ID.nl logo
Installeer Linux naast Windows
© PXimport
Huis

Installeer Linux naast Windows

Je zou best met Linux aan de slag willen, maar Windows opgeven vind je een brug te ver. Met de juiste tools en technieken vermijd je die lastige spagaat: je installeert Linux gewoon naast Windows op hetzelfde systeem. Dat kan zelfs op verschillende manieren, zowel virtueel als fysiek.

In dit artikel gaan we in op hoe je Linux naast het Windows-besturingssysteem kunt draaien. We laten zien hoe je dat zowel virtueel als in dualboot kunt doen. We gaan:

  • VirtualBox installeren
  • Ubuntu installeren
  • Linux verwijderen

Lees ook: 5 websites die iedere Linux-fan moet opslaan als favoriet

Heb je nog een wat oudere desktop-pc of laptop liggen, dan kun je deze natuurlijk ook gebruiken voor je Linux-experimenten. Maar wat als dat niet zo is, of wanneer je het toch prettiger vindt om zowel Windows als Linux op hetzelfde systeem te hebben? Dan zijn er nog verschillende opties.

Voor sporadische en voorzichtige experimenten kun je Linux ook gewoon ‘live’ gebruiken, rechtstreeks vanaf een bootstick en dus zonder Linux daadwerkelijk te installeren. Lekker makkelijk en veilig, maar niet zo vlot en ook lastiger om wijzigingen en app-installaties permanent te maken.

Is het alleen je bedoeling de belangrijkste Linux-commando’s vanuit een Linux-shell te kunnen uitvoeren, dan kun je eventueel een Linux-emulatie overwegen, zoals Cygwin (www.cygwin.com) of Git for Windows (www.gitforwindows.org). We gaan er echter van uit dat je ook grafisch aan de slag wilt en dan kom je helaas niet ver met deze oplossingen. Een mogelijk alternatief is dan WSLg (Windows Subsystem for Linux GUI), maar in dit artikel pakken we het nog anders aan en installeren we Linux enerzijds als een virtuele machine en anderzijds in een fysieke dualboot-configuratie.

Voordelen en voorwaarden

Linux als een virtuele machine op je systeem draaien heeft een paar voordelen. Zo is de installatie minder delicaat, omdat alles in een soort container terechtkomt die in principe volledig gescheiden is van je Windows-host-systeem. Verder hoef je Windows niet eerst af te sluiten als je met Linux aan de slag wilt. Het is namelijk perfect mogelijk twee of zelfs meerdere besturingssystemen simultaan te draaien op die ene fysieke machine.

Zo’n virtuele installatie stelt wel enkele eisen aan je computer. Zo heb je een 64bit-processor nodig die met SLAT (Second Level Address Translation) overweg kan en die virtualisatie ondersteunt, maar de meeste moderne cpu’s hebben hier geen moeite mee.

Wel doe je er goed aan eerst te controleren of hardware-virtualisatie wel is ingeschakeld. Start hiervoor het Windows Taakbeheer op met Ctrl+Shift+Esc en ga naar Prestaties / Processor. Als het goed is, staat er Ingeschakeld achter de optie Virtualisatie. Toch niet? Dan moet je deze functie wellicht zelf nog activeren in je UEFI-BIOS. Je vindt deze doorgaans in een menu als Advanced CPU Configuration, Chipset of Northbridge, met de naam AMD-V (AMD-cpu) of Intel VT (Intel-cpu). Raadpleeg hiervoor je systeemhandleiding.

Op deze elfde generatie Intel Core i7 hadden we niet anders verwacht: virtualisatie is standaard ingeschakeld.

Hypervisor

Om een virtuele machine te laten draaien, heb je wel speciale software nodig: een virtuele-machinemanager oftewel hypervisor. Deze tools komen in twee smaken: een ‘native’ oftewel bare-metal-hypervisor en een hosted-hypervisor. Bij de eerste heb je geen onderliggend besturingssysteem nodig dat als gastheer (host) fungeert voor je gevirtualiseerde omgeving, aangezien zo’n hypervisor rechtstreeks op de machine-hardware draait. Een hosted-hypervisor daarentegen heeft wel degelijk een reeds geïnstalleerd besturingssysteem nodig.

