ID.nl logo
Gebeten door een teek? Dit moet je doen (en dit vooral niet!)
© All rights reserved
Gezond leven

Gebeten door een teek? Dit moet je doen (en dit vooral niet!)

Vooral in de zomer is de kans dat je een tekenbeet oploopt best groot. Weet jij wat je moet doen als dat gebeurt? In dit artikel lees je hoe je een tekenbeet herkent, hoe je een teek op de juiste manier verwijdert én hoe je tekenbeten kunt voorkomen.

In het kort: In Nederland worden jaarlijks zo'n anderhalf miljoen mensen gebeten door een teek. Teken kunnen verschillende ziekteverwekkers met zich meedragen, zoals de bacterie die de ziekte van Lyme veroorzaakt. Jaarlijks raken ongeveer 27.000 mensen na de beet van een teek met deze bacterie besmet. Daarom is het belangrijk om tekenbeten zoveel mogelijk te voorkomen. Mocht je toch gebeten worden, dan is het heel belangrijk dat je de teek op de juiste manier verwijdert. Hoe je dat doet en hoe je kunt voorkomen dat je überhaupt wordt gebeten, lees je in dit artikel.

Lees ook: Dit kun je doen tegen insectenbeten

Waar komen teken voor?

Teken leven in bossen, in heidegebieden en in tuinen met veel planten en struiken. Ze zitten vooral in hoog gras of in dode bladeren, bij voorkeur bij struiken of bomen. Hoewel ze overal in Nederland kunnen voorkomen, zijn er bepaalde gebieden waar ze in grotere aantallen aanwezig zijn. Dit zijn vaak natuurgebieden met veel ondergroei en met veel mogelijke gastheren voor de teken, zoals herten, muizen en vogels. Denk bijvoorbeeld aan de Veluwe, de Utrechtse Heuvelrug en de duingebieden langs de kust. Op Tekenradar.nl wordt het aantal meldingen van tekenbeten bijgehouden. Ook is er een overzicht van de tekenbeetdichtheid in Nederland: op een kaart zie je waar de meeste tekenbeten gemeld worden. Daarnaast wordt ook bijgehouden in welke gebieden de meeste mensen melden dat ze na een beet een rode ring of vlek op hun huid hebben zien verschijnen.

Klik op de afbeelding voor een grotere weergave.

In welke maanden zijn teken het meest actief?

Het gemiddelde seizoen voor tekenbeten loopt van maart tot en met oktober, met een piek in de zomermaanden. Controleer dus vooral in deze maanden goed op teken na een boswandeling of wanneer je in de tuin hebt gewerkt. 

©Willem - stock.adobe.com

Hoe herken je een tekenbeet?

Teken zitten vooral in en op (hoog) gras, dode bladeren en struiken; vandaar stappen ze over naar mensen en dieren, waarna ze zich vastbijten in de huid. Dit gebeurt vaak op moeilijk zichtbare plekken zoals achter de oren, in de liezen, oksels, knieholtes of bilnaad. Een tekenbeet lijkt in eerste instantie op een klein zwart stipje, ongeveer zo groot als een speldenknop. Na verloop van tijd, als de teek zich vol heeft gezogen met bloed, kan hij opzwellen tot ongeveer 1 centimeter groot. Hij heeft dan wel iets weg van een erwtje.

Vallen teken uit bomen? Dat is inderdaad iets wat veel mensen denken, maar dat is niet waar. Teken leven op de grond. Ze vallen dus niet op je hoofd.

©shishiga

Een typisch kenmerk van een tekenbeet is een ring of vlek rondom de beet. Dit komt door het speeksel van de teek, wat een ontstekingsreactie veroorzaakt. Ook kan een tekenbeet jeuk, een branderig gevoel of zelfs pijn veroorzaken. Niet iedereen voelt de beet echter. Het is daarom erg belangrijk om je lichaam grondig te controleren op tekenbeten na een bezoek aan natuurgebieden. 

Hoe verwijder je een teek op de juiste manier?

Als je ontdekt dat je gebeten bent door een teek, is het van groot belang dat je deze zo snel mogelijk verwijdert. Hoe langer de teek in je huid zit, hoe groter de kans dat ziekteverwekkers worden overgedragen. Probeer de teek er met een pincet, speciale tekentang of tekenkaart uit te trekken door de teek zo dicht mogelijk bij de huid beet te pakken. Trek de teek er vervolgens rustig uit in een continue, recht omhoog gaande beweging. Draai of wrik niet heen en weer: dan kan de kop van de teek afbreken en in de huid achterblijven. Dit kan infecties veroorzaken.

©Carola Vahldiek

Smeer vooral geen olie, alcohol, nagellakremover of andere middelen op de teek voordat je deze verwijdert. Hierdoor kan de teek juist zijn maaginhoud terugspugen in het wondje, wat de kans op infectie vergroot. Na het verwijderen kun je het wondje wel ontsmetten met jodium, alcohol of een antiseptisch middel. Noteer daarnaast de datum van de beet, zodat je bij eventuele latere klachten weet wanneer besmetting kan hebben plaatsgevonden. 

Bewaar de teek eventueel in een potje met alcohol. Mochten er later toch klachten optreden, dan kan de teek onderzocht worden op de aanwezigheid van ziekteverwekkers. Op deze manier is te achterhalen om welke ziekte het gaat. 

Wat moet je doen als er een deel van de teek in je huid achterblijft? Als eerste is het belangrijk dat je niet in paniek raakt. Natuurlijk is het niet fijn als er een stukje teek achterblijft, maar dat is niet per se gevaarlijk en zal niet noodzakelijkerwijs leiden tot de ziekte van Lyme of andere tekenoverdraagbare ziekten. Het lichaam zal het vreemde materiaal meestal na verloop van tijd uitstoten, net zoals het zou doen met een splinter. Je kunt proberen om de resterende delen van de teek te verwijderen met een pincet, op dezelfde manier als je een splinter zou verwijderen. Zorg ervoor dat je de huid daarna goed schoonmaakt met zeep en water, en breng een antiseptisch middel aan. Als je het niet kunt verwijderen, of als je tekenen van infectie ziet, zoals roodheid, zwelling, pijn of pus, moet je een arts raadplegen.

Waarmee kun je teken verwijderen?

Er zijn verschillende producten die je kunt gebruiken om een teek veilig te verwijderen:

Tekentang

Een speciaal ontworpen instrument om teken veilig en effectief te verwijderen. Er zijn verschillende soorten tekentangen, waaronder pincet-achtige tangen en tangen die werken als een soort lepel. Ze zijn meestal gemaakt van metaal of plastic.

Tekenkaart

Een klein, plat plastic kaartje met een inkeping die je onder de teek kunt schuiven om hem te verwijderen. Handig om in je portemonnee te bewaren voor noodgevallen.

Tekenlepel

Een klein plastic hulpmiddel met een inkeping waar je de teek in kunt haken om hem te verwijderen.

Pincet

Als je geen speciaal tekenverwijderingshulpmiddel bij de hand hebt, kun je een fijn pincet gebruiken. Het is belangrijk om de teek zo dicht mogelijk bij de huid te grijpen om te voorkomen dat de kop afbreekt en in de huid achterblijft.

Naaigaren

Heb je geen van de bovenstaande hulpmiddelen bij de hand, dan kun je proberen met naaigaren de teek te verwijderen. Maak een kleine lus, schuif deze over de teek en trek hem voorzichtig omhoog. 

Mogelijke infecties door een tekenbeet

Er zijn verschillende ziekten die via teken overgedragen kunnen worden op mensen. De meest voorkomende zijn de ziekte van Lyme en tekenencefalitis.

