ID.nl logo
Nvidia GeForce RTX 3080 en RTX 3090 - Eindelijk gamen in 4K
© PXimport
Zekerheid & gemak

Nvidia GeForce RTX 3080 en RTX 3090 - Eindelijk gamen in 4K

Met zijn videokaarten uit deGeForce 30-serie brengt Nvidia nieuwe topmodellen uit voor gamers. Een nieuwe generatie betekent betere prestaties in games, mooie nieuwe mogelijkheden en natuurlijk de prangende vraag of het tijd is om te upgraden. De kaarten komen in tal van verschillende varianten op de markt. Welke is nu eigenlijk de beste koop?

4K-gaming is iets waar we al jaren naar uitkijken. En dan niet op een magere dertig frames per seconde zoals consoles doen, of op lage grafische instellingen. Nee, we willen 4K-gaming in de allernieuwste games, met alle grafische pracht en praal, en in combinatie met hoge en soepele framerates.

De beste videokaart tot dusver, de circa 1.200 euro kostende GeForce RTX 2080 Ti, kwam al een heel eind. Toch schoot hij in sommige titels net tekort. Om maar meteen met de deur in huis te vallen: de 720 tot 850 euro kostende GeForce RTX 3080 blijkt circa 25 procent sneller dan de snelste RTX 2080 en is daarmee de eerste videokaart die al onze geteste games op 4K, hoge settings en boven de 60 fps weet te houden. De verbeteringen ten opzichte van de ooit even dure RTX 2080 Super liggen zelfs rond de 60 procent op deze resolutie. Zo’n grote stap vooruit hebben we lange tijd niet gezien. Echt comfortabel gamen in 4K is daarmee in één klap een echt serieuze hobby geworden.

Positief is ook dat de games die gebruik kunnen maken van Nvidia’s paradepaardje, realtime raytracing, dit ook kunnen doen op deze resolutie. Raytracing voegt betere visuele effecten toe, vooral op het gebied van realistische schaduwen en verlichting, maar is enorm intensief om weer te geven. Dankzij een techniek genaamd DLSS, Deep Learning Super Sampling, kunnen RTX-kaarten deze prestatie-impact verzachten door de game op een iets lagere resolutie te renderen, om deze vervolgens via AI op een hogere resolutie weer te geven. En die techniek werkt uitstekend. DLSS is een complex onderwerp, maar in onze ervaring kun je het simpelweg aanzetten en zul je het verschil met een “echt” 4K-beeld nooit zien.

©PXimport

Goed voor 1440p, overkill voor 1080p

Bezitters van snelle quad hd-monitoren mogen ook niet klagen. Met een RTX 3080 zien zij prestatieverbeteringen van rond de 50 procent ten opzichte van de huidige RTX 2080-kaarten. Daarmee speelt deze videokaart alle titels op deze resolutie met hoge framerates. Vaak met 144 fps, soms nog flink meer.

Speel je nog op een 1080p-monitor, dan is de meerwaarde beperkt. Een videokaart van 720 euro of veel meer is dan eigenlijk geen evenwichtige keuze. E-sporters zijn een uitzondering, want voor hen kan elk beetje extra prestatie het verschil maken tussen winnen of verliezen. Zeker als dat gevolgen heeft voor je inkomsten, wil je al snel het beste. Wil je op 1080p echt het maximale uit een 240- of zelfs 360hertz-scherm halen, dan is een RTX 3080 of 3090 dus wel de moeite. Maar we hebben het nu wel over een hele specifieke niche. “Normale” gamers die monitoren met lagere resoluties gebruiken, raden we dan ook aan om te wachten op de RTX 3060- en 3070-kaarten die later dit jaar verschijnen.

RTX 3090: een lastig verhaal

Tot dusver noemden we vooral de hogere prestaties die de RTX 3080 brengt, maar hoe zit het precies met de RTX 3090? Deze videokaart heeft een adviesprijs van dik 1.500 euro, al liggen de straatprijzen op het moment van schrijven zelfs nog veel hoger. Daarmee is hij ruim twee keer zo duur als de RTX 3080. Je zou dan ook een flinke prestatieboost verwachten.

Helaas valt dat in de praktijk tegen en blijkt de RTX 3090 op 4K-resolutie slechts zo’n 11 procent sneller. Op lagere resoluties zakt dat percentage nog verder, waardoor de RTX 3090 voor de gemiddelde gamer eigenlijk geen interessante kaart is. Dat wil niet zeggen dat de videokaart geen bestaansrecht heeft. Zo heeft hij veel meer geheugen, wat bij sommige zakelijke applicaties belangrijk is. Bovendien is hij daarmee in staat om sommige games zelfs op 8K-resolutie te spelen. Maar we betwijfelen of dat laatste een doorslaggevend argument is, want 8K-tv’s en -monitoren zijn ontzettend zeldzaam. En voor elke game die wel in 8K speelbaar is, kennen we er twee die níet soepel werken.

Energieverbruik

Meer prestaties gaan vaak samen met een hoger verbruik, maar de overstap van Nvidia van een 12nm-chip van TSMC naar een 8nm-chip geproduceerd door Samsung brengt ook efficiëntieverbeteringen met zich mee. Met een verbruik van maximaal circa 320 watt lust de RTX 3080 wel een slokje, maar verbruikt hij ruim minder dan de RTX 2080 Ti. Koop je een snellere variant van de RTX 3080, dan kan dat verbruik oplopen richting de 350 watt.

De RTX 3090 vraagt standaard rond de 350 watt en de allersnelste varianten vragen zelfs direct uit de doos al 420 watt. Er zijn zelfs modellen die met een kleine aanpassing 480 watt aan stroom kunnen verbruiken. Niet ongekend veel voor een high-end videokaart, maar wel fors. Rappe varianten van de RTX 2080 Ti zaten ook al snel tegen de 350 watt, terwijl hun prestaties niet eens in de buurt kwamen van een standaard RTX 3090. Nvidia heeft dus zeker een grote slag geslagen op het vlak van efficiëntie, maar je hebt nog altijd een stevige voeding nodig.

