ID.nl logo
Hoe beveilig je domotica en andere slimme apparatuur?
© PXimport
Huis

Hoe beveilig je domotica en andere slimme apparatuur?

De verwarming die aanspringt als je de straat in fietst. Een deurbel met een camera. Een horloge dat inzicht geeft in onze gezondheid. Slimme apparaten hebben het leven in korte tijd een stuk aangenamer gemaakt. Maar niet veiliger, want qua beveiliging zijn deze apparaten een stuk minder slim. Vaak zijn IoT-apparaten zelfs een bedreiging voor het thuisnetwerk en jouw gegevens. Dus zul je die beveiliging zelf moeten regelen.

Dat beveiliging hét zwakke punt is van veel Internet of Things-apparaten (IoT), is geen verrassing. De IoT-producenten op jacht naar marktaandeel willen dat hun producten vooral cool, gebruiksvriendelijk en goedkoop zijn. Beveiliging speelt geen rol, ook niet bij de kopers. Veel IoT-apparaten zijn bovendien merkloos, worden ergens ver weg in grote aantallen gemaakt, verscheept en verkocht. Niemand die zich er daarna nog op laat aanspreken dat een lek gedicht moet worden. Vaak is een IoT-apparaat ook een gesloten systeem dat helemaal geen verdere configuratie toelaat of slechts minimale opties biedt. En als dan ook nog de Nederlandse en Europese autoriteiten verzuimen op te treden of eisen te stellen, dan komen we in de situatie waarin we nu verkeren, met een enorm aanbod aan slimme maar onveilige apparaten en dus een probleem dat we zelf moeten oplossen.

Gelukkig zijn er voldoende mogelijkheden om IoT-apparaten wel goed te beveiligen. Dat doe je door de beveiliging in lagen te organiseren, ‘defence in depth’ of ‘layered security’ in techneuten-Engels. De eerste laag zijn de IoT-apparaten zelf. Alles wat je daar kunt regelen en dichttimmeren, hoeft in de schillen eromheen niet meer. De tweede laag is het netwerk waarmee de apparaten verbonden zijn en de derde laag zijn de gebruikers. Allemaal kunnen ze specifieke zaken bijdragen om IoT veilig te maken.

©PXimport

Wat is Internet of Things?

Ook al zegt de term ‘Internet of Things’ of afgekort ‘IoT’ je niets, de kans is groot dat je er toch al wel iets van in huis hebt. Bij IoT gaat het om fysieke apparaten zoals lampen, wasmachines, de smart-tv, eigenlijk alle apparaten die ingebouwde elektronica, software, sensoren en actuatoren combineren met een netwerkverbinding die gegevens kunnen verzamelen en uitwisselen. Populaire IoT-apparaten zijn de Philips Hue-lampen, de Toon en Nest slimme thermostaat, maar ook draagbare fitnessmeters.

©PXimport

Waar zitten de gaten?

IoT-apparaten kennen een aantal veelvoorkomende zwakheden. De eerste is vaak de firmware. Bij het schrijven van de code is er weinig aandacht voor beveiliging, vaak worden ook blokken code en componenten hergebruikt die soms al verouderd of bewezen onveilig zijn. Een tweede manco is het gebrek aan updates en security-fixes én aan een mechanisme om die automatisch te installeren op de IoT-apparaten. Daarnaast zijn IoT-apparaten zelden serieus gehardened, wat betekent dat functionaliteit en communicatieprotocollen ingeschakeld zijn die niet worden gebruikt. Opties om deze alsnog zelf uit te schakelen ontbreken vaak. Ook is de algehele configureerbaarheid vaak beperkt. Tot slot gebruiken veel IoT-apparaten standaard gebruikersnamen en wachtwoorden en ontbreekt soms zelfs de mogelijkheid die aan te passen.

01 Updaten

Het is weliswaar een wetmatigheid dat elke update ook nieuwe fouten introduceert, toch is het updaten van de software op een apparaat een beproefde methode om beveiligingslekken te verhelpen. Voorzie daarom in elk geval je nieuwe IoT-apparaat van de nieuwste firmware wanneer je het in gebruik neemt. En probeer die, wanneer dat mogelijk is, ook later te blijven updaten. Sommige IoT-apparaten komen met een eigen app die soms laat zien welke firmwareversie er wordt gebruikt en of daar updates voor beschikbaar zijn. Controleer dat anders zelf op de website van de leverancier. Check ook de handleiding voor informatie over hoe je moet updaten. Download dan de updates en sla deze op. Log in op de webinterface van het IoT-apparaat en zoek de functie om de firmware te updaten. Upload de nieuwe versie naar het apparaat en laat deze installeren. Controleer daarna of het apparaat naar behoren werkt en of de belangrijkste instellingen, zoals het ip-adres (zie verderop) en de netwerkverbinding, onveranderd zijn gebleven.

©PXimport

02 Wachtwoorden

Neem je een nieuw IoT-apparaat in gebruik, pas dan minimaal het administrator-wachtwoord aan. Veelal is dit een standaard wachtwoord dat voor alle soortgelijke apparaten gelijk is – soms zelfs voor alle apparaten van hetzelfde merk. Gebruik ook niet één wachtwoord voor al je IoT-apparaten maar geef elk een uniek en moeilijk wachtwoord. Dat kan een lange maar makkelijk te onthouden wachtwoordzin zijn, maar helaas kunnen lang niet alle IoT-apparaten daar goed mee overweg. Dan is een kort maar random gegeneerd wachtwoord de betere optie. Gebruik een wachtwoordkluis als Keepass of Enpass om het unieke wachtwoord van elk apparaat te bewaren. Ondersteunt het IoT-apparaat het veranderen van de naam van het admin-account of kun je meerdere admin-accounts maken en het standaardaccount uitschakelen, dan is dat een aanvullende maatregel die je eenvoudig kunt nemen. Het maakt de beveiliging nog beter.

©PXimport

03 Hardening

Hardening is technisch jargon voor sterker maken. En de beveiliging van apparaten maak je sterker door ongebruikte en onveilige opties uit te schakelen. Ongebruikte opties uitschakelen is lastig omdat dit de functionaliteit van het IoT-apparaat raakt, maar denk ook aan overbodige accounts. Ook is de functionaliteit lang niet altijd toegankelijk, al biedt een login via ssh soms mogelijkheden die via de webinterface of app onzichtbaar zijn. De mogelijkheid tot communiceren via ssh of Telnet zijn wel weer voorbeelden van opties die uitgeschakeld moeten worden wanneer er geen gebruik van gemaakt wordt. En dat geldt bijvoorbeeld ook voor communicatie via poort 80 (http) wanneer poort 443 (https) ook wordt ondersteund en natuurlijk helemaal voor IPv6.

©PXimport

04 Configuratie

Behalve het standaard wachtwoord en account, zijn er, afhankelijk van het (soort) apparaat en bijvoorbeeld het gebruikte communicatieprotocol, ook nog andere opties om de IoT-apparaten beter te beveiligen. Schakel over naar tweefactor-authenticatie voor de login, gebruik voor normaal alledaags gebruik geen account met admin- of root-rechten maar een standaard account met beperkte rechten. Configureer ook zo’n beperkt account voor verbindingen met andere apparaten in het thuisnetwerk zoals tussen een bewakingscamera en een nas. Ook daarvoor zijn geen admin-rechten nodig, niet op de camera en niet op de nas. Schakel op alle IoT-apparaten dhcp uit en configureer een vast ip-adres. Een vast ip-adres zorgt ervoor dat het IoT-apparaat altijd goed bereikbaar is voor de diensten of verbindingen die het mag maken, terwijl het niet na bijvoorbeeld een stroomstoring ineens met een ander ip-adres in het netwerk kan komen en zich bijvoorbeeld onttrekt aan specifieke firewall-regels.

