ID.nl logo
Alle details over internetbundels voor een mobiele telefoon
© PXimport
Zekerheid & gemak

Alle details over internetbundels voor een mobiele telefoon

De populariteit van mobiel internet zorgt voor grote verschuivingen op het gebied van internet en telefonie. Zowel internetproviders als telefoonmaatschappijen zien de gevolgen van internet via een mobieltje en passen hun producten & diensten en diensten daar op aan. Maar bij wie bent u nu het beste uit als het gaat om internet via uw mobiel? Welke providers moet u vermijden en welke hebben het beste aanbod?

Verschillende soorten en maten

Aanbieders van mobiele telefonie bieden abonnementen in allerlei soorten en maten. In deze basiscursus kijken we vooral naar het internetgebruik via een mobiele telefoon. Dat betekent dat we de abonnementen voor laptops, iPads en andere tabletcomputers even links laten liggen. Niet alleen zijn die abonnementsvormen vaak anders dan de uitbreidingen van een 'gewoon' abonnement, ook de techniek is net iets anders: vaak is het niet mogelijk om met een insteekkaart voor de laptop te bellen omdat ze een ander soort aansluiting op het mobiele netwerk hebben. Andersom kan een telefoon met internetabonnement soms wél gebruikt worden om via de laptop te internetten, in het algemeen aangeduid met de term 'tethering', maar sommige providers staan dit niet toe op hun netwerk. Lees hier meer over in het kader 'Tethering'.

Deel 1: Alles over mobiel dataverkeer

1. Internet op een mobiele telefoon

Er was een tijd dat consumenten de winkel inliepen en hun mobiele abonnement kozen op basis van het toestel dat ze cadeau kregen. Toen veel mensen ontdekten dat die manier niet per se de voordeligste keuze was, kwamen de mobiele operators met concurrerende tarieven voor bellen en het versturen van sms'jes. De wereld verandert echter snel en steeds vaker maken consumenten nu een hele andere keuze: ze kiezen het abonnement met het beste internetaanbod. Met de komst van smartphones als de iPhone en de Android-telefoons, is een mobiele telefoon immers opgewaardeerd van een simpel bel- en sms-apparaat naar een zakcomputer die vrijwel waardeloos is zonder internet. Bovendien kan een smartphone vaak gebruikt worden als draadloos modem om, via het mobiele abonnement, een laptop toegang te geven tot internet.

2. De techniek

De techniek achter het transporteren van bits en bytes is een andere dan degene die gebruikt wordt voor het vervoeren van spraakverkeer. Alle mobiele telefoons in Nederland maken gebruik van de bekende GSM-standaard voor telefoongesprekken, maar voor data zijn er twee varianten: de traditionele GSM-techniek biedt de mogelijkheden voor datacommunicatie, GPRS genaamd, maar de snelheid van de verbinding is zeer beperkt. Om snel internet mogelijk te maken moeten telefoons daarom gebruikmaken van een tweede techniek, in de volksmond 3G genaamd. Hiervoor zijn wel aparte zenders en een aparte antenne in het toestel nodig. Telefoons kunnen (als ze tijdelijk buiten bereik van een 3G-zender zijn) terugschakelen naar GPRS, maar dat betekent meteen dat de snelheid fors omlaag gaat. Binnen de 3G-standaard zijn allerlei protocollen opgesteld die snel internet mogelijk maken. Providers gebruiken afkortingen als UMTS, HSDPA en HSUPA om aan te geven welke techniek ze precies gebruiken voor de internetverbinding. Elke techniek heeft zijn eigen upload- en downloadsnelheid, waarbij momenteel HSUPA en HSDPA de snelste­ varianten zijn. De volgende techniek staat echter alweer voor de deur. Het heet LTE (Long Term Evolution), maar wordt 4G genoemd. Voor deze standaard zijn nieuwe zendmasten nodig, plus telefoontoestellen die met deze supersnelle verbindingen overweg kunnen. In theorie kan LTE snelheden halen tot 100 megabit per seconde, waardoor complete speelfilms in HD-kwaliteit gestreamd kunnen worden. In Nederland worden de partijen die LTE kunnen aanbieden geselecteerd door middel van een veiling, waarbij we verwachten dat alle grote operators mee zullen bieden op de frequentieruimte. KPN is reeds bezig met de eerste tests, de andere operators laten officieel weten nog geen beslissing genomen te hebben om mee te bieden. Ze geven wel aan dat ze zich ook weer niet kunnen voorstellen dat ze níet meedoen.

©PXimport

Zendmasten voor UMTS en GSM zijn niet meer weg te denken uit het landschap.

3. Dekking

Omdat snel internet een ander netwerk gebruikt dan spraakverkeer, is de dekking van 3G moeilijk te vergelijken met die van GSM. De signaalkwaliteit is afhankelijk van de hoeveelheid zenders in de buurt en het aantal medegebruikers op de zenders. Bovendien is ook de totale capaciteit van het netwerk van belang, omdat alle gebruikers dezelfde verbindingen naar het internet delen.

De providers Hi, Telfort en KPN maken allemaal gebruik van hetzelfde netwerk, Vodafone en T-Mobile hebben hun eigen zendmasten. In het algemeen is de dekking binnen de randstad voldoende, mits u goede ontvangst hebt van het signaal. Dat wordt negatief beïnvloed door gebouwen, metaal en omringende objecten, dus een garantie voor dekking is bijna niet te geven.

Alle providers bieden op hun websites kaarten aan met de dekkingsgraad van hun netwerk. Lokaal kan de dekking minder zijn, afhankelijk van de geplaatste zenders. Als het signaal voor 3G niet sterk genoeg is, schakelen de meeste telefoons automatisch terug naar de tragere 2G-verbinding, die overal in Nederland redelijk te ontvangen is.

©PXimport

Virtual network operators

De aanbieders die we beschrijven vormen maar een klein deel van het totaal. Dat komt omdat er diverse partijen zijn die mobiele abonnementen aanbieden, maar niet over een eigen netwerk beschikken. Deze zogenoemde mobile virtual network operators, denk aan bekende namen als AH Mobiel, Lebara, MTV, Rabo Mobiel en Sizz, hebben geen eigen licentie voor het aanbieden van telecommunicatiediensten en zijn afhankelijk van hun Mobile Network Operators voor de diensten die ze aanbieden. Dat wil niet zeggen dat ze hetzelfde aanbod hebben als de partij die het netwerk levert: het kan gebeuren dat u bijvoorbeeld bij MTV Mobile veel goedkoper uit bent dan bij KPN, ook al gebruikt MTV Mobile de operator KPN.

Deel 2: Alles over uw abonnement

4. Wel Internet, geen abonnement

Alle mobiele operators bieden inmiddels de mogelijkheid om te internetten via een normaal mobiel abonnement, maar bij iedereen moet een extra abonnement worden afgesloten om te voorkomen dat het internetgebruik fors in de papieren gaat lopen. Zonder extra abonnement kan uw mobiele telefoon namelijk wel gebruikmaken van internet, maar zijn de kosten voor dataverbruik aanzienlijk hoger.

©PXimport

Smartphones, zoals hier de nieuwste Android-telefoon van HTC, zijn razend populair.

5. Internet via een databundel

Bij alle providers kunt u terecht voor een internetabonnement via een databundel. Dat betekent dat u vooraf een bepaalde hoeveelheid megabytes inkoopt die u per maand kunt gebruiken. In de meeste gevallen worden de bundels zonder beperkingen aangeboden, dat wil zeggen dat u de data kunt gebruiken voor het surfen op het web, Skype, WhatsApp of het bekijken van video. Natuurlijk verbruikt het bekijken van video veel meer data dan het versturen van een mailbericht, maar de keuze is uiteindelijk aan u.

Prepaid

Vreemd genoeg zijn er op de prepaidmarkt maar weinig aanbieders die een aantrekkelijke mogelijkheid voor dataverkeer bieden. Wellicht blijft de marktvraag achter, want er zijn eigenlijk geen redenen om geen aanbieding te hebben voor prepaid-dataverkeer. De aanbieders die we hebben gevonden bieden allemaal toegang via GPRS, waardoor de internetsnelheid fors achterblijft bij een modern 3G-netwerk.

