ID.nl logo
Haal het maximale uit iedere oplaadbeurt
© PXimport
Huis

Haal het maximale uit iedere oplaadbeurt

Hoewel het tegenwoordig gemakkelijker is om een stopcontact voor je mobiele apparaat te vinden, kan het altijd gebeuren dat je een keer zuinig met de batterij van je laptop, smartphone, of tablet moet zijn omdat je het apparaat niet kunt opladen. Hier een aantal trucs om de batterijduur te rekken.

Verhoog de batterijduur op elk apparaat

Feit: Je batterij kan een bepaalde hoeveelheid energie bevatten, en je kunt deze capaciteit op geen enkele (veilige) manier verhogen.

Dus als elektrische capaciteit eindig is, is het vrij duidelijk dat je je verbruik zult moeten verminderen om een batterij langer mee te laten gaan. De enige manier om dat te doen, is dingen uit te schakelen of te verlagen, net als met de verlichting en apparaten in je huis. Dat wist je natuurlijk al, maar je weet vast niet hoeveel dingen je kunt verlagen of uitschakelen.

©PXimport

Nadeel van een zogenoemde unibody-behuizing is dat je de batterij niet kunt vervangen.

Het meest voor de hand liggende component dat je kunt dimmen of uitzetten wanneer je het niet gebruikt, is het beeldscherm. Verlaag de helderheid zoveel mogelijk, en zet de monitor uit wanneer je hem niet nodig hebt. Verlaag de automatische uitschakeloptie. Hoe rigoureuzer je te werk gaat, hoe meer energie je zult besparen. Als je in nood bent, schakel hem dan handmatig uit, zo snel en zo vaak mogelijk.

De GPS-componenten en de real-time navigatiesoftware die er gebruik van maken, zijn de meest beruchte energievreters op mobiele apparaten zoals smartphones. Ze oefenen niet alleen druk uit op de antenne, maar ook op de CPU met grafische weergaven. Als je batterij dreigt leegt te lopen, probeer dan de algemene locatie en route te onthouden, en wacht tot je in de buurt bent voordat je met de GPS-app in de weer gaat. Gebruik indien mogelijk alleen de gesproken aanwijzingen.

Bluetooth, mobiel internet, NFC (near field communication) en wifi zijn ook enorme grootverbruikers. Door deze functies uit te schakelen wanneer je ze niet nodig hebt, kun je de levensduur van je batterij verdubbelen. De vliegtuigmodus schakelt alles uit, en is bedoeld om je batterij te beschermen, aangezien deze erg snel leegloopt wanneer je telefoon constant op zoek is naar signalen die er op een hoogte van 10 kilometer niet zijn. Opmerking; Als je een telefoon hebt die wifi-oproepen ondersteunt (T-Mobile/Windows Phone 8), kan het gebruik van deze functie de batterijduur verlengen, omdat de wifi-antenne minder stroom verbruikt.

Ten slotte, hoewel multitasking het switchen tussen apps sneller doet verlopen, verbruikt het ook meer energie. Zelfs wanneer een app niet op de voorgrond draait moet hij toch door het besturingssysteem bediend worden, en het kan dat de app op de achtergrond taken uitvoert. Draai slechts één app tegelijk wanneer je batterij bijna leeg is.

Tips voor laptopgebruikers

Alles wat ik tot nu toe besproken heb geldt voor alle apparaten voor mobiel computergebruik; je kunt echter een heleboel extra doen wanneer het apparaat in kwestie een laptop is. Naast het dimmen van je scherm en het uitschakelen van antennes, is er een hoop andere hardware die je uit kunt schakelen, zoals de achtergrondverlichting van het toetsenbord, FireWire poorten, wifi, serie- en COM-poorten, webcams, geluid en extra videocontrollers, en je optische station (als je laptop er een heeft). De hoeveelheid energie die je bespaart door één enkel onderdeel uit te schakelen kan vrij klein zijn, maar als je er meerdere uitschakelt kan het ineens een groot verschil maken.

Om een bepaald hardwarecomponent uit te schakelen (CPU's en schijfcontrollers kun je niet uitschakelen), typ device manager in de Windows zoekfunctie in (het veld onderaan het startmenu, of begin gewoon te typen in Metro), of klik met de rechtermuisknop op Computer, selecteer Manage, en open Device Manager aan de linkerkant. Klik met de rechtermuisknop op een item om het in- of uit te schakelen.

©PXimport

Schakel apparaten en services uit die je niet actief gebruikt.

En dan is er de software. Oh, de software. Ik heb het al gehad over het draaien van slechts één programma tegelijkertijd, maar applicaties zijn slechts het topje van de ijsberg. Het kan zijn dat je tientallen handige, maar onnodige achtergrondprocessen draait. Goede voorbeelden zijn onder andere software-updaters, printer en scanner configuratieprogramma's, en apps van online opslagdiensten. Er zijn zelfs een aantal Windows functies - zoals zoekindexering - die uitgeschakeld kunnen worden.

Om onnodige processen te beëindigen, gebruik de Windows zoekfunctie zoals hierboven beschreven, maar typ ditmaal task manager in. Of klik met de rechtermuisknop op de taakbalk en selecteer Start Task Manager, of druk op Ctrl+Alt+Del en selecteer hetzelfde. Zodra het Windows Task Manager dialoogvenster verschijnt, selecteer het tabblad Processes, en maak gebruik van de procesnamen en beschrijvingen.

Over het algemeen kun je veilig alle processen beëindigen die een merknaam van derden hebben (Adobe, Apple, Dell, Google, HP, Dell, etc.). Klik met de rechtermuisknop op het programma, en selecteer End Process Tree om het te beëindigen, plus alle onzichtbare processen die het met zich meebrengt. Geen zorgen, dit zijn geen permanente veranderingen. Het proces zal opnieuw verschijnen wanneer je de computer opnieuw opstart of opnieuw inlogt.

©PXimport

Met de Task Manager kan je eenvoudig processen stopzetten.

Hopelijk verbruik je tijdens het uitschakelen van deze processen niet meer energie dan je terugwint. Het loont om vertrouwd te raken met deze opruimactie terwijl je computer op netstroom draait, zodat je het wanneer het er echt op aankomt snel kunt doen.

Als je achtergrond-apps en processen wilt uitschakelen zodat ze niet automatisch terugkomen wanneer je de computer opnieuw opstart, draai dan msconfig.exe (gebruik de Windows zoekfunctie). Je kunt items die je niet nodig hebt vinden onder de tabbladen Startup en Services. Als ze toch belangrijk blijken te zijn, kun je ze altijd opnieuw inschakelen. Voor gedetailleerdere informatie en controle over hoe diensten opstarten (automatisch of wanneer nodig), draai services.msc, opnieuw met de zoekfunctie. Het is ook een goed idee om ongebruikte applicaties te deïnstalleren.

De levensduur van een batterij verlengen

De trucs om de levensduur van je lithium-ion batterij te verlengen, dat wil zeggen het aantal keer dat je de batterij opnieuw kunt opladen totdat dit niet meer lukt, zijn vrij eenvoudig. Er zijn drie dingen die een Li-ion batterij voortijdig verouderen: De batterij consequent volledig laten leeglopen, hitte, en overlading / overspanning. Deze laatste praktijk is zelfs gevaarlijk en kan brand of explosies veroorzaken.

Het aantal oplaadcycli dat je uit je Li-ion batterij kunt halen daalt overeenkomstig met hoever je de batterij regelmatig laat leeglopen. Je kunt wel 5000 cycli bereiken als je de batterij telkens slechts tot 90% laat leeglopen, en misschien slechts een paar honderd als je hem steeds tot 10% laat leeglopen. Ga je apparaat niet als een gek overal inpluggen, maar het is een goed idee om niet te wachten tot de batterij bijna leeg is.

©PXimport

Hoe strenger je het energieverbruik afstelt, hoe langer de accu zal meegaan.

Als je je apparaat met een Li-ion batterij regelmatig in een hete auto of op een andere warme plek laat liggen, kan de capaciteit van de batterij sterk teruglopen. Je kunt op deze manier een batterijduur van vier uur gemakkelijk in een paar maanden verlagen naar drie uur. Contactopladers, die een effectiviteit van slechts 80 procent hebben ten opzichte van kabels, zetten de overige 20 procent om in warmte. Ze mogen dan stijlvol en handig zijn, maar het gebruik van een contactoplader kan de levensduur van je batterij negatief beïnvloeden.

Het vermijden van hitte betekent niet dat je apparaten of batterijen langer meegaan als je ze bevriest. Li-ion batterijen accepteren zelfs geen lading als de omgevingstemperatuur onder het vriespunt ligt. Hybride en elektrische auto's die Li-ion batterijen gebruiken houden ze in een koud klimaat warm. Je batterij functioneert waarschijnlijk het beste met een temperatuur die iets koeler is dan wat jij comfortabel vindt - zo'n 15 graden Celsius.

Wat betreft problemen met overlading / overspanning, ben je vrijwel overgeleverd aan de genade van het apparaat, de oplader, en de batterijfabrikant. Li-ion batterijen hebben oplaadcontrollers die de meeste narigheid zoals overlading en over-ontlading voorkomen. Maar er worden weleens fouten gemaakt, dus als je oplader of apparaat tijdens het opladen erg warm worden, gebruik ze dan niet totdat je weet wat er aan de hand is. Controleer het bij de fabrikant. Als het in brand vliegt, verplaats het dan snel naar een plaats waar niets anders in de brand kan vliegen, als dat op een veilige manier kan, en blijf er daarna bij uit de buurt. De bijproducten van de verbranding kunnen corrosief en giftig zijn.

Wanneer je een lithium-ion batterij opslaat, probeer dat dan te doen bij een temperatuur van ongeveer 15 graden Celsius en met een batterij die tot zo'n 40 procent is opgeladen. De lading zal ervoor zorgen dat de batterij niet gaat slapen en daarna niet meer ontwaakt. Daarom zijn nieuwe mobiele apparaten vaak al deels opgeladen.

Kortom

Het komt allemaal op het volgende neer: Om de batterijduur te verlengen, schakel dingen uit of dim ze. Om de levensduur van een Li-ion batterij te verlengen, laat hem niet steeds leeglopen en stel hem niet constant bloot aan hitte. Bewaar hem met een temperatuur van ongeveer 15 graden en een lading van zo'n 40 procent. Batterijen zijn er voor je vrijheid, dus probeer ze goed te verzorgen zonder je vrijheid te belemmeren.

Dit is een vrij vertaald artikel van onze Amerikaanse zustersite TechHive.com, geschreven door Jon L. Jacobi. Het artikel wordt door Computer!Totaal gepubliceerd om je zo snel mogelijk van handige How To's, slimme tips en praktische oplossingen te voorzien. Beschreven termen, handelingen en instellingen kunnen regio gebonden zijn.

▼ Volgende artikel
Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!
© andrey
Huis

Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!

Hoewel koken op gas voorlopig nog mag, is duidelijk dat de toekomst elektrisch is. Veel mensen stappen nu al over op elektrisch koken – vaak in combinatie met inductie. Ben jij toe aan een nieuwe kookplaat of wil je van het gas af? Dan is het goed om te weten hoe je zo’n elektrische kookplaat aansluit, waar je op moet letten en wanneer je beter een professional kunt inschakelen.

Na het lezen van dit artikel weet je:
  • Dat er 1-, 2- en 3-fase-aansluitingen en -kookplaten zijn
  • Hoe je met de multimeter bepaalt wat voor aansluiting jij hebt
  • Hoe je de elektrische kookplaat aansluit

Dit vind je vast ook interessant: Wat voor soort kookplaten zijn er?

Eén, twee of drie fasen: wat betekent dat?

In tegenstelling tot een gaskookplaat, die je simpelweg aan een gasaansluiting koppelt, is een elektrische kookplaat net iets technischer. Zo'n kookplaat kan worden aangesloten op één, twee of drie elektrische fasen. Welke van de drie je nodig hebt, hangt af van het vermogen van je kookplaat én van de aansluiting in je keuken.

Een 1-fase kookplaat is het eenvoudigst. Die werkt op een gewone stekker met twee pinnen, precies zoals je gewend bent van andere apparaten in huis. Deze modellen hebben een beperkt vermogen – maximaal 3680 watt – maar zijn vaak krachtig genoeg voor wie niet al te fanatiek kookt. Aansluiten is simpel: stekker erin en je kunt aan de slag.