Zoek je een nieuwe voeding, dan is voor een RTX 3080 een topklasse voeding van 650 watt of hoger aan te raden. Voor een RTX 3090 heb je al snel een 750watt-voeding nodig. Ons gemiddeld systeemverbruik tijdens het gamen ligt rond de 420 watt met een RTX 3080 en circa 500 watt met een RTX 3090. Met een rappe versie of een beetje overklokken stijgt dat verbruik sterk, waardoor een goede voeding echt een must is.

Koop je de Founders Edition van Nvidia, dan zul je daar een nieuwe 12pins-voedingaansluiting op aantreffen. De meeste voedingen beschikken niet over deze aansluiting. Daarom levert Nvidia een adapter mee, waardoor je er gewoon twee 8pins-stekkers op kwijt kunt. In de toekomst verwachten we dat meer voedingen deze nieuwe aansluiting direct zullen integreren. Koop je een videokaart van bijvoorbeeld ASUS, Gigabyte, MSI of Palit, dan gebruiken die de reeds aanwezige kabels op bestaande voedingen.

©PXimport

Nieuwe mogelijkheden

Met een nieuwe generatie videokaarten volgen ook wat nieuwe mogelijkheden. Zo brengt Nvidia Reflex uit, een combinatie van verschillende technieken om de latency van je game te verlagen. Dat wil dus zeggen dat elk beeld daadwerkelijk sneller op je scherm verschijnt. Of het echt werkt, kunnen we nu nog niet zeggen: het zal meer tijd kosten om dit te testen.

Broadcast is een techniek waar je wel direct gebruik van kunt maken. Met deze tool is het mogelijk om achtergrondgeluiden uit je microfoon weg te filteren. Dit werkt uitstekend en is handig als je in jouw communicatie te maken hebt met vervelend achtergrondgeluid. Of je nu een game streamt of simpelweg in een zakelijke Zoom-meeting zit, met Broadcast kun je dit filter eenvoudig toepassen. Dezelfde tool brengt ook extra mogelijkheden naar je webcam. Zo kan hij de achtergrond verwijderen alsof je een green screen hebt, of je kunt de achtergrond simpelweg iets verzachten voor een rustiger of minder rommelig beeld.

Eenheidsworst

Elke nieuwe videokaartlancering werkt al jaren ongeveer hetzelfde. Nvidia ontwerpt de chip, en vervolgens krijgen hun bekende partners zoals ASUS, Gigabyte en MSI de ruimte om er zelf een eindproduct van te maken. Dat doen ze vaak door zaken zoals de PCB, koeler en software zelf te ontwikkelen. Zo hebben ze enige zeggenschap over de uiteindelijke prestaties, hoe warm de kaart wordt, hoeveel geluid hij maakt, extra mogelijkheden zoals dubbele biossen, de aansluitingen en het verbruik. Uiteraard met enige overlap tussen die punten: zo zijn de snellere varianten meestal wat minder zuinig en wat luider.

Toch is er een duidelijke verschuiving aan de gang in de wereld van videokaarten, vermoedelijk omdat Nvidia van bescheiden chipbakker is uitgegroeid tot een van de grootste bedrijven op het gebied van AI. Nvidia maakt inmiddels zelf ook complete videokaarten die écht goed concurreren. Ook heeft het bedrijf zelf veel meer controle over de prestaties van iedere kaart. Nvidia’s ingebouwde boost haalt inmiddels eigenlijk bijna het maximale uit elke kaart, ongeacht wat de eindfabrikant doet.

Jaren geleden zag je nog gigantische verschillen in gameprestaties tussen diverse kaarten met dezelfde gpu. Uitschieters van 10, 20 of zelfs meer procent waren geen uitzondering. Inmiddels zijn de prestatieverschillen tussen de verschillende kaarten met dezelfde chip bijna niet meer merkbaar.

Waar letten we op?

Vanwege die kleine prestatieverschillen verschuift onze focus bij het testen vooral naar secundaire zaken, zoals de efficiëntie van de koeler en relevante extra’s die impact hebben op jouw gebruik. We waarderen dus uitvoeringen die koeler en/of stiller zijn, maar ook modellen die iets unieks brengen met hun uitstraling. In de wetenschap dat de prestaties nauwelijks verschillen en dat computers met glazen zijpanelen en flashy rgb-verlichting populair zijn, is er helemaal niets mis mee om jouw keuze te baseren op de uitstraling of rgb-mogelijkheden.

Praktisch elke fabrikant past overigens exact dezelfde koeler toe op de RTX 3080 en RTX 3090, wat tot dezelfde conclusies leidt. Daarom combineren we die in één bespreking.

Tekorten en hoge prijzen

Al kort na de lancering bleek de beschikbaarheid van deze videokaarten een groot probleem. Mogelijk had Nvidia de populariteit zwaar onderschat of kampt het bedrijf gewoon met structurele productieproblemen. Hoe dan ook: veel gamers willen deze kaarten wel, maar kunnen hem nergens kopen. Daardoor kunnen we de prijzen van elk van deze varianten niet goed meewegen, die variëren sterk van dag tot dag. De straatprijzen zijn in ieder geval een flink stuk hoger dan de door Nvidia genoemde 719 en 1.549 euro voor respectievelijk de RTX 3080 en RTX 3090.

ASUS

Van ASUS hebben we twee modellen, de ietwat meer bescheiden TUF Gaming-variant en het ROG Strix-topmodel. De ROG Strix-uitvoering doet alles wat liefhebbers van een high-end kaart mogen verwachten: een goede standaard fabrieksoverklok, lage temperaturen, weinig geluid, fijne extra’s zoals een dubbel bios en een design om je vingers bij af te likken. Uiteraard met een flinke dosis rgb-verlichting die je kunt synchroniseren met je ASUS-moederbord. Zowel de fysieke bouw als de afwerking is zoals gebruikelijk top. Dat maakt de ROG Strix-versie van elke videokaart eigenlijk een van de meest begeerlijke.

De keerzijde van ROG Strix-producten is vrijwel altijd de prijs. En hoewel de huidige tekorten ervoor zorgen dat de exacte meerprijs lastig is vast te stellen, is een stevige meerprijs eigenlijk wel een gegeven. Toch kan zo’n meerprijs de moeite waard zijn als er geen concessies zijn gedaan in het ontwerp.

