ID.nl logo
3D-printer beperkingen: Kun je zomaar alles 3D-printen?
© Reshift Digital
Huis

3D-printer beperkingen: Kun je zomaar alles 3D-printen?

Recentelijk kreeg iemand de sleutel van een 3D-geprint huis in Eindhoven. Dat je een sleutelhanger kunt 3D-printen, dat weten mensen inmiddels, maar een heel huis? De vraag is of je alles wat je wil kunt 3D-printen. Je voedsel, je meubels, enzovoort. Welke 3D-printer beperkingen zijn er momenteel nog?

3D-printen wordt ook wel Additive Manufacturing genoemd, wat betekent dat je er steeds iets bij voegt. 3D-printen werkt namelijk in laagjes, waarbij je steeds weer een laag toevoegt. Die laag die je toevoegt kan vanalles zijn. Je kunt voor een 3D-printer staafjes kopen met bijvoorbeeld goud of plastic. Met zo’n klein staafje op een gewone 3D-printer ga je uiteraard geen huis bouwen, daar is een soort 3D-print robotarm voor ontwikkeld. Wel kun je op kleinere schaal dingen 3D-printen, die je bijvoorbeeld later aan elkaar bevestigd om zo alsnog tot een groter object te komen, zoals een meubelstuk.

Het klinkt alsof 3D-printers alles kunnen, maar dat is niet helemaal waar. Massaproductie is bijvoorbeeld niet makkelijk, tenzij je een heel dozijn 3D-printers hebt. 3D-printen kost vaak tijd en hoewel er veel innovatie is binnen de 3D-printwereld, moet je vaak echt even wachten voor een object geprint is. Je kunt ook niet iets printen dat hangend is, want de printer heeft altijd een basislaag nodig om iets aan toe te voegen. Je kunt er wel voor kiezen apart iets te printen en dat alsnog aan het object op te hangen, maar een printer kan niet uit zichzelf iets printen dat hangend is. 

Blauwdrukken en materialen

De grootste uitdaging met 3D-printen is echter dat het niet mogelijk is om objecten te printen als je geen modellen hebt als blauwdruk. Als je bijvoorbeeld een kapot onderdeel van je radio wil printen, dan moet je wel een model hebben van wat het precies is. Als je geen design hebt, dan kun je het ook niet printen. Bovendien kun je ook niet alle materialen printen. Het hoeft echt niet allemaal plastic te zijn, er is ook houtpulp, titanium en zelfs porselein beschikbaar. Glas was een lange tijd te ingewikkeld, maar ook dat is inmiddels gelukt.

Voor een thuis-3D-printer zul je dat echter niet snel gebruiken. Veel materialen kunnen wel in een soort gesmolten staat worden gemaakt, maar niet alle. Je bent dus veelal genoodzaakt om plastic te gebruiken dat gemakkelijk smelt, of metalen en pasta’s. Bovendien zijn ge-3D-printe items vaak in één kleur, omdat het veel ingewikkelder is om een 3D-printer te maken die verschillende kleuren kan printen. Het is vaak één ding tegelijk en vaak is het dan sneller en efficiënter om te kiezen voor één kleur. 

©PXimport

Dat betekent dat je alsnog ongeveer alles wat je wil kunt 3D-printen. Je kunt er alleen niet altijd het materiaal voor gebruiken dat je voor ogen hebt. Het voordeel is dat er veel veranderd is binnen 3D-printen, waardoor bijvoorbeeld het modelprobleem eerder is opgelost. Er is heel veel software op de markt waarmee je ook als consument die niet volledig is ingeburgerd in de techniek 3D-printen, toch iets moois kunt maken.

Professionals en beginners

Professionals gebruiken Rhinoceros, SolidWorks en AutoCAD om die .STL-bestanden te maken waarmee de printer weet hoe het model er laagje voor laagje uitziet. Consumenten kunnen terecht bij een website als Thingiverse, waar je 3D-ontwerpen kunt downloaden en delen. Op die website kun je dan ook goed terecht om te zien wat er allemaal mogelijk is. Dat is heel veel. Hoesjes voor je smartphone, futuristische plantenpotten, een pistool om TicTac-snoepjes mee in je mond te schieten: het kan allemaal.

Veel van deze ontwerpen gaan uit van plastic-achtige cartridges, dus je kunt misschien niet alle materialen die je wil 3D-printen. Het is inmiddels wel mogelijk om bijna alles wat je wil maken uit de 3D-printer te laten komen. Het is alleen de vraag hoe groot je 3D-printer is en of je eventueel nog wat objecten aan elkaar moet lijmen. Een compleet huis gaat wat ver met een huis-tuin-en-keuken 3D-printer, maar de meeste objecten in je huis kunnen prima laagje voor laagje uit een 3D-printer komen rollen.

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen