ID.nl logo
17 AMD AM5-moederborden getest
Huis

17 AMD AM5-moederborden getest

Overweeg je een nieuwe 7000-serie AMD-processor, dan heb je een nieuw moederbord nodig met Socket AM5. Maar daar zijn er veel van en vaak met verschillende aanduidingen zoals B650 of X670E. Wat zijn de verschillen en wat heb je écht nodig? We hebben maar liefst zeventien verschillende moederborden getest om deze vragen te beantwoorden.

Duik in de wereld van AM5-moederborden en maak een weloverwogen keuze bij het upgraden van je game- of werkstation met een 7000-serie AMD-processor. In dit artikel bespreken we de belangrijkste verschillen en vereisten van zeventien geteste modellen om je te helpen het beste moederbord voor jouw behoeften te vinden. Van geheugentechnologie tot connectiviteitsopties, we nemen je mee door de belangrijkste aspecten van de nieuwste generatie moederborden.

  • Vergelijk 17 AMD AM5-moederborden
  • Connectiviteitsopties: Leer over de uitbreiding van USB-poorten, snellere netwerkaansluitingen en geavanceerde draadloze technologieën.
  • Koeloplossingen: Begrijp de compatibiliteit en noodzaak van efficiënte koeloplossingen voor de krachtige Ryzen 7000-processors.

Wil jij meer weten over moederborden? Lees dan ook: Koopwijzer Moederborden

AMD heeft met zijn nieuwe Ryzen 7000-processors een grote stap gezet wat prestaties betreft. Maar het is ook de eerste nieuwe generatie sinds de introductie van de allereerste Ryzen-processor in 2018 die een nieuw platform vereist. Dat brengt ons direct bij het eerste pluspuntje voor AMD: het bedrijf heeft direct beloofd dat ook dit nieuwe AM5-platform weer vele jaren ondersteund wordt. 

De AMD Ryzen 7000-processors vereisen voor het eerst in jaren een nieuwe socket.

Flink hogere prijzen 

Een AM5-moederbord moet dus geschikt zijn voor de processors van nu, maar ook voor een processorupgrade over een jaar of drie. Dat is maar goed ook, want de moederborden van deze generatie zijn gigantisch in prijs gestegen. Waar je in het AM4-tijdperk voor 100 tot 150 euro een prima instap- of zelfs middenklasse-bord kon kopen, is de goedkoopste deelnemer van ons testveld nu maar liefst 279 euro. Een combinatie van tekorten aan onderdelen, hogere kosten van die onderdelen, hogere transportkosten en inflatie heeft een stevige impact. Maar wij hebben er als testers en consumenten ook een rol in gespeeld: er is veel aandacht geweest voor de bouwkwaliteit en eigenschappen van moederborden, waarbij slechte borden hard werden afgestraft. Het resultaat is dat ook de nieuwe instapmodellen op het gebied van bouwkwaliteit en mogelijkheden vaak nauwelijks onderdoen voor wat voorheen middenklassers waren. 

Lees ook: Dit moet je weten over de AMD Ryzen 7000-serie processors


Nieuw in AM5? 

Omdat AM5 de eerste nieuwe socket in jaren is, had AMD wel wat in te halen en dat is precies wat AM5 doet. AMD stapt over van DDR4-werkgeheugen naar DDR5. Dat snellere geheugen is wel iets duurder, maar de prijzen daarvan zakken flink. Voor een hoger gepositioneerd systeem zien we DDR5 niet langer als nadeel. Een grotere stap is de ondersteuning voor PCI Express 5.0. Op korte termijn verwachten we nieuwe, nog snellere PCIe-gen5-ssd’s op de markt en ook videokaarten zullen hier op termijn gebruik van maken. Een beetje toekomstmuziek, maar logisch gezien de verwachte levensduur van AM5-borden. 

Ook bij andere onderdelen zien we stappen vooruit. Zo krijgen AM5-moederborden veelal meer en snellere usb-poorten, inclusief 20Gbit/s-usb-poorten en op een aantal zelfs 40Gbit/s-usb4.0-poorten en thunderbolt. Daarbij zijn de netwerkaansluitingen vaak sneller. Een 2,5Gbit/s-lan-poort en wifi 6E zijn de standaard. Ook hebben de nieuwe AM5-borden vaak veel meer M.2-sloten voor snelle NVMe-ssd’s. Alle borden in onze test hebben drie, vier of soms zelfs vijf M.2-sloten aan boord. 

Met Socket AM5 stapt AMD ook over op een LGA-concept, met de pinnen in de socket in plaats van op de cpu. 

Vier chipsets 

AMD maakt de keuze direct wat verwarrend door maar liefst vier verschillende chipsets aan te bieden. Gelukkig hoef je daar als consument niet al te veel over na te denken, want de grootste verschillen zitten in het maximumaantal theoretische aansluitingen (denk aan M.2-sloten, usb-poorten enzovoort). Wat de chipset theoretisch biedt, is bij lange na niet zo relevant als wat elk moederbord fysiek echt levert. Een X670-bord heeft simpelweg twee B650-chipsets aan boord om meer aansluitingen mogelijk te maken. Maar een B650-bord is niet trager en ook mogelijkheden zoals overklokken zijn op alle borden aanwezig. Het enige echt cruciale verschil zit in de E als achtervoegsel: B650E- en X670E-moederborden garanderen dat je minimaal één PCIe-gen5-ssd én één PCIe-gen5-gpu kunt aansluiten. Borden zonder E bieden normaliter enkel het ssd-gedeelte. 

De opbouw van de B650(E)-chipset. X670-borden hebben simpelweg twee van deze chips op het bord zitten voor extra aansluitingen. 

Compatibiliteit koeling met socket 

Een nieuwe socket betekent vaak een nieuwe koeloplossing, maar AMD heeft socket AM5 achterwaarts compatibel gemaakt met oude AM4-koeloplossingen. Althans: alle koelers die gebruikmaken van de standaard AM4-backplate. Dat zijn er veel, maar niet allemaal. Controleer daarom of jouw beoogde koeler wel écht op AM5 werkt. Let er ook op dat de nieuwe processors meer energie verbruiken bij zwaar werk. Hierdoor is een waterkoeler wenselijk voor Ryzen 9-processors en een stevige luchtkoeler gewenst voor de nieuwe Ryzen 5- en 7-modellen. 

Voor een Ryzen 9 is een 360mm-waterkoeler zoals de Corsair H150i Elite Capellix een goed uitgangspunt. Voor een Ryzen 5 is een Noctua NH-U12S chromax.black een mooie basis. 