Hyper-V is een voorbeeld van een native hypervisor, maar helaas is deze niet beschikbaar in Windows Home. Daarom kiezen we voor een hosted-hypervisor, zoals VMware Workstation en Oracle VM VirtualBox. Deze laatste is erg populair, gratis en houdt zich netjes up-to-date. Kortom, de ideale tool.

Windows Pro en hoger bevat een heuse bare-metal-hypervisor: Hyper-V.

Liever kiezen voor de gemakkelijke weg?

Schaf dan een Windows Pro-licentie aan!

Installatie VirtualBox

Je vindt VirtualBox op www.virtualbox.org. Zorg dat je de recentste versie downloadt en installeert (in ons geval was dit versie 7.0.6). We gaan ervan uit dat je met Windows werkt en dus kies je hier Windows hosts, maar VirtualBox laat zich dus ook op macOS- en Linux-hosts installeren. De eigenlijke installatie regel je met enkele muisklikken op Next, Yes en Install. Even later kun je VirtualBox al opstarten. Je belandt nu in het nog lege hoofdvenster van de VirtualBox Manager.

We gaan hier zo dadelijk een virtuele machine (VM) installeren, maar daarvoor heb je natuurlijk wel een besturingssysteem nodig. In ons geval wordt dit een Linux-distributie en die zijn er in allerlei soorten. Een blik op het indrukwekkende aanbod van www.distrowatch.com zegt voldoende.

In principe maakt het niet zoveel uit welke distributie je gaat virtualiseren, je kunt zelfs meerdere VM’s installeren, maar ben je nog wat onwennig in de Linux-wereld, dan zijn distributies om in te stappen: Linux Mint (www.linuxmint.com, met in dalende volgorde van systeemeisen de versies Cinnamon, MATE en Xfce), Ubuntu (www.ubuntu.com) en Zorin OS Core (www.zorin.com/os). We nemen het populaire Ubuntu als voorbeeld.

Het is mogelijk om meerdere virtuele machines te installeren.

Ubuntu installeren (1)

Download eerst het bijbehorende iso-schijfkopiebestand van Ubuntu Desktop (in ons geval versie 22.04 LTS), zo’n 3,6 GB. Start VirtualBox op, ga naar Machine en kies Nieuw. Het dialoogvenster Aanmaken nieuwe virtuele machine verschijnt. Vul een geschikte naam in (iets als Ubuntu 22.04 LTS). Klik eventueel bij Map op Andere om een geschikte locatie voor je VM(‘s) aan te geven, bij voorkeur een map op een station met veel vrije opslagruimte. Bij ISO-image kies je Andere en verwijs je naar het zojuist gedownloade iso-bestand. De kans is groot dat VirtualBox automatisch detecteert dat het om Linux/Ubuntu gaat, maar desnoods geef je bij Type zelf Linux aan en bij Versie dan Ubuntu (64-bit).

Als het goed is, is voor Ubuntu een zogenoemde installatie zonder toezicht mogelijk en dit maakt het wel een stuk makkelijker. Laten we eerst bekijken hoe zo’n geautomatiseerde installatie verloopt. Verderop, in de paragraaf ‘Handmatige installatie’, zien we hoe je zelf de installatie configureert.

Druk op Volgende en geef de gewenste gebruikersnaam en wachtwoord op voor je eerste Ubuntu-gebruiker. Vul ook een Hostnaam in (zonder spaties) en plaats een vinkje bij Guest Additions. Deze zorgen namelijk voor een betere integratie en een optimaal gebruiksgemak: de grafische weergave wordt beter, je kunt je muisaanwijzer naadloos verplaatsen tussen je Windows-host en de VM, je kunt bestanden en het klembord tussen beide systemen delen enzovoort. Bevestig met Volgende.

De wizard heeft alles wat hij nodig heeft om de virtuele harde schijf aan te maken en de installatie uit te voeren.

Virtuele machine

Geef aan hoeveel Basisgeheugen en (virtuele) Processoren je aan de VM wilt toekennen. Voor Ubuntu zou dit bijvoorbeeld 2048 MB (2 GB) en 1 CPU kunnen zijn. Druk op Volgende, selecteer Nieuwe virtuele harde schijf aanmaken en duid de gewenste schijfgrootte aan. Hoeveel je kiest (25 GB bijvoorbeeld) hangt ook samen met hoeveel en welke apps je denkt te gaan installeren binnen Ubuntu. We raden af om een vinkje te plaatsen bij Pre-alloceren volledige grootte, zodat de grootte van de virtuele harde schijf automatisch met de behoefte meegroeit tot het ingestelde maximum. Rond af met Volgende en met Afmaken.

Tijd voor een kop koffie, terwijl je achterover leunt en ziet hoe je virtuele Ubuntu netjes wordt installeert. Als het goed is, kun je je al meteen bij Ubuntu aanmelden. Je kunt nu volop experimenteren, niet alleen met Ubuntu zelf, maar ook met allerlei interessante opties van VirtualBox, zoals het maken van snapshots (om snel naar een eerder punt van je gastsysteem terug te keren als je het wat te bont hebt gemaakt), het inschakelen van een gedeeld klembord evenals het verslepen van bestanden in beide richtingen enzovoort. We hebben helaas niet de ruimte om hier dieper op in te gaan.

Kernel panic?

Wanneer tijdens de virtuele installatie van Ubuntu of andere Linux-distributies de foutmelding ‘kernel panic’ of iets dergelijks opduikt (in Windows Pro of hoger), dan zijn wellicht Hyper-V-modules actief op je systeem en moet je die eerst uitschakelen. Druk op Windows-toets+R en voer optionalfeatures uit. Verwijder het vinkje bij Hyper-V, Windows Hypervisor-platform, Windows-Sandbox en Windows-subsysteem voor Linux. Bevestig met OK en herstart je pc. Helpt dit niet, ga dan naar de module Instellingen van Windows en kies Privacy en beveiliging / Windows-beveiliging / Apparaatbeveiliging / Kernisolatiedetails en schakel Geheugenintegriteit uit. Vervolgens klik je met rechts op Opdrachtprompt in het Windows-startmenu en kies je Als administrator uitvoeren, waar je de twee volgende commando’s uitvoert:

bcdedit /set hypervisorlaunchtype off DISM /Online /Disable-Feature:Microsoft-Hyper-V

Herstart nogmaals je pc. Als het goed is draaien je VM’s nu probleemloos.

Sommige Windows-onderdelen, zoals Hyper-V en Geheugenintegriteit, kunnen VirtualBox aardig van streek maken.

Handmatige installatie

Het kan natuurlijk gebeuren dat VirtualBox het besturingssysteem niet goed herkent en dat het daarom geen installatie zonder toezicht kan uitvoeren. Niet getreurd, dan doe je het handmatig. De procedure is eigenlijk dezelfde zoals beschreven bij het kopje ‘Virtuele machine’. Alleen gebeurt er niet veel wanneer je op de knop Afmaken drukt: de VM verschijnt in het manager-venster en daar houdt het ook op. Je moet dus zelf nog een en ander installeren.

Selecteer hiervoor de VM en druk op de knop Start in de manager. Kies Try or Install Ubuntu. In principe kun je even later Install Ubuntu selecteren, maar in de praktijk blijkt de schermweergave dan vaak niet optimaal waardoor niet alle knoppen zichtbaar worden. Je kiest daarom beter eerst Try Ubuntu. Klik vervolgens met rechts op het Ubuntu-bureaublad en selecteer Display Settings. Bij Resolution stel je een geschikte, ongetwijfeld wat hogere waarde in. Bevestig met Apply en sluit het instellingenvenster af. Dubbelklik vervolgens op het bureaublad op Install Ubuntu […]. Selecteer je taal (waarschijnlijk Nederlands) en druk op Verder. Stel een geschikte toetsenbordindeling in, zoals Belgian of Dutch, druk op Verder (2x). Voor de vervolgstappen verwijzen we naar het kopje ‘Ubuntu installeren (2)’, verderop in dit artikel. Na afloop klik je op Nu herstarten.