Voor een 2-fase kookplaat heb je een zogenoemde perilex-stekker nodig, met vijf pinnen. Die zie je vooral bij iets krachtigere inductiekookplaten. Meestal worden dit soort kookplaten zonder stekker geleverd, en is het slim om een elektricien in te schakelen voor de installatie. Het benodigde vermogen ligt tussen de 3681 en 7360 watt.

Een 3-fase kookplaat vraagt nog meer stroom en werkt op krachtstroom. Ook hier gebruik je een perilex-stekker met vijf pinnen, maar je moet wel eerst controleren of je meterkast daar op is voorbereid. De aansluitwaarde ligt boven de 7360 watt en het is belangrijk dat de aansluiting klopt – anders werkt de kookplaat niet of loop je zelfs risico op overbelasting. Laat dit daarom bij voorkeur aan een vakman over.

©vectorizer88 - stock.adobe.com

Een kookplaat voor 1- en 2-fase

Je kunt ook kiezen voor een kookplaat met powermanagement. Dat is een kookplaat die je op een normaal stopcontact of op een perilex-stopcontact aansluit. Deze kookplaat kun je in de toekomst uitbreiden, als je dat wilt, maar hiervoor hoef je nu nog niet meteen de aanpassingen in de meterkast en aansluiting door te voeren. Als je wel de aanpassingen in de meterkast laat doen, heb je profijt van de kracht van een 2-fase kookplaat.

Hoe weet je welke kookplaat bij je keuken past?

Wat je kunt aansluiten, hangt af van het type stopcontact in je keuken. Heb je een standaard wandcontactdoos met twee gaten? Dan past daar alleen een 1-fase kookplaat op. Die worden meestal geleverd met stekker en snoer, zodat je hem meteen kunt gebruiken.

Zie je een perilex-stopcontact (met vijf gaten)? Dan is je keuken in principe geschikt voor een 2- of 3-fase kookplaat. Alleen weet je dan nog niet of je meterkast daadwerkelijk drie fasen aankan. Dat kun je op twee manieren controleren: met een multimeter of door in je meterkast te kijken.

Zo check je de aansluiting met een multimeter

Heb je een multimeter in huis? Dan kun je precies meten hoeveel fasen je aansluiting ondersteunt. Teken op een papier het patroon van het perilex-stopcontact en noteer per gat wat je meet. Prik met één pin in het middelste gat (de aarde) en meet met de andere pin de overige vier. Krijg je twee keer 230 volt en twee keer 0? Dan heb je een 2-fase aansluiting. Meet je drie keer 230 volt en één keer 0? Dan is het een 3-fase aansluiting. Label de gaten met ‘L’ voor stroom en ‘N’ voor nul, zodat je straks precies weet wat waar hoort.

©Dmitriy

Voordat je een kookplaat aanschaft, check je eerst de nismaat van je aanrechtblad. Meet met een rolmaat eerst de nis op in het aanrechtblad. Doe dit voor de breedte, de diepte en de hoogte. Komen de afmetingen niet overeen met de kookplaat die je graag wilt? Kijk dan of je het aanrechtblad kunt aanpassen.

Geen multimeter? Kijk in de meterkast

Heb je geen meetapparatuur? Dan kun je in de meterkast zien hoeveel fasen er beschikbaar zijn. Bij een 2-fase aansluiting zie je twee gekoppelde groepen met een hendel ertussen. Zie je vier gekoppelde groepen? Dan is er krachtstroom aanwezig en kun je dus ook een 3-fase kookplaat aansluiten – mits het stopcontact daar geschikt voor is.

©auremar

Zelf een kookplaat aansluiten

Ga je zelf aan de slag? Dan is het belangrijk dat je weet wat je doet. Elektriciteit is geen speelgoed, dus bij twijfel: bel een vakman. Heb je een 1-fase kookplaat met powermanagement die je op een normaal stopcontact wilt aansluiten? Dan moet je deze eerst correct instellen.

Leg om te beginnen een stuk piepschuim onder de kookplaat, zodat je hem veilig kunt omdraaien zonder krassen of barsten. Plak daarna de afdichtband rondom het apparaat, bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de glasrand. Begin aan de achterkant, zodat de naad niet in het zicht valt.

Open het aansluitcompartiment onder de kookplaat en controleer het aansluitschema dat daar staat. Gebruik de bijgeleverde bruggetjes om de juiste verbindingen te maken. Sluit het snoer aan: bruin op L, blauw op N en geelgroen op aarde. Zet het snoer vast met trekontlasting en sluit het klepje.

