ID.nl logo
Verborgen foto-informatie
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Verborgen foto-informatie

Uw foto's bevatten een schat aan informatie die uw camera er tijdens het fotograferen in heeft opgeslagen. Leuk om te bekijken en ook leerzaam, want zo is achteraf altijd nog te zien hoe uw foto's gemaakt zijn en wat beter kan. Daarnaast kunt u de informatie gebruiken om uw foto's te beheren.

Bij foto's valt er veel meer te bekijken dan alleen het plaatje op het beeldscherm. Digitale camera's slaan namelijk allerlei interessante en leerzame informatie op in elk fotobestand. Dat doet vrijwel iedere camera, of u nu een compactcamera, systeemcamera of spiegelreflex in huis hebt. Ja, zelfs de camera in uw telefoon doet het meestal. Uw foto's bevatten een schat aan informatie over hoe de opname is gemaakt, wanneer dat was en zelfs met welke camera en lens dat is gedaan. Deze opnamedetails worden EXIF-gegevens (Exchangeable Image File Format) genoemd en in een speciaal gebiedje in een fotobestand bewaard. Het wordt ook wel metadata genoemd, oftewel: data die de data beschrijven: het is immers informatie over de foto en het maken ervan.

1. EXIF bekijken

De simpelste manier om EXIF-gegevens te bekijken, is misschien wel via Windows Verkenner. Zoek een map op waarin wat foto's staan, kies een exemplaar uit en rechtsklik op het bestand. Kies Eigenschappen en ga vervolgens naar het tabblad Details. Onder het kopje Afbeelding ziet u hoeveel pixels de foto breed en hoog is, oftewel de resolutie. Onder Camera is de fabrikant en het cameramodel te vinden, plus allerlei instellingen waarmee de foto is gemaakt, zoals sluitertijd, diafragma en ISO-waarde. U kunt er bijvoorbeeld ook zien of de flitser is afgegaan. Deze informatie komt goed van pas als u benieuwd bent hoe een foto gemaakt is, ook als het niet uw eigen foto is. Via de EXIF is vaak beter te achterhalen waarom een bepaalde foto minder geslaagd is dan u had gehoopt. Zo is bewegingsonscherpte vaak verklaarbaar door een te lange sluitertijd, of een foto met veel ruis door een erg hoge ISO-waarde. Beschikt uw camera over een gps-ontvanger, dan kan er nog een onderdeel GPS zijn met daarin locatiegegevens (zie ook de basiscursus Maak optimaal gebruik van camera's en gps-ontvangers).

©PXimport

In Windows Verkenner zijn diverse camera-instellingen te zien die voor de foto gebruikt zijn.

Moment van opname

In de EXIF-gegevens van een fotobestand is precies terug te vinden wanneer de foto is gemaakt. De datum, maar ook het tijdstip tot op de seconde nauwkeurig, aangenomen dat het klokje van de camera precies op tijd loopt. Natuurlijk is er als u met Windows Verkenner in een map kijkt ook een datum en tijd bij het fotobestand te zien, net als bij elk ander bestand. Alleen hoeft dit niet per se het moment van opname te zijn. Het kan hier namelijk ook om het moment gaan waarop het bestand op deze computer is aangemaakt of herschreven door een fotoprogramma. De enige echte datum en tijd waarop de foto is gemaakt, is in het fotobestand zelf te vinden. In de EXIF-gegevens dus. In de fotodetails uit stap 1 vindt u deze terug onder het kopje Oorsprong. Onderin bij Bestand kan een andere datum vermeld staan: de aanmaakdatum van het bestand op deze pc.

©PXimport

De aanmaakdatum van het fotobestand hoeft niet het moment te zijn waarop de foto daadwerkelijk is genomen.

2. Rondneuzen op Flickr

Hebt u zich bij het bekijken van een prachtige foto in iemands webalbum wel eens verbaasd afgevraagd hoe die plaat gemaakt is? De maker vertelt dat helaas niet altijd in de beschrijving. Gelukkig is het vaak nog wel te achterhalen. Op Flickr wordt bijvoorbeeld vlak boven de foto een werkbalkje getoond. Klik hierin op de knop Actions en kies View EXIF info. Met een beetje geluk verschijnt er een lange lijst met interessante informatie. Zoals opnamedatum en tijdstip, welk toestel er gebruikt is en de diverse camera-instellingen. Niet alle informatie is misschien nuttig of begrijpelijk, maar reguliere instellingen zijn er goed in terug te vinden, zoals: sluitertijd (exposure), diafragmawaarde (aperture), brandpuntsafstand (focal length), lichtgevoeligheid (ISO speed), flitser (flash) en witbalans (white balance). Zelfs de naam van het programma waarmee de foto bewerkt is. Hebt u pech, dan is er niets te zien. De maker kan de EXIF-gegevens namelijk uit de foto poetsen vlak voordat de foto online gezet wordt. Hierop komen wij in stap 12 nog terug.

©PXimport

Ook in webalbums van anderen zijn EXIF-gegevens vaak te bekijken. Zoals hier op Flickr.

Brandpuntsafstanden

De brandpuntsafstand ('zoomstand') van een lens kan voor enige verwarring zorgen. In het kort komt het erop neer dat een kleine camera (compactcamera of telefoon bijvoorbeeld) een aanzienlijk kortere brandpuntsafstand heeft dan een groot toestel zoals een spiegelreflex. Het gaat niet zozeer om de behuizing, maar de beeldsensor binnenin. Dat maakt het moeilijker om camera's en foto's onderling te vergelijken. Want 100 millimeter op een reflexcamera kan wat 'zoom' betreft overeenkomen met 18 millimeter op een compactcamera. Vandaar dat veel toestellen niet alleen de echte waarde in de EXIF opslaan, maar dit ook omrekenen naar een standaardwaarde. Dit wordt '35-millimeterformaat' of 'fullframe' genoemd. Op Flickr geeft het veld Focal Length de echte brandpuntsafstand weer. Het veld Focal Length (35mm format) bevat de omgerekende waarde. Ook fotoprogramma's tonen vaak beide getallen. Mocht een camera het niet in de foto bewaard hebben, dan rekenen slimme programma's het gewoon zelf even uit.

