ID.nl logo
Ansible-NAS installeren op Ubuntu Server
© PXimport
Huis

Ansible-NAS installeren op Ubuntu Server

Wil je een flexibele nas, dan leent Ubuntu Server zich daar goed voor. Ook omdat je met Docker eenvoudig allerlei extra diensten kunt draaien. Ansible-NAS maakt zowel het bestanden delen als extra diensten draaien op Ubuntu Server extra eenvoudig, inclusief dashboard. Hoe jeAnsible-NAS installeren kunt op je Ubuntu Server, lees je hier.

Ansible-NAS is voortgekomen uit de frustratie van David Stephens over FreeNAS, waarvan een upgrade bij hem vaak misliep. En laat dat nou precies de reden zijn waarom ik zelf ook Ansible-NAS ontdekt heb: FreeNAS is een geweldig opensource besturingssysteem om een nas bij je thuis te draaien, maar na de zoveelste keer dat ik een toetsenbord en scherm op mijn nas moest aansluiten om een problematische upgrade op te lossen, was ik het beu.

Ik zocht naar een alternatief en vond Ansible-NAS. Ik installeerde eerst Ubuntu Server en dan Ansible-NAS. Sindsdien ben ik heel tevreden. Ik draai er ondertussen zelfs meer diensten op dan ik ooit op FreeNAS deed.

Hardware-benodigdheden

Allereerst dien je na te denken over de hardware waarop je Ansible-NAS wilt draaien. In principe volstaat elke Intel-compatibele 64bit-processor waarop Ubuntu Server draait. De hoeveelheid intern geheugen en je opslagcapaciteit hangt uiteraard af van wat je er precies mee wilt doen en hoeveel bestanden je hebt. De processor is vooral belangrijk als je van plan bent veel extra diensten op je nas te draaien. De meeste mensen hebben echt geen supersnelle machine nodig. Zelf gebruik ik al jaren de compacte Dell PowerEdge T110 II-towerserver met FreeNAS, en met Ubuntu Server draait hij even vlot. David Stephens test Ansible-NAS op een HP Proliant Microserver N54L.

Ansible-NAS gaat ervan uit dat je voor je dataschijven het bestandssysteem ZFS gebruikt, dat heel betrouwbaar is. Het is niet per se nodig, maar in mijn geval waren mijn dataschijven al van ZFS voorzien, omdat FreeNAS dat bestandssysteem ook gebruikt. Ik kon ze dan ook eenvoudig importeren in Ubuntu Server. Werk je met ZFS, dan is minimaal 8 GB ram wel aan te raden, al kan het ook met minder.

Voor een nas is het zeker aan te raden om wat redundantie in te voeren voor extra veiligheid als er een schijf uitvalt. De eenvoudigste manier is twee dataschijven in een spiegelconfiguratie op te stellen (oftewel raid 1): twee even grote schijven die elkaars kopie vormen. Met ZFS is dat eenvoudig te creëren. Het besturingssysteem zelf installeer je het best op een afzonderlijke kleinere schijf.

Ubuntu Server installeren

Ansible-NAS is geen nas-besturingssysteem zoals FreeNAS, maar dien je eerder als een nas-configuratie van een Ubuntu-server te beschouwen. Je moet dus eerst Ubuntu Server installeren. Ansible-NAS ondersteunt de huidige LTS-versie, Ubuntu 18.04 LTS. Download het image van de website van Ubuntu en schijf het naar een usb-stick of dvd-rw.

De installatie verloopt vergelijkbaar aan die van Ubuntu Desktop, maar zonder grafische interface: in plaats daarvan worden de stappen in opeenvolgende tekstvensters getoond. Kies je toetsenbordindeling en selecteer dan Install Ubuntu. Daarna wordt normaal automatisch een netwerkverbinding opgezet als je dhcp in je netwerk gebruikt. In de stap erna kies je je opslag. Selecteer Use An Entire Disk en kies de schijf waarop je Ubuntu wilt installeren. Bevestig de voorgestelde partitionering (standaard gebruikt Ubuntu het bestandssysteem ext4, wat prima is voor de opstartschijf) met Done en bevestig nog eens met Continue. Daarna wordt de gekozen schijf gewist en begint de installatie.

Vervolgens vul je enkele gegevens in, zoals de naam van de server, je gebruikersnaam en wachtwoord. Daarna is het wachten tot de installatie voltooid is. Omdat Ubuntu Server alleen software installeert die nuttig is voor servers, gaat dat sneller dan bij Ubuntu Desktop. Verwijder daarna het installatiemedium en kies Reboot Now. Daarna start je nas opnieuw op en draai je Ubuntu Server.

©PXimport

Ubuntu Server heeft geen grafische interface, dus je zult allerlei opdrachten moeten invoeren. Dat kun je via het toetsenbord en scherm doen dat je tijdens de installatie aangesloten hebt, maar het kan ook zonder, namelijk via ssh (secure shell) vanaf een andere computer op het netwerk. Draai je een Windows-versie van vóór april 2018, dan dien je het programma PuTTY te installeren.

Heb je een nieuwere versie van Windows 10, dan kun je de ingebouwde ssh-client gebruiken. Ga daarvoor eerst naar Instellingen / Apps / Optionele onderdelen en klik dan op Een onderdeel toevoegen. Kies OpenSSH-client en herstart je computer. Daarna kun je in de Opdrachtprompt van Windows op je Ubuntu-server inloggen met de opdracht ssh gebruikersnaam@server. Bevestig met yes dat je de vingerafdruk vertrouwt en vul je wachtwoord in. Linux en macOS hebben overigens standaard al een ssh-client geïnstalleerd, dus daarmee kun je onmiddellijk aan de slag.

Dataschijven klaarmaken

We gaan er in deze masterclass van uit dat je voor je dataschijven ZFS gebruikt. Installeer de benodigde tools met:

sudo apt install zfsutils

Daarna willen we een ZFS-bestandssysteem op twee schijven in een spiegelconfiguratie aanmaken. Bekijk eerst met de opdracht lsblk welke schijven Ubuntu kent. Waarschijnlijk heet je opstartschijf sda en je twee andere schijven sdb en sdc. Creëer nu op die twee laatste een nieuwe partitietabel:

sudo parted /dev/sdb
(parted) mklabel gpt
(parted) quit
sudo parted /dev/sdc
(parted) mklabel gpt
(parted) quit

Bekijk wat de ID’s van je twee dataschijven zijn:

ls -l /dev/disk/by-id/

De namen blijven immers niet gegarandeerd hetzelfde; de ID’s wel. Een ID ziet er bijvoorbeeld uit als ata-SAMSUNG_HD204UI_S2H7J9JB712549. Daarna dien je nog de sectorgrootte van je harde schijven te weten. Voor moderne harde schijven is dat 4 kilobyte, maar sommige liegen en geven 512 bytes weer als je het vraagt, omdat Windows XP problemen heeft met 4 kilobyte.

©PXimport

ZFS-pool aanmaken

Met al deze informatie kunnen we nu een ‘pool’ aanmaken op de twee schijven:

sudo zpool create -o ashift=12 tank mirror
ata-SAMSUNG_HD204UI_S2H7J9JB712549 ata-SAMSUNG_HD204UI_S2H7J9JB712552 <xmp>

(aan elkaar). De tekst ashift=12 wijst op de sectorgrootte van 4 kilobyte (2^12); tank is de naam van de pool. Het is traditie om daarvoor namen van personages uit de film The Matrix te kiezen, zoals tank, dozer of ash, maar je kunt ze ook gewoon data noemen. Maak het gewoon niet te lang, zodat het handig blijft om in te typen.

Daarna bekijk je met zpool list al je pools, met zpool status de status van al je pools en met zfs list al je ZFS-bestandssystemen. Standaard maakt de opdracht zpool create een bestandssysteem aan met dezelfde naam als je pool en koppelt die aan onder je rootpartitie. Je pool genaamd tank wordt dus aangekoppeld onder /tank.

Het is de gewoonte om onder je pool nog meerdere ZFS-bestandssystemen aan te maken, omdat je per bestandssysteem kunt instellen of je bijvoorbeeld compressie wilt gebruiken, of bestanden uitvoerbaar zijn enzovoort. Bekijk daarvoor de tips voor de ZFS-configuratie op de website van Ansible-NAS.

Ansible-NAS installeren

Nu de basis klaar is, kunnen we Ansible-NAS installeren. Eerst dienen we nog een repository in te schakelen met de opdracht:

sudo add-apt-repository universe

Daarna installeren we Ansible:

sudo apt install ansible

Ansible is automatiseringssoftware waarmee je automatisch je Linux-systemen kunt configureren. Ansible-NAS is eigenlijk gewoon een in de taal van Ansible voorgedefinieerde configuratie (een ‘playbook’) om van je Ubuntu-server een nas te maken. Ansible-NAS installeren komt er dus op neer om gewoonweg die configuratie van GitHub te downloaden:

git clone https://github.com/davestephens/ansible-nas.git

Ga daarna naar de directory die Ansible-NAS bevat:

cd ansible-nas

Ansible-NAS configureren

Ansible-NAS komt met een standaardconfiguratie in group_vars/all.yml.dist. Kopieer die eerst, zodat je je eigen configuratie kunt aanpassen:

cp group_vars/all.yml.dist group_vars/all.yml

Open dit laatste bestand met de editor nano:

nano group_vars/all.yml

De volledige configuratie van Ansible-NAS gebeurt in dit ene bestand. Regels die met # beginnen, zijn commentaarregels. Die staan overal in het bestand om uitleg te geven. Zo kun je elke gedefinieerde dienst inschakelen door false naar true te veranderen.

Maar eerst dien je onder General enkele belangrijke zaken in te stellen, zoals de hostname van je Ubuntu-server, je tijdzone en de gebruikersnaam waaronder je Ansible-NAS wilt draaien. Vul verder ook het pad in waaronder Docker zijn containergegevens opslaat.

Onder Samba staat de configuratie van je bestandsdeling. Hier stel je het pad in waaronder al je bestanden komen te staan die je wilt delen. Daaronder definieert Ansible-NAS allerlei submappen voor je downloads, films, series, torrents, muziek, podcasts enzovoort. Voor elk van die shares kun je instellen of ze publiek beschikbaar zijn en dergelijke.

Sla je wijzigingen op met Ctrl+O en sluit nano dan af met Ctrl+X.

©PXimport

Kopieer dan nog één bestand met:

cp inventory.dist inventory

En haal daar het hekje weg voor de tweede regel, zodat die er als volgt uitziet:

localhost ansible_connection=local

Sla het bestand op en installeer daarna nog enkele afhankelijkheden:

ansible-galaxy install -r requirements.yml

Pas tot slot je configuratie van Ansible-NAS toe met:

ansible-playbook -i inventory nas.yml -b -K

Ansible-NAS upgraden

Ansible-NAS wordt actief onderhouden en er komen dan ook continu nieuwe diensten bij. Maar omdat Ansible-NAS geen programma is maar een verzameling configuratiebestanden, verloopt het upgraden wat atypisch. Je gaat daarvoor in de directory van Ansible-NAS en haalt dan de nieuwste wijzigingen van GitHub binnen met de opdracht git pull. Daarna dien je alle nieuwe configuratiesecties in het bestand group_vars/all.yml.dist te kopiëren naar jouw eigen versie group_vars/all.yml.

Een handige manier om die wijzigingen te bekijken is als volgt: kijk in de uitvoer van git pull naar een regel zoals 84e0c96..7860ab5 master -> origin/master. Voer dan de volgende opdracht uit om de verschillen te tonen:

git diff 84e0c96:group_vars/all.yml.dist 7860ab5:group_vars/all.yml.dist

In het groen zie je de nieuwe regels, in het rood verwijderde regels. Voer die wijzigingen dan door in group_vars/all.yml. Pas daarna de configuratie opnieuw toe met:

ansible-playbook -i inventory nas.yml -b -K

Ansible-NAS dashboard leren kennen

Vanaf nu deelt je nas de ingestelde mappen op je netwerk. In Windows heb je er dan ook eenvoudig toegang tot in Windows Verkenner. Maar wat kun je verder nog met Ansible-NAS? Het eerste wat je het best doet, is alle extra diensten die je in het configuratiebestand van Ansible-NAS ingesteld hebt, toevoegen aan het dashboard van Heimdall.

