ID.nl logo
Repetitief werk? Met templates maak je het jezelf zo veel makkelijker
© 1st footage - stock.adobe.com
Huis

Repetitief werk? Met templates maak je het jezelf zo veel makkelijker

Maak je regelmatig dezelfde soorten brieven of documenten in Word of Google Docs? Of schrijf je vaak een vergelijkbare e-mail in Gmail? Wist je dat hiervoor bestaande sjablonen zijn die je kunt gebruiken? Je kunt zelfs je eigen templates ontwerpen. Maak het jezelf comfortabel en ga aan de slag.

Na het lezen van dit artikel weet je hoe je in de volgende programma's gebruik kunt maken van sjablonen:

  • Word
  • PowerPoint
  • Google Docs
  • Gmail

Lees ook: Sjablonen in Outlook: gemak dient de mens

Een sjabloon, ook wel een template genoemd, helpt je bij het snel opzetten van een document. Het bestaat uit een aantal vaste onderdelen die je als uitgangspunt kunt nemen. Populaire programma’s, zoals Microsoft Office en Google Docs, hebben aardig wat sjablonen aan boord. Bijvoorbeeld om snel een brief op te stellen met een vaste indeling, of een Excel-bestand met vaste formules.

Als je aan de slag gaat met sjablonen, heb je twee keuzes. Je maakt zelf een sjabloon en bouwt deze vanaf de basis op. Of je kiest voor een bestaand sjabloon dat je als basis neemt en verder aanpast naar je eigen wensen.

Goede sjablonen besparen je kostbare tijd.

Word

Je eigen Word-sjabloon

We beginnen met sjablonen voor Microsoft Word. Kies voor Bestand / Nieuw. In het rechterdeel van het venster vind je een aantal sjablonen, dat als miniatuur wordt getoond. Templates die je in de praktijk vaak gebruikt, kun je vastmaken: ze krijgen daarmee een prominente plek en zijn makkelijk te openen. Wil je dit? Klik er dan op met de rechtermuisknop en kies Aan lijst vastmaken. Zelfgemaakte sjablonen worden getoond in de sectie Privé. Waarschijnlijk is die lijst nu nog leeg. Om een sjabloon te gebruiken, klik je er twee keer op.

Wij kiezen ervoor om eerst zelf een sjabloon vanaf de basis op te bouwen. Open hiervoor een nieuw Word-document en maak dat op zoals je normaal ook doet bij een nieuw document. Dit houdt in dat je het lettertype kiest, eventueel een achtergrond en andere stijlen.

Een goed startpunt hiervoor is de tab Ontwerpen. Via de sectie Thema’s geef je het document in één keer een specifiek thema. Interessanter is de mogelijkheid om losse elementen te kiezen. Klik op Kleuren en kies de gewenste tint. Ga daarna naar Lettertype en maak ook hier je keuze. Via dezelfde tab heb je toegang tot opties om de alinea-afstand in te stellen. Ook kun je het document voorzien van andere specifieke kenmerken, denk aan een watermerk of een aangepaste paginarand.

De tab Ontwerpen bevat slimme opties om het sjabloon vorm te geven.

Aanvullende templates Niet tevreden met de standaardset sjablonen van Office? Gebruik het zoekvak bovenin om online naar aanvullende templates te zoeken. Typ de zoekterm in, bijvoorbeeld Uitnodigingen. Een nieuw venster met de resultaten opent.

Nog meer elementen

Neem nu een kijkje op de tab Invoegen. Hiermee voeg je interactieve elementen toe aan je document. Maak je een briefsjabloon, dan kan het bijvoorbeeld handig zijn om automatisch de actuele datum in te voegen. Kies voor de optie Datum en tijd en selecteer de notatie. Ga voor de optie Automatisch bijwerken als je wilt dat de datum (en eventueel de tijd) worden veranderd zodra je het document opslaat.

Er is nog veel meer mogelijk dan alleen de datum invoegen. Ga voor een completer overzicht naar Snelonderdelen / Veld. Links in het venster worden de beschikbare onderdelen opgesomd. Hier zie je de eerdergenoemde velden voor datum en tijd, maar je kunt ook kiezen om de auteur van het document op te nemen. Uiteraard wil je niet dat de opmaak van het sjabloon straks per ongeluk wijzigt als je er in de praktijk mee gaat werken. Zet daarom een vinkje bij Opmaak tijdens bewerken handhaven.

Geef je sjabloon dynamische onderdelen, zoals een automatische datum- of tijdsaanduiding.

Opslaan

Tevreden met je eigen creatie? Tijd om het op te slaan als sjabloon. Kies voor Bestand / Opslaan als. Geef het sjabloon een naam. In het vak Opslaan als selecteer je Word-sjabloon. Klik op Opslaan. Voortaan kun je je eigen sjabloon snel gebruiken: kies in Office voor Bestand / Nieuw. Het sjabloon vind je in de sectie Privé.

Aangepaste locatie Office bewaart de sjablonen in de map C:\Gebruikers<Gebruikersnaam>\Documenten\Aangepaste Office-sjablonen. Gebruik je liever een andere standaardlocatie? In Office kies je voor Bestand / Opties. In het onderdeel Opslaan geef je een nieuw pad op bij Standaardlocatie van persoonlijke sjablonen. Bevestig met een klik op OK.

