ID.nl logo
Huis

MBR of GPT: Alles over efficiënt partitioneren

Op een schijf installeer je een besturingssysteem en bewaar je data. Dat dient natuurlijk volgens strikte regels te verlopen. Zo moet je 'm eerst partitioneren en daar bestaan meerdere methodes voor, zoals MBR of GPT. We gaan hier in op de verschillen ervan.

Wanneer je in Windows een gloednieuwe schijf stopt, verschijnt die normaal gesproken niet zomaar in Windows Verkenner. Je hebt immers nog geen stationsletter toegekend en bovendien moet de schijf eerst worden geformatteerd. Anders gezegd, je dient de schijf van een bepaald bestandssysteem te voorzien, zoals exfat of ntfs. Zo’n bestandssysteem is weinig meer dan een set regels die het wegschrijven en inlezen van data op het opslagmedium regisseert. Echter, voordat je een schijf kunt formatteren, moet je die eerst partitioneren oftewel opdelen in logische volumes, ook als het je bedoeling is slechts één volume te gebruiken dat de hele schijf overspant.

Er zijn in principe twee partitieschema’s beschikbaar: mbr (master boot record) en gpt (guid partition table). Soms maakt die keuze niet zoveel uit, maar er zijn ook scenario’s waarin je eigenlijk gedwongen bent een bepaalde keuze te maken, wat dan vooral te maken heeft met het feit dat de partitiestructuur ook verband houdt met hoe een pc opstart. Het bootproces en de partitiestijl van een computer zijn dus twee verstrengelde aspecten die daarom ook beide aan bod komen in dit artikel.

Mbr-sector

We vertellen wat meer over mbr, het partitieschema dat al zo’n 35 jaar geleden werd bedacht. Linux kleeft er dan ook het archaïsche label ‘ms-dos’ op, maar toch kan mbr ook vandaag nog enig bestaansrecht claimen (zie de laatste paragraaf ‘De keuze’).

Mbr staat voor master boot record en wie iets van schijfstructuren weet, weet dat dit de eerste fysieke sector op een (opstartbare) schijf is. Het partitieschema is naar deze sector genoemd precies omdat die zo cruciaal is.

Zodra de bootstrapping-firmware uit het rom-bios in het geheugen is ingeladen, past die de uitvoerbare code uit de mbr-sector toe. Deze code controleert vervolgens de hoofdpartitietabel, die zich helemaal op het einde van deze sector bevindt – op de bootsector-handtekening 55AAh na. Deze tabel bevat namelijk de begin- en eindsector van de beschikbare schijfpartities. Een mbr-schijf kan in principe maximaal vier primaire partities bevatten, maar zodra je vanuit het Windows schijfbeheer een vierde partitie toevoegt, maakt Windows van deze partitie automatisch al een ‘uitgebreide partitie’ (extended partition), die zich dan verder laat opdelen in een aantal logische stations.

Tijdens de scan van de partitietabel wordt meteen gecontroleerd welke partitie als ‘actief’ werd gemarkeerd (met de bootsector-indicator 80h): de bootsector van het OS op die partitie handelt dan het verdere bootproces af.

Een uitstekende manier om deze mbr-sector zowel in hexcode als op geïnterpreteerde manier te bestuderen, is met de gratis tool Active@ Disk Editor. Je hoeft hier maar de juiste fysieke schijf te selecteren, linksboven het sjabloon Master Boot Record op te vragen en daar op het knopje met template fields coloring te klikken. De diverse componenten van de partitietabel, waaronder active partition flag, first sector, file system id enzovoort worden dan netjes leesbaar weergegeven.

©PXimport

Eén van de beperkingen van de mbr-partitiestijl is je inmiddels duidelijk geworden: een beperkt aantal (primaire) partities. Voor de doorsnee gebruiker is dat wellicht niet het grootste nadeel. Wellicht belangrijker is dat het aantal sectoren van een partitie in de partitietabel van een mbr-schijf als een 32bits-waarde wordt opgeslagen. Dat levert de volgende rekensom op: 2^32 x 512 bytes (de standaardgrootte van een fysieke sector) is circa 2,2 TB (of zo’n 2 TiB).