Het concept van Heimdall klinkt misschien wat simpel en nutteloos: het is een eenvoudige webserver met één webpagina waaraan je icoontjes van webapplicaties kunt toevoegen. Meer niet. Maar als je zoals in het geval van Ansible-NAS allerlei diensten installeert die elk hun eigen webinterface hebben, verlies je al gauw het overzicht als je niet één plaats hebt waarvandaan je ze allemaal kunt bereiken. Daarin blinkt Heimdall uit, dat standaard op poort 10080 van je nas draait.

©PXimport

Open het dashboard daarom in je webbrowser (http://IPADRESNAS:10080) en klik rechtsonder op het icoontje met de drie horizontale streepjes. Klik op Add en vul dan een naam en url in van de dienst die je wilt toevoegen. Als de dienst door Heimdall ondersteund is, verschijnt de naam van de dienst ook bij Application Type, waar je overigens zelf ook het type kunt instellen als je bijvoorbeeld je OPNsense-router liever ‘router’ noemt in je dashboard. Je kunt ook nog een icoontje of achtergrondkleur instellen. Controleer tot slot nog of bovenaan Pinned ingeschakeld staat en klik op Save om de dienst aan je dashboard toe te voegen.

Doe dit nu voor alle diensten van Ansible-NAS, waarvan je de poortnummers in de documentatie van Ansible-NAS vindt. Je kunt overigens ook prima andere websites toevoegen, zoals je webmail of andere websites die je vaak gebruikt.

Docker-containers

Ansible-NAS installeert alle diensten (behalve het bestandsbeheer) in Docker-containers. Een container is een soort virtuele machine, maar die dezelfde kernel als het onderliggende besturingssysteem gebruikt. Door elke dienst in een afzonderlijke container te isoleren, garandeer je dat ze elkaar niet in de weg zitten en tot incompatibiliteitsproblemen leiden.

Voor gewoon gebruik hoef je je daar niets van aan te trekken, maar als je wat geavanceerdere configuratietaken wilt uitvoeren of zelfs extra diensten wilt installeren die Ansible-NAS standaard niet ondersteunt, dan komt het wel van pas dat je met Docker kunt werken. Zie daarvoor het kader ‘Containers beheren met Portainer’.

Ansible-NAS bevat talloze extra diensten die je kunt installeren. Bij vele volstaat het om in het bestand group_vars/all.yml een variabele met de naam van de dienst en dan _enabled op true te zetten om de dienst in te schakelen. Extra configuratiemogelijkheden zoals gebruikersnamen, directory’s enzovoort voor die specifieke dienst vind je onderaan het configuratiebestand. Bekijk ook zeker de online documentatie van Ansible-NAS, want daarin staat voor een deel van de diensten nog wat extra uitleg.

Elke keer nadat je het configuratiebestand aangepast hebt, dien je de Ansible-configuratie toe te passen:

https://www.docker.com/

Dat installeert de benodigde Docker-container en stelt je configuratie in.

Een gebruiksvriendelijke webinterface voor Docker is Portainer. Het is naast Heimdall de enige andere dienst die Ansible-NAS standaard inschakelt, precies omdat beide diensten zo handig zijn. Je vindt Portainer op poort 9000. Log in je webbrowser in met de gebruikersnaam die je voor je Ubuntu-server aangemaakt hebt en het bijbehorende wachtwoord. Klik daarna op Containers om je containers te zien. Elke container kun je stoppen, herstarten, pauzeren, verwijderen enzovoort.

Maar let op als je een container verwijdert: de volgende keer dat je de configuratie van Ansible-NAS toepast, wordt de container opnieuw aangemaakt als je die niet uitgeschakeld hebt in het bestand group_vars/all.yml. Met een klik op Add container kun je overigens extra diensten installeren die Ansible-NAS niet voorziet. Typ daarvoor bij Image de naam in van een image dat op Docker Hub staat.

©PXimport

Interessante diensten op je nas

Het zou te ver gaan om op alle diensten van Ansible-NAS in te gaan, maar we noemen enkele interessante diensten. Watchtower is interessant omdat die dagelijks van al je containers de nieuwste versie downloadt en ze herstart met die nieuwe versie als er een update is. Cloudflare Dynamic DNS Updater werkt je dynamische dns bij Cloudflare bij. Traefik kan externe toegang tot al je diensten mogelijk maken, inclusief een tls-certificaat voor elke dienst via Let’s Encrypt.

Verder heb je ook allerlei diensten om multimedia te downloaden, zoals Transmission voor BitTorrent en NZBGet voor Usenet. Ook een Time Machine-dienst voor back-ups van je Macs, een DLNA-server, Plex Media Server en zelfs Nextcloud om je bestanden met anderen te delen. Kortom, met Ansible-NAS maak je veel meer van je nas.

▼ Volgende artikel
De nieuwe generatie goedkopere zonnepanelen komt eraan
© jamesteohart
Energie

De nieuwe generatie goedkopere zonnepanelen komt eraan

Zonnepanelen voor je eigen woning kun je in een aantal jaren terugverdienen in Nederland, maar snel gaat dat niet. Met de nieuwe generatie goedkopere zonnepanelen gaat dat naar verwachting vlotter. We kijken naar de aankomende innovaties voor zonnepanelen.

In dit artikel lees je:

  • Over de subsidies en andere voordelen op zonnepanelen
  • Wanneer de salderingsregeling wordt afgebouwd
  • De voor- en nadelen van silicium zonnepanelen
  • Over bifaciale zonnepanelen
  • Over tandemzonnepanelen
  • De voordelen van zonnepanelen met eigen opslag
  • Wat organische zonnepanelen beter maakt

Lees ook: Zonnepanelen geven minder rendement: hier kan het aan liggen

Tegenwoordig is het prima betaalbaar om zonnepanelen op je woning te laten plaatsen. Lokale overheden bieden soms subsidies aan en de landelijke overheid helpt ook in 2025 mee door de btw op 0 procent te houden. Wel wordt de salderingsregeling in 2027 gestopt. Het zou betekenen dat energiemaatschappijen daarna niet meer alle energie die je teruglevert aan het stroomnet hoeven te vergoeden.

Hierdoor duurt het langer om zonnepanelen terugbetaald te hebben met rendement uit je stroomopbrengsten. Tegenwoordig is de terugverdientijd van zonnepanelen vijf tot zeven jaar, afhankelijk van jouw verbruik.

De subsidie op warmtepompen gaat wel omlaag in 2025. Lees welke subsidie de overheid gaat afbouwen in het nieuwe jaar.

De voor- en nadelen van silicium zonnepanelen

We kijken eerst naar moderne standaardpanelen van silicium, zoals monokristallijne zonnepanelen. Deze technologie haalt een rendement van gemiddeld zo'n 21 procent; dat is dus het percentage van energie dat het uit zonlicht haalt.

Het is theoretisch heel moeilijk om alle energie uit zonlicht te halen, maar met de komende technologische ontwikkeling komt een rendement van 40 procent in zicht. Dat is dus bijna een verdubbeling!

De innovaties leveren niet alleen meer stroom op, ze maken zonnepanelen ook makkelijker om te plaatsen. De technologie kunnen fabrikanten veel kleiner maken en bijvoorbeeld in dakpannen verwerken. Verder zijn de nieuwste generatie zonnepanelen lichter en buigzamer. Je zou ze dus ook op ronde daken of in hoeken kunnen plaatsen.

©Anna Czapnik

Bifaciale zonnepaneel

Een steeds populairdere technologie om meer energie uit zonlicht te wekken is de bifaciale zonnepaneel. Dit type zonnepaneel heeft simpelweg zonnecellen aan beide kanten. Dat is handig voor als je bijvoorbeeld de panelen op een reflecterend oppervlak hebt gelegd. Het zonlicht dat reflecteert wordt dan ook opgevangen door de cellen.

Bifaciale zonnepanelen werken ook goed op witte oppervlakken en daken met glimmende stenen erop. Ze worden vaak gecombineerd met zonnetrackers, zodat de zonnepanelen in de loop van de dag gedraaid worden om zoveel mogelijk licht op te vangen.

De technologie is wel nog duurder in de aanschaf, maar kan door zijn dubbelzijdige zonnecellen extra veel energie opwekken.

Tandemzonnepanelen

De tandem-zonnepaneel (ook wel tandemcel genoemd) is een nieuwe innovatie die steeds veelbelovender wordt. De technologie wordt momenteel nog getest, maar kan in de nabije toekomst veel goedkopere en beter presterende zonnepanelen opleveren.

Dit type zonnepaneel gebruikt meerdere lagen zonnecellen bovenop elkaar. Elke laag is geoptimaliseerd voor een deel van het zonnespectrum. Dat houdt in dat de zonnepaneel beter werkt bij verschillende soorten zonlicht, waardoor je zelfs veel energie opwekt bijvoorbeeld met bewolkt weer. Iets waar de huidige zonnepanelen moeite mee hebben.

Een tandemzonnepaneel gebruikt ook andere grondstoffen dan silicium voor zijn cellen. Die stoffen kunnen in theorie niet alleen goedkoper zijn, ze werken ook efficiënter. Waar siliciumcellen gemiddeld onder de 25 procent aan energie uit zonlicht halen, lukt het tandemcellen om veel meer te bereiken. In sommige tests halen ze zelfs de felbegeerde 40 procent efficiëntie!

©BinnensteBuiten - stock.adobe.com

Zonnepanelen met eigen opslag

Hoe je nog meer stroom kunt opwekken en opslaan, is door zonnepanelen met een eigen opslag aan te schaffen. Deze technologie is al beschikbaar, maar nog vrij prijzig. Toch is het een realistische optie nu netcongestie een steeds groter probleem wordt in Nederland. Door het overvolle stroomnet worden sommige elektrische voorzieningen (bijvoorbeeld laadpalen) tijdelijk afgesloten met piekuren.

Netcongestie vormt ook een probleem als je stroom terug wilt geven aan het net. Daarom biedt een thuisbatterij uitkomst en helpt het met je zelfvoorziening voor stroom. Zonnepanelen met eigen opslag worden dan ook vaak gecombineerd met een thuisbatterij.

Op deze wijze verzamel je extra stroom tijdens zonnige dagen, die je 's avonds zelf kunt gebruiken in je woning. Je bespaart zo extra veel op je stroomrekening.

Eigen opslag wordt steeds belangrijker voor Nederlanders en daarom zijn thuisbatterijen in trek. Lees er hier alles over. 

Voor de zomer en in je noodpakket: een solar powerbank

Heb je meteen ook een zaklamp bij de hand!

Organische zonnepanelen

Tot slot kijken onderzoekers naar het goedkoper maken van de materialen van zonnepanelen. De huidige lichting wordt vooral met silicium gemaakt, wat een duur materiaal is. Goedkoper is het om organische zonnepanelen te bouwen, gemaakt uit koolstof-gebaseerde materialen. Oftewel, stoffen uit de natuur die vrij makkelijk verkrijgbaar zijn.

Dit betekent wel een totaal andere manier van stroom opwekken uit zonne-energie, maar de meest recente tests zijn veelbelovend. Niet alleen zijn organische zonnepanelen veel goedkoper te produceren op de lange termijn, ze worden ook veel lichter omdat silicium van nature zwaar is. Dat maakt organische zonnepanelen makkelijker te plaatsen en ook buigzamer, voor moeilijke of afwijkende oppervlakken.

Met deze nieuwe technieken wordt het installeren van zonnepanelen op je woning of bedrijfspand alleen maar interessanter. Benieuwd naar hoe de salderingsregeling tegenwoordig werkt voor zonnepaneeleigenaren? We praten je hier helemaal bij.


▼ Volgende artikel
Waarom je geregeld je smartphone moet herstarten
Huis

Waarom je geregeld je smartphone moet herstarten

Start jij je smartphone weleens opnieuw op? De meeste mensen doen dat eigenlijk nooit, terwijl het slim is om dat juist wel af en toe te doen. Een herstart lost namelijk vaak kleine problemen op en maakt je telefoon weer sneller!

⏱ Dit artikel in het kort:

Door je smartphone regelmatig opnieuw op te starten, kun je veelvoorkomende problemen oplossen – denk aan trage prestaties, verbindingsproblemen en apps die vastlopen. Het leegt het werkgeheugen, verwijdert tijdelijke gegevens en kan zelfs sommige soorten malware aanpakken. Een wekelijkse herstart is vaak al voldoende om je toestel soepel te laten werken.

Lees ook: Smartphone hard resetten: zo doe je dat (iOS en Android)

Als smartphonegebruiker sta je er waarschijnlijk niet bij stil, maar het kan echt geen kwaad om je toestel eens per week opnieuw op te starten*. Met die simpele handdeling kun je namelijk veelvoorkomende problemen oplossen of zelfs voorkomen. In de IT-wereld (en tijdens familiebijeenkomsten) hoor je vaak de opmerking: 'Zet het apparaat eens uit en weer aan, kijk of het dan nog hapert.' Vaak grappig bedoeld, maar er zit zeker een kern van waarheid in.

*Nog beter is dagelijks, maar dat zal voor veel mensen geen doen zijn.

Dit is waarom je smartphone opnieuw opstarten goed is

Je smartphone opnieuw opstarten heeft verrassend veel voordelen. Het geeft je toestel een frisse start door achtergrondprocessen en tijdelijke data te verwijderen. Apps die je dagelijks gebruikt, worden namelijk niet volledig afgesloten als je ze sluit. Ze blijven in een soort sluimertoestand, zodat ze snel weer geopend kunnen worden. Hoe meer apps je gebruikt, hoe zwaarder dit je systeem belast. Al die apps staan als het ware in de rij om direct beschikbaar te zijn, wat je telefoon steeds trager kan maken.

©Kenstocker

Heb je het gevoel dat je smartphone trager is dan normaal of dat de accu sneller leegloopt? Een snelle herstart kan dat vaak oplossen. Door opnieuw op te starten, wordt het werkgeheugen leeggemaakt, waardoor er weer ruimte ontstaat voor andere taken. Apps die je regelmatig gebruikt, worden daarna opnieuw geladen, maar dit keer in een kleinere, beter beheersbare groep. Hoe meer vrije ruimte er in het werkgeheugen (RAM) is, hoe soepeler je telefoon blijft werken. Het lost niet alle problemen op, maar het is zeker de moeite waard om te proberen.

Er zijn ook kleinere problemen die je met een herstart kunt oplossen. Denk aan apps die niet willen openen of vastlopen. Vaak wordt dit veroorzaakt door gefragmenteerde data die voor verstoringen zorgt. Ook verbindingsproblemen, zoals het verliezen van een mobiele of wifi-verbinding, kun je hiermee aanpakken. Bij wifi-problemen kan er echter meer aan de hand zijn, zoals verouderde hardware die de verbinding verstoort. Een herstart is dan een goede eerste stap, maar soms is verder onderzoek nodig.

Vaak wel, soms geen wondermiddel

Niet alle problemen los je op met een herstart. Verouderde besturingssystemen, te weinig werkgeheugen of een batterij die zijn lading niet meer vasthoudt blijven bijvoorbeeld lastige kwesties. Ook virussen en malware verdwijnen verdwijnen er meestal niet mee – hoewel er wel uitzonderingen zijn. Uit onderzoek van de National Security Agency (NSA) in de Verenigde Staten blijkt dat bepaalde malware, die zich in het werkgeheugen nestelt, wél verwijderd kan worden door je smartphone opnieuw op te starten. Het legen van dat geheugen wist namelijk ook deze kwaadaardige software.

©FellowNeko

Hoe vaak moet je je smartphone opnieuw opstarten?

Heb je last van verbindingsproblemen, trage prestaties, oververhitting, een accu die sneller leegloopt of apps die steeds crashen? Dan is het tijd om je smartphone opnieuw op te starten. Door dit wekelijks te doen, kun je veel van deze problemen voorkomen. Dagelijks herstarten is zelfs nog beter, al is dat voor de meeste mensen wat veel gevraagd. Opstarten duurt tegenwoordig misschien twee minuten, dus er is eigenlijk geen reden om het werkgeheugen te laten vollopen en je batterij extra te belasten. Gewoon regelmatig doen dus!