen krijgt digitaal gezien nagenoeg onmogelijk om de code te kraken. Voeg je ook letters toe, (zie kader), dan is dit digitaal gezien de moeilijkste methode om te kraken.

• Juridisch sterker

Een interessant weetje: in veel rechtsgebieden val je met een toegangscode onder het zwijgrecht. De politie mag je vaak niet dwingen je code af te staan. Je vinger op een scanner leggen kan in sommige situaties wel als dwangmiddel worden ingezet.

💡 Tip: Gebruik letters voor extra veiligheid

Veel mensen denken dat ze bij het vergrendelen van hun telefoon vastzitten aan een cijfercode, maar dat is niet zo. Je kunt ook kiezen voor een alfanumeriek wachtwoord (een combinatie van cijfers, letters en tekens). Dit is vele malen moeilijker te kraken dan een traditionele cijfer-pincode.

Zo stel je het in:

iPhone: Ga naar Instellingen > Face ID en toegangscode > Wijzig toegangscode. Tik vervolgens op het blauwe tekstje 'Toegangscode-opties' en kies voor 'Aangepaste alfanumerieke code'.

Android: Ga naar Instellingen > Beveiliging > Schermvergrendeling. Kies hier niet voor 'Pincode', maar voor de optie 'Wachtwoord'.

Pincode of wachtwoord: de nadelen

• Afkijken

Iemand die in de trein over je schouder meekijkt, heeft je pincode zo gezien. Ook vette vingers op het scherm kunnen je patroon verraden.

• Gemak

Tachtig keer per dag een lange code intikken gaat vervelen. Mensen kiezen daardoor vaak voor een te simpele code, en dat maakt het juist onveilig.

©ID.nl

2. Lekker snel (maar niet altijd even veilig): vingerafdrukscanner

De vingerafdrukscanner is mateloos populair vanwege het enorme gebruiksgemak: in één soepele beweging pak je je telefoon en ben je vrijwel direct binnen. Toch is het belangrijk om te weten dat de ene scanner de andere niet is en dat dit systeem zowel sterke als zwakke punten heeft.

Vingerafdrukscanner: de voordelen

• Snelheid

Het is vaak de snelste manier om je telefoon te openen, zeker als de scanner in de aan-knop verwerkt zit.

• Betrouwbaarheid (bij de juiste techniek)

Heb je een toestel met een fysieke scanner (achterop/zijkant) of een moderne ultrasone scanner (zoals in de Samsung S-serie)? Dan is de beveiliging uitstekend. Ultrasone scanners maken een 3D-map van je vinger en zijn zeer moeilijk te foppen.

Vingerafdrukscanner: de nadelen

• Natte vingers en pleisters

Heb je natte handen? Dan weigeren veel scanners dienst. Ook met een pleister om je vinger herkent de telefoon je niet. Tip: zorg daarom dat je vingerafdrukken van allebei je handen opslaat.

• Ongewenste toegang

Een klein (maar reëel) risico is dat iemand toegang krijgt terwijl je slaapt of bewusteloos bent, door voorzichtig je vinger op de scanner te leggen.

• Onveilige optische scanners

Veel budget-telefoons hebben een 'optische scanner' onder het scherm. Deze maakt een 2D-foto van je vinger. Dit is minder veilig en makkelijker te foppen dan de ultrasone varianten.

©ID.nl

Gezichtsherkenning: gemak of schijnveiligheid?

Telefoon ontgrendelen door ernaar te kijken voelt als magie. Maar pas op: hier zit de grootste valkuil voor consumenten.

Gezichtsherkenning: de voordelen

• Ultiem gemak

Je hoeft niets aan te raken. Kijken is openen. Ideaal als je bijvoorbeeld handschoenen draagt in de winter.

• Extreem veilig (alleen bij 3D)

Heb je een iPhone (FaceID) of een dure Android met 3D-sensoren? Dan worden er duizenden onzichtbare puntjes op je gezicht geprojecteerd om diepte te meten. Dit is amper te misleiden.

Gezichtsherkenning: de nadelen

• Schijnveiligheid (bij 2D)

Veel goedkopere Android-telefoons gebruiken simpelweg de selfiecamera (2D-herkenning). Dit is niet veilig. Soms is een foto van jou (van Facebook of Instagram) al genoeg om in te breken. Gebruik dit type gezichtsherkenning zeker nooit voor je bank-app.