©PXimport

Deze compactcamera heeft een maar liefst zes keer kortere brandpuntsafstand.

3. Zinvolle namen

Foto's krijgen in de camera weinigzeggende namen toebedeeld: een aantal letters met een volgnummer erachter. Bijvoorbeeld IMG_2137.jpg. Het volgnummer geeft aan hoeveel foto's er met deze camera gemaakt zijn. Tenzij het toestel klokje rond is, want na nummer 9999 begint de camera vrolijk weer met foto nummer één. Dit betekent ook, dat u na een tijdje plotseling foto's met dezelfde naam krijgt. Linke soep, want voor u het weet overschrijft u eerder gemaakte foto's! Hebt u meerdere camera's in huis, of fotografeert u ook met uw telefoon, dan is de kans op het overschrijven van kostbare foto's helemaal groot. Elk toestel heeft immers een eigen nummering. Dat is vragen om moeilijkheden. Bijkomend nadeel is dat uw foto's niet in de juiste volgorde komen te staan. Omdat het ene toestel misschien op 4000 staat en een andere pas op 0100. Om te voorkomen dat u dierbare foto's kwijtraakt en om ze in de juiste volgorde te houden, is het aan te raden uw foto's altijd een andere naam te geven. Daar is een handig trucje voor.

4. Nieuwe namen dankzij EXIF

Eigenlijk kan elk fotoprogramma uw foto's wel van nieuwe namen voorzien, maar eentje waarmee echt slimme naamswijzigingen mogelijk zijn, is het gratis XnView. Selecteer een aantal foto's en ga naar Gereedschappen / Reeks hernoemen, of gebruik sneltoets F2. Voor het opbouwen van de nieuwe naam kunt u zowel variabelen als eigen (vrije) tekst gebruiken. Klik op de knop Invoegen om de beschikbare variabelen te zien. Dat zijn er heel wat. U kunt onder andere allerlei informatie uit de EXIF-gegevens in de bestandsnaam verwerken, waarbij het opnamemoment voor ons doel het meest bruikbaar is. Ook de oorspronkelijke bestandsnaam of het volgnummer daaruit is te hergebruiken. In een lijstje ziet u 'live' of de nieuwe namen worden zoals u in gedachten hebt.

©PXimport

Met XnView kan allerlei informatie uit de EXIF-gegevens bij het hernoemen gebruikt worden.

5. Uniek dankzij aanmaakdatum

Stel dat we de fotonamen echt uniek willen maken, dan kan dat door de datum en tijd te gebruiken waarop de opname gemaakt is. Onze foto's komen dan meteen ook in chronologische volgorde te staan, ongeacht met welke camera of telefoon ze gemaakt zijn. We beginnen met een schone lei door het invoerveld leeg te maken. Dan kiezen we Invoegen / EXIF / Datum opname. In het invoerveld wordt nu weergegeven. De letters tussen vierkante haken geven jaar, maand, dag, uren, minuten en seconden aan. U mag het naar hartenlust aanpassen, bijvoorbeeld om de streepjes anders neer te zetten. Als u de betekenis van de letters wat lastig vindt, dan kunt u ze via Invoegen / Variabele datumopmaak in een lijstje zien. Hebt u meerdere foto's per seconde gemaakt, dan voegt XnView automatisch een volgnummer toe. Een andere oplossing is het volgnummer uit de oorspronkelijke bestandsnaam te hergebruiken (via Invoegen / Bestandsnaam nummer). Voorbeeld van een sjabloon: Foto__ kan een naam opleveren als Foto_20120523-171258_1243.

©PXimport

Een voorbeeld waarbij onder andere het opnametijdstip in de bestandsnaam verwerkt wordt.

Let op de klok!

Bij het ingaan van zomer- of wintertijd verzetten we trouw alle klokken in huis, voor zover dat niet automatisch gebeurt. Soms vergeten we er eentje. Bijvoorbeeld die in ons fototoestel. Aangezien het opnamemoment per foto in de EXIF bewaard wordt, zitten we dan met verkeerd gemarkeerde foto's opgescheept. Al gaat het in dit geval om slechts een uurtje. Dat is nog wel te overzien. Ook op vakantie treed dit probleem regelmatig op. Na een vermoeiende autorit of de stressvolle formaliteiten op het vliegveld, is het instellen van de cameraklok vast niet het eerste waar u aan denkt. Voor u het weet fotografeert u dagenlang op Nederlandse tijd. Bij een reisje naar Londen gaat het weer om slechts een uurtje. Wie de oceaan oversteekt heeft al snel met verschillen van zes uur en meer te maken. Uw foto's lijken dan op heel opmerkelijke tijdstippen geschoten te zijn. Gelukkig is dit thuis goed op te lossen (zie stap 6).

6. Datum en tijd in foto's veranderen

Als de klok van de camera verkeerd staat ingesteld, komen er foutieve opnamegegevens in de EXIF te staan. Gelukkig is hier achteraf nog iets aan te doen. Met het programma XnView kunt u de datum en tijd binnenin uw foto's namelijk nog aanpassen. U hoeft slechts een correctie op de al geregistreerde datum en/of tijd toe te passen via Gereedschappen / Verander tijdsgegevens, nadat u een aantal foto's in een map geselecteerd hebt. Kies de optie Datum opname en geef eronder uw correctie in dagen, uren, minuten en/of seconden op. Met het plus- of minteken geeft u aan of u vooruit dan wel terug in de tijd wilt gaan. In het kader Change is meteen het effect van de aanpassing te zien. Met vinkjes is aan te geven wat er aangepast moet worden. Want behalve een aanmaakdatum is er bijvoorbeeld ook een wijzigingsdatum en het bestand zelf kan ook weer een afwijkende datum hebben. Zet hier gerust alle vinkjes aan.