Waar ASUS soms wel erg hard bezuinigt op zijn goedkopere varianten, is daar ditmaal bij de TUF Gaming-uitvoering geen sprake van. Die mist weliswaar iets van de flair en de rgb-verlichting van zijn duurdere broer, maar dat is ook het enige. Met zijn aluminium ontwerp is hij fysiek alsnog indrukwekkend. Bovendien is hij (nipt) de meest efficiënte RTX 3080 die we hebben getest. En ook de extra mogelijkheden zoals het dubbele bios (één iets sneller, één iets stiller) van de ROG Strix zitten er gewoon op.

©PXimport

ASUS ROG Strix

Getest
GeForce RTX 3090
Website
www.asus.com10Score100

  • Pluspunten

  • Fysiek het meest imposant

  • Koel én stil

  • Goede extra’s

  • Minpunten

  • Forse prijs

©PXimport

ASUS TUF Gaming

Getest
GeForce RTX 3080
Website
www.asus.com9Score90

  • Pluspunten

  • Keurige bouw en uitstraling

  • Koel én stil

  • Goede extra’s

  • Minpunten

  • Mist wat rgb-flair

MSI

Van MSI hebben we ook twee modellen, de opvallende Gaming X Trio en de meer bescheiden Ventus 3X. De Gaming X Trio-uitvoering is praktisch gezien erg sterk: prima fabrieksoverklok, een indrukwekkende uitstraling met flink wat rgb-verlichting, plus de stilste koeling van alle kaarten. Dat verschil is zeker hoorbaar. Dit levert iets hogere temperaturen op dan bij de concurrentie, maar nooit té hoog.

MSI probeert de prijs iets aantrekkelijker te houden dan sommige concurrenten door wat mogelijkheden te schrappen. Zo komt deze kaart zonder dubbel bios of extra hdmi-aansluiting. MSI richt zich dus vooral op liefhebbers van stilte en rgb-verlichting, die verder niet meer nodig denken te hebben.

De Ventus 3X is de no nonsense-uitvoering van MSI. Deze variant zou tot de allergoedkoopste op de markt moeten behoren. Fancy extra’s zoals rgb-verlichting, extra aansluitingen of een tweede bios ontbreken dan ook. Wel krijg je een chique koeler met drie fans, die prima temperaturen noteert. Een uitstekende optie als je op zoek bent naar een goede RTX 3080 of RTX 3090 zonder fratsen.

©PXimport

MSI Gaming X Trio

Getest
GeForce RTX 3080 en RTX 3090
Website
www.msi.com9Score90

  • Pluspunten

  • Zeer stil

  • Luxe uitstraling met veel rgb

  • Minpunten

  • Weinig extra’s

MSI Ventus Trio

Getest
GeForce RTX 3080
Website
www.msi.com8Score80

  • Pluspunten

  • Keurige bouw en uitstraling

  • Prima en stille koeling

  • Scherpe prijs

  • Minpunten

  • Weinig extra’s

Gigabyte

Gigabytes mid-range-uitvoering is al enkele jaren de Gaming OC, met doorgaans een goede balans tussen efficiëntie, looks en prijs. En ook bij deze generatie is die balans weer prima in orde. Hij heeft niet de meest efficiënte koeler, maar de achterstand op de beste opties is zeer beperkt. Bovendien ziet hij er met een beetje rgb-verlichting leuk uit, en komt hij met wat fijne extra’s zoals het tweede bios en een hdmi2.1-poort.

Tel daar een normaliter scherpe prijs bij op en je hebt een interessante middenklasser die je af doet vragen waarom je meer zou moeten betalen voor je videokaart. Gezien de geringe verschillen is het sterkste aspect van deze kaart de extra garantie, vier jaar in plaats van de gebruikelijke drie. Wat ons betreft een goed argument wanneer je twijfelt tussen de vele goede opties.

©PXimport

Gigabyte Gaming OC

Getest
GeForce RTX 3080 en RTX 3090
Website
www.gigabyte.com9Score90

  • Pluspunten

  • Goede balans prestaties en prijs

  • Prima efficiëntie

  • Extra lange garantie

  • Minpunten

  • Blinkt nergens echt in uit

Palit

De Palit Game Rock is een beetje een vreemde eend in de bijt. Deze normaliter vooral op Azië gerichte fabrikant kwam met de meest opvallende RTX-kaart aanzetten die we ooit hebben gezien. De hele voorkant is voorzien van een juweelachtige structuur (gewoon plastic overigens) die volledig oplicht met rgb-verlichting. In theorie kunnen die lichtjes uit, maar deze unieke uitstraling is zo dominant dat de doelgroep van Palit – iedereen die overtuigd is dat meer verlichting beter is – er bovenop is gesprongen.

De Game Rock is overigens niet louter looks, want hij is standaard zeer agressief afgesteld, met een wat hoger verbruik en hogere kloksnelheden tot gevolg. Daarmee is hij net wat sneller, maar ook weer net wat warmer en luider. De koeler presteert opvallend goed, maar er zijn efficiëntere kaarten. Extra’s zoals een dubbel bios ontbreken overigens niet. Een aardig complete kaart dus, zeker voor liefhebbers van die opvallende looks.

©PXimport

Palit Game Rock

Getest
GeForce RTX 3090
Website
www.palit.com8Score80

  • Pluspunten

  • Unieke uitstraling

  • Zeer rap afgesteld

  • Prima extra’s

  • Minpunten

  • Uitstraling iets té uniek?

  • Net wat luider

Nvidia GeForce RTX 3080 Founders Edition

Nvidia’s Founders Edition (FE) is de enige uitvoering waarbij de koeler verschilt tussen de RTX 3080 en RTX 3090. De RTX 3090 is veel groter, maar die hebben we helaas niet kunnen testen. En dus richten we ons op de RTX 3080 FE.

Het ontwerp van Nvidia is opvallend. Met zijn volledig metalen design maakt de kaart echt indruk, ondanks de kleinere maatvoering die praktisch gezien ook weer voordelen heeft. Ook de koeler is opvallend. Die blaast aan de rechterkant warme lucht door de kaart heen naar boven. Dat werkt prima in een typische atx-computerkast, maar let op met compacte itx-behuizingen: daar gaat dat soms niet goed.

