ID.nl logo
Zo gebruik je twee besturingssystemen op één pc
© PXimport
Zekerheid & gemak

Zo gebruik je twee besturingssystemen op één pc

Je hebt al een aantal Windows-versies zien passeren en je bent dit besturingssysteem altijd trouw gebleven. Tegelijk groeit de nieuwsgierigheid naar die eeuwige rivaal Linux. Daar wil je best wel mee experimenteren, maar je vertrouwde Windows10-omgeving overboord gooien is voor jou geen optie. Dat hoeft ook niet, want Linux laat zich netjes naast Windows installeren op dezelfde pc, virtueel of fysiek.Zo gebruik je twee besturingssystemen op één pc.

Tip 01: Hypervisor

We gaan ervan uit dat je met Windows 10 werkt en dat dit ook je primaire OS moet blijven. Daarnaast wil je nu met een andere Windows-versie of met een Linux-distributie aan de slag. De veiligste manier om dat te doen is door het extra OS te virtualiseren. Het OS denkt dan dat het op de gewone manier op een machine is geïnstalleerd en dat het de pc voor zich alleen heeft. Het OS is echter door een zogenoemde hypervisor of virtuele machine manager (vmm) als het ware ingekapseld in een afgeschermde omgeving. Het OS blijft netjes binnen die gevirtualiseerde omgeving en komt in principe niet in het vaarwater van je normale, fysiek geïnstalleerde besturingssysteem. In dit artikel gaan we aan de slag met de gratis hosted hypervisor VirtualBox. Hosted betekent dat de hypervisor een reeds geïnstalleerd OS (host) nodig heeft om te kunnen functioneren. In ons en jouw geval is dat dus Windows 10. Overigens kan VirtualBox ook wel op andere platformen worden geïnstalleerd, met name macOS, Linux en Solaris. Je vindt VirtualBox hier, waar je op Downloads / Windows hosts klikt.

©PXimport

Tip 02: Iso’s

We gaan zo dadelijk aan de slag met VirtualBox maar laten we alvast het beoogde besturingssysteem in huis halen. Het maakt eigenlijk niet zoveel uit welke Linux-distributie je downloadt, maar wij nemen het populaire Ubuntu als voorbeeld. Je vindt het schijfkopiebestand met de extensie iso van Ubuntu Desktop LTS hier, een fikse download van haast 2 GB. Even googelen zet je ook snel op weg naar iso-bestanden van andere distributies, zoals Elementary of Linux Mint.

Wie het toch meer op andere Windows-versies in plaats van Linux heeft begrepen, kan de portable Microsoft Windows and Office ISO Download Tool ter hulp roepen. Open hier het tabblad Windows en selecteer de gewenste versie (7, 8.1 of 10), systeemtype (32 of 64 bit) en taal. Bevestig je keuzes en haal het iso-bestand op.

©PXimport

Tip 03: Virtuele machine

Zodra je VirtualBox hebt geïnstalleerd, bij voorkeur met alle voorgestelde onderdelen, kun je de tool opstarten, waarna je in de beheermodule belandt. Hier valt echter nog niets te beheren, aangezien je nog geen virtuele machine (vm) hebt gecreëerd. Druk daarom op de knop Nieuw en vul een geschikte naam in voor je vm, bijvoorbeeld Windows 7 of Ubuntu 18.04. Selecteer het correcte OS Type, zoals Microsoft Windows of Linux, en de juiste Versie, zoals Windows 7 (64-bit) of Ubuntu (64-bit). Bij Machine Folder geef je aan waar je vm mag terecht komen. Druk op Volgende en stel de gewenste hoeveelheid geheugen voor je vm in. Houd er wel rekening mee dat dit geheugen van je host-systeem zal afgaan zolang je vm actief is. Druk nogmaals op Volgende, laat Maak nieuwe virtuele harde schijf nu aan geselecteerd en bevestig met Aanmaken. Je mag het standaardtype (VDI) geselecteerd laten. Druk op Volgende en selecteer Dynamisch gealloceerd. Dat houdt in dat de grootte van je virtuele schijf – die je in het volgende venster gaat bepalen – pas wordt ingenomen als dat in de praktijk nodig blijkt. Voor Ubuntu kom je al weg met pakweg 10 GB en voor Windows is dat bij voorkeur minstens 20 GB. Rond af met Aanmaken: de vm duikt nu in je beheermodule op.

