ID.nl logo
Huis

Zijn semi-zelfrijdende auto’s gevaarlijk?

Moderne auto’s nemen steeds meer taken over van bestuurders door de weg en andere weggebruikers te herkennen. Hoewel dat uiteindelijk een stuk veiliger moet worden, zit er ook een schaduwkant aan die ontwikkeling: automobilisten in semi-zelfrijdende auto’s letten steeds minder goed op.

Je moet er veel moeite voor doen een moderne auto te vinden waar niet op z’n minst één slimme feature in zit. Adaptive cruise control en automatisch wisselen van rijbaan op de snelweg zijn inmiddels standaardfuncties van moderne voertuigen. Zelfrijdende auto’s hebben veel voordelen. Ze blijken bijvoorbeeld veel veiliger. De zelfrijdende auto’s van Google hebben over testafstanden van miljoenen kilometers in druk stadsverkeer nog amper ongelukken gemaakt, en studies laten zien dat zelfrijdende auto’s zorgen voor veel minder schade en slachtoffers. Ook zorgen auto’s met adaptive cruise control voor minder files doordat het harmonicaeffect wordt verminderd, en dat zorgt op zijn beurt weer voor minder uitstoot.

Die loftrompetten gaan vaak echter alleen op voor puur zelfrijdende voertuigen, honderd procent autonome auto’s waarbij de bestuurder zelf helemaal niets hoeft te doen. Juist die auto’s die we nu op de weg zien, die slechts voor een deel zelf rijden, leveren gevaar op. Dat blijkt uit onderzoeken die de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) uitvoerde. Daarin staat bijvoorbeeld te lezen dat er ook gevaren zitten aan semi-autonome voertuigen.

Aandacht verslapt

Eén van die onderzoeken komt van Willem Vlakveld. Hij liet bestuurders in een rijsimulator rijden. Daarbij moest de bestuurder in sommige gevallen plotseling weer de taak van de zelfrijdende auto overnemen. Op dat moment werd in het verkeer ook een ‘potentieel gevaar’ getoond, een situatie die niet acuut gevaarlijk is maar dat wel kan worden. Tegelijk werd met een eyetracker bijgehouden waar de bestuurders naar keken. Het bleek dat bestuurders veel potentiële gevaren misten wanneer ze plotseling het stuur weer moesten overnemen.

“Bestuurders rijden het best als de taakbelasting niet te laag en niet te hoog is”, legt Vlakveld uit. Als bestuurders door de automatisering heel weinig meer te doen hebben, verslapt hun aandacht voor de rijtaak. Ze worden slaperig of gaan andere dingen onder het rijden doen. Als de taakbelasting juist heel hoog is, bijvoorbeeld als iemand hard rijdt in druk verkeer en in slechte weersomstandigheden, dan presteren bestuurders ook slecht, omdat ze te veel dingen moeten doen. “Het beste presteren bestuurders dus bij een gemiddelde taakbelasting.”

Het beste presteren bestuurders bij een gemiddelde taakbelasting

-

Vlakveld zegt dat gevaarlijke situaties in het verkeer ontstaan als bestuurders plotseling van een heel lage taakbelasting in een heel hoge taakbelasting terecht komen – bijvoorbeeld als zij het ineens moeten overnemen van een zelfrijdende auto. Uit het onderzoek van Vlakveld bleek dat het gemiddeld zes seconden duurde voordat bestuurders bij plotselinge overname van het stuur weer volledig bij de les waren.

Transitie

Volgens Vlakveld zitten we op dit moment in een transitieperiode, waarin auto’s weliswaar slimmer worden maar nog steeds afhankelijk zijn van bestuurders – en dat is juist de periode die nog relatief gevaarlijk is. “Het doel van de auto-industrie is om uiteindelijk honderd procent zelfrijdende auto’s te maken. Als die auto’s helemaal perfect zijn en het altijd in alle omstandigheden goed doen scheelt dat veel ongevallen. Maar nu hebben we auto’s die maar af en toe zelf rijden, en dat is gevaarlijk.” Hoe lang die transitieperiode gaat duren, is volgens experts moeilijk te voorspellen. Waarschijnlijk duurt het nog wel enkele tientallen jaren voor auto’s én helemaal automatisch én veilig zijn, én alle gewone auto’s op de weg vervangen zijn.

