ID.nl logo
Wanneer verwachten we de eerste kernfusiecentrales?
© PXimport
Energie

Wanneer verwachten we de eerste kernfusiecentrales?

Voordat we ons kunnen laven aan de vrijwel onuitputtelijke energiebron die kernfusie heet, dienen we nog heel wat harde noten te kraken. Het is allesbehalve eenvoudig energie op te wekken uit een glas water. Wanneer kunnen we de eerste kernfusiecentrales verwachten?

Op 1 november 1952 explodeerde op de Enewetak Atoll in de Stille Oceaan ‘s werelds eerste waterstofbom, Ivy Mike genaamd. Met een kracht van een kleine 12 megaton vertegenwoordigde de klap zo’n 750 Hiroshima-bommen. Voor de natuurkundigen die het monster ontworpen hadden, moet dit een opluchting zijn geweest, want of een waterstofbom echt zou werken, wist tot op dat moment niemand.

Het idee was simpel genoeg. In een ‘gewone’ atoombom wordt een zwaar, radioactief materiaal – zoals plutonium – korte tijd zodanig samengeperst dat het uiteenvalt in lichtere elementen. Daarbij komt volgens Einsteins bekende formule E=MC2 heel veel energie vrij. In een waterstofbom (tegenwoordig meestal ‘thermonucleair wapen’ genoemd) wordt juist een heel licht materiaal – waterstof – extreem samengeperst, waardoor de atomen ‘fuseren’ tot zwaardere elementen. Hierbij komt nog véél meer energie vrij. Kernfusie is ook het proces dat al miljarden jaren lang de zon op gang houdt. Wanneer we het op aarde zouden kunnen toepassen voor het opwekken van energie, dan zouden we een flinke stap zetten in de richting van het emissieloze tijdperk.

Met kernsplijting is dat allang gelukt. In 1954 opende in de Russische stad Obninsk nabij Moskou de eerste kernsplijtingscentrale zijn deuren. Dat de Hiroshima-bom zo gemakkelijk kon worden doorontwikkeld tot een nuttige bron van energie, kwam omdat de zogeheten kettingreactie zich eenvoudig liet temmen. In een kettingreactie produceren splijtende atomen neutronen, die vervolgens andere atomen doen splijten totdat alle atomen op zijn. In een atoombom gebeurt dit in een oogwenk. Maar wanneer je een deel van de neutronen met absorberende stoffen weet te vertragen, kan het proces jarenlang voortduren. Dit is wat er gebeurt in een kernreactor.

Andrej Sacharov

Kernfusie werkt echter totaal anders. Lichte atomen fuseren tot zwaardere wanneer ze tot zeer hoge temperaturen worden opgezweept. In Ivy Mike werd een vat vloeibare waterstof blootgesteld aan een conventionele atoombom. De enorme druk en hitte die daarbij optrad, deed de waterstof fuseren tot helium. Overigens werd er geen gewone waterstof gebruikt, maar de waterstofisotopen deuterium en tritium. Deuterium maakt van nature ongeveer 0,015 procent van ons drinkwater uit. Tritium is een radioactieve vorm van waterstof die kan worden gemaakt uit lithium.

Ivy Mike geldt als de aartsvader van alle thermonucleaire wapens. De energiesector had er echter niets aan. Je kunt immers niet steeds een atoombom laten ontploffen om je fusiereactie op gang te brengen. Er moest een andere manier worden gevonden om deuterium tot fusie te dwingen.

En zo begon het grote zoeken. Het was de bekende Russische atoomgeleerde (en dissident) Andrej Sacharov die besefte dat een continu proces van kernfusie alleen zou kunnen werken wanneer het in bedwang wordt gehouden door een krachtig magneetveld – een concept dat magnetische opsluiting wordt genoemd. De reden is simpel: geen enkel materiaal is bestand tegen de temperaturen waar fusie mee gepaard gaat. Anderzijds stopt een fusiereactie meteen wanneer het gloeiendhete plasma (het mengsel van losse atoomkernen en elektronen) in contact komt met de veel koelere wand van het reactorvat. Magneetvelden kunnen deze problemen oplossen – althans in theorie.

Een alternatieve methode heet traagheidsopsluiting. Hierbij wordt een mengsel van deuterium en tritium opgesloten in een piepklein bolletje, dat vervolgens aan alle kanten beschoten wordt door krachtige lasers. De plotselinge druk die daarbij optreedt, is groot genoeg om fusie te bewerkstelligen. Herhaal deze procedure tientallen keren per seconde en je hebt een bruikbare kernfusiereactor – althans in theorie.

Helium-3

Na decennia van onderzoek lijkt magnetische opsluiting de beste kaarten te hebben. Afgelopen februari werd in het Engelse Culham een belangrijke stap voorwaarts gezet. In de kernfusiereactor JET (Joint European Torus) wisten onderzoekers vijf seconden lang een fusiereactie in stand te houden met een vermogen van zo’n 11 megawatt – het equivalent van vier fikse windmolens.