©PXimport

Klokje verkeerd ingesteld? Geen nood, de gemaakte foto's zet u eenvoudig op het juiste tijdstip.

7. Favoriete camera-instellingen

De metadata in uw foto's zijn bij uitstek geschikt om te ontdekken hoe u doorgaans fotografeert. Wat is bijvoorbeeld uw favoriete lens, fotografeert u voornamelijk in groothoek of juist in de telestand, werkt u veel met hoge ISO-waarden of gebruikt u de flitser vaak, maakt u de meeste foto's met uw smartphone, compactcamera of juist met een spiegelreflex, enzovoort. Onnoemelijk veel van dit soort vragen is heel eenvoudig te beantwoorden, omdat alle belangrijke gegevens en instellingen netjes in de EXIF-gegevens zitten opgeslagen. Een programma waarmee u met enkele simpele muisklikken ziet hoe uw foto's gemaakt zijn, is de fotobeheerder en tevens fotobewerker Adobe Photoshop Lightroom (ongeveer 130 euro).

Foto's zonder EXIF

EXIF-gegevens kunt u in nagenoeg alle fotoformaten tegenkomen, zoals jpg, tif en psd. Ze zijn echter niet te vinden in foto's die het formaat png, gif of het zeldzame jpeg2000 hebben. Verder bevatten niet alleen foto's EXIF-gegevens. Ook in filmpjes kan deze informatie opgeslagen zitten. Alleen worden de EXIF-gegevens dan niet letterlijk ín het filmbestand zelf gestopt, maar in een extra bestandje op de geheugenkaart weggeschreven. Dat bestand heeft dezelfde naam als de film, maar dan met als extensie (achtervoegsel) thm. Gooi deze thm-bestandjes dus niet zomaar weg als u ze op een geheugenkaartje of in een map op uw computer ontdekt. Behalve EXIF-gegevens kan er ook een miniatuur inzitten. Die kunnen foto- en filmprogramma's dan mooi gebruiken zonder er eerst zelf eentje te genereren vanuit het filmmateriaal, wat altijd meer tijd en processorkracht kost.

8. Statistieken met Lightroom

In Lightroom gaat u naar de rasterweergave van de bibliotheek via Weergave / Raster (of sneltoets G van grid). Boven de miniaturen bevindt zich een werkbalk. Standaard is Geen geaccentueerd. Klik in de balk op Metagegevens. Nu verschijnt er een kop met een aantal vakken. Bovenaan elk vak wordt een veld uit de EXIF-gegevens genoemd. Bijvoorbeeld Camera. Klik op zo'n veldnaam om een ander EXIF-gegeven te kiezen. Met de muisaanwijzer op een kopregel verschijnt een menupictogram. Hiermee kunt u onder andere extra kolommen toevoegen of weer weghalen. Zo kunt u stap voor stap een ingenieus filter opbouwen. Bijvoorbeeld: Camera, Lens, Brandpuntsafstand. Hebt u nog niet op een specifieke waarde in een vak geklikt, dan ziet u in dit geval alle camera's, lenzen en brandpuntsafstanden die u gebruikt hebt. Klikt u op een bepaalde camera, dan zijn ernaast alleen de lenzen en brandpunten te zien die met dit toestel gebruikt zijn. Kiest u ook nog een lens, dan perkt u het aantal foto's nog verder in.

Activeert u de optie Bibliotheek / Foto's in submappen tonen, dan wordt met het eerder gemaakte filter niet alleen naar foto's in de huidige map gekeken, maar ook naar de submappen. Zo kunt u op zeer eenvoudige wijze een groot deel of zelfs uw gehele fotoverzameling doorzoeken! Gebruikt u bepaalde zoekcriteria regelmatig, sla het filter dan op als een voorinstelling. Klik in de rechterhoek van de werkbalk boven de miniaturen op de tekst pal naast het slotje (hier kan van alles staan) en kies Huidige instellingen opslaan als nieuwe voorinstelling. Uw voorinstelling wordt aan het lijstje dat boven deze optie te zien is toegevoegd, zodat u dit filter in rasterweergave altijd snel weer kunt activeren.

©PXimport

In Lightroom is zo te zien welke camera's, lenzen en instellingen u veel gebruikt.

©PXimport

Bewaar uw veelgebruikte filters voor latere zoekacties.

9. Statistieken met ExposurePlot

Een gratis alternatief voor Lightroom waarmee de statistieken in handige grafieken getoond worden, is ExposurePlot. Nederlandse software, maar helaas wel Engelstalig. Nadat het een tijdje angstvallig stil is geweest, is het programma in april dit jaar gelukkig weer helemaal bijgewerkt. U kiest in het deelvenster met de mappenstructuur een fotomap uit en klikt daarna rechts ervan op de knop Start analyzing. Na enig denk- en rekenwerk worden er vier grafieken getoond. Brandpuntsafstand, ISO-waarde, diafragmawaarde en sluitertijd. Zo ziet u razendsnel wat u het meest gebruikt. Via de tabbladen kan een individuele grafiek groter bekeken worden. Zet een vinkje bij Filter om de resultaten te beperken tot bijvoorbeeld de foto's van één cameramodel.

Afhankelijk van het cameramodel kan het gebeuren dat u in het programma ExposurePlot nogal onwaarschijnlijke brandpuntsafstanden te zien krijgt. Dit heeft met de echte lenswaarde versus die op 35millimeter-formaat te maken (zie ook het kader Brandpuntsafstanden). Werkt u met een spiegelreflexcamera met een zogeheten fullframe sensor, dubbelklik dan op de knop naast Start Analyzing totdat er Real lens length komt te staan. Analyseer de fotomap daarna opnieuw. Is het echter een camera met een kleinere sensor dan fullframe, dan moet de aanduiding in de knop 35mm equivalent zijn. Onderaan tabblad Lens Length geeft u dan ook nog de laagste brandpuntsafstand op (groothoekstand). Die is meestal te vinden op de voorzijde van de lens, in de handleiding of op de website van de fabrikant. Verder vult u in het veld ernaast de waarde 1 in. Gelukkig is dit maar zelden nodig.

