ID.nl logo
Hoe algoritmes onze levens beheersen
© Reshift Digital
Huis

Hoe algoritmes onze levens beheersen

Aan algoritmes die allerlei zaken voor ons bepalen, valt in onze gedigitaliseerde wereld niet te ontkomen. Het bekendste voorbeeld zijn de algoritmes van Facebook, Google en YouTube, die bepalen wat wij te zien krijgen en welke aanbevelingen we krijgen. Ook de toeslagenaffaire ging mis op algoritmes. Hoe worden zaken voor ons bepaald? En kun je deze algoritmes ontduiken of temmen?

Als we Wikipedia erbij pakken voor de definitie van een algoritme, dan vertelt de encyclopedie ons: ‘Een algoritme is een recept om een wiskundig of informaticaprobleem op te lossen. Wiskundig geformuleerd is het een eindige reeks instructies die vanuit een gegeven begintoestand naar een beoogd doel leidt.’

Marit Hoefsloot, master student Philosophy of Science, Technology and Society bij UTwente en werkzaam bij het Future Lab Waag in Amsterdam weet het net even helderder uit te leggen: “Een algoritme is simpel gezegd een stappenplan. Hoewel je ook een recept al een algoritme kunt noemen, wordt het woord voornamelijk gebruikt voor stappenplannen voor het uitvoeren van wiskundige berekeningen.”

Wiskundige Hannah Fry noemt in haar boek ‘Algoritmes aan de macht’ vier functies van algoritmes: prioriteren, classificeren, associëren en filteren. Hoefsloot vult dit graag aan met een vijfde functie: identificeren. Hierbij noemt ze het praktijkvoorbeeld van gezichtsherkenning om je smartphone te ontgrendelen, waar bewegend beeldmateriaal vergeleken wordt met een opgeslagen plaatje van jouw gezicht, met het doel om je identiteit vast te stellen.

Een algoritme is simpel gezegd een stappenplan. Hoewel je ook een recept al een algoritme kunt noemen

-

Alledaagse algoritmes

Algoritmes komen natuurlijk veelvuldig voor in de digitale wereld en zitten ingebakken in de meest basale functies die we gebruiken. Hoefsloot geeft hierbij het voorbeeld van de zoekfunctie in pdf-documenten (classificeren): “Ik kan mijn leven nauwelijks voorstellen zonder zoekfuncties!”

De bekendste voorbeelden van manieren waarop we in aanraking komen met algoritmes in de digitale wereld, zijn de algoritmes van Facebook en Google. Het sociale netwerk gebruikt deze om een tijdlijn samen te stellen met inhoud die je maximaal prikkelt. Googles algoritmes bepalen (prioriteren) de zoekresultaten die op jou afgestemd zijn en YouTube-videosuggesties die jou moeten verleiden.

Deze algoritmes lijken een vrij onschuldig middel om een commercieel doel te verwezenlijken: jouw aandacht vasthouden om meer advertentie-inkomsten te werven en nóg meer data te verzamelen om de algoritmeformules te voeden. Toch kunnen de algoritmes minder onschuldige gevolgen hebben en zelfs samenleving ontwrichtende gevolgen hebben.

©PXimport

Algoritmes in de praktijk

Eigenlijk bij alles waar een computer aan te pas komt, komen algoritmes om de hoek kijken. Supermarktketen Albert Heijn kent persoonlijke aanbiedingen, die koopgedrag combineert met meerdere variabelen om je met op jouw gerichte voordeeltjes naar de winkel te lokken. Dating apps als Tinder gebruiken algoritmes die bepalen hoe vaak je profiel getoond wordt en aan wie. Zo’n bedrijf heeft er immers niks aan als je na één onbetaalde swipe de liefde van je leven tegenkomt. Ingewikkelder wordt het als we kijken naar zelfrijdende auto’s. Hier vertrouwen we op algoritmes die binnen een fractie van een seconde soms heftige ethische kwesties oplossen. Prioriteer je bij een mogelijke aanrijding inzittenden of voetgangers? Wijk je bij een onverwacht overstekende hond wel of niet uit richting de kat die op de stoep zit?

Toeslagenaffaire

Om een goed voorbeeld te noemen van de ingrijpende gevolgen waar zwaar leunen op algoritmes toe kunnen leiden, hoeven we niet alleen naar techgiganten te kijken.

De toeslagenaffaire, die leidde tot grote (financiële) problemen bij slachtoffers en de val van het kabinet-Rutte III, kwam voort uit algoritmes. Mensen werden onterecht gekort op hun toeslagen. De wiskundige formule waarmee het algoritme werd bepaald, woog verschillende factoren mee. Dubbele nationaliteit? Een specifieke etnische achtergrond? Het werd allemaal als risicofactor aangemerkt voor mogelijke fraude in het algoritme. Waren er te veel risicofactoren aangevinkt? Dan werden op basis daarvan mensen (vaak onterecht) gekort. Met alle gevolgen van dien.

Algoritmes bij Google-zoekresultaten

Je zou denken dat zoekmachines neutraal zijn en iedereen dezelfde zoekresultaten voorschotelen. Dat is bij Google absoluut niet het geval. Zoekresultaten worden beïnvloed op basis van verzamelde gegevens van Google. Niet alleen in de vorm van gepersonaliseerde zoekresultaten, die je overigens in de zoekinstellingen kunt uitschakelen, maar ook algemener. Afhankelijk van je locatie, zoals het land waar je je bevindt, worden zoekresultaten anders weergegeven. Bijvoorbeeld om de zoekresultaten van pagina’s in een gangbare taal weer te geven, maar ook voor lokaal gevoelige onderwerpen. De algoritmes die bepalen wat Google jou toont, zijn een groot geheim en geven Google enorm veel macht om te bepalen waar jij, of een hele bevolkingsgroep, mee geconfronteerd mag worden. In potentie kan hiermee publieke opinie worden beïnvloed, wat vanuit democratisch oogpunt onwenselijk is. Niet Google, maar Facebook – dat eveneens bepaalt wat jij te zien krijgt – is (en wordt) regelmatig misbruikt om publieke opinie en zelfs verkiezingen te manipuleren: het recente Cambridge Analytica-schandaal is hier een voorbeeld van.