Een FE was in een ver verleden niet bijster interessant, maar is inmiddels gewoon een degelijke uitvoering die niet langzamer is dan de “OC” of “overclocked” versies van zogeheten boardpartners. Die grotere varianten zoals hierboven zijn weliswaar efficiënter, maar als het design van Nvidia je aanspreekt is hier niets mis mee, zeker als je bedenkt dat deze kaart voor een instapprijs wordt verkocht.

©PXimport

Nvidia Founders Edition

Getest
GeForce RTX 3080
Website
www.nvidia.nl7Score70

  • Pluspunten

  • Indrukwekkende metalen bouw

  • Goede prestatie

  • Gunstige prijs

  • Minpunten

  • Partnerkaarten zijn efficiënter

Conclusie

Met een lagere prijs en grote prestatieverbetering ten opzichte van de RTX 2080 Ti is de RTX 3080 direct aantrekkelijk voor iedereen die op zoek is naar de ultieme prestaties. Het is voor de meeste gamers simpelweg de beste videokaart op de markt en vooralsnog verwachten we dat daar niet veel verandering in gaat komen. Alleen de RTX 3090 is nog iets sneller, maar met een meer dan dubbel zo hoge prijs is die echt alleen voor de allerrijksten weggelegd. Wij vinden de geringe prestatiewinst niet voldoende om hem aan gamers aan te bevelen.

Dankzij Nvidia’s slimme boostalgoritmes is het verschil in daadwerkelijke prestaties tussen de verschillende fabrikanten minimaal. We komen dan ook tot de conclusie dat de negen kaarten die wij hebben getest, stuk voor stuk voorzien van forse koelers, geen van allen een miskoop zijn. Technisch gezien is de ROG Strix de meest complete variant en daarmee nipt testwinnaar. De opvallend lage geluidsproductie van de MSI Gaming X Trio is ook aantrekkelijk voor liefhebbers van ultieme stilte en levert de kaart het keurmerk redactietip op. Hetzelfde keurmerk kennen we toe aan de Gigabyte Gaming OC, een van de normaliter meer betaalbare opties met een aantrekkelijke extra garantie. Wanneer de inhoudelijke verschillen klein zijn, is een extra lange garantie een sterk argument.

Maar mochten de tekorten aanhouden en zie je een van de geteste kaarten in de schappen, dan kun je je er sowieso geen buil aan vallen. De verschillen tussen de beste en de iets mindere kaarten zijn echt minimaal. Mocht je willen overklokken, kijk dan wel of de kaart een extra bios biedt. Vind je de prijs van deze kaarten nog iets te hoog? Tegen de tijd dat je dit leest, is de goedkopere GeForce RTX 3070 ook op de markt en wellicht geldt hetzelfde voor de RTX 3060(Ti). Ook die kaarten zullen hun voorgangers vermoedelijk met een ruime marge achter zich laten.

©PXimport

Conclusie

▼ Volgende artikel
Van prompt naar programma: leer programmeren met AI
© monsitj - stock.adobe.com
Huis

Van prompt naar programma: leer programmeren met AI

Niet alleen het saaie en repetitieve werk wordt vervangen door AI. Je bent óók als kenniswerker niet meer zeker van een baan. Software wordt al grotendeels door AI geschreven. Gelukkig kun je daar als hobbyprogrammeur ook enorm van profiteren. Het brengt naast tijdwinst ook veel gemak. We helpen je op weg met drie praktische tools: ChatGPT, Aider en de Windsurf Editor. We maken enkele eenvoudige voorbeelden, zodat je een helder beeld hebt van je potentiële workflow.

In dit artikel laten we zien hoe je met hulp van AI razendsnel leert programmeren en zelfs complete programma’s bouwt:

  • Gebruik ChatGPT als programmeerpartner en laat het een volledig werkend spelletje bouwen met HTML, CSS en JavaScript
  • Installeer Aider en gebruik het in combinatie met Git om projecten via de terminal te ontwikkelen
  • Ontdek Windsurf Editor als grafisch alternatief met AI-assistent Cascade

Lees ook: Leren programmeren? Met deze tools is coderen geen geheimcode meer

Grote taalmodellen zijn al zo goed dat je comfortabel complete programma’s door AI kunt laten maken, zelfs zonder enige programmeerkennis. Afhankelijk van de tools die je gebruikt, voelt dat toch alsof je samen aan code werkt, ook wel pair-programmeren genoemd. Je houdt dus enige controle en kunt er, als je oplet, veel van leren. Ook al wordt het harde werk door AI gedaan.

Een bijkomend voordeel is dat je heel gericht aanpassingen kunt laten doen of vragen kunt stellen over de code, zonder dat je de documentatie of websites als Stack Overflow hoeft door te spitten. Het is geen verrassing dat laatstgenoemde website met fors dalende bezoekersaantallen te maken heeft. Ook andere taken, zoals het schrijven van de documentatie, zijn snel geregeld.

In dit artikel gaan we een eenvoudig programma maken met AI, zodat je een goed beeld hebt van de workflow. We gebruiken drie verschillende tools. We starten met het vertrouwde ChatGPT, al kun je ook bijvoorbeeld voor Claude of Gemini kiezen. Daarna gaan we met Aider in combinatie met Git aan de slag. Daarmee werk je ‘samen’ aan programmacode via de opdrachtprompt, in ons voorbeeld binnen het vertrouwde Visual Studio Code. Tot slot gaan we met de Windsurf Editor aan de slag, een completere grafische ontwikkelomgeving met geïntegreerde AI-features, die je van begin tot eind ondersteunt bij het maken van je programma. 

Basisbeginselen van het programmeren

Het is handig als je de basisbeginselen van een programmeertaal kent. Ook daar kan AI van nut zijn. Je kunt veel leren van de voorbeelden die worden gegenereerd. Je kunt elk detail uit laten leggen, of om meer voorbeelden vragen. Dat is heel effectief!

Ook om de basisbeginselen te leren is AI nuttig. Pas bijvoorbeeld de Pareto-methode toe. Die methode stelt dat 80 procent van de resultaten voortkomt uit 20 procent van de inspanningen. Vraag de chatbot om een plan te maken dat deze regel toepast op het leren programmeren van bijvoorbeeld Python, door te focussen op 20 procent van de concepten, tools en technieken die 80 procent van de praktische toepassingen en problemen oplossen voor een beginnende programmeur. Vraag om een gestructureerd plan dat in korte tijd resultaat oplevert, inclusief voorbeelden en kleine projecten om vaardigheden direct toe te passen.