Het concentratievermogen van de bestuurder is niet het enige probleem in deze periode. SWOV deed bijvoorbeeld ook onderzoek naar hoe voetgangers en fietsers reageren op zelfrijdende voertuigen, en ook daar moet er nog heel wat veranderen. Vlakveld: “De automatische auto moet leren omgaan met voetgangers en fietsers, maar andersom moet dat ook. Zij moeten leren dat zulke voertuigen anders reageren.”

Oogcontact

Een onderdeel van dat probleem is oogcontact. Dat is nu nog een belangrijke factor om te bepalen wanneer iemand voorrang krijgt. “In het verkeer gelden veel impliciete regels, en die zijn anders dan de formele regels”, legt Vlakveld uit. “Als voetganger kun je wel zeggen: ‘Ik heb hier voorrang’, maar als je weet dat die auto je niet ziet heb je een probleem.” Vertrouwen in de fabrikant is daarbij erg belangrijk, maar juist daar ontbreekt het volgens Vlakveld nog aan. “Eén van de bijzaken die we in ons onderzoek ontdekten was dat veel weggebruikers en bestuurders sceptisch tegenover de technologie van zelfrijdende auto’s staan.”

Volgens Vlakveld moet de auto-industrie de personen die hun auto’s kopen ook leren om daar verstandig en veilig mee om te gaan. Wel ziet hij al stappen in de goede richting. “Het CBR is er bijvoorbeeld al mee bezig, en houdt daar al meer rekening mee tijdens rijlessen. Maar ook voetgangers en fietsers moeten leren wat zelfrijdende auto’s kunnen en niet kunnen.”

Bovendien vindt Vlakveld dat er nog veel getest moet worden. “Als je kijkt naar de zelfrijdende auto’s van bijvoorbeeld Google, dan hebben die nog relatief weinig kilometers gemaakt.” Nog even zelf rijden dus, maar doe wel die telefoon weg!

▼ Volgende artikel
Review Oppo Reno 13 Pro – Speelt op safe
© Wesley Akkerman
Huis

Review Oppo Reno 13 Pro – Speelt op safe

Met de Oppo Reno 13 Pro zet het Chinese merk een nieuwe middenklasser in de markt met een fors (advies)prijskaartje van 799 euro. Voor dat bedrag zou je een unieke ontwerp, verbeterde prestaties, camera's van hoog niveau en handige AI-functies in huis halen. Is dat ook zo?

Goed
Conclusie

Er is niet echt iets waar de Oppo Reno 13 Pro in uitblinkt. Voor deze prijs — en vaak minder — doen andere smartphones het op meerdere vlakken beter. De Honor 200 (vergelijkbaar geprijsd) heeft een beter camerasysteem. De OnePlus 13R (ook ongeveer even duur) biedt een betere processor én fijnere software. En de Nothing Phone (3a) levert gewoon een goede ervaring voor de helft van het bedrag. We kunnen dan ook weinig bedenken waarom je juist voor deze Oppo zou kiezen. Niet omdat het toestel slecht is, dat niet.Het scherm is mooi, de processor presteert prima bij dagelijks gebruik en wordt niet warm, en de batterijduur is ruim voldoende. Maar echt overtuigen doet het nergens. Alles voelt braaf, veilig, degelijk. Onderwaterfotografie maakt deze telefoon nog enigszins onderscheidend, maar of dat veel mensen over de streep trekt? Wij vragen het ons af.

Plus- en minpunten
  • Prachtig oled-scherm
  • Capabele processor
  • Oplaadsnelheid
  • Comfort en gewicht
  • Uniek ontwerp
  • AI-opties werken niet allemaal in Nederland
  • Camerasysteem kan beter
  • Updatebeleid kan scherper
  • Flink aan de prijs
  • Doet niet echt iets unieks

Het toestel kost dus bijna 800 euro en bevindt zich daardoor in een soort subpremiumsegment: hoge middenklassers die net geen high-end smartphone-ervaring aanbieden. Onder meer de eerder in 2025 uitgebrachte OnePlus 13R bevindt zich in dat segment. Dat toestel heeft een adviesprijs van 749 euro, maar is soms al met 50 euro korting te koop. Het is een belangrijke concurrent van de Oppo Reno 13 Pro, ook al gooien beide toestellen het net over een andere boeg. De een let op prestaties, de ander meer op design en camera's.

