ID.nl logo
Huis

DDNS instellen voor thuisnetwerk-toegang van buitenaf

Als lezer van PCM is de kans groot dat je een of meer servertoepassingen in je thuisnetwerk hebt draaien. Deze diensten wil je niet alleen vanuit je eigen netwerk kunnen benaderen, maar ook wanneer je niet thuis bent, via internet. Dat kan met Dynamic DNS. DDNS instellen doe je als volgt.

Stel, je hebt een of andere server draaien op een toestel dat anders toch maar werkloos in de kast staat. Als je alles goed voor elkaar hebt, laat die server zich probleemloos vanuit je eigen netwerk aanroepen via een lokaal ip-adres als 192.168.0.50, 10.0.1.100 of 172.16.2.150. Kortom, een ip-adres binnen een bereik dat gereserveerd is voor intern gebruik achter een nat-router. Dergelijke adressen zijn echter niet routeerbaar, wat inhoudt dat ze van buitenaf niet te bereiken zijn.

Daar is gelukkig wel een oplossing voor. Je gebruikt het wan-ip-adres van je modem(-router), wat je normaliter kunt aflezen in het statusvenster van je router of via een ip-lookupservice. Om ook nog eens bij de juiste machine binnen je netwerk te komen, kun je dan van routerfuncties als portforwarding, port-triggering, upnp (univeral plug and play) of dmz (demilitarized zone) gebruik maken, of je zet een vpn-server in.

Dynamic DNS

We gaan er hier alvast van uit dat je zo’n constructie werkend voor elkaar hebt en dat de gewenste services op afstand bereikbaar zijn via het wan-ip-adres van je modem(-router), eventueel aangevuld met het juiste poortnummer. We focussen ons in dit artikel echter op een ander probleem dat zich (vroeg of laat) kan voordoen. Internetproviders garanderen voor thuisgebruikers vaak geen vast ip-adres. Dat houdt in dat het ip-adres van je modem(-router) zomaar kan wijzigen, bijvoorbeeld na werkzaamheden of na een storing, met als gevolg dat je services niet langer bereikbaar zijn via het oude adres.

Vervelend, maar gelukkig is ook daar een oplossing voor, in de vorm van ddns. Dat staat voor dynamic dns of voluit dynamic domain name system. We leggen eerst kort uit wat dns is en vervolgens welke twist ddns daaraan geeft.

In de vroege dagen van het internet, dat toen nog ARPANET heette, was het mogelijk om machines via hostnamen te bereiken op basis van statische tabellen die die namen koppelde aan ip-adressen. Deze tabellen werden aanvankelijk handmatig up-to-date gehouden in de vorm van een hosts.txt-bestand (/etc/hosts).

Door de explosieve groei van het netwerk was dit systeem niet langer efficiënt en sinds 1984 werd dat vervangen door dns (domain name system), een client-serversysteem waarbij speciale dns-servers oftewel nameservers via een gedistribueerde database de koppeling van domeinnamen en ip-adressen wereldwijd up-to-date houden. Dat systeem werkt natuurlijk alleen maar goed voor machines die, althans voor een langere periode, over een vast ip-adres beschikken. Echter, omdat er ook services zijn die frequent van host wisselen werd ddns in het leven geroepen.

Omdat er ook services zijn die frequent van host wisselen werd ddns in het leven geroepen.

-

Twee soorten

Strikt genomen kun je twee ddns-implementaties onderscheiden. Enerzijds is er een gestandaardiseerde vorm van ddns, zoals beschreven in RFC 2136 (https://tools.ietf.org/html/rfc2136). Het gaat hierbij om een netwerkprotocol dat in de praktijk vooral als een uitbreiding van het dhcp-systeem wordt gebruikt waarbij geautoriseerde domeincontrollers de clientrecords, bijvoorbeeld van bedrijfslaptops, in de dns registreren. Onder meer Windows Active Directory ondersteunt dit protocol.

Anderzijds is er ddns als een niet-gestandaardiseerd webgebaseerd protocol en het is deze implementatie waarop we ons in dit artikel verder focussen. Het komt erop neer dat je het wan-ip-adres van je thuisnetwerk via een zogenoemde ddns-provider koppelt aan een (sub)domeinnaam en die bij dns registreert.

Een clienttool stuurt elke wijziging van je ip-adres meteen door richting ddns-provider, zodat die de dns-update kan doorvoeren. Deze uitwisseling tussen client en provider gebeurt meestal door middel van een eenvoudig http-serviceverzoek, dat zelfs binnen een goed afgeschermde netwerkomgeving op weinig verzet zal botsen.

Je netwerkservices zijn nu bereikbaar via een eigen domeinnaam. Dat is niet alleen handiger om te onthouden, het geeft ook meer vertrouwen naar de bezoekers toe en zo’n koppeling is normaliter nodig om je server desgewenst met een officieel ssl-certificaat te beveiligen.

DDNS-providers en routers

Om van ddns gebruik te kunnen maken, heb je in principe dus allereerst een ddns-provider nodig. We zeggen ‘in principe’, want het is ook wel mogelijk je eigen ddns-service in te richten (zie kader ‘Eigen ddns-service’).

Hoe dan ook, wanneer je googelt naar iets als ‘ddns provider’ stuit je vaak op referenties naar DynDNS (nu Oracle Dyn, dat onder meer ook provider TZO heeft ingepalmd). Dat was namelijk de onbetwistbare marktleider in dit segment, maar toen de gratis formule in 2014 verdween keken veel thuisgebruikers uit naar alternatieven. Om er enkele te noemen: No-IP, Duck DNS, Zonomi en Dynu.

Verder in dit artikel nemen wij Dynu als voorbeeld, omdat het een gevestigde waarde is en omdat er behoorlijk wat opties in het gratis pakket zitten. Is deze provider dan ook voor jou de beste? Niet noodzakelijk: het zou bijvoorbeeld best kunnen dat de ingebouwde clientmodule van je router die provider eenvoudigweg niet ondersteunt zodat je naar een andere update-methode moet uitkijken.

©PXimport

Heb je eenmaal je zinnen gezet op een bepaalde provider, dan moet je nog beslissen of je voor de gratis dan wel een betaalde optie gaat. We raden je aan de functielijst van de aangeboden diensten door te nemen, maar in veel gevallen bieden alleen betaalde abonnementen voordelen aan als: geen verplichte herbevestiging na een x-aantal dagen, klantenondersteuning via mail of telefoon, meer (sub)domeinnamen, een eigen domeinnaam, hoger aantal dns-verzoeken binnen een bepaalde periode, snellere dns-propagatietijden, url-forwarding, portforwarding, uitgebreide(re) logs, e-mailnotificatie bij een update van het ip-adres, ondersteuning van wildcard cname-dns-records. Een record als *.host.domeinnaam.nl 1800 IN CNAME domeinnaam.nl zal in dit geval automatisch ook omhetevenwat.host.domeinnaam.nl omleiden naar domeinnaam.nl.

Zoals gezegd nemen we hier de gratis formule van Dynu als voorbeeld. Surf hiervoor naar dynu.com en klik op Create a free account. Wij gaan hier voor Option 1: Use Our Domain Name, waarbij je een eigen hostnaam in combinatie met 17 top level domains kunt kiezen. Druk op Add en vul de gevraagde persoonsgegevens in of kies Sign up with Google. Bevestig met Submit. Houd er bij het invullen van het wachtwoord alvast rekening mee dat sommige apparaten (zoals routers, nas’en, dvr’s of ip-camera’s) of ip-updateclients mogelijk geen speciale tekens accepteren.

Even later rolt er een bevestigingsmail bij je binnen en ontvang je enkele interessante links, waaronder één voor een online controlepaneel en één voor het downloaden van de ddns-updateclient. Als alles goed is, is de (sub)domeinnaam inmiddels al actief en kom je via deze naam netjes uit bij je eigen thuisnetwerk. Is dat niet het geval, dan heeft Dynu wellicht niet het juiste publieke ip-adres van je thuisnetwerk te pakken.

Open dan het controlepaneel en klik op DDNS Settings, alwaar je het huidige ip-adres afleest dat je met de eerder vermelde dienst www.watismijnip.nl kunt vergelijken. Klopt dit adres niet, dan kun je dat alsnog aanpassen via het potloodicoon Manage your hostname, waarna je de wijziging bewaart met de Save-knop. Je kunt de werking overigens ook controleren door te surfen naar ping.eu/nslookup en daar je (sub)domeinnaam in te vullen: je huidige ip-adres en het ip-adres van die (sub)domeinnaam horen identiek te zijn.

DDNS instellingen

Bij DDNS Settings vind je trouwens nog andere instellingen terug. We beperken ons hier tot een paar opties. Via Offline Settings kun je zelf een url of een boodschap opgeven die de bezoeker te zien krijgt wanneer je server offline blijkt. Via de knop Go Offline Now kun je het resultaat meteen uittesten (desnoods moet je eerst nog even je browsercache leegmaken). Vergeet daarna niet weer Go Online Now te selecteren.

Via de knop Aliases creëer je extra aliassen (A record voor ipv4 en AAAA record voor ipv6). Het volstaat in principe de Alias Name in te vullen, waarna het record wordt toegevoegd (hoofdredactie resulteert dan bijvoorbeeld in hoofdredactie.pcmnl.theworkpc.com). Veel zin heeft zo’n alias hier echter niet, aangezien standaard de opties Wildcard IPv4 Alias en Wildcard IPv6 Alias zijn ingeschakeld, zodat alle aliassen (prefixen) automatisch naar je (sub)domeinnaam doorverwijzen. Deze optie kun je desgewenst uitschakelen in het venster bij DDNS Settings.

©PXimport

Ook handig: via de knop Web Redirect kun je zowel URL Forwarding als Port Forwarding instellen. Bij URL Forwarding wordt de ene url automatisch doorgesluisd naar een andere. De eerste url is in principe dan een zelf te kiezen prefix in combinatie met de gekozen (sub)domeinnaam; de tweede url is vrij in te stellen. Port Forwarding doet iets vergelijkbaars, maar hier wordt alleen de standaard http-poort 80 doorgesluisd naar een andere poort. Stel, je hebt twee ip-camera’s hangen, waarbij de tweede op poort 81 bereikbaar is. Dan zou je er bijvoorbeeld voor kunnen zorgen dat cam2.mijndomein.com automatisch wordt omgezet in mijndomein.com:81. Handig, want dan hoeft men dit poortnummer niet te onthouden of zelf in te tikken.

Bij beide forwardingtypes kun je bovendien de optie Mask/cloak Url aanvinken. In dit geval blijft de eerste url zichtbaar in de adresbalk van de browser en niet die van de webpagina waarnaar de bezoeker werd omgeleid. Een paar opties, zoals e-mailnotificaties en configuratieback-ups, zijn voorbehouden voor betalende abonnees, maar met een prijs van tien dollar per jaar vinden we dat best betaalbaar.

Updates

De koppeling is inmiddels een feit, maar je moet natuurlijk nog wel voor een geautomatiseerd updateproces zorgen. Immers, het is niet de bedoeling dat je bij elke ip-wijziging zelf het publieke ip-adres van je netwerk in het controlepaneel gaat aanpassen. Een uitstekende plaats om dat voor elkaar te krijgen is je router, op voorwaarde althans dat die ddns ondersteunt en ook met jouw ddns-provider overweg kan. Het volstaat dan de juiste provider (of update-url) te kiezen en je ID in te vullen, waarna de router elke ip-wijziging meteen aan de provider zal doorspelen. Raadpleeg de handleiding van je router. Let op: hangt je router achter een andere router (nat-achter-nat), dan kan dat nog wel eens problemen opleveren (zie paragraaf ‘Router achter router’).