Je kunt de standaardlocatie van je persoonlijke sjablonen aanpassen.

Nog eenvoudiger

Uiteraard hoef je bij het maken van een sjabloon niet altijd vanuit het niets te beginnen. Je kunt ook een stijl uit een bestaand document kopiëren en in je eigen sjabloon gebruiken. Open het document met de gewenste stijl en selecteer de tekst van het document mét de stijl. Klik met de rechtermuisknop op de selectie en kies Kopiëren.

Keer vervolgens terug naar het sjabloon waaraan je werkt en klik met de rechtermuisknop op het gedeelte waarnaar je de stijl wilt kopiëren. Kies Plakken.

Die gekopieerde tekst uit het vorige document heb je uiteraard niet nodig en verwijder je weer: het gaat erom dat we de bijbehorende stijl hebben meegenomen. Werp nu een blik op de sectie Stijlen op de tab Start: de stijl is nu beschikbaar en klaar voor gebruik.

Wil je een stijl vaker gebruiken of wil je kopiëren tussen meerdere sjablonen? Dan kun je ervoor kiezen om de stijl te exporteren en te importeren. Open het document met de betreffende stijl. Open de tab Start en klik in de sectie Stijlen op het knopje met de pijl. In het geopende venster klik je op de knop Stijlen beheren. Die herken je aan de letter A met een groen vinkje. Kies nu voor Importeren/exporteren. Aan de linkerzijde van het venster Beheer zie je de beschikbare stijlen, die afkomstig zijn uit het document. Kies de stijl die je graag gebruikt en klik op de knop Kopiëren.

Wil je meerdere stijlen kopiëren? Houd dan de Ctrl-toets ingedrukt als je deze selecteert. De stijlen zijn hierna beschikbaar in het sjabloon dat je rechts in het venster hebt geopend. Ook kun je de stijlen kopiëren naar een ander sjabloon. Klik op Bestand sluiten en dan op Bestand openen. Selecteer het sjabloon waarin je de stijl beschikbaar wilt maken en klik op Openen.

Je kunt je eigen stijlen exporteren, bijvoorbeeld naar andere sjablonen.

Nog meer sjablonen Microsoft heeft vooral de afgelopen jaren de collectie met kant-en-klare sjablonen uitgebreid. Het is de moeite waard om deze selectie te bekijken. Je bespaart er de kostbare tijd mee van het zelf maken van een sjabloon. Je vindt de collectie met gratis sjablonen op https://create.microsoft.com.

Microsoft zelf houdt er een flinke verzameling sjablonen op na.

Uit je je creativiteit in een bullet journal?

Dan heb je zeker wat aan deze sjablonen!

Bestaande sjablonen

Heb je in het verleden sjablonen gemaakt in een oudere versie van Microsoft Office? En ben je onlangs vol goede moed overgestapt naar Microsoft 365? Dan lijken je bestaande sjablonen niet meer beschikbaar. Goed nieuws: je kunt ze alsnog gebruiken en toegankelijk maken via de sjablonen op de tab Persoonlijk.

Open het Startmenu en typ %appdata%\Microsoft\Sjablonen\. Druk op Enter. Je ziet hiermee welke opslaglocatie wordt gebruikt voor eerdere sjablonen. Die locatie is afhankelijk van de eerder gebruikte Office-versie en de gebruikersinstellingen. Plak het adres van de locatie dat wordt getoond in de verkenner. Keer nu terug naar Microsoft 365, bijvoorbeeld naar Word. Kies Bestand / Opties en ga naar de sectie Opslaan. Plak de bestandslocatie in het vak bij Standaardlocatie van persoonlijke sjablonen.

PowerPoint

Eigen sjabloon

Ook Microsoft PowerPoint leent zich goed voor het maken van een sjabloon. Dat is handig als je snel presentaties in elkaar wilt draaien. Open PowerPoint en begin met een leeg document. Open vervolgens de tab Ontwerpen. Hier geef je de basiskenmerken van je PowerPoint op. Bepaal hoe groot je de dia’s wilt hebben: kies Diagrootte / Aangepaste diagrootte. Ga daarna naar de tab Beeld en kies Diamodel. Hier kun je het thema aanpassen en ook een achtergrondstijl kiezen.

Je kunt in je PowerPoint-sjablonen gebruikmaken van placeholders. Dit zijn de onderdelen die je pas tijdens het maken van de presentatie aanpast. Je kunt verschillende placeholders invoegen, zoals teksten, afbeeldingen en video’s. Open de tab Diamodel en kies voor Tijdelijke aanduiding invoegen. Kies het onderdeel, bijvoorbeeld Afbeeldingen. Plaats de placeholder op de gewenste plek en vergroot of verklein deze naar eigen inzicht.

Tevreden met het sjabloon? Tijd om op te slaan: kies Bestand / Kopie opslaan. Kies vervolgens voor Opslaan als en selecteer PowerPoint-sjabloon. Je kunt de sjablonen in de toekomst altijd gebruiken via Bestand / Nieuw. PowerPoint toont je vervolgens de beschikbare sjablonen.