©PXimport

Wiskundige discriminatie

Hoewel algoritmes niet de enige misstand waren die tot de toeslagenaffaire leidden, stelde Aleid Wolfsen, voorzitter van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP): “Het hele systeem was op een discriminerende manier ingericht en werd ook als zodanig gebruikt.”

Het algoritme werd hierbij aangewend om statistieken tot vooroordelen om te toveren. Als een soort cijfermatige onderbouwing om onrecht toe te passen. Zo benoemde de AP het voorbeeld dat Nederlanders met een dubbele nationaliteit tot eind 2018 strenger gecontroleerd werden als ze kinderopvangtoeslag aanvroegen dan andere Nederlanders. Die dubbele nationaliteit was een van de waarden waar het geautomatiseerde algoritme op aansloeg en bepaalde dat er extra controle nodig was. Volgens de AP was er hierdoor sprake van discriminatie op basis van nationaliteit.

Bij de toeslagenaffaire werd pijnlijk duidelijk dat de uitkomst van het stappenplan die we als algoritme bestempelen niet altijd een eerlijk resultaat is. Hoefsloot: “algoritmes zijn per definitie gebouwd op historische data, dus het is niet makkelijk om dit soort problemen te omzeilen.”

In deze kwestie lijkt het dus alsof algoritmes gebruikt zijn om onze vooroordelen te bevestigen. “Wat een optie zou zijn”, vervolgt Hoefsloot, “is het erkennen dat algoritmes dit soort vooroordelen kunnen hebben en dus niet per definitie ‘neutraal’ zijn. De resultaten uit de algoritmes moeten worden gezien als kansen en aanbevelingen en niet als de waarheid of als de enige optie. We moeten kritisch blijven op die aanbevelingen en die aanbevelingen ook leren negeren. De mensen die werken met dit soort algoritmes moeten onderwezen worden in de werking ervan en in het feit dat de resultaten enkel kansen en aanbevelingen zijn, en dat die aanbevelingen ook fout kunnen zijn. De beslissende kracht komt dan weer bij de mens te liggen en niet bij het algoritme. Het algoritme wordt enkel gebruikt om complexe berekeningen uit te voeren.”

©PXimport

Gebrek aan menselijke interventie

Hoefsloot vermoedt dat de negatieve bijdrage van algoritmes aan de toeslagenaffaire verklaard kan worden door blind vertrouwen: “Vermoedelijk hebben algoritmes een negatieve bijdrage geleverd aan de toeslagenaffaire omdat er wordt aangenomen dat algoritmes geen fouten kunnen maken. Maar het is en blijft belangrijk om kritisch te blijven op de uitkomsten van de algoritmes en die dubbel te checken. Een persoon moet verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het algoritme en moet in staat zijn om de werking en de uitkomsten van het algoritme te auditen. Het algoritme mag niet als de enige bron van waarheid worden gebruikt. Alleen op deze manier kunnen met algoritmes tijdsintensieve taken nog steeds goed geautomatiseerd worden, maar wordt de beslissende kracht weggenomen.”

Het schrijnende bij de toeslagenaffaire lijkt dat de algoritmes hun vooraf bepaalde werk naar behoren uitvoerde, maar menselijke interventie ontbrak. Ook dit is een patroon dat we bij de algoritmes maar al te vaak terugzien. Als het algoritme van Facebook of Instagram de plank misslaat en je ongepaste posts laat zien, dan gaan meldingen daarover vrijwel altijd door een geautomatiseerd proces. Er komt zeer zelden een menselijk oordeel aan te pas.

YouTube, waarbij de algoritmes je al snel op een spoor van misinformatie en complottheorieën zetten omdat mensen statistisch gezien hier sneller voor kiezen en langer blijven kijken, maakt het je ook onmogelijk een mens op de hoogte te brengen van misstanden. Wanneer een video veel dislikes krijgt, wordt hij minder snel getoond in de aanbevolen video’s of minder vaak automatisch afgespeeld. Wordt een video gerapporteerd als misleidend of op een andere manier ongepast, dan is het in de meeste gevallen ook een wiskundige formule die bepaalt wanneer een video op zwart gezet wordt.

Oneerlijke algoritmes

Helaas is de toeslagenaffaire niet het enige voorbeeld van hoe op overheidsniveau algoritmes oneerlijk zijn toegepast. Hoefsloot wijst op nog twee voorbeelden. Ten eerste het Compas-algoritme dat in de VS wordt gebruikt om recidive te voorspellen, en bevooroordeeld is ten aanzien van mensen met een zwarte huidskleur of van Latino-afkomst. Ook werd in de zomer van 2020 een algoritme in het VK gebruikt dat eindscores van middelbare scholieren moest voorspellen, omdat de scholieren vanwege de coronapandemie geen eindtentamens konden maken. Het algoritme baseerde de score op de historische data van zowel de scholieren zelf als de scholieren die in de afgelopen jaren op diezelfde school hadden gezeten. Maar aangezien scholen een afspiegeling zijn van een bepaalde wijk, en wijken vaak te maken hebben met segregatie, kregen uitmuntende scholieren uit lagere inkomenswijken erg lage scores. Hoefsloot: “Dit is ook een goed voorbeeld van hoe algoritmes diversiteit in de weg kunnen zitten. Dit soort algoritmes zijn alleen op zoek naar de mensen die het beste binnen het ideaalplaatje passen. Vaak worden kenmerken waarop mensen gediscrimineerd kunnen worden (zoals etniciteit, inkomen, geslacht), meegenomen in dat ideaalplaatje.”

Uitbesteden

Waarom er zo weinig mensenwerk aan te pas komt, laat zich raden. Geautomatiseerde processen zijn, vooral in een digitale wereld enorm efficiënt. Techreuzen als Google en Facebook moeten hun aandeelhouders tevreden houden. Het aanstellen van veel mankracht om inhoud te controleren, of tijdlijnen en zoekresultaten zonder algoritmes uit te voeren, doen de beurskoersen geen goed.

Daarbij is het ook belangrijk om in het achterhoofd te houden dat het advertentiebedrijven zijn. De algoritmes zorgen ervoor dat onze aandacht zo vaak mogelijk wordt getrokken en zo lang mogelijk wordt vastgehouden door advertenties en overige inhoud optimaal te personaliseren. De samenstelling van de content en het welzijn van de kijkers is daarbij van ondergeschikt belang.

Zijn algoritmes neutraal?

Ondanks dat we algoritmes omschrijven als een stappenplan, wiskundig of een formule, bestrijdt Hoefsloot dat het iets neutraals is. “Er kunnen waarden (goed of slecht) in algoritmes gebouwd worden. Wel is het belangrijk om te onthouden dat die waarden ook een essentieel deel zijn van de algoritmes. Je kunt geen stappenplan maken zonder beslissingen te maken over welke stappen goed en welke stappen fout zijn. Die beslissingen zijn gebaseerd op waarden.” Algoritmes zouden alleen een neutrale en eerlijke rol kunnen spelen als ze slechts ingezet worden voor complexe berekeningen, waarbij het eindresultaat gebruikt wordt als advies en niet als beslissing. Hoefsloot: “Algoritmes kunnen op verschillende manieren bevooroordeeld zijn. Een voorbeeld daarvan is de training data bias. Algoritmes worden getraind op training data. Als die training data geen representatieve afspiegeling zijn van de maatschappij, dan kan het algoritme bijvoorbeeld beter worden in het herkennen van mensen met een bepaalde huidskleur. In het geval van de gezichtsherkenning zijn die algoritmes bijvoorbeeld getraind met foto’s van voornamelijk witte mannen en in iets mindere mate witte vrouwen. Vandaar dat het algoritme beter is in het herkennen van witte mannen, en veel minder goed in het herkennen van mensen met een andere huidskleur of geslacht.”

Dystopische algoritmes

De eerder genoemde voorbeelden van de toeslagenaffaire, gestuurde zoekresultaten en social media zijn algoritmes die ons dagelijks leven beïnvloeden. Maar het kan nog veel verder gaan, zoals het dystopische sociaal kredietsysteem waar China aan werkt. Hierbij krijgt iedere burger een score op basis van gedrag, en die score bepaalt of je mag reizen, geld mag lenen bij een bank of zelfs waar je mag wonen. Deze score wordt bepaald door algoritmes gebaseerd op arbitraire waardes en geautomatiseerde systemen, die bijvoorbeeld op basis van gezichtsherkenning jou een boete (en een negatieve aantekening) geven wanneer je door een rood stoplicht wandelt. Het geeft aan hoe algoritmes kunnen ingrijpen op de samenleving als ethische waarden volledig uit de code verdwijnen.

Tevens is er een megalomane technische infrastructuur voor nodig, waar China hard aan werkt. Hierbij kwam Huawei eind 2019 nog in een negatief daglicht te staan, omdat het voor de Chinese overheid een algoritme ontwikkelde voor straatcamera’s die Oeigoeren uit mensenmassa’s kan pikken. Bij herkenning worden overheden onmiddellijk op de hoogte gesteld van zijn of haar aanwezigheid. Zo lijkt in het geval van China dat algoritmes zelfs aan de basis staan van mensenrechtenschendingen, en wellicht (deels) bijdragen aan wat sommige landen al bestempelen als de Oeigoerse genocide.

Geen ontkomen aan

Het voorbeeld van China laat een extreme kant zien van het gebruik van algoritmes, maar ook ons dagelijks leven wordt er dus door beïnvloed. Hoe kun je je er tegen wapenen? Hoe krijg je een internet en dienstverlening die zo neutraal mogelijk ingericht is?

Het antwoord is tamelijk deprimerend. Je kunt zoekdiensten als StartPage en DuckDuckGo gebruiken, die wat gebruikersvriendelijkere algoritmes lijken te gebruiken, maar als zoekmachine nog altijd tekortschieten. En hoe het zit met de zoektechnologie van deze alternatieven die jouw resultaten weergeeft? Dat blijft gissen.

De enige manier om onder de dubieuze algoritmes van Facebook, Instagram en YouTube uit te komen is door de diensten links te laten liggen. Onder een overheid uitkomen die algoritmes oneerlijk toepast? Dat is misschien wel een nóg onrealistischere uitdaging.

De verantwoordelijkheid ligt bij de programmeurs en eigenaren (bedrijven en overheden) achter de algoritmes. Als mensen eindverantwoordelijk worden gemaakt voor de uitkomst van de stappenplannen en algoritmes worden getraind op een representatieve afspiegeling van de maatschappij, kunnen eerste stappen gezet worden.

Hoefsloot vult concluderend aan: “Daarnaast is het belangrijk dat de subjecten van de algoritmes zich ervan bewust zijn dat er een beslissing over hen wordt genomen op basis van een algoritme en moeten die beslissingen uitgelegd kunnen worden. De subjecten moeten het systeem kunnen aanvechten, net als bij een menselijke beslissing.”