Dat dit resultaat de aanleiding vormde voor een juichend persbericht, schetst precies het probleem: vijf seconden. In een praktische kernfusiecentrale dien je de reactie minstens urenlang op gang te houden. De bedoeling is dat dit gaat lukken in de opvolger van de JET: de ITER (International Thermonuclear Experimental Reactor) in Zuid-Frankrijk, die rond 2035 operationeel moet zijn.

Voordat we ons kunnen laven aan de vrijwel onuitputtelijke energiebron die kernfusie is, zullen we ook nog andere harde noten moeten kraken. Fusie met deuterium en tritium heeft als nadeel dat daar een heleboel neutronen bij vrijkomen. Die neutronen tasten de reactorwand aan en maken deze op den duur radioactief. Vandaar dat er ideeën leven voor fusieprocessen die met andere stoffen werken. Helium-3 wordt vaak genoemd, een isotoop die – spannend genoeg – gewonnen kan worden op de maan. Het probleem van deze alternatieven is dat ze nóg extremere omstandigheden vereisen om de fusie op gang te brengen.

Eeuwige belofte

Een andere heikele kwestie is dat het erg veel stroom kost om een kernfusiereactor op gang te houden. De elektromagneten die het plasma insluiten, zijn uiterst dorstig. Bij traagheidsopsluiting geldt hetzelfde voor de lasers. Daarbij is het nog maar de vraag hoe effectief de energie uit het fuserende plasma kan worden afgetapt. De wetten van de thermodynamica zijn onverbiddelijk: bij elke omzetting van energie gaat een deel van de energie verloren. En in een kernfusiecentrale zijn er nogal wat van zulke processen gaande. ITER moet gaan bewijzen dat een fusiereactor onderaan de streep daadwerkelijk elektriciteit kan leveren.

Cynici noemen kernfusie wel de belofte die altijd dertig jaar in de toekomst zal liggen. Dat zou jammer zijn, want daarvoor is de deze manier om energie op te wekken potentieel veel te aantrekkelijk. De vraag is wel reëel of kernfusie qua kostprijs ooit zal kunnen concurreren met andere energiebronnen – ITER is vooralsnog angstaanjagend duur. Volgens Elon Musk zitten we sowieso op een dwaalspoor, want in zijn ogen hebben we die fusiereactor allang: ‘… kijk, daar hangt hij in de lucht. We hoeven er alleen maar de energie van af te tappen’.

Fusie met deuterium en tritium heeft als nadeel dat daar een heleboel neutronen bij vrijkomen; die tasten de reactorwand aan en maken deze radioactief

-

 💡Wil jij jouw huis verder verduurzamen?

Vraag een offerte aan voor verduurzaming:

▼ Volgende artikel
Van gas naar inductie? Let hierop bij de aankoop
© nerudol
Huis

Van gas naar inductie? Let hierop bij de aankoop

Overweeg je om je gasfornuis in te ruilen voor een inductiekookplaat? Goed idee! Koken op inductie is sneller, energiezuiniger én veiliger. Ook staat een inductiekookplaat vaak mooier in de keuken. Maar waar moet je op letten als je een inductiekookplaat koopt? Wij geven je tips. 

In het kort

Het is niet verrassend dat steeds meer mensen overstappen op inductie, want koken op inductie kent allerlei voordelen. Maar als je een kookplaat koopt die te klein is, niet eenvoudig te bedienen is of te veel herrie maakt, ga je er alsnog niet op vooruit. In dit artikel leggen we uit waar je op moet letten als je een inductiekookplaat koopt, zodat koken écht leuker wordt.

Lees ook: Zo kook je extra zuinig op een inductiekookplaat

De meeste mensen kiezen voor inductie omdat het een stuk efficiënter werkt dan gas. Tijdens koken op inductie gaat energie rechtstreeks naar de pan, waardoor er weinig warmte verloren gaat. Je verbruikt dus minder energie voor hetzelfde resultaat. Door de efficiënte warmteoverdracht is inductie bovendien een stuk sneller: een pan met water heb je zo aan de kook. Ook fijn: een inductiekookplaat maak je in een handomdraai schoon. In plaats van etensresten uit gaspitjes te peuteren, haal je gewoon een doekje over het oppervlak. Scheelt weer tijd na een lange werkdag.
Een inductiekookplaat kopen doe je natuurlijk niet zomaar even. Weet je niet waar je moet beginnen? Let in elk geval op de volgende punten. 