Maak gebruik van placeholders die je pas later invult.

Delen maar Heb je een mooi sjabloon gemaakt en de behoefte om deze te delen? Je kunt de opgeslagen sjabloonbestanden delen via e-mail, zoals bij een normaal bestand. Open de map met opgeslagen sjablonen (eerder vertelden we je al hoe je hiervoor de locatie achterhaalt). Klik met de rechtermuisknop op het bestand en kies voor Delen. De ontvanger plaatst het opgeslagen sjabloon in de juiste Office-map, waarna het direct beschikbaar is.

Google Docs

Template maken

Ook in Google Docs kun je sjablonen gebruiken, maar de functionaliteit is wel afhankelijk van de Google-diensten waartoe je toegang hebt. Wil je een sjabloon maken op basis van een bestaand sjabloon? Open Google Docs en maak een nieuw document. Bovenin vind je de sectie Een nieuw document starten. Google Docs toont al een aantal sjablonen, waaronder brochures, projectvoorstellen en cv’s.

Standaard worden niet alle sjablonen getoond. Klik rechtsboven op Templategalerij om ze allemaal te zien. Klik op een sjabloon om deze als basis te gebruiken. Heb je toegang tot Google Workspace, bijvoorbeeld via werk of school? Dan kun je zelf sjablonen maken. Kies bovenin het startscherm van Google Docs op Templategalerij en zoek naar Sjabloon verzenden. Klik hierop. Vervolgens kun je het gemaakte sjabloon selecteren (bij Document selecteren) en kies je voor Openen. Volg de stappen van de wizard om het sjabloon aan je persoonlijke collectie toe te voegen.

De galerij met templates van Google Docs.

En als particulier?

Niet iedereen beschikt over Google Workspace. Hoe ga je nu te werk als je geen zakelijk of schoolaccount hebt? De eerdergenoemde optie is dan niet beschikbaar. In dat geval heb je twee mogelijkheden. Maak eerst het document dat je wilt gebruiken als sjabloon. Vervolgens sla je het op in Google Drive. Klik erop met de rechtermuisknop en kies Kopie maken. Je gebruikt vervolgens de kopie om een nieuw bestand te maken.

Met een andere truc maak je dit proces iets minder omslachtig. Maak eerst het document dat je als sjabloon wilt gebruiken. Open dit vervolgens. In de adresregel van de browser zoek je het woord edit. Vervang dit woord door template/preview. Druk op Enter, zodat het document wordt geopend in een speciale sjabloonweergave. Rechtsboven vind je de knop Template gebruiken. Deze pagina voeg je vervolgens toe aan de lijst met internetfavorieten. Elke keer dat je het sjabloon wilt gebruiken, open je de lijst met favorieten.

Geen Google Workspace? Met een slimme truc maak je alsnog sjablonen.

Gmail

Eigen sjablonen

Als je vaak gebruikmaakt van dezelfde e-mails, kun je ook in Gmail een aantal sjablonen opslaan. In het hoofdvenster van Gmail klik je op Opstellen. Maak nu de e-mail zoals je deze normaal gesproken opstelt. Je kunt hierbij een eigen opmaak en onderdelen invoegen, zoals afbeeldingen. Als je klaar bent, klik je op de knop Meer opties (herkenbaar aan de drie puntjes). Selecteer Templates en kies Concept opslaan als template.

Kies nu voor Opslaan als nieuwe template. Een nieuw venster opent, waarin je een compacte en beschrijvende naam voor het sjabloon opgeeft. Bevestig met een klik op Opslaan. Om het sjabloon te gebruiken, kies je wederom voor Opstellen en klik je op Meer opties. Kies Templates: het zojuist gemaakte sjabloon wordt hier getoond. Klik erop om het sjabloon te gebruiken. Ben je op een sjabloon uitgekeken, dan kies je voor Meer opties / Templates / Template verwijderen. Selecteer het sjabloon dat je niet meer nodig hebt.

Ook Gmail biedt ondersteuning voor sjablonen in e-mailberichten.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Waarom een extra vriezer handig is – zeker in de zomer
© pjjaruwan
Huis

Waarom een extra vriezer handig is – zeker in de zomer

De zomer is in volle gang en dat betekent: barbecues, ijsjes en koude drankjes – en dus een overvol vriesvak. Herkenbaar? Met een extra vriezer heb je daar geen last meer van. Je kunt groot inkopen, alvast maaltijden invriezen voor drukke werkdagen (nog even niet aan denken!) en je hebt altijd iets in huis voor onverwachte gasten.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Tafelmodel vriezers: ideaal voor erbij

Heb je geen plek voor een grote vrieskast, dan is een tafelmodel vriezer een slimme keuze. Deze compacte modellen zijn ongeveer zo hoog als een aanrecht en passen gemakkelijk in een bijkeuken, de garage of schuur of op zolder. Ideaal als je wat extra ruimte nodig hebt voor ijsjes, barbecuevlees of restjes van een zomerse maaltijd. Ze hebben altijd meerdere lades – meestal tussen de twee en vier – zodat je alles netjes kunt indelen en snel terugvindt wat je zoekt. 

Welke grootte past bij jouw huishouden?

Als vuistregel geldt: rekening 60-80 liter vriesruimte per persoon voor een extra vriezer. Voor een gezin van vier personen is 200-250 liter meestal ruim voldoende, vooral als je al een vriesvak in de koelkast hebt. Kook je vaak voor meerdere dagen of vries je veel seizoensgroenten en fruit in? Dan kun je beter iets ruimer kiezen. Andersom: gebruik je de vriezer hoofdzakelijk voor ijsjes, brood en wat vlees, dan kan een compact model van 100-150 liter al perfect zijn. Let op: de buitenmaten zeggen niet alles. Kijk altijd naar de netto inhoud in liters, want die geeft aan hoeveel je er daadwerkelijk in kwijt kunt.

©Hedgehog94

Vrijstaande vriezers: overzichtelijk, ruim en praktisch

Heb je meer ruimte nodig of wil je grotere hoeveelheden invriezen, dan is een vrijstaande vriezer een uitkomst. Je kunt er makkelijk een voorraad vlees, brood, zomerfruit of zelfgekookte maaltijden in kwijt. De netto inhoud varieert flink: kleinere modellen beginnen rond de 150 liter, maar er zijn ook vriezers van ruim 250 liter of meer. Zo kun je de inhoud echt afstemmen op je huishouden.

Vrijstaande vriezers hebben meestal tussen de vier en zeven vrieslades, wat het indelen van alles wat je wilt invriezen een stuk overzichtelijker maakt. Let bij het kiezen ook op het geluidsniveau, vooral als je de vriezer in een open keuken of bijkeuken zet. Modellen met 36 decibel of minder zijn zeer stil en nauwelijks hoorbaar. Zit het geluidsniveau tussen 37 en 39 decibel, dan hoor je af en toe een zachte zoemtoon. Alles vanaf 40 decibel wordt als normaal geluid beschouwd. Ter vergelijking: elke 3 decibel erbij verdubbelt het volume.

Veel vriezers hebben een snelvriesfunctie die nieuwe producten razendsnel invriest, zodat de temperatuur in de rest van de vriezer stabiel blijft. Bij Liebherr heet dit bijvoorbeeld SuperFrost en bij AEG Frostmatic. Ook fijn: sommige modellen hebben een deur- of temperatuuralarm, dat afgaat als de deur te lang openstaat of als de temperatuur te ver oploopt. Handig bij stroomuitval of als iemand de deur per ongeluk heeft laten openstaan.

💡 Tip: Kijk naar het energielabel

Vriezers hebben sinds maart 2021 een nieuw energielabel met klassen van A tot G, waarbij A en B het zuinigst zijn. Er zijn nog niet veel vriezers met een A- of B-label. Wil je een zuinige vriezer, dan zit je goed met C (het oude A+) en D (het oude A). Ook E (het oude B) is nog redelijk zuinig. Vriezers met een F- en G-label zijn onzuinig. Speelt het verbruik een belangrijke rol bij jouw keuze? Dan is dit iets om rekening mee te houden. Op het energielabel vind je ook het energieverbruik in kWh/jaar terug. Wanneer je je stroomprijs weet, kun je berekenen wat je jaarlijkse kosten zijn. 

No Frost: nooit meer ontdooien

No Frost is een technologie in vriezers die automatisch ijsvorming voorkomt. In plaats van dat vocht uit de lucht bevriest op de wanden en roosters zoals bij gewone vriezers, zorgt No Frost ervoor dat dit vocht wordt afgevoerd voordat het kan bevriezen. Dit betekent dat je nooit meer hoeft te ontdooien en geen ijslaag meer krijgt op wanden, roosters of verpakkingen. Je houdt meer netto vriesruimte over omdat er geen ruimteverlies is door ijs, terwijl de temperatuur stabieler blijft en verpakkingen niet aan elkaar vastvriezen. Bovendien is een No Frost vriezer energiezuiniger omdat er geen isolerende ijslaag ontstaat die de koeling belemmert, en zorgt de betere luchtstroom voor een gelijkmatigere koeling door de hele vriezer.

©Tolstoy | Prozorov Andrey

Vriezer voor de schuur of garage? Let dan hierop!

Niet elke vriezer werkt goed in een onverwarmde ruimte zoals een schuur of garage. Kijk daarom voor aankoop naar de klimaatklasse: die geeft aan binnen welk temperatuurbereik de vriezer goed functioneert. Wordt het in jouw schuur of garage kouder dan dat bereik toelaat, dan kan de vriezer stoppen met koelen of zelfs kapot gaan.

Dit zijn de gangbare klimaatklassen:

  • SN: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +10 tot +32 °C
  • N: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +16 tot +32 °C
  • ST: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +16 tot +38 °C
  • T: geschikt bij een omgevingstemperatuur van +16 tot +43 °C

Sommige vriezers hebben een samengestelde klimaatklasse, zoals SN-T. Die zijn dan geschikt van +10 tot +43 °C, afhankelijk van het model.

