ID.nl logo
Zelf mobiele apps bouwen (deel 3)
© Reshift Digital
Huis

Zelf mobiele apps bouwen (deel 3)

In het vorige deel hebben we een nieuw project gemaakt. Hiermee heb je eigenlijk meteen een basis voor je app. We laten nu zien welke bestanden zijn aangemaakt en wat het doel van die bestanden is. Ook gaan we op twee manieren een tekst aanpassen: via de gebruikersinterface en via code.

We gaan in dit deel verder met de app die we in deel 2 hadden opgezet. Herhaal als het nodig is de stappen door in Android Studio een nieuw project te beginnen met als template Empty Activity. Hiermee zijn al enkele mappen en bestanden voor de app gemaakt en ook al grotendeels ingevuld, zodat je in feite al een werkende app hebt. In het projectvenster zie je deze bestanden en mappen terug onder de map app. Het gaat om:

- manifests: deze map bevat het belangrijke bestand AndroidManifest.xml, dat allemaal details over je app bevat. Er staat bijvoorbeeld in welke activity moet worden begonnen bij het starten van de app. Als toegang nodig is tot systeemonderdelen, zoals internet of de camera, vermeld je dat ook in dit bestand. Bij het uitbreiden van je app zul je hier zelf aanpassingen in maken;

- java: deze map bevat alle broncode voor je app (in Kotlin of Java) in verschillende mappen. Hierbij gebruik je doorgaans de bovenste map (met de ‘package name’ als naam). De twee mappen daaronder bevatten testcode. Er is in de map al één bestand met de naam MainActivity.kt gemaakt, waarin al enkele regels code zijn ingevuld. Aan de extensie .kt kun je zien dat het in Kotlin is geschreven.

- res: deze map bevat extra zogeheten resources (bronnen), verdeeld over mappen. In de map drawable vind je grafische bestanden. De map layout bevat alle lay-outs. Daarmee bedoelen we de schermen voor de app, ofwel grafische interfaces, waarop bijvoorbeeld teksten, afbeeldingen en buttons staan. Zo’n lay-out wordt beschreven in een xml-bestand en voor het eerste eenvoudige scherm is al een bestand activity_main.xml gegenereerd. De map values bevat andere resources, zoals variabelen die in de app worden gebruikt. Zo vind je in strings.xml de naam die je aan de app hebt gegeven terug.

©PXimport

Lay-out openen

Open de automatisch gegeneerde lay-out via het projectvenster door onder app/res/layout te dubbelklikken op activity_main.xml. Deze lay-out wordt dan aan de rechterkant geopend, waar het zoals elk geopend bestand een eigen tabblad krijgt. Bij het bewerken van een lay-out kies je rechtsboven uit de drie modi Code, Split en Design.

Onder Code kun je het xml-bestand rechtstreeks bewerken. Via Design kan dit visueel door bijvoorbeeld elementen naar de app te slepen. Bij de modus Split heb je die twee opties naast elkaar. We beginnen met Design.

Links in het venster Palette zie je alle componenten waarmee je de gebruikersinterface voor je app bouwt, zoals teksten, afbeeldingen en knoppen. Dat doe je door zulke componenten naar je scherm te slepen en daarop te positioneren. Er is al één component voor tekst geplaatst, ook wel TextView genoemd. In de gebruikersinterface zie je dat deze component al de tekst Hello World! bevat. Als je op die tekst klikt, is de TextView-component geselecteerd, wat je ook ziet in het venster Component Tree. Dat is een soort boomstructuur voor alle gebruikte componenten.

©PXimport

Tip: bestanden terugvinden

Wil je voor een geopend bestand weten wáár het tussen je projectbestanden staat? Klik dan in het projectvenster op het icoontje Select Opened File.

Eigenschappen aanpassen

Elke component kent talloze eigenschappen die je kunt aanpassen, ook wel attributen genoemd. Zorg daarvoor eerst dat de component is geselecteerd, door erop te klikken in de gebruikersinterface of in de Component Tree. Selecteer als voorbeeld de TextView-component en open rechts (als het nog niet is geopend) het venster Attributes. Hierin vind je alle attributen voor deze component. De tekst voor de TextView is in eerste instantie Hello World! en vind je bij het attribuut met de naam text. De attributen waaraan reeds een waarde is toegekend, vind je altijd snel terug onder Declared Attributes.