6. Onbeperkt internet

Sommige providers bieden de mogelijkheid om al het internetverkeer in één keer af te kopen via een abonnement met onbeperkt internet. Dat betekent in theorie geen limiet op datagebruik. Wie de kleine lettertjes erop naleest ontdekt dat er in praktijk wel degelijk een limiet aan verbonden is. Die limiet kan bestaan uit een 'fair use policy' of een grens van de hoeveelheid data die verbruikt mag worden. Bij een fair use policy is de vuistregel dat u geen excessieve hoeveelheid verkeer mag genereren ten opzichte van andere gebruikers. Providers zijn vaag over het begrip 'excessief', waardoor u eigenlijk nooit precies weet waar u aan toe bent.

7. Internet in het buitenland via een bundel

Internet in het buitenland kan erg duur uitvallen als u niet vooraf een bundel hebt ingekocht. Alle providers zijn inmiddels verplicht om u te waarschuwen als de kosten erg hoog dreigen uit te vallen, maar dan is het eigenlijk al te laat. Om te internetten in het buitenland hebt u maar een zeer beperkte keus bij de verschillende providers. Vodafone biedt de Data Dagbundel op Reis, een speciaal abonnement waarbij u een bundel krijgt toegewezen voor een vast bedrag zodra u in het buitenland zit. Elke dag dat u in het buitenland gebruikmaakt van internet krijgt u een nieuwe dagbundel, totdat een maximumbedrag is bereikt. U betaalt niets als u niet in het buitenland bent en u hebt een relatief aantrekkelijke bundel als u de landgrenzen wél verlaat. Er zijn meer mogelijkheden, lees hiervoor het artikel Smartphone in het buitenland.

Deel 3: Gebruik en misbruik

8. Normaal gebruik

Veel sites houden rekening met mobiele bezoekers en passen de manier waarop ze de informatie presenteren automatisch aan wanneer u met een mobiele telefoon de website bezoekt. Sommige informatie is niet via een website te raadplegen, maar via een app, die vooraf geïnstalleerd dient te worden op de telefoon. De informatie in zo'n app is natuurlijk gewoon afkomstig van internet.

Regelmatig worden indicaties gepubliceerd van de hoeveelheid websites of e-mails die u binnen een bundel kunt raadplegen. Hierbij wordt geen rekening gehouden met de apps (zowel voor Android als voor de iPhone/iPad) die continu netwerkverkeer generen. We adviseren u dan ook om dit soort overzichten ter kennisgeving aan te nemen, maar rekening te houden met de tekortkomingen.

Tethering

Veel telefoontoestellen maken het mogelijk om tethering toe te passen, een techniek waarbij uw telefoon als tussenstation fungeert tussen laptop en internet. De verbinding tussen de laptop en de telefoon kan zowel via een kabeltje als draadloos gebeuren, waardoor uw telefoon een soort internetrouter wordt. Veel providers verbieden het gebruik van tethering, maar kunnen het lastig detecteren. Bovendien kleven er nadelen aan tethering. Veel toestellen hebben een beperkte batterijcapaciteit en door uw telefoon te gebruiken als internetmodem raakt de batterij snel leeg. Bovendien kan het hard gaan met uw internetbundel: computers veroorzaken makkelijk veel internetverkeer, denk bijvoorbeeld aan updates van het besturingssysteem of van de virusscanner.

9. Speciale toepassingen

Een aparte categorie vormen de abonnementen voor speciale toepassingen. We bedoelen bijvoorbeeld internetabonnementen die speciaal geschikt zijn voor de BlackBerry. In het geval van de BlackBerry zijn de abonnementen vooral ingericht voor het ophalen en versturen van e-mail en surfen op het web. Het is niet mogelijk om met een BlackBerry-toestel op een andere manier te internetten dan via dit speciale abonnementstype en andersom kan dit abonnement alleen gebruikt worden met een BlackBerry.