©PXimport

Meer over algoritmes

Wil je meer te weten komen over hoe algoritmes ons leven beïnvloeden? Netflix biedt de documentaire ‘Coded Bias’ aan, die naast het blootleggen van gebreken in gezichtsherkenning op basis van huidskleur en ras, meer misstanden aan de kaak stelt. De serie Black Mirror (aflevering ‘Nosedive’) laat zien hoe een sociaal kredietsysteem in de Westerse wereld er mogelijk uit zou zien. Het boek Algoritmes aan de macht (Hannah Fry) legt de uitdagingen van een geautomatiseerd bestaan bloot. Tevens raadt Hoefsloot de boeken ‘Weapons of Math Destruction’ van Cathy O’ Neil en ‘Het internet is stuk’ van Marleen Stikker (internetpionier en tevens oprichter van Waag) aan.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review Philips Hue Bridge Pro: dé bridge voor de toekomst
© Rens Blom
Zekerheid & gemak

Review Philips Hue Bridge Pro: dé bridge voor de toekomst

De Philips Hue Bridge Pro volgt de tien jaar oude Bridge op en doet dat met verve. Het apparaat biedt nieuwe functies en is toekomstbestendig, wat hem boeiend maakt voor bestaande én nieuwe Philips Hue-gebruikers. In deze review leggen we je uit waarom.

Fantastisch
Conclusie

De Philips Hue Bridge Pro is naar onze mening dé bridge om te kopen als je start met Philips Hue. Heb je nu de normale Bridge, dan biedt de Pro-versie zo veel verbeteringen dat wij het (op termijn) upgraden de eenmalige investering waard vinden.

Plus- en minpunten
  • Werkt via wifi en ethernet
  • Veel krachtiger en dus toekomstbestendiger
  • Kan veel meer lampen, accessoires en lampen aansturen
  • Migreren vanaf reguliere Bridge is zo gepiept
  • Eenmalige meerprijs t.o.v. normale Bridge

Als je thuis slimme verlichting van Philips Hue hebt, is de kans groot dat je gebruikmaakt van de witte Hue Bridge. Dit kleine kastje verbindt met je lampen en bijbehorende accessoires en stelt je in staat om de verlichting ook te bedienen als het internet even is uitgevallen. Na een decennium is er nu een Bridge Pro, goed te herkennen aan zijn zwarte ontwerp. De Bridge Pro kost 90 euro, waar de reguliere Bridge (versie 2.1) circa 50 euro kost. Ja, dat is een relatief forse meerprijs, maar als je het systeem tien jaar wilt gebruiken juist weer een kleine extra investering.

©Rens Blom

De oude, witte bridge naast de nieuwe Bridge Pro.

Veel meer lampen

De Bridge Pro biedt belangrijke voordelen ten opzichte van de normale Bridge, zowel voor bestaande als nieuwe gebruikers. Zo kun je hem nog steeds via ethernet gebruiken, maar is dat niet verplicht. Er is namelijk ook - nieuw - wifi-ondersteuning. De voeding is bovendien geen specifieke stroomkabel meer, maar een usb-c-kabel. Die kun je eenvoudiger vervangen.

©Rens Blom

De belangrijkste vernieuwing? Een compleet nieuwe processor, meer werkgeheugen en meer opslagcapaciteit, waardoor de Hue Bridge Pro veel krachtiger is dan zijn voorganger. Dat is geen mooie marketingpraat, maar goed zichtbaar aan het totaal aantal gadgets dat de bridge kan aansturen. Bij de reguliere Bridge zijn dat 50 lampen en 12 accessoires (zoals draadloze afstandsbedieningen), waar de Bridge Pro 150 lampen en 50 accessoires ondersteunt. Heb je een huis (en misschien ook tuin) vol Hue-producten, dan loop je bij de normale Bridge waarschijnlijk (snel) tegen de limieten aan. Bij de Bridge Pro moet je daar echt je best voor doen.

Je kunt met de Bridge Pro ook veel meer scènes (500) opslaan in de Hue-app dan met de normale Bridge (200), wat voor sommigen handig zal zijn. De Bridge Pro biedt ook nieuwe optionele foefjes, zoals je lampen inzetten als bewegingssensoren om je te attenderen bij beweging in bepaalde kamers. Ook is de Bridge Pro standaard geschikt voor Matter, het nieuwe smarthomeprotocol waar veel merken ondersteuning voor bieden.

©Rens Blom

Overzetten is zo gebeurd

Van oude technologie naar nieuwe technologie overstappen kan soms frustrerend zijn, maar dat geldt zeker niet wanneer je de Bridge verruilt voor de Bridge Pro. De stappen in de Philips Hue-app zijn duidelijk en wij waren binnen tien minuten klaar, waarna de app op de achtergrond veertig minuten nodig had voor de echte migratie.

Al onze instellingen zijn behouden, de accessoires en lampen zijn overgezet en de reguliere Bridge mag na tien jaar met pensioen. Begin je pas met Philips Hue, dan stel je de Bridge Pro vanzelfsprekend in als je eerste bridge. Ook dat is een fluitje van een cent.

©Rens Blom

Conclusie: Philips Hue Bridge Pro kopen?

De Philips Hue Bridge Pro is naar onze mening dé bridge om te kopen als je start met Philips Hue. Heb je nu de normale Bridge, dan biedt de Pro-versie zo veel verbeteringen dat wij het (op termijn) upgraden de eenmalige investering waard vinden.

▼ Volgende artikel
Technische toolkits voor computerproblemen: dit heb je nodig
© fizkes - stock.adobe.com
Huis

Technische toolkits voor computerproblemen: dit heb je nodig

Een computer laat het vaak afweten op het slechtste moment. Of het nu gaat om een zwart scherm, geen internetverbinding of verdwenen bestanden: wie goed voorbereid is, bespaart tijd en ergernis. In dit artikel lees je welke hardware- en softwaretools je het best vooraf klaarzet, voor jezelf of om anderen te helpen – desnoods vanaf afstand.

Wat gaan we doen?

In dit artikel lossen we geen concrete problemen op, maar helpen je goed voor te bereiden op allerlei mogelijke computer­storingen. We leggen uit welke tools je het best altijd in je EHBO-kistje houdt, van hardwaretools tot handige softwareprogramma’s.

Tip 1 - Gerichte aanpak

Een computer en zeker een (thuis)netwerk vormen een complex geheel van componenten, waardoor het lastig kan zijn om snel de juiste oorzaak van een probleem te achterhalen en het op te lossen. Het kan aan hardware liggen (zoals een defecte adapter of slechte kabel), maar ook aan software (zoals een configuratiefout, malware of een incompatibel stuurprogramma). Het is dus verstandig om op zowat alles voorbereid te zijn. Dit vraagt niet alleen kennis en ervaring, maar ook een doordachte aanpak.

Begin met een gerichte observatie van fout­meldingen of gedrag, en voer dan systematisch tests uit. Start bij de eenvoudigste oorzaken, zoals herstarten of bekabeling. Sluit stapsgewijs andere mogelijke oorzaken uit. Noteer wat je test en welk resultaat je krijgt. Bij netwerkproblemen werk je het best van buiten naar binnen: controleer eerst randapparatuur en verbindingen, daarna besturingssysteeminstellingen, en tot slot software of hardware.

Daarvoor heb je natuurlijk ook het juiste ­materiaal nodig, en dat is nu net onze focus. We bekijken eerst welke hardwaretools nuttig zijn, zowel vrij eenvoudige gereedschappen als meer geavanceerde tools. Je kiest uiteraard zelf hoe ver je hierin wilt gaan. Daarna bespreken we handige softwaretools voor diagnose, herstel en reparatie, gebundeld op een multibootstick. Tot slot bekijken we nog enkele opties voor hulp op afstand.

©Angela - stock.adobe.com

Netwerkproblemen? Het kan ook zo simpel zijn als een kapotte netwerkkabel.

Tip 2 - Basisgereedschap

We starten met het basisgereedschap. Kleine dingen die je weleens over het hoofd kunt zien, maar die soms goed van pas komen! We denken bijvoorbeeld aan plakband of ducttape (bijvoorbeeld voor het (tijdelijke) herstel van een gescheurde kabel) en labeltape of markeerstickers om bepaalde (te verplaatsen) onderdelen duidelijk te identificeren. Enkele fijne permanente kleurmarkers kunnen hiervoor ook nuttig zijn. Zorg ook dat je een pincet of fijn tangetje bij de hand hebt, evenals een usb-lampje of een mini-zaklamp (eventueel gebruik je de led van je smartphone). Schroevendraaiers mogen uiteraard evenmin ontbreken: zowel kruiskopschroevendraaiers (Phillips PH0, PH1, PH2), als sleufschroevendraaiers, als torx-modellen (vooral T5 tot T10). Eventueel stop je er ook een paar drie- en zeskantige schroevendraaiers bij, evenals pentalobe-modellen (zoals voor Apple-laptops). Het is wel zo makkelijk als je schroevendraaiers magnetisch zijn om kleine schroefjes (in de systeemkast) niet te verliezen. Let wel op dat je hiermee geen elektronische onderdelen aanraakt. Een handige allround-oplossing is een precisie-schroevendraaierset met magnetische houder en verwisselbare bits.

Voor het schoonhouden van je apparatuur heb je ook altijd een spuitbus met perslucht in de buurt, evenals een luchtblazer (rubberen balgpompje), enkele watten- of schuimstaafjes en een paar micro­vezeldoekjes. Voor het reinigen van contactpunten, sockets, toetsenborden en behuizingen is een goed afsluitbare fles isopropyl-alcohol handig (liefst minimaal 99,9 procent). Zorg ook voor een anti­statische polsband of mat om elektrostatische schade te voorkomen. Denk verder ook aan een usb-stick, usb-hub (met eigen voeding) en een paar netwerk-patchkabels (bij voorkeur CAT 6). Bij elkaar kost dit hele setje basisgereedschap zo’n 160 euro.

©Nikolay - stock.adobe.com

Met een precisieset met verwisselbare bits kun je al je apparatuur openmaken.

Tip 3 - Extra gereedschap

Kant-en-klare netwerkkabels hebben onze voorkeur, maar soms is een zelfgemaakte kabel op maat handiger. Daarvoor heb je een krimptang nodig en wat handigheid om de connector goed te plaatsen. Op YouTube vind je genoeg instructievideo’s; na enige oefening lukt dat vlot. Zorg ook voor een RJ45-netwerktester. Er bestaan complete netwerksets met krimptang, stripper en tester.

Stop een paar lithium-knoopcellen (CR2032) in je kit, want het CMOS-geheugen van veel computers krijgt stroom van zo’n batterij en die dien je na enkele jaren te vervangen. Een batterijtester die ook geschikt is voor knoopcellen, is ook altijd handig (circa 10 euro). Voor het uitlezen van SD-kaarten gebruik je het liefst een externe SD-kaartlezer. Om problemen met draadloze muizen of toetsenborden te vermijden, zijn een usb-muis en -toetsenbord ­nuttig (samen vanaf zo’n 20 euro).

Ook enkele typische adapters zijn onmisbaar. Denk aan een usb-naar-wifi-adapter, usb-naar-ethernet-adapter (voor als de interne netwerkpoort niet werkt), usb-naar-SATA-adapter (om een interne schijf via usb op je eigen pc aan te sluiten), en een usb-c-multi-adapter. De geschatte totaalprijs van de spullen uit deze tip is zo’n 190 euro.

©kvladimirv - stock.adobe.com

Een netwerk­set, met onder meer een krimptang, netwerk­tester en kabelstripper.

Tip 4 - Voor de echte techneut

Ben je intussen de vaste computerreparateur geworden voor buren, kennissen en familie, dan is het misschien tijd om je reparatiekit verder te professionaliseren. Een psu-tester en een multimeter horen daar zeker bij. Met een psu-tester controleer je eenvoudig een pc-voeding (Power Supply Unit): sluit de ATX-stekker (van de desktop) en eventueel andere connectors (als cpu of PCIe) aan, waarna je per lijn de spanning uitleest (zoals 3,3V, 5V, 12V en andere). Een multimeter is veelzijdiger: je meet er spanning, stroom en weerstand mee (categorie 2 is geschikt tot 230V). Zo’n apparaat vergt wel enige ervaring, maar YouTube-video’s helpen je vast op weg.

Een (snelle) externe usb-ssd van bijvoorbeeld 2 TB komt ook van pas, bijvoorbeeld voor systeemback-ups. Bij schermproblemen is een klein reservescherm met voldoende resolutie (én HDMI en usb-c-aansluitingen) handig. Zorg eveneens voor een tubetje thermische pasta, voor als je cpu-koelers moet (ver)plaatsen of bij oververhittingsproblemen.

Eventueel kun je een diagnostische POST-kaart (Power-On Self Test) toevoegen, die je via PCIe (x1) op een (desktop)computer aansluit. Bij het opstarten voert het UEFI/BIOS een POST-routine uit, waarbij het systeem per stap een hex-code via de systeembus doorstuurt. Zo’n kaart vangt deze codes op en toont ze op een leddisplay. De betekenis lees je af in een POST-tabel (online of in de onderhoudshandleiding), zodat je gericht kunt testen. Eenvoudige modellen vind je al vanaf zo’n 10 euro. De geschatte totaalprijs van deze spullen is zo’n 280 euro.

©Mr.Norasit Kaewsai

Een multimeter is veelzijdig en hoeft niet zo duur te zijn.

Tip 5 - Programma's verzamelen

Je EHBO-kit is inmiddels goed gevuld met tools voor hardwareproblemen. Maar wat als de oorzaak bij software ligt? Zulke fouten los je doorgaans software­matig op, dus verzamel je het best vooraf alvast de meest geschikte programma’s voor diagnose en herstel. Deze tools kunnen sterk variëren, want ook de oorzaken van problemen verschillen. Denk aan corrupte drivers of systeembestanden, foutgelopen updates, conflicterende software, malware, ­verkeerde configuraties en beschadigde opstartitems. Je hebt dus tools nodig die malware kunnen opsporen en verwijderen, bootstructuren (tot op sectorniveau) kunnen controleren en herstellen, schijven kunnen herpartitioneren, data kunnen redden van nukkige systemen, wachtwoorden kunnen achterhalen of wissen en meer.

Daarnaast moet je de juiste manier vinden om de software te starten. Soms lukt dat via een koppeling van de interne schijf van het defecte systeem aan je eigen computer. In de praktijk werkt het meestal handiger als je de EHBO-software rechtstreeks op het probleemtoestel kunt draaien. Als een ­normale start niet lukt, zelfs niet in de veilige modus (Windows), biedt een bootstick uitkomst. Dit is een opstartbare usb-stick met een eigen besturingssysteem, zoals Windows of Linux. Idealiter kies je voor een multibootstick, met meerdere systemen of tools, zodat je vlot de meest geschikte diagnose- of herstelomgeving kunt selecteren. We behandelen in dit artikel twee uitstekende, gratis oplossingen.

Een ‘blue screen of death’: Windows in paniek, maar wat is de oorzaak? Overigens gaat Microsoft dit scherm na 40 jaar wijzigen: het wordt zwart met kortere teksten.

Tip 6 - YUMI-stick maken

YUMI (Your Universal Multiboot Installer) is een tool waarmee je zo’n multibootstick kunt maken. Deze tool is handig omdat je uit tal van besturingssystemen kunt kiezen, zonder die zelf te hoeven zoeken. Surf naar www.kwikr.nl/yumi, scrol tot bij YUMI exFAT Download en klik op Download YUMI. Dubbelklik op het gedownloade exe-bestand om de portable tool te starten. Klik op I Agree en plaats een (lege) usb-stick in je pc, bij voorkeur 3.x en met voldoende ruimte voor alle gewenste distributies. Klik indien nodig op Redetect Disks als het station niet zichtbaar is bij Step 1: You Chose. Selecteer de juiste stick en klik op Prepare this Device, zodat de stick correct geformatteerd wordt. Bevestig met Ja als je zeker weet dat de stick geen belangrijke gegevens bevat. Na afloop verschijnt een exFAT-partitie in Verkenner met de naam YUMI. Voor wie technisch geïnteresseerd is: via Schijfbeheer zie je ook een kleine FAT-partitie (VTOYEFI). Dit is de EFI-systeempartitie, maar daar hoef je je verder niet om te bekommeren.

Bij Step 2: Select a Distribution […] kies je vervolgens de gewenste distributie. Er zijn er meer dan 100, vooral Linux-distributies, maar ook systemen als back-uptools, partitiebeheerders, wachtwoordkrakers, geheugentesters, penetratietesters en allround-troubleshooters zoals Ultimate Boot cd, SystemRescue (Linux) en Hiren’s BootCD PE (Windows). Op enkele hiervan komen we straks nog even terug.

Met YUMI maak je eenvoudig een multibootstick.

Tip 7 - YUMI-distributies

Selecteer de eerste gewenste distributie. De verwijzing naar het bijbehorende schijfkopiebestand kleurt oranje als YUMI dit in de YUMI-map detecteert, althans wanneer je het daar zelf al had geplaatst. Kleurt dit rood, dan kun je via Browse naar de juiste downloadmap navigeren. Staat het bestand nog niet op je schijf, klik dan op Download link om het te downloaden. Of klik op Visit the […] site om het zelf binnen te halen van de site van de producent. Bij sommige distributies, zoals Ubuntu, verschijnt een extra optie (Step 4) waarmee je optioneel opslagruimte reserveert voor persistente wijzigingen. Zodra de juiste distributie is geladen bij Step 3, klik je op Create en bevestig je met Ja. De voortgang volg je in het logvenster. Na afloop klik je op Next en op Ja om extra distributies toe te voegen aan het YUMI-bootmenu, op dezelfde manier als daarnet. Dat kan ook later nog, zolang je YUMI opnieuw start zonder de stick opnieuw te formatteren.