Beide toestellen komen uit dezelfde stal. Oppo en OnePlus zijn namelijk zustermerken, die een hoop technologie, concepten en patenten delen. Vanuit bedrijfsperspectief geen verkeerd idee, maar dat levert in de praktijk nogal homogene ervaringen op. Ook al vallen de Oppo Reno 13 Pro en OnePlus 13R in dezelfde categorie, toch verschillen ze op belangrijke vlakken van elkaar. Daardoor kunnen bepaalde onderdelen doorslaggevend zijn. En dan heb je ook nog midrangers die voor 400 euro of minder te koop zijn – dat soort rivalen eisen eveneens je aandacht op.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Belangrijke details

Het punt is: de markt voor middenklassers is complex. We hebben gemerkt dat je echt niet diep in de buidel hoeft te tasten voor een goede smartphone. Dus waarom zou je dan 800 euro betalen als het ook met de helft lukt? Dan gaan details meespelen. Zoals altijd geldt dat het er maar net aan ligt wat voor dingen je belangrijk vindt. OnePlus concentreert zich met name op prestaties en schone software, terwijl Nothing het moet hebben van een uniek ledsysteem en de nieuwe Essential-knop. Oppo richt zich dan weer op ontwerp, camera's en AI-functies.

Het ontwerp is duidelijk een van de speerpunten van de Oppo Reno 13 Pro. Dit is een van lichtste en dunste smartphones binnen zijn marktsegment. Daarnaast is er een stevig aluminium frame dat het toestel een duurzaam karakter geeft. De versie die wij hebben getest heeft een soort parelmoerafwerking die, wanneer het licht er goed op schijnt, een halve vlinder laat zien. Dat unieke effect verdwijnt zodra je er een hoesje omheen doet. We willen niet al te cynisch klinken, want het ziet er echt prachtig uit – maar dat is wel de realiteit.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Onder water foto's maken

Een ander, praktischer element dat we kunnen waarderen aan de Oppo Reno 13 Pro is dat het toestel voorzien is van een IP68- en IP69-certificaat. Daardoor kun je het toestel onderdompelen in het water en zal het zelfs een 'aanval' van een hogedrukspuit overleven. Om dit allemaal kracht bij te zetten, heeft Oppo camera-opties voor onder water geïntroduceerd. Je kunt nu moeiteloos foto's maken wanneer je in zoetwater zwemt. Je moet de functie dan nog wel even activeren, maar deze handige optie hebben we tot op heden nergens anders aangetroffen. Wanneer je de optie aanzet, reageert het amoledscherm voorop niet meer op input. Je maakt dan foto's met de knoppen aan de zijkant.

Het display is 6,83 inch groot en heeft een hoge resolutie van 1272 bij 2800 pixels; in beide gevallen een vooruitgang ten opzichte van de voorganger van dit toestel. De maximale helderheid is hoog genoeg voor zonnige dagen, de beeldverversing stelt met 120 Hertz eveneens niet teleur en de kleuren komen over het algemeen goed tot hun recht. Nee, over het beeldscherm van de Oppo Reno 13 Pro hebben we niets te klagen.

©Wesley Akkerman

7x zoom.

Voldoende kracht

Het systeem wordt aangedreven door de Mediatek Dimensity 8350-chipset. Die zit qua prestaties in tussen de processor in de Nothing Phone (3a) (aan de lage kant) en OnePlus Nord 4 (aan de hoge kant in). Hoewel dit voldoende krachtig is voor dagelijkse taken, haal je dus niet de beste processor van middenklassers in huis. Scrollen, multitasken, mailen, bellen, berichten versturen – het gaat allemaal van een leien dakje. Echter, bij intensief gebruik kan het toestel nogal warm worden, maar gelukkig wordt het nooit oncomfortabel heet.

Ook wordt het systeem niet onnodig dichtgeknepen om batterijduur te besparen. Met 12 GB aan werkgeheugen is er genoeg ram voor de meeste multitaskingtaken, terwijl minimaal 256 GB aan opslagruimte ruimte biedt aan een grote hoeveelheid apps, foto's en video's. Maar in tegenstelling tot het model van vorig jaar kun je dit keer géén microSD-kaart gebruiken. De accu is er wel op vooruitgegaan. Die heeft met 5800 mAh 800 mAh meer vermogen. Opladen zou daarnaast niet langer dan een uurtje in beslag moeten nemen. Dat is een prima score.

3,5x zoom.

2x zoom.

0,6x zoom.

Herhaling van zetten

Op het gebied van software zien we dat Oppo de zetten van de Reno 12 Pro herhaalt. Het toestel draait op Android 15, met daaroverheen het ColorOS. Die softwareschil zorgt ervoor dat alles een beetje op iOS lijkt en dat je toegang krijgt tot de Slimme zijbalk. In die balk tref je recent gebruikte apps en enkele gen AI-functies aan. Met de generatieve AI-opties kun je pagina's samenvatten, teksten laten voorlezen en meer – maar die onderdelen werken nog altijd niet in het Nederlands. Daarnaast zijn er de standaard bewerkopties voor foto's.

Daarmee bedoelen we dat je onderdelen uit foto's kunt verwijderen en de achtergelaten leegte kunt laten opvullen. Dat gaat het systeem relatief goed af, maar perfect is het niet. Ook is het mogelijk beelden op te fleuren of een andere stijl mee te geven, en kun je natuurlijk ultieme groeps-selfies maken waarbij iedereen dezelfde kant op kijkt. Je hoeft dit keer geen Oppo-account te gebruiken, maar moet wel akkoord gaan met de dataverwerking. Het updatebeleid van drie Android-upgrades en vier jaar aan updates is helaas standaard en mager te noemen.

7x zoom.

3,5x zoom.

2x zoom.

Zeven keer optisch inzoomen

Boven die prachtige halve vlinder op de achterkant zit een cameramodule die drie lenzen huisvest. Zowel de hoofdcamera als telelens beschikt over vijftig megapixel en optische beeldstabilisatie. De derde lens, een groothoekvariant, biedt acht megapixel. Over de hoofd- en telelens zijn we nog te spreken. Het systeem kan tot zeven keer inzoomen zonder kwaliteitsverlies. Details en kleuren blijven bewaard, zeker in omgevingen waarbij er voldoende licht is. Andere zaken gaan helaas toch minder goed. De groothoeklens kunnen we het beste omschrijven als 'redelijk'; deze lens maakt bijzonder onopvallende foto's.

Het complete systeem is prima in staat kekke kiekjes te maken voor sociale media. Maar als je er iets meer uit wilt halen, dan raden we aan de professionele modus te gebruiken. Dan kun je iets meer invloed uitoefenen op de beeldkwaliteit. Natuurlijk ben je wel beperkt door dit camerasysteem, maar wellicht levert het net wat betere beelden op dan in de standaardmodus. De Honor 200 Pro presteert veel beter op fotografievlak.

1x zoom.

0,6x zoom.

Oppo Reno 13 Pro kopen?

Er is niet echt iets waar de Oppo Reno 13 Pro in uitblinkt. Voor deze prijs — en vaak minder — doen andere smartphones het op meerdere vlakken beter. De Honor 200 (vergelijkbaar geprijsd) heeft een beter camerasysteem. De OnePlus 13R (ook ongeveer even duur) biedt een betere processor én fijnere software. En de Nothing Phone (3a) levert gewoon een goede ervaring voor de helft van het bedrag. Leuk die vlinder op de achterkant, maar daar win je natuurlijk geen oorlogen mee.

We kunnen dan ook weinig bedenken waarom je juist voor deze Oppo zou kiezen. Niet omdat het toestel slecht is, dat niet.Het scherm is mooi, de processor presteert prima bij dagelijks gebruik en wordt niet warm, en de batterijduur is ruim voldoende. Maar echt overtuigen doet het nergens. Alles voelt braaf, veilig, degelijk. Onderwaterfotografie maakt deze telefoon nog enigszins onderscheidend, maar of dat veel mensen over de streep trekt? Wij vragen het ons af.

▼ Volgende artikel
Melkopschuimer kopen? Hier moet je op letten
© Verino Popovic
Huis

Melkopschuimer kopen? Hier moet je op letten

Er is niets lekkerder dan een vers kopje cappuccino in de ochtend. Maar om de perfecte cappuccino te maken, heb je wél een goede melkopschuimer nodig. Dit artikel vertelt je hoe je een goede melkopschuimer herkent, zodat jij voortaan cappuccino en latte macchiato maakt als een echte barista.

In het kort: Het perfecte cappuccinoschuim maken is vrijwel onmogelijk zonder melkopschuimer in huis. Maar let op: niet elke melkopschuimer levert dezelfde kwaliteit. Wil je genieten van écht lekkere cappucino of latte macchiato, net zoals in je favoriete koffietentje? Let dan op de volgende punten als je een melkopschuimer koopt.

