ID.nl logo
Ethische richtlijnen voor kunstmatige intelligentie
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Ethische richtlijnen voor kunstmatige intelligentie

Zelfrijdende auto’s op de weg, slimme assistenten in huis en software die bepaalt of je een lening krijgt, het is allemaal geen toekomstmuziek meer. AI heeft een steeds grotere impact op ons dagelijks leven. Reden te meer om eens dieper na te denken over hoe we als maatschappij met AI willen omgaan.

AI (artificial intelligence, ofwel kunstmatige intelligentie) speelt een steeds belangrijker rol in ons dagelijks leven. De technologie biedt heel wat voordelen: slimme assistenten verstaan je spraak, je smartphone verbetert je typefouten, en binnenkort hoeven we misschien zelf niet meer te rijden omdat onze auto dat voor ons doet.

Maar het gebruik van AI roept ook heel wat vragen op. Niet alleen over privacy, maar zelfs nog veel fundamenteler: wíllen we al die taken wel door computers laten uitvoeren? Willen we bijvoorbeeld wel het bepalen van wie een lening krijgt volledig door algoritmes laten gebeuren, zonder enige menselijke inbreng? En nog extremer: willen we wel een drone in oorlogsgebied automatisch laten bepalen of iemand een burger of vijandige soldaat is om die dan neer te schieten?

In april publiceerde de ‘High-Level Expert Group on AI’ van de Europese Commissie ethische richtlijnen voor betrouwbare AI, om een kader aan te bieden om over dit soort vragen na te denken en beslissingen over het gebruik van AI te kunnen nemen die de mensen in hun waarde laten.

De expertgroep baseert zich op grondrechten die in de EU-verdragen, het Handvest van de grondrechten van de EU en de internationale mensenrechtenwetgeving opgenomen zijn. Het gaat dan bijvoorbeeld om respect voor de menselijke waardigheid, vrijheid van het individu, respect voor democratie, justitie en de rechtsstaat, gelijkheid, non-discriminatie en solidariteit en rechten van burgers (zoals het recht op behoorlijk bestuur en het recht op inzage in openbare documenten). Bij de ontwikkeling en het gebruik van AI mogen die grondrechten nooit in het gedrang komen, vindt de expertgroep.

De auteurs noemen in hun rapport vier ethische beginselen die in die grondrechten geworteld zijn en die ontwikkelaars en gebruikers van AI altijd zouden moeten naleven: respect voor de menselijke autonomie, preventie van schade, rechtvaardigheid en verantwoording. Door deze beginselen na te leven, zouden we met AI het individuele en collectieve welzijn kunnen verbeteren.

AI-eisen

Een belangrijk grondrecht is de vrijheid van het individu: ieder is vrij om zijn eigen levenskeuzes te maken. Daaronder vallen ook de vrijheid van meningsuiting en het recht op een privéleven. Een AI-systeem mag mensen daarom niet onterecht onderwerpen of tot iets dwingen, maar ook niet misleiden of manipuleren.

Integendeel, een AI-systeem dat dit ethische beginsel omarmt, zou juist ontworpen moeten zijn om de menselijke cognitieve, sociale en culturele vaardigheden aan te vullen en te versterken. Zo zou een AI-systeem op de werkvloer dat respect heeft voor de autonomie van de werknemers juist ondersteunend zijn en het werk nog zinvoller maken. Bovendien betekent respect voor de menselijke autonomie ook dat er altijd menselijke controle moet zijn op de werkprocessen van het AI-systeem.

Een AI-systeem mag geen schade veroorzaken of vergroten bij mensen, zowel op fysiek als mentaal gebied. Hieronder vallen ook regels dat het systeem robuust en veilig moet zijn, zodat het niet misbruikt kan worden. Maar het gaat verder: een AI-systeem dat bijvoorbeeld ongelijkheid vergroot of de machtsverhoudingen tussen werkgever en werknemers verandert doordat die eerste meer informatie krijgt over zijn werknemers, gaat in tegen deze richtlijn.

©PXimport

Ook tussen een bedrijf en zijn klanten/consumenten of tussen een overheid en zijn burgers is er die scheeftrekking van de machtsverhoudingen. We zien dan ook momenteel dat veel bedrijven en overheden AI juist (willen) inzetten om hun macht te vergroten, en dat is een rechtstreekse inbreuk op dit beginsel.

Rechtvaardigheid is een breed begrip dat ook nog eens cultureel bepaald is. Dit is waarschijnlijk dan ook het moeilijkste ethische beginsel om in de praktijk te brengen. Toch zijn er enkele algemene regels: een AI-systeem zou niemand mogen discrimineren, stigmatiseren, ongelijke kansen geven of arbitrair in zijn keuzevrijheid beperken.

Discriminatie hoeft overigens niet bewust ingebouwd te zijn: het kan ook een ‘bug’ zijn. Zo werkt gezichtsherkenning doorgaans minder goed op een donkere huid, waardoor gekleurde personen vaker verkeerd geïdentificeerd worden.

Rechtvaardigheid betekent ook dat tegengestelde belangen altijd afgewogen moeten worden en dat de inzet van een AI-systeem evenredig moet zijn met het doel. Gezichtsherkenning inzetten om wie door een rood licht het zebrapad oversteekt publiekelijk aan de schandpaal te nagelen, is bijvoorbeeld een onevenredig gebruik van de technologie en dus niet rechtvaardig. Tenminste in Europa; in China vindt men dit heel normaal …

Minstens zo belangrijk als de vorige beginselen is dat de werking van een AI-systeem verantwoord moet kunnen worden. De processen van het systeem dienen transparant te zijn en de mogelijkheden en het doel dienen openbaar te zijn.

Bovendien moeten de beslissingen die een AI-systeem neemt te verklaren zijn voor wie er de gevolgen van ondervindt. Als je een aanvraag voor een lening doet en die door het systeem geweigerd wordt, heb je recht op een betere verklaring dan “Computer says no”. De computer moet een redenering kunnen geven als: je bent geweigerd omdat je loon te laag is en je in het verleden een lening tijdelijk niet hebt afbetaald. Als je zo’n antwoord krijgt, kun je dit tenminste aanvechten door tegenargumenten te geven.

In de praktijk

Allemaal goed en wel, maar dat blijven vrij vage ethische richtlijnen. Hoe werk je dat in de praktijk uit? Verrassend genoeg biedt het rapport van de Europese Commissie aan de voorgaande beginselen ook heel praktische richtlijnen in de vorm van een lijst met zeven concrete vereisten waaraan elk AI-systeem zou moeten voldoen. Bovendien worden bij elk van deze vereisten methodes vermeld die bedrijven kunnen gebruiken om hun AI-systeem aan de vereisten te laten voldoen.

Eén van die concrete vereisten is bijvoorbeeld het belang van privacy en ‘data governance’ (gegevenskwaliteitsbeheer). Het rapport beklemtoont dat gegevens die over personen verzameld zijn vertekend, onvolledig, onnauwkeurig, of fout kunnen zijn. Dit moet verholpen worden vóórdat het systeem met deze gegevens getraind wordt.

Bovendien moet elke stap, zoals het plannen, trainen, testen en installeren, getest en gedocumenteerd worden om de integriteit te waarborgen. En de algoritmes, gegevens en ontwerpprocessen moeten te evalueren zijn door interne en externe controleurs.

©PXimport

Bij de vereisten staat ook dat een AI-systeem zich tegenover een gebruiker niet als mens mag voordoen: het moet altijd als AI-systeem herkenbaar zijn. Bovendien moet een AI-systeem toegankelijk zijn voor iedereen ongeacht, leeftijd, geslacht of beperkingen. Opmerkelijk is ook dat het rapport erop wijst dat de energieconsumptie tijdens het trainen van een AI-systeem geminimaliseerd moet worden.

Bedrijven die met AI bezig zijn, vinden in het rapport een checklist van dit soort vragen die ze zichzelf kunnen stellen. De Europese Commissie spoort elk bedrijf aan om intern de checklist uit te testen en feedback te geven over de toepasbaarheid, volledigheid en relevantie, zodat er begin 2020 een herziene versie opgesteld kan worden.

Van ethiek naar wetgeving

Ethische richtlijnen zijn nuttig, maar volgens digitale burgerrrechtenorganisatie Acces Now en consumentenverenigingen ANEC en BEUC, die alle drie een lid in de expertgroep hadden, is dit maar een eerste stap. Zonder bijbehorende wetgeving en controles kunnen we niet verzekeren dat AI-systemen de rechten van gebruikers respecteren.

Access Now klaagt ook aan dat de Europese Commissie in de expertgroep voornamelijk vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven heeft geplaatst, en dat de richtlijnen daardoor niet voldoende de mens centraal stellen. De organisatie stelt ook voor om de uitdagingen rond AI meer in termen van mensenrechten te bespreken, zoals ze vorig jaar hebben gedaan in hun publicatie ‘Human rights in the age of artificial intelligence’.

Iets anders waar het rapport van de Europese Commissie aan voorbijgaat, is het probleem van verantwoordelijkheid. Als een zelfrijdende auto door een fout een dodelijk ongeval veroorzaakt, wie is dan de ‘schuldige’? De auto? Maar apparaten zijn geen levende wezens, dus daar kunnen we geen verantwoordelijkheid aan toekennen.

De producent dan? Op zich verschilt een AI-systeem zoals een zelfrijdende auto niet zoveel van elk ander product. Als een klassieke auto door een fout plots tijdens een manoeuvre blokkeert en daardoor een ongeval veroorzaakt, zal de producent verantwoordelijk gesteld worden. Zo ook bij een zelfrijdende auto.

©PXimport

Maar het is veel complexer dan dat: een zelfrijdend systeem bestaat uit zoveel subsystemen van zoveel andere bedrijven, en is getraind op zoveel data uit allerlei bronnen, dat het heel moeilijk te bepalen is wat juist de fout veroorzaakt heeft. Misschien ligt de fout wel in een verkeerde training door een werknemer die op een vrijdagavond vroeger naar huis wilde, waardoor de auto de situatie verkeerd ingeschat heeft.

Of misschien kwam de auto in een situatie waarin er gewoon geen juiste oplossing was. Stellen we dan degene die de keuze in een algoritme gegoten heeft verantwoordelijk voor elke dode die uit die keuze voortvloeit?

En die complexiteit leidt weer tot andere problemen. Elon Musk heeft aangegeven dat Tesla de verantwoordelijkheid aanvaardt in het geval van een ongeval, op voorwaarde dat de software een fout gemaakt heeft. En hoe bepaal je dat? Door de auto tijdens het rijden continu alle mogelijke gegevens te laten verzamelen en naar Tesla te sturen. We kopen de verantwoordelijkheid van de producent dus af met onze privacy.

Te veel vertrouwen in AI

Producenten van AI-systemen stellen de capaciteiten altijd mooier voor dan ze zijn. Daardoor hebben politici, overheidsdiensten maar ook wij allemaal te veel vertrouwen in AI, terwijl veel systemen nog helemaal niet zo goed werken dat we ze in de plaats van menselijke experts zouden kunnen gebruiken.

Je kunt je schouder ophalen met de boodschap dat het allemaal wel zal verbeteren, maar ondertussen wordt AI wel in heel wat domeinen toegepast of overwogen waar het juist tot extra risico’s leidt. Het ‘Berkman Klein Center for Internet & Society’ van de universiteit van Harvard publiceerde vorig jaar een overzicht van de risico’s in het rapport ‘Artificial Intelligence & Human Rights: Opportunities & Risks’.

Het rapport gaat in zes domeinen in op de impact van AI op mensenrechten. Opvallend is dat er maar één domein is waarin de auteurs de positieve impact groter zien dan de negatieve impact: diagnostiek in de gezondheidszorg. In het strafrecht, de financiële sector, onderwijs, online content moderation en human resources weegt momenteel de negatieve impact door of is de impact nog onduidelijk.

De problemen zijn afhankelijk van het domein, maar hetzelfde komt vaak terug: het systeem beoordeelt iemand nog te vaak fout en er is geen enkel verweer tegen doordat de beslissing niet transparant genomen wordt. Omdat de gebruikers (politiemensen, rechters, hr-personen, bankiers) blindelings vertrouwen in de technologie waarmee ze mensen beoordelen, zijn ze niet geneigd om de bezwaren van de slachtoffers serieus te nemen. Het is nu eenmaal gemakkelijk om de verantwoordelijkheid voor een moeilijke beslissing naar een computer door te schuiven.

AI in Nederland

Dit is geen ver-van-mijn-bedshow. In Nederland koppelt de overheid sinds 2014 persoonsgegevens van burgers uit verschillende databases aan elkaar om risicoprofielen op te stellen. Het systeem heet SyRI (Systeem Risico Indicatie) en is ondanks grote bewaren van het toenmalige College Bescherming Persoonsgegevens en de Raad van State ingevoerd, zonder enige vorm van inzicht in wat er met de gegevens van burgers gebeurt.

De gemeenten, het UWV, de Sociale Verzekeringsbank, de Inspectie SZW en de Belastingdienst kunnen allemaal van SyRI gebruikmaken als ze bijvoorbeeld fraude met uitkeringen, toeslagen of belastingen vermoeden. Het systeem gaat dan aan het rekenen en bepaalt zo welke adressen een verhoogd risico op fraude hebben. Dat kan niet zomaar: er is een hele procedure. Een gemeente kan bijvoorbeeld toestemming vragen om een specifieke wijk te onderzoeken.

©PXimport

In de vijf jaar dat het systeem actief is, hebben vijf gemeenten dat gedaan, maar uit onderzoek van de Volkskrant blijkt dat bij geen van die algoritmische onderzoeken een fraudegeval ontdekt werd. Gegevens waren vaak niet meer actueel of verkeerd ingevuld, of er was te weinig personeel. SyRI is bovendien helemaal niet transparant: bewoners van ‘zwakkere’ wijken komen onder een vergrootglas te liggen terwijl ze helemaal niet weten welke privacygevoelige gegevens over hen gebruikt worden. Door het groeiende protest over de gang van zaken besloot Rotterdam om het fraudeonderzoek met SyRI stop te zetten.

Google AI

Ondertussen profiteren bedrijven zoals Google, Facebook en Amazon van de grote hoeveelheden gegevens waarover ze beschikken om krachtige AI-toepassingen te trainen, die zelden in het voordeel van gebruikers zijn. Als je de website Google AI zou bezoeken, zou je niet geloven dat dit hetzelfde bedrijf is dat 80% van het webverkeer traceert met cookies of trackers.

Als we even voorbijgaan aan de privacy-inbreuken van Google, bevat de website van Google AI een interessante houding tegenover AI. Google wil met AI naar eigen zeggen technologieën ontwikkelen die belangrijke problemen oplossen en mensen in hun dagelijks leven helpen.

Het bedrijf somt zelfs enkele principes op die het volgt in zijn keuze om specifieke AI-toepassingen al dan niet te ontwikkelen. Zo mag een AI-technologie volgens Google geen vooroordelen creëren of versterken, moet ze verantwoording kunnen geven en moet ze de maatschappij van voordeel zijn. Google heeft ook een People + AI Guidebook gepubliceerd voor wie zelf een AI-systeem ontwikkelt en daarbij wil weten hoe dit het best de mens centraal stelt.

▼ Volgende artikel
Review Motorola Edge 70 – Licht toptoestel leg gewicht in de schaal
© Wesley Akkerman
Huis

Review Motorola Edge 70 – Licht toptoestel leg gewicht in de schaal

De Motorola Edge 70 volgt de recente trend van dunne, lichte smartphones, maar dan met een zachter prijskaartje van net geen 800 euro. Hoewel het geen directe concurrent is van vlaggenschepen als de S25 Edge, bewijst de Edge 70 dat een uniek premium ontwerp niet de hoofdprijs hoeft te kosten.

Uitstekend
Conclusie

De Motorola Edge 70 is een slimme aankoop als je een slank en licht toestel zoekt voor minder dan 1000 euro. De bouwkwaliteit, het scherm, de lange batterijduur en de robuustheid maken dit een fijne smartphone voor dagelijks gebruik. Ondanks de bloatware en de onvolwassen Moto AI bewijst dit toestel dat je geen duur vlaggenschip nodig hebt voor een vooruitstrevend ontwerp en vlotte prestaties.

Plus- en minpunten
  • Licht en slank ontwerp
  • Fijn en kleurrijk amoledscherm
  • Lange batterijduur
  • Robuust en duurzaam
  • Unieke kleurenopties
  • Geen telelens
  • Beperkte opties voor video-opnamen
  • Plaatsing vingerafdrukscanner
  • Onnatuurlijke foto's
  • Veel vooraf geïnstalleerde apps

Met een dikte van nét iets minder dan 6 millimeter en een gewicht van slechts 159 gram is de Edge 70 een van de lichtste en slankste telefoons op de markt. Desondanks voelt het toestel niet goedkoop aan, en dat is te danken aan een stevig aluminium chassis en een op nylon geïnspireerde bekleding. De Edge 70 biedt bovendien uitstekende duurzaamheid: hij heeft een MIL-STD-810H-certificering (MIL staat voor military grade), IP68- en IP69-ratings én is voorzien van Gorilla Glass 7i.

Het 6,7-inch amoledscherm heeft een resolutie van 2712 bij 1220 pixels en een adaptieve verversingssnelheid van 1 tot 120 Hz. Het vlakke oledpaneel biedt daarnaast een hoog contrast. Vooral de levendige, licht verzadigde kleuren, mogelijk gemaakt door de Pantone-nabewerking, vallen positief op. Het enige nadeel aan het display is de laag geplaatste vingerafdrukscanner; om die te gebruiken moet je je duim in een oncomfortabele positie buigen.

©Wesley Akkerman

Uitstekende middenklasser

De Edge 70 wordt aangedreven door de middenklasse Qualcomm Snapdragon 7 Gen 4-processor, bijgestaan door 12 GB werkgeheugen en 256 GB aan opslagruimte. Vooral de cpu is op papier minder krachtig dan die van de duurdere vlaggenschepen, maar in de praktijk maakt dat weinig uit. Apps worden snel geopend en multitasking gaat het apparaat goed af. Een groot voordeel is dat de processor niet erg heet wordt onder hoge druk en zijn werk dus zonder morren doet.

Een ander voordeel is dat de 4800mAh-batterij het opvallend lang volhoudt; zelfs bij matig tot zwaar gebruik is dat al snel een volledige dag. Daarmee overtreft hij de duurdere concurrentie van Samsung en Apple. Opladen gaat eveneens vlot, met 68 W bedraad, waardoor je binnen 50 minuten weer een volledig opgeladen batterij hebt. Ook op dit punt scoort Motorola flink wat punten.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Typisch Motorola

Traditioneel doet Motorola het goed op het gebied van software dankzij de bijna stock Android 16-ervaring. Helaas treffen we deze keer behoorlijk wat bloatware aan en zijn er advertenties zichtbaar in de weerapp; dubieus voor een toestel van 800 euro. Tijdens de installatie word je bovendien meermaals gevraagd om voorgestelde apps te installeren. En als je daar nee op zegt, kom je alsnog applicaties tegen waar je niet om vroeg, zoals TikTok en Perplexity AI.

Wat betreft ondersteuning kan de Motorola Edge 70 rekenen op vier Android-upgrades (tot Android 20) en vijf jaar aan beveiligingspatches. Hoewel dat voldoende is voor een middenklasser, blijft het wel iets achter bij de langere support die Samsung en Google bieden. Daarnaast voelt Moto AI nog aan als een achtergesteld project. De functies werken niet allemaal in het Nederlands, waardoor de AI-knop op het toestel eigenlijk nog maar weinig waarde heeft.

Groothoeklens

1x zoom

2x zoom

Foto's maken gaat prima

Het camerasysteem bestaat uit een 50MP-hoofdcamera met optische beeldstabilisatie, een 50MP-ultragroothoeklens en een 50MP-selfiecamera. Bij voldoende licht leveren deze camera's prettig ogende foto's met een ruim dynamisch bereik. Vooral in het donker verrast het toestel: dankzij de grote sensoren blijven beelden helder en gedetailleerd. Jammer is wel dat de software kleuren soms te nadrukkelijk verzadigt, waardoor foto's iets minder natuurlijk overkomen. Voor gebruik op sociale media zijn ze echter meer dan prima.

Toch kent het camerasysteem duidelijke beperkingen. Video's kunnen slechts in 4K met 30 fps worden opgenomen, terwijl beeldstabilisatie alleen werkt bij 1080p en 30 fps. Daarnaast kan de handmatige scherpstelling onverwacht invloed hebben op de helderheid. En doordat er geen telelens aanwezig is, ben je volledig aangewezen op digitale zoom. Begrijpelijk gezien de slanke behuizing van de Edge 70, maar alsnog een teleurstellend compromis.

Macrostand

Motorola Edge 70 kopen?

De Motorola Edge 70 is een slimme aankoop als je een slank en licht toestel zoekt voor minder dan 1000 euro. De bouwkwaliteit, het scherm, de lange batterijduur en de robuustheid maken dit een fijne smartphone voor dagelijks gebruik. Ondanks de bloatware en de onvolwassen Moto AI bewijst dit toestel dat je geen duur vlaggenschip nodig hebt voor een vooruitstrevend ontwerp en vlotte prestaties.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 smartphones met eSim voor minder dan 400 euro
© Farknot Architect - stock.adobe.
Huis

Waar voor je geld: 5 smartphones met eSim voor minder dan 400 euro

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we daarom binnen een bepaald thema naar zulke deals. Op zoek naar een betaalbare smartphone, maar dan wel eentje met een virtuele simkaart? De redactie van ID.nl is voor je op zoek gegaan naar smartphones met een prijskaartje van onder de 400 euro.

Met een eSim ben je niet meer afhankelijk van een fysiek simkaartje en heb je geen gepriegel meer met het plaatsen van je sim in de telefoon. Je kunt daardoor snel van provider wisselen zonder gedoe. Dit bespaart niet alleen tijd, maar ook ruimte in je apparaat. Perfect voor wie veel reist, omdat je eenvoudig internationale abonnementen kunt activeren. Daarnaast kun je op die manier ook gebruik maken van meerdere telefoonnummers op een enkel toestel, bijvoorbeeld eentje voor werk en prive.

Samsung Galaxy A26 5G

De Galaxy A26 5G combineert een slank ontwerp met krachtige prestaties. Het 6,7-inch FHD+ Super AMOLED-display biedt levendige kleuren en vloeiende beelden dankzij de 120 Hz verversingssnelheid. Onder de motorkap bevindt zich de Exynos 1380-chipset, ondersteund door 4 tot 8 GB RAM, wat zorgt voor soepele multitasking.

De 50 MP hoofdcamera met optische beeldstabilisatie legt scherpe foto's vast, zelfs bij weinig licht. Met een batterijcapaciteit van 5000 mAh en IP67-certificering is dit toestel zowel duurzaam als betrouwbaar. Bovendien belooft Samsung tot zes jaar beveiligingsupdates, wat de levensduur van het apparaat verlengt

Redmi Note 13 Pro

De Redmi Note 13 Pro 5G is een krachtpatser in het middensegment. Met een indrukwekkende 200 MP hoofdcamera met optische beeldstabilisatie leg je elk detail vast. Het 6,67-inch AMOLED-display met een resolutie van 1220x2712 pixels en een verversingssnelheid van 120 Hz zorgt voor een meeslepende kijkervaring.

Aangedreven door de Snapdragon 7s Gen 2-chipset en beschikbaar met tot 16 GB RAM, biedt dit toestel uitstekende prestaties. De 5100 mAh batterij ondersteunt 67W snelladen, waardoor je snel weer op pad kunt.​

Motorola Moto G35 5G

De Motorola Moto G35 5G biedt solide prestaties voor een betaalbare prijs. Het 6,72-inch LCD-scherm met een verversingssnelheid van 120 Hz zorgt voor vloeiende beelden. De 50 MP Quad Pixel-camera levert scherpe foto's, zelfs bij weinig licht.

Met een batterijcapaciteit van 5000 mAh en ondersteuning voor 5G-connectiviteit blijf je de hele dag verbonden. Hoewel de Unisoc T760-processor niet de snelste is, biedt het toestel voldoende kracht voor dagelijks gebruik

Sony Xperia 10 VI

De Sony Xperia 10 VI is een compacte smartphone met een focus op multimedia. Het 6,1-inch FHD+ OLED-scherm met een 21:9 beeldverhouding is ideaal voor het bekijken van films. Aangedreven door de Snapdragon 6 Gen 1-chipset en uitgerust met 8 GB RAM, biedt het toestel soepele prestaties.

De 48 MP hoofdcamera legt gedetailleerde foto's vast, terwijl de 5000 mAh batterij zorgt voor langdurig gebruik. Met IP68-certificering is het toestel bestand tegen water en stof

Samsung Galaxy A35 5G

De Galaxy A35 5G biedt premium functies in een betaalbaar jasje. Het 6,6-inch FHD+ Super AMOLED-display met een verversingssnelheid van 120 Hz zorgt voor heldere en vloeiende beelden. De 50 MP hoofdcamera met optische beeldstabilisatie legt scherpe foto's vast, terwijl de 13 MP selfiecamera zorgt voor duidelijke zelfportretten.

Aangedreven door de Exynos 1380-chipset en beschikbaar met tot 12 GB RAM, biedt het toestel krachtige prestaties. De 5000 mAh batterij ondersteunt 25W snelladen, en Samsung belooft tot vijf jaar beveiligingsupdates.