Er zijn echter alternatieven. Ook sommige andere apparaten die gewoonlijk continu online blijven, voorzien vaak in zo’n ddns-updatefunctie, zoals een ip-camera of een nas. Bij een Synology-nas bijvoorbeeld vind je deze optie gewoonlijk in het Configuratiescherm, in de rubriek Connectiviteit / Externe toegang. Je kunt hier uit een twintigtal providers kiezen, waaronder de ddns-service van Synology zelf, met keuze uit een dozijn domeinnamen.

©PXimport

Gebruik je om een of andere reden niet de ingebouwde ddns-ondersteuning van je router, firewall, nas of ip-camera, dan is er altijd nog een uitweg in een updateclient-tool, specifiek voor de gekozen provider. Deze tool installeer je het best op een computer die frequent online is. Immers, deze tool wordt geacht een ip-wijziging snel te kunnen detecteren en door te geven.

Provider Dynu voorziet alvast in zo’n tool, voor diverse platformen. Surf naar deze site en selecteer het gewenste platform bij Operating System, Multiple PlatForms of Router/Firewall. In deze laatste categorie tref je onder meer Open Wrt, PF Sense, Raspberry Pi en Synology NAS aan. Dit laatste item kan je verbazen, maar weet dat je Synology-nas wellicht standaard geen ondersteuning biedt voor Dynu. Via een ssh-verbinding met je nas kun je dan /etc.defaults/ddns_provider.conf openen en de voorgestelde wijziging, bijvoorbeeld met de ingebouwde vi-editor, doorvoeren waarna Dynu.com plots wel opduikt in de providerlijst.

We tonen hier kort hoe je de Windows-client van Dynu aan de praat krijgt. Na de eenvoudige installatie start je de client op en vul je het bijhorende Dynu-ID in (Username en Password). Bevestig met Sign In. Als het goed is, doet de updateservice al meteen zijn werk. Wel kun je nog een en ander bijsturen op het tabblad Settings, zoals het Log Level (de Log Files kun je vanaf het tabblad Engine raadplegen), het Poll Interval, de Update Port (standaard 8245), of je ook het ipv6-adress wilt updaten enzovoort. Leg je wijzigingen vast met Save en controleer of de tool wel automatisch met Windows opstart, want dat is de bedoeling.

Meerdere routers

We zeiden het al: een uitstekende locatie voor de ddns-update is je router. Dat kan echter problemen geven als je twee routers na elkaar plaatst.

Heb je een router rechtstreeks aan een modem of aan een modem-router in bridgemodus (met uitgeschakelde nat en dhcp) hangen, dan zal dat normaliter geen problemen opleveren. Echter, niet elke modem-router ondersteunt deze modus en in dit geval zal je eigen router, die je via de wan-poort met de modem-router verbonden hebt, als wan-ip-adres een privaat ip-adres binnen het netwerk van de modem-router krijgen.

Wanneer je dan de ddns-functie op je router activeert is het niet uitgesloten dat die het lokale ip-adres van je router in plaats van het publieke ip-adres van de modem-router aan de ddns-service retourneert. Dat hangt echter af van de implementatie en dus van het model en merk van de router. Uit onze ervaring gaan ASUS en AVM hier de mist in, terwijl routers van bijvoorbeeld Netgear en D-link het wél goed doen. Experimenteren en controleren is dus de boodschap. Of je zet ddns op via een ander apparaat dat daarmee overweg kan, of je zet de bijhorende clientsoftware in. De kans is groot dat het dan probleemloos werkt.

▼ Volgende artikel
Dit is de Google Pixel 10 Pro, een vlaggenschip met AI in de hoofdrol
© Google
Huis

Dit is de Google Pixel 10 Pro, een vlaggenschip met AI in de hoofdrol

Hij is er: de Google Pixel 10 Pro. Niet zomaar een nieuwe smartphone, maar een toestel dat technologie slimmer en persoonlijker maakt. Van kunstmatige intelligentie tot een camerasysteem dat je zelfvertrouwen als fotograaf een boost geeft – dit is Google’s meest vooruitstrevende Pixel tot nu toe.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Google

AI die met je meedenkt

De Pixel 10 Pro draait op de nieuwe Tensor G5-chip, een processor die speciaal is gemaakt om kunstmatige intelligentie razendsnel en efficiënt uit te voeren. Dat klinkt misschien technisch, maar de impact merk je meteen in het dagelijks gebruik. Je foto’s bewerken met Magic Editor? Gaat sneller dan ooit. Een tekst laten samenvatten door Gemini? Klaar in seconden. Realtime vertalen of slimme suggesties krijgen? Het voelt allemaal moeiteloos.

Waar veel smartphones AI nog gebruiken als leuke extra, maakt Google het een vast onderdeel van de ervaring. Je merkt: dit is een toestel dat met je meedenkt, in plaats van dat jij je moet aanpassen aan de technologie.

©Google

Fotografie die je vooruithelpt

De Pixel-serie stond altijd al bekend om zijn camera’s en de geweldige foto's die je daarmee kon maken, en de Pixel 10 Pro gaat daarin een flinke stap verder. Drie lenzen – een 50 MP-hoofdcamera, een 48 MP-ultragroothoek en een 48 MP-telelens met 5x optische zoom – zorgen ervoor dat je in elke situatie het juiste shot kunt maken. En wie graag verder inzoomt, kan nu tot 100x gaan zonder dat de kwaliteit hopeloos instort.

Nieuw is ook Camera Coach, een slimme assistent die je tips geeft terwijl je fotografeert. Denk aan aanwijzingen over licht, compositie of scherpte. Het resultaat: foto's die er niet alleen beter uitzien, maar waarbij je zelf ook leert hoe je je camera slimmer inzet.

Scherm en design maken indruk

Het 6,3-inch oledscherm van de Pixel 10 Pro is een van de helderste in zijn klasse, met een piekhelderheid van 3300 nits. Zelfs in fel zonlicht blijft alles uitstekend leesbaar en levendig. De verversingssnelheid past zich automatisch aan tot 120 Hz, waardoor scrollen en gamen heerlijk vloeiend aanvoelen.

Het design is strak en modern, met duurzame materialen zoals Gorilla Glass Victus 2 en een water- en stofdichte behuizing (IP68). Robuust genoeg om tegen een stootje te kunnen, maar verfijnd genoeg om indruk te maken.

©Google

Klaar voor de toekomst

De Pixel 10 Pro is niet alleen slim, maar ook toekomstbestendig. Met ondersteuning voor wifi 7, bluetooth 6, UWB (een draadloze techniek voor supersnelle en nauwkeurige communicatie op korte afstand) en draadloos opladen via Qi2 is het toestel voorbereid op de nieuwste standaarden. En misschien nog belangrijker: Google belooft zeven jaar lang software- en beveiligingsupdates. Dat betekent dat je Pixel niet alleen nu, maar ook in 2032 nog helemaal up-to-date is.

Waar koop je de Pixel 10 Pro?

Ben je klaar om zelf te ontdekken wat de Pixel 10 Pro kan? Het toestel is vanaf nu verkrijgbaar bij verschillende providers in Nederland.

Bestel bij Odido – Altijd scherp geprijsd bij een abonnement

Bestel bij KPN – Combineer met KPN’s betrouwbare netwerk

Bestel bij Vodafone – Profiteer van Unlimited-bundels en 5G-snelheid

▼ Volgende artikel
🚽 10 tips om je wc snel en grondig schoon te krijgen
© Natallia
Huis

🚽 10 tips om je wc snel en grondig schoon te krijgen

Sta je er weleens bij stil dat je gemiddeld zo’n twee uur per week op het toilet doorbrengt? Dan is het wel zo prettig als die ruimte fris en hygiënisch is. Alleen… niemand staat te springen om urenlang met schoonmaakmiddelen in de weer te zijn. Goed nieuws: dat hoeft ook helemaal niet. Met een paar slimme trucs is je wc in no-time blinkend schoon. Dit zijn tien praktische tips die je zonder moeite in je routine kunt opnemen.

🚽 TIEN KEER SNEL JE WC FRIS

1: Gebruik een alles-in-één wc-reiniger 2: Wc-borstel met schoonmaakmiddel 3: Gebruik desinfecterende doekjes 4: Azijn en baking soda voor hardnekkige vlekken 5: Flessen met een gebogen hals 6: Regelmatig schoonmaken 7: Doorlopend fris: toilet- en stortbakblokken 8: Laat de wc-borstel drogen 9: Doortrekken met de deksel dicht 10: Gebruik een luchtverfrisser

Lees ook: Een frisse douche: zo kom je van een stinkend doucheputje af

1: Alles-in-één wc-reiniger: simpel en effectief

Een alles-in-één reiniger is je beste vriend als je weinig tijd hebt. Deze middelen combineren schoonmaken en desinfecteren in één fles, waardoor je met één handeling klaar bent. Breng de vloeistof aan onder de rand van de pot en zorg dat je de hele binnenkant meepakt. Laat het even inwerken, schrob kort met de borstel en trek door. Dankzij de handige flessen met gebogen tuit bereik je ook die lastige rand waar vuil en bacteriën zich ophopen. Zo ben je binnen enkele minuten van een groot deel van het werk af.

2: De wc-borstel als schoonmaakstation

Je kunt je wc-borstel extra slim inzetten door een bodempje schoonmaakmiddel in de houder te gieten. Zo zit er automatisch reiniger aan de borstel zodra je hem pakt, waardoor je bij elke schoonmaakbeurt direct goed van start gaat. Let er wel op dat je niet te veel gebruikt: een klein laagje is genoeg. Vergeet daarnaast niet de houder regelmatig schoon te maken en het middel te verversen. Zo blijft ook de borstel zelf hygiënisch en fris.

3: Desinfecterende doekjes voor snelle acties

Voor de plekken die vaak worden aangeraakt – de bril, het deksel en de spoelknop – zijn desinfecterende doekjes ideaal. Je hoeft er geen water of spons bij te gebruiken: even afnemen en klaar. Bovendien doden ze bacteriën én laten ze een frisse geur achter. Handig is om een pakje doekjes in de buurt van de wc te bewaren, zodat je ze altijd kunt pakken voor een snelle schoonmaakronde. Denk er wel aan om ze na gebruik in de prullenbak te gooien, ook als er op de verpakking staat dat ze biologisch afbreekbaar zijn. Doorspoelen kan voor vervelende verstoppingen zorgen.

©Victor Mulero

4: Azijn en baking soda: hét duo tegen kalkaanslag

Soms is gewoon schoonmaken niet genoeg en blijven er hardnekkige vlekken of kalkaanslag zichtbaar. Dan komt het beproefde duo azijn en baking soda goed van pas. Zo werkt het: giet een kopje witte azijn in de pot, strooi er royaal baking soda overheen en wacht tot het mengsel begint te bruisen. Dat schuimende effect is het teken dat de schoonmaakreactie bezig is. Laat het tien tot vijftien minuten zijn werk doen, schrob daarna stevig met de borstel en spoel door. Je zult merken dat aanslag veel gemakkelijker loskomt – en dat zonder agressieve chemicaliën.

5: Een fles met gebogen nek doet wonderen

We stipten het al even aan, maar deze tip verdient extra nadruk. Een fles reiniger met een gebogen tuit bereikt precies die plekken waar je normaal moeilijk bij komt. Denk aan de binnenrand van de pot: daar waar vuil zich stiekem het meest ophoopt. Knijp rustig in de fles terwijl je de tuit langs de hele rand beweegt en zorg dat alles goed bedekt is. Laat het middel kort intrekken en ga er dan met de borstel langs. Zo pak je ook het onzichtbare vuil aan.

