ID.nl logo
Ben jij klaar voor VR?
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Ben jij klaar voor VR?

Oculus Rift en HTC Vive zijn de eerste echt goede VR-systemen voor consumenten om met je computer te gebruiken. Maar wat heb je precies nodig, en is het verstandig om nu al in te stappen? Dit artikel geeft je alle informatie om te beslissen.

Tip 01: Pc klaar voor VR?

Voor VR heb je een krachtige pc nodig. Zowel Oculus als HTC heeft een lijst met aangeraden specificaties gepubliceerd. Je hebt minstens een i5 6400-processor met NVIDIA 970- of AMD R9 290-videokaart nodig. HTC stelt dat de pc minstens 4 GB RAM nodig heeft. Voor de Oculus Rift is dat 8 GB. Daarnaast is het voor de Oculus Rift noodzakelijk dat de pc minstens twee usb 3.0 poorten heeft. Usb 2.0 is echt niet voldoende omdat de sensor en de headset anders te weinig stroom en bandbreedte hebben. Oculus raadt tegenwoordig zelfs drie keer usb 3.0 plus een usb2.0-poort aan, om alvast klaar te zijn voor Oculus Touch (zie tip 3). De HTC Vive heeft voldoende aan twee usb 2.0 poorten. Lees ook: Je eigen virtual-reality-bril in 7 stappen.

Beide headsets vereisen een vrije HDMI-poort op de videokaart. Als je daar nu je monitor op hebt zitten, moet je die dus ompluggen naar een andere uitgang en wellicht heb je dan een andere kabel of adapter nodig. De VR-headsets werken niet op andere poorten dan HDMI, ook niet met adapter. Deze specificaties zijn volgens beide bedrijven goed genoeg voor een optimale ervaring. Oculus belooft bovendien dat deze specs de komende twee jaar geldig blijven. Je hoeft dus niet bang te zijn dat je over een half jaar alweer een nieuwe videokaart aan moet schaffen.

©PXimport

Een nieuwe VR-ready-pc kost minstens duizend euro.

Tip 02: Room-scale VR

Room-scale is de term voor VR waarbij je vrij door je kamer kunt lopen met je headset op. Hiervoor moet je eerst met de controllers een veilige zone afbakenen in je kamer. Een veiligheidssysteem met de naam 'Chaperone' waarschuwt via een virtueel grid als je buiten deze afbakening dreigt te komen. Dit voorkomt dat je tegen muren of andere obstakels botst. Om de hele ruimte te kunnen gebruiken, moet je twee apparaten aan de muur bevestigen in twee tegenovergestelde hoeken van de kamer. Deze 'lighthouse'-kastjes zijn nodig om jouw locatie in de kamer vast te stellen. Room-scale vereist logischerwijs flink wat vrije ruimte. Ideaal is minstens 2 bij 2,5 meter.

Op dit moment is de HTC Vive helemaal klaar voor 'room-scale VR'. Oculus Rift is daar nog niet geschikt voor, omdat de daarvoor benodigde Touch-controllers nog niet te koop zijn. De HTC Lighthouses die je in de hoeken van de kamer hangt, hoef je niet met de pc te verbinden maar ze hebben wel stroom nodig.

©PXimport

Met Vive kun je vrij door de kamer lopen in je virtuele wereld, en dus ook op deze manier spellen spelen.

Tip 03: Tracked controllers

Een 'tracked controller' is een controller die door het VR-systeem in de ruimte wordt gevolgd, zodat je ze in virtual reality op de juiste plek kunt zien. De HTC Vive wordt geleverd met twee van deze controllers: één voor elke hand. Hiermee kun je in VR voorwerpen manipuleren, of je kunt ze als wapen gebruiken om op vijanden te schieten in spelletjes. Het doet een beetje denken aan de aloude Wii-controllers, maar dan vele malen nauwkeuriger en flexibeler.

Oculus Rift wordt op dit moment geleverd met een 'ouderwetse' Xbox One-gamepad. De Oculus Touch, de evenknie van de Vive-controller, is nog niet verkrijgbaar en komt naar verwachting pas aan het eind van het jaar op de markt. Wel lijkt het er nu op dat de Touch geavanceerder is. Oculus Touch kan namelijk vaststellen wat je met je vingers doet, zodat je preciezere interacties uit kan voeren. Ook kun je handgebaren maken door je duim omhoog te steken of te wijzen. Dit is bedoeld voor 'sociale VR', waarbij je met anderen in een gedeelde virtuele wereld communiceert.

Het voordeel van tracked controllers voor beide systemen is dat VR er een stuk realistischer door wordt. Je kunt namelijk op een veel intuïtievere manier invloed uitoefenen op je omgeving. Daar staat tegenover dat er op dit moment nog meer goede VR-spellen zijn die gebruikmaken van een traditionele controller. Games als EVE Valkyrie en Lucky's Tale voor Oculus Rift werken prima met controller, en het is zeker geen slechte ervaring. Toch is een tracked controller voor de Oculus Rift straks een haast verplichte aanschaf om alle ondersteunde spellen te spelen. De prijs van Touch is nog niet bekend.

©PXimport

De Touch-controllers voor Oculus Rift komen pas eind 2016 op de markt.

Tip 04: Welke spellen?

Zowel voor Oculus Rift als HTC Vive is nu al een aardig aantal games en 'ervaringen' verkrijgbaar. Rift-spellen richten zich allemaal op een staande of zittende ervaring, HTC Vive-games kunnen naast staand en zittend dus ook room-scale-ervaringen zijn. Op dit moment zijn vooral de zittende ervaringen het diepst en het best uitgewerkt. Denk hierbij aan games zoals Project Cars en Elite Dangerous (beide te spelen op Rift en Vive). Zowel Project Cars als Elite Dangerous zijn eigenlijk traditionele monitor-games die veel meer tot hun recht komen in virtual reality. Het is immers veel leuker om 'in' de auto of de cockpit van een ruimteschip te zitten. De kracht van VR mag je hier niet onderschatten.