Inbouw of vrijstaand

Wie van het gas afstapt, kiest meestal voor een ingebouwde inductiekookplaat. Deze wordt via een speciale aansluiting ingebouwd in het aanrecht, zodat hij strak oogt in de keuken. Ingebouwde inductiekookplaten hebben meestal vier kookzones of meer. Sommige modellen hebben een geïntegreerd afzuigsysteem, dat zich tussen de kookzones bevindt. In plaats van de kookdampen omhoog te trekken, zoals een traditionele afzuigkap doet, trekt zo'n afzuigsysteem de dampen juist omlaag. Ideaal voor open keukens waarin je geen ontsierende afzuigkap wilt ophangen.
Er zijn ook vrijstaande inductiekookplaten. Zo'n vrijstaande plaat zet je los op het aanrecht. Stekker erin en koken maar. Vrijstaande inductiekookplaten zijn meestal bedoeld voor kleinere keukens of bijvoorbeeld voor in de caravan. Ze hebben één tot vier kookzones en je bergt zo'n kookplaat makkelijk weer op als je hem even niet nodig hebt.

©alfa27 - stock.adobe.com

Hoeveelheid kookzones

Denk bij het kopen van een inductiekookplaat goed na over hoeveel je kookt en hoeveel ruimte je hebt. De meeste ingebouwde kookplaten hebben vier kookzones, maar er zijn ook modellen met vijf of zelfs zes zones. Let daarnaast op de breedte van de kookplaat. 60 cm past in een standaard keukenkastje. 70 cm geeft wat meer ruimte tussen de pannen, maar vaak bevatten deze modellen geen afzuigsysteem. 80 cm geeft nog meer comfort en biedt vaak wel ruimte voor afzuiging. 90 cm is het grootst; hierop passen vijf of meer zones, tenzij je kiest voor een ingebouwd afzuigsysteem. Dan zijn het er meestal vier. 

Extra functies

Veel inductiekookplaten zijn uitgerust met allerlei handige functies die het koken een stuk makkelijker én veiliger maken. Zo hebben veel modellen een boostfunctie die tijdelijk het vermogen van de kookplaat verhoogt: handig als je snel een pan kokend water nodig hebt. Sommige kookplaten beschikken over een flexzone: hiermee koppel je losse kookzones aan elkaar voor een groter kookoppervlak. Dat komt bijvoorbeeld van pas als je met grillplaten of een braadslee aan de gang gaat.
Vind je energiezuinigheid belangrijk? Dan wil je een inductiekookplaat met pandetectie. Pas als er een (geschikte) pan op een kookzone staat, slaat de kookplaat aan. Dit voorkomt energieverlies en het voorkomt ongelukken. Nog zo'n veilige functie is automatische uitschakeling: deze schakelt de kookplaat vanzelf uit als hij een tijdje niet is gebruikt of als er iets overkookt. Kook je vaak met meerdere pannen tegelijk (of ben je gewoon snel afgeleid)? Kies dan een model met ingebouwde timers, zodat je tijdens het koken niet met je telefoon in de weer hoeft. Met kinderen en huisdieren in huis is een kinderslot een must: dat voorkomt dat het apparaat per ongeluk aangezet wordt. 

©Lazy_Bear - stock.adobe.com

Bediening

Inductiekookplaten zijn er met moderne touchbediening of 'ouderwetse' draaisystemen. Touchpanelen zien er strak en modern uit en werken vaak erg makkelijk en snel, maar sommige mensen vinden draaiknoppen toch prettiger. Vooral als je natte handen hebt, geeft een draaisysteem je vaak meer controle dan touchbediening. Aan de andere kant zijn veel touchpanelen tegenwoordig zo intuïtief dat ze ook met natte vingers prima werken. Om erachter te komen wat je het prettigst vindt, kun je inductiekookplaten het beste in de winkel uittesten óf betrouwbare gebruikersreviews lezen. 

Geluidsniveau

De meeste inductiekookplaten zijn niet volledig stil. Ze maken ook weer geen herrie, maar vaak hoor je wel een zacht zoemend of tikkend geluid, vooral bij hogere standen. Wil je een echt stille kookplaat, bijvoorbeeld omdat je een open keuken hebt en er in de buurt gezellig getafeld of tv gekeken wordt? Kijk dan naar modellen met een geluidsniveau onder de 42 dB (decibel). 42 dB is vergelijkbaar met zacht geroezemoes in een klas. Ga je voor een kookplaat met ingebouwde afzuiging, kies dan voor een geluidsniveau onder de 70 dB (op de hoogste stand). 70 dB kun je vergelijken met een gewone afzuigkap of een stofzuiger. 

Nieuwe pannen nodig

Voor op je inductiekookplaat?
▼ Volgende artikel
Review Samsung Galaxy Watch 8 Classic – Stijlvolle smartwatch voor het grote publiek
© Rens Blom
Gezond leven

Review Samsung Galaxy Watch 8 Classic – Stijlvolle smartwatch voor het grote publiek

De Samsung Galaxy Watch 8 Classic is een mooie smartwatch en de meer premium variant op de 'gewone' Watch 8. De prijs ligt ook hoger. In deze review lees je onze ervaringen met de Watch 8 Classic.