Draai nu de kookplaat weer om en steek de stekker in het stopcontact. Leg de kookplaat op z’n plek in het aanrechtblad. Houd de pauzeknop vijf seconden ingedrukt om het menu te openen. Zoek via de plusknop naar het onderdeel ‘PO’ (power) en stel het vermogen in op 3.7 in plaats van 7.4. Bevestig dit door de pauzeknop nog eens vijf seconden ingedrukt te houden. Je kookplaat is nu geschikt voor een standaard aansluiting.

Houd de stekker op de juiste positie tijdens het meten met de multimeter. Kijk hoe je de stekker in het getekende stopcontact zou steken, zodat je de juiste kleuren van de draden noteert op je tekening.

Een 2-fase kookplaat aansluiten: zo werkt het

Heb je een 2-fase kookplaat? Dan moet je eerst bepalen welke kleur draad bij welk contact hoort. Meet het snoer door met een multimeter, op de piepstand of op de Ohm-stand. Noteer welke draad bij welke stekkerpin hoort en gebruik die info bij het aansluiten.

Open vervolgens het aansluitvak onder de kookplaat en kijk welk aansluitschema je moet gebruiken. L1 en L2 koppel je aan de juiste stroomdraden, 01 en 02 aan de juiste nuldraad. Maak de trekontlasting los, sluit de draden aan zoals je eerder hebt gemeten, en zet alles weer stevig vast.

Steek daarna de stekker in het stopcontact en plaats de kookplaat netjes in het blad. Dankzij de afdichtband blijft alles goed op z'n plek. Zet vervolgens de kookplaat aan en test of alle kookzones werken. Krijg je een foutmelding? Dan is er waarschijnlijk iets misgegaan bij het aansluiten. Geen foutmelding? Dan is je kookplaat klaar voor gebruik.

©S.Engels

Het is gebruikelijk dat de pannen een licht tikkend of zoemend geluid maken tijdens het koken. Dit heeft te maken met het magnetisch veld van de kookplaat. Ruik je een vreemde geur na het installeren van de kookplaat? Dit is ook gebruikelijk en de geur trekt uiteindelijk weg.

▼ Volgende artikel
⛈️ Wat te doen bij onweer: thuis, buiten en op de camping
© Olga Yastremska, New Africa, Africa Studio
Huis

⛈️ Wat te doen bij onweer: thuis, buiten en op de camping

Vooral in de zomer is het vaak raak: code geel of code oranje wegens onweer. Weet jij wat je wél en juist níet moet doen als er een onweersbui nadert? Thuis kun je veel risico's beperken, maar juist buitenshuis – en zeker op de camping – is het opletten geblazen. In dit artikel lees je hoe je jezelf en anderen beschermt, of je nu binnen, buiten of aan het kamperen bent.


In het kort:

⚡ Onweer & thuis ⚡ Onweer & buiten ⚡ Onweer en kamperen: 🏕️ Tent 🚐 Caravan

Lees ook: Regen, regen en nog eens regen … zo voorkom je wateroverlast

Thuis tijdens onweer: veilig, maar niet zonder risico's

In huis ben je relatief goed beschermd tegen blikseminslag, zeker als het gebouw voorzien is van een goede bliksemafleider. Toch zijn er een paar voorzorgsmaatregelen die je serieus moet nemen. Gebruik bij onweer liever geen apparaten die verbonden zijn met het stroomnet of met leidingen. Denk aan de wasmachine, een vaste telefoon of een bedrade computer. Bliksem kiest daarbij meestal de makkelijkste route naar de grond, en dat zijn vaak metalen onderdelen in huis zoals koperdraden of waterleidingen.

Trek bij voorkeur de stekkers uit het stopcontact van kwetsbare apparatuur zoals computers, tv's of de router. Een stekkerdoos met overspanningsbeveiliging biedt wel wat bescherming, maar niet bij een directe inslag. Ga liever ook niet douchen of in bad, want waterleidingen kunnen de elektrische spanning van een blikseminslag geleiden.

Ramen kun je gewoon dicht houden, en als je wilt kijken naar het natuurgeweld, doe dat dan vanaf een veilige plek binnenshuis. Zorg dat huisdieren binnen zijn en zet het alarmsysteem even uit als dat storingsgevoelig is bij blikseminslag.

