ID.nl logo
Je thuisserver beheren: alles wat je wilt weten over Proxmox VE
© Mdisk - stock.adobe.com
Huis

Je thuisserver beheren: alles wat je wilt weten over Proxmox VE

Heb je een mooie thuisserver gebouwd, dan wil je deze niet alleen flexibel van allerlei software voorzien, maar ook het beheer goed voor elkaar hebben. Proxmox VE is een goede optie. In tegenstelling tot de meeste concurrenten is het gratis te gebruiken. Er is wel een kleine leercurve. Maar als je dit artikel volgt, heb je de grootste stap al gezet.

In dit artikel vertellen we je hoe je je thuisserver met de gratis software Proxmox VE kunt beheren.

Ook interessant: Zo zet je in een handomdraai je eigen virtual private server op

Het lichtgewicht virtualisatieplatform Proxmox VE wint aan populariteit. Met Debian als basis, heet het ook wel een type2-hypervisor. Met het uitkomen van versie 8.0 is Proxmox VE bijgewerkt naar Debian 12 (codenaam Bookworm). De hardware-ondersteuning is zeer breed. Ook voor een kleine en zuinige server met bijvoorbeeld het Intel Jasper Lake- of Alder Lake-platform is Proxmox VE geschikt. De recente kernel verhelpt enkele problemen op systemen met bijvoorbeeld de Celeron N5105-processor. Heb je meer eisen, dan kun je het natuurlijk voor een zwaardere server of zelfs een cluster inzetten.

Qua virtualisatie kun je binnen Proxmox VE zowel lichtgewicht Linux-containers maken (LXC) als virtuele machines (KVM). Een container geeft je een geïsoleerde Linux-server met opdrachtprompt. In een virtuele machine kun je een volledig besturingssysteem als Linux (met desktopomgeving), Windows of macOS installeren. Je kunt natuurlijk ook met Docker werken, zowel op de host zelf als in een container of virtuele machine. Proxmox VE is opensource en alle mogelijkheden zijn gratis te gebruiken. We laten in dit artikel zien hoe je het installeert en gebruikt.

Oefenen met Proxmox VE in VirtualBox Wil je oefenen met Proxmox VE, dan kun je het bijvoorbeeld binnen VirtualBox onder Windows installeren. Voor een productieomgeving is dat minder geschikt.

Het is fijn als je wat extra rekenkernen en geheugen hebt. Zorg ook dat virtualisatie voor je processor actief is in de bios voor jouw pc. Let verder goed op de configuratie van je virtuele machine voor Proxmox VE. Vink bij Systeem / Processor de optie Geneste VT-x/AMD-V inschakelen aan. Bij Netwerk / Adapter 1 kies je achter Gekoppeld aan liefst voor Bridged adapter. Selecteer dan achter Naam de netwerkadapter in jouw pc met een vaste netwerkaansluiting.

Belangrijk is dat je vervolgens onder Geavanceerd bij de optie Promiscuous-modus kiest voor Alle toestaan. Alleen dan kan verkeer voor je containers en virtuele machines (met een eigen, afwijkend MAC-adres) de netwerkadapter passeren.

Bij de configuratie van je systeem in VirtualBox zijn aangepaste netwerkinstellingen nodig.

1 Installatie

Voor de installatie kun je met Rufus een usb-stick van minimaal 2 GB met de laatste versie van Proxmox VE prepareren. Het iso-bestand vind je op deze site. De installatie is vrij rechttoe rechtaan. Je kiest onder meer de gewenste schijf (of schijven) met bestandsindeling, waarbij je naast het voor Linux vertrouwde Ext4 ook modernere opties als ZFS en Btrfs hebt. Verder geef je een ip-adres voor de host en wachtwoord voor de root-gebruiker op. Eventueel kun je Proxmox VE op een eigen schijf installeren. Voeg in dat geval na de installatie een tweede schijf toe voor de opslag van containers en virtuele machines.

Na de installatie log je in bij de webinterface als root met het gekozen wachtwoord. Denk vooraf na over de reeks ip-adressen voor de host en toekomstige containers en virtuele machines. Het netwerk dat wij gebruikten voor dit artikel heeft een ip-bereik van 10.0.10.1 t/m 10.0.10.255. Voor de host gebruiken we 10.0.10.30, voor de containers 10.0.10.31 t/m 10.0.10.39 en voor de virtuele machines 10.0.10.40 t/m 10.0.10.49. Dat heeft deels met de nummering te maken, zie ook paragraaf 10 en het kader ‘CIDR-notatie in netwerkinstellingen’.