Stroomvoorziening en mogelijkheden 

Waar je doorgaans op moet letten bij de aanschaf van een moederbord is de stroomvoorziening, soms VRM of VRM’s (voltage regulator module) genoemd. Hoe zwaarder de cpu, hoe zwaarder die moet zijn. Maar omdat er veel aandacht geweest is voor dit onderwerp, zijn er vandaag de dag nauwelijks borden met een slechte stroomvoorziening te vinden. Alle zeventien borden in onze test zijn dan ook ruim voldoende uitgerust voor zelfs een Ryzen 9 7950X. Wij maken in onze beoordeling geen onderscheid tussen een goede of overdreven goede stroomvoorziening, want zolang de moederborden niet in de buurt komen van oververhitting, maakt het praktisch gewoon niet uit. Alleen voor echte hardcore-overklokkers is het een overweging. 

Waar je wel goed op moet letten, zijn de aansluitingen op het bord. We overwegen in onze adviezen alle aansluitingen en mogelijkheden mee om te bepalen welk moederbord het meest positief opvalt in elk van de categorieën. Maar uiteindelijk moet je zelf bepalen wat voor jou belangrijk is. Hoeveel M.2-ssd’s verwacht je écht nodig te hebben? Hoeveel usb-poorten heb je nodig en hoe snel moeten die zijn? Uiteindelijk kom je zo tot het beste moederbord voor jou: de stroomvoorziening moet voldoen voor jouw cpu en de overige mogelijkheden moeten aan jouw eisen voldoen. Houd daarbij wel rekening met eventuele wensen in de toekomst. Maar een duurder moederbord kopen dan een model dat al aan de eisen voldoet, heeft weinig zin. 

De stroomvoorziening is tegenwoordig op ieder bord toereiken voor zelfs het topmodel processor. 

De beste middenklasser (tot 300 euro) 

Het was geen lastige keuze om ons favoriete AM5-bord onder de 300 euro van de stapel te pakken. De ASUS TUF Gaming B650-Plus WiFi was namelijk de enige die de prijs nog enigszins aantrekkelijk hield. Wat stroomvoorziening doet hij niet onder voor high-end borden uit het verleden en is meer dan krachtig genoeg om zelfs de Ryzen 9 7950X comfortabel van stroom te voorzien. Daarbij zitten er nog aardige heatsinks op om de warmte op te vangen. Overweeg je een Ryzen 5 of 7 te kopen, dan is de stroomvoorziening sowieso totaal geen overweging. 

De mix van aansluitingen is weliswaar bescheiden, maar we vragen ons ook af hoeveel gebruikers nu echt meer nodig hebben dan dit bord biedt. Je kunt er drie M.2-ssd’s op kwijt, je hebt zeven fanheaders, vier (a)RGB-headers (adresseerbare RGB-headers) en interne headers voor zowel usb3.0-poorten als een type-c-poort op je behuizing. Zelfs de ALC1200-audiochip is helemaal prima en beter dan die op sommige duurdere borden. 

Uiteraard moet een lagere prijs wel ergens uit voortkomen en dus zien we geen luxe extraatjes. Er is geen POST-code voor troubleshooting, er zijn geen fysieke knoppen aanwezig en de handige q-latches (snelbevestigingen) die ASUS op duurdere borden heeft om het loskoppelen van de gpu te vereenvoudigen, ontbreken hier. 

Achterop is het bord ook iets kariger: acht usb-poorten is niet overdreven luxe en van rappe 20Gbit/s-usb-poorten is geen sprake. Wel krijg je een 2,5Gbit/s-netwerkaansluiting, en wifi 6E met een lange externe antenne, wat fijn is als je van wifi gebruik wilt maken. Je kunt zelfs nog twintig euro besparen met de B650-Plus zonder wifi. Een bord zonder fratsen, maar met een degelijke basis en uiteindelijk een totaalplaatje waar menig gebruiker meer dan genoeg aan zal hebben. Voor iedereen die dat extra geld liever in andere hardware stopt, is dit een uitstekende instapper voor het AM5-platform. 

Goed
Conclusie

De ASUS TUF Gaming B650-Plus WiFi is een aantrekkelijk geprijsd AM5-moederbord met degelijke stroomvoorziening en voldoende aansluitmogelijkheden. Hoewel het ontbreekt aan luxe extra's, biedt het bord solide basisfunctionaliteit voor de meeste gebruikers. Met ondersteuning voor drie M.2-ssd's, meerdere fanheaders, RGB-headers, usb3.0 en type-c is het een uitstekende instapoptie voor het AM5-platform voor wie liever geld investeert in andere hardwarecomponenten.

Plus- en minpunten
  • Sterke prijs-kwaliteitverhouding 
  • Stroomvoorziening toereikend 
  • 2,5Gbit/s-netwerkpoort en wifi 6E 
  • Geen luxe 
  • Geen extra’s 
  • Relatief weinig usb-poorten 

Het beste high-end-bord (tot 350 euro) 

Dat de ASUS TUF Gaming B650-Plus WiFi een mooi uitgangspunt is, betekent niet dat we niet meer kunnen wensen. En verruimen we ons budget iets tot 350 euro, dan zien we enkele borden die toch echt wel een stapje verdergaan. Zoals vaker bouwt elk hoger model voort op het model eronder. We richten ons dan vooral ook op de extra’s en als je iets moet inleveren, melden wij dat uiteraard ook. De meest positieve uitschieter in dit segment is voor ons de ASUS ROG Strix B650E-F Gaming WiFi.

Dit is het voordeligste bord in deze test met het E-achtervoegsel en daarmee gegarandeerd klaar voor zowel PCIe-gen5-ssd’s én -gpu’s tegelijk. Ten opzichte van de ASUS TUF Gaming B650-Plus WiFi is de stroomvoorziening nog iets beter (al maakt dat in de praktijk niet veel uit), de audio is iets beter en achterop zien we nu een ruimer totaal van twaalf usb-poorten inclusief een snellere 20Gbit/s-optie. 

Gecombineerd met ASUS’ traditioneel sterke BIOS-functies, maakt dat de ROG Strix B650E-F Gaming WiFi een van de fijnere allround-borden van dit moment, zonder dat de prijs helemaal de spuigaten uit loopt. De prijs van 349 euro is fors, maar niet exorbitant. En ook niet vervelend: het is ook nog een fysiek aantrekkelijk bord om te zien. 

Een andere goede optie in deze klasse vinden we de Gigabyte X670 Aorus Elite AX die voor 329 euro over de toonbank gaat. Dit bord weet goede punten te scoren met enkele eigenschappen die op menig duurder bord niet te vinden zijn. Zo is dit het goedkoopste bord met vier M.2-sloten. En je krijgt twee interne usb3.0-headers voor behuizingen die vier usb-poorten voorop hebben zitten, ook dat is uniek. Ook waarderen we het totaal van dertien usb-poorten inclusief een rappe 20Gbit/s-variant. Verder krijg je op dit bord een fysieke aan-uitknop, fijn voor gebruik buiten een behuizing of bij troubleshooting. 

Waarom is Gigabyte-bord dan niet dé keuze in dit segment? Die unieke voordelen zijn sterk, maar in onze optiek voor een wat kleinere doelgroep. De afwezigheid van het E-achtervoegsel is daarbij jammer voor het toekomstperspectief en Gigabyte heeft gekozen voor een ALC897-audiochip, wat een budgetchip is van enkele jaren terug. Iets om over na te denken dus, maar als de voordelen je aanspreken is de X670 Aorus Elite AX het overwegen zeker waard. 

Goed
Conclusie

De Gigabyte X670 Aorus Elite AX (€329) biedt unieke kenmerken zoals vier M.2-sloten, twee interne usb3.0-headers en dertien usb-poorten, waaronder een 20Gbit/s-optie. Echter, het ontbreken van het E-achtervoegsel en de verouderde ALC897-audiochip maken het minder toekomstbestendig. Desondanks is het een overweging waard voor de juiste doelgroep.

Plus- en minpunten
  • Vier M.2-sloten
  • Twee usb3.0-headers
  • Veel usb-aansluitingen
  • Fysieke aan-uitknop
  • Geen E-chipset
  • Goedkope audiochip

Veilig aan je pc knutselen?

Met precisie-gereedschap gaat dat het best!

Het beste prosumer-bord (tot 400 euro) 

Heel even twijfelden we of een bord in deze prijsklasse moesten aanraden. Vanaf 350 euro zien we de meeste fabrikanten namelijk geleidelijke stapjes omhoog maken. Elke stap omhoog is voorzichtig uitgedokterd, zodat er wel iets extra’s aanwezig is, maar nóg duurdere borden niet overbodig gemaakt worden. Het is vanaf dit prijspunt echt zaak dat je goed nadenkt over wat je nu echt nodig hebt. 

Desondanks zien we in de ASUS Prime X670E-PRO WiFi toch een heel mooie middenklasser: met een uitstekende stroomvoorziening, veel fan- en RGB-headers, vier M.2-sloten en tien usb-poorten inclusief een 20Gbit/s-usb-poort achterop. Dat zal voor velen toch meer dan genoeg zijn. Ook heb je bij dit bord de ruimte voor een toekomstige PCIe-gen5-ssd-upgrade en PCIe-gen5-gpu-upgrade, en is hij voorzien van luxe extraatjes zoals de q-latch die het makkelijker maakt je videokaart los te koppelen. 

MSI gaat met zijn B650 MPG Carbon WiFi juist een andere kant op. Hier ontbreekt het E-achtervoegsel, wat we voor een moederbord van 396 euro toch echt een enorm minpunt vinden. Gelukkig is de basis van dit bord wel prima: met vier M.2-sloten en tien usb-poorten inclusief één 20gbit/s-usb-poort. Je krijgt er een nog extremere stroomvoorziening voor terug voor overklokliefhebbers, en vreemd genoeg is dit pas het eerste bord waarbij we zes SATA-poorten en een optische audio-uitgang aantreffen. Dat maakt de B650 MPG Carbon WiFi een goede keuze voor een selecte doelgroep. 

Goed
Conclusie

De MSI B650 MPG Carbon WiFi (€396) mist het E-achtervoegsel, wat een minpunt is. Echter, het biedt een solide basis met vier M.2-sloten, tien usb-poorten (inclusief één 20Gbit/s-poort), extreme stroomvoorziening voor overklokkers, zes SATA-poorten en een optische audio-uitgang. Dit maakt het bord geschikt voor een specifieke doelgroep.

Plus- en minpunten
  • Vier M.2-sloten 
  • Genoeg usb-poorten 
  • Extreem goede stroomvoorziening 
  • Veel SATA-poorten 
  • Geen E-chipset 

Het beste liefhebbersbord (tot 600 euro) 

We maken nu een grote sprong in het budget, want meer dan 400 euro uitgeven heeft alleen zin als je een echte liefhebber bent. Onze eerste keuze in dit segment is dan de Gigabyte X670E Aorus Master. Dit bord voorziet liefhebbers van praktisch alles: een extreem goede stroomvoorziening, alle basisfeatures zoals vier M.2-sloten en twaalf usb-poorten inclusief een 20Gbit/s-usb-poort, en daarbij krijg je alle toeters en bellen die je als liefhebber nog zou wensen: fysieke knoppen, een POST-code, een metalen bodemplaat voor hobbygebruik (bijvoorbeeld in een testbench-behuizing) waarbij borden soms net wat meer te verduren krijgen. Fijne features waarvoor je bij andere borden soms meer moet betalen. 

 De runner-up in dit segment vinden we de ASUS ROG Strix X670-E Gaming WiFi. Deze ASUS-tegenhanger laat een paar puntjes van de Aorus Master achterwege, zoals de metalen bodemplaat voor hobbygebruik, en heeft ‘maar’ acht fanheaders in plaats van tien (voor de echte liefhebber), maar zet daar vervolgens weer wat andere extra’s tegenover: een extra interne usb2.0-header, een iets betere audiochip en een extra usb-poort. Een beetje geven en nemen dus, waarbij we vermoeden dat het prijsverschil van twintig euro minder relevant is dan een eventuele merkvoorkeur. We noemen hem de runner-up, maar met beide borden kan de liefhebber alle kanten op. 

Een unieke inslag: ProArt X670E-Creator

Bij sommige borden maakt de fabrikant een unieke keuze. Hierbij neemt een bedrijf geen geleidelijke stap vooruit, maar laat het bijvoorbeeld stroomvoorziening die ronduit overkill genoemd mag worden juist achterwege in ruil voor wat uniekere extra’s. De ProArt X670E-Creator van ASUS is daar een mooi voorbeeld van. In veel opzichten is dit 599 euro kostende bord niet heel anders dan de 349 euro kostende B650E-F Gaming WiFi. Toch voegt dit bord een extra 10Gbit/s-netwerkpoort toe en twee thunderbolt4-headers inclusief een DisplayPort-ingang voor Thunderbolt Display Passthrough. Dat zijn niche features die het gros van de gewone gebruikers niet kent of nodig heeft, maar zijn voor een kleine groep gebruikers onmisbaar. Liefhebbers van de snelste thunderbolt-aansluitingen en 10Gbit-netwerken weten dus waar ze moeten zijn. 

