ID.nl logo
Huis

Alles over multi-gigabit-ethernet (802.11bz)

Langzamerhand lopen we tegen de grenzen van het veelgebruikte gigabit-ethernet aan, maar overstappen naar iets snellers was tot voor kort niet heel eenvoudig. Voor het snellere 10 Gbit/s heb je Cat6a- of glasvezelkabels nodig. In 2017 zagen we steeds meer producten op de markt komen die een snelheid van 2,5 en 5 Gbit/s ondersteunen via Cat5e- en Cat6-bekabeling. Lees hier alles over multi-gigabit-ethernet (802.11bz).

De standaard gigabit-ethernet via utp-kabels is al in 1999 vastgesteld, maar werd pas rond 2010 echt populair. Een lange tijd is gigabit voor clients op kantoren en thuisnetwerken meer dan snel genoeg geweest, maar de limieten beginnen toch in zicht te komen. Vooral gedeelde apparatuur heeft behoefte aan meer snelheid.

Zo wordt wifi steeds sneller en heeft 802.11ac in theorie de gigabitsnelheid al doorbroken, terwijl de snellere opvolger 802.11ax in de startblokken staat. Ook opslagapparatuur als een nas zijn al sneller dan de circa 100 MB/s die gigabit in de praktijk haalt. Met trunking kun je twee gigabit-poorten combineren, maar daarvoor heb je wel twee kabels naar één apparaat nodig en dat is lang niet altijd praktisch.

Oplossing: langzamer 10GBASE-T

In de vorm van 10BASE-T is er al jarenlang een veel snellere ethernetstandaard, maar die is tot nu toe buiten datacenters niet doorgebroken. De ontwikkeling van 10 Gbit/s-ethernet begon in 2002 met de varianten die werken over glasvezel, waarna de snelheid in 2006 ook over koperen netwerkkabels mogelijk werd. Om gebruik te kunnen maken van deze 10GBASE-T-standaard is Cat6a-bekabeling noodzakelijk, de al veelgebruikte Cat5e- en Cat6-kabels voldeden niet. De stap van 1 Gbit/s naar 10 Gbit/s was daardoor in de praktijk vaak te groot voor toepassingen buiten de serverruimte, er was behoefte aan een tussenstap.

Om die tussenstap mogelijk te maken werden in 2014 zowel de NBASE-T Alliance als de MGBASE-T Alliance opgericht, met als doel de ontwikkeling van 2.5- en 5GBASE-T-producten die werken op een snelheid van 2,5 en 5 Gbit/s. Even leken er concurrerende standaarden te komen, maar inmiddels begon ook de IEEE te werken aan deze snelheden en in 2016 werd de 802.11bz-standaard vastgesteld. De ontwikkeling van 2.5G- en 5GBASE-T hoefde niet van nul te beginnen, voor de technische basis werd het al bestaande 10GBASE-T gepakt en aangepast.

©PXimport

Van de twee samenwerkingsverbanden van fabrikanten is enkel de NBASE-T Alliance nog actief en is in de praktijk NBASE-T hetzelfde als 802.11bz.

Er is een klein theoretisch verschil tussen NBASE-T en 802.11bz, want NBASE-T kan in tegenstelling tot 802.11bz automatisch overschakelen naar 2,5 Gbit/s wanneer 5 Gbit/s niet helemaal stabiel blijkt te zijn. Een nadeel van 10GBASE-T is dat deze standaard niet voorziet in power over ethernet en ook dat is opgelost: 802.11bz biedt ondersteuning voor PoE waardoor snelle accesspoints met één kabel van zowel voeding als een snel netwerksignaal voorzien kunnen worden.

Bestaande kabels

We stipten het al even aan, 2.5- en 5GBASE-T zijn ontworpen om hogere snelheden mogelijk te maken over bestaande kabels. Het (prijs)voordeel van 802.3bz ten opzichte van 802.3an-2006 zit hem dan ook niet in een lagere prijs van de apparatuur. Het echte voordeel zit hem in het (her)gebruik van bestaande kabels. Want waar je om volledig aan de eisen van 10GBASE-T te voldoen Cat6a-bekabeling nodig hebt, werken 2.5GBASE-T en 5GBASE-T ook in combinatie met Cat5e- en Cat6-kabels. Het vervangen van bestaande kabels is vaak lastig en te duur.

