ID.nl logo
Domotica - Zo laat je al je apparaten samenwerken
© Reshift Digital
Huis

Domotica - Zo laat je al je apparaten samenwerken

Steeds meer apparaten in huis zijn 'slim' en kun je bedienen met een eigen app. Handig, want zo hoef je niet meer op te staan om je verwarming of verlichting aan te zetten. Echt slim wordt het pas als al je slimme apparatuur ook samenwerkt in één systeem. Hoe maak je één domoticasysteem?

Domotica of huisautomatisering is niet iets van de laatste jaren. Zo was er in de jaren tachtig al veel mogelijk, denk bijvoorbeeld aan het Huis van de toekomst van Chriet Titulaer. Helaas waren domoticasystemen vooral heel erg duur en moest vrijwel alles bedraad worden aangesloten. Hierdoor vereiste zo'n systeem extra leidingen naar bijvoorbeeld lichtpunten, wandschakelaars en alle plekken waar sensoren nodig waren. In kantoorpanden wegen de voordelen doorgaans duidelijk op tegen de prijs (je wilt bijvoorbeeld automatisch in één keer overal het licht uitdoen). Bij de normale consument thuis was daar zeker geen sprake van. Uiteraard zijn er moderne bedrade domoticasystemen zoals KNX. Maar het aanleggen hiervan is nog steeds prijzig en in een bestaand huis onmogelijk zonder grondige renovatie. Lees ook: Automatiseer je huis met een Raspberry Pi 2.

Controle met de smartphone

Om je huis (deels) slimmer te maken is een echt domoticasysteem met een centrale controller niet per se nodig. Veel slimme apparatuur komt met een eigen app en je smartphone of tablet doet in dat geval dienst als centrale bediening. Je gebruikt een app voor je verlichting, een andere app voor je thermostaat en een derde app voor je beveiligingssysteem. Heb je echter een paar slimme apparaten in huis waardoor je meerdere apps moet gebruiken om dingen te regelen, dan kan dat al snel vervelend worden.

Daarnaast zijn sommige koppelingen heel logisch, want een bewegingssensor zou behalve voor beveiligingstoepassingen ook bruikbaar zijn om het licht in een ruimte aan te doen. En 's ochtends wil je misschien dat zowel de verwarming als het licht automatisch aangaan. Deels is integratie tussen slimme producten mogelijk via een omweg als IFTTT, maar wil je dat apparatuur echt geïntegreerd wordt, dan ontkom je niet aan een 'echt' domoticasysteem dat alles met elkaar verbindt.

Draadloos domotica-systeem

Een bedraad domoticasysteem is erg duur en lastig aan te leggen in een bestaand huis. Gelukkig is het ook heel goed mogelijk om te werken met producten die gebruikmaken van draadloze radiotechnologie. Er zijn verschillende standaarden die variëren qua mogelijkheden en prijs, maar allemaal zijn ze eenvoudig in te zetten in een huidig huis. Welk systeem je ook kiest: je moet wel zorgen voor een goed dekkend wifi-netwerk. Dit is niet omdat producten direct gebruikmaken van je draadloze netwerk, want die gebruiken vaak hun eigen draadloze standaard. Maar je wilt wel je systeem overal in je huis willen bedienen, en dat doe je via je smartphone of tablet die wel gebruikmaakt van je draadloze netwerk.

Er zijn trouwens wel slimme producten die direct met jouw wifi-netwerk communiceren. Zo gebruiken Belkins WeMo-stekkerschakelaars wifi en ook veel slimme thermostaten zoals Nest communiceren direct met je draadloze netwerk. De meeste draadloze domoticaproducten zoals stekkerschakelaars, lichtschakelaars, deur- en raamsensoren en bewegingssensoren werken niet via wifi. Er zijn draadloze standaarden met een laag energieverbruik die gebruikmaken van vrije frequentiebanden (433MHz-band, 868MHz-band of de 2,4GHz-band). We zullen de voor domoticatoepassingen belangrijkste draadloze standaarden kort bespreken. We claimen in dit artikel zeker geen compleetheid, naast de besproken standaarden en producten is er nog veel meer verkrijgbaar.

©PXimport

Sommige domotica-producten zoals slimme thermostaten maken direct gebruik van wifi.

IFTTT

IFTTT (If this, then that) is een webdienst die slimme apparaten en webdiensten aan elkaar koppelt om acties te automatiseren. Onder andere de Nest-producten, Philips Hue, Belkins WeMo, Honeywell-thermostaten, Netatmo-producten, de tado Smart Thermostat en de ThermoSmart werken samen met IFTTT. Het concept klinkt misschien wat vaag, maar wordt snel duidelijk als je door de recepten bladert. Zo kun je voor een slimme thermostaat bijvoorbeeld de in te stellen temperatuur koppelen aan de zonsondergang, notificaties ontvangen van statusveranderingen of de in te stellen temperatuur koppelen aan de buitentemperatuur. IFTTT kun je met een beetje fantasie misschien wel beschouwen als een heel simpele API die je in staat stelt om apparaten aan te sturen vanuit andere programma's of apps.

Een nadeel van IFTTT is dat de communicatie 'buitenom' via internet gaat. Dit is bij echt tijdkritieke dingen zoals het verbinden van een lichtsensor aan een lamp doorgaans te langzaam. Een lamp gaat dan pas aan als je allang voorbij de sensor bent of zelfs de ruimte alweer uit bent. Voor minder kritieke acties als thermostaatschakelingen, het aandoen van lampen aan als de zon ondergaat of een lamp laten knipperen als er e-mail is, voldoet IFTTT wel.

©PXimport

Op IFTTT vind je voor diverse slimme producten kanalen met recepten.

Draadloze standaarden

KlikAanKlikUit (433 MHz)

KlikAanKlikUit of KAKU is een populair systeem om verlichting en elektrische apparatuur (via stekkerdozen) draadloos te schakelen. KAKU is onderdeel van Trust en veel producten zijn met dezelfde typenummers onderdeel van het Trust Smart Home-assortiment. KAKU is het bekendst van setjes met een stekkerschakelaar en afstandsbediening, maar is door de relatief lage prijs ook voor domoticasystemen een populaire draadloze technologie. Een belangrijk nadeel van KAKU is dat het eenrichtingsverkeer is zonder terugkoppeling.