Voor Oculus Rift is ook een aantal exclusieve games, die alleen te koop zijn in de Oculus Home-store. Wie een Vive heeft, kan op dit moment geen spellen kopen in Oculus Home. Wie een Rift heeft kan wel alle voor Rift geschikte spellen kopen bij Steam.

Het is belangrijk om te beseffen dat de software voor VR op dit moment nog in de kinderschoenen staat. Dit is vergelijkbaar met de eerste spellen voor een nieuwe spelcomputer: de ontwikkelaars moeten nog leren hoe ze het optimale resultaat uit de hardware kunnen halen. De grote golf VR-games wordt aan het eind van dit jaar verwacht.

©PXimport

Lucky's Tale is een gratis platformspel wat iets weg heeft van Mario, voor iedereen met een Rift.

Tip 05: Kun je ertegen?

Je kunt flink misselijk worden van virtual reality. Dit heet 'simulatieziekte' en werkt hetzelfde als zee- of wagenziekte. Je ogen zien beweging, maar je evenwichtsorgaan in het oor voelt geen beweging. Deze discrepantie stuurt alarmsignalen naar het brein, en de reactie is misselijkheid. Gelukkig zijn ontwikkelaars steeds beter in het ontwerpen van games en ervaringen waar je niet of nauwelijks misselijk van wordt. Het zijn vooral 'ouderwetse' spellen zoals first person shooters die gewoon heel slecht werken.

Het lopen zoals in bijvoorbeeld Call of Duty voelt in VR heel onnatuurlijk en misselijkmakend aan. Dit is ook een reden dat de meeste VR spellen zijn ontworpen rond stilstaan, teleportatie (zodat je meteen naar een nieuwe plek flitst) of met een cockpit. Dat laatste helpt heel goed tegen simulatieziekte omdat juist bewegingen in je ooghoeken voor ongemak zorgen. De virtuele cockpit dekt dat perifere zicht af, zodat je zelfs wilde luchtgevechten kunt hebben zonder onderuit te gaan.

Het is een misverstand dat je door simulatieziekte 'heen kunt breken' door maar vol te houden. Het wordt alleen maar erger en als je niet naar je lichaam luistert kun je er dagen naar van zijn. De beste manier om je lichaam te leren met VR om te gaan, is stoppen als je ongemak voelt en later weer starten. Je merkt dan dat je steeds langer in de virtuele wereld kunt blijven zonder ziek te worden.

©PXimport

Wie lang achter elkaar VR gebruikt, kan simulatieziekte krijgen. Neem onmiddellijk een pauze als je ongemak ervaart.

Tip 06: Comfort

De Oculus Rift is de meest comfortabele headset. Het apparaat is licht, goed gebalanceerd en omdat het een speciaal soort textiel gebruikt voor de behuizing, word je ook niet snel zweterig van het gebruik. Het is mogelijk om urenlang een Rift te dragen zonder dat je er last van krijgt. Er is helaas één maar: als je een bril draagt, zul je merken dat de Rift oncomfortabel op de pootjes drukt, wat na een tijdje vervelend wordt.

De Vive is iets zwaarder en wat slechter gebalanceerd. Omdat de behuizing van hard plastic is, word je sneller warm waardoor de lenzen kunnen beslaan. Dit alles is overigens relatief, want de Vive is absoluut niet vervelend om te dragen. Het is pas als je een Rift op hebt gehad dat je het verschil echt merkt. Daar komt bij dat de Vive veel comfortabeler is voor brildragers. Er zit een speciale opening aan beide zijkanten om ruimte te geven aan de pootjes.

©PXimport

De Vive is zwaarder en minder comfortabel dan Rift, maar het verschil tussen de twee is klein.

Tip 07: Kinderziektes

VR staat na al die jaren nog steeds in de kinderschoenen. De headsets van HTC en Oculus die nu te koop zijn, zijn eerste versies van de hardware. Vergelijk het met de allereerste iPhone, die kon veel, maar latere modellen zijn veel geavanceerder. Het houdt in dat geen van beide een perfecte ervaring geeft. Ze hebben bijvoorbeeld een relatief lage resolutie vergeleken met een gewone monitor. Hoewel de beeldkwaliteit indrukwekkend genoeg is, kun je als je goed kijkt de pixels zien.

Ook hebben beide headsets fresnellenzen. Deze hebben kleine ribbels om ervoor te zorgen dat een zo groot mogelijk gebied in focus is. Het nadeel van fresnel is dat er soms lens-flares kunnen optreden. Dit zijn schitteringen op de lens die lijken op een veeg op het glas.

Beide systemen maken ook gebruik van een eerste versie van hun driversoftware. Vive maakt gebruik van SteamVR, wat meer functies heeft dan Oculus Home. SteamVR geeft bovendien de mogelijkheid om gewone pc-games op een virtuele grote monitor te spelen. Het startscherm van de Rift, 'Oculus Home' is vooral een winkel met maar weinig andere functies. Je kunt een spel kopen en opstarten en je kunt films kijken in een virtuele bioscoop. Maar Rift-bezitters hoeven zich niet buitengesloten te voelen: ze kunnen ook gebruikmaken van SteamVR. Vive bezitters kunnen andersom geen gebruikmaken van Oculus Home.

Hoe dan ook zijn beide interfaces en systemen nog erg pril en kun je rekenen op kleine en grote problemen die horen bij een eerste-generatie-product.

©PXimport

Oculus Home is het eerste wat je ziet als je de Rift opzet. De functionaliteit is nog erg beperkt.

Tip 08: Geluid

Om een perfect virtualreality-gevoel op te wekken is het niet genoeg dat de hardware je ogen overtuigt. Geluid is minstens zo belangrijk. Rift heeft daarom een ingebouwde koptelefoon die verrassend goed klinkt. Het geluid is 3D, wat betekent dat je echt geluiden boven of achter je kunt ervaren. Het gaat dus verder dan gewone stereo, vergelijk het met surround-sound in een home-theatre.

Mocht je niet tevreden zijn over Rifts koptelefoon dan kun je hem verwijderen en een andere gebruiken.

Vive heeft geen ingebouwde koptelefoon, er zit wel een gewone in-ear-oortelefoon bij. Deze is oké, maar niet meer dan dat. Het is daarom bij de Vive zeker aan te raden om er een goede koptelefoon bij aan te schaffen voor de meest overtuigende ervaring.

©PXimport

Rift heeft een goede ingebouwde koptelefoon met surround-sound.

Tip 09: Playstation VR

Als je geen geschikte pc hebt maar wel via je pc VR wilt gebruiken, is instappen in VR erg duur. Wil je een nieuwe pc kopen die VR aankan, dan ben je al snel duizend euro kwijt, als je hem zelf bouwt. Uiteraard ben je al een stuk goedkoper uit als je al een prima systeem hebt en maar een paar onderdelen hoeft te upgraden. Mocht je overigens een laptop hebben, dan kun je pc VR op dit moment gewoon niet gebruiken. Hetzelfde geldt voor Mac-bezitters. Zelfs de duurste Apple-computer heeft niet de benodigde videokaart.

Wil je geen nieuwe pc voor VR kopen, dan kan het een idee zijn om voor PlayStation VR te kiezen. Deze headset van Sony kost zo'n vierhonderd euro en komt in oktober op de markt. Hij werkt met de Playstation 4. Zelfs als je de spelcomputer nog niet hebt, kost een complete VR-setup (PS4, headset en Playstation Camera) samen nog steeds minder dan de HTC Vive zonder pc.

Hoewel het beeldscherm van Playstation VR een wat lagere resolutie heeft, is het VR-effect nog steeds heel indrukwekkend. De headset is bijzonder comfortabel en je kunt hem net als Rift lange tijd dragen zonder er last van te krijgen. Daarnaast is Sony gespecialiseerd in games en ervaringen voor consumenten. Er komen heel wat mooie games voor Playstation VR van grote uitgevers zoals Capcom, Square-Enix en EA. Ook komen veel spellen die ontwikkeld zijn voor Rift en Vive naar Playstation VR. Je zult dus niet snel een titel tegenkomen die alleen op de pc te spelen is.

©PXimport

Playstation VR is relatief goedkoop en geeft toch een fantastische VR-ervaring.

Tip 10: Koop geen prototype

Vóór de Oculus Rift op de markt kwam, verkocht Oculus al prototypes van zijn headset: de DK1 en DK2. Deze headsets waren bedoeld om het concept te bewijzen en voor ontwikkelaars om alvast spellen te ontwikkelen voor de consumentenversie. Nu de echte Rift verkrijgbaar is, verkopen veel hobbyisten hun DK1 en DK2. Hoewel zeker de DK2 op het moment van verschijnen een indrukwekkende ervaring gaf, is het zonde van het geld om er nu een in huis te halen.

De gangbare tweedehands prijs is nog steeds enkele honderden euro's en je weet dat je niet de allerbeste ervaring in huis haalt. De resolutie van DK2 is veel lager dan van de consumentenversie. Daar komt bij dat Oculus langzaam maar zeker stopt met het ondersteunen van de prototypes. Dus hoewel je nu best een aardig aantal VR-games op de DK2 kunt spelen, is deze periode van 'backwards compatibility' maar van korte duur. De DK1 is helemaal niet geschikt voor de nieuwste VR-games, omdat DK1 niet in staat is om je bewegingen in de ruimte te volgen. Het apparaat kan alleen vaststellen of je je hoofd draait. Hierdoor zijn de meeste games onspeelbaar.

©PXimport

Een tweedehands DK2 is goedkoper dan een consumenteneditie, maar de kwaliteit is dan ook een stuk minder.

Tip 11: Keuze maken

Virtual reality is een ontzettend nieuwe technologie. Dat heeft een aantal grote nadelen. Om te beginnen is het nog erg duur. Het is zeker dat de prijs van VR-headsets de komende jaren zal zakken. Ook weten we nu al dat Oculus en HTC over twee of drie jaar met opvolgers komen die beter en waarschijnlijk goedkoper zijn dan wat je nu kan kopen. En er komen ook andere merken met producten waardoor de concurrentie groter wordt.

Oculus zegt overigens zelf dat de upgradecyclus 'tussen een telefoon en een spelcomputer ligt'. Je hoeft dus niet bang te zijn dat de tweede versie van de Rift volgend jaar al te koop is en je huidige apparaat dan waardeloos is.

Heb je voor jezelf de knoop doorgehakt en wil je nu een Oculus Rift of Vive bestellen, dan is er een wachtlijst. Het is dus zeker niet zo dat als je vandaag bestelt, je morgen al aan de gang kunt. Rift heeft op het moment van schrijven een wachtlijst van drie maanden. De levertijd van Vive is op het moment van schrijven wel korter, maar ook daar moet je zeker een maand op wachten.

Zoals gezegd is de software voor zowel Vive als Rift nog niet heel indrukwekkend. Als je dus een completere en diepere ervaring wilt, is wachten de beste optie. Eind 2016 komt de tweede golf VR-software uit. Ook is dan de Oculus Touch op de markt, waardoor je een betere vergelijking tussen Vive en Rift kunt maken.

Tot slot is het over een paar maanden veel makkelijker om zelf de Rift of Vive uit te proberen, als de apparaten eindelijk in de winkels liggen. Zelf VR ervaren is de beste manier om erachter te komen of je het echt wilt hebben. Video's en artikelen kunnen namelijk niet overdragen hoe geweldig Rift en Vive nu al zijn.

©PXimport

Vive kost bijna duizend euro. Rift kost bijna achthonderd euro. Wacht dus nog even, de prijzen gaan uiteindelijk zakken.

De beste VR-ervaring

Normaal gesproken geven we aan het einde van de checklist drie aanraders. In dit geval doen we dat niet. Er zijn nog zo weinig producten, en de 'beste VR-ervaring' is er domweg nog niet. Oculus Rift, HTC Vive en Playstation VR zijn alle drie in staat om een overtuigende virtuele wereld te tonen. Het lijkt alsof je midden in het beeld staat en die ervaring is met niets anders te vergelijken. Dit is de toekomst van computeramusement. Als dit je super-enthousiast maakt, kun je met geen van de headsets een echt verkeerde keuze maken. Houd er echter rekening mee dat je een eerste-generatie-product koopt met een boel bekende en onbekende problemen.

Wie de allerbeste VR-ervaring wil, kan beter nog minstens een half jaar wachten, tot er betere software is. Hoe goed Rift en Vive ook zijn, ze vallen of staan bij de games die je erop kunt spelen.

▼ Volgende artikel
Review Logitech MX Master 4 - De muis die jou de baas is
© Logitech
Huis

Review Logitech MX Master 4 - De muis die jou de baas is

De Logitech MX Master 4 is de nieuwste telg in de populaire MX-serie. De muis belooft meer controle, precisie en comfort dan ooit, met haptische feedback en een 8K-sensor die zelfs op glas moeiteloos werkt. Maar is hij de stevige prijs van 129,99 euro waard?

Fantastisch
Conclusie

De Logitech MX Master 4 is een verfijnde evolutie van een klassieker. Supersnel, stil en uitzonderlijk precies, met slimme haptische feedback en een batterij die weken meegaat. Kleine schoonheidsfoutjes – zoals de gevoelige duimknop en iets verplaatste navigatietoetsen – weerhouden hem niet van een bijna perfecte score. Ideaal voor wie dagelijks uren achter het scherm zit en het beste gereedschap wil.

Plus- en minpunten
  • Precieze, stille en razendsnelle bediening
  • Slimme Gesture Button met vijf instelbare acties
  • Comfortabel ontwerp
  • Batterij houdt het lang vol
  • Prijzig
  • Geen oplaadkabel meegeleverd
  • Herplaatsing knoppen vergt gewenning

De MX Master 3S was al een dikke publieksfavoriet, maar met de MX Master 4 legt Logitech de lat opnieuw een tikkie hoger. Dit is een echte powerhouse voor wie dagelijks veel met tekst, beeld of code bezig is. Of gewoon voor wie een heel lekkere muis wil. Alles draait om controle, snelheid en comfort. Daar betaal je met een krappe 130 euro weliswaar een premiumprijs voor, maar deze muis is dan ook duidelijk bedoeld voor mensen die hun werk serieus nemen. De MX Master 4 is verkrijgbaar in Graphite en Pale Gray, en wordt standaard geleverd met een Logi Bolt-ontvanger. Wij hebben voor de test de Pale Gray-variant voor de Mac mogen bepotelen.

©ER | ID.nl

Muizen met gevoel

Het opvallendste snufje is de toevoeging van haptische feedback. Elke klik, sneltoets of melding voel je subtiel onder je vingers trillen. Niet als gimmick, maar als tastbare feedback: je voelt letterlijk wat je doet. En dat werkt echt prettig, vooral omdat je iets dergelijks ook gewend bent van bijvoorbeeld je smartphone. Via Logi Options+ bepaal je zelf hoe intens die feedback is en kun je verschillende acties aan specifieke apps knopen. Dat geeft de muis een persoonlijk tintje. Zeker bij precisiewerk (foto- en tekstbewerking of het schrijven van code) merk je hoe natuurlijk dat aanvoelt.

De grote toets onder de duim, waarmee je het Haptic Sense-paneel oproept, is wel vrij gevoelig. Tijdens de paar weken dat we de muis hebben getest, drukten we die knop af en toe per ongeluk in, wat even storend kan zijn. Toch is dat gelukkig een kwestie van gewenning, want het idee achter de functie is sterk.

Snelheid zonder haast

De befaamde MagSpeed-scroll is gelukkig gebleven en is zelfs nog iets verfijnd. Eén draai aan het stalen wiel en je schiet door lange documenten of spreadsheets. Nieuw is de Actions Ring, een rond menu dat rond je cursor verschijnt. Daarmee open je favoriete tools of snelkoppelingen zonder je toetsenbord aan te raken. Logitech beweert dat je hierdoor tot 63 procent minder muisbewegingen maakt. Dat is misschien wat optimistisch, maar het systeem werkt verrassend intuïtief en snel. Hieronder een overzichtje van de mogelijkheden.

MogelijkheidWat je ermee doetOpmerking
Snel toegang tot Photoshop-toolsFilters/aanpassingen direct in ring (bubbles)Handig voor vaste tools
Video-apps (bijv. Premiere)Trimmen/navigatie/transport vanuit ringScheelt muisbewegingen
Map/folder in ringSubmenu's met meerdere acties per bubbleTot 72 knoppen per app (via folders)
ToepassingsprofielenAndere ring per appAutomatisch wisselen
Plugin-integratieExtra functies via Logi MarketplaceHaptics/extra commands
Haptische feedbackTrillingen bij navigatie/selectieTactiele bevestiging
Apparaat-switch/Easy SwitchWissel tussen gekoppelde devicesMulti-device gemak
Timer/klok/widgetsStopwatch/tijdweergave in ringVia plug-ins

Werkt zelfs op glas

De Darkfield-sensor met 8000 dpi is extreem nauwkeurig en werkt op vrijwel elk oppervlak, zelfs op glas of gelakt hout. Je kunt de gevoeligheid aanpassen in stappen van 50 dpi, maar de meeste mensen zullen vermoedelijk gewoon de standaard afstelling gebruiken: hij voelt van nature al prima aan. Dankzij een nieuwe radiochip en antenne is de verbinding bovendien rotsvast. Je kunt de muis gebruiken via bluetooth low energy of de meegeleverde Logi Bolt-ontvanger, die een bereik van zo'n 10 meter garandeert.

©ER | ID.nl

Comfortabel stil

Qua vorm blijft Logitech dicht bij zijn succesformule. De muis ligt daarom nog altijd als gegoten in de hand, met een lichte hellingshoek, een vertrouwde duimpositie en een extra horizontaal scrolwiel. De klikgeluiden zijn nu 90 procent stiller dan bij de vorige generatie, meldt Logitech. En met 150 gram voelt de MX Master 4 solide aan zonder zwaar te worden.

Kleine kanttekening: de twee navigatieknoppen voor browsergebruik (vooruit en terug) zijn iets naar achteren verplaatst om ruimte te maken voor de Gesture Button (zie kader hieronder). Dat zorgt er soms voor dat je per ongeluk op de verkeerde knop drukt, vooral als je gewend bent aan een van de MX Master-voorgangers. Misschien een detail, maar wel merkbaar bij dagelijks gebruik.

Via Logi Options+ stel je sneltoetsen, app-profielen en automatiseringen in. De software werkt het best binnen Windows en macOS, maar ook in Linux, ChromeOS, Android en iPadOS doet de muis wat hij moet doen, al zijn daar minder functies beschikbaar.

Één knop, vijf superkrachten

Alsof de MX Master 4 nog niet genoeg trucs kende, heeft Logitech ook de Gesture Button opnieuw uitgedacht. Deze knop, verstopt onder je duim, verandert je muis in een soort afstandsbediening voor je besturingssysteem. Houd hem ingedrukt en beweeg de muis naar boven, beneden, links of rechts om razendsnel tussen bureaubladen te wisselen, je bureaublad te tonen of het startmenu te openen. In macOS roep je met dezelfde bewegingen Mission Control of App Exposé aan. Met de Logi Options+-software kun je deze gebaren bovendien volledig aanpassen: van mediabediening en zoom tot eigen sneltoetsen of macro's. In totaal zijn er vijf acties toe te wijzen aan één knop, en wie wil kan de gestures zelfs verplaatsen naar andere knoppen, zoals het scrolwiel.

©Logitech

Batterij die blijft gaan

Logitech zegt dat de ingebouwde 650 mAh-accu het tot 70 dagen op één lading moet kunnen volhouden. Dat hebben we nog niet kunnen testen, maar we kregen de muis met 55 procent van de lading binnen en daar is na een weekje driftig muizen slechts 2 procent van af. Bovendien levert één minuut snelladen drie uur gebruik op, mocht je haast hebben. Opladen gebeurt via usb-c, al levert Logitech geen kabeltje mee. Jammer, maar je hebt er vast nog eentje rondslingeren thuis.

Al met al

De Logitech MX Master 4 is een muis die wat ons betreft zijn eigen categorie verdient. Hij is snel, stil, precies en slimmer dan ooit. De paar kleine schoonheidsfoutjes doen daar weinig aan af. Voor ontwerpers, programmeurs, schrijvers en andere intensieve gebruikers is dit een investering die zich op den duur terugbetaalt in comfort en efficiëntie. Casual gebruikers zullen hem misschien een beetje overkill vinden, maar wie hem eenmaal in de hand heeft, wil niets anders meer.

▼ Volgende artikel
Altijd lekker tikken: 9 high-endtoetsenborden vergeleken
Huis

Altijd lekker tikken: 9 high-endtoetsenborden vergeleken

Zelf een toetsenbord samenstellen is niet voor iedereen weggelegd, maar één ding is duidelijk: een goed toetsenbord maakt een groot verschil. In deze test bekijken we de beste kant-en-klare toetsenborden van dit moment. Of je nu op zoek bent naar het snelste toetsenbord voor gaming of een comfortabel model voor kantoorwerk: we helpen je bij het maken van de juiste keuze.

Onze laatste vergelijkende test van toetsenborden is inmiddels alweer meer dan vijf jaar oud. Toen draaide alles om het concept ‘mechanisch’, praktisch elke fabrikant maakte toen gebruik van de switches van het Duitse Cherry of een goedkopere Chinese afgeleide daarvan, de Kailh-switch.

Inmiddels is het aanbod versplinterd en zien we enkele van de elementen die custom borden populair maken doorsijpelen naar de kant-en-klare producten. Zo zien we veel meer lay-out-opties en een veel breder scala aan switchopties. Stillere varianten, zwaardere varianten voor een stevigere aanslag en lubed-varianten voor een soepelere aanslag. De opvallendste stap de afgelopen jaren is de introductie van een magnetisch, optische switch, waarbij de aanslag niet digitaal is (ingedrukt ja of nee), maar analoog. Zie ook het kader ‘Analoge switches?’ voor meer hierover.

Andere ontwikkelingen

Een positieve ontwikkeling is dat menig toetsenbord inmiddels voorzien is van zogeheten hot-swap switches. Mocht je per ongeluk een switch stukmaken (bijvoorbeeld door het morsen van drinken), dan kun je nu veelal enkele knoppen vervangen in plaats van meteen een nieuwe model te moeten kopen. Daarnaast hebben verbeteringen in accutechniek en draadloze protocollen ervoor gezorgd dat draadloze high-endtoetsenborden tegenwoordig een realistische optie zijn zonder constant het toetsenbord bij te hoeven laden.

Testselectie

Voor deze vergelijkende test hebben we tientallen toetsenborden overwogen. Hieruit hebben we een voorselectie gemaakt van toetsenborden die degelijk gebouwd zijn, aan de minimale eisen voor een serieuze gamer of kantoorwerker voldoen (denk aan n-key rollover, zodat je meerdere toetsen tegelijkertijd in kunt drukken, anti-ghosting en een lage latency) en die minimaal goed beoordeeld waren.

Endorfy Celeris 1800

Endorfy is een relatieve nieuwkomer in de markt, maar liet eerder met de Thock-toetsenborden al zien dat het bedrijf veel waar voor je geld kan bieden. Het nieuwste model, de Celeris 1800, doet dat wederom. Het bord kan wat gevoel en bouwkwaliteit betreft aardig concurreren met flink duurdere modellen in deze test. Als je hem probeert te buigen zie je wel wat verschil, maar op tafel bij normaal gebruik merk je daar niets meer van.

Het opvallendst is het relatief compacte ontwerp, terwijl er toch een numeriek toetsenbord op zit. Dat deel is vergeleken met de meeste andere toetsenborden wat naar links geschoven, wat ergonomisch fijn is voor mensen die niet alleen gamen, maar ook vooral veel in Excel werken. Sommige gebruikers, primair programmeurs, moeten er rekening mee houden dat de plaatsing van de Home-, End- en Page-toetsen mogelijk niet voor iedereen ideaal is. Ook liggen de toetsen relatief hoog, ook iets wat niet iedereen zal liggen.

De Celeris 1800 is gloednieuw en heeft een adviesprijs van 99 euro. Dat maakt hem al een van de goedkoopste toetsenborden in deze test. Prijzen zakken normaliter nog wat na de lancering. Grofweg 100 euro voor een fijn toetsenbord dat ook nog eens draadloos (dongel voor gaming, bluetooth voor laptopwerkers) kan functioneren en Mac-ondersteuning heeft, is een uitstekende deal.

©Endorfy

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐

Adviesprijs: € 99,-

Website: www.endorfy.com


Pluspunten:

  • Fijne switches

  • Degelijk

  • Bedraad en draadloos

  • Compact met numeriek veld


Minpunten:

  • Relatief hoog

  • Lay-out afwijkend

Corsair K65 Plus Wireless

Corsair kennen we vooral van grote mechanische toetsenborden met veel extra's, maar het is de compacte K65 Plus Wireless waar we de laatste tijd het meest gecharmeerd van waren. De constructie is enorm degelijk en het toetsenbord is voorzien van fijne, soepel voelende switches die niet te luid zijn. Dat zorgt vrijwel direct voor een heel fijne ervaring onder de vingers.

Of de compacte vormgeving fijn is, is uiteraard subjectief. Compact is fijner voor gamers en andere gebruikers die het numerieke toetsenbord niet nodig hebben, het bespaart ruimte op je bureau (of in je rugtas) en laat meer ruimte over voor je muis. Excel-gebruikers zullen dit toetsenbord natuurlijk direct diskwalificeren.

Toen het bord uitkwam voor 160 euro was onze voornaamste kritiek dat het eigenlijk iets te duur was vergeleken andere toetsenborden die voor 100 euro grofweg hetzelfde boden. Of juist net niet uitgebreid genoeg vergeleken met borden van 200 euro. Inmiddels is de prijs gezakt tot 137 euro en op dat punt kun je, mits de compacte vormgeving bij je past, eigenlijk niet om deze Corsair heen. Net wat chiquer dan nauwelijks goedkopere modellen, voorzien van draadloze functionaliteit en vooral het feit dat het een relatief laag bord is (voor een model met hoge switches) maakt dit een makkelijke aanrader en onze redactietip.

©Corsair

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 137,-

Website: www.corsair.com


Pluspunten:

  • Fijne switches

  • Zeer degelijk

  • Bedraad en draadloos

  • Prijs-kwaliteitverhouding


Minpunten:

  • Voor sommigen te compact

Razer Joro

Razer staat vooral bekend om hun grote modellen met alle toeters en bellen, maar biedt met de Joro ook wat anders. De Razer Joro is extreem compact en verreweg het lichtste bord in deze test. De doelgroep bestaat hier overduidelijk uit gamers die hun toetsenbord vooral veel meeslepen. Puur op basis van afmetingen en gewicht ligt deze Razer voor dat doeleind natuurlijk voor de hand. Ondanks het lage gewicht ligt de Joro toch stevig op tafel en zit de bouwkwaliteit van de constructie erg goed in elkaar. De aluminium behuizing voelt ook chic aan, de lage positie is toegankelijk voor velen en aangesloten via de kabel is het ook een snel competitief bord voor gamers.

Razer laat ook wel wat steekjes vallen, vooral voor hun gamende doelgroep. De afwezigheid van een dongel voor een snelle draadloze verbinding en het feit dat de switches nog wel wat speling vertonen, maakt enkele goedkopere alternatieven in deze test in onze optiek fijner. Voor de harde werkers onder ons vinden we de MX Keys ook wat beter voor minder geld.

Daarmee is de Joro in onze optiek niet de meest voor de hand liggende optie, zeker niet voor 130 euro. Als je echt op zoek bent naar het compactste en lichtste toetsenbord, dan is de Joro wel een prima optie.

©Razer

Oordeel: ⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 129,-

Website: www.razer.com


Pluspunten:

  • Licht en compact

  • Degelijke bouw

  • Uitstekende accuduur


Minpunten:

  • Geen dongel

  • Switches mogen scherper

  • Relatief duur

ASUS ROG Azoth X

ASUS en dan met name de ROG-producten staan niet bepaald bekend om hun bedaagde ontwerp. De fabrikant doet daar met hun Azoth X nog een flinke schep bovenop. Wat je er ook van vindt, uniek is het kleurrijke design met half doorzichtige keycaps (voor meer RGB-effect) zeker. Kwalitatief valt er heel weinig op dit bord aan te merken. Het is oerdegelijk en heeft een uitstekende aanslag; het is zelfs een van de fijnste borden in deze test. Het bord heeft ook handige eigenschappen. Draadloos krijg je bijvoorbeeld zowel een snelle als een bluetoothoptie. Daarnaast heeft het bord een goede accuduur, een mooie stevige polssteun plus nog wat minder cruciale extra’s, zoals een aanpasbaar oled-scherm in de bovenhoek. Kost wat, maar dan krijg je ook wat.

Ons voornaamste bezwaar gaat over de definitie van het woord ‘wat’. Want voor 200 euro hadden we het bij het bovenstaande gelaten. Een prijs van 250 euro zouden we wel erg pittig noemen, maar de adviesprijs van 329 euro is wel echt extreem. Daarvoor zouden we bijvoorbeeld toch wel analoge switches willen zien of een echt extreem luxe afwerking. Wellicht dat de prijs nog wat zakt, maar ondanks onze hoge inhoudelijke waardering is de exorbitante prijs vooralsnog het argument om het hoogste eremetaal achterwege te laten.

©ASUS

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 329,-

Website: www.asus.com


Pluspunten:

  • Oerdegelijk

  • Zeer fijne switches

  • Veel mogelijkheden

  • Unieke uitstraling


Minpunten:

  • Uitstraling

  • Extreem duur

SteelSeries Apex Pro TKL Gen 3

De SteelSeries Apex Pro TKL is ook geen goedkoop bord en is misschien nipt wat minder chic dan de ROG. In tegenstelling tot die concurrentie weet SteelSeries wel een gezonde balans te vinden tussen de kwaliteit van het product, het toevoegen van extra mogelijkheden en het alsnog een beetje temmen van de prijs.

De bouw is uitstekend en de analoge, volledig instelbare switches zijn zowel aangenaam onder de vingers als zeer stabiel met minimale speling. Het strakke ontwerp is ook iets toegankelijker, zeker als je naast gamen ook nog een beetje zakelijk voor de dag wilt komen. Daarnaast is het ook nog een relatief stil toetsenbord, wat fijn is voor de omgeving. Al hangt de stilte natuurlijk altijd af van hoe hard je zelf op de knoppen slaat.

Ook hier is een oled-schermpje van de partij en Steelseries heeft als voordeel dat als je de door ons geteste compacte TKL-versie niet aantrekkelijk vindt, dat er ook een volledige en een nog compactere variant van bestaat.

Nadelen zijn er ook. Zo vinden we het volumewiel net wat te klein in gebruik, is het bord relatief hoog en ontbreekt draadloze functionaliteit. Maar als je je bord toch niet meeneemt is de meerwaarde daarvan te klein om daar meer geld aan uit te geven. Als draadloos niet nodig is, dan is dit in onze optiek het beste bord van dit moment.

©SteelSeries

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 211,-

Website:www.steelseries.com


Pluspunten:

  • Fijne switches

  • Analoge functionaliteit

  • Prijs-kwaliteitverhouding


Minpunten:

  • Relatief hoog

  • Niet draadloos

Analoge switches?

De meeste toetsenborden maken gebruik van mechanische switches, waarbij het mechanisme voor een bepaald typegevoel (en kwaliteit) zorgt. Een analoge switch is technisch gezien ook een mechanisch product, maar maakt gebruik van een magneet en een hall effect-sensor in plaats van een metalen contact en plastic mechanisme. Hierdoor kan de switch extreem nauwkeurig zien hoe ver een toets wordt ingedrukt, waarbij je dan zelf kunt instellen op welk moment de toetsaanslag daadwerkelijk plaatsvindt, of je een joystickachtige drukgevoelige controle kunt krijgen over een bepaalde actie in een game of applicatie. En, in theorie althans, zijn deze switches ook nagenoeg niet kapot te krijgen. Verschillende merken gebruiken verschillende namen voor dit concept, maar in de basis zijn ze grotendeels hetzelfde. Voor simpel typewerk maakt het niet heel veel verschil, maar voor de veeleisende toetsenbordgebruikers zijn analoge switches op dit moment dé hype.

©SteelSeries

Met een analoge switch zoals de OmniPoint van SteelSeries kun je verschillende acties met een toets uitvoeren zoals lopen en rennen in een spel.

ASUS ROG Falchion Ace HFX

Net als SteelSeries maakt ook ASUS op de ROG Falchion Ace HFX gebruik van magnetische analoge switches. Het bord heeft een nog wat compactere 65%-lay-out, waarbij je dus goed moet opletten of het ontbreken van de functietoetsen een bezwaar voor je is. Functioneel is hij grotendeels gelijkwaardig aan het toetsenbord van SteelSeries en de toevoeging van 8000 Hz polling geeft in theorie nog een klein voordeel in reactiesnelheid boven de SteelSeries.

Voor de originele prijs van 200 euro laat ASUS wel punten liggen. De bouw en de afwerking van de 100 euro kostende Endorfy is zelfs wat beter. Je merkt dat de Falchion iets meer doorveert dan andere borden wanneer je stevig tikt en dat is onacceptabel in het hogere segment. Het bord kost bij de meeste aanbieders 209 euro, maar was tijdens de testperiode ook verkrijgbaar voor 119 euro. Ook voor dat lagere bedrag weet de Corsair K65 Plus Wireless iets meer indruk te maken met zijn bouwkwaliteit en aanslag. Maar als je toch graag een analoge switch wilt waarbij je de aanslagdiepte kunt instellen, dan is dit als de lagere prijs structureel blijft één van de goedkopere opties die als bonus ook nog eens visueel leuk voor de dag komt.

©ASUS

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐

Adviesprijs: € 209,-

Website: www.asus.com


Pluspunten:

  • Analoge switches

  • 8000Hz-modus

  • Aantrekkelijke uitstraling

  • Prijs


Minpunten:

  • Bouwkwaliteit

  • Formaat niet voor iedereen

Logitech G Pro X TKL

Logitech is met afstand marktleider op gebied van toetsenborden en heeft dan ook een enorm aanbod aan borden. Het bedrijf heeft praktisch elke populair formaat in huis en er zijn ook nog eens een flink aantal kleurstellingen. Waar Logitech wat minder goed in is, is de naamgeving van de producten. Zo is er ook een G Pro X muis en headset, en zelfs de G Pro X TKL-toetsenborden bestaan in flink wat verschillende uitvoeringen. De reguliere variant wordt ook wel de Lightspeed genoemd, wat staat voor de toevoeging van een snelle draadloze werking. De Rapid-variant is juist voorzien van magnetische switches, maar is die weer volledig bedraad.

Logitech doet op zich weinig fout met deze producten. De bouw, de switches en de mogelijkheden met onder andere mediaknoppen zijn prima. Combineer dat met het feit dat ze veel zullen verkopen omdat ze het bekendste merk zijn, en de meeste kopers zullen tevreden zijn. De realiteit is wel dat er andere modellen zijn die (minimaal) hetzelfde bieden voor minder geld, of een overtreffende prestatie weten te bieden voor iets meer. Voor 160 euro zouden we toch iets meer dan ‘prima’ willen zien, wat extra’s zoals een polssteun of een betere accuduur.

©Logitech

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐

Adviesprijs: € 159,-

Website: www.logitech.com


Pluspunten:

  • Prima bouwkwaliteit

  • Prima switchgevoel

  • Genoeg mogelijkheden


Minpunten:

  • Meerdere varianten

  • Matige accuduur

  • Relatief duur

be quiet! Dark Mount

De Dark Mount is het eerste toetsenbord van be quiet!, dat we vooral van de stille behuizingen kennen. Die focus wordt meteen duidelijk zodra je gaat tikken; het is namelijk het stilste toetsenbord in deze test. De focus op stilte gaat helaas wel wat ten koste van switchstabiliteit en tikgevoel.

Qua mogelijkheden zet het bord zich door een modulaire opbouw erg af van de rest. Naast een rechttoe rechtaan compact TKL-bord krijg je ook een afneembaar numeriek veld met macrotoetsen voorzien van een schermpje dat je ook nog eens zowel links als rechts kunt plaatsen. Ook krijg je een opzetmodule met schermpje en mediatoetsen en polssteunen. Zo transformeert de Dark Mount binnen een paar seconden naar een overcompleet XL-monsterbord.

Was de Dark Mount scherp geprijsd geweest, dan hadden we enkele kanttekeningen door de vingers kunnen zien. Maar als je de hoofdprijs vraagt, dan verwachten we dat alles top is. Dat is niet helemaal het geval. De polssteun is kwalitatief treurig, de switches voelen minder chic dan borden die de helft kosten en de software voor de macrotoetsen laat te wensen over. Voor hetzelfde geld kun je ook een prima toetsenbord en een los macrotoetsenbord als de Elgato Stream Deck kopen. Een aanbieding en een software-update kan wel genoeg zijn om van dit goede idee een serieuze concurrent te maken.

©be quiet

Oordeel: ⭐⭐⭐½

Prijs: € 259,-

Website: www.bequiet.com


Pluspunten:

  • Zeer stil

  • Degelijke bouw (bord)

  • Modulair

  • Macrotoetsen


Minpunten:

  • Relatief duur

  • Polssteun ondermaats

  • Software kan beter

Logitech MX Keys S

De Logitech MX Keys S is een beetje het buitenbeentje in deze vergelijking. In tegenstelling tot de ander toetsenborden is het namelijk géén bord waar fanatieke gamers blij van zullen worden. De keerzijde is dat het voor iedereen die een high-endbord zoekt voor alle andere doeleinden een model is waar je praktisch niet omheen kunt. Ook bestaat er naast de door ons geteste full size-versie een minivariant waarop het numerieke veld ontbreekt.

Dit bord is uitstekend gebouwd, voorzien van fijne switches en het heeft een low profile-ontwerp dat ook erg toegankelijk is voor iedereen die nog niet eerder een high-endbord gebruikt heeft. Als je nu een goedkoper toetsenbord hebt, dan voelt dit als een verademing en een ervaring waar je niet meer zonder wilt. Je kunt hem met meerdere apparaten verbinden, de accuduur is uitstekend en de software van Logitech is volwassen en biedt tal van extra mogelijkheden die voor kantoorwerkers relevant zijn.

Zolang gamen geen eis is, is dit een fijn bord zonder dat je echt de hoofdprijs betaalt. Houd alleen even de verschillende formaten in de gaten, en het feit dat er verpakkingen met en zonder polssteun worden verkocht.

©Logitech

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Prijs: € 99,-

Website: www.logitech.com


Pluspunten:

  • Bouwkwaliteit

  • Fijne low-profile switch

  • Prijs-prestatieverhouding


Minpunten:

  • Niet voor gamers

Conclusie

Echt slechte borden hebben we reeds uit onze selectie gefilterd, dus geen van de geteste toetsenborden is een miskoop. Het belangrijkst is om duidelijk in kaart te brengen welk formaat en indeling je nodig hebt en aan welke extra eigenschappen je waarde hecht. Het merk is normaliter bijzaak, maar er valt iets voor te zeggen om al je randapparatuur in één softwarepakket te beheren.

Toch zien we wel enkele uitblinkers. Zoek je louter een toetsenbord zonder fratsen voor kantoorwerk, dan is de Logitech MX Keys S onze eerste keus, met als bonus dat de lage toetsen voor praktisch iedereen fijn tikken. We geven Logitech daarom een redactietip. Wil je wel gamen, dan biedt Endorfy een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding voor minder dan 100 euro, al vinden we de Corsair K65 Plus Wireless zijn paar tientjes meer wel waard voor de iets betere bouw en de lagere constructie. Beide borden zetten veel druk op de concurrenten, waarbij je veel meer betaalt voor een bescheiden impact op de daadwerkelijke ervaring. Uiteindelijk krijgt ook Corsair een redactietip. In het hogere segment zien we wel degelijk waarde worden toegevoegd. Zo biedt de ASUS ROG Azoth X een van de beste ervaringen, maar vinden we de prijs van meer dan 300 euro niet helemaal in verhouding staan. De Steelseries Apex Pro TKL vinden we ook een uitblinker die wel een iets redelijkere balans weet te vinden in dat segment: degelijke bouw en aanslag, zeer compleet qua mogelijkheden en de instelbare analoge switches bieden ook echt iets nieuws en unieks. Als zo'n 200 euro voor een toetsenbord geen bezwaar is, zou dat onze eerste keuze zijn.