Op vergelijkbare manier kun je nu nog andere vm’s creëren.

©PXimport

Tip 04: Installatie OS

Je hebt nu wel al een virtuele schijf maar daar moet je natuurlijk nog een virtueel OS op installeren. Selecteer je vm en druk op de groene pijl Starten. In het dialoogvenster klik je op het pictogram Kies een virtuele optische schijfbestand en verwijs je naar het iso-bestand van het beoogde OS. Zodra je op Start drukt begint de virtuele installatie van het OS. Voor Ubuntu ziet die er normaliter als volgt uit. Allereerst kies je de gewenste taal (Nederlands) en druk je op de knop Ubuntu installeren. Duid je Toetsenbordindeling aan en druk op Verder, rechtsonder het venster. Krijg je deze knop niet te zien, houd dan de titelbalk aangeklikt en sleep het installatievenster wat naar links. Duid aan of je een Normale installatie - inclusief kantoorsuite, spelletjes en mediaspelers - of een Minimale installatie wenst. Bevestig weer met Verder. Laat met een gerust hart Wis schijf en installeer Ubuntu geselecteerd – het gaat immers om een installatie op een lege virtuele schijf – en bevestig je keuze met Installeer nu en met Verder. Kies de juiste tijdzone en vul een gebruikersnaam en wachtwoord in. Als je dat wenst kun je hier Automatisch aanmelden selecteren. Bevestig met Verder om de eigenlijke installatie te starten.

©PXimport

De installatie van een Linux-distributie is behoorlijk rechttoe rechtaan

-

Tip 05: Guest additions

Na afloop klik je op Nu herstarten en wat later op de Enter-toets. Als het goed is, kun je je even later bij Ubuntu aanmelden en verschijnt de desktop. Wil je met de muiscursor omschakelen tussen je Windows- en je Ubuntu-desktop dan moet je wellicht even de rechter Ctrl-toets indrukken. De kans is echter groot dat de resolutie van je Ubuntu-desktop nog niet helemaal goed staat. Dat kun je verhelpen door de zogenoemde guest additions te installeren. Open helemaal bovenaan Apparaten, kies Invoegen Guest Additions CD-image, bevestig met Run en vul je wachtwoord in. Na de installatie sluit je de vm af - dat kan via Bestand / Sluiten / de machine uitzetten - en start je die weer op. Dat ziet er vast al heel wat beter uit en het switchen tussen beide desktops met de muis gaat nu ook al een stuk vlotter.

©PXimport

Tip 06: Snapshots

We hebben hier niet de ruimte om alle opties en mogelijkheden van VirtualBox uit te spitten, maar willen je toch nog een paar nuttige weetjes meegeven. Wil je bijvoorbeeld een usb-stick onder je virtuele Ubuntu beschikbaar maken, selecteer dan bovenaan Apparaten /USB en klik op het juiste apparaat. Erg handig is ook dat je op elk moment een snapshot van je vm kunt maken: kies Machine / Maak Snapshot.

Om naar een eerder gemaakt snapshot terug te keren sluit je de vm af en klik je met rechts op de vm in de beheermodule. Open het menu Machine en kies Tools / Snapshots. Selecteer het gewenste snapshot in het rechterpaneel en klik op Restore.

Verder heb je al opgemerkt dat de optie Instellingen je toelaat heel wat onderdelen van je vm verder te configureren, zoals Systeem, Beeldscherm, Opslag, Netwerk, Gedeelde mappen, enzovoort. De meeste mogelijkheden komen pas beschikbaar als je vm is afgesloten.

©PXimport

Een virtuele installatie biedt handige systeemsnapshots aan

-

Tip 07: Back-up

Over naar ons tweede scenario: een fysieke installatie van Ubuntu op een andere schijfpartitie. Je zult merken: de voorbereidingen voor zo’n installatie zijn duidelijk uitgebreider dan voor een virtuele installatie. Hoewel er in principe geen gegevens verloren gaan tijdens zo’n zogenoemde dualboot-installatie raden we je toch stellig aan eerst een complete systeemback-up van je Windows te maken. Dat kan met een gratis tool als EASEUS Todo Backup Free. Een schijfimage maken doe je als volgt. Klik op Disk/Partition Backup, plaats een vinkje bij de juiste Hard disk, duid een geschikte doellocatie aan bij Destination en bevestig met Proceed. Via Tools / Create Emergency Disk kun je voor de zekerheid meteen ook in een opstartbaar herstelmedium aannmaken.