De ziekte van Lyme wordt veroorzaakt door de Borrelia-bacterie. Kenmerkende symptomen zijn grieperigheid, koorts, hoofdpijn, vermoeidheid en een rode ringvormige uitslag rondom de tekenbeet. Ook gewrichtsklachten en zenuwpijnen kunnen optreden. Zonder behandeling kan Lyme chronisch worden en tot ernstige klachten leiden. Als de ziekte van Lyme vroeg wordt ontdekt, is deze meestal goed te behandelen met antibiotica. Als de ziekte van Lyme later wordt ontdekt of als er complicaties zijn, kan een langere kuur met antibiotica nodig zijn.

Tekenencefalitis is een zeldzamere, maar ernstige virale hersenontsteking door een virus. Symptomen zijn koorts, hoofdpijn, misselijkheid en verwardheid. Er bestaat geen medicijn tegen het virus, de behandeling is gericht op het bestrijden van de klachten. Er is wel een vaccin beschikbaar dat 95 procent bescherming biedt tegen tekenencefalitis. Dit vaccin wordt vooral aanbevolen voor mensen die langere tijd verblijven in gebieden waar tekenencefalitis veel voorkomt, zoals bepaalde delen van Midden- en Oost-Europa. Hoewel het TBE-virus (dat tekenencefalitis veroorzaakt) ook in Nederland is aangetroffen, is er volgens het RIVM vooralsnog geen reden om in Nederland te vaccineren.

⚠️ Het is dus erg belangrijk dat je een tekenbeet serieus neemt. Raadpleeg altijd je huisarts bij klachten na een tekenbeet, zodat eventuele infectieziekten op tijd opgespoord en behandeld kunnen worden.

©encierro

Hoe kun je tekenbeten voorkomen?

Om te voorkomen dat je überhaupt gebeten wordt door een teek, kun je een aantal dingen doen.

• Ga je de natuur in? Draag kleding met lange mouwen en broekspijpen. Stop ook je broekspijpen in je sokken. Hoe lichter van kleur je kleding is, des te makkelijker kun je een eventuele teek spotten.
• Gebruik insectenwerende middelen, zowel op niet-bedekte huid als op je kleding.  op zowel blootgestelde huid als op kleding. Middelen met DEET (minimaal 30 procent) zijn effectief. Spray vooral schoenen, sokken en broekspijpen goed in. Zoals je eerder al hebt gelezen leven teken in principe op de grond of in gras, niet zozeer in bomen; hun 'reis' begint dus altijd van onder af aan. Door je schoenen, sokken en broekspijpen in te sprayen, verhoog je de kans dat ze hun reis vroegtijdig afbreken.
• Blijf zoveel mogelijk op de paden en vermijd hoger begroeiing en struiken. Omdat je daar 'doorheen duwt', geef je ze meer kans om op jou over te stappen.
• Controleer je lichaam direct nadat je weer thuis bent. Teken kruipen vaak eerst uren rond voor ze een plek uitzoeken om te bijten. Een snelle controle voorkomt beten.
• Verwijder opgehoopte bladeren, maai het gras en snoei planten in je tuin. Dit beperkt het aantal schuilplaatsen voor teken.
• Heb je een hond? Controleer hem dan op teken na een wandeling in het bos of park. Teken kunnen van huisdieren 'overstappen' op mensen.
• Was kleding na een bezoek aan natuur op minstens 60 graden Celsius. Teken die nog vastzitten worden hiermee gedood. 

Voorkomen is ... inderdaad!

Door deze preventieve maatregelen kun je de kans op een tekenbeet aanzienlijk verkleinen. Mocht je toch gebeten zijn, verwijder de teek dan direct op de juiste manier. Neem bij ziekteverschijnselen na een beet contact op met je huisarts. Een snelle diagnose en behandeling voorkomt ernstige gevolgen. Een tekenbeet is simpel te voorkomen en te behandelen, mits je weet hoe het moet!