Overigens is het wel zo dat Cat 6 ook in combinatie met 10GBASE-T werkt als de lengte van de kabels beperkt blijft tot 55 meter. In combinatie met 802.11bz is een snelheid van 5 Gbit/s gegarandeerd mogelijk op Cat6-kabels met een lengte tot 100 meter, terwijl een snelheid van 2,5 Gbit/s mogelijk is op Cat 5e met een lengte tot 100 meter. Daarnaast werkt de hogere snelheid van 5 Gbit/s ook in combinatie met Cat5e-kabels van goede kwaliteit, maar deze snelheid wordt niet gegarandeerd.

Let op: het is niet zo dat (recente) 10GBASE-T-apparatuur automatisch ook geschikt is voor 2.5- of 5GBASE-T, er moet echt ondersteuning zijn voor de lagere snelheden. Zo ondersteunt ASUS z’n vorig jaar geïntroduceerde 10GBASE-T-switch XG-U2008 geen 2.5- of 5GBASE-T, terwijl de tegelijkertijd geïntroduceerde netwerkadapter XG-C100C weer wél geschikt is voor 2.5- en 5GBASE-T. Daarnaast zijn er ook netwerkadapters te koop die wel geschikt zijn voor 2.5- en 5GBASE-T, maar geen ondersteuning hebben voor 10GBASE-T.

Ontwikkeling ethernet 1990 802.31-1990, 10 Mbit/s via utp 1995 802.3u-1995, 100 Mbit/s via utp 1999 802.3ab-1999, 1 Gbit/s via utp 2002 802.3ae, 10 Gbit/s via glasvezel 2006 802.3an, 10 Gbit/s via utp 2016 802.3bq-2016, 25 en 40 Gbit/s via utp 2016 802.3bz, 2,5 en 5 Gbit/s via utp

De toekomst

De toekomst na 2.5- en 5GBASE-T is uiteraard een beetje vreemd verhaal, want de standaard is juist een opzettelijk langzamere variant van het al langer bestaande en snellere 10GBASE-T. Dat is overigens niet de limiet van koper, want snellere ethernetstandaarden over koper zijn al ontwikkeld in de vorm van 25GBASE-T en 40GBASE-T, terwijl ook 50 Gbit/s mogelijk moet worden.

Voor beide snelle ethernetstandaarden is Cat8-bekabeling noodzakelijk en dan is er alsnog een limiet van dertig meter kabel. Cat 8 is dan ook enkel ontworpen voor gebruik in datacenters en is niet bedoeld om te gebruiken in kantoren of huizen.

De echte toekomst van nog sneller ethernet in kantoren en thuis zit waarschijnlijk niet meer in koper, maar net als in het datacenter in glas. We durven echter geen voorspelling te doen wanneer hogere snelheden dan 10 Gbit/s thuis bereikbaar wordt. Daarbij is dan uiteraard alsnog een vervanging van de infrastructuur noodzakelijk.

▼ Volgende artikel
Windows 11 installeren zonder Microsoft-account? Zo omzeil je de blokkade
© MG | ID.nl
Huis

Windows 11 installeren zonder Microsoft-account? Zo omzeil je de blokkade

Wanneer je Windows 11 (opnieuw) installeert, vereist Microsoft dat je je aanmeldt met een Microsoft-account of dat je er eentje aanmaakt. En dat terwijl je je voorheen in Windows 10 gewoon met een offline account kunt aanmelden. Wij laten je zien hoe je dat ook in Windows 11 doet, rechtstreeks tijdens de installatieprocedure.

Microsoft wil maar al te graag dat je een Microsoft-account hebt en deze ook gebruikt bij het aanmelden van Windows 11. Behalve dat je hiermee in geval van het vergeten van je installatiecode het besturingssysteem makkelijker opnieuw kunt activeren, biedt een Microsoft-account niet heel veel extra voordelen in Windows 11 zelf. Het enige wat met zo'n account makkelijker gaat is het instellen van e-mail en OneDrive, maar dat zijn ook diensten waar je je later bij kunt aanmelden.

Installatieprocedure

In een van de laatste stappen van de installatieprocedure, of wanneer je een Windows 11-laptop hebt gekocht, word je - om de laatste instellingen toe te passen - gevraagd om in te loggen bij een Microsoft-account, of er eentje aan te maken.

©MG | ID.nl

Microsoft vraagt in Windows 11 standaard om een Microsoft-account.

Wanneer je in bovenstaand scherm bent aangekomen, lijkt het alsof je hier niet meer uit kunt komen: je moet óf een account invullen, óf er eentje aanmaken, óf een stap terug gaan met de pijl rechtsboven in beeld. Toch kun je hier nog iets anders doen, namelijk een opdrachtprompt openen. En dat is handig, want met een opdrachtprompt tijdens de installatie van Windows 11 kun je alvast dingen regelen voordat Windows 11 zelf is opgestart. Het omzeilen van het aanmaken of invoeren van een Microsoft-account bijvoorbeeld. Om de opdrachtprompt te openen, moet je de volgende toetscombinatie intypen:

Shift+F10

Let op: bij sommige computers zoals laptops kan het zijn dat je ook de Functietoets Fn moet indrukken om de F10-knop te kunnen gebruiken. De opdracht wordt in dat geval dan:

Shift+Fn+F10

Na het indrukken van deze toetscombinatie wordt een zwart venster voor de opdrachtprompt geopend.

©MG | ID.nl

Via een opdrachtprompt tijdens de installatieproductie van Windows 11 kunnen we de blokkade voor het aanmaken van een gewoon account omzeilen.

In dit scherm voor je een speciale opdracht in waarmee we de verplichte invoer voor een Microsoft-account gaan omzeilen. Zodra Windows 11 heeft gedetecteerd dat jouw computer een werkende verbinding heeft, blijf je op dat accountscherm hangen, maar ook wanneer er nog geen verbinding is gemaakt, wil Microsoft toch eerst dat je verbinding maakt en daarna alsnog met een Microsoft-account aan de slag gaat.

Nu de opdrachtprompt is geopend, schakelen we die online functie uit. Voer exact de volgende opdracht in:

start ms-cxh:localonly

Gevolgd door een druk op de Enter-toets. Dat zit eruit als hieronder:

©MG | ID.nl

Met behulp van de opdracht start ms-cxh:localonly kunnen we toch een normaal account.

Nadat je op Enter hebt gedrukt, verschijnt er een nieuw venster met de mogelijkheid om een lokaal account (dus zonder Microsoft-account) aan te maken. Goed om te weten: dit account is ook meteen een administrator-account.

©MG | ID.nl

Je kunt iedere accountnaam gebruiken die je wenst, en een wachtwoord opgeven hoeft nu nog niet.

Je kunt hier dus gewoon een normale (voor- en achter)naam opgeven, een e-mailadres is dan niet nodig. Je kunt ervoor kiezen om nu een wachtwoord in te vullen, maar als je dat doet, krijg je ook direct drie controlevragen die je moet opgeven; dat kun je niet skippen. Sla je het aanmaken van een wachtwoord nu over, dan kun je dat later in Windows 11 alsnog doen.

Nadat je de benodigde gegevens hebt ingevuld, worden de laatste installatiestappen voltooid, en wordt de computer nog een keertje opnieuw opgestart. Daarna kun je je aanmelden met het nieuwe account en voer je nog een aantal stappen uit met betrekking tot functies als locatie, diagnostische gegevens en handschriftherkenning.

Account aanpassen

Het account waarmee je je aanmeldt is een administrator-account. In dat geval doe je er goed aan om een wachtwoord in te stellen als je dat nog niet hebt gedaan in de hierboven uitgelegde stap. Om een wachtwoord in te stellen, klik je op de Startknop, en vervolgens op je accountnaam en kies je voor Mijn account beheren.

©MG | ID.nl

Via het Startmenu vraag je de eigenschappen van je account op.

Je komt nu in het instellingenscherm terecht voor je account. Scroll naar de knop Aanmeldingsopties en daarna op Wachtwoord.

©MG | ID.nl

Klik op het onderdeel Wachtwoord om een wachtwoord toe te voegen aan je account.

Nu kun je een wachtwoord naar wens opgeven, de eisen zijn hier niet streng, maar uiteraard kies je wel voor een lastig te raden wachtwoord. Wel ben je verplicht om een geheugensteuntje op te geven, maar dat is minder lastig dan drie extra beveiligingsvragen die je normaliter bij het installatiescherm moet opgeven. Bij de geheugensteun mag het wachtwoord (vanzelfsprekend) niet gebruikt worden .

©MG | ID.nl

Hier geef je je wachtwoord op. De wachtwoordhint (geheugensteun) mag niet ook je wachtwoord.

Wachtwoord en geheugensteun ingevoerd? Dan ben je in principe klaar en kun je je systeem verder gaan configureren. Eventueel kun je nu ook nieuwe extra accounts aanmaken via het onderdeel Andere gebruikers in het instellingenscherm.

▼ Volgende artikel
Wat is doomscrolling en hoe kom je ervan af?
© AK | ID.nl
Huis

Wat is doomscrolling en hoe kom je ervan af?

Je pakt je telefoon om even snel iets te bekijken – en ineens ben je zomaar een uur verder, omdat je niet kon stoppen met scrollen. En onderweg ben je meestal niet blijven hangen bij blije kattenfilmpjes, maar bij rampen, slecht nieuws en roddel. Of bij posts van mensen die allemaal mooier of rijker lijken dan jij. Doomscrolling dus. Slecht voor je humeur en zelfbeeld én zonde van je tijd. Maar gelukkig kun je er iets tegen doen.

In dit artikel lees je:

☠️ Wat doomscrolling is ☠️ Waarom je maar blijft scrollen ☠️ Hoe je weet of jij een doomscroller bent ☠️ Wat je tegen doomscrollen kunt doen

Lees ook: Minder afleiding van je telefoon met deze 6 apps

Wat is doomscrolling?

Doomscrolling is eindeloos blijven scrollen door berichten, filmpjes en posts die je eigenlijk alleen maar onrustig maken. Dat begon ooit met nieuws, maar geldt tegenwoordig ook voor sociale media. Denk aan TikTok, Instagram of X waar je urenlang blijft scrollen, maar waar je zelden wijzer of rustiger van wordt. Het algoritme weet precies wat je aandacht trekt – en hoe het je blijft vasthouden.

De term ontstond rond 2020, tijdens de COVID-19-pandemie, toen mensen massaal thuis zaten en constant updates zochten over het virus. Maar het fenomeen heeft zich sindsdien uitgebreid naar alle vormen van nieuws of posts waar je je slechter van gaat voelen.

Waarom blijven we scrollen?

Apps zijn zo ontworpen dat ze je aandacht vasthouden. Elke swipe of nieuwe video geeft een kleine prikkel in je brein: een signaal dat er misschien iets interessants komt. Soms zit er iets tussen dat écht boeit, maar vaak blijft het bij vluchtige prikkels. Ondertussen raakt je hoofd vol, maar je krijgt er weinig voor terug.

Hoe weet je of je doomscrollt?

Er bestaat geen test waarmee je kunt checken of je een doemscroller bent. Maar er zijn wel duidelijke signalen. Je zit in de gevarenzone wanneer je:

🚩 Gedachteloos nieuws- of socialmedia-apps opent, vaak meerdere keren per dag
🚩 Je daarna leeg, onrustig of somber voelt
🚩 Moeite hebt om te stoppen, terwijl je eigenlijk wel weet dat het nergens toe leidt
🚩 's Avonds of 's ochtends lang op je telefoon zit zonder duidelijk doel
🚩 Niet toekomt aan andere dingen, of je gejaagd voelt als je niets checkt

Herkenbaar? Dan is het tijd om je scrollgedrag te doorbreken. Dat is niet makkelijk, maar het kan wel. Onderstaande tips helpen je op weg.

©Gorodenkoff

Wat kun je doen tegen doomscrolling?

1. Beperk je schermtijd en las schermvrije tijdstippen in

Geef jezelf vaste momenten waarop je iets mag checken. Bijvoorbeeld: 's ochtends 15 minuten nieuws, 's avonds 10 minuten social media. Stel een timer in, zodat je niet ongemerkt blijft hangen. Je kunt ook met jezelf afspreken dat je bijvoorbeeld één uur per dag niet op je scherm kijkt. Of in het weekend pas na twaalf uur 's middags je telefoon pakt. Ook is het mogelijk om tijdslimieten in te stellen voor bepaalde apps. Hieronder lees je hoe je dat doet op een iPhone en op een Android-toestel.

Scherm- en apptijd beperken op iPhone

Wil je op vaste tijden niet gestoord worden? Stel dan apparaatvrije tijd in op je iPhone. Tijdens die periodes zijn alleen telefoongesprekken, berichten en apps die je zelf toestaat beschikbaar. Ga naar Instellingen > Schermtijd, tik op App- en websiteactiviteit en schakel dit in als dat nog niet gebeurd is. Kies daarna voor Apparaatvrije tijd en stel via Gepland de begin- en eindtijd in. Je kunt kiezen voor elke dag hetzelfde tijdstip of per dag variëren. Vlak voor de ingestelde tijd krijg je een herinnering.

Ook kun je tijdslimieten instellen voor apps of hele categorieën, zoals sociale netwerken of games. Ga naar Instellingen > Schermtijd > Applimieten > Voeg limiet toe en selecteer de gewenste apps of categorieën. Tik op Volgende, stel de limiet in en gebruik eventueel Pas dagen aan voor verschillende limieten per dag. Rond af met Voeg toe.

Scherm- en apptijd beperken op je Android-telefoon

Rustmomenten op je Android-toestel stel je in via de Bedtijdmodus. Tijdens deze periodes worden je schermkleuren aangepast (bijvoorbeeld naar grijstinten) en kun je meldingen dempen of het scherm automatisch laten uitschakelen. Ga naar Instellingen > Digitaal welzijn en ouderlijk toezicht > Bedtijdmodus en stel in wanneer de modus moet starten en eindigen. Je kunt dit voor elke dag apart instellen of een vast schema kiezen.

Wil je appgebruik beperken? Ga dan naar Digitaal welzijn > Dashboard en kies de app die je wilt beperken. Tik op het zandlopertje naast de app en stel een dagelijkse limiet in. Zodra de limiet is bereikt, is de app de rest van die dag niet meer toegankelijk.

2. Zet meldingen uit

Pushmeldingen van nieuwsapps, sociale media of video-apps zorgen dat je telkens toch weer gaat kijken en scrollen. Zet ze uit. Wat je niet ziet, open je ook minder snel.

3. Richt je telefoon prikkelarmer in

Zet socialmedia- en nieuwsapps niet op je beginscherm. Of verwijder ze helemaal. Wil je ze toch echt bezoeken, dan kan dat via de browser. Dat is een extra handeling vergeleken met een app, maar juist daarom doe je het misschien minder vaak.  

Verder kun je er ook voor kiezen om de grijstintenmodus in te schakelen. Dat zorgt voor minder afleiding en een beeld dat rustiger is.

Op een iPhone ga je hiervoor naar Instellingen > Toegankelijkheid > Weergave en tekstgrootte > Kleurfilters en schakel je de optie in. Op een Android-smartphone ga je hiervoor naar Instellingen -> Toegankelijkheid -> Kleurfilters. Hier schakel je de optie Grijstinten in. Afhankelijk van je toestel kunnen deze menu-opties een iets andere naam hebben.

©ID.nl

4. Volg niet alles en iedereen

Kies één of twee betrouwbare nieuwsbronnen. Ontvolg accounts die vooral onrust of negativiteit brengen. Kies liever voor mensen of media die je inspireren, informeren of aan het denken zetten. Een account waar je geen energie van krijgt, maar dat je energie kost: dat kun je beter ontvolgen.

Stoppen met doom-scrolling? Het kan!

Doomscrolling gaat allang niet meer alleen over nieuws. Ook gedachteloos scrollen langs filmpjes, reacties of meningen op sociale media hoort erbij. Het lijkt onschuldig, maar kost tijd, energie en aandacht — en levert weinig op.

Het goede nieuws: je kunt ermee stoppen. Niet in één keer, maar stap voor stap. Door bewuster te kiezen wat je leest en wanneer. Door je telefoon minder het ritme van je dag te laten bepalen. En door ruimte te maken voor dingen die je echt iets opleveren.

📵 Verveel je je zonder smartphone?

📘 Door een boek kun je urenlang scrollen!