10. Deep Packet Inspection

Onlangs kwamen KPN en Vodafone in het nieuws, omdat ze met behulp van een speciale techniek in de gaten proberen te houden wat hun klanten precies uitspoken op internet. Hiermee willen ze extra geld rekenen voor bepaalde diensten, zoals Skype en WhatsApp, omdat deze direct concurreren met hun eigen telefoon- en sms-diensten. De ontwikkelingen op dit gebied volgen zich snel op, zowel juridisch als technisch, maar of we hier blij mee moeten zijn is een tweede. Het is enerzijds best te begrijpen dat providers geen uitzonderlijk hoge kosten willen maken voor het beschikbaar stellen van een specifieke dienst, maar het wordt kwalijk als telefoonmaatschappijen extra proberen te verdienen aan populaire internettoepassingen. Bovendien is het afsluiten van bepaalde internetdiensten een gevoelig thema, omdat het griezelig wordt als providers uit commerciële motieven kunnen en mogen bepalen waar u naar mag kijken.

11. Netneutraliteit

De hele discussie rondom Deep Packet Inspection (DPI) is nauw verweven met een andere discussie: die over 'netneutraliteit'. De vraag is of internetaanbieders überhaupt beperkingen mogen opleggen in het gebruik van het internet. Onderwerpen als censuur en onderdrukking komen namelijk al snel in zicht als providers bepalen wat we mogen zien en wat we niet mogen zien. Digitale burgerrechterbeweging Bits of Freedom is duidelijk in haar standpunt: "Als providers het internetverkeer van hun klanten gaan controleren, kunnen ze concurrerende diensten blokkeren of specifieke informatie filteren. Ze kunnen zelfs meelezen met de inhoud van berichten. Als de postbode al je brieven zou openen en bepaalde brieven in de prullenbak zou gooien omdat die het monopolie van de postbode aantasten, zou iedereen dat onacceptabel vinden. En als hij post van iedereen zou meelezen en kritische berichten zou weggooien, is dat ook onacceptabel. Hetzelfde geldt voor DPI en netneutraliteit: de boodschapper heeft geen boodschap aan de boodschap, en dat moeten we zou houden, ook op internet."

©PXimport

De politiek

De politiek bemoeit zich met een aantal onderdelen van de dienstverlening van providers. Voor consumenten duidelijk zichtbaar, is de druk om de kosten voor dataverkeer in het buitenland drastisch te verlagen. Providers lijken er samen niet uit te komen en dus bemoeit de Europese Commissie zich met de tarieven en stelt maxima voor, die uiterlijk 1 juli 2012 moeten gaan gelden. Vanaf dat moment komt er een maximumprijs van 90 eurocent per megabyte. Ook binnen Nederland is er discussie: sinds KPN en Vodafone hebben toegegeven dat ze DPI toepassen, is een aantal politieke partijen actief om netneutraliteit vast te leggen in de wet. Dat betekent dat providers niet meer zelf mogen kiezen welke verkeersstromen ze beperken en welke niet.

▼ Volgende artikel
Slimmer wassen: deze functies maken je nieuwe wasmachine nét even handiger
© Family Veldman
Huis

Slimmer wassen: deze functies maken je nieuwe wasmachine nét even handiger

Natuurlijk kijk je naar de capaciteit en het energielabel als je een nieuwe wasmachine zoekt. Past je dekbed erin? En hoeveel verbruikt 'ie per wasbeurt? Toch zijn dat allang niet meer de enige zaken om op te letten. Moderne wasmachines zitten vol extra's die wassen makkelijker maken, en soms zelfs een beetje leuker. Wifi, stoom, automatische dosering of juist een fluisterstille motor: dit voegen die functies toe aan jouw huishouden.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Bij het kopen van een nieuwe wasmachine zijn er een paar dingen waar vrijwel iedereen als eerste naar kijkt. Bovenaan staat de trommelcapaciteit. Die bepaalt hoeveel kilo wasgoed je per beurt kunt wassen. Een klein huishouden heeft meestal genoeg aan 7 kilo, terwijl grotere gezinnen vaak kiezen voor een model met 9 kilo of meer. Het tweede punt is het energielabel. Een zuinige wasmachine met label A verbruikt minder stroom en water, wat niet alleen beter is voor het milieu, maar ook voor je energierekening op de lange termijn.

Ook het toerental speelt een belangrijke rol. Hoe hoger dit aantal omwentelingen per minuut – bijvoorbeeld 1400 of 1600 – hoe droger je was uit de machine komt. Dat is handig als je geen droger hebt, of gewoon minder tijd wilt kwijt zijn aan het drogen. Daarnaast letten veel mensen op het geluidsniveau. Zeker als de wasmachine dicht bij de woonkamer of slaapkamer staat, is een stille werking prettig.

Tot slot zijn de beschikbare programma's en extra functies vaak doorslaggevend. Denk aan programma's voor sportkleding, wol of allergieën, of slimme toevoegingen zoals automatische dosering van wasmiddel of een stoomfunctie. Hoe beter de functies aansluiten op je dagelijkse wasroutine, hoe fijner de machine in de praktijk werkt. Hieronder lees je meer over slimme functies die je kunt tegenkomen op je nieuwe wasmachine en waarom ze zo handig zijn.

Wasmachines met wifi: altijd verbonden, altijd controle

Een wasmachine met wifi biedt vooral gemak. Je hoeft niet meer op te staan om te checken of de was al klaar is, want dat zie je gewoon op je smartphone of tablet. Programma's starten, pauzeren of aanpassen doe je waar je ook bent: vanaf de bank, op je werk of onderweg naar huis. Dat scheelt tijd en zorgt ervoor dat je de was kunt plannen rond jouw dag, niet andersom. Bijvoorbeeld door 's ochtends vroeg het programma alvast klaar te zetten en het pas te starten wanneer je op kantoor bent.

Slimme modellen met wifi laten je ook kiezen voor het voordeligste moment om te wassen, bijvoorbeeld tijdens daluren als stroom goedkoper is. Zo bespaar je ongemerkt energie. Daarnaast houdt de app vaak bij hoeveel stroom en water je verbruikt, en krijg je suggesties om zuiniger te wassen. Sommige modellen gaan nog verder en kiezen automatisch het programma dat het beste past bij je kleding. Zo wordt alles fris en schoon zonder dat tere stoffen beschadigen. Extra functies zoals stoom of vlekkenbehandeling zijn eenvoudig aan of uit te zetten via de app. Dat maakt wassen nauwkeuriger en persoonlijker dan ooit.

©ryanking999

Stoomfunctie: minder strijkwerk, meer hygiëne

Wie het strijkijzer liever in de kast laat liggen, heeft baat bij een wasmachine met stoomfunctie. Dankzij stoomtechnologie komt kleding minder gekreukt uit de trommel. Overhemden, blouses of katoenen jurken kun je vaak meteen ophangen, zonder dat je met een strijkplank aan de slag hoeft. Maar de voordelen gaan verder dan alleen gemak.

Stoom maakt wassen namelijk ook hygiënischer. Het dringt diep door in de vezels en doodt bacteriën, pollen en huisstofmijt – handig als je een gevoelige huid hebt of last van allergieën. Ook muffe kleding die niet echt vies is, krijgt een opfrisbeurt. Denk aan een jasje dat je aan hebt gehad in de kroeg, of een trui die lang in de kast heeft gehangen en die wat muf ruikt. Door kort te stomen is je kleding snel weer draagbaar.

Automatische wasmiddeldosering: nooit meer gokken

Hoeveel wasmiddel is genoeg? Veel mensen schenken op de gok een flinke scheut in het bakje, met als resultaat overdosering, zeepresten op kleding of juist te weinig schoonmaakkracht. Wasmachines met automatische wasmiddeldosering lossen dat probleem op. Je vult een reservoir met vloeibaar wasmiddel en eventueel wasverzachter, en de machine meet zelf wat er nodig is voor elke lading was.

Dit is niet alleen beter voor je kleding – die slijt minder snel en blijft langer mooi – maar ook voor je portemonnee. Je verbruikt namelijk nooit meer dan nodig. Ook fijn: je hoeft niet bij elke wasbeurt iets toe te voegen. Vaak gaat een volle tank twintig tot veertig wasbeurten mee. Dat scheelt gedoe, voorkomt verspilling en zorgt voor een constante waskwaliteit zonder dat je ergens over hoeft na te denken.