Veiligheidskopie

In tegenstelling tot een virtuele installatie ga je bij een dualboot-configuratie Linux daadwerkelijk op een fysieke schijfpartitie installeren. Als je alles doordacht uitvoert, geeft dit doorgaans geen problemen, maar veiligheidshalve maak je toch liever eerst een complete systeemback-up. Hier bestaan verschillende tools voor (ook gratis) waaronder EaseUS Todo Backup 2023 Free.

Hier kies je Create Backup / Select backup contents. Selecteer Disk, plaats een vinkje bij de betreffende schijf (inclusief alle partities), druk op OK en volg de verdere instructies. Je maakt het best direct een herstelmedium. Stop een (lege) usb-stick in je pc, ga naar Tools / Create Emergency Disk, klik op het usb-pictogram, duid je usb-stick aan en bevestig met Create / Create now. In een noodgeval kun je je systeem dan met deze usb-stick opstarten en je (extern bewaarde) systeemback-up terugzetten.

Er kan toch iets misgaan en dus heb je het best een systeemback-up achter de hand.

Voorbereiding

Voor je met de Linux-installatie aan de slag gaat, check je of je over voldoende vrije opslagruimte beschikt: 20 GB lijkt ons een aanvaardbaar minimum. Druk hiervoor op Windows-toets+R en voer diskmgmt.msc uit. Als het nodig is, kun je van hieruit een bestaande partitie – die van Windows of je data – verkleinen om zo meer ruimte te maken. Klik hiervoor met rechts op de partitie, kies Volume verkleinen en geef aan met hoeveel MB de partitie moet worden verkleind. Bevestig met Verkleinen.

Verder schakel je het liefst ook de functie Snel opstarten in Windows uit, omdat die niet altijd goed overweg kan met een dualboot-configuratie. Druk op de Windows-toets, tik energie in en start de optie Een energiebeheerschema selecteren. Kies Het gedrag van aan/uit-knoppen bepalen / Instellingen wijzigen die momenteel niet beschikbaar zijn en verwijder het vinkje bij Snel opstarten inschakelen (aanbevolen). Bevestig met Wijzigingen opslaan.

De functie Snel opstarten gaat weleens in de clinch met dualboot.

Installatiestick

Om een Linux-distributie op een afzonderlijke partitie te installeren, heb je een opstartbare installatiestick nodig. Hiervoor heb je weer het iso-schijfkopiebestand van de distributie nodig en dat vind je vast via een site als www.distrowatch.com.

Er zijn verschillende tools die aan de hand van zo’n iso-bestand een bootstick kunnen maken. Een van de handigste vinden we Ventoy (www.ventoy.net).

Download deze tool, pak het zip-bestand uit en start het portable Ventoy2Disk.exe op. Stop een (lege) usb-stick in je pc en druk op de ronde pijlknop in Ventoy zodat de stick verschijnt. Druk op Installeren / Ja (2x) (via Language kun je eventueel eerst Dutch (Nederlands) selecteren). Na afloop hoef je maar het iso-bestand naar de Ventoy-partitie van je stick te kopiëren.

Het is de bedoeling dat je je systeem nu met deze stick opstart. Mogelijk moet je hiervoor met een speciale toets als F2, F12, Esc of Delete eerst een bootmenu oproepen waarin je deze usb-stick als bootmedium kunt selecteren. Raadpleeg hiervoor je systeemhandleiding.

Met Ventoy kun je snel meerdere distributies op één bootstick kwijt (hier: Ubuntu).