Bij de installatie vul je onder meer het wachtwoord voor het root-account in.

2 Webinterface

Na het inloggen zie je onder Datacenter alle hosts. Hier werken we met één host genaamd pve, maar een cluster met meerdere systemen is zeker mogelijk en kun je handig centraal beheren. Clusters stellen wel hogere eisen aan je systemen, afhankelijk van je verdere wensen, zoals gedeelde opslag, hoge beschikbaarheid of live migratie. Klik je op Datacenter, dan zie je rechts veel opties gerelateerd aan clusters, maar ook enkele opties voor onze enkele host. Zo kun je externe opslag koppelen onder Storage (paragraaf 4) en een back-uptaak maken onder Backup (paragraaf 16).

De meeste tijd werken we op het niveau Datacenter / pve. Daar kun je alle relevante opties voor de host instellen, en ook containers en virtuele machines beheren.

Proxmox VE ondersteunt ook geavanceerde clusters met meerdere hosts.

3 Pakketbronnen en updates

Naast updates voor Debian zijn ook updates voor Proxmox VE nodig. Standaard raadpleegt Proxmox VE daarbij de zogenoemde enterprise-repository’s. Deze pakketbronnen vereisen echter een abonnement.

Er is ook een gratis te gebruiken repository voor test- en niet-productieomgevingen genaamd No-Subscription. De updates zijn minder grondig getest, maar dit geeft in de praktijk eigenlijk nooit een probleem. We verwijderen eerst de twee enterprise-repository’s. Ga daarvoor naar Datacenter / pve en kies onder Updates voor Repositories. Klik op de repository genaamd https://enterprise.proxmox.com/debian/ceph-quincy en klik op Disable. Doe hetzelfde voor https://enterprise.proxmox.com/debian/pve. Klik dan op Add en kies No-Subscription.

Om de eerste updates te installeren, ga je naar Updates en kies je Refresh. Je ziet nu een lijst met updates. Klik op Upgrade om ze te installeren. Afhankelijk van de aard van de updates kan het nodig zijn het systeem te herstarten. Dit doe je via de knop Reboot.

We gebruiken pakketbronnen voor niet-productieomgevingen.

Opdrachtprompt voor je server Je zult de opdrachtprompt niet vaak nodig hebben om aanpassingen aan bijvoorbeeld de configuratie van de server te maken. Vrijwel alles kun je via de webinterface instellen. Maar heb je het toch een keer nodig, dan kun je eenvoudig deze opdrachtprompt openen door onder Datacenter / pve voor Shell te kiezen. Dit geeft je direct toegang tot het Debian-besturingssysteem dat de basis voor Proxmox VE vormt.

Via de webinterface open je eenvoudig een opdrachtprompt voor de server.

4 Opslag

Onder Datacenter / Storage zie je welke opslag is geconfigureerd voor welke content. Standaard worden bij de installatie local en local-lvm aangemaakt. Daarbij wordt local gebruikt voor container-templates en iso-images, terwijl local-lvm dient voor de opslag van virtuele harde schijven van virtuele machines en voor gegevens van containers.

Je kunt hier extra opslagbronnen aan toevoegen. De opties NFS en SMB/CIFS zijn heel praktisch voor het koppelen van een NAS, zoals Synology of QNAP. Op de NAS kun je onder meer iso-bestanden neerzetten om te gebruiken voor virtuele machines. Ook kun je de NAS als back-upbestemming gebruiken.

Voor het koppelen zal NFS vaak de voorkeur krijgen. Het is meer op Linux toegespitst en ook iets makkelijker te gebruiken. Dat laten we in de volgende paragraaf zien.

Je kunt opslag configureren voor onder meer templates, iso-bestanden en containerdata.

Meer opslagruimte nodig?

Een NAS is goed te gebruiken als opslaglocatie voor je server

5 Synology-NAS koppelen

Als voorbeeld gaan we een Synology-NAS koppelen via NFS. Open de webinterface van DSM (DiskStation Manager) en open het configuratiescherm. Zorg dat NFS is geactiveerd onder Bestandsservices op het tabje NFS.

Ga dan naar Gedeelde map. Maak indien gewenst een nieuwe map. Zorg er bij het instellen van de gebruikersmachtigingen voor dat je in ieder geval zelf toegang hebt. Dan kun je straks zelf de bestanden raadplegen, zoals back-ups en iso-bestanden.