Wil je een toegevoegde distributie verwijderen, plaats dan een vinkje bij View or Remove Installed Distros, selecteer het ongewenste systeem en klik op Remove.

Na de ‘installatie’ van een distributie kun je gerust een ­volgende op de stick kwijt.

Tip 8 - Ventoy

Lukt het om een of andere reden niet met YUMI of wil je liever een andere tool gebruiken, dan is Ventoy een prima alternatief. Download de recentste versie van het portable programma via www.kwikr.nl/ventoy. Pak het zip-bestand uit en start de tool. In het Language-menu kies je eventueel voor Dutch (Nederlands).

Plug een geschikte (lege) usb-stick in en dubbelklik op het bestand Ventoy2Disk.exe. Klik op de ronde pijlknop zodat Ventoy de stick correct herkent. Open nu eerst even het menu Opties. Bij Partitietabel staat standaard MBR geselecteerd. In de meeste gevallen is dat de beste optie, tenzij je zeker weet dat je de stick enkel op moderne UEFI-systemen gebruikt; in dat geval kun je GPT selecteren. Laat ook de optie voor Secure Boot aangevinkt, behalve als je weet dat je de stick enkel op oudere systemen zonder secure boot gebruikt of bereid bent secure boot tijdelijk uit te schakelen (zonder de UEFI-bootmodus te wijzigen). In dit menu vind je ook de optie Ventoy verwijderen: hiermee maak je de stick leeg en verwijder je de partities als je dit wenst.

Check eerst nog even enkele opties in Ventoy.

Tip 9 - Distributies plaatsen

Er rest nu nog maar één stap. Klik op Installeren (Bijwerken is bedoeld voor een update naar een recentere Ventoy-versie) en bevestig dit tweemaal met Ja. Alle data op de stick worden gewist en, net als bij YUMI, verschijnen er twee partities: een grote VENTOY-datapartitie en een kleine VTOYEFI-systeempartitie. Het hele proces duurt slechts enkele seconden.

Daarna mag je Ventoy sluiten: je stick is nu klaar om de eerste distributies te ontvangen. Dat klinkt misschien ingewikkeld, maar eigenlijk is het heel eenvoudig. Je hoeft enkel het schijfkopiebestand (meestal een iso-bestand) van een distributie naar de VENTOY-partitie te kopiëren, desgewenst in aparte mappen (zoals \allround, \antivirus, \backup, \dataherstel, \partitiebeheer enzovoort). Dit kan gewoon via Verkenner. Dit geldt trouwens ook voor een YUMI-stick, aangezien die onderliggend gebruikmaakt van Ventoy-technologie. In het tekstkader ‘Onmisbare reddingstools’ vermelden we enkele uitstekende tools, inclusief hun downloadlocaties.

Distributies op Ventoy: niet moeilijker dan de iso-bestanden naar de VENTOY-partitie kopiëren.

Tip 10 - Bootstick opstarten

Het is nu de bedoeling dat je je multibootstick opstart op een (problematisch) systeem. Daarbij maakt het weinig uit of je een YUMI- of een Ventoy-stick gebruikt. Tijdens het opstarten druk je enkele keren op een sneltoets, zoals ESC, F8 of F12, om het opstartmenu te openen. Op oudere toestellen moet je mogelijk eerst het BIOS-setupmenu oproepen via een sneltoets en daar bij Boot order (priority) de usb-stick als eerste opstartmedium instellen.

Gaat het om een moderner UEFI-systeem, dan staat secure boot waarschijnlijk ingeschakeld, wat kan verhinderen dat je bootstick opstart. Voor een YUMI-stick moet je deze functie wellicht eerst tijdelijk uitschakelen om te kunnen opstarten. Een Ventoy-stick start meestal wél op als je eerder de optie Secure Boot had aangevinkt (zie tip 8). In dit geval moet je bij de allereerste opstart wel nog een korte procedure doorlopen, zoals beschreven op www.kwikr.nl/vensec. Je kunt eventueel ook hier eerst secure boot tijdelijk uitschakelen.

Het startmenu van je bootstick verschijnt nu. Laten we Ventoy als voorbeeld nemen. Je ziet hier alle toegevoegde distributies als menu-opties. Met F3 kun je ook overschakelen naar een mapweergave, waarbij je eerst een map opent (zoals \allround, \antivirus enzovoort) en daarna de gewenste distributie start. Zo start je vanaf één stick moeiteloos allerlei distributies en tools, en kun je meteen gericht troubleshooten.

Een geheugen­test vanaf de bootstick (Memtest86+ vanuit Avira Rescue systeem).

Onmisbare reddingstools

Dé ideale troubleshooting-toolkit bestaat misschien niet, maar met de volgende aanbevelingen kom je wel dicht in de buurt. Het handige is dat je ze met YUMI of Ventoy gewoon samen op één bootstick zet. Keuzestress is dus overbodig.

GParted Live: grafische partitiebeheerder om te schalen, formatteren of herstellen.

Puppy Linux (bijvoorbeeld Ubuntu-editie): lichte Linux-distributie voor toegang tot systemen met beperkte hardware, zoals oudere pc’s.

Norton Bootable Recovery Tool, Avira Rescue System of een soortgelijke oplossing: opstartbare antivirus voor het opschonen van zwaar geïnfecteerde systemen.

CloneZilla Live: tekstgebaseerde tool voor disk-imaging en klonen van schijven voor back-ups en migratie.

MemTest86+: platformonafhankelijke geheugentest om RAM-problemen op te sporen.

SystemRescue: Linux-gebaseerde omgeving met uiteenlopende tools voor systeemherstel, partitiebeheer, dataherstel en netwerkdiagnose.