©PXimport

Handige grafieken met statistieken dankzij het gratis ExposurePlot.

Raw-bestanden

Spiegelreflexen en sommige geavanceerde compactcamera's kunnen foto's in een speciaal formaat op het geheugenkaartje opslaan. In dit zogeheten raw-formaat zit extra beeldinformatie opgeslagen en omdat de camera er geen bewerkingen op loslaat, is het geen kant-en-klare foto die meteen bekeken kan worden. Ook in deze raw-bestanden zit EXIF-informatie opgeslagen plus een miniatuur om alvast een indruk van de foto te krijgen. Bewerkt u de foto in een geschikte fotobewerker, of wijzigt u het opnametijdstip zoals in stap 6 is beschreven, of voegt u er extra informatie aan toe (zie stap 10), dan wordt er automatisch een tweede bestand aangemaakt. Het krijgt dezelfde naam als het raw-fotobestand, maar dan met als extensie (achtervoegsel) xmp. De twee bestanden horen wel bij elkaar, dus gooi xmp-bestanden (net als thm-bestanden) nooit zomaar weg en zorg dat ze in dezelfde map als het beeldmateriaal blijven staan. In een raw-bestand mag niet geschreven worden. Het is een soort negatief. Vandaar het extra bestandje met aanvullende informatie.

10. Eigen informatie toevoegen

U kunt eigen informatie aan een fotobestand toevoegen en ook weer wijzigen of weghalen. Het gaat dan niet om de instellingen waarmee de foto gemaakt is, want dat is immers al gebeurd. U kunt bijvoorbeeld een beschrijving van wat er op de foto te zien is toevoegen, maar ook uw naam, telefoonnummer, e-mailadres, website, of uw werk- of woonadres. Zo weet iedereen meteen dat de foto van u is. Vooral de producten van Adobe, zoals Bridge dat standaard met Photoshop wordt meegeleverd en natuurlijk Lightroom, bieden hier veel mogelijkheden voor. Met het gratis programma Zoner Photo Studio 14 Free komt u ook al een heel eind. Klik met rechts op een miniatuur en kies Image Information. Selecteer in het snelmenu het onderdeel Text information. Er zijn maar een paar invoervelden. Aanvullende informatie zoals uw e-mailadres of telefoonnummer, kunt u natuurlijk altijd nog aan de beschrijving toevoegen. Let op dat als u de foto online zet, deze informatie ook door anderen is te zien.

©PXimport

Eigen informatie toevoegen aan de EXIF in uw foto's kan ook.

EXIF voor fijnproevers

Camera's slaan enorm veel nuttige informatie op in foto's. Soms tot de interne temperatuur en de scherpstelafstand aan toe. In fotoprogramma's is doorgaans maar een fractie van al deze informatie te zien. Wilt u echt het onderste uit de kan halen, neem dan een kijkje in uw foto's met het gratis ExifTool. Dit programma is echt het neusje van de zalm. Om het gebruik te vereenvoudigen is het wel verstandig om ook ExifToolGui te installeren. Ook gratis, maar van een andere maker. Haal eerst de Windows-versie van ExifTool op, open het zip-bestand en plaats het programma exiftool(-k).exe in een map naar keuze. Wijzig de naam daarna in exiftool.exe. Haal vervolgens ExifToolGui op. Haal het programma ExifToolGUI.exe uit het zip-bestand en plaats dit in dezelfde map als exifftool.exe. Start ExifToolGUI.exe op en kies een foto. Klik bij tabblad Metadata op All voor de meest uitgebreide informatie.

©PXimport

Een overvloed aan informatie met de grafische schil ExifToolGui en het programma ExifTool.

11. Trefwoorden en sterren

Om foto's makkelijker terug te vinden naarmate uw fotoverzameling groeit, is het een idee om ze van trefwoorden te voorzien (ook wel keywords genoemd). Zoekwoorden dus, zoals vakantie, amsterdam, gezin of pretpark. Wilt u bijvoorbeeld alle vuurwerkfoto's in uw fotoverzameling zien, dan is dat eenvoudig te regelen als ze dit trefwoord hebben. Toekennen van trefwoorden kan met nagenoeg elk fotoprogramma. In Zoner Photo Studio 14 Free maakt u eerst het deelvenster Keywords zichtbaar via Information / Keywords Pane. Tik dan onderin een trefwoord in en klik op het groene plusteken om het aan de trefwoordenlijst toe te voegen. Een trefwoord sleept u naar een miniatuur om het aan die foto toe te voegen. Of u selecteert enkele foto's, klikt met rechts op het trefwoord en kiest Assign Keywords to Selection. Geef uw beste foto's dan meteen even een sterwaardering. Dan is het eenvoudiger om snel de absolute topfoto's op te sporen. Een waardering van één tot vijf sterren toekennen kan onder andere via Information / Rating. Zoeken naar foto's kan vervolgens met Search of met Filter in de werkbalk. Trefwoorden en sterwaarderingen worden in de EXIF-gegevens opgeslagen, zodat ze door meerdere (maar helaas niet alle) programma's te gebruiken zijn.

©PXimport

Met sleutelwoorden en sterwaarderingen zijn uw mooiste foto's sneller terug te vinden.