©PXimport

05 Isolatie

De tweede laag in de beveiliging van IoT-apparaten is de netwerklaag. Er zijn meerdere manieren om een netwerk te beveiligen en sommige daarvan kunnen naast elkaar worden gebruikt. Veel ervan berusten op netwerksegmentatie. Zonder netwerksegmentatie kunnen alle apparaten in het netwerk met elkaar communiceren. Met netwerksegmentatie kan dat niet, er worden dan verschillende groepen binnen het netwerk aangebracht die niet zomaar met elkaar kunnen communiceren.

Is er geen mogelijkheid een apart netwerk voor de IoT-apparaten in te stellen, kies dan voor Access Point Isolatie. Hiermee zorg je ervoor dat draadloos verbonden apparaten zoals de IoT-apparaten, alleen met het internet kunnen communiceren en niet met elkaar. Het nadeel van deze methode is dat het geldt voor alle draadloos verbonden apparaten, maar weinig routers bieden de mogelijkheid dit per apparaat in te stellen. Een uitzondering zijn routers voorzien van het opensource-besturingssysteem voor routers DD-WRT. Daarin kan het wel per apparaat worden aangegeven.

©PXimport

06 Gastnetwerk

Een gemakkelijke variant van de AP-isolatie is het gastnetwerk. Dit keer komt er een apart draadloos netwerk bij dat speciaal voor de gasten en in dit geval de IoT-apparaten is. Voor alle apparaten in het gastnetwerk geldt dat deze niet naar de apparaten in het gewone thuisnetwerk kunnen en veelal kunnen ze ook niet met de andere apparaten in het gastnetwerk communiceren. Door nu de IoT-apparaten met dit gastnetwerk te verbinden, beveilig je dus de apparaten in het thuisnetwerk tegen de IoT-apparaten. Een nadeel is wel dat je hiermee de mogelijkheid verliest het gastnetwerk ook echt voor gastgebruik in te zetten. Dat kan nog wel maar dan zitten gasten en IoT-apparaten in één netwerk, en of je dat altijd wilt is ook maar weer de vraag.

©PXimport

07 Een tweede router

Beschik je over een tweede router, dan kun je daarmee een heel apart netwerk neerzetten specifiek voor de IoT-apparaten. De twee routers komen dan in lijn te staan, een router is verbonden met het internet, de wan-poort zit op het modem van de internetprovider. De tweede router is verbonden met de eerste. Je verbindt dus de wan-poort van de tweede router met een lan-poort van de eerste router. Dit stelt wel eisen aan de configuratie van de beide routers. Configureer op beide verschillende wachtwoorden, een verschillend ip-netwerk en verschillende draadloze netwerken met verschillende wpa2-beveiligingscodes. Voor wat het ip-netwerk betreft, configureer bijvoorbeeld op de eerste router het 192.168.0.x netwerk en op de tweede 192.168.1.x of een 10.10.10.x wanneer je het liever echt heel duidelijk verschillend wilt hebben. De tweede router heeft op de wan-poort een ip-adres uit het ip-netwerk van de eerste. Als dns van de tweede router kun je het ip-adres aan de lan-kant van de eerste router nemen maar je kunt ook een dns op het internet configureren zoals de 8.8.8.8 van Google. De IoT-apparaten verbind je draadloos en bedraad met de eerste router. De tweede router is voor het klassieke thuisnetwerk met de goed beveiligde apparaten. Doordat op de tweede router een firewall actief is die al het binnenkomende verkeer, ook dat van het netwerk op de eerste router, weigert, zijn de apparaten die verbonden zijn met de tweede router beveiligd tegen de apparaten die met de eerste router verbonden zijn, dus tegen de IoT-apparaten. Apparaten die met de tweede router verbonden zijn, kunnen wel verbinding maken met apparaten die met de eerste router zijn verbonden.