Vraag aan ChatGPT om een leerplan op te stellen om je te helpen bij het programmeren.

ChatGPT

Chatbot

Grote taalmodellen (LLM’s) vormen de basis voor chatbots als OpenAI’s ChatGPT en Anthropics Claude, maar óók voor de tools die we hierna behandelen. Feitelijk benaderen we de chatbots in dit eerste deel van het artikel rechtstreeks, via een browser of app. De andere tools gebruiken de API van deze bedrijven. Raadpleeg eventueel voor het starten met ChatGPT deze basiscursus.

De nieuwere modellen (we gebruiken overwegend ChatGPT 4o en Claude 3.5 Sonnet) laten heel goede resultaten zien voor programmeertaken. Ze helpen uiteraard niet alleen om programmacode te schrijven maar kunnen code ook uitleggen, fouten oplossen en de documentatie schrijven. Ook kun je uitstekend brainstormen over een project of ideeën. Het is daarom, óók als je andere tools voor programmeren gebruikt, enorm praktisch om erbij te hebben! Toegang tot ChatGPT is gratis met beperkingen. Een abonnement is minder gelimiteerd en geeft vaak toegang tot nieuwere modellen (zoals o1 of o3-mini). Zo’n abonnement is niet bruikbaar voor de andere tools, die gebruiken namelijk de API waarvoor je aparte credits moet aanschaffen.

Een chatbot biedt goede ondersteuning bij al je programmeervragen.

Eerste stappen

We beginnen met een eenvoudig voorbeeld en vragen aan ChatGPT om een spelletje boter-kaas-en-eieren te maken, ook wel bekend als tic-tac-toe. Hoewel het Engels soms betere resultaten kan geven, werken we voor dit artikel volledig in het Nederlands. We starten met deze prompt: “Maak een volledig functionele boter-kaas-en-eieren voor in een browser. Maak de HTML-structuur, voeg CSS-stijlen toe en implementeer de JavaScript-logica. Maak een scheiding tussen HTML, CSS en JavaScript. Zorg dat het programma responsief is zodat het bij elke schermgrootte werkt.”

ChatGPT genereert de gevraagde code. Je kunt individueel de HTML, CSS en JavaScript kopiëren. Om het te proberen, kun je alles plakken op websites als www.jsfiddle.net en www.codepen.io. Voor dit voorbeeld hebben we bij JSFiddle een projectpagina aangemaakt. We gaan dit voorbeeld in de volgende stappen verder verbeteren, steeds met links naar de verbeterde versie.

De eerste versies van het spel boter-kaas-en-eieren.

Geluiden toevoegen

We vragen ChatGPT om het programma aan te passen, zodat er een geluid wordt afgespeeld bij elke zet. ChatGPT voegt daarop een audio-element toe aan de HTML-code. Het past ook het script aan om dit aan te roepen bij elke zet. Je moet nog wel zelf het mp3-bestand plaatsen in de uiteindelijke programmamap of een volledige link naar het mp3-bestand invullen in de HTML-code:

<audio id="move-sound" src="muisklik.mp3"></audio>

Er zijn overigens veel websites waar je leuke geluidseffecten kunt vinden die je vrij kunt gebruiken, waaronder Pixabay. Op deze pagina zie je onze aangepaste versie.

De aangepaste HTML-code bevat een verwijzing naar een mp3-bestand.

Computertegenstander

We vragen ChatGPT vervolgens om een slimme computertegenstander toe te voegen, waarbij aan het begin van het spel wordt gekozen wie er mag beginnen. Via deze webpagina kun je deze versie zien. De computertegenstander blijkt in eerste instantie overigens helemaal niet zo slim, waardoor je makkelijk je potjes wint. Maar dat is snel opgelost. Na ons verzoek om de computertegenstander slimmer te maken, controleert het programma voortaan eerst op mogelijke winnende zetten en blokkeert het de tegenstander indien nodig. Als er geen direct winnende of blokkerende zetten zijn, kiest het een willekeurige lege cel. Deze slimmere versie kun je hier bekijken.

Het aangepaste script op een canvas in ChatGPT.

Uiterlijk verfraaien

Als laatste hebben we gevraagd het uiterlijk wat mooier te maken. Hierbij wordt voornamelijk de CSS-code aangepast om de visuele stijl van het spel te verbeteren. Het resultaat is geslaagd: ChatGPT geeft de achtergrond een mooi kleurverloop. Ook zijn de stijlen van de knoppen en speelvelden aangepast. Het levert een veel moderner en aantrekkelijker uiterlijk op.

Je kunt ChatGPT uiteraard steeds vragen om het script of een deel daarvan uit te leggen. Ben je het overzicht over de wijzigingen kwijt, dan kun je uiteraard ook vragen om de laatste HTML-code in te zien, of de laatste versie van het script. Eventueel op een canvas. Toch misten wij in ChatGPT soms wat overzicht en is het bovendien lastig om een stapje terug te doen als een aanpassing niet het gewenste resultaat oplevert. Dit zijn zaken die we in het volgende deel gaan aanpakken met Aider.

De gemoderniseerde versie van boter-kaas-en-eieren.

Contextvenster bij een taalmodel

Bij het werken met een groot taalmodel ofwel een Large Language Model (LLM) zijn er enkele technische beperkingen. Een daarvan is het contextvenster. Dat kun je zien als de hoeveelheid tekst die het model kan onthouden, gemeten in tokens. Een token is een deel van een woord en kan ook spaties en leestekens bevatten. Gemiddeld is een token ongeveer 3 tot 4 tekens groot.

Eerdere versies van ChatGPT hadden een relatief klein contextvenster van 4096 tokens. Het kan dan niet altijd alle details onthouden van de gebruikte teksten. Tegenwoordig is het contextvenster veel groter, en onthouden de modellen gemakkelijk 128.000 tokens of meer. Dat is ongeveer een heel boek! Dat is niet alleen nuttig bij het werken met hele lange teksten of artikelen, maar ook bij programmeerwerk, waar je vaak met grote bibliotheken te maken hebt.