©PXimport

Tip 08: Snel opstarten

Windows 10 verdraagt best een tweede besturingssysteem op de schijf, maar er is wel een ingebouwde functie die voor problemen kan zorgen: Snel opstarten. Die zorgt er immers voor dat Windows bij het afsluiten in een soort slaapstand gaat en als je in deze toestand een Linux-installatie opstart kan dat tot bestandscorruptie binnen Windows leiden. Met het oog op je dualboot-installatie schakel je deze functie daarom beter uit. Druk op Windows-toets en tik configuratie in. Start Configuratiescherm en kies Systeem en beveiliging / Het gedrag van de aan/uit-knoppen wijzigen (bij Energiebeheer). Klik op Instellingen wijzigen die momenteel niet beschikbaar zijn en haal het vinkje weg bij Snel opstarten inschakelen. Bevestig met Wijzigingen opslaan.

©PXimport

Tip 09: Partitieruimte

Aangezien je Ubuntu op een aparte partitie wilt installeren moet je er natuurlijk wel zeker van zijn dat er voldoende schijfruimte beschikbaar is. Neemt je Windows-partitie of je datapartitie echter de complete schijf in, dan zit er weinig anders op dan de nodige ruimte vrij te maken. Druk op Windows-toets+R en voer diskmgmt.msc uit: het venster van het Schijfbeheer maakt je meteen duidelijk of je nog over voldoende niet-toegewezen ruimte beschikt – pak hem beet: bijvoorbeeld minstens 20 GB. Desnoods verklein je een bestaande partitie. Daartoe klik je met de rechtermuisknop op die partitie in de grafische weergave en kies je Volume verkleinen. Geef aan met hoeveel MB je de partitie wilt verkleinen, bij voorkeur minimaal 20000, en bevestig met Verkleinen.

Mocht het je om een of andere reden niet lukken met deze tool: er zijn ook externe, gratis tools als EaseUS Partition Master Free waarmee je het alsnog kunt proberen.

©PXimport

Tip 10: Bootmodus

We hebben al enkele voorbereidingen getroffen voor ons dual boot-opzet, maar het lastigste onderdeel is wellicht de ‘bootmodus’. Dat vereist enige toelichting. Er zijn in feite twee bootmodi: enerzijds uefi en anderzijds de klassieke bios- of csm-modus (compatibility support module). De meeste pc’s van de laatste jaren zijn weliswaar uitgerust met een uefi-bios, maar dat betekent niet noodzakelijk dat Windows daadwerkelijk ook in uefi-modus opstart.

Gezien er problemen kunnen opduiken als je besturingssystemen in twee verschillende bootmodi installeert, check je dus het beste eerst even in welke modus je Windows is geïnstalleerd. Start Windows op, druk op Windows+R en voer msinfo32 uit. In het Systeemoverzicht staat ook het item BIOS-modus. Staat hier UEFI bij dan start Windows op in uefi-bootmodus. In het andere geval staat hier Verouderd of Legacy.

De uefi-bootmodus biedt enkele voordelen ten opzichte van de klassieke bios-modus: zo’n systeem start iets sneller op, je kunt van schijven groter dan 2 TB booten en er is in principe geen bootmanager nodig voor een dualboot-installatie (zie ook tekstkader: ‘Opstarten’). Blijkt Windows echter in klassieke bios-modus op te starten, dan heb je theoretisch twee uitwegen: een makkelijke (je installeert ook Ubuntu in die modus) en een lastige (je herinstalleert Windows compleet in uefi-modus).