De toegang voor Proxmox VE regelen we op een andere manier. Selecteer daarvoor de bewuste map en kies Bewerken. Ga naar het tabje NFS-machtigingen en klik op Maken. Vul achter Hostnaam of IP het ip-adres in van de server met Proxmox VE. De overige opties hoef je niet te wijzigen. Bewaar de veranderingen. In de volgende paragraaf gaan we deze opslag toevoegen in Proxmox VE.

Zorg op je NAS dat het ip-adres van de host met Proxmox VE toegang heeft.

6 Opslag toevoegen in Proxmox VE

Ga in Proxmox VE naar Datacenter / Storage en kies Add / NFS. Vul achter ID een beschrijvende naam in, zoals vmopslag. Bij Server vul je het ip-adres van je NAS in. Klik op Export en kies de hiervoor aangemaakte map op de NAS. Bij Content kun je kiezen wat er op de NAS opgeslagen mag worden. We selecteren de opties ISO image, Container template en VZDump backup file.

Gebruik je deze opslag voor back-ups, dan kun je op het tabblad Backup Retention eventueel instellen hoeveel back-ups bewaard moeten worden. Klik als je klaar bent op Add. Links onder Datacenter / pve zie je nu de zojuist toegevoegde opslag. Als je erop klikt, kun je op die locatie door de inhoud bladeren.

Binnen Proxmox VE voeg je de NAS als opslag toe.

7 Templates voor containers

Een Linux-container is een lichtgewicht alternatief voor een virtuele machine. Zoals de naam al aangeeft, gebruik je het voor een Linux-server. Om een container te maken, heb je een template nodig. Ga naar Datacenter / pve en kies een geschikte opslaglocatie. Wij kiezen hier voor local. Ga dan naar CT Templates. Klik op Templates om een lijst met beschikbare templates te zien. Je ziet dat je uiteenlopende smaken van Linux kunt kiezen, waaronder Debian, Ubuntu, Alpine, ArchLinux en Fedora.

We gebruiken in dit artikel Ubuntu 22.04 als basis voor een container. Je kunt het template downloaden door deze aan te klikken en daarna op de knop Download te klikken.

Voor het maken van een container heb je een template nodig.

8 Iso-bestanden ophalen

In een virtuele machine kun je een besturingssysteem installeren op basis van een iso-bestand. Deze maak je eenvoudig beschikbaar: ga daarvoor via Datacenter / pve naar de juiste opslag, zoals local, en kies ISO Images.

Je kunt een iso-bestand uploaden vanaf je pc via de knop Upload. Of je geeft via de knop Download from URL een link naar een iso-bestand op, zodat het direct door Proxmox VE wordt opgehaald.

Als voorbeeld gebruiken we de link die we vinden op de server-downloadpagina van Ubuntu: https://releases.ubuntu.com/22.04.3/ubuntu-22.04.3-live-server-amd64.iso. Plaats deze volledige link in het venster achter URL en kies Query URL. De correcte bestandsnaam wordt ingevuld. Klik dan op Download.

Het is mogelijk om iso-bestanden direct te laten downloaden door Proxmox VE.

Handige installatiehulp Heb je nog niet zo veel ervaring met het installeren van software, dan zijn de scripts van tteck een goede hulp. Zo kun je bijvoorbeeld via één enkele opdracht een container met database of webserver opzetten, of een toepassing als Zigbee2MQTT installeren. Of je maakt er in een handomdraai een virtuele machine mee, bijvoorbeeld met het Home Assistant OS. Voor talloze toepassingen is zo’n installatiehulp beschikbaar.

De installatiehulpjes op deze website maken het installeren van software eenvoudiger.

9 Containers

Een container in Proxmox VE werkt op basis van LXC en heet ook wel Linux-container. Zo’n container deelt in feite de kernel met de host, waardoor deze snel en efficiënt werkt, maar toch op een veilige manier door isolatie.

Dit heeft ook andere voordelen. Zo heb je alles voor één toepassing bij elkaar, is het handig voor back-ups en kun je bijvoorbeeld bronnen toewijzen, een opdrachtprompt openen en de container migreren naar een andere server met Proxmox VE (bij een cluster).

Er bestaan templates met complete software, ook wel TurnKey genoemd. We gaan als voorbeeld een eenvoudige Ubuntu-container toevoegen, die we voor een webserver gaan gebruiken.

Voor containers bestaan er ook templates met complete softwareoplossingen.

Unpriviliged versus priviliged container Een container is naar voorkeur ‘unpriviliged’ of ‘priviliged’. Een unpriviliged container is de standaardoptie. De gebruiker die root is in de container, heeft dan feitelijk heel beperkte rechten op de host. Bij een priviliged container heeft de root-gebruiker in de container daarentegen dezelfde rechten als root op de host. Mocht iemand uit de priviliged container ontsnappen, wat lastig maar niet onmogelijk is, dan is die persoon dus ook root op de host. Hoewel er ook andere veiligheidsmechanismen zijn, schuilt daarin wel een gevaar. Al is dat te overzien als je de server helemaal zelf gebruikt.

Je kunt overigens niet zomaar overstappen van priviliged naar unpriviliged, of andersom. Maar er is wel een simpele omweg. Als je een back-up van de container maakt, zal bij het terugzetten standaard de oorspronkelijke instelling worden overgenomen (priviliged of unpriviliged). Maar je kunt ook kiezen of de nieuwe container priviliged of unpriviliged moet zijn.

Soms loop je bij een unpriviliged container tegen een probleem met rechten aan, waardoor je niet overal toegang toe hebt of niet alles mag doen. Een priviliged container kan dan redding bieden. Maar beter kun je eerst kijken of de beperkingen wellicht zijn op te lossen. En ook een virtuele machine kan een alternatief zijn.

10 Container maken

Om een container te maken, begin je met de blauwe knop Create CT. Op het tabblad General voer je bij CT ID een uniek nummer in voor de container en bij Hostname een herkenbare naam, zoals webserver. Bij Password en Confirm password voer je het wachtwoord in voor de root-gebruiker. Ga dan naar Template: hier selecteer je de opslag die je voor templates gebruikt (zoals local) en het template zelf, dat je hiervoor had opgehaald.

Vervolgens kies je onder Disks waar de containergegevens bewaard moeten worden en wat de omvang van die opslag moet zijn. Begin met bijvoorbeeld 8 GB. Je kunt dit later wijzigen of de omvang aanpassen. Onder CPU stel je in hoeveel processorkracht de container krijgt en onder Memory kies je een limiet voor het geheugengebruik. Zorg dat je genoeg toewijst voor de toepassing(en) die je gaat installeren. Voor een webserver is de standaardwaarde 512 MB meer dan genoeg.

Bij Network vullen wij achter IPv4/CIDR het netwerkadres 10.0.10.31/24 in, in het zogeheten CIDR-formaat (zie kader ‘CIDR-notatie in netwerkinstellingen’). Bij DNS hoef je niets te veranderen. Ga naar Confirm en klik op Finish. De container wordt nu gemaakt. Klik op Start om de container te starten.

We maken een container die we als webserver gaan inrichten.

CIDR-notatie in netwerkinstellingen Let bij het invullen van het ip-adres op de speciale CIDR-notatie die door Proxmox VE wordt gebruikt. Meestal zul je uitgaan van een subnetmasker van 255.255.255.0. Dat geeft in ons voorbeeld de adressen 10.0.10.1 t/m 10.0.10.255. Dit subnet komt overeen met de aanduiding /24 in het CIDR-formaat.

Het adres voor de eerste container schrijven we daarom als 10.0.10.31/24. Zelf vinden wij het handig als het nummer van de container (de CT ID) het ip-adres volgt. Daarom hebben wij voor de eerste container op 10.0.10.31 gekozen voor 1031 als uniek nummer.

De netwerkinstellingen voor de container in Proxmox VE.

11 Details voor je container

Klik je onder Datacenter / pve op de zojuist gemaakte container, dan zie je onder Summary de details voor deze container. Gebruik het gedeelte Notes voor bijvoorbeeld een beschrijving van de container of inloggegevens. Je kunt hier met Markdown-opmaak werken. Via Console kun je een opdrachtprompt voor je server openen en dan inloggen met je root-account. Hoewel je hiervoor natuurlijk ook ssh kunt gebruiken, geeft het een snelle ingang als je het nodig hebt. We gebruiken de opdrachtprompt in de volgende paragraaf voor de configuratie van Ubuntu.

Onder Resources kun je het geheugengebruik en opslag aanpassen, waaronder het verplaatsen of vergroten van de opslag. Onder Options vind je onder meer de optie Start at boot. Dit zorgt dat de container na een herstart van de host automatisch wordt gestart. Bij Backup maak je uiteraard een back-up van de container, zie ook paragraaf 16. Onder Snapshots maak je desgewenst een momentopname van de inhoud van de container, waar je op elk moment naar kunt terugkeren.

Je kunt alle details voor je container eenvoudig later nog bekijken.