▼ Volgende artikel
Zo verhelp je in maximaal 10 stappen je wifi-problemen in Windows 11
© lalafinaa | Plaifah - stock.adobe.com
Huis

Zo verhelp je in maximaal 10 stappen je wifi-problemen in Windows 11

Veel problemen in Windows 11 hebben te maken met de wifi-verbinding. En dat is behoorlijk irritant. Geen connectie, wegvallend internet of een tergend trage verbinding? Met dit stappenplan breng je alles weer op volle snelheid.

Wat gaan we doen

In dit stappenplan werk je van simpel naar diepgaand. Je begint met snelle controles, zoals vliegtuigstand en een herstart van pc en router. Daarna ga je verder met probleemoplossers, een vers wifi-profiel en een volledige netwerkreset. Tot slot bekijk je driverproblemen, services die zijn gestopt en updates die roet in het eten gooien. Door de stappen in deze volgorde te volgen, spoor je de oorzaak gericht op en krijgt je verbinding weer de snelheid die je gewend bent.

Foutmeldingen als 'Geen internettoegang', 'Onbekend netwerk' of 'Beperkte toegang' kunnen je tot wanhoop drijven. Volg daarom dit stappenplan in de juiste volgorde.

Je gaat niet zomaar meteen je netwerk resetten als je niet eerst gecontroleerd hebt of je pc in vliegtuigmodus staat of dat het probleem eenvoudig verholpen zou zijn door de pc en de router te herstarten. Zie het als een plan van aanpak waarbij je het hoofd koel houdt. 

Lees ook: 5 redenen waarom je toe bent aan een nieuwe router

Stap 1: Check de vliegtuigstand

Controleer eerst of de wifi werkt op een andere laptop, tablet of smartphone. Heeft ook dat toestel geen verbinding, dan ligt het probleem niet aan je computer. Werkt de wifi op andere apparaten wél, kijk dan of op je pc de vliegtuigmodus per ongeluk is ingeschakeld en of de wifi-adapter aan staat. De vliegtuigmodus schakelt alle draadloze communicatie uit, zoals bluetooth en wifi. Handig in een vliegtuig of om de batterij te sparen, maar uiteraard funest voor je internetverbinding. Klik op het netwerkpictogram in het systeemvak om te zien of de vliegtuigmodus actief is. In datzelfde menu kun je ook controleren of wifi is ingeschakeld.

Controleer of je niet per ongeluk de vliegtuigstand hebt geactiveerd.

Stap 2: Start pc en router opnieuw op

Vaak is de oplossing eenvoudiger dan je denkt: herstart zowel je pc als je router. Schakel eerst de computer uit. Haal daarna de stekker van de router uit het stopcontact en wacht dertig seconden. Sluit de router weer aan en zet hem aan. Zodra alle lampjes normaal branden, start je de computer opnieuw op.

©Antonioguillem - stock.adobe.com

Je kunt ook de resetknop van de wifi-router gebruiken.

Stap 3: Probleemoplossers

Windows heeft ingebouwde probleemoplossers die je helpen bij netwerkstoringen. Open de Instellingen met Windows-toets+I. Daar klik je op Systeem en daarna op Problemen oplossen. Klik op Andere probleemoplossers. In de groep Meest voorkomende zie je de probleemoplosser voor Netwerk en Internet. Klik op Uitvoeren. Er verschijnt een pagina met de melding 'Wij helpen u bij het maken van de verbinding.' De probleemoplosser zoekt naar de oorzaak en stelt een oplossing voor, zoals wifi inschakelen, vliegtuigmodus uitschakelen, de computer opnieuw opstarten of het opnieuw instellen van de netwerkadapter. Volg de aanbevolen stappen en laat de tool je begeleiden. Na het toepassen van de suggesties is de kans groot dat je pc weer verbinding maakt met het draadloze netwerk.

Windows heeft een ingebouwde set probleemoplossers.