Het beste ultieme bord (boven de 600 euro): 

Inmiddels bereiken we de categorie borden voor mensen voor wie geld geen enkele rol speelt, voor zover we die niet al bereikt hadden. Dit is het segment met borden die zo ver gaan dat we het veelal overdrijven moeten noemen. Borden zoals de X670E Extreme bieden daadwerkelijk alles wat je kunt wensen, maar hoeveel gebruikers hebben nu echt tientallen fan- en RGB-headers nodig? Eén bord verdient het voor ons wel om uitgelicht te worden en dat is de ASUS ROG Crosshair X670E Hero. Bijna 700 euro is bizar veel geld – en meer dan sommige mensen aan een hele pc willen of kunnen uitgeven – maar het is wel het toppunt van moederborden. Hij heeft een top-stroomvoorziening, top-audiochip, extreem veel aansluitingen waaronder vijf M.2-ssd-aansluitingen en twee thunderbolt4-aansluitingen. Voor iedereen die echt niets wil missen (of gewoon wil showen) een hoogtepunt. 

De Gigabyte X670E Aorus Xtreme lijkt enorm veel op de goedkopere Gigabyte X670E Aorus Master, waardoor we de Master eigenlijk de betere keuze vinden. Maar de Xtreme gaat op twee vlakken wel wat verder. Zo biedt elk van de vier M.2-sloten hier PCI Express 5.0, wat voor een extreem opslagscenario technisch interessant is. Je krijgt hier ook een 10Gbit/s-netwerkpoort, iets wat op ASUS ROG Crosshair X670E Hero dan weer ontbreekt. Zo weet Gigabyte een specifieke niche in dit segment toch te bedienen. 

Legendarisch
Conclusie

De ASUS ROG Crosshair X670E Hero, met een prijs van bijna 700, is bedoeld voor mensen die geld geen rol vinden spelen. Dit toppunt van moederborden biedt een top-stroomvoorziening, top-audiochip en extreem veel aansluitingen, waaronder vijf M.2-ssd-aansluitingen en twee Thunderbolt 4-aansluitingen. Ideaal voor wie niets wil missen of graag wil imponeren.

Plus- en minpunten
  • Uitstekende stroomvoorziening 
  • Goede audiochip 
  • Extreem veel aansluitingen 
  • E-chipset 
  • Thunderbolt/usb 4 
  • Extreem hoge prijs 

Fantastisch
Conclusie

De Gigabyte X670E Aorus Xtreme lijkt sterk op de goedkopere X670E Aorus Master, maar biedt enkele extra's. Elk van de vier M.2-sloten ondersteunt PCI Express 5.0, wat interessant is voor extreme opslagscenario's. Bovendien heeft het een 10Gbit/s-netwerkpoort, iets dat ontbreekt op de ASUS ROG Crosshair X670E Hero. Hiermee bedient Gigabyte een specifieke niche in dit segment.

Plus- en minpunten
  • E-chipset 
  • Vier M.2-sloten met PCI Express 5.0 
  • 10Gbit/s-netwerkpoort 
  • Extreem hoge prijs

Conclusie 

We hebben enkele jaren geleden het punt bereikt dat er eigenlijk nauwelijks nog slechte moederborden te koop zijn. De keerzijde daarvan is dat ze een stuk prijziger zijn geworden, boven op de economische omstandigheden. Dat voelt zuur, maar tegelijkertijd stellen we vast dat elk van deze borden gewoon een uitstekende prestatie levert. Geen enkel model stelt teleur: stuk voor stuk hebben ze stroomvoorzieningen die variëren van ‘prima’ tot ‘ongelofelijke overkill’ en ze hebben zeer veel features en zien er ook nog aantrekkelijk uit (voor wie dat belangrijk vindt). Als gevolg kan … nee … moet je je écht volledig richten op de features die je in de tabel ziet en bedenken welke voor jouw doeleinden relevant zijn. Tip: je kunt ook een pdf van deze tabel downloaden via https://www.kwikr.nl/mobotest

Onze eerdere aanbevelingen zijn nogmaals borden die in de bredere zin positief opvallen en we zouden als eerste bekijken of die bij jou passen, en zeker de middenklassers kunnen de meeste gebruikers eigenlijk niet mis mee. Elk van deze borden kan in theorie een redelijke koop zijn als de eigenschappen beter bij jou passen. Een laatste tip: let altijd ook op voor tijdelijke deals, zoals cash-backs of Steam-tegoeden, die voldoende kunnen zijn om een alternatief te kiezen. De inhoudelijke verschillen rond dezelfde prijspunten zijn tenslotte veelal, maar zeker niet altijd, relatief beperkt. Dus prijsbewuste kopers dienen deals in de gaten te houden. 

Normaal gesproken krijgt het allerbest geteste product met de beste eigenschappen het keurmerk Best Getest, ongeacht de prijs. Maar hier wijken we daar een beetje vanaf. Want ja, de moederborden in onze ‘ultieme’ klasse hebben bijna idioot veel features. Maar je moet er ook wel zó veel geld voor betalen, dat we in alle redelijkheid mensen niet kunnen adviseren om een bord van 700 euro te aan te schaffen. Best Getest kennen we daarom toe aan de Gigabyte X670E Aorus Master, die is al duur genoeg en het is ronduit een moederbord om van te dromen. 


▼ Volgende artikel
Bedien je slimme apparaten met een zelfgebouwd touchscreen
© InfiniteFlow - stock.adobe.com
Huis

Bedien je slimme apparaten met een zelfgebouwd touchscreen

Houd je van knutselen én automatiseer je alles in en om je huis met Home Assistant? Kijk dan zeker eens naar ESPHome. Je kunt eindeloos variëren met componenten. Dankzij de koppeling met Home Assistant bouw je gemakkelijk en voor weinig geld een lichtschakelaar of sensor, om maar wat te noemen. De LVGL-bibliotheek zorgt ervoor dat je nu ook eenvoudig met een touchscreen en zelfbedachte gebruikersinterface kunt werken. We laten zien hoe dat werkt met tips voor passende projecten.

In dit artikel laten we zien hoe je een touchscreen-interface bouwt voor Home Assistant met ESPHome en LVGL:

  • Installeer ESPHome en configureer een ESP32-microcontroller voor je project
  • Sluit een touchscreen aan en stel de juiste GPIO-pinnen en drivers in
  • Gebruik LVGL-widgets voor een interactieve interface
  • Integreer je touchscreen met Home Assistant voor directe bediening van je slimme apparaten

Lees ook: 5 fouten die je niet moet maken in je smarthome

Code downloaden

In dit artikel staat een voorbeeld van wat YAML-code. Omdat YAML erg gevoelig is voor foute spaties, kun je die code beter downloaden en daarna bekijken of kopiëren. In het bestand espcode.txt staan alle regels voorbeeldcode zoals ze in dit artikel aan bod komen. Maar je vindt ook een uitgewerkt voorbeeld in het bestand cyd-demo.yaml. Beide bestanden zijn hier te downloaden.