08 Houd overzicht

Zorg ervoor dat er geen onbekende of vergeten apparaten in het IoT-netwerk komen. Houd een administratie bij van de IoT-apparaten en hun ip-adressen. Dat kan prima in de wachtwoordmanager of Notepad. Controleer zo nu en dan eens of alle apparaten nog aanwezig zijn of investeer in een Fingbox, een 24/7 netwerkmonitor die alles wat er op een netwerk gebeurt monitort en volgens vooraf ingestelde regels waarschuwt. Bijvoorbeeld wanneer een onbekend apparaat online komt maar ook wanneer bekende apparaten nieuwe verbindingen aangaan.

©PXimport

09 Vervang eerder

Kijk kritisch welke IoT-apparaten nog echt actief en in het netwerk aanwezig moeten zijn. Verwijder al die apparaten die je toch niet meer gebruikt of waarvan de functionaliteit ook door andere, nieuwere apparaten kan worden geleverd. Door de hoge innovatiesnelheid en de lage beschikbaarheid van beveiligingsupdates voor bestaande apparaten, is de technische levensduur van IoT-apparaten vaak veel groter dan de economische en zeker de security-technische levensduur. Vervangen door een nieuwe versie met betere software en betere beveiliging is dan een goede keuze ook als het apparaat zelf nog prima functioneert.

Naar standaard beveiliging

Dat het niet handig is dat je bijna een IT-professional moet zijn om veilig gebruik te maken van IoT-apparaten mag duidelijk zijn. Dit is nu ook aan het doordringen bij de bedrijven die IoT pushen. Zo zijn er inmiddels meerdere voorstellen gedaan voor een veilige standaard voor IoT-communicatie. Sommige betreffen echt nieuwe technieken, andere gebruiken bestaande technieken. Tot de laatste behoort het voorstel van Ericsson-engineer M. Sethi die Radius, EAP en 802.1x gebruikt voor authenticatie en netwerktoegang van IoT-apparaten, technieken die nu vooral door bedrijven worden gebruikt. Ook de politiek wordt wakker. Zo heeft Californië sinds kort een wet die vanaf 2020 makers van internet-verbonden apparaten verplicht deze “naar redelijkheid” te beveiligen. Zo zijn standaard wachtwoorden verboden of moet de gebruiker de eerste keer dat hij verbinding maakt zelf een wachtwoord instellen. Kritiek is er echter ook: de wet richt zich vooral op het toevoegen van nieuwe beveiligingseisen en niet op het dichten van de bekende gaten. In Europa is vooral het cybersecurity-agency ENISA een voorvechter van nieuwe standaarden en, waar nodig, regelgeving. Concreet is er echter nog niets.

De cyberaanval-killchain

Een cyberaanval of hack doorloopt altijd een aantal standaard stappen. De eerste is reconnaissance. Hierin verkent de hacker zijn doelwit en zoekt kwetsbaarheden. Stap 2 is weaponization, waarin de aanval wordt voorbereid bijvoorbeeld door specifieke malware te schrijven of een exploit te selecteren. Stap 3 is de delivery, waarin het wapen naar het doel wordt gebracht. Bijvoorbeeld: de malware wordt via mail aan de sysadmin gestuurd in de hoop dat die deze activeert. Stap 4 is exploitation, de eigenlijke hack: het doelwit wordt aangevallen en overgenomen. Stap 5 is command and control, waarbij blijvende toegang wordt ingericht. En tot slot stap 6: actions and objectives, waarin de hacker zijn eigenlijke doel uitwerkt zoals het stelen of vernietigen van gegevens, gebruik van een IoT-apparaat in een ddos-aanval op een ander doel. Respectievelijke tegenmaatregelen zijn detectie, weigeren van toegang, verstoren van de aanval, tegenaanval op de command en control, misleiden van de aanvaller (honeypot) en het inperken, het ‘apart’ plaatsen van een besmet systeem dat daarmee zijn toegang tot de overige infrastructuur verliest.