Hiren’s BootCD PE: tal van populaire troubleshootingtools in een vertrouwde Windows-desktopomgeving op basis van Windows 10 PE.

Tip 11 - Extra tools

De kans is groot dat je met de applicaties uit de kadertekst ‘Onmisbare reddingstools’ al vrijwel alle nodige tools hebt. Toch kun je gaandeweg nog programma’s ontdekken die je graag aan je bootstick toevoegt. Dat werkt zowel op een YUMI- als op een Ventoy-stick heel eenvoudig.

Op www.portableapps.com/apps kun je alvast terecht voor meer dan 1100 apps, waaronder zo’n 160 uiteenlopende hulpprogramma’s. Download het .paf.exe-bestand van de gewenste tool en voer dit uit in een tijdelijke map op je eigen systeem. Kopieer daarna de uitgepakte bestanden naar een aparte submap op je bootstick, bijvoorbeeld in \tools\<naam\_app>.

Daarna open je binnen een opgestarte distributie (zoals de Windows Verkenner in Hiren’s BootCD PE: zie tekstkader ‘Onmisbare reddingstools’) gewoon deze map en start je de portable exe-app van daaruit. Zo stem je je bootstick volledig af op je eigen voorkeuren en behoeften (zie ook tekstkader ‘AIO-pakketten’).

Je kunt bijvoorbeeld vanuit de verkenner in Hiren’s BootCD PE alle gewenste portable apps opstarten.

AIO-pakketten

We vestigen graag de aandacht op twee all-in-onepakketten; beide waardevolle aanvullingen op de tools uit het kader ‘Onmisbare reddingstools’.

Het eerste is The PortableApps.com Platform: een grafisch menu waarmee je selectief honderden portable apps kunt installeren (lees: uitpakken) op je bootstick. Download het bijbehorende .paf.exe-bestand (www.portableapps.com/download) en start het op je systeem. Kies Nieuwe installatie / Portable en verwijs naar je ingeplugde bootstick. Bevestig met Installeren. Start daarna Start.exe op de stick: er verschijnt een menu. Klik op Apps / Meer apps / Op categorie. Scrol bijvoorbeeld tot bij Hulpprogramma’s en vink alle gewenste tools aan. Klik op Installeren om ze aan je stick toe te voegen. Binnen een actieve distributie op je stick start je Start.exe op en navigeer je door het PortableApps-menu.

Een heel ander AIO-platform is Medicat usb (www.medicatusb.com). Deze toolkit bevat verschillende besturingssystemen, waaronder Linux-partities en een WinPE-versie met tientallen handige portable apps. Op de site vind je ook een link naar een post op het forum GBAtemp waar je instructies vindt om de talrijke bestanden (circa 26 GB) op je bootstick te krijgen. Het hele proces duurt even, maar je hebt dan ook een uiterst krachtige toolkit voor diagnose en herstel.

Tip 12 - Quick Assist

Tot nu toe gingen we ervan uit dat je als troubleshooter fysiek aanwezig bent om het probleem op te lossen. Maar er zal vast weleens iemand vanaf afstand je hulp inroepen. We veronderstellen dan wel dat die persoon zijn systeem nog kan opstarten, eventueel in de veilige modus, en zo een tool voor afstandsbeheer kan openen.

Eerst stellen we kort een app voor die standaard met Windows wordt meegeleverd: Quick Assist. Begin aan de helperszijde door de app te starten, klik op Iemand helpen en meld je aan met je Microsoft-account. Noteer de beveiligingscode en geeft die door aan de hulpvrager, bijvoorbeeld via telefoon of bericht. Deze persoon start daarna ook Quick Assist en vult de beveiligingscode in bij Beveiligingscode van assistent. Na een klik op Verzenden verschijnt een bevestigingsvraag: hij plaatst een vinkje en klikt op Toestaan. Zijn bureaublad zou nu zichtbaar moeten zijn in een schaalbaar venster op jouw systeem.

Om het systeem over te nemen klik je bovenaan op Besturing aanvragen. Na een bevestiging van de hulpvrager via Toestaan krijg je toegang tot zijn pc. Boven in het venster vind je knoppen als Laserpointer, Aantekening en Chat (voor communicatie via een apart venster). Als er meerdere schermen zijn aangesloten, kun je via Scherm selecteren het gewenste scherm kiezen. Je kunt de overname stopzetten met Stop best. of Besturing annuleren, en met Verlaten sluit je de sessie volledig af.

Quick Assist: afstandsovername en chatgesprek in volle gang.

Tip 13 - AnyDesk

Quick Assist werkt uitsluitend op Windows, maar er bestaan ook tools als AnyDesk die meerdere platformen ondersteunen, waaronder Windows, macOS en mobiele systemen (www.anydesk.com; gratis voor persoonlijk gebruik). Hier gaan we uit van de Windows-versie.

Start de app op, zowel aan jouw kant als aan die van de hulpvrager. Vraag hem vervolgens via telefoon of bericht om de identificatiecode van zijn werkplek: dit is een 10-cijferige code bovenaan in het venster. Vul deze code in op je eigen app, bij Voer remote adres in. Druk op Enter en geef je firewall desgevraagd toestemming.

De hulpvrager klikt nu op de knop Accepteren met het schildicoon om een sessie met beheerrechten toe te staan. Even later verschijnt zijn bureaublad op jouw scherm en kun je zijn pc op afstand bedienen.

AnyDesk biedt meer opties dan Quick Assist. Zo is er een chatfunctie, een schermopnamefunctie, een whiteboard en een handige datatransferfunctie om snel bestanden tussen beide systemen te verplaatsen. Je kunt de schermweergave aanpassen en via de knop Acties bijvoorbeeld een screenshot maken of de toegangsrichting omkeren. Uiteraard kunnen ook hier beide partijen de verbinding op elk moment stopzetten.

AnyDesk: een gebruiksvriendelijke en flexibele tool voor afstandsbeheer.