  • Handmatig of elektrisch
  • Verschillende standen
  • Instelbare temperatuur
  • Capaciteit

Lees ook: Cappuccino's, lattes en meer: melk opschuimen als een pro doe je zo


Een kopje zwarte koffie doet het altijd goed, maar soms wil je jezelf trakteren op iets speciaals. Een cappuccino, latte macchiato of een heerlijke verfrissende iced latte kan dan precies zijn waar je trek in hebt. Zonder een koffiezetapparaat met een stoompijpje of ingebouwde melkopschuimer is het alleen lastig om het perfecte schuim te maken. Je kunt in de weer gaan met een pannetje en een garde, maar het schuim wordt op die manier nooit zo romig en luchtig als het hoort. Wil je geen cappuccino met slap of lobbig schuim? Dan is het een goed idee om te investeren in een kwalitatieve melkopschuimer. Die herken je aan de volgende punten.

Handmatig of elektrisch 

Melkopschuimer zijn er in twee soorten: handmatig en elektrisch. Handmatige melkopschuimers zijn vaak lekker goedkoop, maar vereisen wel wat meer skills om lekker schuim te maken. Je moet namelijk zelf de plunjer op en neer bewegen en daarbij goed in de gaten houden of het schuim niet te slap of juist te luchtig wordt. Ook is het met een handmatige melkopschuimer moeilijker om een consistente textuur te creëren. Een elektrische melkopschuimer werkt een stuk makkelijker. Deze hoef je alleen maar aan te zetten; de motor doet de rest. Met een elektrische melkopschuimer heb je in een mum van tijd het perfecte schuim voor jouw cappuccino of latte macchiato. Vaak heeft dit type melkopschuimer ook een automatische opwarmfunctie, zodat je je melk niet eerst hoeft op te warmen in de magnetron. Daartegenover staat natuurlijk wel dat elektrische melkopschuimers vaak duurder zijn dan handmatige modellen, maar daar krijg je een hoop gemak voor terug. 

Verschillende standen

Veel elektrische melkopschuimers hebben meerdere standen voor het maken van verschillende soorten koffies. Zo is voor het werken in laagjes bij een latte macchiato steviger schuim nodig dan voor bijvoorbeeld een cappuccino. En voor het maken van iced latte is een speciale stand voor koud schuim onmisbaar. Sommige opschuimers hebben een stand die enkel verwarmt zonder schuim te maken, wat bijvoorbeeld handig is voor een latte of flat white. Ben jij gek van verschillende soorten koffies en vind je het leuk om daarmee te experimenteren? Dan is een melkopschuimer met drie of meer schuimstanden een slimme keuze. Maak je alleen af en toe cappuccino? Dan volstaat een model met één of twee standen.

©narong27

Instelbare temperatuur

Op sommige melkopschuimers heb je niet alleen keuze uit meerdere schuimstanden, maar kun je ook de temperatuur handmatig instellen. Waarom? Omdat dat nóg meer controle geeft over de kwaliteit van het schuim. Zo heb je voor delicate schuimsoorten zoals in een flat white geen hele hoge temperatuur nodig, namelijk zo rond de 50-55 °C, maar voor het romige schuim in een cappuccino is vaak een temperatuur van 60 tot 65 °C vereist. Boven de 70 °C wordt al gauw te heet: je proeft de melk dan minder goed en daarnaast kunnen de meeste melksoorten boven die temperatuur niet goed opschuimen. Handig: op veel melkopschuimers zit een automatische uitschakelfunctie die voorkomt dat de melk te heet wordt.

Capaciteit

Ook de capaciteit van een melkopschuimer heeft invloed op de kwaliteit van het schuim. Doe je te veel melk in je opschuimer, dan krijgt de melk niet genoeg ruimte om goed te kunnen circuleren en dus op te schuimen. Het resultaat kan dan slap en ongelijkmatig zijn, en bovendien kan de boel overkoken. Te weinig melk is ook niet goed: hierdoor warmt de melk te snel op, waardoor opschuimen ook moeilijker gaat en de melk zelfs kan aanbranden. Bedenk voordat je een melkopschuimer koopt daarom altijd goed hoeveel schuim je per keer gaat maken. Voor twee kopjes cappuccino heb je een melkopschuimer met een capaciteit van minstens 120 milliliter nodig. Zorg er daarnaast voor dat je je melkopschuimer altijd met minstens een derde melk vult en nooit verder dan het maximale vulstreepje.

Je koffie nog feestelijker?

Gebruik een cappuccinosjabloon!