Ubuntu installeren (2)

Zodra je systeem van deze usb-stick is opgestart, selecteer je de gewenste Linux-distributie in het Ventoy-startmenu (in ons geval Ubuntu 22.04.1). Selecteer Try or Install Ubuntu, waarna je even later de gewenste taal kiest en op Ubuntu installeren klikt. Stel de juiste toetsenbordindeling in en klik op Verder. Laat de standaardopties bij voorkeur ongemoeid (Normale installatie en Haal bijgewerkte pakketten binnen tijdens het installeren van Ubuntu) en druk op Verder.

Als het goed is, heeft Linux vastgesteld dat Windows al op je pc staat en komt de keuze Installeer Ubuntu naast Windows 10 beschikbaar. Deze moet je hebben (bij een handmatige virtuele installatie is Wis schijf en installeer Ubuntu hier mogelijk de enige optie). De optie Iets anders laten we hier buiten beschouwing, aangezien die inhoudt dat je zelf partities moet maken en toewijzen, en dat is vooral iets voor gevorderde gebruikers.

Bevestig met Installeer nu en Verder (2x). Vul een naam, computer- en gebruikersnaam en wachtwoord (2x) in, selecteer eventueel Automatisch aanmelden en druk nogmaals op Verder. De installatie gaat van start en het is nu wachten geblazen.

Na afloop mag je de usb-stick verwijderen en je systeem herstarten. Als het goed is, neemt de Linux-opstartlader (bootloader GRUB) het heft in handen en presenteert deze je twee besturingssystemen: Windows en je Linux-distributie. Aan jou de keuze.

Je laat de standaardopties best ongemoeid tijdens de installatie.

Verwijderen (voorbereiding)

Besluit je ooit weer de Linux-partitie weg te halen, dan moet je dat heel voorzichtig doen, zodat je niet ongewild met een weerbarstig systeem zit opgezadeld. Net zoals voor het opzetten van je dualboot-systeem maak je ook deze keer het best eerst een volledige systeemback-up, bijvoorbeeld met EaseUS Todo Backup 2023 Free (zie ‘Veiligheidskopie’). Het verwijderproces bestaat eigenlijk uit twee fasen: eerst haal je de Linux-partitie weg en vervolgens pas je de opstartlader aan om Windows weer automatisch te laten doorstarten.

Voor we hier aan toe zijn, maak je het liefst ook eerst een extra Windows-installatiemedium. Immers, wanneer je je Linux-partities hebt verwijderd, zal je reguliere Windows-installatie niet zomaar meer willen doorstarten. Ga naar de website van Microsoft en selecteer de gewenste Windows-versie (10 of 11). Klik bij Hulpprogramma nu downloaden (Windows 10) of op Download nu bij Installatiemedia voor Windows 11 maken.

Stop vervolgens een (lege) usb-stick van minstens 8 GB in je pc en start het hulpprogramma op. Selecteer de gewenste opties bij Taal en Versie (bijvoorbeeld Nederlands en Windows 11) en selecteer USB-flashstation in het volgende venster. Bevestig met Volgende, selecteer je usb-stick en druk nogmaals op Volgende. Na afloop levert je dit een opstartbare Windows-installatiestick op. Houd deze bij de hand.

Je houdt het best een Windows-installatiestick achter de hand.

Verwijderen (uitvoering)

Je bent nu klaar om de Linux-partities te verwijderen en dat kan vanuit het Windows-schijfbeheer: druk op Windows-toets+R en voer diskmgmt.msc uit. De Linux-partities worden nu zichtbaar, normaliter zonder stationsletter en zonder vermelding van een bestandssysteem. Klik met rechts op zo’n partitie in de grafische weergave en kies Volume verwijderen. Indien van toepassing herhaal je dit voor de andere Linux-partities.

Je zult merken dat bootloader GRUB nu helemaal in de war is. Daarom start je je pc deze keer op met de eerder gemaakte Windows-installatiestick. Na het instellen van taal, tijdzone en toetsenbord klik je op Volgende en Uw computer herstellen. Kies achtereenvolgens Problemen oplossen / Opdrachtprompt. Hier voer je dan het commando bootrec.exe / fixmbr uit, waarna je het opdrachtvenster afsluit en Doorgaan kiest. Je Windows-installatie start nu weer mooi door. Zo niet? Probeer het dan met Problemen oplossen / Opstartherstel.

Terug in je vertrouwde Windows-omgeving druk je op Windows-toets+R en voer je weer diskmgmt.msc uit. Immers, je wilt de vrijgekomen schijfruimte nuttig hergebruiken. Klik met rechts op de vrijgekomen ruimte en kies indien van toepassing Partitie verwijderen. Je kunt van deze ruimte bijvoorbeeld een extra gegevenspartitie maken. Klik met rechts op de ruimte, kies Nieuw eenvoudig volume en volg de verdere instructies. Een alternatief is dat je deze ruimte toevoegt aan de partitie die er zich net voor bevindt. Klik hiervoor met rechts op deze partitie, kies Volume uitbreiden en bevestig je keuze.

Tot slot kun je best de eerder vermelde functie Snel opstarten weer inschakelen door het bijbehorende vinkje terug te zetten (zie het kopje ‘Voorbereiding’). Zo, er is nu geen spoor meer van je dualboot-configuratie!

Vanuit de herstelomgeving kun je het eerst proberen vanuit de Opdrachtprompt.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 condensdrogers voor minder dan 500 euro
Huis

Waar voor je geld: 5 condensdrogers voor minder dan 500 euro

In de rubriek Waar voor je geld gaan we een aantal keer per week op zoek naar de beste producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Deze keer kijken we naar condensdrogers. Welke modellen zijn er te koop voor onder de 500 euro en wat zijn de mogelijkheden?

Een condensdroger is een type wasdroger dat vocht uit je wasgoed onttrekt en opvangt in een ingebouwd reservoir of via een afvoerslang afvoert. In tegenstelling tot luchtafvoerdrogers heeft een condensdroger geen externe afvoer nodig, wat hem flexibel maakt in gebruik en daardoor nagenoeg overal kunt plaatsen. Condensdrogers zijn doorgaans goedkoper in aanschaf dan warmtepompdrogers, maar verbruiken wel meer energie. We vonden vijf exemplaren van minder dan 500 euro.

Beko DCU8235BXT

Energy Label G

De Beko DCU8235BXT is een gebruiksvriendelijke condensdroger met een capaciteit van 8 kg, geschikt voor gezinnen of huishoudens met regelmatig wasgoed. Hij beschikt over diverse programma’s, waaronder opties voor katoen, synthetisch, sportkleding en delicate stoffen. De AquaWave-trommel zorgt voor een zachte behandeling van je kleding, wat de slijtage beperkt. De droger produceert gemiddeld 66 dB aan geluid. Het water wordt opgevangen in een intern reservoir, maar kan ook via een afvoerslang worden weggespoeld. Dit model is niet voorzien van de nieuwste technologieën, maar biedt alles wat je nodig hebt voor betrouwbaar dagelijks gebruik.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 2 jaar (10 jaar op de motor)

Sharp KDNCB8S7PW91BX 

Energy Label G

Deze condensdroger van Sharp is ontworpen met het oog op eenvoud en efficiëntie. De machine biedt 15 programma’s, waaronder instellingen voor katoen, synthetisch, gemengde was en snelle droogbeurten. Het display is helder en overzichtelijk en toont duidelijk de resterende tijd. De bediening is eenvoudig, wat hem geschikt maakt voor gebruikers die vooral gemak zoeken. De wateropvang gebeurt in een reservoir dat handmatig geleegd moet worden, tenzij je kiest voor aansluiting op de afvoer. Voor wie een betrouwbare, eenvoudige droger zoekt zonder poespas, is dit een goede keuze.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: dicht
Fabrieksgarantie: 2 jaar