Schaf je je dus een schijf met een hogere capaciteit aan, dan wordt die begrensd op maximaal 2,2 TB en de rest van de schijf wordt ijskoud genegeerd. Nu zijn er ook wel schijven met meer dan 512 bytes per sector (zie kader ‘Meer dan 512 bytes per sector’), maar oudere besturingssystemen en heel wat schijftools zijn vast geprogrammeerd (‘hard coded’) om met sectorgroottes van 512 bytes om te gaan, wat tot compatibiliteitsproblemen kan leiden.

Een ander nadeel van een mbr-schijf is dat de mbr-sector zich steevast op de eerste fysieke sector van een opslagmedium bevindt. Raakt deze sector corrupt, dan kan de schijf – evenmin als de opgeslagen data – in zijn geheel niet meer (correct) worden benaderd.

En gpt dan?

Al deze restricties creëerden de noodzaak voor een nieuwe partitiestijl: gpt, wat staat voor guid partition table; guid op zijn beurt staat voor globally unique identifiers. De meeste besturingssystemen van de laatste pakweg acht jaar ondersteunen gpt. Willen Windows of macOS van een gpt-schijf kunnen opstarten, dan kan dat alleen maar in combinatie met (u)efi-firmware (zie paragraaf ‘Uefi’).

Wanneer je een gpt-schijf met een hex-editor bekijkt, dan zul je op de eerste fysieke sector alsnog een structuur herkennen die erg lijkt op die van een mbr-schijf. Dat komt omdat deze sector het zogenoemde protective mbr bevat. Dat is een bewuste strategie: door dit protective mbr zullen besturingssystemen en tools die niet met gpt overweg kunnen, aannemen dat de schijf van één grote, onbekende partitie is voorzien (want filesystem-ID EEh) en daardoor in principe geen verdere, ongewenste manipulaties toelaten.

Je begrijpt meteen wat we bedoelen als je een gpt-schijf met het programma Active@ Disk Editor bekijkt via het sjabloon Master Boot Record. Stel je Active@ Disk Editor in op het sjabloon GUID Partition Table, dan krijg je een goed inzicht in de typische opbouw van het gpt-partitieschema: eerst het Partition type GUID (zoals Microsoft Reserved Partition of Basic Data Partition), gevolgd door het Unique partition GUID.

©PXimport

Windows accepteert standaard tot 128 partities, maar dat is een beperking van het besturingssysteem zelf: het gpt-schema staat een onbeperkt aantal partities toe. De grootte van zo’n partitie is zo goed als onbeperkt: gaan we uit van fysieke sectoren van (slechts) 512 bytes, dan wordt maar liefst 9,4 ZB ondersteund (een zettabyte is 10^21).

Gpt biedt niet alleen een onbeperkt aantal partities van een nagenoeg onbeperkte capaciteit aan, er wordt tevens een kopie van de partitie- en bootdata bewaard. Wanneer de primaire gpt-header corrupt geraakt, wat dankzij uitgebreide cr-checks (cyclic redundancy) snel wordt gedetecteerd, dan kan die op basis van die kopie automatisch worden hersteld.

Gpt en uefi

We hebben het al een paar keer aangegeven: de ontwikkeling van gpt is nauw verweven met uefi oftewel Unified Extensible Firmware Interface. Zeg maar, de opvolger van het oude bios. Intussen is uefi aan versie 2.7A toe (augustus 2017): je vindt alle technische details over deze specificatie in deze lijvige pdf van circa 2500 pagina’s. Hoofdstuk 5 gaat heel specifiek over gpt.

Niet alleen maakt uefi voor de instellingen een prettige, grafische interface mogelijk (in een hoge schermresolutie en met ondersteuning voor aanraakschermen), ook naar veiligheid gaat de nodige aandacht uit, dankzij de ‘secure boot’-functie. Die controleert in een versleutelde database of een driver of app wel van een geldige handtekening is voorzien. Is dat niet het geval, dan weigert het systeem door te starten. Met uefi kunnen tevens firmware en drivers in 32- en zelfs in 64bit-modus opereren, zodat tijdens het opstarten meer geheugen kan worden aangesproken.

Het bootproces van een uefi-bios in combinatie met een gpt-schijf verloopt in een notendop als volgt. Initieel voert het uefi, net als bij het klassieke bios, enkele systeemconfiguratie-functies uit. Vervolgens wordt de guid-partitietabel (gpt) ingelezen, die zich in block 1 op de schijf bevindt, meteen achter block 0 met het protective mbr.

De efi-bootloader identificeert de efi-systeempartitie. Dat is een eenvoudige fat32-partitie (oudere Linux-distributies creëerden hiervoor zelfs nog een fat16-partitie) en bewaart in afzonderlijke mappen de bootloaders van de besturingssystemen die op de andere schijfpartities zijn geïnstalleerd. Voor een x64-besturingssysteem is dat bijvoorbeeld bootx64.efi, daarnaast komen bootia32.efi, bootia64.efi (Itanium), bootarm.efi en bootaa64.efi (ARM) voor. Zo’n bootloader initialiseert vervolgens een bootmanager, die uiteindelijk het eigenlijke besturingssysteem laat opstarten.

©PXimport

De keuze: mbr of gpt?

De belangrijkste kenmerken van beide partitieschema’s zijn inmiddels aan bod gekomen en het is overduidelijk dat gpt met uefi de meest toekomstgerichte oplossing biedt. Zo is Intel bijvoorbeeld voornemens tegen 2020 alleen nog zuivere uefi-systemen aan te bieden, zonder legacy bios-ondersteuning (uefi klasse 3).

Toch kunnen er nog scenario’s zijn waarin je mbr kunt overwegen. Werk je bijvoorbeeld met een ouder besturingssysteem als Windows XP 32 bit, dan heb je gewoon geen keuze: dit besturingssysteem ondersteunt gpt niet, niet als systeempartitie en zelfs niet als datapartitie. Windows XP 64 bit ondersteunt gpt uitsluitend als datapartitie en dus niet voor de systeempartitie.

Alle 64bit-Windows-versies vanaf Vista kunnen wél opstarten vanaf een gpt-systeempartitie, althans met een uefi-bios. Beschik je dus over een oudere pc met een klassiek bios waarop je een 64bit-Windows-versie wilt draaien, dan zit er weinig anders op dan voor mbr te kiezen.

▼ Volgende artikel
Broodroosters anno nu: veel meer dan een paar sneetjes toast
© Lightfield Studios - stock.adobe.com
Huis

Broodroosters anno nu: veel meer dan een paar sneetjes toast

Of je nu trek hebt in toast met avocado en een gepocheerd eitje of in een klassieke tosti met ham en kaas: met het moderne broodrooster kan het allemaal. Benieuwd wat broodroosters anno nu zo bijzonder maakt? We vertellen je er alles over.

In het kort: Moderne broodroosters zijn echte alleskunners: naast het roosteren van brood gebruik je ze ook voor het maken van tosti's, het opwarmen van croissants en het ontdooien van bevroren brood. En ze kunnen vaak nog veel meer dan dat. In dit artikel lees je wat moderne broodroosters allemaal kunnen en in welk opzicht ze verschillen van de meer traditionele modellen.

Lees ook: 🥪 Gezonde tosti's om de hele middag op door te gaan

'Ouderwetse' broodroosters doen precies wat ze moeten doen. Je doet er één of twee sneetjes brood in, wacht een paar minuten en plop: daar heb je je perfect gebruinde en knapperige toast. Deze modellen zijn dankzij hun eenvoudige werking nog altijd bij veel mensen in trek, maar er er is ook steeds meer vraag naar modellen die meer kunnen dan alleen brood roosteren. Van het maken van tosti's tot het roosteren van bagels en croissants: met de nieuwste modellen heb je je tosti-ijzer of oven haast niet meer nodig! Veel modellen zijn daarnaast voorzien van allerlei handige extra's, zoals een ontdooifunctie en speciale sleuven voor extra groot of klein brood. En dan hebben we het nog niet eens over de vele bruiningsstanden op moderne broodroosters.