12 Configuratie van Ubuntu

Onze container met Ubuntu werkt, maar vaak zul je nog wat instellingen willen nalopen. Zorg dat de container is gestart, ga naar Console en log in. Werk het systeem via de Opdrachtprompt bij met deze twee opdrachten:

apt update

en

apt upgrade

Kies de juiste tijdzone (Europe/Amsterdam) met:

dpkg-reconfigure tzdata

Voor taalinstellingen voer je dit commando uit:

dpkg-reconfigure locales

We zetten een vinkje bij nl_NL.UTF-8. Deze keuze kun je daarna eventueel ook voor de systeeminstellingen doorvoeren, zodat je in het Nederlands wordt aangesproken.

Wil je met ssh kunnen inloggen met je root-account? Bewerk dan de configuratie met de opdracht:

nano /etc/ssh/sshd_config

Haal het commentaarteken bij PermitRootLogin weg en verander de instelling naar:

PermitRootLogin yes

Bewaar de aanpassingen met Ctrl+O en verlaat de editor met Ctrl+X. Herstart de service met:

service sshd restart

Je kunt nu met je favoriete ssh-client inloggen op deze server.

Pas instellingen zoals de tijdzone aan voor je container.

13 Webserver installeren

Als voorbeeld installeren we de webserver Nginx in de nieuwe container. Dit kan eenvoudig met de opdracht:

apt install nginx

Als je met een browser naar het ip-adres van de container gaat, zie je de welkomstpagina van deze webserver. Merk op dat de container met webserver minder dan 50 MB aan geheugen gebruikt. Typisch zullen containers tussen 50 en 150 MB aan geheugen gebruiken, met een paar uitschieters naar boven voor wat zwaardere toepassingen.

Onder Summary kun je eenvoudig aflezen wat de systeembelasting is. Je ziet ook grafieken voor de betreffende container. Die zijn er voor processor- en geheugengebruik, maar ook voor netwerkverkeer en de belasting van de opslag. Dit laatste wordt uiteraard door lees- en schrijfacties beïnvloed.

Een container vraagt in de regel maar heel weinig van je systeem.

14 Virtuele machine

Bij een virtuele machine wordt de hardware van een pc via software geëmuleerd. Binnen Proxmox VE configureer en beheer je deze virtuele machines. Op de achtergrond wordt het bekende KVM (Kernel-based Virtual Machine) gebruikt.

Je maakt een virtuele machine met de knop Create VM. Het is voor een deel vergelijkbaar met het toevoegen van een container. Meestal kun je de standaardinstellingen gebruiken. Op het tabblad OS kies je een iso-bestand met het gewenste besturingssysteem. Onder System configureer je de virtuele hardware. Onder Disks wijs je opslagruimte toe en bij Memory geef je aan hoeveel geheugen de virtuele machine krijgt. Bij veel besturingssystemen kun je de optie Ballooning Device aanzetten. Die optie zie je overigens alleen als je een vinkje bij Advanced zet. Daarmee geeft een virtuele machine een teveel aan geheugen terug aan de host.

De instellingen van een virtuele machine zijn deels vergelijkbaar met die voor een container.

15 Besturingssysteem installeren

Bij het starten van de virtuele machine start ook gelijk de installatie voor de virtuele machine. Dit kun je via Console volgen. Veel instellingen (zoals gebruikersaccounts en netwerk) regel je nu uiteraard binnen de server en grotendeels al tijdens de installatie. Wil je een mooier beeld, dan kies je rechtsboven onder Console voor noVNC. Ook Spice is een goede optie, maar vereist wat extra software.

Het besturingssysteem kun je vanuit de console installeren en configureren.

16 Back-up maken

Je kunt eenvoudig een back-up maken van een container of virtuele machine, door bij het betreffende systeem naar Backup te gaan. Je kunt ook een taak toevoegen voor automatische periodieke back-ups, onder Datacenter / Backup. Het is slim daarbij een e-mailnotificatie aan te zetten voor mislukte back-ups.

Standaard kun je back-ups in de lokale map genaamd local maken. Het is echter raadzaam om ze op een extern systeem te bewaren, zoals de eerder gekoppelde NAS (paragraaf 5 en 6).

Een back-up van een unpriviliged container naar een netwerkshare (zoals NFS) vereist overigens een kleine aanpassing. Open daarvoor de shell en bewerk het bestand vzdump.conf met de opdracht:

nano /etc/vzdump.conf

Haal het commentaarteken (#) weg voor tmpdir: en wijzig deze instelling naar:

tmpdir: /tmp

Bewaar de aanpassingen met Ctrl+O en verlaat de editor met Ctrl+X. Tijdens het maken van de back-up zal dit nu als tijdelijke map worden gebruikt. Merk op dat de inhoud van deze map standaard bij het booten zal worden gewist.