▼ Volgende artikel
Zó handig is het (verborgen!) tweede Startmenu van Windows 11
© ID.nl
Huis

Zó handig is het (verborgen!) tweede Startmenu van Windows 11

Iedereen gebruikt het gewone Startmenu van Windows 11. Je vindt er apps, instellingen, aanbevelingen en tegels. Overzichtelijk, maar je moet soms flink doorklikken voordat je eindelijk bent waar je zijn wilt. Kan dat niet handiger? Zeker: er bestaat ook een tweede Startmenu: een stuk eenvoudiger en vooral sneller. Waar je het vindt en hoe je het gebruikt, lees je in dit artikel.

Het verborgen tweede Startmenu van Windows 11

We geven toe: 'verborgen' is misschien iets te sterk uitgedrukt. Maar feit blijft dat de meeste mensen het nog niet zullen kennen, simpelweg omdat Microsoft zelf er nooit actief de aandacht op heeft gevestigd. Hoog tijd om dit superhandige Windows 11-onderdeel te leren kennen – én te gaan gebruiken!

Lees ook: Laptop met Windows 11? Zo doe je langer met de accu

Gewone Startmenu versus verborgen Startmenu

Het gewone Startmenu van Windows 11 is het startpunt voor de meeste gebruikers. Hier vind je je apps, recente bestanden, een zoekbalk en knoppen voor instellingen en afsluiten. Het menu is visueel ingericht, met tegels en iconen, en richt zich vooral op dagelijks gebruik.

©ID.nl

Het reguliere Startmenu is overzichtelijk, maar je moet nog wel doorklikken wanneer je op zoek bent naar Instellingen.

Het verborgen Startmenu ziet er heel anders uit. Geen tegels of visuele opsmuk, maar een compacte lijst met systeemfuncties. Denk aan apparaatbeheer, taakbeheer, netwerkverbindingen en terminal. Dit menu is vooral bedoeld voor wie snel iets wil aanpassen, controleren of oplossen.

Zo open je het verborgen Startmenu

De makkelijkste manier is simpelweg met de rechtermuisknop op de Startknop klikken (onderaan je scherm, links). Meteen verschijnt een menu met een lijst vol snelkoppelingen. Geen wachttijd, geen vertraging: het menu reageert direct.

Gebruik je liever het toetsenbord? Druk dan op Windows-toets + X. Deze sneltoets werkt overal in Windows, zelfs midden in een programma. Handig op een laptop, zeker als je geen muis bij de hand hebt.

Werk je op een touchscreen? Tik dan op de Startknop en houd die een paar seconden vast. Zodra Windows dit herkent als een 'lang tikken', verschijnt het menu automatisch.

Hoe je het ook opent, de inhoud is altijd gelijk. Het menu komt standaard naast de Startknop in beeld, dus je hoeft nooit te zoeken.

💡Door de Donkere Modus in te stellen (via Instellingen -> Persoonlijke instellingen -> Kleuren) krijgt het tweede Startmenu een donkere achtergrond. Dat zorgt ervoor dat het onderscheid met eventueel geopende programmavensters wat groter wordt.

Wat vind je in dit tweede Startmenu?

Alles wat je anders via Instellingen of het Configuratiescherm moet opzoeken, staat hier bij elkaar. In plaats van losse snelkoppelingen of visuele tegels, toont dit menu een strakke lijst.

Zo kom je met één klik bij Apparaatbeheer, Schijfbeheer, Taakbeheer, Netwerkinstellingen of PowerShell. Handig als je iets wilt aanpassen, controleren of snel een probleem moet oplossen.

Microsoft heeft de functies logisch gegroepeerd. De bovenste opties gaan over apps en energiebeheer, daaronder volgen tools voor systeembeheer en netwerkverbindingen. Verder naar beneden vind je opdrachten voor afsluiten of afmelden. Je herkent ze aan hun vertrouwde namen, wat zoeken overbodig maakt. Een voorbeeld: als je software wilt verwijderen, hoef je niet naar Instellingen > Apps > Geïnstalleerde apps. Je kiest gewoon 'Geïnstalleerde Apps' uit het menu en je bent er meteen.

©ID.nl

Via het tweede Startmenu heb je meteen toegang tot allerlei systeemtools waarvoor je anders zou moeten zoeken in Instellingen of in het Configuratiescherm.

Waarom het tweede Startmenu zo handig is

Hoewel de systeemtools die je via het tweede Startmenu kunt bereiken voor veel mensen Windows-onderdelen zijn die ze niet zo vaak zullen gebruiken, is het toch handig dt je ze direct 'onder de knop' hebt zitten. Stel: je hebt wifi-problemen. In plaats van drie keer klikken door Instellingen kun je direct 'Netwerkverbindingen' openen. Of je wilt zien of een usb-stick goed wordt herkend. Dan hoef je alleen maar te klikken op 'Apparaatbeheer'. Voor wie vaker met systeeminstellingen werkt, is dit menu eigenlijk helemaal onmisbaar. Je hoeft geen sneltoetsen te onthouden of eindeloos door menu's te klikken. Alles wat je vaak gebruikt zit binnen handbereik. En ook als je het niet dagelijks gebruikt, is het handig om te weten dat het er is. Het scheelt je hoe dan ook veel tijd en zoekwerk.

Ook fijn: het menu ziet er op elke Windows 11-pc hetzelfde uit. Of je nu thuis werkt, op kantoor zit of iemand anders helpt: je weet precies waar je moet zijn.

Dus?

Het verborgen Startmenu is een van de meest praktische onderdelen van Windows 11. Het geeft je directe toegang tot systeemfuncties en tools waarvoor je anders moet doorklikken en waar je naar moet zoeken. Het is geen vervanger van het gewone menu, maar een aanvulling voor wie meer uit z'n systeem wil halen. Of je nu snel iets wilt aanpassen, een probleem onderzoekt of gewoon minder wilt klikken: het tweede Startmenu maakt het net een stuk makkelijker!

⬇️Scrol omlaag en bekijk welke onderdelen je in het tweede Startmenu vindt en wat je ermee kunt


Menu-onderdeelFunctieWat je ermee kunt
Geïnstalleerde appsSoftware beherenProgramma's verwijderen of aanpassen
MobiliteitscentrumSnel toegang tot laptopinstellingenHelderheid, volume, batterijmodus, schermprojectie en presentatiemodus aanpassen
EnergiebeheerEnergie-instellingen beherenInstellen hoe je laptop omgaat met batterij, schermtijd, slaapstand en aan-uitknoppen
LogboekenSysteemlogboeken bekijkenBekijken van systeemgebeurtenissen, waarschuwingen en foutmeldingen
SysteemSysteeminformatie bekijkenSysteemtype, prestaties en apparaatdetails bekijken
ApparaatbeheerHardware beheren en drivers controlerenApparaten beheren, stuurprogramma's bijwerken en hardwareproblemen oplossen
NetwerkverbindingenNetwerkinstellingen aanpassenWifi- en ethernetinstellingen beheren of aanpassen
SchijfbeheerPartities en schijven beherenSchijven formatteren, partities aanmaken of volumes wijzigen
ComputerbeheerGeavanceerd systeembeheerToegang tot gebruikersbeheer, logboeken en taakplanning
TerminalOpdrachtregel openenPowerShell of opdrachtprompt openen voor systeembeheer
Terminal (Beheerder)Opdrachtregel openen als beheerderZelfde als Terminal, maar met beheerdersrechten
TaakbeheerProcessen en prestaties beherenTaken beëindigen, opstartprogramma's beheren en prestaties volgen
InstellingenSysteeminstellingen openenAlle standaard Windows-instellingen openen
VerkennerBestanden en mappen openenNavigeren door mappen en bestanden op je pc
ZoekenZoeken in apps, bestanden en instellingenZoeken naar programma's, documenten of instellingen
UitvoerenProgramma's of opdrachten handmatig startenSnel programma's starten via bestandsnaam of commando
Afsluiten of afmeldenSysteem afsluiten, opnieuw opstarten of afmeldenKeuzes voor slaapstand, afsluiten of opnieuw opstarten maken
BureaubladAlle vensters minimaliseren om bureaublad te tonenSnel terug naar het bureaublad zonder vensters te sluiten

Losse muis nodig?

(dat werkt soms net wat handiger)

▼ Volgende artikel
Frisse was, frisse droger: zo houd je je wasdroger écht schoon
© Shi
Huis

Frisse was, frisse droger: zo houd je je wasdroger écht schoon

Van buiten oogt hij misschien smetteloos, maar vanbinnen kan je wasdroger behoorlijk smerig zijn. Warmte, vocht en pluis vormen namelijk de perfecte broedplek voor bacteriën en schimmels. En dat ruik je. Bovendien werkt een vervuilde droger minder goed én verbruikt hij meer energie. Tijd om in actie te komen: met dit 8-stappenplan houd je jouw wasdroger schoon, fris en in topconditie!

In dit artikel lees je:

  • Waarom het belangrijk is om je wasdroger schoon te maken
  • Hoe vaak je dat idealiter moet doen
  • Een stappenplan om je wasdroger grondig schoon te maken
  • Handige schoonmaaktips voor specifieke onderdelen
  • Welke schoonmaakmiddelen geschikt zijn
  • Antwoord op veelgestelde vragen over wasdroger schoonmaken

Ook interessant: 9 veelgemaakte fouten bij het drogen van je was

Waarom is schoonmaken belangrijk?

Een wasdroger draait op hoge temperaturen en heeft continu te maken met vocht. Ideale omstandigheden voor ongewenste gasten zoals schimmels en bacteriën. Tel daar opgehoopte pluisjes en resten wasmiddel bij op, en je snapt waarom je wasdroger soms muf ruikt of er langer over doet dan normaal. Regelmatig schoonmaken voorkomt vieze luchtjes, verlengt de levensduur én maakt je droger zuiniger.

Wanneer moet je de wasdroger schoonmaken?
Experts adviseren om je wasdroger om de 3 à 4 maanden grondig schoon te maken. Doe je dat niet, dan is eens per jaar zeker een must. Je zult merken dat je wasdroger na het schoonmaken weer werkt als nieuw. De meeste storingen worden trouwens ook verholpen met een goede schoonmaakbeurt.

Een schone droger in 8 simpele stappen

1. Stekker eruit

Voordat je iets doet, trek je de stekker uit het stopcontact. Veiligheid voorop!

2. Pluizenfilters legen

Open het klepje onderin en haal de filters eruit. Meestal zijn dat er twee: een pluizenfilter en een condensfilter. Spoel ze af onder de kraan en laat ze goed drogen voordat je ze terugplaatst.

3. Condensor schoonmaken

Achter een apart klepje aan de voor- of achterkant zit de condensor. Haal stof en pluis voorzichtig weg met een vochtige doek. Vergeet ook de randjes en het klepje zelf niet.

4. Afvoerslang controleren

Koppel de slang los (als jouw droger die heeft) en check of er geen verstopping in zit. Spoel hem goed door en maak de binnen- en buitenkant schoon. Zet hem daarna weer stevig terug.

5. Binnenkant afnemen

Gebruik een zachte, vochtige doek om de binnenzijde van de trommel schoon te maken. Voor hardnekkige vlekken kun je een beetje allesreiniger gebruiken. Vergeet ook de rubber rand niet.

6. Buiten schoon, net als binnen

Neem de buitenkant van de machine af met een vochtige doek. Gebruik wat allesreiniger voor de zijkanten en voorkant, maar houd het bedieningspaneel liever droog of gebruik een licht vochtige doek.

7. Deurtje open laten

Laat na het schoonmaken de deur een tijdje openstaan. Zo kan de binnenkant goed drogen en voorkom je dat er schimmel ontstaat.

8. Lege droogbeurt draaien

Tot slot: draai een heet droogprogramma zonder was erin. Hiermee droog je de laatste vochtresten en geef je eventuele bacteriën geen kans.

Belangrijk bij het schoonmaken:

  • Maak alle afneembare onderdelen regelmatig schoon, zoals filters en condenser.
  • Gebruik milde schoonmaakmiddelen en voorkom schurende materialen.
  • Droog alle onderdelen goed voordat je ze terugplaatst.
  • Voer na elke schoonmaakbeurt een lege droogcyclus uit.
  • Ventileer je wasdroger goed na gebruik en reiniging.

©Shi

Hoe vaak moeten onderdelen worden gereinigd?

Niet alle onderdelen hoeven even vaak gereinigd te worden. Dit schema geeft een indicatie:

  • Pluizenfilters: om de 1 à 2 maanden
  • Condensor: 2 à 4 keer per jaar
  • Afvoerslang: 2 à 4 keer per jaar
  • Binnenzijde trommel: 2 à 4 keer per jaar
  • Buitenzijde: indien nodig

Merk je toch geurtjes op of neemt de droogprestatie van je wasdroger af? Voer dan een extra schoonmaakbeurt uit.

Schoonmaaktips voor specifieke onderdelen

Voor sommige onderdelen van je wasdroger zijn speciale schoonmaaktips. We zetten ze voor je op een rijtje.

Condensorkit reinigen
Week de lamellen 15 minuten in een sopje van warm water en afwasmiddel.
Spoel met water en wrijf de lamellen schoon.
Spoel na met schoon water en laat goed drogen voordat je terugplaatst.
Wasmiddelbakje reinigen
Maak wekelijks het bakje leeg en spoel schoon.
Week jaarlijks in warm water met afwasmiddel. Wrijf daarna schoon met een borstel.
Spoel goed na en laat drogen voor je terugplaatst.
Deurrubber reinigen
Veeg maandelijks stof en pluis van het rubber af.
Reinig jaarlijks grondig met warm sopje en spons.
Spoel na en dep droog met zachte doek.

©detry26

Schoonmaakmiddelen: wat gebruik je wel (en liever niet)?

Voor het grondig reinigen van je droger zijn er speciale producten op de markt. Denk aan schoonmaakmiddelen die vet, kalk en vuil aanpakken zonder onderdelen aan te tasten. Let altijd goed op of het middel geschikt is voor jouw type droger.

Ook populair zijn reinigingstabletten of -strips die je in de trommel legt voordat je een schoonmaakprogramma start. Die lossen nare geurtjes en aanslag op, maar gebruik ze niet te vaak. Overmatig gebruik kan het rubber en de binnenkant aantasten.

Liever een natuurlijk alternatief? Meng dan 5 eetlepels citroenzuur met een liter warm water en giet het in de wasmiddellade. Laat vervolgens een heet programma draaien. Goed voor je droger én het milieu.

Veelgestelde vragen over drogers schoonmaken

Kan ik een stoomreiniger gebruiken?

Nee. De hitte en vocht van een stoomreiniger kunnen onderdelen beschadigen. Gebruik altijd een microvezeldoekje met wat sop.

Wat te doen bij zwarte schimmel?

Reinig grondig de rubberen rand, filters en afvoerslang. Gebruik eventueel azijn als nabehandeling en draai daarna een heet programma. Herhaal dat regelmatig.

Waarom ruikt mijn schone was muf na het drogen?

Waarschijnlijk is je droger toe aan een schoonmaakbeurt. Begin bij het filter en de condensor en werk alles stap voor stap af. Vergeet ook de afvoerslang en het draaien van een heet leeg programma niet. Als dat allemaal niet helpt en de droger is al wat ouder, is het misschien tijd om uit te kijken naar een nieuw exemplaar.