©PXimport

Volgens KAKU heb je binnen een bereik van zo'n dertig meter.

Je kunt dus niet zien of een opdracht of schakelactie gelukt is. Anders dan bij Z-Wave of Zigbee dat we verderop behandelen, zijn geen van de componenten repeaters van het signaal. Volgens KAKU is het bereik binnenshuis gemiddeld dertig meter. Er zijn in winkels ook 433MHz-producten van andere merken te koop, het gaat dan voornamelijk om stekkerschakelaars met een afstandsbediening. Het hangt van je domoticacontroller af of je naast KAKU ook andere 433MHz-protocollen kunt gebruiken. Welk protocol er ook gebruikt wordt, het signaal is niet versleuteld en er is altijd de kans dat iemand anders (onbedoeld) een schakelactie op jouw systeem uitvoert.

De huidige KAKU-generatie kent 67 miljoen verschillende codes zodat de kans dat je buren op dezelfde code werken klein is. Oudere setjes werken met dipswitches met een beperkt aantal combinaties. Een nadeel van de 433MHz-band is dat apparatuur elkaar snel stoort. Hierdoor heb je kans dat een signaal niet aankomt omdat de frequentieband bezet is. Bij geprogrammeerde schakelacties via een domoticasysteem kun je als trucje het signaal een paar keer laten versturen.

Z-Wave

Z-Wave is een populaire draadloze standaard die je net als KAKU kunt gebruiken voor onder andere schakelaars, dimmers en sensoren. Z-Wave-producten worden door veel verschillende fabrikanten op de markt gebracht waardoor er veel keuze is. Ze zijn duurder dan KAKU-producten, maar ook beter. Anders dan KAKU, ondersteunt Z-Wave bi-directionele communicatie en encryptie. Dat laatste zorgt uiteraard voor meer veiligheid en hierdoor is het ook onmogelijk dat iemand anders (toevallig) jouw systeem bedient. Door bi-directionele communicatie kan de status van een schakelaar altijd opgevraagd worden.

In Europa maakt Z-Wave gebruik van de 868MHz-band. Let erop dat in andere landen zoals de Verenigde Staten andere frequentiebanden gebruikt worden. Je kunt dus niet zomaar blind Z-Wave-producten op bijvoorbeeld eBay kopen. De nieuwste variant van Z-Wave is Z-Wave Plus. Z-Wave Plus-producten hebben een beter bereik en een lager energieverbruik. Z-Wave en Z-Wave Plus-producten zijn compatibel met elkaar en kun je mixen. De producten vormen onderling een mesh-netwerk (zie kader), waarbij apparatuur onderling met elkaar kan communiceren. Het netwerk zal zelf bepalen wat de handigste route is. Mocht een route plotseling geblokkeerd zijn, dan proberen de modules een andere communicatieroute te vinden. Hoe meer Z-Wave-producten je toevoegt, hoe betrouwbaarder je netwerk wordt. Dit geldt wel alleen voor modules die via netvoeding gevoed worden, batterij-gevoede modules ondersteunen geen meshing.

©PXimport

Mesh-netwerk

Bij normale radiocommunicatie is er een zender en een ontvanger. De ontvanger reageert op signalen van de zender zolang hij binnen bereik is. Het bereik van Z-Wave-signalen is zo'n dertig meter, maar kan geblokkeerd worden door bijvoorbeeld muren en plafonds. Hierdoor kan het lastig zijn om signalen betrouwbaar over te laten komen. Om dit op te lossen, maken Z-Wave en ZigBee gebruik van een mesh-netwerk waarbij iedere module ook werkt als een repeater voor signalen voor andere modules. Dankzij de mesh-structuur, versterkt iedere nieuwe module het netwerk en wordt het netwerk robuuster. Er is echter één maar: alleen een stroomgevoede module (bijvoorbeeld een ingebouwde wandschakelaar, een stopcontactschakelaar of inbouwdimmer) is onderdeel van het mesh-netwerk en kan signalen doorgeven aan andere modules. Voor batterij-gevoede modules (bijvoorbeeld schakelaars of een bewegingssensor) geldt dat niet, omdat anders de batterij heel snel zou leeglopen.

©PXimport

In een mesh-netwerk kunnen modules ook onderlinge verbindingen opzetten om signalen door te geven.

ZigBee

ZigBee is vergelijkbaar met Z-Wave en technisch op sommige vlakken zelfs geavanceerderZigBe. =http://www.zigbee.org/]ZigBee[/urlx] kan gebruikmaken van de 868MHz-band of de snellere 2,4GHz-band. Net als Z-Wave vormt ook ZigBee een mesh-netwerk. In de praktijk is ZigBee minder populair dan Z-Wave. Er zijn nauwelijks ZigBee-producten als schakelaars, stekkerschakelaars en sensors te koop. De standaard wordt wel gebruikt door fabrikanten voor complete oplossingen. Zo gebruiken Philips en Osram ZigBee als basis voor hun slimme verlichting. Heb je een domoticasysteem dat voorzien is van een ZigBee-radio, verwacht dan niet dat je bijvoorbeeld Hue-lampen direct kunt koppelen. ZigBee kent verschillende profielen, waaronder ZigBee Home Automation, ZigBee Light Link en ZigBee Building Automation.

Slimme verlichting gebruikt doorgaans ZigBee Light Link terwijl andere systemen doorgaans ZigBee Home Automation gebruiken. Hoewel er bij alle profielen gebruik wordt gemaakt van ZigBee en doorgaans de 2,4GHz-band gebruikt wordt, zijn deze profielen niet compatibel met elkaar. De wirwar aan profielen wordt in de komende Zigbee 3.0-specificatie opgelost waarbij alleen nog de 2,4GHz-band gebruikt wordt. Huidige ZigBee Light Link- en ZigBee Home Automation-producten worden compatibel met ZigBee 3.0. Dus wellicht dat de nadelen van ZigBee in de (nabije) toekomst voorbij zijn en het een serieuze tegenhanger van Z-Wave wordt.

©PXimport

ZigBee wordt vooralsnog vooral door fabrikanten gebruikt in complete producten, bijvoorbeeld door Philips voor de slimme verlichting Hue.