Uitgewerkt voorbeeld

Het meest uitgewerkte voorbeeld voor de demo met LVGL vind je op deze GitHub-pagina van auteur Gertjan Groen. In de code die je kunt downloaden (ook in het losse bestand cyd-demo.yaml) hebben we ook de RGB-led op de achterzijde toegevoegd, die je bijvoorbeeld als statusmelding kunt gebruiken. Verder is een timer toegevoegd om de backlight te regelen, zodat deze bij inactiviteit wordt uitgeschakeld. Tot slot laten we zien hoe je de GPIO-pinnen kunt gebruiken via de I2C-bus. Op de GitHub-pagina vind je nog meer handige informatie.

ESPHome maakt het heel makkelijk om apparaten te maken voor een slim huis, zoals je eigen sensors. Zo bouwden we eerder al eens een luchtkwaliteitsmonitor, een infraroodzender/ontvanger en een controller met drukknoppen en leds, waarmee je apparaten kunt bedienen en de status aflezen. Hoe je dat doet, lees je in dit artikel: Zo maak je met ESPHome apparaten geschikt voor je smarthome.

De basis voor ESPHome is een kleine, voordelige en zuinige microcontroller, meestal de ESP32. ESPHome ondersteunt enorm veel componenten en biedt daardoor haast onbegrensde mogelijkheden. We helpen je kort op weg met ESPHome, maar gaan ook meteen een stapje verder met de toevoeging van een touchscreen en de LVGL-bibliotheek. Daar kun je sinds augustus 2024 officieel gebruik van maken binnen ESPHome.

Met LVGL kun je aan de hand van widgets een grafische gebruikersinterface opbouwen en weergeven (zie kader ‘Grafische interfaces met widgets’). Soms kom je de term HMI (Human Machine Interface) tegen, waarmee een grafische gebruikersinterface voor het bedienen van apparatuur wordt bedoeld.

De kracht van ESPHome is dat je niet alleen lokaal aangesloten apparaten bedienbaar kunt maken, bijvoorbeeld via een relais, maar ook alle apparaten die je binnen Home Assistant gebruikt.

Grafische interfaces met widgets

LVGL staat voor Light and Versatile Graphics Library. Het is een opensource-bibliotheek die sinds 2016 bestaat. Je kunt ermee werken binnen ESPHome, Arduino, Tasmota en openHASP. Het laatste project is zelfs specifiek bedoeld voor microcontrollerfirmware met LVG.

De bibliotheek is heel licht, waardoor het soepel en snel kan werken op apparaten met beperkte capaciteit, bijvoorbeeld met een microcontroller. Bovendien kan LVGL flexibel met verschillende lay-outs, schermformaten en invoermethodes werken. Naast touchscreens kun je ook bijvoorbeeld muis, toetsenbord, losse knoppen en draaiknoppen toevoegen.

Via meer dan dertig widgets kun je een grafische gebruikersinterface opbouwen. Het uiterlijk is via thema’s en stijlen eenvoudig aan te passen. Bovendien kun je met animaties werken.

LVGL wordt gebruikt in slimme apparaten zoals thermostaten, smartwatches en keukenapparatuur, en zelfs in touchscreens voor industriële omgevingen. Op de website vind je enkele interactieve demo’s voor bekende toepassingen, waarbij de gebruikersinterface in de browser wordt getoond.

Met LVGL kun je via widgets een gebruikersinterface bouwen.

1 Wat gaan we doen?

Met ESPHome kun je relatief eenvoudig apparaatjes voor je slimme huis maken. Een voordeel ten opzichte van bijvoorbeeld Arduino en MicroPython is dat je niet hoeft te programmeren. Je hoeft alleen een configuratiebestand te maken waarin je de gebruikte microcontroller, verbindingsgegevens voor je wifi-netwerk en alle aangesloten componenten aanduidt. Hierna wordt firmware gemaakt en weggeschreven op je microcontroller. Alleen die eerste keer is dit soms wat lastig. Heb je het eenmaal werkend? Alle keren erna kun je heel eenvoudig de configuratie aanpassen en over-the-air (OTA) naar de microcontroller sturen.

In dit artikel gaan we met LVGL werken. Hiermee kun je binnen ESPHome grafische interfaces maken via widgets. Voor veel projecten zul je daarom niet eens componenten hoeven aan te sluiten, maar heb je genoeg aan een touchscreen. Denk bijvoorbeeld aan een lichtknop en helderheidsregeling voor een slimme lamp in Home Assistant, zoals we in dit artikel demonstreren. Je kunt natuurlijk ook geavanceerdere gebruikersinterfaces maken voor vrijwel elk apparaat in Home Assistant.

©pozitivo - stock.adobe.com

Je kunt bijvoorbeeld zelf een gebruikersinterface voor je slimme lampen bouwen, zodat je ze eenvoudig kunt bedienen.

2 Wat heb je nodig?

Wat hardware betreft, is het vrij eenvoudig. De ESP32-chip heeft snel de voorkeur boven de verouderde ESP8266-versie, zeker als je met een touchscreen gaat werken. De Raspberry Pi Pico W (zie gelijknamig kader) is ook een optie, maar die wordt nog niet volledig ondersteund binnen ESPHome.

Makkelijk om mee te starten is een eenvoudig ontwikkelbordje rondom de ESP32 dat je voor ongeveer 5 euro kunt aanschaffen. Het is wel fijn als je hier goede documentatie bij hebt, zodat je op zijn minst weet waar alle aansluitingen zitten.

Er zijn diverse varianten van de ESP32-module. Bekende opties zijn de ESP-WROOM-32E, ESP32-C3 en ESP32-S3. De ESP32-C3 wordt vaak in extra compacte bordjes gebruikt, die je onder de naam ‘super mini’ tegenkomt – handig als je niet veel aansluitingen nodig hebt of niet veel ruimte hebt.

De ESP32-S3 is een fijne optie vanwege de beschikbaarheid van PSRAM (Pseudo Static RAM), een voordelig type werkgeheugen dat onder meer nuttig is bij grafische toepassingen. Staat een touchscreen centraal in jouw project en wil je snel van start, overweeg dan een model met ingebouwde ESP32-chip (zie volgende paragraaf).

De ESP32-module is in verschillende uitvoeringen verkrijgbaar.

Raspberry Pi Pico W

De Raspberry Pi Pico is een voordelige en flexibele serie ontwikkelbordjes rondom de RP2040-microcontroller. De eerste versie verscheen in januari 2021. De Pico W is vanwege de wifi-connectiviteit een interessante optie voor ESPHome. Recent werd de Pico 2 W aangekondigd die op meerdere fronten is verbeterd. Dat model is op het moment van schrijven echter nog niet geschikt voor ESPHome.

De Raspberry Pi Pico W is ook bruikbaar in Home Assistant.