Uitstekend
Conclusie

De Samsung Galaxy Watch 8 Classic is een stijlvolle smartwatch die zich leent voor het grote publiek. Uitgezonderd iPhone-gebruikers. Het horloge is compleet, werkt prettig en kan jaren mee. De adviesprijs is wel hoog, dus dat kan een terecht struikelblok zijn.

Plus- en minpunten
  • Stijlvol uiterlijk
  • Compleet qua functies
  • Uitgebreide (gezondheids)statistieken
  • Kortere accuduur
  • Werkt niet met iPhone
  • Stevige adviesprijs

Fysieke draairing

De Watch 8 Classic is een smartwatch die enigszins als een traditioneel horloge oogt. Dat zie je terug in het ronde scherm, maar ook aan de fysieke draairing rond het scherm. Via deze draairing kun je door de software navigeren, bijvoorbeeld meldingen lezen en snel een app opzoeken. Een prima systeem, vinden wij. Je ziet ook beter wat je doet op het horloge omdat je niet de hele tijd met je vingers op het scherm zit.

©Rens Blom

Het horloge heeft een stevig roestvrijstalen ontwerp en een comfortabel, chic ogend kunstleren bandje. We vinden de smartwatch wel aan de dikke kant, wat je vooral merkt als je hem onder een strakker overhemd draagt. Op de zijkant vind je drie fysieke knoppen. Die gebruik je – net als de draairing – om door de software te navigeren, maar ook om een favoriete app naar keuze te starten. Je stopwatch bijvoorbeeld.

©Rens Blom

Het scherm is overigens ook aanraakgevoelig en ziet er goed uit. Het is prima afleesbaar in de zon, met mooie kleuren en duidelijke tekst (voor zover dat mogelijk is op een horlogescherm). Prettig is dat het horloge stofbestendig en waterdicht is.

©Rens Blom

Slimme software

Net als andere moderne Samsung-smartwatches draait de Galaxy Watch 8 Classic op Wear OS. Dat is software van Google, aangevuld met functies van Samsung. De software geeft je toegang tot allerlei nuttige apps, stelt je in staat om contactloos te betalen met het horloge en toont meldingen van je smartphone. Tenminste, als jij dat wilt, natuurlijk. Gelukkig kun je zelf instellen welke apps wel en geen notificaties mogen tonen. Beantwoorden gaat prima via kant-en-klare reacties, spraakbediening of een piepklein toetsenbordje.

Nieuw is de Google Gemini-spraakassistent. Die is aardig slim en zeker het proberen waard, maar nog niet dé reden om een smartwatch te kopen. Gemini zit ook in andere moderne Wear OS-smartwatches, onder meer van OnePlus en Google.

©Rens Blom

De Galaxy Watch 8 Classic is met zijn vele ingebouwde sensoren en slimme software goed in staat om je gezondheid te monitoren. Van het aantal stappen dat je zet tot je hartslag meten en alles ertussenin; de mogelijkheden kunnen wat overweldigend zijn als je geen smartwatch gewend bent. Draag je het horloge ook 's nachts, dan kan hij zelfs je slaap registreren. Dat gebeurt mooi nauwkeurig, is onze ervaring.

De smartwatch krijgt vier jaar software-updates, waardoor je de komende jaren verzekerd bent van nieuwe functies. De accuduur van Samsung-horloges blijft helaas kort. Na anderhalve dag moet ook de Watch 8 Classic echt aan de oplader. Daar valt mee te werken en aan te wennen, maar het blijft kort.

©Rens Blom

Samsung-invloed

Dat je hiermee een Samsung-smartwatch in huis haalt, merk je aan verschillende dingen. Je hebt bijvoorbeeld niet per se een Samsung-smartphone (wel een Android-toestel) nodig om de Watch 8 Classic te kunnen gebruiken, maar sommige functies werken wel alléén met een Samsung-telefoon. Op je telefoon moet je bovendien twee Samsung-apps installeren: de Galaxy Wearable-app om de instellingen van het horloge aan te passen en de Samsung Health-app om de verzamelde gezondheidsstatistieken van het horloge te bekijken. We verbaasden ons vorig jaar al over het feit dat Samsung niet gewoon één complete app maakt. Dat is helaas dus nog steeds het geval.

Conclusie: Samsung Galaxy Watch 8 Classic kopen?

De Samsung Galaxy Watch 8 Classic is een stijlvolle smartwatch die zich leent voor het grote publiek. Uitgezonderd iPhone-gebruikers. Het horloge is compleet, werkt prettig en kan jaren mee. De adviesprijs is wel hoog, dus dat kan een terecht struikelblok zijn.