Er zijn nog talloze andere attributen. De volledige lijst vind je onder All Attributes. Veel attributen komen in latere delen aan bod, als we dieper ingaan op het bouwen van gebruikersinterfaces. We gaan alvast één belangrijke attribuut met de naam id invullen. Daarmee kunnen we straks in code de component aanwijzen. Dit attribuut vind je al direct bovenaan. Vul de gewenste naam in; als voorbeeld kiezen we text_welkom.

Ga ten slotte rechtsboven naar Code om te zien hoe de lay-out er in het xml-bestand uitziet. Let daarin vooral op de TextView-component en de attributen text en id. Als je het handiger vindt, kun je ook altijd in het xml-bestand aanpassingen maken. Dat gaat in sommige gevallen sneller omdat je wat handiger kunt knippen, kopiëren en plakken.

©PXimport

Code schrijven volgens de richtlijnen

Bij het programmeren is het altijd handig om bepaalde richtlijnen te volgen, zodat code voor iedereen herkenbaar en goed leesbaar is. Dat helpt je niet alleen bij de stijl van je code, maar ook bij de keuze van namen voor bijvoorbeeld ID’s en variabelen. Een voorbeeld van zulke richtlijnen voor Android vind je via www.bit.ly/andrguide. In deze cursus volgen we overwegend de richtlijnen. Zo nemen we voor de ID steeds de naam van de component als uitgangspunt, gevolgd door een underscore, zoals text_ voor een TextView, image_ voor een ImageView, button_ voor een Button en tot slot menu_ voor een Menu. De TextView-component waarop we de welkomsttekst laten zien, noemen we daarom text_welkom. Voor een variabele in de code die verwijst naar deze ID zou je dezelfde naam mogen gebruiken. In deze cursus gebruiken we voor de duidelijkheid een andere afgeleide naam, met een hoofdletter in plaats van het underscore-teken als afscheiding, bijvoorbeeld textWelkom.

Bestaande code

Je hebt gezien hoe je voor de TextView-component in je ontwerp de tekst aan kunt passen. De aanpassing kun je ook via code maken tijdens de uitvoering van je app. We laten zien hoe je dat doet. Open het bestand MainActivity.kt via het projectvenster. Dit bestand bevat een eenvoudige basis voor de (enige) activity van deze app, waaronder de volgende regels:

class MainActivity : AppCompatActivity() {

override fun onCreate(savedInstanceState: Bundle?) {

super.onCreate(savedInstanceState)

setContentView(R.layout.activity_main)

}

}

Belangrijk om te weten is dat er verschillende toestanden bestaan waarin een activity kan verkeren. Dit heet ook wel levenscyclus of lifecycle. Je kunt via zogenoemde ‘callbacks’ inhaken op elke (veranderende) toestand. In een van de komende delen gaan we hier uitgebreider op in door de levenscyclus en callbacks met een werkend voorbeeld te demonstreren. Hier gebruiken we zo’n callback voor de belangrijke onCreate() die optreedt zodra onze activity wordt gemaakt. Door hier zelf met sleutelwoord override een functie voor te maken, overschrijf je als het ware de bestaande code, waarbij je met super.onCreate(savedInstanceState) eerst de bestaande code (alsnog) kunt laten uitvoeren. Hierbij is savedInstanceState de bewaarde eerdere toestand van de app. Daaronder kun je dan je eigen aanvullende code schrijven. Je ziet daarin nu alleen de regel setContentView(R.layout.activity_main). Die regel zorgt ervoor dat de gewenste lay-out (in dit geval het bestand activity_main.xml) wordt geladen en op het scherm wordt getoond.

Code toevoegen

Voordat je code gaat schrijven, is het handig om een instelling te wijzigen, zodat de benodigde bibliotheken automatisch worden geïmporteerd als je ze gebruikt in je code (zie het kader ‘Importregels voor bibliotheken’). Vervolgens hoeven we maar twee regels toe te voegen om de tekst te veranderen. Zet de regels direct onder de regel setContentView(). Eerst zoeken we via de in de lay-out toegekende id de TextView-component op en maken we deze beschikbaar via de variabele die we textWelkom noemen:

val textWelkom: TextView = findViewById(R.id.text_welkom) as TextView

Hierna kunnen we eenvoudig de tekst veranderen:

textWelkom.text = "Dit is een live aanpassing!"