• Toegang tijdens slaap

Als je niet oplet, kan iemand je telefoon voor je gezicht houden terwijl je slaapt om hem te ontgrendelen. Tip: Zet in de instellingen altijd de optie "Aandacht vereist" of "Ogen open" aan. Dan werkt het alleen als je echt naar het scherm kijkt.

Hoe zit het met privacy?

Een veelgehoorde zorg: "Ik wil niet dat mijn biometrische gegevens in de cloud staan." We kunnen je geruststellen. Bij moderne smartphones worden je gezicht of vinger lokaal opgeslagen in een speciale, zwaarbeveiligde chip in de telefoon (de Secure Enclave). Deze data verlaat je telefoon nooit. Er wordt ook geen foto van je vinger opgeslagen, maar een versleutelde wiskundige code. Zelfs als de servers van de fabrikant gehackt worden, liggen jouw biometrische gegevens niet op straat.

Vingerafdruk, pincode of gezichtsherkenning: wat is het best?

Wat de slimste keuze is, hangt volledig af van je toestel. Heb je een iPhone of een high-end Android-telefoon met 3D-scan? Dan kun je gerust gebruikmaken van gezichtsherkenning; dat is niet alleen snel en makkelijk, maar ook veilig. Bezit je echter een middenklasse- of budgettoestel, kies dan liever voor de vingerafdrukscanner. De gezichtsherkenning op deze modellen is namelijk vaak onveilig.

Vergeet ook de basis niet: zorg altijd voor een sterke toegangscode (liefst alfanumeriek of langer dan vier cijfers) als back-up. Start je telefoon bovendien af en toe opnieuw op. Hierdoor wordt de biometrische beveiliging tijdelijk uitgeschakeld, waardoor je telefoon op zijn veiligst is.

📱Ook interessant: Help! Ik ben het wachtwoord van mijn Apple ID vergeten


Bescherm je smartphone optimaal met een stevig telefoonhoesje.

Zo blijft je toestel in topconditie, hoe je het ook ontgrendelt!
▼ Volgende artikel
Gratis en complete grafische tool: aan de slag met Gimp 3
© ID.nl
Huis

Gratis en complete grafische tool: aan de slag met Gimp 3

Ben je op zoek naar goede software voor het bewerken van foto’s en andere grafische bestanden? Dan is de kans groot dat je Gimp al kent als veelzijdig alternatief voor dure grafische pakketten. Nu is er een nieuwe versie beschikbaar: Gimp 3. Hoe verhoudt deze nieuwe versie zich ten opzichte van de andere grafische programma's?

Er is lange tijd gewerkt aan versie 3 van Gimp: het team heeft er maar liefst zeven jaar aan gesleuteld. De makers, bestaande uit vrijwilligers, begonnen direct aan deze editie na de release van Gimp 2.10 in 2018. Al terug in 2020 kregen we een voorproefje van Gimp 3.0 via een ontwikkelversie, maar pas in 2025 zag de definitieve editie het daglicht. Wie overigens nu denkt dat het Gimpt-team aan het uitrusten is, heeft het mis. Op dit moment is het team namelijk alweer bezig met een volgende versie: Gimp 3.2.

Brede ondersteuning

Wat erg prettig is aan Gimp is dat het programma beschikbaar is voor verschillende platformen. Voor dit artikel bekeken we versie 3.0.4. Deze versie is er voor Windows, Linux en macOS. Zorg bij Windows voor Windows 10 of hoger en bij macOS voor versie 11 of hoger. Je vindt de nieuwste edities via www.gimp.org/downloads.

Indeling

Je kunt Gimp tot in detail naar je hand zetten . Dat is geen overbodige luxe: het programma kent een relatief grote hoeveelheid opties die je niet altijd gebruikt. Hoe je Gimp indeelt, heeft voornamelijk te maken met de acties die je ermee wilt uitvoeren, bijvoorbeeld foto’s bewerken, illustraties maken of digitale kunst maken. Om de omgeving te stroomlijnen, kun je gebruikmaken van dokbare vensters. Open het menu Vensters en kies Dokbare vensters. Bepaal vervolgens welke opties je snel toegankelijk wilt hebben. Je vindt verschillende opties, zoals de kleurenwaaier, lettertypes, lagen en penselen.

Je kunt Gimp tot in detail naar je hand zetten.

Wil je je volledig concentreren op het document zelf? Dan kun je de dokvensters ook (tijdelijk) uitschakelen. Kies Vensters / Dokken verbergen (en dezelfde optie om ze later weer zichtbaar te maken). Een tussenvorm is ook mogelijk, waarbij je de gedokte vensters laat zweven. Je hebt hierdoor meer vrijheid bij het optimaal inrichten van je werkomgeving. Kies voor Vensters en verwijder het vinkje bij Enkelvenstermodus.

Ben je tevreden over je eigen indeling? Dan kun je deze direct opslaan. Kies dan Bewerken / Voorkeuren / Interface / Vensterbeheer. Klik op Vensterposities nu opslaan. Standaard wordt de werkomgeving bewaard zodra je het programma afsluit (controleer of Vensterposities opslaan bij verlaten is geactiveerd).

Als je gebruikmaakt van meerdere beeldschermen, dan kun je Gimp hiermee rekening laten houden. Activeer Open vensters op dezelfde beeldschermen als eerder. Heb je vensters verschoven, maar wil je snel terugkeren naar eerdere posities? Klik op Opgeslagen vensterposities terugzetten.

Handig: de aangepaste gebruikersomgeving bewaren.

Specifieke functies

Eerlijk is eerlijk: Gimp bevat een flinke hoeveelheid functies. De kans bestaat dat je een gewenste functie niet kunt vinden. In plaats van uren te zoeken, kun je de functie ook opzoeken in een overzicht. Kies Hulp / Een functie zoeken en deze uitvoeren. Typ de naam of omschrijving van de functie, bijvoorbeeld ‘lagen’.

In het zoekoverzicht toont Gimp alleen opties die met het trefwoord te maken hebben. Klik op een resultaat om de functie daadwerkelijk uit te voeren. Bij elke functie zie je ook waar deze zich in het programma bevindt, zodat je deze een volgende keer zelfstandig kunt uitvoeren.

In het zoekoverzicht kun je zoeken naar specifieke opties die je niet snel kunt vinden.

Meerdere schermen

Als je gebruikmaakt van meerdere schermen, kun je Gimp hiermee rekening laten houden. Zo kun je de vensters naar een ander scherm verplaatsen. Kies voor Beeld / Verplaatsen naar scherm. Ook kun je individuele vensters naar een ander scherm verplaatsen. Klik op het kleine pictogram rechtsboven (Tabblad configureren) en kies Verplaatsen naar scherm.

Grootte aanpassen

Je kunt op elk gewenst moment het formaat van de afbeelding aanpassen. Kies Afbeelding / Afbeelding schalen. Bepaal de gewenste breedte en hoogte in de sectie Afbeeldingsgrootte. Standaard is de eenheid millimeter, maar je kunt ook een andere eenheid kiezen. Bijvoorbeeld Pixels of Percent.

Die laatste optie is interessant als je de volledige afbeelding in één keer wilt vergroten of juist verkleinen. Standaard zijn de verhoudingen tussen breedte en hoogte aan elkaar gekoppeld. Dat is niet verplicht: klik op het pictogram van de ketting om die koppeling te verbreken. Tevreden met de nieuwe waarden? Bevestig met een klik op Schalen.

De titelbalk van de afbeelding die je hebt geopend, geeft in Gimp belangrijke informatie. Zo lees je in de titelbalk onder meer de bestandsnaam af, maar ook welke afmetingen het bestand heeft. Ook zie je hier welke kleurindeling wordt gebruikt, bijvoorbeeld RGB-kleur 8-bit, en uit hoeveel lagen de afbeelding is opgebouwd.

Je kunt zelf een afbeelding schalen.

Transformeren

Je kunt Gimp goed gebruiken om nieuw materiaal te maken, maar ook om bestaande grafische afbeeldingen aan te passen. Bijvoorbeeld door ze te roteren of bij te snijden. De meeste functies hiervoor vind je onder Gereedschap / Transformeren. Wil je bijvoorbeeld een afbeelding bijsnijden (croppen), dan kies je voor Gereedschap / Transformeren / Bijsnijden. Om een afbeelding te roteren, kies je in hetzelfde menu voor Draaien. Ook andere opties, zoals Schalen en Spiegelen, zijn ondergebracht in hetzelfde menu.