©PXimport

Installeer je besturingssystemen bij voorkeur met dezelfde bootmodus

-

Tip 11: Secure boot

Jammer, maar helaas: zelfs wanneer je Windows in de ‘moderne’ uefi-modus opstart kan er nog een probleem opduiken. Een paar regels lager bij Systeemoverzicht zie je namelijk de Status beveiligd opstarten. Staat die niet ingesteld op Ingeschakeld dan is de functie secure boot in ingeschakeld in je uefi-bios. Dat hoeft zeker niet problematisch te zijn – zeker niet bij sommige oude Linux-versies - maar sommige uefi-bios-versies durven dan automatisch op een legacy/csm-modus over te schakelen wanneer je een nieuw OS installeert. Nou kun je secure boot in je uefi-bios op zich wel activeren maar dan zal je Windows niet meer willen doorstarten. Ga daarom na of je uefi-bios een optie biedt om zo’n automatische omschakeling eventueel tegen te gaan. Hoe dan ook is het aan te raden om de bootmodus van het nieuwe OS meteen na de installatie te controleren. In Linux (Ubuntu) kan dat als volgt: klik in de desktop op Show applications / Terminal en voer de opdracht efibootmgr uit, bevestigd met de Enter-toets. Desnoods installeer je dit pakket snel even met sudo apt install efibootmgr. Levert dit commando uefi-bootvariabelen op dan is het OS in uefi-modus opgestart. In het andere geval krijg je een foutmelding (‘…not supported…’) te zien.

©PXimport

Tip 12: Live usb-stick

Alle nodige voorbereidingen en controles zijn inmiddels uitgevoerd. Hoog tijd nu om je bootmedium te creëren, waarbij een usb-stick wellicht het handigst werkt. Voor een (her?)installatie van Windows 10 ga je bij voorkuer aan de slag met de gratis Media Creation Tool maar voor andere OS’en zoals Ubuntu kan dat met de gratis tool Rufus. Stop een usb-stick van minstens 4 GB in je pc, start Rufus op en verwijs naar de stick. Bij Opstartselectie kies je Schijf of ISO-image (selecteren) en via de knop SELECTEREN verwijs je naar het iso-beeldbestand van Ubuntu (zie tip 02). Wat de Partitie-indeling betreft selecteer je voor de uefi-bootmodus de optie GPT en het Doelsysteem stel je vervolgens in op UEFI (geen CSM). Opteer je noodgedwongen (?) toch voor de klassieke bios of uefi/csm-modus, kies dan respectievelijk voor MBR en BIOS (of UEFI-CSM). Geef een geschikt volumelabel op en laat het Bestandssysteem en de Clustergrootte ingesteld op de standaardwaarden. Start het proces met STARTEN en met OK (twee maal). Zodra de melding ‘Klaar’ verschijnt mag je de knop Sluiten indrukken.

©PXimport

Tip 13: Dual boot

Eindelijk is het zover: het bootmedium is klaar om Ubuntu op je systeem te zetten. Plug je live Ubuntu-stick in de pc en zorg ervoor dat het toestel van dit medium opstart. De installatieprocedure is grotendeels dezelfde als die van een virtuele installatie (zie tip 04), maar als het goed is stelt Ubuntu deze keer vast dat Windows 10 al op je pc staat en komt de keuze Installeer Ubuntu naast Windows 10 beschikbaar. Selecteer bij voorkeur deze optie, tenzij je goed bekend bent met typische Linux-partitionering. In dit laatste geval kun je Iets anders kiezen en creëer je zelf de benodigde partities zoals root (/), swap en home. Bevestig met Installeer nu en met Verder. Nadat je dan de tijdzone hebt ingesteld en een naam en wachtwoord hebt ingevoerd, kun je de eigenlijke installatie starten. Na een herstart kun je dan met Ubuntu aan de slag.