Als je geen automatische importregels hebt ingesteld, wordt gevraagd om op Alt+Enter te drukken om de bibliotheken te importeren, die nodig zijn voor deze app. Als je de app start, bijvoorbeeld in de emulator, zie je als het goed is de aangepaste tekst. Je merkt nergens dat de tekst via de code wordt aangepast. Dat is niet omdat het te snel zou gaan om op te vallen, maar omdat de bewuste activity binnen de onCreate() nog niet zichtbaar is gemaakt voor de gebruiker.

©PXimport

Importregels voor bibliotheken

We raden je aan om voor de hand liggende bibliotheken automatisch toe te laten voegen. Om dat in te stellen, ga je naar File / Settings en dan Editor / General / Auto Import. Zet onder Kotlin en Java een vinkje bij Add unambigious imports on the fly. Dat zorgt ervoor dat de importregel automatisch wordt toegevoegd als je bijvoorbeeld de Log-opdracht schrijft. Ook de optie Optimize imports on the fly is handig. Deze instelling zal automatisch de importregels verwijderen voor bibliotheken die je niet meer raadpleegt.

©PXimport

Testen in emulator

Fysiek of virtueel Android-toestel

Om je app te testen heb je een Android-toestel nodig. Je kunt hiervoor een fysiek toestel gebruiken (wat in deel 4 aan bod gaat komen), maar ook een virtueel toestel via de emulator te gebruiken. Die werkt tegenwoordig net zo snel of zelfs sneller dan een ‘echt’ toestel. Doorgaans zul je in de eerste fase van je ontwerp vooral de emulator gebruiken en in de laatste fase – voor het perfectioneren van de app – een echt toestel. Om virtuele toestellen voor de emulator te bekijken en te beheren, open je de AVD (Android Virtual Device) Manager via Tools / AVD Manager.

©PXimport

Virtuele toestellen

Bij een standaardinstallatie heb je een toestelconfiguratie gemaakt voor de Pixel 3a. Als voorbeeld voegen we een virtueel toestel toe via de optie Create Virtual Device. Je ziet dan verdeeld over categorieën als TV, Phone, Wear OS en Tablet allerlei profielen voor bekende apparaten die je als basis voor je virtuele toestel kunt gebruiken, al kun je ook zelf een profiel maken (zie het kader ‘Profielen voor apparaten maken’).

Hier kiezen we onder Phone voor Pixel 4. Zoals je aan het icoontje in de kolom Play Store kunt zien, bevat dit virtuele toestel ook de Google Play Store. Je kunt dus (andere) apps op het toestel installeren vanuit de appstore van Android, net als op een echte telefoon. Klik op Next om verder te gaan.

Nu kun je kiezen welke versie van Android moet worden geïnstalleerd. Onder Recommended zie je aanbevolen releases, maar je kunt ook andere systeem-images kiezen. Dit bepaalt de versie van Android. We gebruiken als voorbeeld de release genaamd Q oftewel Android 10. Klik indien nodig eerst op Download om het systeem-image te downloaden en te installeren. Daarna selecteer je het systeem-image en klik je op Next. Als laatste kun je het toestel een naam geven en een standaard schermoriëntatie kiezen (Portret of Landschap).

Via Show Advanced Settings kun je extra details zien. Zo kies je bij Boot option voor Cold boot als het toestel steeds schoon moet starten, of Quick boot als het verder moet gaan in de toestand waarin je het de laatste keer hebt gebruikt. Klik ten slotte op Finish om de configuratie af te ronden.

©PXimport

Profielen voor apparaten maken

De AVD Manager bevat profielen voor allerlei soorten apparaten, zoals smart-tv’s met Android TV en wearables met Wear OS. Zo’n profiel geeft bijvoorbeeld aan wat de schermgrootte, resolutie en pixeldichtheid zijn, maar ook hoeveel geheugen het apparaat heeft en wat voor sensoren erop zitten. Klik je op New Hardware Profile, dan kun je zo’n profiel zelf helemaal samenstellen. Je kunt bij het maken van een profiel ook een bestaand profiel uit de lijst als uitgangspunt nemen en deze aanpassen. Daarvoor klik je met rechts op een toestel en kies je Clone.