We maken een kleine aanpassing voor back-ups van unpriviliged containers.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Review Comfy warmte van Beurer – Laat de winter maar komen!
© AK | ID.nl
Huis

Review Comfy warmte van Beurer – Laat de winter maar komen!

Nog niet zo heel lang geleden was een elektrische deken vooral iets voor omaatjes. Maar sinds de gasprijzen eind 2021 enorm opliepen, hebben we allemaal de warmtekussen en -dekens omarmd. Welk deel van je lichaam je ook wilt verwarmen: het aanbod is enorm. Tijd voor een uitgebreide test dus. Zaten we er warmpjes bij?

Het van oorsprong Duitse bedrijf Beurer richt zich vooral op producten die te maken hebben met beauty, medical en wellbeing. Dat loopt van haardrogers tot weegschalen en bloeddrukmeters. Maar van oorsprong – en we hebben het dan over 1919(!) – hield Beurer zich bezig met de productie van warmtekussens. Het is dan ook niet vreemd dat het bedrijf een aanzienlijk aantal warmteproducten in het assortiment heeft. Voor deze test probeerden we vier producten uit: een verzwaarde warmtemat (HK 145), een oplaadbaar warmtekussen (Heaty HK 77), een voetenwarmer met massagefunctie (FWM 45) en tot slot een elektrische bovendeken (HD 82 Stockholm). 

Voor gerichte warmte: HK 145 Cosy Weight Green Planet

We beginnen met de HK 145. Hoewel de HK 145 Cosy Weight door Beurer zelf als verwarmingskussen wordt aangeduid, zouden wij het toch eerder een warmtemat noemen. Dat komt door de langwerpige vorm (60x30 centimeter) en de geringe dikte (iets minder dan 9 centimeter). Heel geschikt dus om op specifieke delen van je lichaam te leggen – denk aan een stijve schouder of pijnlijke knieën. Ook als je bijvoorbeeld menstruatiekrampen hebt, kan de HK 145 helpen.

Bij het uit de doos halen viel meteen het gewicht van de mat op: ongeveer anderhalve kilo. Door de vulling van glaskralen is hij een stuk zwaarder dan traditionele warmtekussens. Wie wel eens onder een verzwaringsdeken heeft geslapen, weet hoe rustgevend dat werkt. Bovendien zorgen de kralen ervoor dat de warmte langer wordt afgegeven. Fijn is dat de mat gemaakt is van superzachte materiaal (100% gerecycled – de HK 145 maakt deel uit van de duurzame Green Planet-lijn).

©AK | ID.nl

De werking is heel simpel: stekker in het stopcontact en de gewenste stand kiezen. In totaal zijn er zes warmtestanden. Omdat wij enorme koukleumen zijn, vonden we de hoogste stand het lekkerst, maar dat is een persoonlijk iets. We hebben het kussen eerst uitgeprobeerd op onze de buik. Dat voelde door het verzwarende effect vooral heel ontspannend. Daarna was onze schouder aan de beurt (de combinatie een zekere leeftijd + 40 uur per week achter de laptop zitten is daar niet al te best voor). De warmte werkte snel en gericht: na een minuut of vijftien voelde de schouder duidelijk soepeler. Langer doorgaan was minder prettig, vooral door het gewicht en de harde rand van de mat, die in onze nek begon te drukken.

Eindoordeel:🔥🔥🔥🔥

Dat de HK 145 warmtemat niet in elke stand even comfortabel blijft aanvoelen, is eigenlijk het enige wat we aan te merken hebben. Ben je op zoek naar warmte voor heel je lichaam, dan is deze warmtemat niet het juiste product voor je. Heb je met enige regelmaat echt gerichte warmte nodig, dan is dit een aanrader.

Om mee te knuffelen: HK 77 Heaty warmtekussen

Zeg je cosy warmte, dan zeg je al snel: warmtekussen. Maar dan wel eentje die in je interieur past. Dat hebben ze bij Beurer goed begrepen: het HK 77 Heaty kussen is verkrijgbaar met een corduroy hoes (in crème, oudroze, blauwgroen) of een velvet hoes (in taupe, roze. blauw). De hoes is wasbaar.