Aider

Opdrachtprompt

Voor grotere programmeerprojecten is het werken met een chatbot al snel vervelend en verwarrend. Veel praktischer is een tool die met jouw eigen projectbestanden werkt en zelf of samen de gewenste aanpassingen maakt. Als je geen moeite hebt met het werken met een opdrachtprompt, is Aider een uitstekende optie. Die tool helpt met het schrijven en aanpassen van code.

Aider is opensource en werkt met heel veel LLM’s samen. Hier gebruiken we de API voor Claude 3.5 Sonnet, maar je kunt ook de API van OpenAI gebruiken of een LLM die je zelf lokaal draait of elders, zoals via OpenRouter. De integratie met Git is enorm praktisch. Voor elke aangebrachte wijziging voert het een ‘commit’ uit, voorzien van een duidelijke omschrijving, zodat je achteraf een goed overzicht met alle veranderingen hebt en ook stapjes terug kunt doen. Niet alle alternatieven bieden dit en dat is vooral een gemis als er iets fout gaat en je geen idee meer hebt hoe je dat moet oplossen.

Aider werkt samen met alle gangbare LLM’s.

Voorbereiding

We willen weer laten zien hoe je het spelletje boter-kaas-en-eieren met Aider zou kunnen maken. We gebruiken het voor velen vertrouwde programma Visual Studio Code onder Windows en installeren Aider via een opdrachtprompt binnen die ontwikkelomgeving. Binnen de editor kun je uiteraard alle gegenereerde bestanden bekijken en handmatig aanpassen. Voor de installatie van Aider heb je Python nodig. Zet tijdens de installatie van Python een vinkje bij Add python.exe to PATH, zodat je Python vanuit elke map kunt aanroepen.

Installeer ook Visual Studio Code als je dat nog niet eerder hebt gedaan. Visual Studio Code biedt een mogelijkheid om Copilot als assistent te gebruiken, maar dat slaan we hier over.

Installeer ook Git, zodat versiebeheer mogelijk is. Kies tijdens de installatie van Git voor het gebruik van Visual Studio Code als standaardeditor. Verder kun je alle standaardinstellingen accepteren. Als je Python, Visual Studio Code en Git hebt geïnstalleerd, kun je door met de installatie van Aider.

Installeer Python onder Windows voordat je met Aider aan de slag gaat.

Installatie Aider

We kunnen nu Aider installeren. Open daarvoor Visual Studio Code en kies in het menu de optie Terminal / New Terminal. Verander de terminal, via de optie rechtsboven in het venster, naar Git Bash. Installeer daarna Aider met de volgende twee opdrachten:

python -m pip install aider-install
aider-install

Sluit de terminalvenster via het kruisje rechtsboven. Open dan een nieuwe terminal en wissel weer naar Git Bash. Als je Aider niet kunt aanroepen met aider zul je het PATH moeten uitbreiden met de aangegeven opdracht, zoals in het voorbeeld hieronder:

export PATH="C:\\Users\\gertj\\.local\\bin:$PATH"

Zorg dat je in dit voorbeeld voor Claude 3.5 Sonnet een API-sleutel hebt en voldoende credits om mee te beginnen (zie het kader ‘API-sleutel maken voor Claude’). Exporteer deze API-sleutel zodat Aider deze direct kan gebruiken:

export ANTHROPIC_API_KEY=sk-ant…

Maak nu een nieuwe map voor je toepassing, blader naar die map en maak een Git-repository:

mkdir tictactoe
cd tictactoe
git init .

Je kunt nu beginnen met programmeren, met de ondersteuning van Aider!

We installeren Aider om het binnen Visual Studio Code te gebruiken.

API-sleutel maken voor Claude

Bij Aider werken we zoals aangegeven met Claude 3.5 Sonnet, een populaire optie onder programmeurs. Voor toegang is een API-sleutel nodig. Ga daarvoor naar de console van Anthropic. Vul je e-mailadres in. Via e-mail ontvang je een beveiligde link waarmee je kunt inloggen. Ga dan naar Settings / API keys en klik op Create Key. Vul een naam in, bijvoorbeeld Aider, en klik op Add. Noteer de API-sleutel, deze is later niet meer zichtbaar!

Je hebt ook wat credits nodig. Ga daarvoor naar Billing en voeg credits toe met een creditcard via de optie Add Funds. Begin met een klein bedrag, zoals 10 dollar. Heb je over? Je kunt het altijd nog opmaken door een chatbot als Jan met de API te verbinden.

Via de console van Anthropic kun je een API-sleutel maken.

Programma maken

We gaan ons eerste programma maken. Zorg dat je een terminalvenster hebt geopend en bent gewisseld naar Git Bash. De assistent start je dan met de volgende opdracht:

aider --sonnet

Er wordt de eerste keer gevraagd om .aider* en .env toe te voegen aan .gitignore. Dat raden we aan! Hiermee voorkom je dat deze bestanden, vaak met wachtwoorden en dergelijke, per ongeluk in je Git-repository worden opgenomen en daardoor in potentie online komen, als je de repository via GitHub beschikbaar maakt.

Via de prompt kun je nu je opdrachten afvuren. We vragen zoals eerder om een volledig functionele en responsieve boter-kaas-en-eieren voor in een browser met de vereiste HTML-structuur, CSS-stijlen en JavaScript-logica in aparte bestanden.

Aider gaat direct aan de slag en laat heel overzichtelijk alle aanpassingen zien, met een beschrijving van de uiteindelijke functionaliteit. Het vraagt netjes of het de nieuwe bestanden mag maken (index.html, styles.css en script.js) en daarna of het deze mag openen in een browser. Het spel is in deze eerste versie volledig responsief met een duidelijke gebruikersinterface, houdt de speelstatus bij, detecteert wanneer iemand wint of als het een gelijkspel is, heeft een knop om het spel opnieuw te starten en is helemaal in het Nederlands. Een goed begin!

Aider heeft het programma voor ons uitgewerkt.

Aanpassingen maken

We vragen opnieuw in natuurlijke taal om wijzigingen te maken. De workflow is erg prettig. Aider geeft eerst aan welke bestanden waarschijnlijk moeten worden gewijzigd. Voor het geluid stelt het bijvoorbeeld wijzigingen in index.html en script.js voor. Dan vraagt Aider of het deze bestanden mag toevoegen aan de chat.