12. Metadata wissen

Wilt u foto's verspreiden of online zetten, maar dan wel zonder dat er EXIF-gegevens in zitten, dan kunt u ze er eenvoudig uithalen. Bijvoorbeeld om te voorkomen dat wildvreemden te weten komen wat uw adres, gps-locatie of telefoonnummer is. Dat wissen van de EXIF-gegevens doet u natuurlijk niet met de originele foto's, maar met kopieën ervan. In het programma XnView selecteert u één of meerdere foto's, kiest Bewerken / Metadata / Opschonen en zet in het kader Verwijderen alle vinkjes aan. In Zoner Photo Studio 14 Free gaat u naar Information / Manage Information / Remove EXIF Data. In Verkenner klikt u op tabblad Details (zie stap 1) op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen en geeft in het vervolgvenster uw keuzes aan.

©PXimport

Het is niet altijd nodig, maar wissen van EXIF-gegevens kan altijd nog.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 fonduesets voor een gezellige avond
© M.studio - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 fonduesets voor een gezellige avond

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Daarom gaan we een paar keer per week voor je op zoek naar zulke aanbiedingen. Met Kerst en Oud en Nieuw voor de deur is het weer tijd om te bedenken wat je wil gaan eten. Wat dacht je van fondueen? Met deze vijf fonduesets maak je indruk op je vrienden en familie.

Met een fondueset smelt je de lekkerste kazen en dep je je broodje of vlees in bouillon of kaas. Fonduesets zijn de ultieme sfeermakers voor de feestdagen, of het nu met vrienden is of familie en of je kiest voor romige kaas, bouillon of chocolade; het is op en top genieten. Een absolute must-have voor elke levensgenieter en perfect voor de feestdagen. Wij vonden vijf betaalbare fonduesets voor je.

Boska Elektrische Fondueset Pro - 8 personen

De Boska Elektrische Fondueset Pro is ontworpen voor liefhebbers van kaas‑ en vleesfondue. De set bestaat uit een geëmailleerde gietijzeren pot met een inhoud van circa 2,15 liter, waardoor je genoeg ruimte hebt voor een volledige kaasfondue of bouillon. Het verwarmingselement is elektrisch en beschikt over een instelbare thermostaat; hierdoor kun je de temperatuur naar wens aanpassen voor verschillende soorten fondue. Een handig indicatielampje laat zien wanneer het element aan staat. De pot staat op een stevige basis en heeft een extra lang snoer van twee meter, zodat je hem makkelijk midden op tafel plaatst. Bij de set worden acht fonduevorken geleverd die zijn voorzien van gekleurde markeringen. De combinatie van gietijzer en emaille zorgt voor een gelijkmatige warmteverdeling en eenvoudige reiniging.

Swissmar Lausanne 11‑delige fondueset - 6 personen

De Zwitserse fabrikant Swissmar levert met de Lausanne een 11‑delige fondueset die is gericht op traditioneel fonduen. De set bestaat uit een koperen pan met een geëmailleerde binnenkant en een zware RVS‑branderschaal. Doordat koper de warmte snel opneemt en verdeelt, is de fondue snel op temperatuur. De pan staat op een robuuste stalen houder waarin een brander met regelaar zit; hiermee pas je de vlamsterkte aan voor kaas‑, bouillon‑ of chocoladefondue. In de doos zitten verschillende accessoires, waaronder zes vorkjes en een branderschaal. Deze set is niet elektrisch, waardoor je hem zelfs buiten of op de camping kunt gebruiken.

Mäser Fondueset - 4 personen

De fondueset van Mäser bestaat uit een roestvrijstalen pan met bijbehorende brander. Roestvrij staal is slijtvast en eenvoudig te reinigen; je kunt de pan na gebruik in de vaatwasser zetten. De set heeft een inhoud van rond één liter, voldoende voor een kaas‑ of chocoladefondue voor een klein gezelschap. Er worden meerdere fonduevorkjes meegeleverd met gekleurde puntjes om ze te onderscheiden. Dankzij de stevige basis staat de pan stabiel op tafel, terwijl de gelijkmatige warmteverdeling voorkomt dat de inhoud aanbrandt. Omdat het geen elektrisch toestel is, gebruik je de brander met brandgel of spiritus.

Baumalu 385050 fondueset - 6 personen

Deze fondueset van Baumalu bestaat uit een zware gietijzeren pan die op een decoratieve houten plaat staat. Gietijzer houdt de warmte goed vast en is geschikt voor zowel kaas‑ als chocoladefondue. De bijgeleverde brander plaats je onder de pan; je regelt de vlamsterkte met een draaiknop. Omdat de pot stevig op de houten plaat staat, blijft hij stabiel en kras je niet op de tafel. In de set zitten fonduevorkjes met houten handvatten.

Tristar FO‑1107 Fonduepan - 8 personen

De Tristar FO‑1107 is een elektrische fondueset met een inhoud van ongeveer 1,5 liter. Je gebruikt deze pan voor verschillende soorten fondue, zoals kaas, bouillon of chocolade. Het verwarmingselement levert circa 1000 watt en heeft een instelbare thermostaat, zodat je de temperatuur kunt aanpassen aan het type fondue. Een indicatielampje geeft aan wanneer het apparaat actief is. De pan heeft een antiaanbaklaag, een cool‑touch handgreep en staat op een antislipvoet voor extra stabiliteit. Er worden acht fonduevorkjes meegeleverd en door de ring bovenop blijven de vorkjes op hun plek tijdens het fonduen.

▼ Volgende artikel
Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde
© px.palette
Huis

Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde

Papieren facturen, garantiebonnetjes, contracten en andere documenten slingeren al snel overal rond. Waarom niet alles digitaal bewaren, zodat je het in enkele klikken terugvindt? In dit artikel vind je gratis tools en praktische tips om je administratie te scannen, te taggen, doorzoekbaar te maken en veilig op te slaan zonder veel gedoe.

Wat gaan we doen?

We geven diverse tips en tools om administratieve en andere papieren documenten efficiënt en ordelijk te digitaliseren. Dat gaat van scannen en OCR’en tot organiseren, automatiseren, back-uppen en meer.