Is jouw schuur of garage goed geïsoleerd waardoor het er niet kouder wordt 10 °C, dan kun je er dus met een gerust hart een vriezer neerzetten.  Wordt het  er 's winters kouder dan 10 of 16 °C? Kies dan een model met techniek als FrostProtect (Liebherr) of FreezerGuard (Beko). Deze blijven betrouwbaar werken tot -15 °C. Goed om te weten: omdat dit (nog) geen officiële klimaatklasse is, vind je dit niet terug op het label. In de productspecificaties vind je het wél terug.

Sterk merk: Liebherr

Wie op zoek is naar een vriezer die jarenlang meegaat, komt vaak uit bij Liebherr vriezers. Dit Duitse merk staat voor degelijke techniek, stille compressoren en een uitstekende isolatie. Dat Liebherr vertrouwen heeft in zijn eigen producten, blijkt uit de standaard garantie van 8 jaar die op vriezers wordt gegeven – dat is flink langer dan bij veel andere merken. Het assortiment is uitgebreid, van compacte tafelmodellen en ruime vrijstaande vriezers tot vrieskisten. Ze zijn vaak uitgerust met No Frost-technologie, robuuste lades en praktische functies zoals temperatuuralarmen. Hoewel Liebherr in de hogere prijsklasse zit, verdient de investering zich terug door de lange levensduur en lage onderhoudskosten.

©Liebherr


Conclusie: een extra vriezer is altijd handig!

Of het nu gaat om ruimte voor ijsjes en barbecuevlees, of om ruimte voor al je ingevroren maaltijden en seizoensproducten: een extra vriezer maakt het leven een stuk gemakkelijker. Natuurlijk niet alleen in de zomer, maar het hele jaar door!

▼ Volgende artikel
Bestanden delen zonder cloud? Dit zijn je opties
© KOB
Huis

Bestanden delen zonder cloud? Dit zijn je opties

Je wilt bestanden delen met jezelf op een ander apparaat in je netwerk of met anderen via internet, bij voorkeur zonder deze data onderweg tijdelijk op te slaan. Je kiest dus voor een directe peer-to-peer overdracht, zonder externe opslagservers in de cloud.

In dit artikel laten we zien hoe je bestanden direct deelt tussen apparaten:

  • Deel bestanden binnen je netwerk met tools als Winpinator, LANDrop of AirDrop
  • Installeer Cx File Explorer op Android om via SMB, FTP of lokale servers bestanden uit te wisselen
  • Richt een eigen FTP-server in met FileZilla
  • Gebruik Magic Wormhole om eenmalig bestanden te versturen
  • Synchroniseer mappen handmatig of automatisch tussen apparaten met Syncthing
  • Installeer een webserver om bestanden beschikbaar te maken via een lokaal ip-adres
  • Zet met Tailscale een eigen VPN op

Lees ook: Grote bestanden versturen? Dit zijn je gratis opties

Veel mensen delen gegevens via cloudopslagdiensten als Google Drive, OneDrive of Dropbox. Dit werkt prima, maar de bestanden worden wel tijdelijk online opgeslagen. Wil je dit vermijden, dan moet je een methode vinden om de data rechtstreeks naar de ontvanger te sturen, desnoods via een relay die enkel als doorgeefluik fungeert en de (bij voorkeur versleutelde) data niet opslaat. Hiervoor bestaan verschillende tools en technieken, zoals een SMB-, FTP- of P2P-verbinding.

In dit artikel bespreken we diverse tools, zodat je op basis van je opzet en technische vaardigheden voor jezelf de beste oplossing kunt kiezen. Eerst komen tools aan bod die vooral geschikt zijn voor directe datatransfers binnen je eigen netwerk. Daarna laten we methodes zien die ook over het internet werken. Op het laatst tonen we je nog hoe je snel een eigen VPN-netwerk opzet, om ook andere servers voor bestanden delen op afstand veilig te kunnen benaderen.

1 Via je thuisnetwerk

Om binnen je thuisnetwerk bestanden te delen, zijn er verschillende mogelijkheden. Windows heeft weliswaar het ingebouwde SMB-protocol (Server Message Block), waarmee je mappen kunt delen en lees- of schrijfrechten kunt instellen, maar in dit artikel richten we ons vooral op externe, gratis tools.

Een eenvoudige oplossing is Winpinator, dat dataoverdrachten tussen Windows-apparaten ondersteunt. Bij File / Preferences / Connection kun je onder meer de netwerkinterface en binnenkomende poorten instellen. Specifiek voor dataoverdrachten tussen iOS- en macOS-apparaten biedt Apple de functie AirDrop aan.

Voor meer flexibiliteit is er LANDrop, beschikbaar voor vrijwel alle platformen, inclusief mobiel. We nemen als voorbeeld een Windows-pc en een Android-apparaat. We installeren de app op onze Windows-pc en geven desgevraagd de firewall toestemming om verbindingen toe te staan. We installeren daarna de mobiele app en zorgen dat beide apparaten met hetzelfde netwerk zijn verbonden. Als alles correct werkt, verschijnen de aangesloten toestellen in de LANDrop-app. We selecteer de bestanden en het doelapparaat, en meteen na de bevestiging start de overdracht.

Bestanden delen tussen apparaten binnen je netwerk, vanuit een grafisch venster.

Firewallregels

Veel tools in dit artikel vereisen firewalltoegang. We gaan uit van de Windows Defender Firewall, waar standaard alle uitgaande verbindingen zijn toegestaan. Je hoeft je dus vooral te richten op binnenkomend verkeer.

Open de app Windows Defender Firewall met geavanceerde beveiliging en ga naar Regels voor binnenkomend verkeer. Als je tijdens de installatie van bijvoorbeeld LANDrop toestemming gaf, zijn er standaard twee regels met landrop.exe aangemaakt. Onder Eigenschappen zie je op het tabblad Protocollen en poorten dat alle poorten openstaan, één regel voor TCP en één regel voor UDP.

Het kan ook gebeuren dat je voor sommige tools zelf firewallregels moet toevoegen. Klik dan in het rechterdeelvenster op Nieuwe regel, kies Programma en verwijs naar de app met binnenkomend verkeer. Selecteer vervolgens De verbinding toestaan en kies de gewenste netwerkprofielen, op z’n minst Privé.

Deze methode opent standaard alle lokale poorten voor de app. Wil je dit beperken, kies dan bij Nieuwe regel de optie Poort of Aangepast. Zo kun je precies bepalen welke poorten en protocollen worden toegestaan, wat veiliger is. Vaak vind je in (de helpbestanden van) zo’n programma om welke poorten het gaat (bij LANDrop kun je dit instellen bij Preferences / Listening Port).

Voor de meeste dataoverdracht-diensten moet je wel een gaatje in je firewall prikken.

2 Android

Wissel je regelmatig bestanden uit tussen je Android-apparaat en andere apparaten in je netwerk, zoals Windows-pc’s, dan is de gratis bestandsbeheerder Cx File Explorer een handige oplossing. Deze app, beschikbaar in de Google Play Store, is ook geschikt voor lokaal bestandsbeheer op Android.

Start de app, ga naar Network en tik op New Location. Via Cloud kun je bestanden delen via cloudopslagdiensten, maar voor ons doel kies je Remote. Hier vind je verschillende protocollen voor netwerktoegang en bestandsdeling. Local Network en SMB werken beide via het Windows-protocol SMB. De eerste optie detecteert netwerkshares automatisch, terwijl je bij de tweede handmatig de hostnaam of het ip-adres en inloggegevens invoert om toegang te krijgen tot gedeelde mappen op bijvoorbeeld een Windows-pc. Het WebDAV-protocol laten we buiten beschouwing, aangezien het buiten NAS-omgevingen weinig wordt gebruikt.

De opties FTP en SFTP veronderstellen dat er elders in je netwerk al een (S)FTP-server draait waarmee je kunt verbinden (meer hierover lees je in de volgende paragraaf). Maar je kunt het ook makkelijk omkeren en op je Android-apparaat een FTP-server opzetten. Ga opnieuw naar Network en kies Access from network. Bevestig met Start service en je krijgt een url (bijvoorbeeld ftp://192.168.0.165:6094) en de inloggegevens te zien. Neem deze gegevens over in een FTP-client, zoals FileZilla, op een ander apparaat in je netwerk om bestanden in beide richtingen uit te wisselen. Na afloop klik je op Stop service.

Met Cx File Explorer wissel je op verschillende manieren data uit, waaronder met FTP.

3 FTP

Dataoverdracht-tools zoals LANDrop zijn minder geschikt voor grote bestanden of langdurige overdrachten, en bieden geen gescheiden toegang per apparaat of gebruiker. In zo’n geval is een eigen FTP-server een betere optie. Dit kan eenvoudig met het gratis FileZilla, waarvan zowel de server- als clientversie beschikbaar is op www.filezilla-project.org.

Installeer de servercomponent met de standaardopties en stel een beheerwachtwoord in. De server kan automatisch met Windows starten, zelfs zonder dat je bent aangemeld. Start de tool, klik op Connect to Server, en bevestig met OK en Ja.

Ga naar Server / Configure en voeg onder Users via Add een nieuwe gebruiker toe, bij voorkeur met een wachtwoord. Bij Mount points klik je op Add, stel je bij Native path de map in die je wilt delen (bijvoorbeeld C:\fotos) en geef je bij Virtual path een duidelijke naam (bijvoorbeeld /gedeeldefotos). Kies bij Access Mode voor Read only of Read+Write en bevestig met OK.

Installeer nu een FTP-client, zoals FileZilla, op een ander apparaat in je netwerk of gebruik de FTP-functie van Cx File Explorer. Vul de connectiegegevens in: de hostnaam of het interne ip-adres van de server, standaardpoort 21, gebruikersnaam en wachtwoord. Als de firewall aan serverzijde de verbinding blokkeert, voeg dan een regel toe die TCP-poorten 20 en 21 doorlaat (zie kader ‘Firewallregels’).

Een FTP-server met FileZilla heb je snel opgezet, met gescheiden gebruikersrechten.

4 Magic Wormhole

We hebben ons tot nu toe gericht op bestandsuitwisselingen binnen het thuisnetwerk. Dit is veiliger en technisch eenvoudiger, omdat de router aan de publieke zijde niet hoeft te worden gepasseerd. In het vervolg van dit artikel gaat het over het delen van data met een apparaat op het internet, zonder online opslag te gebruiken.