Tips voor een sterker wifi-signaal

Plaats de wifi-router zo centraal mogelijk in huis en niet in de buurt van grote metalen voorwerpen die het signaal verstoren. Wanneer je het verbindingsprobleem volgens dit stappenplan aanpakt, ga je dichter bij de wifi-router zitten. Met een laptop is dat eenvoudig. Hiermee sluit je alvast problemen met de afstand uit. Hoe verder je van de router bent verwijderd, hoe zwakker de sterkte van het draadloze signaal, wat zich vertaalt in verbindingsproblemen. Hou de router ook uit de buurt van apparaten die interferentie veroorzaken. Het is bekend dat magnetrons, babyfoons, draadloze telefoons en draadloze speakers het wifi-signaal verstoren omdat ze dezelfde 2,4GHz-band gebruiken, waardoor het signaal trager of instabiel kan worden. Start de router regelmatig op om het geheugen te wissen en de prestaties te verbeteren.

©lalafinaa | Plaifah - stock.adobe.com

Wanneer je verbindingsproblemen aanpakt, plaats je de laptop zo dicht mogelijk bij de wifi-router.

Stap 4: Wifi herstellen met nieuwe netwerkverbinding

Een andere manier om een onbetrouwbare wifi-verbinding te herstellen is het netwerk verwijderen en daarna opnieuw toevoegen. Open met Windows-toets+Ide Instellingen en klik op Netwerk en internet. Selecteer Wifi en klik op Bekende netwerken beheren. Selecteer het draadloze netwerk dat het probleem veroorzaakt en klik op de knop Niet onthouden. Vervolgens gebruik je de knop Netwerk toevoegen. Je geeft het nieuwe netwerk een naam en je selecteert een beveiligingstype, bijvoorbeeld WPA2-Personal AES en je voert een wachtwoord in. Vink de optie Automatisch verbinden aan en doe hetzelfde met Verbinding maken, zelfs wanneer dit netwerk niet uitzendt. Klik tot slot op Opslaan. Door van een nieuw netwerk te vertrekken, wis je automatisch verouderde of beschadigde netwerkconfiguraties en maakt Windows een frisse verbinding met het wifi-netwerk.

Verwijder het oude netwerk en begin met een nieuw netwerk.

Stap 5: Netwerk resetten

De probleemoplosser heeft het al gesuggereerd: je kunt de netwerkresetfunctie gebruiken om de netwerkadapters te verwijderen en opnieuw te installeren. Dit is een veelgebruikte oplossing voor de meeste draadloze problemen. Open de Instellingen en ga weer naar Netwerk en internet. Klik onderaan op de pagina op Geavanceerde instellingen om een overzicht van de netwerkadapters te zien. In het gedeelte Meer instellingen klik je op Netwerk opnieuw instellen. Op deze pagina gebruik je de knop Nu opnieuw instellen. Hiermee worden alle netwerkadapters verwijderd en daarna opnieuw geïnstalleerd. Ook de instellingen van andere netwerkonderdelen worden teruggezet naar de standaardwaarden. Na afloop herstart je de pc. Let op: gebruik je VPN-software, dan moet je die opnieuw installeren. Ook moet je daarna handmatig opnieuw verbinding maken met het wifi-netwerk.

Hiermee worden alle netwerkadapters verwijderd en opnieuw geïnstalleerd.

Nieuwe laptop nodig?

Bekijk nu de prijsdalers

Stap 6: Wifi-stuurprogramma verwijderen en opnieuw installeren

Een beschadigd, verouderd of incompatibel wifi-stuurprogramma kan de oorzaak zijn van de draadloze netwerkproblemen. Dit los je op door het stuurprogramma te verwijderen en opnieuw te installeren. Maak voordat je begint een herstelpunt aan (zie kader: Herstelpunt). Mocht er iets misgaan, dan kun je het systeem terugzetten naar een eerdere staat. Typ in het zoekveld van de taakbalk Apparaatbeheer en open het programma. Dubbelklik op Netwerkadapters. Klik met de rechtermuisknop op het wifi-stuurprogramma en selecteer in het contextmenu de opdracht Apparaat verwijderen. Bevestig deze opdracht in het pop-upvenster. Start de computer opnieuw. Windows zoekt automatisch naar de opgeslagen drivers op het systeem en zal die ook meteen installeren. Maak opnieuw verbinding met wifi en kijk of er verbinding is. Als het probleem verder aanhoudt, ga je voor de volgende stap.