Bruiningsstanden 

Traditionele broodroosters zitten vaak lekker simpel in elkaar, met een draaiknop die je keuze biedt uit drie tot hoogstens vijf standen. Maar het beperkte aantal opties op deze modellen heeft wel als nadeel dat je niet altijd evenveel controle hebt over hoe bruin je sneetjes brood worden. Moderne broodroosters beschikken vaak over veel meer bruiningsstanden, gemiddeld tussen de zes en negen. De lagere standen zijn ideaal voor het licht roosteren van dun of oud brood, terwijl de hogere standen perfect zijn om brood donkerbruin te krijgen of om zwaarder brood zoals volkoren of roggebrood te roosteren. Sommige modellen hebben zelfs slimme sensoren die de dikte van het brood detecteren en op basis daarvan de roostertijd aanpassen. Handig! 

Ontdooifunctie

Brood ontdooien kan best een gedoe zijn. Op het aanrecht duurt het lang, voor gelijkmatig ontdooien in de oven moet je maar net de juiste instellingen weten en in de magnetron wordt bevroren brood snel slap. In een broodrooster met ontdooifunctie wordt het een stuk eenvoudiger. Het enige wat je hoeft te doen, is de bevroren sneetjes brood in het rooster te plaatsen en de ontdooistand te selecteren. Het broodrooster past vervolgens automatisch de tijd en temperatuur aan, zodat je brood gelijkmatig ontdooit zonder dat het verbrandt. Deze functie werkt ook goed voor bevroren croissants of andere kleine broodjes.

©Goffkein - stock.adobe.com

Hoeveelheid sleuven

Voor grotere gezinnen is een broodrooster met maar twee sleuven niet altijd handig. Zeker als jullie gezellig samen aan tafel willen eten, is het niet ideaal om steeds op je beurt te moeten wachten. Gelukkig zijn broodroosters er tegenwoordig in allerlei soorten en maten, met bijvoorbeeld ruimte voor vier sneetjes brood of speciale sleuven voor extra lang brood (denk aan zuurdesem of stokbrood) of breed brood (zelf gesneden brood of croissants en bagels). Sommige modellen beschikken over sleuven met liftfunctie voor kleine sneetjes brood, zodat je je handen niet hoeft te branden. Er zijn ook modellen met een enkele brede sleuf waarin je meerdere sneetjes brood naast elkaar plaatst. 

Extra functies

Naast de ontdooistand hebben moderne broodroosters vaak nog veel meer handige functies. Zoals een opwarmstand die brood alleen opwarmt zonder het te roosteren: handig voor overgebleven croissants of andere afgebakken broodjes. Of een sneltoastfunctie, die brood snel en efficiënt roostert als je haast hebt. Een warmhoudrooster komt mooi van pas als je veel sneetjes brood achter elkaar wilt roosteren: deze houdt je brood tot wel vijftien minuten warm. 

Ook voor tosti's en bagels hebben moderne broodroosters vaak speciale standen. De tosti-stand zorgt ervoor dat het brood langzaam wordt verhit zodat ondertussen de kaas kan smelten. Eventuele meegeleverde tostiklemmen voorkomen dat het een knoeiboel wordt in je broodrooster. De bagelstand is speciaal ontworpen om bagels perfect te roosteren, met een zachte buitenkant en een krokante binnenkant. 

©morkovkapiy - stock.adobe.com

Design

Als je ook de uitstraling van je broodrooster belangrijk vindt, bieden moderne broodroosters je meer dan genoeg keus. Broodroosters anno nu zijn namelijk allang niet meer alleen maar basic zwart of zilver. Steeds meer fabrikanten bieden modellen in stijlvolle kleuren, zoals zachtroze, mintgroen of lichtblauw. Of wat dacht je van een opvallend retromodel in felrood? Gerenommeerde merken als Russell Hobbs, KitchenAid en Smeg verkopen verschillende kwalitatieve broodroosters in een origineel design. Misschien geef je niks om design en ga je liever voor functionaliteit. In dat geval is een broodrooster met transparante zijkanten misschien wat voor jou: hiermee hou je tijdens het roosteren precies bij hoe bruin je sneetjes kleuren.

▼ Volgende artikel
Zo bespaar je flink met groenten, fruit en kruiden uit eigen tuin*
© encierro - stock.adobe.com
Huis

Zo bespaar je flink met groenten, fruit en kruiden uit eigen tuin*

Groenten, fruit en kruiden uit eigen tuin kunnen een flinke besparing opleveren. Zeker als je kiest voor soorten die in de winkel duur zijn, weinig verzorging vragen en jaar na jaar opnieuw groeien. Je hoeft er geen groene vingers voor te hebben en ook geen grote tuin. In dit artikel lees je welke planten slim zijn om te kweken, hoe je begint en waar je op moet letten om zoveel mogelijk uit je oogst te halen.

* Of van je eigen balkon natuurlijk

In dit artikel lees je: • Waarom zelf kweken geld bespaartWelke groenten je makkelijk zelf kweekt, ook in pottenWelke fruitplanten jarenlang opbrengst gevenOf je beter kruiden kunt kopen of zelf zaaienWelke kruiden goed groeien in pottenWanneer je het beste kunt zaaien of plantenHoe je je oogst beschermt tegen slakken, rupsen en vogelsWaarom avocado's kweken in Nederland nauwelijks zin heeftHoe je eenvoudig begint, ook zonder moestuin

Lees ook: Ingemaakt! 4 manieren om zelf thuis voedsel te conserveren

Waarom zelf kweken loont

In de supermarkt kunnen verse bessen, kruiden en biologische groenten behoorlijk aantikken. Een klein bosje rozemarijn kost al snel meer dan een euro, terwijl een rozemarijnplantje je jarenlang voorziet als je 'm goed behandelt. Ook courgettes, cherrytomaatjes en paprika's zijn flink aan de prijs, terwijl je ze zelf makkelijk kweekt, zelfs in een pot.

Daarnaast scheelt het in verpakkingsmateriaal, voorkom je verspilling en smaakt alles verser dan vers. Zelfs op een balkon of klein terras kun je met een paar bakken al behoorlijk wat opbrengen.

Groenten: veel opbrengst, dus dat bespaart geld!

Voor deze groenten heb je weinig ruimte of moeite nodig, terwijl ze wel een goede opbrengst geven.

1. Courgette

Courgette groeit snel, vraagt weinig aandacht en geeft veel vruchten. Eén plant kan je wekenlang oogst opleveren. Toegegeven, in de zomermaanden zijn ze best betaalbaar in de winkel. Maar juist door de grote opbrengst kun je er makkelijk ook iemand anders blij mee maken en je kunt ze inmaken voor de winter.

  • Zaaien: april binnen, mei buiten

  • Zon: veel zon

  • Grond: luchtige, voedzame grond

  • Let op: geef genoeg water, vooral bij warm weer

  • Oogsten: juli t/m september; regelmatig plukken stimuleert nieuwe groei

2. Cherrytomaten

Perfect voor op het balkon. In pot of in de volle grond.

  • Zaaien: maart binnen, uitplanten in mei

  • Zon: volle zon, uit de wind

  • Grond: goed doorlatend en rijk aan voeding

  • Let op: bind ze op en haal regelmatig dieven (zijscheuten) weg

  • Oogsten: juli t/m september; regelmatig plukken stimuleert nieuwe groei

3. Prei

Prei is populair en veelzijdig. Je kunt het hele jaar door zaaien, afhankelijk van de soort (zomer- of winterprei).

  • Zaaien: februari tot juni

  • Zon: zon of halfschaduw

  • Grond: losse, voedzame grond

  • Let op: plant jonge prei diep, dat zorgt voor lange witte stelen

  • Oogsten: juli t/m september; regelmatig plukken stimuleert nieuwe groei

4. Paprika

Paprika's doen het goed in een pot op een zonnig balkon of in een kas. Ze vragen iets meer aandacht, maar zijn het waard.