Net als bij de andere producten in deze test wordt ook de Heaty (wij probeerden de velvetblauwe versie) geleverd met een handleiding met een duidelijke schematische tekening waarop alle onderdelen en functies staan uitgelegd. Het enige wat we in de handleiding niet helemaal duidelijk vonden, was of je de accu kunt opladen terwijl hij nog in het zakje van het binnenkussen zat, of dat je hem eerst moet verwijderen. Voor de veiligheid hebben wij hem eruit gehaald. Het opladen zelf wijst zich vanzelf. Drie witte ledjes op het bedieningspaneel (het bruine label aan de buitenzijde) geven de voortgang van het opladen aan. Is de accu helemaal opgeladen, dan regel je via de drukknop op het paneel de hoogte van de warmte. Als het kussen aan staat, zie je zowel de ingestelde temperatuur-indicator als de ledjes van het batterijniveau.

©AK | ID.nl

Om met die warmte te beginnen: we kunnen niet anders concluderen dan dat het ultiem comfort is, snuggelen met een warm kussen. Wij als koukleumen opteerden natuurlijk voor de hoogste stand, maar ook na terugschakelen naar een lagere stand gaf het kussen nog steeds behaaglijke warmte af.

Wel vonden we dat de accu redelijk snel leegliep.Na ongeveer een uur op de hoogste warmtestand waren al twee van de drie witte ledlampjes uit. Volgens Beurer heeft de accu een maximale gebruiksduur van vier uur, maar dat geldt alleen voor de laagste stand. Op de hoogste stand haal je dus waarschijnlijk nét het einde van een romantische kerstfilm niet.

Eindoordeel:🔥🔥🔥🔥

De accuduur is eigenlijk het enige minpunt dat we aan het HK 77 Heaty warmtekussen hebben kunnen ontdekken. En minpunt is misschien te sterk. Minderpunt is een betere benaming. Het is en blijft namelijk een heerlijk knuffelkussen!

Warmte en ontspanning voor je voeten: FWM 45 voetenwarmer

Wie vaak koude voeten heeft, heeft niets aan een warmtekussen. Speciaal voor die mensen is er de FWM 45: een voetenwarmer met een teddyvoering, die twee verschillende warmtestanden heeft én twee verschillende massagestanden. Je kunt zowel de warmte als de massage afzonderlijk of tegelijkertijd gebruiken. Variatie genoeg dus.

Op een thuiswerkdag waarop het buiten behoorlijk koud was hebben wij de voetenzak onder het bureau gezet. Stekker in het stopcontact, even laten opwarmen en voeten erin. Aanvankelijk hielden we daarbij onze sokken aan. Dat voelde oké, maar echt warm: nee. Met blote voeten ging dat wat beter, hoewel het van ons nog wel wat warmer had gemogen. Jammer is dat de warmte alleen van een verwarmingselement aan de onderkant komt en dat de bovenkant niet elastisch sluit, waardoor er een opening blijft waardoor koude lucht naar binnen glipt. Kleine tip: vouw de teddyvoering uit in plaats van die over de zak te laten hangen, zodat je onderbenen beter bedekt zijn. Doen, wat ons betreft.

©AK | ID.nl

Bijzonder aan deze voetenwarmer (geschikt voor voeten tot en met maat 47) is dat er een massagefunctie op zit. Je kunt daarbij kiezen uit twee standen: rustgevend en verkwikkend. De rustgevende modus (stand 1) doet precies wat hij belooft. Je voelt de trilling in je voeten en kuiten. Het is niet hinderlijk en vooral ontspannend. We kunnen ons voorstellen dat dit een prettige stand is bij het tv-kijken na een dag hard werken. Tv-kijken terwijl de verkwikkende modus (stand 2) aan staat, zouden we zelf niet zo snel doen. Het masseren gaat in deze stand namelijk een stuk harder (en maakt ook wat meer geluid). Voelt het vervelend? Nee, dat niet. Maar het voelt ook niet heel lekker – je bent je vooral heel de tijd bewust van het getril onder je voeten. Wij vonden het lastig om ons tijdens deze stand te focussen op ons werk.

Eindoordeel:🔥🔥🔥

Wat ons betreft had de FWM 45 voetenwarmer meer warmte mogen afgeven, en dan het liefst ook vanaf de bovenkant. Massagestand 1 (rustgevend) is een fijne bonus, maar stand 2 vonden we minder plezierig.

Om nooit meer onderuit te kruipen: HD 82 Stockholm warmtedeken

Reviewen is soms hard werken, maar soms is het een feestje. Het uitproberen van de HD 82 warmtedeken was zo'n feestje. Dankzij zijn afmetingen (130x180 centimeter) kun je er helemaal in wegkruipen. Op de handig verlichte bedieningseenheid kun je kiezen uit zes warmtestanden, waarbij koukleumen zoals wij ook bij een lagere stand dan de hoogste nog heerlijk warm blijven.

©AK | ID.nl

De deken is heel zacht (fleece) en ziet er luxueus uit. Geen deken die je na gebruik opbergt omdat hij lelijk staat in je interieur, maar echt een deken om standaard op de bank te hebben liggen. Een fijn idee daarbij is dat er een veiligheidssysteem is ingebouwd: bij een storing schakelt de deken automatisch uit. Ook wanneer hij drie uur heeft aangestaan, schakelt hij automatisch uit. Dat voorkomt dat je hem zelf vergeet uit te zetten. Scheelt weer op je energierekening! Niet veel, want een gemiddelde warmtedeken verbruikt ongeveer 100 watt per uur. Na drie uur is dat dus ongeveer 0,3 kWh. Bij een gemiddelde elektriciteitsprijs van 0,28 euro per kWh (niveau november 2025; bron: ANWB) kom je uit op net iets meer dan 9 cent. Dat is veel goedkoper dan drie uur de kachel aan… 

Eindoordeel:🔥🔥🔥🔥🔥

Wil je je gasrekening deze winter laag houden? Dan is de HD 82 Stockholm een must-have. We hebben aan deze warmtedeken geen enkel minpunt kunnen ontdekken. Heerlijk warm en supercomfortabel: het liefst zouden we er heel de winter onder willen bivakkeren.

ProductSoortAantal warmtestandenOplaadbaarAutomatische uitschakelingWasbaar
HK 145 Cosy Weight Green PlanetWarmtemat6NeeJa, na 90 minutenJa
HK 77 HeatyWarmtekussen3JaJa, na 90 minutenJa (kussenhoes)
FWM 45Voetenwarmer2 (+ 2 massagestanden)NeeNeeJa (teddy voetenzak)
Beurer HD 82 StockholmElektrische bovendeken6NeeJa, na 3 uurJa
▼ Volgende artikel
FRITZ! introduceert compacte wifi 7-stopcontactset voor sneller internet in huis
© FRITZ!
Huis

FRITZ! introduceert compacte wifi 7-stopcontactset voor sneller internet in huis

FRITZ! heeft de Mesh Set 1700 uitgebracht, een nieuwe wifi 7-oplossing die je gewoon in het stopcontact prikt. De compacte set bestaat uit kleine repeaters die samen één groot draadloos netwerk vormen, bedoeld om in elke hoek van het huis snel en stabiel internet te bieden.

De set draait om de vernieuwde FRITZ!Repeater 1200 AX, nu uitgerust met wifi 7 en goed voor snelheden tot 3.600 Mbit/s op de 2,4- en 5GHz-banden – een toename van ongeveer 600 Mbit/s ten opzichte van het vorige model. Dankzij multigigabit-wifi kunnen meer apparaten tegelijk verbonden zijn zonder dat de snelheid merkbaar daalt. De nieuwe wifi 7-functie Multi-Link Operation maakt het mogelijk om data gelijktijdig via beide frequentiebanden te versturen, wat de stabiliteit verder verbetert. Voor vaste apparaten is er bovendien een gigabitpoort aanwezig.

Omdat de repeaters direct in het stopcontact worden gestoken, nemen ze nauwelijks ruimte in en zijn ze eenvoudig te installeren. Gebruikers kunnen kiezen voor een set met twee of drie repeaters, afhankelijk van de grootte van de woning. De FRITZ!Mesh Set 1700 werkt het best samen met een FRITZ!Box, maar kan ook worden gekoppeld aan routers van andere merken. In dat geval fungeert de eerste repeater als centrale wifi-regelaar.

Goed om te weten: alle FRITZ!Box-routers en repeaters worden in Europa geproduceerd, krijgen vijf jaar garantie krijgen en ontvangen gratis beveiligings- en functie-updates.

Beschikbaarheid

De FRITZ!Mesh Set 1700 is per direct verkrijgbaar als set van twee of drie repeaters. De afzonderlijke repeater is ook los te koop onder de naam FRITZ!Repeater 1700.

Wat doet Multi-Link Operation?

Multi-Link Operation is een technologie specifiek binnen wifi 7 waarmee apparaten gelijktijdig gebruikmaken van meerdere frequentiebanden. Hierdoor kan data sneller en stabieler worden verzonden, vooral bij druk gebruik van het netwerk.