Google Weave

Het is sinds de overname van Nest Labs geen geheim dat ook Google aspiraties heeft op smarthome-gebied. Nest Labs is tegenwoordig net als Google een dochterbedrijf van Alphabet en geen onderdeel van Google meer. Toch wordt er op domoticagebied nog volop samengewerkt. Zo hebben zowel Nest als Google een framework dat ze Weave noemen, waarmee slimme apparatuur met elkaar kan communiceren. Weave werkt over wifi of de radiostandaard Thread, waarvan Nest één van de oprichters is.

Thread maakt gebruik van dezelfde radiohardware als ZigBee, maar gebruikt IPv6 als communicatielaag om ieder domotica-apparaat en Internet of Things-apparaat direct bereikbaar te maken. 'Toevalligerwijs' bevatten Googles nieuwe OnHub-routers een Thread-radio en ondersteunen de routers uiteraard ook Weave. Naast Nest, Samsung en de andere oprichters heeft de Thread Group inmiddels nog veel meer bedrijven aan zich verbonden. De kans is dan ook zeker aanwezig dat Thread - eventueel in combinatie met Weave - in 2016 gaat uitgroeien tot een bredere standaard.

©PXimport

Googles OnHub-routers zijn voorzien van Thread.

Apple HomeKit

Ook Apple probeert met HomeKit zijn stempel op het slimme huis te drukken. HomeKit is geen draadloze communicatietechnologie, maar net als Googles Weave een framework waarmee slimme apparatuur kan communiceren met iOS en Siri. Hierdoor kun je apparatuur integreren in één app en je slimme apparatuur aansturen met je stem via Siri. Vreemd is wel dat er op iOS geen HomeKit-app is ingebouwd, het platform vertrouwt volledig op apps van derde ontwikkelaars. HomeKit werkt met op het thuisnetwerk aangesloten apparatuur of direct via bluetooth.

Via bluetooth is in beginsel niet heel handig, omdat je HomeKit-apparatuur dan snel buiten bereik komt. Je kunt HomeKit-apparatuur standard niet vanaf buiten je huis bereiken, dat kan eventueel weer wel door een Apple TV te kopen. Die functioneert dan als HomeKit-bridge. Een ander nadeel van HomeKit is dat apparatuur een speciale chip moet bevatten, zo is er voor het Philips Hue-systeem een nieuwe bridge nodig die compatibel is met HomeKit. Verder is er op het moment van schrijven nog vrijwel geen andere HomeKit-apparatuur te koop. In Duitsland is al wel HomeKit-apparatuur van Elgato beschikbaar onder de productnaam Eve. Voorlopig lijkt HomeKit dus nog niet zo'n succes te zijn.

Bediening van je systeem

Controllers

Draadloze standaarden en protocollen zijn één ding, je wilt uiteraard ook al je producten zoals schakelaars, stekkerschakelaars, sensoren, lampen en thermostaat met elkaar verbinden en bedienen met je smartphone. Hier heb je een centrale domoticacontroller voor nodig. Een controller bevat een webinterface of apps waarmee je dingen kunt instellen en bedienen. Voor de communicatie met je apparatuur bevat een controller een netwerkaansluiting en één of meerdere radio's die het platform geschikt maken voor bijvoorbeeld Z-Wave, KAKU, ZigBee en bluetooth. Producten met een eigen bridge of hub zijn via een API vaak ook aan een controller te koppelen. Bekende controllers zijn de HomeWizard, Zipato ZipaBox, Fibaro en VeraEdge.

Ook KlikAanKlikUit/Trust maakt zijn eigen controllers. Uiteraard staan de ontwikkelingen niet stil, een interessante controller die binnenkort op de markt komt is de Nederlandse Homey die maar liefst zeven draadloze technologieën ondersteunt en ook werkt met spraakbesturing. Dergelijke kant- en-klare controllers kosten zo'n 200 tot 500 euro en bevatten één of meerdere radio's om met draadloze domoticaproducten te communiceren.

©PXimport

Een domoticacontroller zoals de Homey die binnenkort op de markt komt, zorgt voor een centrale aansturing van je systeem.

Zelfbouwcontroller

Je kunt ook kiezen voor een zelfbouwcontroller. Een toegankelijk opensource-pakket is Domoticz, dat je kunt installeren op een RaspBerry Pi. Uiteraard bevat je pc of Raspberry Pi geen radio's voor KAKU of Z-Wave, maar die kun je via usb eenvoudig toevoegen. Voor het gebruik van KAKU en andere 433MHz-producten is de RFXCom RFXtrx433E een goede radio. Z-Wave kun je op de Raspberry Pi aan de praat krijgen met een RaZberry-dochterbordje of via een usb-stick als de Aeotec Z-Stick Series 2. Je kunt uiteraard zelf kiezen of je KAKU, Z-Wave of allebei toevoegt aan Domoticz.

Naast direct draadloos aanstuurbare producten kun je ook apparatuur met een eigen API zoals Philips Hue of Google Nest integreren. Welke controller je ook kiest, doorgaans is het mogelijk om regels te maken via IFTTT-achtige schema's, zodat je precies kunt bepalen wat er wanneer en waarom moet gebeuren. Je kunt zo bijvoorbeeld programmeren dat een bewegingssensor een lamp alleen inschakelt als het ook daadwerkelijk donker is.

Opdrachten geven en ontvangen

Een controller kan dankzij API's via het netwerk communiceren met producten als Philips Hue, je slimme thermostaat en een streaming-audiosysteem. Je wilt je domoticasysteem natuurlijk ook gebruiken om andere producten slim te maken. Dat kan dankzij de ingebouwde radio's voor bijvoorbeeld KAKU of Z-Wave. Het simpelst toe te passen zijn stekkerschakelaars. Dit zijn blokken die je aansluit tussen het stopcontact en bijvoorbeeld een staande lamp of een ander elektrisch apparaat dat je draadloos wilt in- of uitschakelen. In het geval van Z-Wave kunnen stekkerschakelaars vaak ook het energieverbruik van de aangesloten apparatuur meten. Bij KAKU is dat niet mogelijk. Een soortgelijke oplossing als de stekkerschakelaar voor plafondlampen is de fittingschakelaar die je tussen het armatuur en de lamp draait. Zo kun je ook plafondlampen eenvoudig draadloos schakelen.

Schakelaars

Je domoticasysteem kun je natuurlijk bedienen met een app, maar in de praktijk is dat zeker voor verlichting niet altijd handig. Wandschakelaars of een afstandsbediening zijn daarom handige toevoegingen. Bij KAKU kun je de in een schakelsetje meegeleverde afstandsbediening gebruiken om commando's door te geven aan je domoticasysteem en ook voor Z-Wave zijn afstandsbedieningen te koop. Voor slimme wandschakelaars heb je de keuze uit schakel- of dimmermodules die je verwerkt achter je normale wandschakelaars of losse batterij-gevoede schakelaars. Die laatste zijn eenvoudiger te installeren.

Omdat de KAKU- of Z-Wave-schakelaar of afstandsbediening verbonden is met je domoticasysteem, kan meer geschakeld worden dan lampen. Je kunt ook andere opdrachten geven. Je kunt schakelaars voor de ene standaard ook mixen met een andere standaard. Zo is het is geen probleem om KAKU- of Z-Wave-schakelaars en -sensoren te koppelen met Philips Hue-lampen. Overigens verkoopt Philips ook eigen wandschakelaars. In tegenstelling tot schakelaars voor KAKU of Z-Wave kun je die niet gebruiken voor andere zaken. Philips-schakelaars communiceren alleen direct met de Hue Bridge en zijn hierdoor alleen in te zetten voor Hue-verlichting.

Een laatste belangrijke module om je huis te automatiseren, is een sensor die verkrijgbaar is als bewegingssensor en deur/raam-contact. Deze sensor kun je inzetten voor beveiligingstoepassingen, maar ook om lampen of andere apparatuur automatisch aan of uit te laten gaan zodra je binnenkomt of weggaat. Er is nog veel meer mogelijk, denk aan deurbellen, sirenes, weerstations en rookmelders.

©PXimport

Dankzij wandschakelaars en afstandsbedieningen heb je niet constant je smartphone nodig.

Uitdaging bij inbouwschakelaars

Je kunt zowel voor KAKU als Z-Wave achter je lichtschakelaars modules plaatsen waarmee je een lamp zowel met de schakelaar als met je domotica-systeem en app kunt bedienen. Omdat er op een inbouwschakelaar altijd spanning moet staan (anders worden de radiosignalen immers niet ontvangen), moet er in een inbouwdoos achter de lichtschakelaar een blauwe draad (nuldraad) aanwezig zijn.

Doorgaans bevat een installatiedoos voor een wandschakelaar alleen een bruine fasedraad en een zwarte schakeldraad die naar de lamp loopt. Er zal dan een blauwe nuldraad aangelegd moeten worden. Een combinatie van schakelaar en stopcontact bevat uiteraard wel een nuldraad. Bij inbouwdimmers is de nuldraad meestal niet nodig omdat een dimmer nooit helemaal het contact verbreekt. Het nadeel van een dimmer is dat er soms problemen zijn met led-verlichting die op de uit-stand blijft branden. Lees dus voor de aanschaf van inbouwmodules goed de installatiehandleiding. Een extra uitdaging is dat je in de knoei kunt komen als je inbouwdozen hebt van 4 centimeter diep, er is dan niet genoeg ruimte om de module weg te werken achter de schakelaar.

Eén systeem

Nog maar het begin

De uitdaging waar jij en fabrikanten voor staan, is het integreren van allerlei losstaande slimme producten tot één geïntegreerd systeem. Alleen zo kun je je huis echt handig en slim programmeren. Ook ben je dankzij een centraal domotica-systeem dat met meerdere draadloze standaarden en producten om kan gaan, flexibel in het product dat je voor een bepaald probleem kiest. Een buitenlamp kun je bijvoorbeeld best schakelen via een KAKU-module, terwijl je voor iets wat punctueler moet zijn, liever Z-Wave gebruikt. Je kunt ook de standaarden combineren: voor je verlichting kies je Hue dat je prima kunt schakelen met schakelaars voor KlikAanKlikUit of Z-Wave.

Met de populariteit van Z-Wave ten opzichte van bijvoorbeeld ZigBee lijkt het erop dat Z-Wave dé standaard is, maar schijn bedriegt. De 'oorlog' is zeker nog niet voorbij, het is meer een eerste strijd die gewonnen is. Naast ZigBee 3.0 dat een einde aan de huidige ZigBee-verwarring maakt, kan ook Googles Thread een belangrijke uitdager worden. Net als nu, kunnen toekomstige controllers waarschijnlijk overweg met meerdere draadloze standaarden, waardoor reeds aangeschafte modules als schakelaars, sensoren of stopcontactschakelaars niet in één keer waardeloos worden. Je moet je kortom beseffen dat we echt aan het begin van deze nieuwe domoticagolf staan en er qua toekomstvastheid helaas geen heel harde adviezen bestaan.

API

Koop je een losstaand slim product zoals een thermostaat, dan is het handig om te achterhalen of het product een API heeft. Via een API, dat staat voor Application Programming Interface, kan een programma of app van een derde communiceren met het product. Een voorbeeld van een product met een toegankelijke API is de Philips Hue-verlichting. Dit systeem hangt met een eigen bridge in het netwerk.

Dankzij de uitgebreide API zijn de slimme lampen ook prima via andere software, apps of systemen aan te sturen. Een app, programma of domotica-oplossing stuurt dankzij de API via het netwerk commando's naar de Hue-lampen. Een API is in eerste instantie bedoeld voor programmeurs of slimme knutselaars. Ook al ben je zelf geen programmeur en ben je niet van plan om zelf niets met een API te doen, dan is de aanwezigheid ervan bij twee gelijksoortige producten wat ons betreft wel een belangrijke reden om voor het product met API te kiezen. Dankzij de API ligt een (toekomstige) koppeling van jouw product met een echt domoticasysteem veel meer voor de hand en heb je bovendien veel meer kans op beschikbare apps van derde ontwikkelaars.

©PXimport

De Philips Hue-bridge die de lampen aanstuurt, is voorzien van een API waarmee Hue eenvoudig in andere systemen, programma's of apps te integreren is.

▼ Volgende artikel
Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde
© px.palette
Huis

Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde

Papieren facturen, garantiebonnetjes, contracten en andere documenten slingeren al snel overal rond. Waarom niet alles digitaal bewaren, zodat je het in enkele klikken terugvindt? In dit artikel vind je gratis tools en praktische tips om je administratie te scannen, te taggen, doorzoekbaar te maken en veilig op te slaan zonder veel gedoe.

Wat gaan we doen?

We geven diverse tips en tools om administratieve en andere papieren documenten efficiënt en ordelijk te digitaliseren. Dat gaat van scannen en OCR’en tot organiseren, automatiseren, back-uppen en meer.

Tip 1: Scanner

Stel, je wilt een hele reeks documenten digitaliseren, zoals garantiebewijzen of facturen. We gaan ervan uit dat je een scanner in huis hebt, eventueel als onderdeel van een all-in-one-printer. Zo’n toestel is goed geschikt voor stabiele, rechte scans, en een (soms optionele) documentinvoer maakt het extra handig bij grotere aantallen. Je scant het best op zo’n 300 dpi, in grijswaarden of kleur, en bewaart het resultaat bij voorkeur als pdf. Helaas genereert de meegeleverde scansoftware vaak alleen pdf’s met een afbeelding van de tekst, waardoor je die later niet kunt doorzoeken of kopiëren.

©OttoPles

Er bestaan ook heel wat printers met een ingebouwde scanner.

Tip 2: NAPS2

Gebruik in dit geval beter scansoftware met geïntegreerde OCR, zoals het gratis en opensource NAPS2 (www.naps2.com, Windows, macOS en Linux). Start de app, klik op Nieuw profiel en op Apparaat kiezen om je scanner te selecteren. Je kunt kiezen uit drie drivertypes: WIA (ingebouwd in Windows, beperkt), TWAIN (krachtiger) en ESCL (voor moderne netwerk- of wifi-scanners, vergelijkbaar met Apple AirScan). Doorgaans kies je voor TWAIN. Stel de scanopties in en open Geavanceerd voor extra instellingen. Typ een profielnaam en bevestig met OK.

Klik nu op de knop OCR en download de gewenste talen, zoals Dutch en English. Plaats een vinkje bij PDFs doorzoekbaar maken middels OCR en kies taal en modus (Snel of Beste). Vink ook de andere opties aan en druk op Scannen.

Klik daarna op het pijlknopje bij PDF opslaan en kies PDF-instellingen. Vul bij Standaard bestandspad een bestandsnaam in – gebruik eventueel ‘placeholders’ als $(YY)-$(MM)-$(DD) – en kies bij Compatibiliteit bij voorkeur PDF/A, zoals PDF/A-2b. Dit formaat slaat namelijk alle lettertypes, kleurprofielen en structuurinformatie in het bestand zelf op, wat ‘garandeert’ dat je het document ook jaren later nog in zijn oorspronkelijke vorm te zien krijgt. Vink Onthoud deze instellingen aan, klik op OK, selecteer de scans en kies PDF opslaan. Het is trouwens ook mogelijk om een (niet-doorzoekbaar) pdf-bestand in NAPS2 te importeren, dit vervolgens te OCR’en en als PDF/A te bewaren.

NAPS2 is prima opensource-scansoftware, met geïntegreerde meertalige OCR-module.

Pdf-printer

De focus van dit artikel ligt op papieren brondocumenten, maar we willen zeker ook (de gratis versie van) PDFCreator vermelden (www.pdfforge.org/pdfcreator). Je kunt deze namelijk als virtuele printer installeren om zo allerlei documenttypen om te zetten naar PDF(/A).

Start na installatie de app, open het tabblad Printer, vink PDFCreator aan en kies via de moersleutel het bestaande profiel PDF/A (archiefbestand). Bevestig met Opslaan en sluit de app. Open nu een document in een willekeurige toepassing, open het afdrukvenster en selecteer PDFCreator als printer. Een dialoogvenster opent waarin je het document meteen kunt opslaan als PDF/A-bestand (standaardversie 2b, maar dit is aanpasbaar via het uitklapmenu).

Je kunt zo’n virtuele printer ook inzetten om documenten automatisch als PDF/A op te slaan in een zelf te bepalen map. Maak hiervoor in PDFCreator op het tabblad Profielen een nieuw profiel aan (bijvoorbeeld PDF/A in map Facturen), kies bijvoorbeeld PDF/A-2b als formaat en geef tevens een specifieke opslaglocatie op. Koppel dit profiel op het tabblad Printer aan een nieuwe virtuele printer (bijvoorbeeld PDF/A-facturen). Zo maak je meerdere profielen en printers aan, waarbij elk PDF/A-bestand automatisch in een andere map terechtkomt.

Je kunt ook meerdere virtuele printers aanmaken, telkens met een aangepast profiel.

Tip 3: Mobiel

Een vlakbedscanner is zeker handig, maar niet noodzakelijk, want je kunt tegenwoordig ook prima scannen met je smartphone. Met de juiste app wordt het beeld automatisch ge-OCR’d en indien nodig rechtgetrokken. Een van de betere apps is Adobe Scan, beschikbaar via www.kwikr.nl/adobescan of in de appstore van Android en iOS.

Installeer en start de app. De gratis versie volstaat meestal, al laat de betaalde versie (circa 10 euro per maand) je onder meer tot 100 pagina’s per bestand scannen (in plaats van 25) en pdf’s exporteren naar Office 365-formaten.

Meld je aan, bijvoorbeeld via je Google-account, en tik op Scan. Je kunt het resultaat onder meer uitsnijden, roteren en de helderheid en het contrast aanpassen. Kies Blijven scannen voor extra pagina’s of tik op PDF opslaan zodra je klaar bent. De pdf belandt standaard in je Adobe-account (https://acrobat.adobe.com), maar je kunt het bestand ook delen of (via Meer) bijvoorbeeld opslaan in Google Drive. Het pdf-bestand is standaard doorzoekbaar, controleer bij Voorkeuren of Tekstherkenning uitvoeren op opgeslagen PDF wel is ingeschakeld, maar het is geen PDF/A. Wil je dat, dan kun je het bestand alsnog omzetten met reeds eerder vermelde, gratis tools als NAPS2 of PDFCreator (zie ook kader ‘Pdf-printer’).

Met (het gratis) Adobe Scan kun je ook meerdere pagina’s laten OCR’en en in één pdf bewaren.

Tip 4: Tags koppelen

Om naderhand snel het gewenste document te kunnen terugvinden, zorg je er dus allereerst voor dat je documenten doorzoekbaar zijn (bij pdf’s kan dit via OCR: zie tip 2). Je kunt gerust ook zelf extra trefwoorden, zeg maar digitale kleefbriefjes, aan je documenten koppelen.

Met een tool als TagSpaces (www.tagspaces.org, Windows, macOS en Linux) tag je in één keer meerdere bestanden en mappen met eigen trefwoorden. Bestaande tags voeg je simpelweg toe door ze naar bestanden te slepen. TagSpaces heeft ook een krachtige zoekfunctie waarmee je snel documenten met de juiste tag(s) terugvindt.

Handig zijn ook ‘smart tags’: je bepaalt dan zelf de criteria, waarna nieuwe bestanden automatisch de juiste tags krijgen. Deze tags kun je opslaan in aparte sidecar-bestanden (JSON) of je voegt ze achteraan de bestandsnaam toe: een bestand als aanpassing.pdf bijvoorbeeld wordt dan iets als aanpassing[huur indexering].pdf. De betaalde Pro-versie (42 euro per jaar) heeft enkele geavanceerde opties, zoals het toekennen van tags op basis van lokale AI-taalmodellen.

TagSpaces is een krachtige taggingtool, maar met een zekere leercurve.

Tip 5: Tags zoeken

Vind je TagSpaces toch wat overkill, dan zijn er andere manieren om documenten van (doorzoekbare) trefwoorden te voorzien. Je kunt in Verkenner (met sneltoets F2) trefwoorden toevoegen aan de bestandsnaam, maar het kan ook anders. Klik met rechts op een bestand of selectie, kies Eigenschappen en open het tabblad Details. Afhankelijk van het bestandstype kun je hier tags toevoegen bij velden als Titel, Onderwerp, Labels, Categorieën en Opmerkingen. Dit werkt goed bij bijvoorbeeld Office-bestanden en afbeeldingen, maar pdf-documenten laten zich minder makkelijk taggen. Dit kan bijvoorbeeld wel bij het aanmaken van zo’n document vanuit NAPS2 of PDFCreator. Bij deze laatste kun je bij een profiel titel, auteur, onderwerp en trefwoorden meegeven.

Vanuit de Verkenner kun je vervolgens zoeken op deze tags, ook in pdf-bestanden (ook al zijn ze niet zichtbaar op het tabblad Details). Navigeer naar de juiste map of het station en typ in de zoekbalk van de Verkenner labels:<trefwoord>.

Werkt dit niet, dan ontbreekt waarschijnlijk een geschikt zoekfilter. Je kunt zo’n Adobe-IFilter alsnog installeren via deze link. Je kunt dit controleren vanuit het Configuratiescherm: open Indexeringsopties, klik op Geavanceerd en scrol op het tabblad Bestandstypen naar pdf. Daar hoort PDF Filter (of eventueel Reader Search Handler) te staan, en Eigenschappen en inhoud van het bestand indexeren moet zijn ingeschakeld. Zorg er tevens voor dat alle gewenste mappen zijn opgenomen bij Deze locaties beheren (via de knop Wijzigen).

Met het juiste filter kun je ook vanuit de Verkenner naar tags binnen pdf-documenten zoeken.

Tip 6: Opslagstructuur

Je documenten zijn nu doorzoekbaar en mogelijk ook getagd, maar er is nog een derde belangrijk aspect: bewaar alles met logische bestandsnamen in een doordachte mappenstructuur.

Voor bestandsnamen plaats je de belangrijkste info, zoals projectnaam en/of datum, liefst vooraan. Gebruik de ISO-notatie (JJJJ-MM-DD), zodat je bestanden makkelijk chronologisch sorteert. Zoals vermeld in tips 4 en 5 kun je de naam aanvullen met trefwoorden, gescheiden door een koppelteken of onderstrepingsteken (vermijd spaties of speciale tekens). Eventueel voeg je achteraan een versienummer toe, zoals _v1. Een voorbeeld is 2025-08-31_Huurcontract_Appartement_v1.pdf.

Breng de bestanden onder in een logische structuur, bijvoorbeeld op datum, per project of klant, of per categorie (zoals Huis, Werk, Gezondheid, Financieel enzovoort). Je zult merken: dankzij consistente map- en bestandsnamen vind je documenten sneller terug.

Sneller zoeken binnen een logische mappenstructuur (en met labels).

Tip 7: Organisatietool

Je hebt een logische mappenhiërarchie opgezet, maar je moet natuurlijk ook zorgen dat documenten in de juiste map terechtkomen. Externe hulp van een organisatietool als het gratis Dropit (www.dropitproject.com, werkt nog onder Windows 11) of File Juggler (www.filejuggler.com, betaalde versie 44 euro) kan daarbij handig zijn. We bekijken kort deze laatste.

Start de geïnstalleerde tool op en klik op Add rule (of eerst op Add rule group als je de regels wilt categoriseren). Stel dat je alle pdf’s die in de map \gedeeld terechtkomen automatisch wilt verplaatsen op basis van trefwoorden. Vul dan Description in en klik op de knop met drie puntjes bij Monitor om de bronmap te kiezen. Via het tandwielpictogram kun je eventueel Examine everything regularly <frequentie> between checks instellen, wat ook goed werkt voor gedeelde netwerkmappen.

Klik daarna op de plus-knop bij If en stel het filtercriterium in, bijvoorbeeld: Any of the following / Other / PDF Properties / Keywords. Bevestig met Insert en geef het trefwoord op bij Contains / Text. Je kunt via de plus-knop extra filters instellen en kiezen tussen Any of All of the following.

Leg nu de gewenste actie vast bij Then: klik op de plusknop, kies bijvoorbeeld Move file en vul de doelmap in bij to. Bewaar je filter met Save and close. Op het tabblad Rules klik je op de pijlknop naast je filter om het te activeren. Test het resultaat.

Organiseer je bestanden automatisch op basis van eigen, gecombineerde zoekfilters.

DMS

Met de tips rond doorzoekbaar maken, taggen en ordenen uit dit artikel, en met tools als TagSpaces en File Juggler, raak je al ver. Wil je je administratie nog professioneler organiseren, dan kom je uit bij een volwaardig Document Management System, kortweg DMS. Flexibele opensource-tools zijn bijvoorbeeld Papermerge en Paperless NGX. Beide installeer je het makkelijkst op Windows via Docker (Docker Desktop for Windows, met WSL2).