©PXimport

App starten op toestel

Als je het virtuele toestel hebt gemaakt, start je deze vanuit het overzicht door op het groene speelicoontje te klikken. De eerste keer kan het opstarten wat langer duren. Als het toestel is opgestart, kun je het gebruiken zoals een echte Android-smartphone. Zo kun je bijvoorbeeld instellingen veranderen via het instellingenmenu en dankzij de Play Store na inloggen ook aanvullende apps installeren. De emulator zelf geeft je via een knoppenbalk nog diverse extra opties (zie het kader ‘Emulator aanpassen’).

Ga je naar Android Studio, dan selecteer je het toestel in de werkbalk onder Running Devices. Dat kan ook via Run / Select Device (Alt+Shift+F11). Klik je op het groene icoontje (of Shift+F10), dan wordt de app gecompileerd en vervolgens op het virtuele toestel geïnstalleerd en gestart.

Emulator aanpassen

De emulator geeft je een knoppenbalk waarmee je allerlei opties kunt wijzigen. Denk aan het roteren van het scherm of wijzigen van het volume. Via de drie puntjes is een extra menu beschikbaar, waarin je nog veel meer details kunt veranderen. Dat gaat vooral om externe invloeden. Zo kun je bijvoorbeeld de gps-locatie wijzigen, een inkomend gesprek simuleren, de sensoren voor richting, beweging en versnelling beïnvloeden of het soort netwerkverbinding en signaalsterkte wijzigen.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Zo verklein je mappen en schijven met NTFS-compressie in Windows 11
© ID.nl
Huis

Zo verklein je mappen en schijven met NTFS-compressie in Windows 11

Heb je een pc met weinig opslagruimte dan loont het wellicht om in Windows 11 de bestandscompressie in te schakelen. Dan hebben we het niet over zip-archieven, maar de NTFS-compressie waarmee je bestanden, mappen en zelfs volledige schijven kunt verkleinen.

Dit gaan we doen

In dit artikel ontdek je hoe je NTFS-compressie inzet om mappen of een volledige schijf kleiner te maken. Je ziet waar je de optie vindt in Windows Verkenner, welke stappen je doorloopt en wanneer deze methode wel of niet zin heeft. Ook leggen we uit hoe je een gecomprimeerde map herkent en hoe je de compressie later weer uitschakelt. Zo kun je bewuster omgaan met beperkte opslagruimte zonder je bestanden te hoeven verplaatsen.

Lees ook: Dit is er nieuw in de 25H2-update van Windows 11

Eerst een waarschuwing

Dankzij compressie is het mogelijk om meer data op te slaan op dezelfde ruimte. In Windows 11 kun je NTFS (New Technology File System) aanspreken. Het nadeel van deze methode is dat het extra rekenkracht vraagt iedere keer dat je zo'n gecomprimeerd bestand opent. Hetzelfde gebeurt wanneer je na de bewerking het bestand sluit en er recompressie wordt toegepast. Gebruik deze methode dus voor data die je lange tijd niet gebruikt en waar extra laadtijd nauwelijks hinderlijk is.

Je kunt op deze manier ook een volledige schijf comprimeren, maar we raden af om dit met de opstartschijf te doen. Gebruik deze functie niet op usb-sticks en alleen op snelle schijven zoals ssd's. Het prestatieverlies zou teveel doorwegen. Bij jpg-afbeeldingen of mp3- of mp4-mediabestanden is de winst verwaarloosbaar.

Een gecomprimeerde map herken je aan twee blauwe pijltjes in de rechterbovenhoek.

Map comprimeren

Open Windows Verkenner en navigeer naar de map waarvan je de inhoud wilt verkleinen. Klik met de rechtermuisknop op de map en in het snelmenu selecteer je Eigenschappen. Open het tabblad Algemeen en klik op Geavanceerd. Bij de Geavanceerde kenmerken zie je onderaan Compressie en versleutelingskenmerken. Plaats een vinkje bij Inhoud comprimeren om schijfruimte vrij te maken. Klik op OK en klik daarna op Toepassen.