  • Zaaien: februari binnen

  • Zon: veel zon, liefst beschut

  • Grond: voedselrijke potgrond

  • Let op: paprika's houden van warmte – een kas of warm hoekje helpt enorm

  • Oogsten: augustus t/m oktober; zodra paprika's volledig gekleurd zijn oogsten

5. Rucola

Korte groeicyclus, dus je kunt meerdere keren per seizoen zaaien.

  • Zaaien: maart tot september

  • Zon: liefst halfschaduw, anders wordt het snel bitter

  • Grond: normale tuingrond, niet te droog

  • Let op: jonge rucola is het lekkerst – wacht niet te lang met oogsten

  • Oogsten: mei tot oktober; al 4-6 weken na zaaien

©Brent Hofacker

Fruit: planten voor jarenlange opbrengst

Met fruitstruiken of -bomen leg je de basis voor een structurele besparing. Na het eerste jaar begint de oogst, en die wordt vaak elk jaar groter.

1. Blauwe bes

Duur in de winkel, maar als struik jarenlang opbrengst.

  • Planten: november tot maart

  • Zon: volle zon

  • Grond: zure grond (meng turf door de aarde)

  • Let op: geef bij droogte water met regenwater (geen kalkrijk kraanwater)

  • Oogsten: juli t/m september; vruchten regelmatig plukken als ze volledig blauw zijn

2. Framboos

Geeft snel oogst, kan ook in grote pot op balkon.

  • Planten: najaar of vroeg voorjaar

  • Zon: liefst veel zon

  • Grond: goed doorlatend, voedzaam

  • Let op: snoei oude takken na de oogst voor meer vruchtvorming

  • Oogsten: juni t/m oktober; afhankelijk van ras, pluk zodra rijp

3. Aardbeien

Makkelijk, ook in hangpotten.

  • Planten: maart of augustus

  • Zon: volle zon

  • Grond: luchtige aarde, niet te nat

  • Let op: verjong elk jaar door nieuwe stekken te planten

  • Oogsten: juni t/m september; direct oogsten zodra ze volledig rood zijn

4. Vijg (in pot)

Zelfs op een balkon kun je een vijgenboom houden.

  • Planten: voorjaar

  • Zon: volle zon, beschut plekje

  • Grond: voedzame, goed doorlatende grond

  • Let op: bescherm bij strenge vorst

  • Oogsten: augustus t/m oktober; vijgen oogsten als ze zacht en volledig gekleurd zijn

©Valery Sheiko | draw05 - stock.adobe.com

Kruiden: kopen of zaaien?


Kopen: sneller en makkelijker

Bij kruiden als rozemarijn, tijm, munt en bieslook is een plantje van het tuincentrum of zelfs de supermarkt vaak de handigste optie.

  • Je hebt direct een oogstbare plant

  • Je ziet meteen of de plant gezond is

  • Je bespaart tijd, want kiemen duurt bij sommige soorten weken

  • Vooral houtige kruiden (rozemarijn, tijm) groeien langzaam uit zaad

Belangrijk is wel dat je supermarktplantjes niet als wegwerpkruid gebruikt. Verpot ze in voedzame aarde, geef ze licht, en knip regelmatig bij. Zo gaan ze makkelijk maanden (soms jaren) mee.

Zaaien: zinvol bij snelle groeiers

Kruiden als basilicum, koriander, dille en peterselie kun je prima zaaien, vooral als je ze in grotere hoeveelheden gebruikt.

  • Goedkoop: één zakje zaad geeft veel planten

  • Leuk om te doen in de lente

  • Je kunt steeds nieuwe rondes opkweken

Maar ook hier geldt: zaaien vraagt aandacht. Je hebt een warme, lichte plek nodig en moet zorgen dat de kiemplantjes niet uitdrogen of omvallen.

Kruiden: altijd vers binnen handbereik

Verse kruiden zijn duur, terwijl een plantje vaak jarenlang meegaat. Deze soorten zijn eenvoudig in onderhoud en groeien goed in potten.

1. Rozemarijn

  • Zon: volle zon

  • Grond: droge, arme grond

  • Let op: geef weinig water, winterhard tot -10 °C, snoei regelmatig takjes om groei compact te houden

  • Oogsten: het hele jaar

2. Tijm

  • Zon: veel zon

  • Grond: doorlatend, kalkrijk

  • Let op: snoei regelmatig voor compacte groei, regelmatig toppen

  • Oogsten: hele jaar door

3. Munt

  • Zon: halfschaduw of zon

  • Grond: vochtig, niet te droog

  • Let op: woekert, dus altijd in pot houden

  • Oogsten: maart t/m november; jonge blaadjes smaken het beste

4. Bieslook

  • Zon: halfschaduw tot zon

  • Grond: voedzaam, vochtig

  • Let op: bloeit in zomer, maar dan kun je nog steeds de stengels oogsten

  • Oogsten: maart t/m oktober; knip regelmatig voor verse aanwas

©stockcreations

Wanneer zaaien of planten?

GewasBinnen zaaienBuiten zaaienPlantenOogsten vanaf
Courgetteaprilmeimeijuli–sept
Cherrytomaatmaartmeimeijuli–sept
Preifebruari–maartapril–juni-juli–dec
Paprikafebruari–maartmeimeijuli–sept
Rucola-maart–sept-april–okt
Blauwe bes--nov–maartjuli–aug
Framboos--okt–mrtjuni–aug
Aardbei--maart/augjuni–juli
Vijg--voorjaaraug–okt
Rozemarijn-maart–julimaart–meihet hele jaar
Tijm-maart–julimaart–meihet hele jaar
Munt-maart–julimaart–meihet hele jaar
Bieslook-maart–julimaart–meihet hele jaar
Basilicummaart–meimei–juli-juni–sept
Koriandermaart–aprilapril–juni-mei–aug
Dillemaart–aprilapril–juni-mei–aug
Peterseliefebruari–aprilmaart–juli-mei–okt

Wat te doen tegen slakken, rupsen en vogels?

Zodra het groen gaat groeien, ontdekken ook dieren je tuin. Met deze tips houd je de schade beperkt:

Slakken:

  • Leg koperen munten rond potten of bedden

  • Zet schuilplaatsen zoals omgekeerde bloempotten om ze weg te vangen

  • Kies planten die slakken minder lekker vinden (zoals rozemarijn of tijm)

  • Zet een schoteltje met bier neer

Rupsen:

  • Controleer planten regelmatig op eitjes (onder bladeren)

  • Plant afrikaantjes of dille tussen je groenten – die trekken natuurlijke vijanden aan

  • Gebruik fijnmazig net als je veel last hebt

Vogels:

  • Span vogelnetten over bessenstruiken

  • Hang oude cd's of glimmend lint op om ze af te schrikken

  • Zet een nep-roofvogel in de buurt van je fruit

©APISIT Wilaijit

Kun je zelf avocado's kweken? Hoewel avocado's duur zijn in de winkel, is het niet realistisch om ze zelf te kweken met het idee dat je er ooit van zult oogsten. Je kunt de pit laten kiemen – bijvoorbeeld in een glas water of direct in potgrond – en daar groeit met wat geduld een mooie plant uit. Maar een echte avocado-oogst? Die blijft in Nederland vrijwel altijd uit. De boom heeft jaren nodig om vrucht te dragen, meestal tussen de zeven en tien jaar, en stelt hoge eisen aan temperatuur en licht. Buiten overleeft hij onze winters niet. Zelfs in een kas is het lastig om genoeg warmte en luchtvochtigheid te bieden. Daarbij komt dat veel soorten alleen vruchten dragen als er een tweede, genetisch afwijkende boom in de buurt staat voor kruisbestuiving. Leuk dus als groene kamerplant, maar niet als serieuze manier om geld te besparen op avocado's.

Begin klein, groei vanzelf

Je hoeft niet meteen een hele moestuin aan te leggen. Begin met drie bakken op je balkon of een paar vaste planten in een zonnig hoekje. Kies soorten die je vaak gebruikt en die je veel geld schelen in de winkel. Na een eerste jaar weet je wat werkt en kun je stap voor stap uitbreiden.

 

Moestuinzaden?

Heel veel keus