Je bent overigens niet afhankelijk van dit menu: je kunt de functies ook bereiken via de werkbalk die standaard links in het venster wordt getoond. Houd de muisaanwijzer boven een knop voor meer informatie. Veel functies hebben gedetailleerde eigenschappen. Klik je bijvoorbeeld op Penseel, dan kun je kiezen welke grootte het penseel heeft, welk inkttype en welke kleuropties worden gehanteerd. Gimp toont die eigenschappen in het venster Gereedschapsopties, direct onder de werkbalk waarop je de eerdergenoemde opties vindt.

In de linkeronderhoek vind je details van geselecteerde acties.

Geschiedenis

Alle bewerkingen die je op een afbeelding toepast, worden vastgelegd in de geschiedenis. Dit tabblad wordt standaard links in het venster getoond en vult zich naarmate je de acties toepast. Om terug te keren naar een punt in het verleden, klik je op de actie in de lijst. De geschiedenis is handig, omdat je hiermee ziet welke acties je hebt uitgevoerd en kunt experimenteren met verschillende bewerkingen.

Herstellen

Gimp houdt bij welke acties je op een document uitvoert. Dat is handig: hierdoor kun je op een later moment terugkeren naar een eerder punt en wijzigingen ongedaan maken of juist doorvoeren. Je kunt deze geschiedenis op elk moment opvragen: kies voor Bewerken / Geschiedenis ongedaan maken. Linksonder verschijnt een venster met de verschillende stappen. Selecteer nu een bewerking en klik op de knop Ongedaan maken linksonder in het venster.

Heb je een aardige set bewerkingen gemaakt, ben je tevreden en wil je schoon schip maken? Dan kun je de geschiedenis van bewerkingen ook wissen. Afhankelijk van de hoeveelheid bewerkingen kan dit geheugen vrijmaken. Klik op de (verwarrende) knop Alles wissen uit Geschiedenis ongedaan maken. Je vindt deze knop rechtsonder in het geschiedenisvenster.

De geschiedenis geeft een overzicht van de gedane bewerkingen.

Filters

Gimp heeft een volwassen verzameling filters: open hiervoor het menu Filters. Er zijn verschillende categorieën. Met sommige filters kun je afbeeldingen verbeteren, bijvoorbeeld door ruis te verwijderen. Om een afbeelding te verbeteren door deze te verscherpen, kies je Filters / Verbeteren / Verscherpen. Ook kun je een afbeelding verbeteren door deze zachter en minder kartelig te maken, via Filters / Vervagen / Gaussiaanse vervaging of Focus vervaging. Om ruis uit een afbeelding (zoals een foto) te halen, kies je Filters / Ruis.

Ook de artistieke filters zijn het bekijken waard. Kies Filters / Artistiek. Zo kun je bijvoorbeeld kiezen voor het effect van een fotokopie, maar ook voor een getekende stijl (Cartoon) of voor verfeffect (Olieverven). Verder vind je in dezelfde categorie andere kenmerkende stijlen, zoals Textieldruk en Van Gogh.

Gimp heeft een flinke verzameling filters.

Effecten

Je kunt filters gebruiken om effecten op een afbeelding toe te passen, bijvoorbeeld door de belichting van een afbeelding aan te passen of door een ‘lens flare’ (een schittering) na te bootsen. Kies Filters / Licht en schaduw. Selecteer je bijvoorbeeld Kies belichtingseffecten, dan opent een venster waarin je opties kiest. Open de tab Licht en bepaal het effect.

Ook via de andere tabbladen in hetzelfde venster, zoals Materiaal en Omgevingsprojectie, kun je de effecten naar je hand zetten. Klik op Instellingen opslaan, zodat je het profiel een volgende keer snel kunt gebruiken. 

Afbeeldingsinfo

Heb je een bestand geopend en wil je alles weten over de afmeting, resolutie, bitdiepte en andere belangrijke gegevens? Kies Afbeelding / Afbeeldingsinfo. Of nog sneller: druk op de toetscombinatie Alt+Enter. Het venster bestaat uit drie tabbladen, waarbij Eigenschappen de meeste informatie bevat. Neem ook een kijkje bij Afbeelding / Metadata / Metagegevens bekijken. Hier vind je aanvullende informatie over het document.

Exporteren

Gimp ondersteunt een flinke hoeveelheid bestandsformaten. Standaard worden bestanden opgeslagen in xcf. Dit is de eigen bestandsindeling van Gimp. Een xcf-bestand bevat alle informatie, zoals lagen. Verder is er ondersteuning voor andere formaten. Dat is handig bij het opslaan van de bestanden.

Ben je klaar met een bestand, kies dan Bestand / Exporteren als. In het venster geef je een bestandsnaam op en bepaal je de locatie. Werp hierna een blik op Bestandstype selecteren. Kies de gewenste indeling, zoals gif-afbeelding of png-afbeelding. Het valt hierbij op dat Gimp ook exotischere grafische formaten ondersteunt, zoals Windows-pictogrammen of Windows-cursors.

Tevreden met de keuze? Bevestig met een klik op Exporteren. Afhankelijk van de keuze verschijnt een venster waarin je verregaande controle hebt over het eindresultaat. Kies je bijvoorbeeld voor jpeg, dan verschijnt het venster Afbeelding exporteren als JPEG. Via de balk Kwaliteit bepaal je de kwaliteit, en daarmee de bestandsgrootte van de afbeelding. Onder Geavanceerde instellingen kun je de afbeelding verder aanpassen, bijvoorbeeld door deze minder kartelig te maken. Onder Metadata kun je extra informatie aan de afbeelding meegeven, zoals wie de auteur van het beeld is. Maak je vaak gebruik van dezelfde instellingen, sla de set dan op als profiel via een klik op Instellingen opslaan.

Bepaal in welke bestandsindeling je de afbeelding wilt bewaren.

Xcf-bestand verkleinen

Afhankelijk van de complexiteit kan een xcf-bestand flink in omvang toenemen. Heb je behoefte aan een compactere omvang, dan kun je een betere compressie selecteren. Kies Bestand / Opslaan (XCF). In het nieuw geopende venster zet je een vinkje bij Dit XCF-bestand opslaan met betere maar tragere compressie. Houd er rekening mee dat je het bestand vervolgens alleen in de nieuwste versies van Gimp kunt gebruiken: in oudere edities kan het mogelijk niet worden ingelezen.

Standaardafbeelding

 Mogelijk werk je vaak met dezelfde soort afbeeldingen, bijvoorbeeld met dezelfde afmetingen. Je kunt tijd besparen door in Gimp deze waarden als standaard in te stellen. Kies Bewerken / Voorkeuren / Standaardafbeelding. Ga uit van een sjabloon, dat je eventueel nog kunt aanpassen.

Kies Sjabloon en selecteer de afmeting. Voor specifieke formaten heb je niet voldoende aan de opties in dat menu. Je kunt de afmetingen ook handmatig opgeven bij Afbeeldingsgrootte. Nog interessanter is de sectie Geavanceerde opties. Hier kun je onder meer de resolutie en een kleurprofiel bepalen, zodat je volledige controle hebt over de nieuwe afbeelding.

Bespaar tijd door een standaardafbeelding te definiëren.

Sneller werken

Grote kans dat je het grootste gedeelte van de tijd in Gimp werkt met muis of pen, maar je kunt het toetsenbord ook goed inzetten voor het uitvoeren van acties. De sneltoetsen vind je bij elke menuvermelding, maar je hoeft hiermee geen genoegen te nemen. In Gimp kun je ook eigen sneltoetsen samenstellen. Kies Bewerken / Voorkeuren / Interface. In de sectie Sneltoetsen klik je op Sneltoetsen configureren. Zoek de actie waarvoor je een sneltoets wilt maken of deze wilt aanpassen en selecteer de actie. Druk vervolgens op de toetscombinatie die je wilt toewijzen. Herhaal dit voor alle sneltoetsen die je gebruikt. Tevreden? Klik op Oké

Werken met raw-bestanden

Om met raw-bestanden in Gimp te werken, kun je gebruikmaken van externe hulp. Twee populaire uitbreidingen zijn RawTherapee (www.rawtherapee.com) en Darktable (www.darktable.org/install). Met deze uitbreidingen kun je de raw-bestanden klaarmaken en vervolgens verwerken in Gimp. Je mag beide programma’s kosteloos gebruiken.