Als de radartjes zijn uitgedraaid, na interactie met Claude, geeft Aider heel nauwkeurig aan welke regels in welke bestanden moeten worden gewijzigd. Ook geeft Aider aan dat je een mp3-bestand genaamd move.mp3 in dezelfde map moet plaatsen.

We vragen Aider daarna ook om een slimme computertegenstander toe te voegen. Die is meteen heel slim en probeert direct te winnen als dat kan, blokkeert winnende zetten van de tegenstander, probeert het centrum te veroveren en kiest anders voor hoeken of willekeurige zetten.

Tot slot vragen we Aider om het programma te verfraaien met een moderner uiterlijk. Dat levert een flinke metamorfose op. Bekijk hier het resultaat.

Via een comfortabel proces maakt het alle gewenste aanpassingen.

Kosten voor werken met Aider

We hebben tijdens het werken met Aider continu de credits in de gaten gehouden. We controleerden dit via de console bij Anthropic, maar Aider zelf toont ook bij elke actie welke kosten het heeft gemaakt. Voor de meeste aanpassingen gaat het om zo’n 5 tot 11 dollarcent. In totaal heeft het programma ongeveer 0,23 dollar (circa 0,22 euro) gekost. Het hangt er voornamelijk vanaf hoeveel tokens er nodig zijn, wat weer samenhangt met de omvang van de bestanden die aan de chat worden toegevoegd.

Integratie met Git

De standaard integratie met Git biedt veel voordelen. Als Aider aanpassingen maakt aan een bepaald bestand zal het in Git een heldere beschrijving toevoegen aan de zogeheten commit. In Visual Studio Code kun je deze historische aanpassingen eenvoudig terugzien. Klik daarvoor op een bestand en open in de balk aan de linkerkant Timeline. Zorg dat de filterinstelling is ingesteld op Git History.

Nu zie je de commit-geschiedenis van het geselecteerde bestand. Door op een specifieke commit te klikken, kun je de aangebrachte wijzigingen bekijken. Binnen Aider zijn er ook nog wat trucjes. Zo kun je met /diff zien wat de laatste veranderingen zijn. Met /undo kun je die eenvoudig ongedaan maken.

We hebben de repository op GitHub gezet. Ook hier kun je alle veranderingen bekijken. Open daarvoor een bestand, zoals script.js, en ga dan rechtsboven naar History. Hier zie je de verschillende wijzigingen. Als je op een van de aanpassingen klikt, zie je netjes welke veranderingen in de code zijn gemaakt.

Je kunt handig zien welke historische wijzigingen zijn aangebracht in bestanden.

Git en GitHub

Aider gebruikt een git-repository. Sommige mensen verwarren dit met GitHub. Je kunt met Git prima alleen een lokale repository maken, op het systeem waarop je met Aider werkt. Optioneel kun je deze repository met GitHub verbinden, zodat je in feite een kopie in de cloud hebt. Dat is voor jezelf wel heel praktisch, omdat je veel makkelijker de wijzigingen kunt bijhouden en bestuderen. En je kunt ook met anderen samenwerken aan code.

Ook interessant om te lezen: GitHub Codespaces: altijd de juiste tools bij de hand

We hebben de repository gedeeld met GitHub, zodat je alle veranderingen kunt inzien.

Windsurf Editor

 Complete ontwikkelomgeving

Zoek je een completere ontwikkelomgeving met geïntegreerde AI, dan zijn Cursor AI en Windsurf Editor twee populaire opties. Cursor AI is een gevestigde speler, maar krijgt steeds meer concurrentie van het nieuwere Windsurf Editor. Beide ontwikkelteams blijven verbeteringen doorvoeren om niet voor elkaar onder te doen.

Beide programma’s zijn bovendien klonen van Visual Studio Code, de bekende editor van Microsoft die we ook voor Aider hebben gebruikt. Daarom lijken ze in veel opzichten op elkaar. Het kan handig zijn om verschillende thema’s te gebruiken als je ze naast elkaar gebruikt, zodat je ze uit elkaar kunt houden.

Windsurf Editor werkt met een ingebouwde assistent genaamd Cascade.

Cascade

We hebben ook in Windsurf geprobeerd om het spelletje boter-kaas-en-eieren uit dit artikel te maken. De assistent in Windsurf Editor heet Cascade; via het Cascade-deelvenster kun je hem direct aan het werk zetten. Een leuk detail is dat niet alleen code wordt gegenereerd, maar dat er ook veel aanvullende acties voor je worden uitgevoerd, zoals het aanmaken van een map voor je project en voor de geluiden, en het maken van een mp3-bestand.

Bij elke stap kun je zien welke bestanden worden aangepast en de voorgestelde wijzigingen controleren en bevestigen. Je hoeft niet, zoals bij Aider, zelf een API-sleutel te regelen voor toegang. Je gebruikt steeds het model van Cascade en de administratieve kant wordt via je account geregeld, op basis van credits (zie volgende paragraaf). Zo’n diepere integratie is heel praktisch. Toch heeft de workflow veel overeenkomsten met Aider.

Via een deelvenster kun je een conversatie met Cascade voeren.

Werken met credits

Windsurf werkt met credits voor verschillende taken. Zo worden User Prompt-credits voor elke interactie met de assistent gebruikt en Flow Action-credits voor alle acties die worden uitgevoerd. Als je de limiet bereikt voor het premiummodel, wordt overgeschakeld naar het basismodel. De proefperiode van 14 dagen geeft je ruim voldoende credits om het voorbeeldprogramma uit dit artikel te maken. Sterker nog, je hebt ongeveer vijftien keer meer credits dan nodig, dus je kunt ook grotere en complexere programma’s proberen te maken.

Buiten die proefperiode is, om het premiummodel te gebruiken, een upgrade naar de Pro-versie bijna onvermijdelijk (ca. 18 euro per maand). Je hebt dan wel elke maand een ruime hoeveelheid credits en kunt vrij voordelig credits bijkopen.

Windsurf Editor werkt met een systeem van credits.

Beste optie voor hobbyprogrammeur?

Over het algemeen werkt het programmeren met een chatbot zoals ChatGPT goed. Voor losse functies of snippets werkt het zelfs uitstekend. Maar het is lastig om het overzicht te behouden over de gegenereerde code en eventuele aanpassingen, zeker als het om wijzigingen in meerdere bestanden gaat.