©PXimport

Opstarten

Je zult merken: na de dual boot-installatie met een Linux-distributie als Ubuntu neemt bootmanager Grub het roer over en laat je kiezen tussen Windows 10 en Ubuntu. Heb je voor een uefi-bootmodus gekozen dan kun je het OS echter ook onafhankelijk van Grub selecteren. Je roept via een bepaalde sneltoets dan het bios-bootselect-menu op (raadpleeg desnoods de systeemhandleiding) en je selecteert het gewenste OS. Als je dat verkiest kun je de Windows-installatie ook een hogere prioriteit geven in de bootsequentie van het systeem-bios. Deze methode blijkt trouwens wel vaker een uitweg te bieden om grote Windows-updates probleemloos te laten installeren. Grub Je zult ook gemerkt hebben dat Grub na een tiental seconden standaard doorstart met Ubuntu. Wil je die wachttijd verkorten of heb je liever dat Windows 10 het standaard-OS wordt dan kun je het bootmenu van Grub aanpassen. Dat kan weliswaar vanuit de terminal maar het is veel makkelijker vanuit de grafische interface van een tool als Grub Customizer. Je dient dit pakket dan wel eerst even in Ubuntu te installeren. Open een Terminal-venster en voer achtereenvolgens de volgende commando’s uit: sudo add-apt-repository ppa:danielrichter2007/grub-customizer sudo apt update sudo apt install grub-customizer Bevestig met J en na afloop vind je de tool terug in de Ubuntu-desktop, bij Show applications. Start het programma op en open het tabblad Lijstconfiguratie. Met behulp van de pijltoetsen verplaats je items naar onderen of boven. Op het tabblad Algemene instellingen pas je de wachttijden in seconden aan en bij Weergave-instellingen kun je niet alleen lettertype en -kleuren aanpassen, maar is het tevens mogelijk een eigen afbeelding te uploaden die als achtergrond voor het Grub-startmenu moet dienen.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Motorola Edge 60 Neo combineert compact design met slimme camera's
© Motorola
Huis

Motorola Edge 60 Neo combineert compact design met slimme camera's

Motorola brengt in oktober de Edge 60 Neo naar Nederland. De smartphone valt op door zijn compacte ontwerp, stevige bescherming en een veelzijdig camerasysteem met telelens. Met een prijs van net geen 400 piek richt Motorola zich op het middensegment, waar AI en een lange accuduur belangrijke troeven zijn.

De Motorola Edge 60 Neo is op de IFA in Berlijn officieel onthuld en komt op de markt als een compacte en lichte smartphone met opvallend stevige specificaties. Het toestel combineert een helder scherm en een solide behuizing met een camerasysteem dat veel creatieve mogelijkheden biedt. Daarbovenop zet Motorola sterk in op - verrassing! - AI, dat zowel bij foto's als bij dagelijkse taken een rol speelt.

Compact maar robuust

De Edge 60 Neo is het lichtste toestel in zijn klasse, maar doet qua stevigheid opvallend weinig concessies. Het 6,36-inch scherm kan piekhelderheden tot 3000 nits halen, waardoor het zelfs in de volle zon goed leesbaar blijft. Het gebruik van Corning Gorilla Glass 7i en de MIL-STD-810H-certificering zorgen voor extra bescherming tegen vallen en krassen. Dankzij de IP68/69-norm is de smartphone bovendien bestand tegen water en stof, iets wat je meestal pas ziet bij meer robuuste of in elk geval duurdere modellen.

Qua uiterlijk kiest Motorola voor een samenwerking met Pantone, het bedrijf dat internationale standaarden ontwikkelt voor kleurnamen en -codes. De Edge 60 Neo verschijnt dan ook in drie verrassende tinten met minstens zulke exotische namen: Frostbite, Poinciana en Grisaille. Daarmee wil het merk inspelen op gebruikers die hun telefoon ook gebruiken als een verlengstuk van hun imago. Het idee is dat een smartphone niet alleen praktisch moet zijn, maar ook kan passen bij de kleding en accessoires van de gebruiker.

De beschikbare kleuren: Frostbite, Poinciana en Grisaille.

Camera met telelens

De camera is een belangrijk speerpunt van dit model. Motorola benadrukt dat dit de enige smartphone in deze prijsklasse is met een telelens. Daarmee kun je 3x optisch zoomen zonder kwaliteitsverlies en tot 30x digitaal inzoomen. Het camerasysteem bestaat verder uit een 50MP-hoofdcamera met Sony-sensor en optische beeldstabilisatie, een 13MP-ultragroothoek- en macrolens en een 32MP-selfiecamera. Voor video's ondersteunt het toestel 4K-opnames.

Fotografie wordt ondersteund door AI-functies die automatisch details verscherpen, kleuren verbeteren en de belichting optimaliseren. Met Dynamic Bokeh bepaal je zelf hoe sterk de achtergrond onscherp wordt gemaakt, terwijl Signature Style foto's een herkenbare uitstraling geeft. Bij video-opnames zorgt adaptieve stabilisatie voor soepeler beelden, zelfs tijdens beweging. Daarmee lijkt Motorola zich duidelijk te richten op zogenaamde content creators.

