ID.nl logo
MuseScore: een muze voor componisten
© Dragoslav - stock.adobe.com
Huis

MuseScore: een muze voor componisten

Aan MuseScore wordt al ruim twintig jaar gewerkt en dat is te merken. Het is een van de meest veelzijdige programma’s om bladmuziek te schrijven. In dit artikel gaan we ermee aan de slag.

In dit artikel laten we zien hoe je met MuseScore (je eigen) muziek kunt omzetten tot bladmuziek, zodat het eventueel ook door anderen gespeeld kan worden.

  • Eerst installeren we MuseScore
  • Daarna voegen we instrumenten toe
  • Maken we een nieuwe partituur aan
  • Passen we de eigenschappen ervan aan
  • Voeren we de noten in
  • En slaan we het geheel op

Lees ook: Muziek maken? Iedereen kan het met AIVA: de Artificial Intelligence Virtual Artist

Er zijn heel wat programma’s waarmee hobbyisten muziek kunnen maken, ook wanneer ze geen kennis hebben van notenschrift. Hoewel je met zulke software beslist aardige resultaten kunt boeken, missen ze toch vaak mogelijkheden die wat meer ambitieuze componisten graag in hun gereedschapskist zouden hebben. Het is dan ook niet vreemd dat veel bedenkers van muziek hun werk uitschrijven. Bladmuziek is bovendien hét medium om je composities (ook) door anderen te laten uitvoeren.

Er bestaan voor dat doel hoogwaardige commerciële programma’s. Maar wie geen geld wil uitgeven, kan uitstekend terecht bij MuseScore dat inmiddels is uitgegroeid tot een absolute topper.

Interesse in muziek ...

... maar snap je er geen noot van?

Downloaden en installeren

Je vindt MuseScore op www.musescore.org. De website ziet zelf welke versie je nodig hebt. In ons geval is dat de versie voor Windows 64 bit. Er bestaan ook versies voor macOS en verschillende Linux-distributies.

Met een klik op de downloadknop haal je het bestand Muse_Hub.exe binnen (ca. 40 MB). Start dat bestand. De installatie verloopt in stilte en eindigt zonder melding, wat een beetje verwarrend kan zijn. Na afloop is Muse Hub toegevoegd aan het Startmenu. Muse Hub is het onderdeel van waaruit je allerlei componenten kunt installeren. Start Muse Hub en klik op Get bij MuseScore 4. Het notatieprogramma wordt dan automatisch gedownload, in stilte geïnstalleerd en toegevoegd aan het Startmenu. Daarna start het op.

Vanuit de Muse Hub kun je programma’s en aanvullende componenten installeren.

Instellen

Bij het eerste gebruik moet je MuseScore configureren. Eerst kies je voor het thema Licht of Donker. Klik op Volgende. Je kunt een video bekijken over Muse Sounds, de geluidsbibliotheek waarmee je de composities straks kunnen afspelen. Klik op Volgende. Je ziet een groot aantal instructievideo’s die je kunt benaderen via het menu Start / Leren. Klik op Klaar.

Je bevindt je nu in het onderdeel Leren waar je naast de videotutorials uit het tabblad Aan de slag ook een tabblad Lessen vindt waar je toegang kunt krijgen tot meer educatief materiaal.

MuseScore is voorzien van allerlei educatief materiaal.

Instrumenten toevoegen

Open nogmaals Muse Hub, je ziet dan verschillende bibliotheken met geluiden zoals strijkers (Strings) en toetsen (Keys). Klik je op zo’n instrumentengroep (op het plaatje, dus niet op Get), dan kun je soms audiofragmenten beluisteren. Met een klik op Get installeer je een individuele groep. Onder Featured zie je echter (eventueel door te klikken op > of <) ook Muse Sounds. Klik je daar op Get, dan worden alle beschikbare instrumenten geïnstalleerd. Dit is wat wij kiezen. Het is een flinke download (ruim 13 GB), dus je moet wat geduld hebben. 

Demo

Alhoewel je nog meer componenten kunt toevoegen, laten we het hier nu even bij. Om te kunnen genieten van de gedownloade instrumenten haal je nog één bestand binnen: daarvoor ga je in Muse Hub naar het tabblad Inspiration en klik je op Get bij Muse orchestra Demo.

Klik in MuseScore op Bestand / Open en ga naar C:\ProgramData\MuseHub\MuseContent, de standaardlocatie waar Muse Hub partituren opslaat. Kies het zojuist gedownloade bestand en open dat. De partituur met een heleboel partijen wordt nu getoond. Klik op het afspeelpictogram rechtsboven of druk op de spatiebalk om het stuk te beluisteren. Terwijl het speelt toont MuseScore waar je in de partituur bent. De kwaliteit waarin je composities kunt beluisteren is beslist indrukwekkend!

Een demobestand laat ons van de indrukwekkende klanken van MuseScore genieten.

Nieuwe partituur

Tijd om zelf wat muziek te gaan noteren. Sluit de huidige partituur en kies Niet Opslaan. Je bevindt je nu in Start / Partituren en hier kun je met een klik op de + (Nieuwe partituur) een nieuw muziekstuk beginnen.

In het dialoogvenster voor nieuwe partituren kun je een notatie voorbereiden voor heel veel individuele instrumenten en ensembles. Onder Kies instrumenten zie je rechts onder Uw partituur het ensemble Orkest. Klik je op het driehoekje daarachter, dan opent een keuzemenu waaruit je uit allerlei gangbare soorten ensembles kunt selecteren. Kies je voor Eigen aangepast, dan kun je links instrumentgroepen kiezen (onder Familie). Klik je op zo’n groep, dan verschijnen in het midden de individuele instrumenten die je naar rechts kunt slepen om je eigen ensemble samen te stellen.

De omgekeerde route (van ensembles naar instrumenten) gaat via het tabblad Maak van sjabloon. Hier kun je een ensemble of solist kiezen. Wij kiezen hier Solo / Piano en klikken op Volgende.

Je kunt partituren maken voor heel veel instrumenten of combinaties daarvan.

Eigenschappen

Heb je het instrument of ensemble eenmaal gekozen, dan moet je nog de begintoestand van onze compositie instellen, dat wil zeggen de toon- en maatsoort, het tempo waarmee je wilt beginnen en het aantal maten.

Bij Toonsoort kies je C-majeur, een van de keuzes onder Groot. Klik je op Klein, dan vind je daar (uiteraard) de mineur-toonsoorten.

De maatsoort is standaard 4/4. De mogelijkheden in MuseScore zijn echter onbeperkt. Wij houden het bij 4/4.

Klik op het vak onder Tempo en zet een vinkje bij Toon tempomarkering. Je verandert de waarde in 80. Het aantal maten houd je op de voorgestelde 32. Mocht jouw compositie korter of langer worden, dan kun je eenvoudig maten verwijderen of toevoegen.

Tot slot tik je een Titel en Componist in (plus eventuele andere gevraagde gegevens) en klik je op Klaar.

Stel de begintoestand van je compositie in.

Noten invoeren

Je hebt nu een leeg document met een vioolsleutel en een bassleutel, zoals gebruikelijk is voor pianomuziek. In elke maat zie je een hele rust. Wanneer je noten gaat invoeren, dan wordt deze rust automatisch aangepast. Als je bijvoorbeeld een kwartnoot invoert, dan verandert de hele rust automatisch in een kwart plus een halve rust.

Invoeren kan via een midi-keyboard, maar omwille van de nauwkeurigheid zitten er beperkingen aan live inspelen. Je kunt echter eenvoudig muziek invoeren vanaf je computertoetsenbord of via een virtueel klavier (Weergave / Pianoklavier).

Zelf muziek maken?

Een midi-keyboard is alles wat je nodig hebt

Ga je met de cursor over de noten boven in beeld, dan zie je pop-ups met sneltoetsen, bijvoorbeeld 5 voor een kwartnoot.

Dubbelklik je in de eerste maat op de bovenste regel, dan kom je in de invoermodus. Je kunt nu een duur en een noot (abcdefg) invoeren, bijvoorbeeld 5cdef om de eerste maat met vier kwartnoten te vullen. Met de toetsen PijltjeOmhoog of PijltjeOmlaag maak je geselecteerde (blauwe) noten een halve toon hoger (kruis) of lager (mol). Combineer je die toetsen met Ctrl, dan ga je een octaaf omhoog of omlaag. Voor rusten gebruik je de sneltoets voor de gewenste lengte gevolgd door 0. Om nauwkeuriger te werken, zoom je desgewenst in met Ctrl+Muiswiel.

Met deze kennis kun je proberen een eenvoudig muziekje in te voeren.

Het begin van ons meesterwerk.

Hergebruik

In muziek komen passages vaak terug en die wil je dan natuurlijk niet opnieuw invoeren. Wil je bijvoorbeeld de eerste vier maten van de baspartij herhalen, dan verlaat je eerst de invoermodus met de Esc-toets. Vervolgens klik je bij de baspartij op de eerste noot in maat 1 en klik je met de Shift-toets ingedrukt op de laatste noot in maat 2. Je kopieert die noten met Ctrl+C, klikt in de lege maat 5 en drukt op Ctrl+V.

Overigens kun je ook passages selecteren door met Shift+Linkermuisknop een rechthoek te trekken. Beide manieren van selecteren werken over meerdere notenbalken.

Paletten

Links zie je een drietal tabbladen waarvan de eerste Paletten heet. Hier vind je verdeeld over verschillende rubrieken allerlei aanvullende symbolen. Zo wijzig je tussendoor sleutel, toonsoort, maatsoort en tempo. Ook kun je tekens voor dynamiek toevoegen. Klik bijvoorbeeld op de eerste basnoot in maat 1 en klik onder Dynamiek op ppp. Het teken voor zeer zacht spelen is nu toegevoegd. Deze blijft gelden tot een ander teken volgt. Klik op de eerste basnoot van maat 3 en kies onder Dynamiek voor fff om de noten heel hard te laten klinken.

Je hebt nog helemaal niet geluisterd en dit is een mooi moment om dat wel te doen. Klik rechtsboven op de knop Spoel terug om er zeker van te zijn dat je bij het begin begint en klik op Speel Af.

Het contrast is natuurlijk veel te groot. Klik op de fff en wis deze met de Backspace-toets. Doe hetzelfde met de ppp.

Voor of tijdens het afspelen, kun je ook bovenin op de Mixer klikken. Dit geeft je een mengpaneel waarin je partijen kunt mixen en waarop je effecten kunt loslaten. Gratis effecten vind je in de Muse Hub.

Instrumenten

Zoals je hebt kunnen horen, heeft MuseScore zelf een piano geselecteerd uit de set instrumenten die je eerder hebt geïnstalleerd. Dat zie je wanneer je op het tabblad Instrumenten klikt. Klik je daar op Vervang instrument, dan kun je een alternatief kiezen. Selecteer je bijvoorbeeld Klavecimbel, dan wordt alleen de klank aangepast. De consequenties van het kiezen van een ander instrument kunnen echter groter zijn. Selecteer je bijvoorbeeld Zang / Sopraan, dan wordt niet alleen de bassleutel omgezet naar een vioolsleutel, maar worden ook de noten op de onderste balk rood gekleurd omdat een sopraan die niet kan zingen.

Via het tabblad Instrumenten kun je ook op elk moment instrumenten toevoegen en verwijderen.

MuseScore kent het bereik van instrumenten en stemmen.

Opslaan

Ben je tevreden of wil je later verder werken, dan sla je je werk op via Bestand / Sla op. De eerste keer dat je dat doet, kun je kiezen tussen gratis opslag in de MuseScore-cloud of lokaal. Heb je eerder voor lokale opslag gekozen en wil je alsnog cloudopslag gebruiken, dan kies je Sla op als.

Je kunt je werk in een veelheid aan formaten opslaan, waaronder audio (mp3). Ook kun je nog uitgebreide aanpassingen doen om er hoogwaardig drukwerk van te maken.

Sla je je werk in de cloud op, dan kun je er ook op mobiel eenvoudig bij.

En verder

Naast de desktopversie zijn er apps voor iOS en Android om de bladmuziek mee te lezen, en er is een uitgebreid handboek dat – in tegenstelling tot de educatieve video’s – Nederlandstalig is. Dit alles is te vinden via de website van MuseScore. Ook vind je daar een zoekvak om bestaande bladmuziek te vinden. Hier vind je betaalde bladmuziek, maar ook heel veel gratis partituren die je online kunt bekijken, afspelen en downloaden.

Heel veel bladmuziek kun je gratis downloaden.
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.