Buiten bij onweer: voorkom dat je zelf bliksemafleider bent

Ben je onderweg of buiten als het begint te donderen, dan is het zaak om snel te handelen.

Onthoud: als je de bliksem ziet en binnen 10 seconden de donder hoort, zit je binnen de gevarenzone. Zoek dan zo snel mogelijk een veilige schuilplek.

De veiligste plek is een gebouw met muren en een dak – bijvoorbeeld een winkel, huis of station. Een auto met metalen carrosserie is ook een prima optie. Die werkt als een kooi van Faraday en geleidt de stroom om je heen in plaats van door je heen.

Vermijd tijdens onweer open velden zoals weilanden of sportterreinen, want daar ben je letterlijk het hoogste punt. Ook hooggelegen plekken zoals duinen of heuveltoppen vormen een risico. Zoek geen beschutting onder een boom die in z'n eentje op een veld staat – dat is juist een bliksemmagneet. Blijf verder uit de buurt van metalen objecten zoals hekken, masten of fietsen, en houd afstand van water – of dat nu een meer, sloot of zwembad is.

Kun je nergens heen? Maak jezelf dan zo klein mogelijk: hurk neer op je voetzolen, houd je voeten tegen elkaar en wikkel je armen om je knieën. Ga niet liggen; zo vergroot je je contactoppervlak met de grond, wat het risico op aardstroom vergroot.

©ID.nl

Kamperen met onweer: extra opletten in tent of caravan

Kamperen geeft een gevoel van vrijheid, maar bij onweer ben je juist extra kwetsbaar. Een tent biedt geen enkele bescherming tegen bliksem, hoe stevig het doek ook is. Het metalen frame vergroot het risico juist, vooral als je op een open veld kampeert of vlak bij een losse boom staat.

Als er onweer op komst is, zoek dan zo snel mogelijk een veilig onderkomen. Een stenen sanitairgebouw, de receptie of je auto bieden veel meer bescherming dan een tent. Zit je in een camper of caravan met een metalen buitenkant? Dan ben je redelijk veilig, mits je ramen en deuren gesloten houdt en geen contact maakt met metalen delen. Stacaravans met een houten of kunststof omhulsel bieden die bescherming niet: het klopt dat ze geen stroom geleiden, maar ze voeren die ook niet af. Daardoor kan een blikseminslag via leidingen of metalen onderdelen binnen alsnog gevaarlijk uitpakken. Tijdens onweer blijf je dus beter uit de buurt van dat soort constructies.

Laat ook je elektronische spullen niet in de tent of aan opladers zitten. Berg ze los op, zonder kabels of contact met de grond.

Staan er bomen op de camping? Zorg dat je tent daar niet direct onder staat. Bij inslag kunnen takken afbreken of kan de bliksem via de wortels naar de grond doorslaan. Ook op campings in de bergen of aan open water is het risico op blikseminslag extra hoog – check bij aankomst wat de aanbevolen schuilplaatsen zijn.

En hoe zit het met de tentstokken?

Metalen tentstokken zijn niet per definitie gevaarlijk, maar ze kunnen wel extra risico opleveren bij onweer. Omdat tenten vrijwel altijd met metalen haringen in de grond staan, is er al snel sprake van een geleidende verbinding met de bodem. Bij een blikseminslag kan de stroom zich dan via het frame en de haringen verspreiden, met risico voor wie zich in de tent bevindt. Daarom blijft het advies: verlaat bij onweer de tent en zoek een écht veilige plek op.

Tot slot: een goede voorbereiding helpt

Kijk altijd naar de weersvoorspelling voordat je op pad gaat. Veel weerapps geven een melding bij onweerskansen, vaak met een tijdsindicatie en locatie. Op de camping is het handig om bij aankomst al te weten waar je naartoe kunt bij slecht weer.

Zorg ook dat je zaklamp, powerbank en radio of noodaccu paraat hebt als je kampeert, voor het geval de stroom uitvalt. En vooral: blijf rustig. Onweer is gevaarlijk, maar met de juiste kennis en voorzorgsmaatregelen voorkom je ongelukken.

🔦 Voor als de stroom uitvalt

Licht in de duisternis!