AI in het dagelijks gebruik

Maar AI speelt ook buiten de camera een rol. Met de functie Next Move kan de Edge 60 Neo suggesties geven afhankelijk van wat er op het scherm staat, bijvoorbeeld bij het bekijken van een recept of een reisschema. Daarbij werkt Motorola samen met onder meer Microsoft Copilot en Perplexity, maar biedt het ook eigen tools zoals Playlist Studio en Image Studio. Zo kunnen gebruikers playlists samenstellen, beelden genereren of visuele elementen aanpassen zonder het gebruik van externe apps.

Accu en oplaadmogelijkheden

De smartphone beschikt over een 5000mAh-accu, goed voor (zo claimt Motorola) tot 44 uur gebruik. Met de (zowaar meegeleverde) 68W TurboPower-oplader is in zeven minuten alweer genoeg lading beschikbaar voor een volle dag gebruik. Daarnaast is draadloos opladen mogelijk met maximaal 15 watt, al moet die lader daarvoor wel apart worden aangeschaft.

De Motorola Edge 60 Neo ligt vanaf half oktober in de Nederlandse winkels. De richtprijs bedraagt zoals gezegd 399,99 euro. Daarmee positioneert Motorola het toestel in het middensegment, waar het concurreert met modellen van onder meer Samsung, Xiaomi en OnePlus.

▼ Volgende artikel
Review Oppo Reno 14 – Duurder, maar ook beter
© Wesley Akkerman
Huis

Review Oppo Reno 14 – Duurder, maar ook beter

Met de Oppo Reno 14 zet het Chinese merk een traditie voort. De midrange smartphonelijn vindt vaak een mooie balans tussen stijl en functie. Met een adviesprijs van 649 euro vraagt de fabrikant echter wel 100 euro meer dan voor zijn voorganger. Is de 14 die prijsstijging waard?

Goed
Conclusie

De Oppo Reno 14 is duurder, maar biedt duidelijke upgrades. Het nieuwe camerasysteem met 50MP-telefotolens (3,5x zoom en stabilisatie) springt eruit en maakt de telefoon veelzijdig voor fotografie. Ook de 6000mAh-accu, waterbestendige body, 120Hz-scherm en soepele prestaties verhogen de waarde. Minpunten zijn de grote hoeveelheid bloatware en een wat verouderde processor, maar die presteert nog steeds goed.

Plus- en minpunten
  • Batterij met lange adem
  • Prima amoled-display
  • Fijn camerasysteem
  • Overzichtelijke software
  • Veel nadruk op AI
  • Processor is wel wat oud
  • Gigantische hoeveelheid bloatware

De Oppo Reno 14 beschikt over een indrukwekkend 6,59-inch amoledscherm met een adaptieve verversingssnelheid van 120 Hz, beschermd door Gorilla Glass 7i. Het display biedt een goede piekhelderheid tot 1200 nits in direct zonlicht en levert levendige kleuren, mede dankzij de HDR10-ondersteuning. Het ontwerp voelt premium aan dankzij de redelijk dunne schermranden en de punchhole voor de selfiecam. De versie die wij testen mist een beetje persoonlijkheid qua kleur, maar gelukkig bestaat er ook een Pearl White-variant.

De behuizing is gemaakt van aluminium. Het toestel ligt daardoor niet alleen comfortabel in de hand, maar voelt ook heel solide aan. Ondanks de forse 6000mAh-batterij is het toestel met 187 gram en een dikte van 7,42 mm opvallend slank en licht gebleven. Hij is bovendien heel duurzaam met IP66-, IP68- én IP69-certificeringen tegen stof en water. Extra functies als de in-display vingerafdrukscanner, een infraroodlaser aan de bovenkant en stereospeakers zorgen tot slot voor een behoorlijk compleet pakket.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Soepele prestaties

De Oppo Reno 14 wordt aangedreven door de MediaTek Dimensity 8350-processor. In het dagelijks gebruik levert de chipset meer dan prima prestaties. Taken als multitasken, browsen op social media en het openen van apps verlopen vloeiend en zonder haperingen. Ook voor gaming is de telefoon goed geschikt; zelfs grafisch intensieve games draaien soepel met stabiele framerates. Dankzij het koelsysteem blijft het toestel meestal comfortabel om vast te houden, al kan het bij lange en zware gamesessies na verloop van tijd wel warm aanvoelen.

Een van de sterkste punten van de Reno 14 is de accuduur. De grote batterij, met een vermogen van maar liefst 6000 mAh, zorgt ervoor dat de telefoon bij gemiddeld gebruik moeiteloos anderhalve dag meegaat. Zelfs bij intensief gebruik kun je een volledige dag verwachten zonder tussentijds opladen. Wanneer de batterij toch leeg is, laadt een 80W SuperVOOC-snellader het apparaat in minder dan 45 minuten volledig op. Het is wel goed om te weten dat de telefoon geen ondersteuning biedt voor draadloos opladen en dat je de oplader zelf moet aankopen.

©Wesley Akkerman

7x zoom.

Behoorlijk wat bloatware

De Oppo Reno 14 draait op ColorOS 15, gebouwd op Android 15. Je mag daarna nog drie grote Android-upgrades en vijf jaar beveiligingspatches verwachten, wat netjes is in deze prijsklasse. De interface is strak en minimalistisch vormgegeven, met vernieuwde iconen en handige widgets. Alles reageert vlot en voelt verfijnd aan. Ook de slimme AI-functies springen eruit: ze kunnen foto's verbeteren door bijvoorbeeld onscherpte te verwijderen of hinderlijke reflecties weg te werken. Een nadeel is de forse hoeveelheid vooraf geïnstalleerde apps van derden, die de ervaring vertroebelen.

Het camerasysteem verdient een aparte vermelding. Aan de achterkant zit een 50MP-hoofdcamera met optische beeldstabilisatie (OIS), een 8MP-ultragroothoek en een 50MP-telefotolens met 3,5x optische zoom, eveneens voorzien van OIS; een zeldzaamheid in deze prijsklasse. Daarmee biedt de Reno 14 lekker veel flexibiliteit bij het fotograferen, van grootse landschappen tot ingezoomde details. Aan de voorkant vind je een 50MP-selfiecamera met autofocus, een toevoeging die niet vaak voorkomt en die ervoor zorgt dat ook zelfportretten haarscherp worden vastgelegd.

3,5x zoom.

2x zoom.

Overdag mooie prestaties

Overdag schiet de hoofdcamera scherpe, kleurrijke foto's met een prettig dynamisch bereik. De nieuwe telefotolens is een echte aanwinst en levert sterke resultaten bij portretten en zoomopnames. Tot 30x digitale zoom blijft de kwaliteit verrassend goed, al worden beelden bij de maximale 120x wazig. De selfiecamera legt huidtinten natuurgetrouw vast en maakt ook bij minder licht aantrekkelijke foto's voor bijvoorbeeld sociale media. De ultragroothoek is bruikbaar voor landschappen en groepsshots, maar springt verder niet echt in het oog.

Ook op videovlak stelt de Reno 14 niet teleur. Zowel de camera's op de voor- als op de achterzijde filmen in 4K met 60 fps, terwijl optische en elektronische stabilisatie zorgen voor vloeiende beelden, zelfs in beweging. De AI-functies bieden creatieve extra's, zoals het verwijderen van objecten of het aanpassen van composities. Wel kan er bij inzoomen soms een lichte gloed zichtbaar zijn.

1x zoom.

0,6x zoom.

Oppo Reno 14 kopen?

De Oppo Reno 14 is iets duurder geworden, maar daar staan duidelijke verbeteringen tegenover. Vooral het camerasysteem is een grote stap vooruit. De toevoeging van een 50MP-telefotolens met 3,5x optische zoom en beeldstabilisatie is bijzonder in dit segment en tilt samen met de hoofd- en selfiecamera's de fotografie-ervaring naar een hoger niveau. Ook de forse 6000mAh-accu en de waterbestendige, premium afwerking versterken de meerwaarde.

Het heldere 120Hz-scherm en de soepele prestaties maken het plaatje compleet. Er zijn wel wat kanttekeningen: de software staat vol met bloatware en de processor is niet meer helemaal bij de tijd, al doet hij zijn werk nog prima. Toch zorgen de flinke verbeteringen, vooral de camera, ervoor dat de hogere prijs voor veel gebruikers goed te verantwoorden is.