Tip 1: Scanner

Stel, je wilt een hele reeks documenten digitaliseren, zoals garantiebewijzen of facturen. We gaan ervan uit dat je een scanner in huis hebt, eventueel als onderdeel van een all-in-one-printer. Zo’n toestel is goed geschikt voor stabiele, rechte scans, en een (soms optionele) documentinvoer maakt het extra handig bij grotere aantallen. Je scant het best op zo’n 300 dpi, in grijswaarden of kleur, en bewaart het resultaat bij voorkeur als pdf. Helaas genereert de meegeleverde scansoftware vaak alleen pdf’s met een afbeelding van de tekst, waardoor je die later niet kunt doorzoeken of kopiëren.

©OttoPles

Er bestaan ook heel wat printers met een ingebouwde scanner.

Tip 2: NAPS2

Gebruik in dit geval beter scansoftware met geïntegreerde OCR, zoals het gratis en opensource NAPS2 (www.naps2.com, Windows, macOS en Linux). Start de app, klik op Nieuw profiel en op Apparaat kiezen om je scanner te selecteren. Je kunt kiezen uit drie drivertypes: WIA (ingebouwd in Windows, beperkt), TWAIN (krachtiger) en ESCL (voor moderne netwerk- of wifi-scanners, vergelijkbaar met Apple AirScan). Doorgaans kies je voor TWAIN. Stel de scanopties in en open Geavanceerd voor extra instellingen. Typ een profielnaam en bevestig met OK.

Klik nu op de knop OCR en download de gewenste talen, zoals Dutch en English. Plaats een vinkje bij PDFs doorzoekbaar maken middels OCR en kies taal en modus (Snel of Beste). Vink ook de andere opties aan en druk op Scannen.

Klik daarna op het pijlknopje bij PDF opslaan en kies PDF-instellingen. Vul bij Standaard bestandspad een bestandsnaam in – gebruik eventueel ‘placeholders’ als $(YY)-$(MM)-$(DD) – en kies bij Compatibiliteit bij voorkeur PDF/A, zoals PDF/A-2b. Dit formaat slaat namelijk alle lettertypes, kleurprofielen en structuurinformatie in het bestand zelf op, wat ‘garandeert’ dat je het document ook jaren later nog in zijn oorspronkelijke vorm te zien krijgt. Vink Onthoud deze instellingen aan, klik op OK, selecteer de scans en kies PDF opslaan. Het is trouwens ook mogelijk om een (niet-doorzoekbaar) pdf-bestand in NAPS2 te importeren, dit vervolgens te OCR’en en als PDF/A te bewaren.

NAPS2 is prima opensource-scansoftware, met geïntegreerde meertalige OCR-module.

Pdf-printer

De focus van dit artikel ligt op papieren brondocumenten, maar we willen zeker ook (de gratis versie van) PDFCreator vermelden (www.pdfforge.org/pdfcreator). Je kunt deze namelijk als virtuele printer installeren om zo allerlei documenttypen om te zetten naar PDF(/A).

Start na installatie de app, open het tabblad Printer, vink PDFCreator aan en kies via de moersleutel het bestaande profiel PDF/A (archiefbestand). Bevestig met Opslaan en sluit de app. Open nu een document in een willekeurige toepassing, open het afdrukvenster en selecteer PDFCreator als printer. Een dialoogvenster opent waarin je het document meteen kunt opslaan als PDF/A-bestand (standaardversie 2b, maar dit is aanpasbaar via het uitklapmenu).

Je kunt zo’n virtuele printer ook inzetten om documenten automatisch als PDF/A op te slaan in een zelf te bepalen map. Maak hiervoor in PDFCreator op het tabblad Profielen een nieuw profiel aan (bijvoorbeeld PDF/A in map Facturen), kies bijvoorbeeld PDF/A-2b als formaat en geef tevens een specifieke opslaglocatie op. Koppel dit profiel op het tabblad Printer aan een nieuwe virtuele printer (bijvoorbeeld PDF/A-facturen). Zo maak je meerdere profielen en printers aan, waarbij elk PDF/A-bestand automatisch in een andere map terechtkomt.

Je kunt ook meerdere virtuele printers aanmaken, telkens met een aangepast profiel.

Tip 3: Mobiel

Een vlakbedscanner is zeker handig, maar niet noodzakelijk, want je kunt tegenwoordig ook prima scannen met je smartphone. Met de juiste app wordt het beeld automatisch ge-OCR’d en indien nodig rechtgetrokken. Een van de betere apps is Adobe Scan, beschikbaar via www.kwikr.nl/adobescan of in de appstore van Android en iOS.

Installeer en start de app. De gratis versie volstaat meestal, al laat de betaalde versie (circa 10 euro per maand) je onder meer tot 100 pagina’s per bestand scannen (in plaats van 25) en pdf’s exporteren naar Office 365-formaten.

Meld je aan, bijvoorbeeld via je Google-account, en tik op Scan. Je kunt het resultaat onder meer uitsnijden, roteren en de helderheid en het contrast aanpassen. Kies Blijven scannen voor extra pagina’s of tik op PDF opslaan zodra je klaar bent. De pdf belandt standaard in je Adobe-account (https://acrobat.adobe.com), maar je kunt het bestand ook delen of (via Meer) bijvoorbeeld opslaan in Google Drive. Het pdf-bestand is standaard doorzoekbaar, controleer bij Voorkeuren of Tekstherkenning uitvoeren op opgeslagen PDF wel is ingeschakeld, maar het is geen PDF/A. Wil je dat, dan kun je het bestand alsnog omzetten met reeds eerder vermelde, gratis tools als NAPS2 of PDFCreator (zie ook kader ‘Pdf-printer’).

Met (het gratis) Adobe Scan kun je ook meerdere pagina’s laten OCR’en en in één pdf bewaren.

Tip 4: Tags koppelen

Om naderhand snel het gewenste document te kunnen terugvinden, zorg je er dus allereerst voor dat je documenten doorzoekbaar zijn (bij pdf’s kan dit via OCR: zie tip 2). Je kunt gerust ook zelf extra trefwoorden, zeg maar digitale kleefbriefjes, aan je documenten koppelen.

Met een tool als TagSpaces (www.tagspaces.org, Windows, macOS en Linux) tag je in één keer meerdere bestanden en mappen met eigen trefwoorden. Bestaande tags voeg je simpelweg toe door ze naar bestanden te slepen. TagSpaces heeft ook een krachtige zoekfunctie waarmee je snel documenten met de juiste tag(s) terugvindt.

Handig zijn ook ‘smart tags’: je bepaalt dan zelf de criteria, waarna nieuwe bestanden automatisch de juiste tags krijgen. Deze tags kun je opslaan in aparte sidecar-bestanden (JSON) of je voegt ze achteraan de bestandsnaam toe: een bestand als aanpassing.pdf bijvoorbeeld wordt dan iets als aanpassing[huur indexering].pdf. De betaalde Pro-versie (42 euro per jaar) heeft enkele geavanceerde opties, zoals het toekennen van tags op basis van lokale AI-taalmodellen.

TagSpaces is een krachtige taggingtool, maar met een zekere leercurve.

Tip 5: Tags zoeken

Vind je TagSpaces toch wat overkill, dan zijn er andere manieren om documenten van (doorzoekbare) trefwoorden te voorzien. Je kunt in Verkenner (met sneltoets F2) trefwoorden toevoegen aan de bestandsnaam, maar het kan ook anders. Klik met rechts op een bestand of selectie, kies Eigenschappen en open het tabblad Details. Afhankelijk van het bestandstype kun je hier tags toevoegen bij velden als Titel, Onderwerp, Labels, Categorieën en Opmerkingen. Dit werkt goed bij bijvoorbeeld Office-bestanden en afbeeldingen, maar pdf-documenten laten zich minder makkelijk taggen. Dit kan bijvoorbeeld wel bij het aanmaken van zo’n document vanuit NAPS2 of PDFCreator. Bij deze laatste kun je bij een profiel titel, auteur, onderwerp en trefwoorden meegeven.

Vanuit de Verkenner kun je vervolgens zoeken op deze tags, ook in pdf-bestanden (ook al zijn ze niet zichtbaar op het tabblad Details). Navigeer naar de juiste map of het station en typ in de zoekbalk van de Verkenner labels:<trefwoord>.

Werkt dit niet, dan ontbreekt waarschijnlijk een geschikt zoekfilter. Je kunt zo’n Adobe-IFilter alsnog installeren via deze link. Je kunt dit controleren vanuit het Configuratiescherm: open Indexeringsopties, klik op Geavanceerd en scrol op het tabblad Bestandstypen naar pdf. Daar hoort PDF Filter (of eventueel Reader Search Handler) te staan, en Eigenschappen en inhoud van het bestand indexeren moet zijn ingeschakeld. Zorg er tevens voor dat alle gewenste mappen zijn opgenomen bij Deze locaties beheren (via de knop Wijzigen).

Met het juiste filter kun je ook vanuit de Verkenner naar tags binnen pdf-documenten zoeken.

Tip 6: Opslagstructuur

Je documenten zijn nu doorzoekbaar en mogelijk ook getagd, maar er is nog een derde belangrijk aspect: bewaar alles met logische bestandsnamen in een doordachte mappenstructuur.

Voor bestandsnamen plaats je de belangrijkste info, zoals projectnaam en/of datum, liefst vooraan. Gebruik de ISO-notatie (JJJJ-MM-DD), zodat je bestanden makkelijk chronologisch sorteert. Zoals vermeld in tips 4 en 5 kun je de naam aanvullen met trefwoorden, gescheiden door een koppelteken of onderstrepingsteken (vermijd spaties of speciale tekens). Eventueel voeg je achteraan een versienummer toe, zoals _v1. Een voorbeeld is 2025-08-31_Huurcontract_Appartement_v1.pdf.

Breng de bestanden onder in een logische structuur, bijvoorbeeld op datum, per project of klant, of per categorie (zoals Huis, Werk, Gezondheid, Financieel enzovoort). Je zult merken: dankzij consistente map- en bestandsnamen vind je documenten sneller terug.

Sneller zoeken binnen een logische mappenstructuur (en met labels).

Tip 7: Organisatietool

Je hebt een logische mappenhiërarchie opgezet, maar je moet natuurlijk ook zorgen dat documenten in de juiste map terechtkomen. Externe hulp van een organisatietool als het gratis Dropit (www.dropitproject.com, werkt nog onder Windows 11) of File Juggler (www.filejuggler.com, betaalde versie 44 euro) kan daarbij handig zijn. We bekijken kort deze laatste.

Start de geïnstalleerde tool op en klik op Add rule (of eerst op Add rule group als je de regels wilt categoriseren). Stel dat je alle pdf’s die in de map \gedeeld terechtkomen automatisch wilt verplaatsen op basis van trefwoorden. Vul dan Description in en klik op de knop met drie puntjes bij Monitor om de bronmap te kiezen. Via het tandwielpictogram kun je eventueel Examine everything regularly <frequentie> between checks instellen, wat ook goed werkt voor gedeelde netwerkmappen.

Klik daarna op de plus-knop bij If en stel het filtercriterium in, bijvoorbeeld: Any of the following / Other / PDF Properties / Keywords. Bevestig met Insert en geef het trefwoord op bij Contains / Text. Je kunt via de plus-knop extra filters instellen en kiezen tussen Any of All of the following.

Leg nu de gewenste actie vast bij Then: klik op de plusknop, kies bijvoorbeeld Move file en vul de doelmap in bij to. Bewaar je filter met Save and close. Op het tabblad Rules klik je op de pijlknop naast je filter om het te activeren. Test het resultaat.

Organiseer je bestanden automatisch op basis van eigen, gecombineerde zoekfilters.

DMS

Met de tips rond doorzoekbaar maken, taggen en ordenen uit dit artikel, en met tools als TagSpaces en File Juggler, raak je al ver. Wil je je administratie nog professioneler organiseren, dan kom je uit bij een volwaardig Document Management System, kortweg DMS. Flexibele opensource-tools zijn bijvoorbeeld Papermerge en Paperless NGX. Beide installeer je het makkelijkst op Windows via Docker (Docker Desktop for Windows, met WSL2).

Na installatie bereik je het browserdashboard van de tool standaard via http://<ip-adres>:8000. Beide tools bieden OCR aan om gescande documenten doorzoekbaar te maken. Je documenten kunnen ook automatisch worden verwerkt op basis van eigen filters, en er zijn krachtige zoekopties ingebouwd. Beide tools kun je meteen uitproberen via een online demo (log in met demo / demo).

Een krachtig DMS als Paperless-ngx maakt het bijhouden van je administratie veel efficiënter.

Tip 8: Zoektool

Zoals gezegd laat de ingebouwde zoektool in Windows je met de juiste filters en instellingen ook zoeken naar metadata, zoals trefwoorden in pdf’s. Met zoekfilters en operatoren zijn zelfs complexe opdrachten mogelijk, zoals labels:factuur auteur:Toon van Daele grootte:>300kB gewijzigdop:dit jaar. Echt gebruiksvriendelijk of handig is deze functie helaas niet. Je bent dan beter af met een tool als Agent Ransack (alias Filelocator Pro, www.mythicsoft.com/agentransack). Ook de gratis Lite-versie ondersteunt netwerkshares, Booleaanse operatoren, reguliere expressies en zoeken naar metadata via IFilter.

Start de tool, zet deze op Expert en open het tabblad Hoofd. Vul bij Bevat tekst je zoekterm in en bij Zoek in het gewenste station of de map. Eventueel kun je ook filters instellen voor Grootte en Gewijzigd Na / Voor. Op het tabblad Datum voeg je extra tijdsfilters toe en op het tabblad Opties vink je zeker Office en PDF documenten aan. Vul je bij Bevat tekst een pdf-trefwoord in, dan vindt Agent Ransack ook de bijbehorende bestanden. In het tabblad Treffers (rechtsonder) zie je bij gevonden bestanden bijvoorbeeld Keywords: <gezocht_trefwoord>. Met een dubbelklik open je meteen het bestand.

Agent Ransack laat gecombineerde en krachtige filters toe en zoekt ook in metadata.

Tip 9: Back-ups

Je administratie digitaliseren is een goed idee, maar dit is pas veilig met een degelijke back-upstrategie. Het best hanteer je hier de 3-2-1-regel: drie datakopieën (hoofdversie en twee back-ups), op twee soorten media, waarvan minstens één kopie op een andere locatie. Zo bescherm je je data tegen hardwarestoringen, ransomware, brand en diefstal.

Een uitstekende gratis en opensource back-uptool is Duplicati (www.duplicati.com, Windows en macOS), die we zelf al jaren dagelijks geautomatiseerd gebruiken voor back-ups naar zowel een netwerkschijf (NAS) als de cloud (Google Drive).

Installeer het gedownloade msi-bestand. Klik na afloop met rechts op het programma-pictogram in het Windows-systeemvak en kies Open om het browserdashboard te starten. Verschijnt First Run Setup, klik dan op Yes en stel een wachtwoord in. Je kunt Duplicati in je browser openen via http://localhost:8200. Wil je ook toegang vanaf een andere pc in je netwerk, open Instellingen in Duplicati en vink Remote toegang toestaan aan, zodat het dashboard bereikbaar is via http://<intern_ip-adres>:8200. Klik vervolgens op +Back-up toevoegen, laat Een nieuwe back-up instellen geselecteerd en vul een naam in. Schakel bij opslag buiten je netwerk versleuteling in. Geef vervolgens doel- en bronlocatie op en bepaal wanneer en hoe vaak de back-up wordt uitgevoerd. Duplicati maakt standaard incrementele back-ups, waarbij alleen nieuwe of gewijzigde data worden opgeslagen, waardoor het back-upvolume beperkt blijft.

Duplicati is een betrouwbare, gebruiksvriendelijke en flexibele back-uptool.

Tip 10: Beveiliging

Een goede back-upstrategie is cruciaal om je data veilig te bewaren, maar veiligheid draait ook om privacy. De beste manier om te voorkomen dat onbevoegden inzage krijgen in je (medische, financiële …) gegevens is versleuteling. In tip 9 vermeldden we al dat je in Duplicati back-ups automatisch kunt versleutelen met sterke AES-256-encryptie. Maar ook de data op je originele opslaglocatie wil je wellicht beveiligen.

Hiervoor kun je een gratis opensource-tool als VeraCrypt gebruiken, die naast containerbestanden ook complete partities of schijven kan versleutelen met sterke algoritmen als AES-256. We hebben niet de ruimte hier verder op in te gaan, maar hier vind je meer uitleg. Ook handig is Cryptomator om via je lokale synchronisatiemap data te versleutelen bij cloudopslagdiensten als Google Drive, OneDrive of Dropbox. Je vindt hier meer uitleg daarover.

Daarnaast kun je voor diverse documenttypes ook individuele bestanden beveiligen met een wachtwoord, al is dit vaak minder robuust dan een volledig versleutelde opslaglocatie. Dit kan bijvoorbeeld vanuit verschillende Office-applicaties, maar ook met pdf-tools zoals NAPS2 (bij PDF-instellingen vink je PDF versleutelen aan) en PDFCreator (bij Profielen, via Actie toevoegen / Versleuteling).

Ook in NAPS2 kun je pdf-documenten met een wachtwoord beveiligen.