Ook interessant: Zo krijg je bruine aanslag weg uit de wc-pot

6: Kleine poetsbeurten, groot effect

Wachten tot het toilet écht vies is, betekent dat je uiteindelijk veel langer bezig bent. Het is veel handiger om een routine op te bouwen waarin je een paar keer per week een snelle schoonmaakbeurt doet. Even de borstel door de pot en wat reiniger erbij – dat kost nauwelijks tijd, maar voorkomt dat vuil en kalk zich vastzetten. Koppel het aan een dagelijkse gewoonte, zoals het wachten op warm douchewater of het poetsen van je tanden, en je zult zien dat je wc moeiteloos schoon blijft.

7: Toiletblokjes voor doorlopende frisheid

Wil je dat je wc zichzelf een handje helpt schoonhouden? Dan zijn toiletblokjes een handige oplossing. Je hebt ze in twee varianten: voor in de stortbak of voor over de rand van de pot. In beide gevallen komt er bij elke spoelbeurt een beetje reinigingsmiddel vrij dat kalkaanslag tegengaat en een frisse geur afgeeft. Let bij de blokjes die je aan de rand hangt wel goed op dat het houdertje stevig vastzit, zodat het niet per ongeluk wordt doorgespoeld. Het aanbod is groot: van simpele reinigers tot 3-in-1 varianten die reinigen, ontkalken en parfum verspreiden.

©Coprid

8: Laat de wc-borstel niet nat achter

Een natte wc-borstel in een afgesloten houder is een broedplaats voor bacteriën. Spoel de borstel daarom na gebruik schoon door hem tijdens het doorspoelen in het water te houden. Schud het overtollige water eraf en laat hem vervolgens drogen. Dat doe je eenvoudig door de steel tussen de bril en de pot te klemmen, zodat de borstel boven de wc hangt. Zodra hij droog is, kan hij terug in de houder. Combineer dit met een beetje reiniger in de houder en je hebt altijd een frisse borstel bij de hand.

9: Spoelen met de deksel dicht

Het klinkt als een klein detail, maar het verschil is groot: altijd doortrekken met de deksel dicht. Bij een open deksel komen er minuscule druppeltjes vrij die zich tot wel twee meter ver kunnen verspreiden. Die druppeltjes kunnen bacteriën bevatten en landen mogelijk op handdoeken, de wastafel of zelfs je tandenborstel. Door simpelweg de deksel te sluiten, voorkom je dat onzichtbare nevel zich door de badkamer verspreidt. Dat scheelt niet alleen in schoonmaakwerk, maar zorgt ook voor een hygiënischere omgeving.

🍋 Geurstokjes met citrusaroma?

Lekker fris!

10: Een frisse geur maakt het af

Tot slot: een schoon toilet voelt nóg prettiger aan met een aangename geur. Er zijn volop mogelijkheden om je wc lekker te laten ruiken. Een spuitbus is handig voor een snelle opfrisbeurt, terwijl automatische dispensers op vaste momenten een vleugje parfum verspreiden. Geurstokjes of -stenen zorgen voor een constante, subtiele geur. Liever natuurlijk? Een paar druppels essentiële olie op een wattenschijfje dat je achter de wc verstopt, werkt ook prima. Kies vooral een geur die bij jou en je huis past; citrus en lavendel zijn klassiekers die in de meeste badkamers goed tot hun recht komen.

Met deze snelle schoonmaaktips blijft je toilet schoon en hygiënisch, zonder dat je er veel tijd aan kwijt bent. Wel zo prettig, want 2 uur per week betekent dat je per jaar ruim 2,5 volle werkweken … enfin, je snapt waarom een schoon toilet belangrijk én fijn is!