Na installatie bereik je het browserdashboard van de tool standaard via http://<ip-adres>:8000. Beide tools bieden OCR aan om gescande documenten doorzoekbaar te maken. Je documenten kunnen ook automatisch worden verwerkt op basis van eigen filters, en er zijn krachtige zoekopties ingebouwd. Beide tools kun je meteen uitproberen via een online demo (log in met demo / demo).

Een krachtig DMS als Paperless-ngx maakt het bijhouden van je administratie veel efficiënter.

Tip 8: Zoektool

Zoals gezegd laat de ingebouwde zoektool in Windows je met de juiste filters en instellingen ook zoeken naar metadata, zoals trefwoorden in pdf’s. Met zoekfilters en operatoren zijn zelfs complexe opdrachten mogelijk, zoals labels:factuur auteur:Toon van Daele grootte:>300kB gewijzigdop:dit jaar. Echt gebruiksvriendelijk of handig is deze functie helaas niet. Je bent dan beter af met een tool als Agent Ransack (alias Filelocator Pro, www.mythicsoft.com/agentransack). Ook de gratis Lite-versie ondersteunt netwerkshares, Booleaanse operatoren, reguliere expressies en zoeken naar metadata via IFilter.

Start de tool, zet deze op Expert en open het tabblad Hoofd. Vul bij Bevat tekst je zoekterm in en bij Zoek in het gewenste station of de map. Eventueel kun je ook filters instellen voor Grootte en Gewijzigd Na / Voor. Op het tabblad Datum voeg je extra tijdsfilters toe en op het tabblad Opties vink je zeker Office en PDF documenten aan. Vul je bij Bevat tekst een pdf-trefwoord in, dan vindt Agent Ransack ook de bijbehorende bestanden. In het tabblad Treffers (rechtsonder) zie je bij gevonden bestanden bijvoorbeeld Keywords: <gezocht_trefwoord>. Met een dubbelklik open je meteen het bestand.

Agent Ransack laat gecombineerde en krachtige filters toe en zoekt ook in metadata.

Tip 9: Back-ups

Je administratie digitaliseren is een goed idee, maar dit is pas veilig met een degelijke back-upstrategie. Het best hanteer je hier de 3-2-1-regel: drie datakopieën (hoofdversie en twee back-ups), op twee soorten media, waarvan minstens één kopie op een andere locatie. Zo bescherm je je data tegen hardwarestoringen, ransomware, brand en diefstal.

Een uitstekende gratis en opensource back-uptool is Duplicati (www.duplicati.com, Windows en macOS), die we zelf al jaren dagelijks geautomatiseerd gebruiken voor back-ups naar zowel een netwerkschijf (NAS) als de cloud (Google Drive).

Installeer het gedownloade msi-bestand. Klik na afloop met rechts op het programma-pictogram in het Windows-systeemvak en kies Open om het browserdashboard te starten. Verschijnt First Run Setup, klik dan op Yes en stel een wachtwoord in. Je kunt Duplicati in je browser openen via http://localhost:8200. Wil je ook toegang vanaf een andere pc in je netwerk, open Instellingen in Duplicati en vink Remote toegang toestaan aan, zodat het dashboard bereikbaar is via http://<intern_ip-adres>:8200. Klik vervolgens op +Back-up toevoegen, laat Een nieuwe back-up instellen geselecteerd en vul een naam in. Schakel bij opslag buiten je netwerk versleuteling in. Geef vervolgens doel- en bronlocatie op en bepaal wanneer en hoe vaak de back-up wordt uitgevoerd. Duplicati maakt standaard incrementele back-ups, waarbij alleen nieuwe of gewijzigde data worden opgeslagen, waardoor het back-upvolume beperkt blijft.

Duplicati is een betrouwbare, gebruiksvriendelijke en flexibele back-uptool.

Tip 10: Beveiliging

Een goede back-upstrategie is cruciaal om je data veilig te bewaren, maar veiligheid draait ook om privacy. De beste manier om te voorkomen dat onbevoegden inzage krijgen in je (medische, financiële …) gegevens is versleuteling. In tip 9 vermeldden we al dat je in Duplicati back-ups automatisch kunt versleutelen met sterke AES-256-encryptie. Maar ook de data op je originele opslaglocatie wil je wellicht beveiligen.

Hiervoor kun je een gratis opensource-tool als VeraCrypt gebruiken, die naast containerbestanden ook complete partities of schijven kan versleutelen met sterke algoritmen als AES-256. We hebben niet de ruimte hier verder op in te gaan, maar hier vind je meer uitleg. Ook handig is Cryptomator om via je lokale synchronisatiemap data te versleutelen bij cloudopslagdiensten als Google Drive, OneDrive of Dropbox. Je vindt hier meer uitleg daarover.

Daarnaast kun je voor diverse documenttypes ook individuele bestanden beveiligen met een wachtwoord, al is dit vaak minder robuust dan een volledig versleutelde opslaglocatie. Dit kan bijvoorbeeld vanuit verschillende Office-applicaties, maar ook met pdf-tools zoals NAPS2 (bij PDF-instellingen vink je PDF versleutelen aan) en PDFCreator (bij Profielen, via Actie toevoegen / Versleuteling).

Ook in NAPS2 kun je pdf-documenten met een wachtwoord beveiligen.

▼ Volgende artikel
Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie
© Versuni
Huis

Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie

Philips introduceert de Baristina Plus Stainless Steel, een semi-automatische koffiemachine met een roestvrijstalen design en iced coffee-functie. Dit derde apparaat in de Baristina-lijn combineert een robuuste uitstraling met veel gebruiksgemak. Kan er echt niks verkeerd gaan? ID.nl testte het uit.

Uitstekend
Conclusie

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie: die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

Plus- en minpunten
  • Stijlvolle uitstraling
  • Gebruiksgemak
  • Meerdere opties voor volume/type koffie
  • Geen handleiding meegeleverd
  • Gevoelig voor vingerafdrukken
  • Prijzig

Ontwerp & specificaties

De Baristina Plus Stainless Steel is een matte, zilverkleurige koffiemachine waarmee je espresso, lungo en cold brew kunt maken van je eigen gewenste soort koffiebonen. In het apparaat zit een grinder die de bonen maalt, de gemalen koffie komt in het portafilter terecht en daarmee zet de Baristina een kop koffie in de gewenste sterkte. De machine is met zijn 5,8 kilo makkelijk te verplaatsen en niet overdreven groot: 35 centimeter hoog, 38 centimeter diep en 15 centimeter breed. De buitenzijde is uitgevoerd in RVS. Smaakvol, maar wel gevoelig voor vingerafdrukken (zoals alle apparaten van roestvrij staal).

©Versuni

Plaats in de Baristina-lijn & techniek

Deze machine is de derde variant in de Baristina-lijn. De eerste, de Baristina, bood in vergelijking met dit apparaat geen ice koffie en was eenvoudiger uitgevoerd. De tweede, de Baristina met Bean swap, bood de gebruikers de keuze om bij elke bak koffie te kiezen tussen twee soorten bonen, of een mix van beide. Dit derde, nieuwe apparaat is een premium-machine die naast een luxe uitstraling de kwaliteit van versgemalen koffie combineert met gebruiksgemak. Als extraatje vergeleken met het instapmodel is er dus de ice coffee-optie. Voor het koffiezetten zet de machine 16 bar pompdruk in voor optimale extractie.

Uitpakken & installatie

De machine zit deugdelijk verpakt in een grote doos met kartonnen bescherming. Er zit geen handleiding bij, alleen een sticker met iconen die aangeven wat er ongeveer moet gebeuren. We vinden dat echt een minpunt; wie nieuw is 'in de koffie' heeft toch wat meer informatie nodig over wat de machine precies kan.

Monteren is een groot woord voor wat je zelf nog moet doen om je eerste kop koffie te zetten. Je pakt het portafilter uit, spoelt het goed om en vult het waterreservoir van 1,2 liter. Dat kan door het reservoir los te halen uit de machine en onder de kraan te vullen. Handiger is het om het klepje bovenaan even open te doen en dan met een kan of maatbeker het water aan te vullen. Bovenin zit een reservoir voor koffiebonen. Ook dit open je met een klepje en vul je tot de rand. Dat is alles!

Bediening & functies

Dit apparaat is duidelijk ontwikkeld voor de koffieliefhebber die houdt van gemak en kwaliteit. De kwaliteit heb je natuurlijk deels zelf in de hand door het type koffiebonen dat je gebruikt. Het gemak uit zich in de bediening van de machine. Aan de bovenzijde zitten verschillende knoppen: een voor espresso, een voor lungo, een voor koffie waar je een ijskoffiedrank mee wilt maken, en een knop voor extra sterke koffie, voor als de standaardinstelling niet voldoende voor je is. Voor de ice coffee wordt de koffie eerst warm gebouwen waarna het doorstroomproces traag verloopt zodat de koffie langzaam afkoelt tijdens het zetten.

De instelling van de molen is niet aanpasbaar, het volume van de koffie in het kopje wel. Hier uit zich het gemis aan een handleiding, deze functie ontdekten we pas toen we op het YouTube-kanaal van Philips wat filmpjes bekeken over de bediening en functies. HIER vind je de betreffende video.

©Versuni

Workflow: van boon tot kop

Je duwt het portafilter in de gleuf links tot deze vastklikt. Dan kies je de gewenste drank, en beweegt (swipet) het portafilter helemaal naar rechts, waar de grinder zit. Het filter zit dan vast en de machine maalt de koffiebonen. Dat maakt uiteraard geluid, vergelijkbaar met andere koffiezetapparaten. Het filter spring terug naar de beginpositie, en de machine zet de gewenste hoeveelheid koffie. Stopt de keuzeknop met knipperen, dan is je 'bakkie' klaar. Het portafilter kun je dan loshalen, ondersteboven boven de vuilnisbak houden en met een druk op de knop de koffiedrab eruit werpen. Dat is alles.

Hier zie je in een Duitstalige video precies hoe dit werkt:

Watch on YouTube

Praktijktest

Koffiemachines moeten natuurlijk getest worden en het liefst door veel verschillende mensen. Ons testexemplaar beleefde de vuurdoop tijdens een drukke verjaardagsvisite, waarbij alle koffiedrinkende bezoekers een kopje Baristina kregen. De vraag was of de machine snel genoeg zou zijn om mensen niet nodeloos lang te laten wachten, en of het geluid van het malen de gesprekken niet zou overstemmen. Voor beide aspecten slaagde de machine met vlag en wimpel. Iedereen was erg te spreken over de smaak van de koffie. Het waterreservoir van 1,2 liter is natuurlijk na enige tijd leeg, dus moet tijdens zulke bijeenkomsten tussentijds wel worden bijgevuld.

Koffiebonen bewaar je niet in de zak uit de supermarkt

Houd ze lang vers in een speciaal bewaarblik

Aandachtspunt

Wel dook er een klein aandachtspunt op. Na enige tijd kwam er nogal waterige koffie met een raar kleurtje uit de machine en klonk het malen ook een beetje gek. De koffiebonen bleken op te zijn. Daar komt verder geen signaal of melding van, maar is iets om in de gaten te houden. Het deksel van het koffiebonen-reservoir is semi-transparant, dus normaliter zou je dat wellicht snel zien. Echter, de machine wordt niet geleverd met een handleiding, maar... met een paarse sticker precies op die plek! Als je die er niet afhaalt, zie je dus niet hoe het gesteld is met de voorraad koffiebonen.

Onderhoud & schoonmaak

De machine heeft verder weinig nodig aan energie van de gebruiker. Het lekbakje is afneembaar en kun je periodiek schoonmaken. Als je zorgt voor voldoende water en bonen en het portafilter elke keer leegmaakt na het zetten van een kopje koffie, kun je een tijd vooruit. Overigens: als je vergeet de drab weg te gooien en aan een nieuwe bak koffie wilt beginnen, kun je het portafilter niet naar de grinder bewegen, dan zit 'ie vast. Je kunt dus nooit verse koffie gemaald krijgen over de drab van een eerdere sessie.

©Versuni

Eindoordeel & alternatieven

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie, maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie. Die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

☕ Bekijk alle koffieapparaten van Philips op Kieskeurig.nl