Laten we beginnen met het gratis en opensource Magic Wormhole. Deze tool verstuurt bestanden tussen apparaten zonder complexe netwerkconfiguratie zoals portforwarding. Hoe dit precies werkt, lichten we toe in het kader ‘Relay’.

Magic Wormhole is vooral handig voor incidentele, maar veilige bestandsoverdrachten. Het is beschikbaar voor macOS en Linux en kan ook met enkele extra stappen op Windows worden geïnstalleerd. De eenvoudigste manier is via de pakketbeheerder Chocolatey. Installeer deze door PowerShell als administrator te openen en het volgende commando uit te voeren:

Set-ExecutionPolicy Bypass -Scope Process -Force; iex ((New-Object System.Net.WebClient).DownloadString('https://community.chocolatey.org/install.ps1'))

Open daarna de Opdrachtprompt als administrator en voer deze commando’s uit:

choco install -y python
call RefreshEnv
pip install magic-wormhole

Hiermee installeer je de benodigde onderdelen. Gebruik de volgende opdrachten om een bestand of een volledige map (die automatisch gezipt wordt) te verzenden:

wormhole send <volledig_pad_naar_bestand>
wormhole send <volledig_pad_naar_map>

Je krijgt nu een code te zien. Op het ontvangende apparaat, waar Magic Wormhole ook geïnstalleerd moet zijn, voer je het onderstaande commando uit om de overdracht te voltooien:

wormhole receive <ontvangen_code>

Bij elke datatransfer via Wormhole hoort een unieke code.

Relay

De verzender genereert een unieke en leesbare code. Deze wordt handmatig gedeeld met de ontvanger. Zodra de ontvanger dezelfde code invoert, wordt de PAKE-sleutel (Password-Authenticated Key Exchange) berekend. Met deze sleutel wordt een veilige sessie opgezet waarin beide apparaten elkaar kunnen vinden. Indien mogelijk wordt direct een P2P-verbinding opgezet via NAT Traversal-technieken. Lukt dit niet, omdat de apparaten zich bijvoorbeeld achter een strikte NAT of firewall bevinden, dan verloopt de overdracht via een ‘transit relay server’. Deze fungeert uitsluitend als doorgeefluik en slaat geen bestanden op. De data worden bovendien altijd via end-to-end-encryptie verzonden. Dit alles maakt Magic Wormhole een veilige oplossing.

Op deze pagina vind je meer technische details.

5 Syncthing

Wil je bestanden (continu) selectief beschikbaar stellen voor meerdere apparaten, dan is Magic Wormhole minder geschikt. De gratis en opensource synchronisatie-tool Syncthing is hiervoor een betere mogelijkheid. Dankzij TLS kunnen je data veilig versleuteld blijven en net als Magic Wormhole probeert Syncthing apparaten eerst direct te verbinden. Lukt dat niet, ondanks NAT Traversal-technieken, zoals STUN, UPnP en NAT-PMP, dan worden publieke relayservers ingezet, zonder de verstuurde data op te slaan.

Ga naar www.syncthing.net/downloads (macOS, Windows, Linux). Download de Windows-versie door op Latest te klikken en syncthing-windows-setup.exe op te halen. Installeer deze met een dubbelklik. De standaardwaarden kun je behouden en indien gewenst start Syncthing automatisch met Windows op. Bevestig indien gevraagd of de firewall automatisch mag worden aangepast. Even later is de server toegankelijk in je browser via 127.0.0.1:8384.

De Syncthing-server heb je in een oogwenk klaar voor gebruik.

6 Beheer Syncthing

Via Acties / Instellingen kun je op het tabblad GUI een gebruikersnaam en wachtwoord instellen om de GUI-beheermodule af te schermen. Op het tabblad Verbindingen begrens je desgewenst de download- en uploadtransfers. Laat alle opties, zoals NAT traversalinschakelen en Relaying inschakelen, het best geactiveerd. Bevestig je aanpassingen met Opslaan.

In het hoofdvenster selecteer je een map om via Syncthing met andere apparaten te delen. Klik op +Maptoevoegen, vul een naam in bij Maplabel, kies een Map-ID en geef bij Maplocatie het pad op, zoals C:\GedeeldeData. Bevestig met Opslaan. Klik op de toegevoegde map voor details. Gebruik Bewerken voor aanpassingen of om de map eventueel te verwijderen.

Je kunt mooi volgen welke mappen je (hoe) hebt gedeeld.

7 Delen met Syncthing

De map is klaar, maar je moet Syncthing nog vertellen met welke apparaten je deze wilt delen. Daarvoor is minstens een tweede apparaat nodig. Laten we een Android-apparaat als voorbeeld nemen. Download en installeer de Syncthing Fork-app uit de officiële Play Store. Geef met Machtiging verlenen toestemming voor toegang tot je lokale bestanden. Een locatiemachtiging is niet nodig, tenzij je Syncthing alleen op geselecteerde wifi-netwerken wilt gebruiken. De optie Notification Permission schakel je liefst wel in.

Wil je dataverbruik beperken, tik linksboven op het menu-icoon, open Instellingen / Uitvoervoorwaarden en stel Run on Wi-Fi selecteren in (of eventueel Run on specifieke Wi-Fi-netwerken).

Nu moeten beide apparaten elkaar vinden. Open op je pc de Syncthing-beheermodule, ga naar Acties / ID weergeven, en noteer of kopieer dit. Ga op je mobiele apparaat naar Apparaat-ID, open het tabblad Apparaten, tik op de plus-knop, en vul de ID en een geschikte apparaatnaam in. Als beide apparaten in hetzelfde netwerk zitten, wordt de ID waarschijnlijk automatisch ingevuld. Bevestig je invoer.

Herhaal dit op je pc via +Extern apparaat toevoegen in het hoofdvenster. Open daarna een gedeelde map, kies Bewerken, ga naar het tabblad Delen, vink het gekoppelde apparaat aan en bevestig met Opslaan. Accepteer de meldingen in de Syncthing-app op je mobiele apparaat en in het dashboard om de koppeling en het delen te voltooien. De synchronisatie kan beginnen.

Je moet de gevraagde mapsynchronisatie wel nog even bevestigen.

Andere servers

Er zijn nog veel andere servers die je op je pc kunt installeren om bestanden, foto’s en andere data uit te wisselen. Een mogelijke optie is bijvoorbeeld een webserver zoals de gratis Abyss Webserver. Je kunt die met een paar muisklikken installeren en gebruikt standaard poort 8080. Mappen die je vervolgens in de document-rootmap plaatst (standaard C:\Abyss Web Server\htdocs) zijn dan meteen bereikbaar via <hostnaam_of_ip-adres>:8080/<mapnaam>.

Helaas ondersteunen deze webserver en de meeste andere servers voor het delen van data geen NAT Traversal-technieken, laat staan relayservers, waardoor ze van buitenaf moeilijk bereikbaar zijn. Je kunt dan portforwarding op je router instellen, eventueel met DDNS of beter nog: met een VPN. Dit laatste is veiliger, maar technisch uitdagender.

Van binnenuit is deze (web)server alvast makkelijk bereikbaar.

8 Set-up Tailscale

Een eenvoudige oplossing om snel een eigen VPN-netwerk op te zetten is een dienst als Tailscale. Deze vereist aan beide kanten een beperkte configuratie en gebruikt onderliggend ook het WireGuard-protocol om een versleuteld privé-VPN-netwerk op te zetten. Een Tailscale-relayserver zorgt ervoor dat je apparaat bereikbaar is vanaf internet, in principe zonder firewall-instellingen aan te passen of routerpoorten door te sturen.

Ga naar www.tailscale.com/download en download de app voor je besturingssysteem (Linux, macOS, Windows, iOS of Android). We gaan aan de slag met Windows. De installatie verloopt met een paar muisklikken. Start de app en klik nu eerst op Sign up om een account aan te maken. Je kunt hiervoor onder meer een Google- of Microsoft-account gebruiken (voor Personal Use). Terug in de app klik je op Sign in to your network. Na aanmelding klik je op Connect en maakt je apparaat deel uit van het privé-VPN-netwerk van Tailscale, met een ip-adres dat typisch begint met 100.). Aangemeld op de Tailscale-website kun je de status van je netwerk altijd bekijken.

Het eerste apparaat is aan het Tailscale-VPN-netwerk toegevoegd.

9 Externe toegang Tailscale

Een VPN-netwerk met slechts één apparaat heeft weinig zin, dus voegen we snel een tweede toe. We nemen een Android-apparaat als voorbeeld. Download en installeer de Tailscale-app uit de officiële Google Play Store en start deze op. Tik op Get Started / OK / Get Started. Meld je aan met je Tailscale-account en klik na succesvol inloggen op Connect. In het dashboard op de site zie je nu dat je toestel met het VPN-netwerk is verbonden.

Wil je apparaten van andere gebruikers tijdelijk toegang geven tot je VPN-netwerk zonder je eigen inloggegevens te delen, ga dan naar het dashboard op de site en open Users. Klik op Invite external users en vul het e-mailadres van de ontvanger in. Standaard wordt deze als Member toegevoegd, maar je kunt bijvoorbeeld ook Admin selecteren.

Let op: Heb je jezelf via een Google-account aangemeld, dan moet het e-mailadres van de ontvanger ook aan een Google-account gekoppeld zijn om zich hiermee te kunnen aanmelden. De ontvanger hoeft enkel de link in het e-mailbericht te openen, Tailscale te downloaden, zich met dit e-mailadres aan te melden en zijn apparaat aan het VPN-netwerk te koppelen.

Je kunt ook anderen uitnodigen om zich met je Tailscale-netwerk te verbinden.

10 Overdracht met Tailscale

Stel nu dat je op je apparaat een server op poort 8080 hebt draaien (zoals Abyss Webserver), dan kun je deze via Tailscale voortaan makkelijk extern bereiken. Vul in je browser het Tailscale ip-adres van dat apparaat in, gevolgd door het poortnummer, bijvoorbeeld 100.66.72.65:8080. Alle datatransfers van en naar die server verlopen nu veilig binnen de VPN-tunnel van Tailscale.

Via het Tailscale VPN-netwerk is onze server nu ook van buitenaf bereikbaar.

Watch on YouTube