Aider en Windsurf Editor hebben een fijnere workflow, omdat ze de lokale bestanden direct voor je wijzigen, eventueel meerdere tegelijkertijd. Wat kosten betreft is Aider waarschijnlijk interessanter voor de hobbyprogrammeur die af en toe een project oppakt. Je kunt ad-hoc wat credits bijkopen of eens een ander model proberen, lokaal of via bijvoorbeeld OpenRouter. Het opensource DeepSeek R1 bijvoorbeeld. Je kunt bovendien elke ontwikkelomgeving kiezen, terwijl Windsurf Editor volledig op Visual Studio leunt. De integratie met Git ook een praktisch voordeel van Aider.

▼ Volgende artikel
Zo deel je je keuken handig en logisch in
© Andy Dean Photography
Huis

Zo deel je je keuken handig en logisch in

Of je nu graag uitgebreid kookt of elke avond snel klaar wilt zijn: een slimme keukenindeling maakt het verschil. Alles moet logisch op zijn plek staan, zodat je moeiteloos overal bij kunt en na afloop ook weinig tijd kwijt bent aan opruimen.

Je keuken slim indelen? Wij hebben tips voor:
  • Vaatwasser, gootsteen en vuilnisbak
  • Werkblad en kookplaat
  • Koelkast
  • Neem de keuken-driehoek als uitgangspunt
  • Kies de optimale werkhoogte
  • Opbergruimte

Lees ook: Fornuis op maat: kies het aantal pitten dat bij je past

Vaatwasser, gootsteen en vuilnisbak

Heb je plannen voor een nieuwe keuken? Denk dan nu al na over welke slimme keuzes je kunt maken met de indeling. Plaats bijvoorbeeld de vaatwasser, de spoelbak en de afvalemmer dicht bij elkaar. Je hoeft dan nooit ver te lopen met vieze borden en je kunt ze makkelijk leegschrapen, eventueel afspoelen en direct inruimen. Staat de afvalbak in een kastje direct naast de vaatwasser? Let er dan op dat je het deurtje nog goed kunt openen als de deur van de vaatwasser omlaag staat. Dat werkt makkelijker bij het inruimen. Plaats verder de vaatwasser niet direct tegen een zijmuur. Tijdens het inruimen loop je dan sneller kans op spetters tegen de muur.

Werkblad en kookplaat

Het werkblad is meer dan alleen een plek om iets op te zetten. Je gebruikt het om te snijden, te mixen, spullen neer te leggen en borden op te scheppen. Zorg daarom dat je voldoende vrije werkruimte overhoudt – dus niet alles volbouwen met apparatuur. Plaats de spoelbak of kookplaat liever niet op een hoek. Je hebt aan beide kanten plek nodig, zodat je je handen vrij kunt houden en spetters opvangt. Reken aan weerszijden minimaal veertig centimeter. Dat oogt niet alleen rustiger, het werkt ook prettiger. Handig om te weten: bij je keukenspecialist wordt hiervoor vaak de term aflegruimte gebruikt. En nog even over de kookplaat: plaats die bij voorkeur niet pal naast de koelkast of een hoge kast; dat geeft weinig bewegingsvrijheid en maakt het lastig om met meerdere mensen tegelijk in de keuken te staan.

©Olga Yastremska and Leonid Yastremskiy

Koelkast

Een koelkast gebruik je vaker dan je denkt – gemiddeld zo'n 35 keer per dag. Zet 'm daarom op een plek waar je er makkelijk bij kunt, ook als je vanuit de woonkamer even snel iets wilt pakken. Zet de koelkast liever niet helemaal achterin of op een plek waar je niet vanzelf langsloopt; dat is al snel onhandig in het dagelijks gebruik. Let ook op de temperatuur rondom de koelkast. Zet hem niet naast een oven, radiator of op een plek waar veel zonlicht komt. Kan het echt niet anders, zorg dan voor een isolerende tussenplaat en houd minstens drie centimeter ruimte vrij tussen warmtebron en koelkast.

Gebruik de keuken-driehoek

In de basis draait een keuken om drie functies: koken, spoelen en koelen. Je fornuis, gootsteen en koelkast vormen samen een denkbeeldige driehoek. Als de afstanden tussen deze drie goed gekozen zijn, werk je prettiger. Staan ze te ver van elkaar, dan loop je onnodig veel. Staan ze te dicht bij elkaar, dan dan wordt het al snel krap en onhandig. Een keukenspecialist kan helpen bij het vinden van een goede verhouding, maar je merkt het zelf vaak ook al als iets net niet lekker werkt.

Optimale werkhoogte

Ook de hoogte van je werkplekken telt mee. Een oven op armhoogte is een stuk prettiger dan op kniehoogte, zeker als je vaak bakt. Het voorkomt bukken. Heb je een kleine keuken? Kies dan voor een compacte oven of voor een fornuis met geïntegreerde oven. Datzelfde geldt voor de vaatwasser: als je die wat hoger plaatst, spaar je je rug en knieën. Voor de kookplaat geldt een andere regel: meet de afstand van je onderarm tot het werkblad. Is die ongeveer twaalf centimeter, dan zit je goed qua houding en belast je je schouders niet onnodig.

Apparatuur wat hoger plaatsen (als dat kan) heeft nog een voordeel. Wanneer je kleine kinderen hebt rondlopen, kunnen die er minder makkelijk bij. Wel zo veilig!

©lev dolgachov

Opbergruimte

Tot slot: denk na over hoe je spullen opbergt. Onderkastjes bieden veel ruimte, maar vragen vaak veel van je rug. Bovenkastjes kunnen juist weer te hoog zijn. Een buffetkast biedt uitkomst: wat je dagelijks gebruikt zet je op ooghoogte, wat minder vaak nodig is kan best wat lager of juist hoger.

Slim indelen = een fijnere keuken!

Een goede keuken draait niet alleen om de juiste apparatuur, maar vooral ook om slimme keuzes die het koken makkelijker maken. Denk na over looproutes, werkhoogtes en voldoende bewegingsruimte. Positioneer alles op logische plekken, zorg voor een werkblad met voldoende vrije ruimte en let op kleine details zoals de draairichting van kastdeurtjes. Daarmee wordt de keuken (nog meer) het hart van je huis!