Als je de wifi-netwerkadapter kent, kun je die verwijderen.

Wat is mijn wifi-netwerkadapter?

Meestal is het gemakkelijk om in Apparaatbeheer de wifi-netwerkadapter te vinden. Vouw Netwerkadapters uit en zoek naar een adapter met wireless of wifi in de naam, bijvoorbeeld: Intel(R) wifi 6 AX201 160MHz. Soms zie je geen naam die naar wifi of wireless verwijst. In dat geval gebruik je de opdrachtprompt om de juiste wifi-netwerkadapter te achterhalen. Druk op Windows-toets+R, typ cmd en druk op Enter. Daarna typ je het volgende commando in: netsh wlan show drivers. Vervolgens lees je de naam van de wifi-adapter en de fabrikant.

Hier is de wifi-chip Realtek RTL8822CE 802.11ac PCIe-adapter.

Herstelpunt

Met een herstelpunt kun je de computer terugzetten naar een vorige goed functionerende staat. Typ Herstelpunt als zoekterm naast de startknop. Je komt dan direct bij het tabblad Systeembeveiliging van Systeemeigenschappen. Selecteer de lokale systeemschijf in het overzicht en vervolgens klik je op de knop Configureren. Schakel in het volgende venster Systeemherstel in. Met de schuifregelaar onderaan bepaal je de hoeveelheid schijfruimte die voor de herstelpunten mag worden gebruikt. Bevestig met Toepassen en klik op OK. Terug in het vorige venster klik je op Maken. Windows vraagt welke naam je dit herstelpunt wilt geven zodat je dit later gemakkelijk kunt herkennen. Klik nog eens op de knop Maken. Je ontvangt een melding als het herstelpunt succesvol is aangemaakt. Wil je later terugkeren naar dit herstelpunt, dan open je weer Systeemeigenschappen / Systeembeveiliging. Daar gebruik je de knop Systeemherstel en dan krijg je een overzicht van de herstelpunten waarnaar je kunt terugkeren.

Je krijgt ook de datum en tijd te zien van het herstelpunt dat je kunt aanspreken.

Stap 7: Handmatig het nieuwste wifi-stuurprogramma

Heb je het wifi-stuurprogramma verwijderd en opnieuw geïnstalleerd, maar blijft het probleem bestaan? Dan kan het zijn dat Windows Apparaatbeheer niet de juiste driver heeft geïnstalleerd. Windows heeft een ingebouwde tool, Windows Update, die de drivers automatisch up-to-date moet houden, maar soms worden die driver-updates overgeslagen. Fabrikanten doen er vaak lang over om hun drivers aan Windows Update toe te voegen. En Windows Update zelf negeert soms driverupdates omdat het die als optioneel beschouwt, terwijl ze eigenlijk heel belangrijk zijn. In dat geval ga je bij de fabrikant op zoek en geef je het model van je pc in. Daarna bepaal je welke Windows-versie je hebt en of je computer 32- of 64-bits is. Ga door naar de downloadpagina van de fabrikant van het apparaat. Zoek het juiste stuurprogramma en download de driver. Soms zit de driver in een zip-bestand. Dat is een gecomprimeerd bestand, een archief dat je eerst moet uitpakken of ontzippen. In Windows doe je dat door met de rechtermuisknop op het zip-bestand te klikken en dan Alles uitpakken te selecteren. Daarna kun je het exe-bestand dubbelklikken en de instructies op het scherm volgen om het stuurprogramma te installeren. Als je computer geen internettoegang heeft, dan zoek je deze driver via een andere computer en je transporteert de exe-installer met een usb-stick om het daarna op de pc met het wifi-probleem te installeren.

Iedere fabrikant heeft zijn eigen supportpagina waar je de stuurprogramma's kunt downloaden.

⭐Consumenten testen: de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set

Op Review.nl testen gewone consumenten de meest uiteenlopende producten. zo hebben ze ook de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set thuis uitgebreid uitgeprobeerd. Benieuwd naar hun bevindingen? Dit is het oordeel van het Review.nl-testpanel over de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set.

Stap 8: Schakel de WLAN AutoConfig-service in

Het systeem bevat een hulpprogramma dat het beheer van draadloze verbindingen op de achtergrond voor zijn rekening neemt: WLAN AutoConfig-service. Als deze service actief is, selecteert deze dynamisch met welk draadloos netwerk de pc automatisch verbinding maakt. Bovendien configureert deze service de nodige instellingen op de draadloze netwerkadapter. Soms kan deze door een fout niet meer goed werken. Het is zelfs mogelijk dat het foutbericht 'Windows kan de WLAN AutoConfig-service niet starten' verschijnt wanneer je een draadloze verbinding met het internet probeert te maken. Om de service in te schakelen druk je op Windows-toets+R in om het venster Uitvoeren te openen. Typ hier services.msc en klik op OK. Nu krijg je een lange lijst van services te zien. Scrol naar beneden en selecteer WLAN AutoConfig. In het contextmenu selecteer je Eigenschappen. In het tabblad Algemeen selecteer je bij Opstarttype de optie Automatisch. Daarna klik je achtereenvolgens op Toepassen, Start en OK om de wijzigingen op te slaan. Nu moet je de pc opnieuw opstarten en opnieuw verbinding trachten te maken met het draadloze netwerk om te zien of het werkt.

Reset de WLAN AutoConfig-service.

Stap 9: Geef het ip-adres vrij en leeg de DNS-cache

Kun je wel een wifi-verbinding maken, maar heb je toch geen toegang tot het internet, dan kan dit probleem veroorzaakt worden door je ip-adres of het DNS (Domain Name System). Je kunt deze instellingen resetten, zodat Windows een nieuw ip-adres opvraagt en de DNS-cache leegt. Klik op de Windows-zoekbalk en typ cmd in het zoekvak. Als resultaat verschijnt de app Opdrachtprompt en daar selecteer je de optie Als administrator uitvoeren. Nu typ of plak je de volgende 5 opdrachten één na één in opdrachtprompt en na elke opdracht druk je op Enter:

netsh winsock reset
netsh int ip reset
ipconfig /release
ipconfig /renew
ipconfig /flushdns

Als je daarmee klaar bent, herstart je en verbind je de computer opnieuw met wifi.

In de opdrachtprompt kun je het ip-adres vrijgeven en de DNS leegmaken.

Stap 10: Update verwijderen

Is het wifi-probleem ontstaan nadat je een Windows-update hebt uitgevoerd, dan kun je de recente updates verwijderen om te kijken of daarmee het probleem opgelost is. Open de Instellingen en selecteer Windows Update in het linkertabblad. Dan kun je aan de rechterkant Geschiedenis van updates bekijken en in de lijst zie je telkens wanneer de installatie van de update is uitgevoerd. Onderaan bij Verwante instellingen vind je Installatie van updates ongedaan maken. Als je daarop klikt, zie je welke updates je ongedaan kunt maken. Selecteer de update die je wilt verwijderen en klik op Installatie ongedaan maken. Klik op Ja wanneer er een dialoogvenster verschijnt. Probeer opnieuw verbinding te maken met het draadloze netwerk en te internetten.

Selecteer de update die je wilt verwijderen.

Je hebt er wél wat geduld nodig

(Koffie uit deze mok helpt)
▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.