3 Touchscreen

Als je een touchscreen gaat gebruiken in je ESPHome-project, dan kun je eventueel een los exemplaar op de microcontroller aansluiten en configureren. Maar je kunt ook een touchscreen met ingebouwde ESP32 kiezen. Dat is vaak veel handiger en goedkoper. Je hoeft niet te solderen en kunt direct een gebruikersinterface bouwen in YAML-code. Het scheelt ook wat tijd. Bovendien zijn er zelfs modellen compleet met behuizing.

Kies een scherm dat door ESPHome wordt ondersteund. De website van ESPHome geeft goede suggesties. Je kunt ook afgaan op ervaringen van anderen. Het kan dan een iets grotere uitdaging zijn om de juiste configuratie voor je display in ESPHome te vinden. Je zult daarbij waarschijnlijk wel even moeten experimenteren, niet alleen bij het instellen van je display, maar ook bijvoorbeeld voor het touchgedeelte. Zelfs bij het vrij gangbare touchscreen dat we in dit artikel gebruiken, was dat een beetje prutsen.

Kies een touchscreen dat door ESPHome wordt ondersteund.

4 Scherm met ESP32

Voor dit artikel hebben we een eenvoudige ESP32-2432S028 gebruikt, met een resistief touchscreen van 2,8 inch met 240 × 320 pixels. Dit model wordt ook wel de ‘Cheap Yellow Display’ genoemd, wat vooral met de gele printplaat te maken heeft.

Er zijn meerdere varianten. Zo wordt in de schermpjes vaak de ILI9341-chip als aansturing gebruikt, maar soms ook de ILI9342, zoals in ons exemplaar. Dat vergt dan een heel kleine, maar noodzakelijke aanpassing in je configuratie.

Je kunt het scherm flexibel inzetten voor je IoT-projecten. Zoek je een wat groter touchscreen, dan kun je bijvoorbeeld de CrowPanel van Elecrow overwegen. Die is er in een versie van 5 inch (ca. 32 euro) en 7 inch (ca. 42 euro), inclusief acrylbehuizing en verzending via de fabrikant. Beide versies hebben een touchscreen met hoge resolutie van 800 × 480 pixels en zijn voorzien van de modernere ESP32-S3-chip. Het touchscreen is capacitief, wat zeker voor kleinere bedieningselementen fijner werkt dan het resistieve touchscreen in ons goedkope alternatief.

Tegenwoordig bestaan er ook ronde touchscreens. Een leuke optie (zij het met beperkte schermruimte) is de ESP32-2424S012 met een ESP32-C3-microcontroller, een rond kleuren-touchscreen van 1,28 inch en in een witte of zwarte behuizing. Makerfabs heeft een vergelijk schermpje zonder behuizing. De LilyGo T-RGB heeft een wat groter 2,1inch-scherm (zonder behuizing), maar is ruim twee keer zo duur.

De ESP32-2432S028 is een voordelig scherm (onder), een wat duurder alternatief is het capacitieve 5inch-aanraakscherm met ESP32 van Elecrow (boven).

5 Add-ons voor ESPHome

Hoewel je bijvoorbeeld een pc met Python kunt gebruiken voor het bewerken van je configuratiebestanden en het flashen van de microcontroller met de software voor ESPHome, is het meestal veel makkelijker om de add-on voor ESPHome binnen Home Assistant te gebruiken. Dat geeft ook een ander groot voordeel: je kunt de configuratie voor alle apparaten met ESPHome binnen Home Assistant beheren. Je zult zeker in de testfase veel wijzigingen aan de configuratie moeten maken.

Via de add-on voor ESPHome voeg je eenvoudig microcontrollers toe.

6 Microcontroller toevoegen

We gaan nu een verse microcontroller toevoegen. Je kunt eventueel ESPHome Web gebruiken om de microcontroller voor te bereiden voor gebruik met ESPHome, maar wij geven zoals gezegd de voorkeur aan de ESPHome-add-on, die je binnen Home Assistant kunt openen.

Je kunt voor deze methode de microcontroller gewoon via usb aansluiten op je eigen pc, maar dit vereist wel dat je Home Assistant opent via een beveiligde https-verbinding. Lukt dat niet? Als alternatief kun je de microcontroller ook via usb aansluiten op het systeem met Home Assistant zelf, voordat je verder gaat in ESPHome.

Het dashboard van ESPHome toont alle toegevoegde apparaten.

Ook leuk: Werk met wat je hebt: creëer je eigen alarmsysteem met Home Assistant

7 Configuratie

Klik binnen ESPHome op New device om een nieuwe microcontroller te initialiseren. Vul bij Name een naam in voor het apparaat. Bij Network name vul je de naam (SSID) in van het wifi-netwerk waarmee de microcontroller moet verbinden en bij Password het bijbehorende wachtwoord. Klik dan op Next.

In de volgende stap zal ESPHome een configuratiebestand maken, firmware bouwen en de microcontroller flashen. Klik daarvoor dus eerst op Connect. Als het goed is, kun je nu de com-poort selecteren waarmee de microcontroller is verbonden. Zie je geen com-poort, dan zul je eerst drivers moeten installeren. De instructies krijg je als je het venster sluit zonder een com-poort te selecteren. Als de verbinding is gelukt, zal de installatie verdergaan. Lukt het niet? Dan kun je kiezen voor Skip this step gevolgd door een handmatige configuratie.

Vul een naam in en de details voor het wifi-netwerk.

Toepassingen voor een touchscreen

Er zijn veel leuke toepassingen voor een touchscreen. Zo kun je bijvoorbeeld een soort weerstation maken, dat je voorziet van actuele informatie van Home Assistant. Ook kun je live de opbrengst van je zonnepanelen laten zien of het verbruik in huis. Je zou een schermpje voor Music Assistant kunnen maken met bijvoorbeeld de weergave van het nummer en volumeregeling (zie ook: Met Music Assistant ben jij de baas over jouw muziekcollectie). Tot slot kun je een scherm gebruiken voor statusmeldingen of loggegevens.

8 Touchscreen met ESP32

We gebruiken in dit artikel zoals gezegd de ESP32-2432S028 als voorbeeld. Dit is een touchscreen met ingebouwde ESP32-chip. Dit apparaatje kun je direct toevoegen aan ESPHome: precies zoals in paragraaf 7 staat omschreven, al moesten we in dit geval na het aanwijzen van de com-poort wel de boot-knop even indrukken.

Overigens bevat het apparaat meestal een voorgeprogrammeerde demo met een gebruikersinterface op basis van LVGL. Die zie je als je hem zo uit de doos op een voeding aansluit. Je kunt daarmee meteen de werking controleren. Je zult bij een model met resistief aanraakscherm overigens iets harder moeten drukken dan je misschien gewend bent.