©AEG

Superstille wasmachines: wassen zonder lawaai

Wasmachines met een laag geluidsniveau zijn ideaal voor wie zijn wasmachine in de buurt van de woon- of slaapkamer heeft staan. Een model dat tijdens het centrifugeren 73 decibel of minder produceert, valt in de categorie 'stil'. Maar wie écht stil wil wassen, kiest voor een model dat maximaal 70 decibel haalt. Dat verschil lijkt klein, maar is duidelijk hoorbaar. Elke 3 decibel extra verdubbelt namelijk de geluidsintensiteit.

Deze extra stille wasmachines zijn meestal uitgerust met een koolborstelloze motor, die nauwelijks geluid maakt. In plaats van borstels gebruikt de motor een magneetsysteem om de trommel te laten draaien. Dat scheelt wrijving én lawaai. Je kunt dus gerust een was draaien terwijl je slaapt of in een videocall zit. Ook als je gebruik wilt maken van het nachttarief, zonder dat je wakker ligt van het centrifugeren, is zo'n stille wasmachine een slimme keuze.

Tot slot

Wassen is allang niet meer gewoon een kwestie van aanzetten en wachten. De functies die je tegenwoordig kunt kiezen, maken het verschil tussen 'was erin en maar zien' en gericht, zuinig en stil wassen op jouw voorwaarden. Of je nu op zoek bent naar minder strijkwerk, een stiller huishouden, energiebesparing of vooral gemak via je smartphone: deze functies maken je leven echt makkelijker.

▼ Volgende artikel
(Extra) vriezer in je schuur of garage? Dit moet je weten
© ID.nl
Huis

(Extra) vriezer in je schuur of garage? Dit moet je weten

Een extra vriezer in de garage of schuur is voor veel mensen een uitkomst. Toch is het niet altijd een kwestie van stekker erin en klaar. Niet elke vriezer werkt goed bij lage temperaturen, en ook de plek waar je hem neerzet maakt uit. Waar moet je op letten als je een vriezer in een onverwarmde ruimte wilt zetten, lees je hier.

Vrieskast of vrieskist?

Als je op zoek bent naar een vriezer, heb je grofweg twee opties: een vrieskast met een deur aan de voorkant of een vrieskist die je van bovenaf opent. Vrieskisten zijn doorgaans iets energiezuiniger dan vrieskasten. Dat komt doordat koude lucht zwaarder is dan warme lucht en bij het openen van een vrieskist grotendeels in de kist blijft hangen, terwijl bij een vrieskast de koude lucht makkelijker naar buiten stroomt zodra je de deur opent. Het voordeel van een vrieskist is dus dat je er minder energie mee verbruikt. Een vrieskast is dan weer praktischer in het dagelijks gebruik: je ziet in één oogopslag wat erin ligt en je kunt er makkelijker snel even iets uit pakken.

Kies de juiste maat en het juiste type

Vriezers voor in de schuur zijn er in allerlei formaten, van kleine modellen van 100 liter tot enorme kasten van 500 liter of meer. Kies een vriezer die past bij wat je van plan bent ermee te doen – deze zomer én daarna. Ga je 'm vooral gebruiken als extra opslag tijdens barbecues en vakanties, dan hoeft hij niet al te groot te zijn. Een te ruime vriezer verbruikt namelijk onnodig veel energie, zeker als hij grotendeels leeg blijft. Let bij de aanschaf ook goed op het type (hierboven las je daar al meer over). Een vrieskast neemt minder ruimte in beslag op de vloer en is overzichtelijker, terwijl je in een vrieskist juist makkelijk grotere hoeveelheden kwijt kunt en etenswaren goed kunt stapelen. Kies bij voorkeur een model met meerdere laden of vakken, zodat je snel terugvindt wat je zoekt. Kijk tot slot naar het energielabel. Modellen met energielabel A zijn het zuinigst. Ze zijn vaak iets duurder in aanschaf, maar die extra kosten verdien je op termijn terug via een lagere energierekening. Vraag ernaar in de winkel of vergelijk online.

Kan elke vriezer zomaar in elke schuur of garage?

Nee, niet elke vriezer kun je zomaar in een onverwarmde schuur of garage neerzetten. Het is belangrijk dat de omgevingstemperatuur niet lager wordt dan waar de vriezer voor ontworpen is. Dit staat aangegeven via de klimaatklasse. De meeste standaardvriezers (met klasse SN, SN-T of SN-ST) werken pas goed vanaf 10 °C. Die zijn dus alleen geschikt voor een goed geïsoleerde schuur. Wordt het bij jou niet kouder dan 0 °C? Dan kun je kiezen voor een vriezer die een minimale omgevingstemperatuur van 0 °C aankan. Voor onverwarmde ruimtes waar de temperatuur in de winter tot -15 °C kan zakken, zijn er speciale modellen beschikbaar. Die blijven ook bij die temperaturen betrouwbaar doordraaien, zonder dat je hoeft te isoleren. Staat er géén geschikte klimaatklasse vermeld of is de ondergrens hoger dan de temperatuur in je schuur? Zet de vriezer dan liever binnen – anders loop je het risico dat hij niet goed meer vriest of zelfs stukgaat. Goed om te weten: op een goede witgoedsite kun je doorgaans filteren op de geschiktheid voor plaatsing in schuur of garage.

Waar en hoe zet je hem neer?

De plek waar je de vriezer in de schuur of garage neerzet, maakt veel uit voor een goede werking. Zet hem op een stabiele, waterpas ondergrond zodat hij niet gaat trillen of lawaai maakt tijdens het vriezen. Vermijd plekken direct naast een warmtebron zoals een cv-ketel, maar zet de vriezer ook niet vlak bij een koude buitendeur. De ideale omgevingstemperatuur ligt tussen de 10 en 15 graden. Zorg dat er rondom voldoende ruimte is voor ventilatie. Laat aan de achterkant minstens 10 centimeter vrij, zodat de warme lucht goed weg kan. Controleer of er een stopcontact in de buurt zit. In garages is dat meestal geen probleem, maar in een schuur kan het ontbreken. In dat geval kun je het beste een stopcontact laten aanleggen op een veilige plek. Gebruik liever geen verlengsnoer.

Aansluiten en installeren

Sluit de vriezer eerst aan op het stopcontact voordat je begint met inruimen of afstellen. Controleer in de handleiding of hij ingesteld staat op minimaal -18 graden Celsius – dat is de aanbevolen temperatuur voor veilig invriezen. Stel daarna de pootjes bij zodat de vriezer waterpas staat. Dat is niet alleen beter voor de werking, maar helpt ook om energieverbruik te beperken. Wil je extra zekerheid? Dan kun je de vriezer met een muurbeugel verankeren. Zeker bij modellen met zware, volle laden voorkomt dat dat het apparaat kantelt. Let op: plaats de vriezer niet in een onverwarmde schuur waar het 's winters kan vriezen. Bij temperaturen onder nul werkt de compressor minder goed of juist te hard, wat leidt tot slijtage en een hoger energieverbruik. Kies in dat geval liever voor een vriezer die speciaal geschikt is voor lage omgevingstemperaturen.

©qwartm - stock.adobe.com

Ontdooien en schoonmaken

Veel vriezers zijn tegenwoordig uitgerust met een no-frostsysteem dat ijsvorming automatisch tegengaat. Toch is het slim om de vriezer een paar keer per jaar handmatig te ontdooien. Zo blijft hij efficiënt werken en verbruik je niet onnodig stroom. Trek hiervoor de stekker uit het stopcontact en haal alle producten eruit. Zet die tijdelijk in een andere vriezer of bewaar ze in een koelbox met koelelementen. Laat de vriezer daarna rustig ontdooien. Je kunt het proces versnellen door een bakje heet water in de vriezer te zetten en de deur dicht te doen, maar giet nooit heet water direct op de wanden – dat kan schade veroorzaken. Vang het smeltwater op met doeken of een opvangbakje. Droog de binnenkant goed af en sluit de vriezer weer aan. Maak meteen ook de binnen- en buitenkant schoon met een zachte doek en een mild schoonmaakmiddel. Vermijd agressieve middelen en schuursponsjes, die kunnen het oppervlak beschadigen.