Hisense DH3S802BW2

Energy Label D

De Hisense DH3S802BW2 is een moderne warmtepompdroger met een capaciteit van 8 kg en diverse slimme functies. Deze droger is uitgerust met ConnectLife, waarmee je hem via een app op je smartphone kunt bedienen. Ook beschikt hij over een stoomfunctie, die helpt om kreukels te verminderen en kleding op te frissen. De trommel is binnenin verlicht en de bediening is overzichtelijk, met een groot display dat de resterende tijd toont. De machine beschikt over programma’s voor onder andere katoen, wol en delicate stoffen. Hoewel het energieverbruik lager is dan bij een standaard condensdroger, duurt het droogproces gemiddeld wel wat langer.

Uitgestelde start: Nee
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 2 jaar

Beko DF8421TX0

Energy Label E

De Beko DF8421TX0 is een warmtepompdroger met een ruime inhoud van 8 kg. Dankzij de EcoGentle-technologie blijven kleuren langer mooi en wordt kleding zachter behandeld. De AquaWave-trommel met speciale patronen zorgt ervoor dat kleding minder slijt tijdens het drogen. Dit model beschikt over 15 programma’s, waaronder opties voor sportkleding, jeans en wol. Ook is er een anti-kreukfase na het drogen, wat handig is als je niet meteen de was uit de machine haalt. De machine is wat ouder (model 202), maar is nog steeds te koop. Oorspronkelijk was het energielabel A++, maar omgerekend naar de huidige meetmethode is dat nu een E-label geworden. Handige extra’s zijn de startuitstelfunctie en het duidelijke display met resttijdindicatie.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 2 jaar (10 jaar op motor)

Frilec KOBLENZ 8600 TK

Energy Label F

De Frilec KOBLENZ8600TK is een eenvoudige, degelijke condensdroger en beschikt over meerdere standaardprogramma’s, zoals katoen, synthetisch en extra droog. De bediening is rechttoe rechtaan en het display toont de resterende droogtijd. Met een geluidsniveau van ongeveer 65 dB is hij niet de stilste, maar ook zeker niet storend in een gemiddelde omgeving. De droger heeft energielabel F, wat betekent dat hij relatief veel stroom gebruikt vergeleken met warmtepompdrogers. Het water dat uit het wasgoed wordt gehaald, wordt opgevangen in een waterreservoir. Deze moet handmatig geleegd worden, tenzij je hem aansluit op een afvoer.

Uitgestelde start: Ja
Vulgewicht: 8kg
Type deur: glas
Fabrieksgarantie: 5 jaar

▼ Volgende artikel
5 veelgemaakte fouten bij het koken op inductie
© alfa27 - stock.adobe.com
Huis

5 veelgemaakte fouten bij het koken op inductie

Aangebrand eten, vibrerende pannen of ongelijke resultaten: wie net begint met koken op inductie kan tegen dit soort frustraties aan lopen. Gelukkig zijn ze makkelijk te voorkomen. Wij vertellen wat de meest gemaakte fouten zijn bij het koken op inductie én hoe je ze voorkomt.

In het kort

Overgestapt van gas op inductie? Dat is vaak even wennen. Wij zetten 5 veelgemaakte fouten bij het koken op een rij, zodat jij ze niet hoeft ze maken. Dit zijn ze:

  1. Verkeerde pannen gebruiken
  2. Kookzones niet goed benutten
  3. Te hoog vermogen gebruiken
  4. Boostfunctie te veel gebruiken
  5. Niet goed schoonmaken

Inductieplaat kopen?

Check hier de beste deals!

Fout 1: Verkeerde pannen gebruiken

Een klassieke fout bij het koken op inductie is het gebruik van pannen die eigenlijk niet geschikt zijn voor dit type kookplaat. Inductie werkt via een magnetisch veld dat de bodem van de pan rechtstreeks verwarmt. Zijn jouw pannen niet magnetisch, dan is het gevolg een tragere opwarming, ongelijke garing en onnodig veel energieverbruik. Soms reageert een inductiekookplaat helemaal niet op gewone pannen.

Weet je niet zeker of jouw pannen geschikt zijn voor inductie? Doe dan de magneettest: pak een (koelkast)magneet en houd 'm tegen de bodem van de pan. Plakt de magneet stevig vast? Dan is de pan geschikt voor inductie. Glijdt de magneet weg of is de magnetische werking veel te zwak? Dan kun je beter niet koken met deze pan. 

Extra tip: als je nieuwe pannen voor je inductiekookplaat wilt kopen, let dan niet alleen op de magnetische werking. Ook de dikte van de bodem is belangrijk. Pannen met een bodem van minstens 4 à 5 mm dik verminderen de kans op aanbranden en trillen bij hoog vermogen. Kies daarnaast voor keukengerei van hout of siliconen; dat voorkomt krassen aan de onderkant van de pan. 

Fout 2: Kookzones niet goed benutten

Een inductiekookplaat werkt het best met pannen die qua formaat goed door de kookzone worden herkend. Zet je een pan neer die veel kleiner is dan de kookzone, dan kan het zijn dat de plaat hem niet detecteert of dat er minder vermogen beschikbaar is. Er gaat echter geen warmte verloren: alleen het deel van de pan dat binnen het magnetisch veld valt, wordt verwarmd. Een pan die juist groter is dan de kookzone kan leiden tot ongelijkmatige verhitting, omdat alleen het middendeel voldoende wordt opgewarmd. Let er daarnaast op dat de bodem van de pan vlak en schoon is, zodat het contact met het glasoppervlak optimaal blijft. Een kromgetrokken of vuile bodem kan de werking verstoren.

©vectorizer88 - stock.adobe.com

Fout 3: Te snel opwarmen

Inductie warmt veel sneller op dan gas. Daardoor zetten veel mensen het vermogen al snel te hoog, met als gevolg dat olie of eten kan aanbranden. Het is slimmer om op een lagere stand te beginnen en de temperatuur geleidelijk op te voeren, zeker bij bakken of sudderen. Voor water koken mag je gerust vol vermogen gebruiken, maar bij braden is dat vaak niet nodig. Merk je dat je pan gaat trillen of de kookplaat een zoemend geluid maakt, dan staat hij waarschijnlijk te hoog. Gebruik bovendien olie of vet met een hoog rookpunt, zoals arachideolie, zonnebloemolie, kokosolie of geklaarde boter (ghee). Daarmee voorkom je dat het vet te snel verbrandt.

Fout 4: Boostfunctie te veel gebruiken 

Veel inductiekookplaten hebben een boostfunctie die het vermogen tijdelijk flink opschroeft. Ideaal om snel een pan met water aan de kook te brengen of grote hoeveelheden soep of pasta te verhitten. Voor delicate bereidingen is de booststand minder geschikt, omdat de pan dan zo heet wordt dat eten kan aanbranden of ongelijk gaart. Gebruik hem dus met beleid: handig als je snel kracht nodig hebt, maar niet bedoeld om continu op te koken.

Fout 5: Niet goed schoonmaken 

Vlekken en etensresten op je inductiekookplaat zijn niet alleen onhygiënisch, ze kunnen ook blijvende schade veroorzaken. Vooral suikers zijn verraderlijk: die kunnen bij verhitting het glasoppervlak aantasten. Ook verbrande resten laten vaak hardnekkige vlekken achter en kunnen het glas op den duur verkleuren of zelfs doen barsten. Maak de kookplaat daarom na gebruik altijd schoon. Gebruik een licht vochtige doek met een mild reinigingsmiddel, zoals een beetje afwasmiddel of een speciaal middel voor inductiekookplaten. Voor aangekoekte resten is een speciale kookplaatschraper handig. Vermijd schuurmiddelen en schuursponsjes, want die veroorzaken krassen en maken het glas dof.