Selecteer indien nodig de optie Wijzigingen toepassen op deze map, submappen en bestanden en klik op de OK-knop. Net zoals voorheen kun je zo'n map openen en de bestanden bekijken in Verkenner. Om de volledige map te decomprimeren, open je opnieuw de Eigenschappen en volg je de beschreven stappen.

Comprimeer de map via de Eigenschappen.

Station comprimeren

Het is mogelijk om een volledige schijf te comprimeren. Open Windows Verkenner en klik op Deze pc in het linkerdeelvenster. Klik met de rechtermuisknop op de opslagschijf die je wilt comprimeren. Selecteer onder het gedeelte Apparaten en stations de optie Eigenschappen. Daarna kun je opnieuw de optie aanvinken: Dit station comprimeren om schijfruimte te besparen.

Het is ook mogelijk om een volledig station te comprimeren.

Ook leuk:

Een stoomwals van Lego
▼ Volgende artikel
Review Ring Floodlight Cam Pro (2e gen) – Grondige tuinbewaking met 4K-beeldkwaliteit
© Ring
Zekerheid & gemak

Review Ring Floodlight Cam Pro (2e gen) – Grondige tuinbewaking met 4K-beeldkwaliteit

Ring heeft de tweede generatie van zijn Floodlight Cam Pro uitgebracht. De voornaamste verbetering van deze schijnwerpercamera is de 4K-beeldkwaliteit. Dankzij twee felle ledlampen leent dit product zich goed voor het bewaken van een grote buitenruimte, zoals een oprit of diepe achtertuin.

Goed
Conclusie

De Ring Floodlight Cam Pro (2e gen) heeft een heleboel voordelen, zoals een scherp beeld, twee felle verstelbare ledlampen, luide sirene en gebruiksvriendelijke app. Daarmee zijn alle ingrediënten aanwezig om op een laagdrempelige manier je tuin of oprit te bewaken. Daarentegen is de adviesprijs van 279,99 euro nogal fors. En daarmee ben je er nog niet, want voor het bewaren van opnames heb je een betaald Ring Home-abonnement nodig. Er bestaan als alternatief (veel) goedkopere floodlight-camera's met lokale opslag, al ondersteunen die veelal geen 4K-beeldkwaliteit.

Plus- en minpunten
  • Robuuste behuizing
  • App geeft zeer duidelijke instructies
  • Gebruiksvriendelijke montage
  • Accepteert 2,4GHz- en 5GHz-netwerken
  • Slimme meldingen
  • Slimme zoekfunctie
  • Felle richtbare schijnwerpers
  • Gedetailleerde opnames in 4K
  • 10× digitaal inzoomen
  • Luide sirene
  • Erg duur
  • Montage alleen op plek van bestaande lamp
  • Geen ondersteuning ethernet
  • Betaalde video-opslag in de cloud

Zodra we de productdoos openmaken, valt één ding meteen op. Ring levert geen voedingskabel of accu mee. De Ring Floodlight Cam Pro (2e gen) kun je namelijk alleen op de plek van een bestaande buitenlamp monteren. De IP65-gecertificeerde behuizing is grotendeels van kunststof. Desalniettemin voelt de constructie solide aan, dus die gaat niet zomaar stuk. Gunstig is dat je zowel de camera als beide schijnwerpers naar eigen wens kunt richten.

©Maikel Dijkhuizen

Behalve de bewakingscamera bevat de productdoos een montagebeugel, montagegereedschap en beveiligingssticker.

Montage

Voor de juiste montage-instructies ben je aangewezen op de Ring - Always Home-app. Overigens is dat geen straf, want duidelijke filmpjes en Nederlandstalige aanwijzingen loodsen je soepel door de installatieprocedure. Film de QR-code en volg vervolgens alle stappen. Een beetje kennis van elektra is trouwens geen overbodige luxe.

De fabrikant levert montagegereedschap mee, zoals pluggen, afdekdoppen en een schroevendraaier. Je hebt verder alleen nog maar een boormachine nodig. De montagebeugel bevat een kroonsteentje waarop je de gekleurde stroomdraden kunt aansluiten. Daarnaast heeft de montagebeugel een geïntegreerde waterpas, zodat je de beveiligingscamera helemaal recht hangt. Houd rekening met een ideale ophanghoogte van ongeveer drie meter.

©Maikel Dijkhuizen

Het aansluiten van de elektradraadjes op het geïntegreerde kroonsteentje is een precisiewerkje.

Configuratie

Na de montage volgt de configuratie in de Ring - Always Home-app. Je koppelt deze beveiligingscamera van Google binnen een mum van tijd aan een 2,4GHz- of 5GHz-netwerk. Vervolgens downloadt en installeert het apparaat op eigen houtje een firmware-update. Helaas kun je deze beveiligingscamera niet met een bekabeld netwerk verbinden. Zorg op de beoogde locatie dus voor voldoende wifi-dekking. Bij te weinig bandbreedte schakelt deze beveiligingscamera automatisch terug naar een lagere videokwaliteit.

Je geeft tijdens de configuratie optioneel andere gezinsleden toegang tot de camera. Bepaal ook welke slimme meldingen je wilt ontvangen. Na detectie van personen, voertuigen en andere bewegingen stuurt de Floodlight Cam Pro je desgewenst pushnotificaties. Hierbij stel je zelf de gevoeligheid van de bewegingssensor en detectiezone in. Je kunt ook nog gebieden blokkeren, zodat je bijvoorbeeld geen activiteiten in een naburige tuin vastlegt.

©Maikel Dijkhuizen

Neem even de tijd om alle stappen van de uitgebreide configuratie door te nemen.

Opnemen in 4K

De maximale videokwaliteit van 3840 × 2160 pixels betaalt zich uit, want de beelden zijn zeer scherp. Zo'n hoge resolutie is voor bewakingsdoeleinden eigenlijk niet per se nodig, al biedt het wel degelijk voordelen. Na maximaal 10× inzoomen zijn nummerborden namelijk nog goed leesbaar. Met een behoorlijk brede kijkhoek van 140 graden (horizontaal) bewaak je probleemloos een grote tuin of oprijlaan.

In het donker hebben de twee schijnlampen met een totale lichtopbrengst van 2000 lumen veel meerwaarde. Je ziet 's avonds en 's nachts op grote afstand precies wat er bij jouw woning gebeurt. Daarbij fungeert de Floodlight Cam Pro ook nog als veredelde buitenlamp. Voor een beveiligingscamera heeft dit model een luide sirene. Wie weet schrikt dat insluipers af. Dankzij ondersteuning voor tweewegaudio kun je op afstand een gesprek starten.

Je kijkt in de app eenvoudig opnames terug. Met behulp van de kalender en duidelijk vormgegeven tijdlijn bepaal je welk moment je wilt terugzien. Er is ook een slimme zoekfunctie ingebakken, zodat je met specifieke trefwoorden als 'hond', 'pakket' en 'rode auto' relevante opnames kunt vinden. Een nadeel is dat Ring-beveiligingscamera's geen lokale opslag ondersteunen. Wil je opnames van gebeurtenissen opslaan of 24/7 opnemen, dan heb je een betaald Ring Home-abonnement nodig.

©Maikel Dijkhuizen

De Ring Floodlight Cam Pro maakt scherpe opnamen.

Ring Floodlight Cam Pro (2e gen) kopen?

De Ring Floodlight Cam Pro (2e gen) heeft een heleboel voordelen, zoals een scherp beeld, twee felle verstelbare ledlampen, luide sirene en gebruiksvriendelijke app. Daarmee zijn alle ingrediënten aanwezig om op een laagdrempelige manier je tuin of oprit te bewaken. Daarentegen is de adviesprijs van 279,99 euro nogal fors. En daarmee ben je er nog niet, want voor het bewaren van opnames heb je een betaald Ring Home-abonnement nodig. Er bestaan als alternatief (veel) goedkopere floodlight-beveiligingscamera's met lokale opslag, al ondersteunen die veelal geen 4K-beeldkwaliteit.

Lees ook: Bedraad of draadloos: wat is de beste slimme deurbel voor jou?