We gebruiken dit voordelige 2,8inch-aanraakscherm, dat ook wel ‘Cheap Yellow Display’ wordt genoemd.

9 Schermconfiguratie

Na het toevoegen van je touchscreen heb je direct een basisconfiguratie voor ESPHome. Via Edit kun je deze configuratie aanpassen. Zowel voor het aansturen van het display als de registratie van het aanraken wordt SPI (Serial Peripheral Interface) gebruikt. Voor onze ESP32-2432S028 is dit de configuratie, rekening houdend met de gebruikte interne GPIO-pinnen:

We voegen nu eerst de configuratie van het display toe en in paragraaf 11 het touchgedeelte. Voor het display is de configuratie als volgt:

Merk op dat er ook een (oudere) variant van dit touchscreen is met de ILI9341. In dat geval gebruik je model: ILI9341 en invert_colors: false. Na het maken van de aanpassingen kies je Install. Je kunt nu kiezen hoe je de firmware wilt overbrengen. Meestal kies je Wirelessly voor over-the-air-updates. Het apparaat hoeft daarbij niet meer met jouw pc te zijn verbonden.

Binnen ESPHome kun je eenvoudig de configuratie bewerken.

10 LVGL-bibliotheek

Binnen ESPHome kon je voorheen met displays werken door binnen de component display met lambda bijvoorbeeld teksten met een bepaald lettertype naar je scherm te sturen. Als je LVGL gaat gebruiken, gebruik je geen lambda meer, maar alleen LVGL en widgets. Als eerste voegen we de LVGL-bibliotheek toe aan de YAML-code:

lvgl:
  buffer_size: 25%

De optie buffer_size is ons geval noodzakelijk, vanwege de afwezigheid van PSRAM. In paragraaf 13 voegen we ook nog widgets toe. Omdat we dat hier nog niet hebben gedaan, zie je na het flashen als het goed is een demo met een knop, checkbox, cirkel met tekst en schuifbalk.

11 Configuratie touchscreen

Bediening via het scherm is nog niet mogelijk. Daarvoor moeten we het touchscreen toevoegen aan de configuratie van ESPHome:

Bewaar de aanpassingen en installeer de nieuwe firmware. Controleer of je de demo goed kunt bedienen. De regels onder on_touch zorgen dat in de logs de geregistreerde coördinaten worden getoond. Er kunnen aanpassingen nodig zijn in de regels onder calibration en transform.

12 Backlight

Het display is voorzien van een achtergrondverlichting (backlight) via pin 21. We definiëren deze output als volgt:

Daarna configureren we de achtergrondverlichting, waarbij we verwijzen naar de hierboven gedefinieerde output.

Na het flashen zal de backlight standaard aanstaan. Eventueel kun je deze vanuit Home Assistant aan- en uitzetten en de helderheid ervan regelen, bijvoorbeeld op basis van afwezigheid. Je kunt ook een script maken om de helderheid bij inactiviteit terug te brengen. Daarvoor verwijzen we je naar het uitgewerkte voorbeeld op GitHub (zie kader ‘Code downloaden’).

Binnen Home Assistant kun je eventueel ook de backlight aan- en uitzetten.

13 Widgets toevoegen

Onder de regel lvgl kun je nu de gewenste LVGL-componenten toevoegen aan je YAML-configuratie. Denk aan bijvoorbeeld knoppen, schuifregelaars, grafieken of labels. In dit voorbeeld voegen we aan de bovenkant alleen twee widgets toe voor een dimbare led, te weten een schakelaar (button) en schuifregelaar (slider).

De meeste opties dienen voor het positioneren van de widget. We geven bijvoorbeeld de breedte (width) en hoogte (height) aan, halen de widgets iets van de rand of met x en y, en regelen de uitlijning met align. Het gedeelte bij on_click zorgt dat de bewuste lamp in Home Assistant wordt omgeschakeld bij het klikken op de button. Voor de slider doen we hetzelfde onder on_release. Die acties zijn overigens om veiligheidsredenen niet direct mogelijk. In paragraaf 16 leggen we uit hoe je dit kunt toestaan.

We voegen in dit voorbeeld alleen twee eenvoudige widgets toe.

Cookbook voor ESPHome en LVGL

We houden het hier redelijk eenvoudig, maar je kunt natuurlijk veel geavanceerdere gebruikersinterfaces maken. Zo is bijvoorbeeld een geneste structuur mogelijk, kun je op verschillende manieren een grid maken, en met pagina’s individuele schermen of secties in je gebruikersinterface maken. Daarbij kan elke pagina zijn eigen widgets hebben. ESPHome geeft op zijn website in een ‘cookbook’ nog wat praktische voorbeelden voor het werken met LVGL, ook in combinatie met Home Assistant.

De website van ESPHome heeft veel voorbeelden voor het werken met LVGL.

14 Interactie met Home Assistant

De entiteit voor de dimbare lamp heeft in Home Assistant de naam light.wledkantoor. De waardes zijn nodig om de widgets de juiste status te kunnen geven. Daarom voegen we hieronder een binary_sensor toe voor de status (aan of uit) en een sensor voor het helderheidsniveau. We werken vervolgens bij on_state en on_value de widgets bij als de status verandert in Home Assistant. Bij id vul je uiteraard de id van de betreffende widget in.

Gebruik de logfunctie om te zien of bijvoorbeeld een status verandert.

15 Toevoegen aan Home Assistant

De add-on voor ESPHome hebben we gebruikt om de microcontroller van firmware te voorzien. Maar je zult het apparaat hierna nog wel moeten toevoegen aan Home Assistant. Dat is heel eenvoudig: het wordt automatisch gevonden. In Home Assistant zie je via Instellingen / Apparaten en diensten het bewuste apparaat direct terug op het tabblad Integraties. Klik op de knop Toevoegen om het aan Home Assistant toe te voegen.

Het apparaat met ESPHome moet je nog toevoegen aan Home Assistant.

16 Acties toestaan

Als je het touchscreen bedient, zal Home Assistant een melding geven dat het ESPHome-apparaat heeft geprobeerd een actie in Home Assistant uit te voeren. Standaard is dit om veiligheidsredenen niet toegestaan, maar dit is eenvoudig op te lossen.

Ga naar Instellingen / Apparaten en klik dan onder het kopje Geconfigureerd op ESPhome. Achter het bewuste apparaat klik je vervolgens op Configureren. Zet een vinkje bij Toestaan dat het apparaat Home Assistant-acties uitvoert. Klik op Verzenden. Hierna zijn alle acties zoals het omschakelen van de lamp en regelen van de helderheid wel toegestaan.

Zorg dat het apparaat acties in Home Assistant mag uitvoeren.

▼ Volgende artikel
Slimme stekkers: welke modellen zijn echt zuinig?
© Proxima Studio - stock.adobe.com
Huis

Slimme stekkers: welke modellen zijn echt zuinig?

Met slimme stekkers verander je je huis eenvoudig in een smart home: steek ze in een gewoon stopcontact, sluit er lampen of je televisietoestel op aan en regel via een app of met je stem bijvoorbeeld dat ze automatisch worden uitgeschakeld. Zo voorkom je onnodig stroomverbruik doordat apparaten niet meer op stand-by blijven staan. Maar slimme stekkers gebruiken zélf ook stroom. Welke zijn zuinig genoeg om écht geld te besparen?

Energie besparen en slimme apparaten gaan uitstekend samen. In dit artikel lees je hoe je geld bespaart door gebruik te maken van de zuinigste slimme stekkers. • Slimme stekkers en stroomverbruik • De zuinigste slimme stekkers op een rij • Waar je op moet letten bij het kopen van slimme stekkers

Ook lezen: Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt


Slimme stekker of slim stopcontact?

De termen slimme stekker en slim stopcontact worden door elkaar gebruikt. Dat is een beetje verwarrend, maar wel begrijpelijk: het is een apparaat met aan de ene kant een stekker (voor je 'domme' stopcontact) en aan de andere kant een slim stopcontact. In dit artikel hanteren we de benaming slimme stekker.


Zo bespaart een slimme stekker stroom

Een slimme stekker helpt je stroom besparen door apparaten automatisch uit te schakelen, bijvoorbeeld 's nachts. Zo verbruikt je televisie geen stroom meer in de stand-bymodus. Je kunt instellen dat alle apparatuur op vaste tijden uitschakelt, bijvoorbeeld zodra je gaat slapen. Je kunt ook met één druk op de knop alle lampen en andere apparaten uitschakelen, zodat je niets vergeet. Slimme stekkers uit een hogere prijsklasse bieden bovendien inzicht in je stroomverbruik. Daardoor kun je gerichter energie besparen.

©Proxima Studio - stock.adobe.com

Verbruik van een slimme stekker

Tegenover de besparing staat het eigen stroomverbruik van slimme stekkers. Dat begint bij zo'n 0,3 watt en loopt op tot 2 watt. Niet veel, maar ze staan wel 24 uur per dag en 365 dagen per jaar aan. De zuinigste modellen verbruiken daardoor op jaarbasis 2,6 kWh (0,3 watt × 24 uur × 365 dagen ÷ 1000). Bij een stroomprijs van 0,30 euro per kWh komt dat neer op 0,79 euro per jaar. Een slimme stekker die 2 watt verbruikt kost op jaarbasis 5,26 euro. In een slim huis gebruik je al snel 10 slimme stekkers, waardoor je op jaarbasis aardig wat geld kunt besparen door de zuinigste modellen uit te kiezen.

Kies niet alleen op prijs, maar ook op verbruik Vergelijk je het jaarlijkse stroomverbruik met de aanschafprijs van een slimme stekker (meestal tussen de 5 en 35 euro), dan blijkt al snel dat vooral het stroomverbruik bepalend is voor de totale kosten op de lange termijn. Toch vermelden veel verkopers niets over het energieverbruik.

Denk aan de compatibiliteit

Alleen letten op het stroomverbruik van een slimme stekker is niet genoeg. Het is minstens zo belangrijk dat de stekker goed samenwerkt met jouw slimme netwerk. De meeste modellen werken met Google Home en Amazon Alexa, terwijl Apple HomeKit selectiever is. Check daarom altijd de productbeschrijving om zeker te weten dat de slimme stekker bij jou thuis werkt.

Slimme stekkers die samenwerken met

Google Assistant en met Alexa

Stroomverbruik en verbindingstype

Waar komt het grote verschil in stroomverbruik tussen slimme stekkers vandaan? Dat heeft alles te maken met de verbinding met je thuisnetwerk. De meeste stekkers gebruiken wifi om bereikbaar te blijven, zodat jij ze op afstand kunt bedienen. Maar wifi verbruikt relatief veel energie – het signaal is eigenlijk krachtiger dan nodig is voor dit soort toepassingen.

Een zuiniger alternatief is een hub die het wifisignaal omzet naar een lichter protocol, zoals Zigbee of Z-Wave. Die vormen een soort schakel tussen je netwerk en de slimme stekkers. Het grote voordeel: dit soort verbindingen verbruiken vaak minder dan 0,5 watt.

©Proxima Studio - stock.adobe.com

Zigbee en Z-Wave

De zuinige protocollen die gebruikt worden zijn Zigbee en Z-Wave en die werken allebei prima. Maar ze zijn niet verenigbaar met elkaar. Je zult dus één systeem moeten kiezen. Daarnaast heb je een centrale hub nodig om alles aan elkaar te koppelen. Dat is een kleine investering die zich, door de lagere stroomkosten, snel terugverdient.

Slimme stekkerVerbruik (watt)Protocol
TP-Link Tapo P1151 – 1,5Wifi
TP-Link Tapo P1000,5 – 1Wifi
Shelly Plug S0,9 – 1,5Wifi
Iqore Smart Plug1 – 2Wifi
Aqara Smart Plug0,3 – 0,5Zigbee
Philips Hue Smart Plug0,3 – 0,5Zigbee
IKEA TRETAKTSmart Plug0,3 – 0,5Zigbee
Samsung SmartThings Outlet0,5 – 1,5 WZigbee
Fibaro Wall Plug V20,5 – 1Z-Wave
Qubino Smart Plug0,5 – 1Z-Wave

Verbruik van hubs voor Zigbee en Z-Wave

Voor een compleet beeld moeten we ook kijken naar het stroomverbruik van een Zigbee- of Z-Wave-hub. Zigbee-hubs verbruiken doorgaans tussen de 0,5 en 3 watt. Sluit je meerdere slimme stekkers of andere apparaten aan, dan verdien je dat al snel terug ten opzichte van wifi. Z-Wave-hubs verbruiken wat meer, meestal tussen de 2 en 10 watt.

Ook qua veelzijdigheid zijn er verschillen. De Philips Hue Bridge (Zigbee) is bijvoorbeeld erg zuinig, met een verbruik tussen de 0,5 en 1 watt. Maar deze werkt uitsluitend met Philips Hue-apparaten.

Een slimme start is het halve werk

Zoals je ziet, zijn er heel wat factoren om rekening mee te houden. Breng daarom vooraf in kaart wat je nu nodig hebt én wat je in de toekomst verwacht te gebruiken. Zo voorkom je onnodige kosten en bespaar je op de lange termijn, vooral als je ook let op het energieverbruik per apparaat.


Nog meer energie besparen? ⤵️

Vraag een offerte aan voor verduurzaming: