ID.nl logo
Voorkom dataverlies: alles over RAID-opslag
© PXimport
Zekerheid & gemak

Voorkom dataverlies: alles over RAID-opslag

Regelmatig back-uppen blijft de beste remedie om dataverlies tegen te gaan, maar een raid-opstelling kan weliswaar geen vervanging maar wel een goede aanvulling zijn om je data veiliger te bewaren. Afhankelijk van de opzet kan raid ook voor snellere gegevenstoegang zorgen. Wat is raid precies en hoe ga je ermee aan de slag?

Tip 01: Technologie

Raid staat voor ‘redundant array of independent (of: inexpensive) disks’. De technologie stamt uit de tijd dat goedkope harde schijven niet zo betrouwbaar waren. Om dataverlies tegen te gaan combineerden informatici aan de universiteit van Californië reeds in 1984 verschillende schijven tot een logische en redundante entiteit: een zogenoemde raid array. Het komt erop neer dat data op twee of meer schijven worden opgeslagen en wel op zo’n manier dat er in principe geen gegevens verloren gaan wanneer een schijf crasht. Een raid-controller of speciale software zorgt er tevens voor dat de raid-array automatisch ook wordt heropgebouwd zodra je een defecte schijf door een intact exemplaar vervangt. In de kadertekst lees je meer over enkele typische raid-opstellingen.

Raid-opstellingen

Er zijn verschillende manieren waarop je schijven in een raid-opstelling kunt plaatsen. De eenvoudigste methode is jbod, wat staat voor ‘just a bunch of disks’. Hierbij worden verschillende schijven simpelweg als een enkele schijf benaderd (‘spanning’). Strikt genomen is dat niet eens raid, aangezien er geen sprake is van redundantie. Dat geldt ook voor raid 0, waarbij data wordt opgesplitst (‘striping’) over twee of meer schijven. Een dergelijke configuratie zorgt wel voor betere prestaties, vooral bij grote bestanden. Raid 1 daarentegen zorgt wél voor redundante opslag. Alle gegevens worden namelijk automatisch ook op de andere schijf bewaard (‘mirroring’), maar bij twee schijven verlies je hierdoor wel de helft van de potentiële opslagruimte. Populair is ook raid 5, met minimaal drie schijven. Ook hier worden de data uitgesplitst, maar op elke schijf wordt tevens ruimte gereserveerd voor foutcorrectie (pariteitsinformatie). Deze informatie zorgt ervoor dat de data van een gecrashte schijf op een andere schijf kan worden gereconstrueerd. Wie zich de luxe van minstens vier schijven kan permitteren, kan bijvoorbeeld ook raid 1(+)0 overwegen, een robuuste en snelle combinatie van raid 1 en raid 0.

©PXimport

Hoe meer schijven in een raid-opstelling, hoe sneller en veiliger de opslag

-

Tip 02: Aanpak

Wil je zelf met raid aan de slag, dan moet je over minstens twee fysieke schijven beschikken; voor meer geavanceerde raid-opstellingen (zie kadertekst) kunnen dat er zelfs drie of vier zijn. In de meeste gevallen doe je er goed aan gelijk(w)aardige schijven te gebruiken, met een vergelijkbare opslagcapaciteit en snelheid. Een ssd in combinatie met een klassieke harde schijf is geen slimme zet, omdat je op die manier de snelheid van de ssd degradeert tot die van je harde schijf. Verder heb je ook software nodig die raid-implementatie ondersteunt, of je zet een specifieke raid-controller in.

Houd er tevens rekening mee dat softwarematige raid-oplossingen vaak propriëtair zijn en dus niet compatibel met andere platformen of besturingssystemen. Dat is bijvoorbeeld het geval voor de twee methodes die we verder in dit artikel bespreken: het concept ‘dynamische schijven’ is alleen bruikbaar binnen Windows 7 of hoger, en ‘opslagruimten’ werken alleen onder Windows 8 of hoger.

Tot slot: voor je met raid aan de slag gaat doe je er goed aan eerst een volledige back-up van je systeemschijf en je data te maken.

©PXimport

©PXimport

Tip 03: Concept

We beginnen onze raid-exploratie met een geheel softwarematige oplossing die al sinds Windows 7 beschikbaar is: dynamische schijven. Mocht je met Windows 8 of 10 werken, bekijk dan zeker ook het alternatief van opslagruimten (zie tip 05 en verder).

Het concept van dynamische schijven biedt enkele voordelen ten opzichte van een standaard- of basisschijf. Zo zijn ze minder corruptiegevoelig, aangezien ze zich van een database met back-up bedienen om allerlei meta-informatie op te slaan. Ook kun je op dynamische schijven volumes creëren die verschillende fysieke schijven overspannen (spanned en striped volume) en zelfs fouttolerante volumes maken (raid 1 en raid 5). Van deze eigenschappen maken we dus dankbaar gebruik om een raid-configuratie op te zetten. We gaan ervan uit de schijven die je hiervoor gebruikt geen (belangrijke) data bevatten en dat je ze op een correcte manier aan je pc hebt gekoppeld.

Druk vervolgens op Windows-toets+R en voer het commando diskmgmt.msc uit: het venster van Schijfbeheer verschijnt en onderaan merk je de schijven op die je in een raid-array wilt opnemen.

©PXimport

Tip 04: Configuratie

Verwijder eerst de eventuele volumes op deze schijven. Dat doe je door er met de rechtermuisknop op te klikken en te kiezen voor Volume verwijderen / Ja. Besef wel dat hierdoor alle aanwezige data op die volumes worden verwijderd. Vervolgens klik je met de rechtermuisknop op een van beide niet-toegewezen ruimtes. In het contextmenu kun je nu normaliter uit drie verschillende raid(-achtige) configuraties kiezen: Nieuwe spanned volume (JBOD), Nieuw striped volume (RAID 0) en Nieuw gespiegeld volume (RAID 1). Is veiligheid voor jou van belang, kies dan bij voorkeur voor de enige echte raid-oplossing in dit trio: RAID 1. Klik op Volgende, selecteer de andere beschikbare schijf (of schijven) en bevestig (telkens) met Toevoegen. Druk op Volgende, voorzie een geschikte stationsletter, druk nogmaals op Volgende, geef het volume een gepaste naam mee, plaats eventueel een vinkje bij Snelformatteren en rond af met Volgende en met Voltooien. Je moet wel nog even bevestigen met JA om de betreffende schijven naar dynamische schijven om te laten zetten; dat is nodig om de raid-configuratie te kunnen opzetten. Even later is de raid-opstelling bruikbaar. Wil je naderhand de raid-configuratie weer weg, open dan het Schijfbeheer, klik met de rechtermuisknop op het gespiegelde volume en kies Mirror verwijderen.

©PXimport

Tip 05: Creatie

In Windows 8 heeft Microsoft het concept ‘opslagruimten’ (storage spaces) geïntroduceerd. Ook dit concept kun je als een soort softwarematige raid beschouwen. We tonen je hoe je hier in Windows 10 mee aan de slag kunt. We gaan ervan uit dat je, naast je systeemschijf met Windows, nog over (minstens) twee andere schijven beschikt. Dat kunnen beide interne of zelfs externe harde schijven of ssd’s zijn.

Druk op de Windows-toets en tik opslagruimten in, waarna je de module Opslagruimten beheren opstart. Hier kies je Een nieuwe groep en opslagruimte maken. Vervolgens plaats je een vinkje bij de stations die je aan deze groep wilt toevoegen. Let wel: wanneer je een reeds geformatteerd station aan een opslaggroep toevoegt, worden alle bestanden op dat station definitief verwijderd. Bevestig met Groep maken, voorzie een geschikte naam voor je opslaggroep en wijs een stationsletter toe. Het bestandstype laat je bij voorkeur ingesteld op NTFS.

©PXimport

Dynamische schijven en opslagruimten zijn softwarematige raid-implementaties in Windows

-

Tip 06: Type

Bij Tolerantietype kun je uit twee types kiezen, althans wanneer je niet meer dan twee schijven aan de opslaggroep hebt toegevoegd: Eenvoudige opslagruimte en Mirror in twee richtingen. De eerste is eigenlijk niets anders dan raid 0 en voorziet dus niet in redundantie. Wel zet die iets betere prestaties neer en is dus vooral geschikt voor tijdelijke opslag van grote bestanden, zoals bij fotobewerking en videorendering.

Met Mirror in twee richtingen wordt eigenlijk raid 1 bedoeld, waarbij je data in principe de crash van een van beide schijven horen te overleven. Onderaan, bij Grootte (maximum), zie je af hoeveel opslagcapaciteit je overhoudt. Stel, je hebt twee schijven van elk 750 GB toegevoegd aan een groep met Mirror in twee richtingen, dan zal daar 750 GB verschijnen, met een totale ‘groepscapaciteit’ van ongeveer 1,5 TB. Bevestig je keuzes met Opslagruimte maken. Even later is de groep ook via de Verkenner beschikbaar onder de toegekende stationsletter. Voeg je minimaal drie stations toe, dan komt ook het type Pariteit naar boven. Dit is vergelijkbaar met raid 5: het type beschermt dus je gegevens door het toevoegen van pariteitsdata.

©PXimport

Tip 07: Aanpassing

Wil je naderhand een bijkomende schijf aan je opslagruimte toevoegen, dan is het een goed idee om het stationsgebruik te optimaliseren. Een gedeelte van de gegevens wordt dan naar het nieuw toegevoegde station verplaatst, zodat de groepscapaciteit optimaal wordt benut. Dit proces kun je handmatig opstarten vanuit de beheermodule voor opslagruimten, waar je Stationsgebruik optimaliseren kiest.

Een schijf uit de opslaggroep verwijderen is eveneens mogelijk. Kies dan voor Instellingen wijzigen / Fysieke stations, selecteer de gewraakte schijf en klik op Voorbereiding voor verwijdering. De gegevens worden dan naar de andere stations in de groep gekopieerd, waarna het station vrijkomt. Dit proces kan behoorlijk arbeids- en tijdsintensief zijn; je laat je pc intussen ingeschakeld.

Een complete opslaggroep verwijderen is ook mogelijk. Selecteer de groep en kies Verwijderen / Opslagruimte verwijderen, waarna je ook Groep verwijderen selecteert. Dit zorgt er wel voor dat alle data op de betreffende schijven worden gewist!

Tip 08: Interne controller

In de meeste gevallen levert een hardwarematige raid-opstelling betere prestaties dan een softwarematige opzet, maar de configuratie is doorgaans iets lastiger. We gaan hier bij wijze van voorbeeld aan de slag met een raid-controller die op een moederbord zit ingebouwd. Een nadeel van zo’n ingebouwde controller is wel dat je wellicht niet meer bij je data kunt als die controller ooit de geest geeft. Bij een externe controller daarentegen kun je vaak wel nog een identiek vervangexemplaar vinden – desnoods tweedehands – waarmee je je data alsnog weer kunt benaderen.

De werkwijze bij onze controller zal misschien niet helemaal identiek zijn aan die van je eigen controller, maar de procedure is vast wel gelijklopend. In onze testopstelling hebben we drie harde schijven aangesloten waarvan één de systeemschijf is. Die willen we echter buiten onze raid-configuratie houden. Om zeker te zijn dat er geen vergissingen gebeuren, ontkoppelen we die schijf eerst.

©PXimport

Tip 09: Creatie

De controller zit op zijn plaats en de (twee) schijven voor de raid-opstelling zijn aangekoppeld. Je kunt nu je pc opstarten, waarbij je de schermberichten goed in het oog houdt. Kort na het opstarten zul je namelijk de melding zien verschijnen dat je via het indrukken van een sneltoets – op ons testsysteem is dat Ctrl+I – het raid-configuratievenster kunt openen. Hier vind je ongetwijfeld een optie terug als Create RAID Volume. Selecteer deze optie, vul een naam voor het raid-volume in en geef aan welk raid-type je wilt. De exacte opties hangen af van het type controller en van het aantal beschikbare schijven, maar je vindt hier vast wel jbod, raid 0 en raid 1 terug. Wellicht wordt je ook nog gevraagd de gewenste schijven te selecteren. Vergeet niet dat alle eventuele data op deze schijven gewist zullen worden. Heb je je keuzes bevestigd, verlaat dan de tool en schakel het systeem uit, waarna je indien nodig je systeemschijf weer kunt aankoppelen.

©PXimport

Je moet je raid-array wel ook nog even configureren in het Windows Schijfbeheer

-

Tip 10: Afwerking

Wanneer je je systeem opnieuw hebt opgestart, zul je de pas toegevoegde raid-opstelling wel nog even moeten initialiseren, partitioneren en formatteren voor je die daadwerkelijk kunt gebruiken. Niets nieuws onder de zon in feite, want dat geldt net zo goed voor een nieuw aangekochte schijf. Dat doe je via het Windows Schijfbeheer (druk op Windows-toets+R en voer diskmgmt.msc uit). Je merkt al meteen dat Windows je raid-opstelling als één fysieke schijf beschouwt. Klik met de rechtermuisknop onderaan links op de naam van die schijf en kies Schijf initialiseren. Bevestig met OK. Vanuit het contextmenu van de schijf selecteer je nu Nieuw eenvoudig volume. Druk op Volgende (3x), voorzie een geschikte volumenaam en rond af met Volgende en Voltooien.

Wil je achteraf de raid-opstelling toch weer kwijt, dan dien je opnieuw het configuratiescherm van je raid-controller te openen. Hier vind je vast een optie als Delete RAID Volume. Uiteraard verlies je hierdoor de data op dat volume.

©PXimport

Nas

De meeste nas-apparaten (‘network attached storage’) voor thuisgebruik bieden ruimte voor twee of vier schijven. Die wil je in een raid-array plaatsen met het oog op meer snelheid of veiligheid. We nemen hier Synology als voorbeeld, maar de mogelijkheden bij de diverse nas-producenten zijn gelijklopend. Een goed startpunt om een optimale raid-opstelling te vinden, is de raid-calculator. Veelal zal het geautomatiseerde Linux-raidbeheersysteem van Synology (SHR oftewel Synology Hybrid Raid) een optimale keuze blijken, maar je kunt ook voor een klassieke raid-opstelling gaan met bijvoorbeeld raid 0, 1, 5, 6 of 10. Op de site van Synology vind je meer details over SHR. Het is in principe altijd mogelijk een andere raid-opstelling te kiezen, maar dan verlies je wel de opgeslagen data. Je zorgt dus maar beter voor een back-up, bijvoorbeeld via de ingebouwde service Hyper Backup. Een raid-opstelling wijzigen kan als volgt. Ga naar find.synology.com en maak verbinding met je nas. Open het hoofdmenu en kies Opslagbeheer / Volume. Druk op de knop Verwijderen (2x). Vervolgens kies je bovenaan Maken, waarna je de schijven aanduidt die je wilt gebruiken. Bevestig met Volgende en duid de gewenste raid-opstelling aan. Klik opnieuw op Volgende. De nas gaat aan de slag om de array te creëren, een proces dat enkele uren kan duren. Je leest de status af in de rubriek Overzicht.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 beveiligingscamera's met een hoge videoresolutie
© Reshoot
Zekerheid & gemak

Waar voor je geld: 5 beveiligingscamera's met een hoge videoresolutie

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we binnen een bepaald thema naar zulke deals. Ben je op zoek naar een bewakingscamera met een hoge beeldkwaliteit? Vandaag hebben we vijf interessante modellen voor je gespot.

TP-Link Tapo C325WB

De TP-Link Tapo C325WB is goedkoop en levert ook nog eens een scherp beeld. Met een resolutie van 2688 × 1520 pixels identificeer je moeiteloos personen en huisdieren. Aan weerszijden van de lens bevinden zich twee felle ledlampen. Die gaan na bewegingsdetectie in het donker vanzelf branden, zodat je nachtelijke opnames in kleur kunt maken. Overigens herkent de Tapo C325WB op eigen houtje mensen, voertuigen, honden en katten. Je ontvangt daarvan desgewenst pushberichten op je smartphone, waarna je in de TP-Link Tapo-app livebeelden opvraagt. Uiteraard kijk je net zo makkelijk eerdere opnames terug.

Voor het opslaan van beeldmateriaal kun je kiezen tussen verschillende opties. De eenvoudigste methode is om een microSD-kaart van maximaal 512 GB in het apparaat te plaatsen. Als alternatief kun je de video's op een geschikte NAS of (tegen betaling) in de cloud bewaren. Je verbindt de Tapo C325WB via een ethernetkabel of wifi met het (draadloze) thuisnetwerk. De IP66-gecerificeerde behuizing is weerbestendig, waardoor je hem ook buiten kunt ophangen.

TP-Link Tapo C225

Als je alleen binnenshuis wilt opnemen, is deze goedkope pan- en tilt-camera een goede keuze. Het camerahoofd van de TP-Link Tapo C225 kan op eigen houtje horizontaal (340 graden) en verticaal (60 graden) bewegen. Je hebt in een kamer dus geen last van dode hoeken. Bepaal bijvoorbeeld dat de camera een huisdier of (klein)kind automatisch moet volgen. Vervolgens neem je in de TP-Link Tapo-app live een kijkje. Dankzij een respectabele resolutie van 2560 × 1440 pixels ogen de beelden scherp. Bepaal in de app in hoeverre je meldingen wilt ontvangen van bewegende objecten, personen, huisdieren en geluiden.

Een opvallende functie is de privacyknop. Wanneer je daarop drukt, stopt de Tapo C225 meteen met filmen. Verder voer je op afstand een gesprek, want de behuizing bevat een speaker en microfoon. Voor de opslag van video's plaats je een microSD-kaart van maximaal 512 GB in de behuizing. Een andere mogelijkheid is om de beelden naar een geschikte NAS door te sluizen. Lees hier een uitgebreide review over deze veelzijdige camera.

Eufy Eufycam E330 (2-pack + basisstation)

Met dit starterspakket van Eufy bewaak je de voor- en achterkant van je woning. En hoe, want de twee bijgesloten camera's ondersteunen een 4K-resolutie van 3840 × 2160 pixels. Hierdoor herken je zelfs na digitaal inzoomen moeiteloos personen. Zodra de bewakingscamera's met netstroom zijn verbonden, bewaar je opnames op het inbegrepen basisstation. Standaard is er een opslagcapaciteit van 16 GB beschikbaar, maar dat breid je met een eigen interne schijf optioneel uit naar maximaal 16 TB. Zeker wanneer je continu wilt opnemen, is extra opslagruimte een vereiste. Je kunt als alternatief ook alleen filmpjes van gebeurtenissen opslaan.

Naast een hoge resolutie biedt de Eufycam E330 ook nog eens nachtzicht in kleur. Er zijn namelijk een lichtgevoelige sensor en ledlamp geïntegreerd. Verder is de functie gezichtsherkenning de moeite waard. Je ontvangt desgewenst pushmeldingen zodra er familie of vrienden bij je op de stoep staan. Woon je groot? Overweeg dan een bewakingssysteem met vier camera's. Daarnaast is de Eufy Eufycam E330 ter uitbreiding los te koop.

Lees ook: 5 fouten met je beveiligingscamera die je hierna nooit meer maakt

EZVIZ BC1c 4K

Deze oplaadbare 4K-bewakingscamera van Ezviz is momenteel goedkoper dan ooit. Zodra je de BC1c 4K met wifi verbindt, kijk je naar opnames en livebeelden in een resolutie van 3840 × 2160 pixels. Je hangt de IP65-gecertificeerde behuizing zo'n beetje overal op. In de behuizing bevindt zich namelijk een accu met een riante capaciteit van 10.400 mAh. Dat scheelt weer stroomdraden trekken! Ben je van plan om de beveiligingscamera op een locatie met veel zonlicht te monteren? Koop de BC1c 4K dan inclusief zonnepaneel, zodat je de batterij niet of nauwelijks via netstroom hoeft op te laden.

De behuizing heeft plek voor een microSD-kaart tot maximaal 512 GB. Verder is de behoorlijke diagonale kijkhoek van 135 graden een pluspunt. Hierdoor vangt de lens een groot deel van de kamer, tuin of oprit in beeld. Zodra de camera een persoon of voertuig detecteert, ontvang je hiervan een melding op je smartphone. Bovendien begint de BC1c 4K automatisch met opnemen. Overige voordelen zijn de ondersteuning voor tweewegaudio en nachtzicht in kleur.

Foscam G4P-B

De Foscam G4P-B heeft een stevige behuizing, waardoor je hem gerust op een drukke of risicovolle plek kunt ophangen, zoals aan de straatzijde waar kinderen spelen. Het apparaat werkt op netstroom, waardoor je 24/7 kunt opnemen. Kies voor het opslaan van videomateriaal tussen drie mogelijkheden, namelijk een microSD-kaart (max 256 GB), een geschikte NAS of cloudopslag. Voor laatstgenoemde optie moet je wel een betaald abonnement afsluiten.

De G4P-B heeft een ethernetaansluiting, zodat je het apparaat op een bekabeld netwerk kunt aansluiten. Dat verhoogt de betrouwbaarheid van de beeldoverdracht. Is er geen bekabelde netwerkaansluiting beschikbaar, dan verbind je deze beveiligingscamera net zo makkelijk met wifi. Gunstig is verder de ruime videoresolutie van 2560 × 1440 pixels. Daarnaast reikt de nachtzichtfunctie tot ongeveer twintig meter. Onder de productnaam G4P-W is er ook een witte uitvoering verkrijgbaar.

▼ Volgende artikel
Let op deze 5 dingen als je een elektrische deken gebruikt
© Alina Stor
Huis

Let op deze 5 dingen als je een elektrische deken gebruikt

Op koude dagen is er niets lekkerder dan jezelf op te krullen onder een warme elektrische deken. Maar pas op: het gebruik van een elektrische deken is niet zonder risico's. We geven je een aantal tips om brand en kortsluiting te voorkomen.

Elektrische dekens mogen dan wel heerlijk warm en zacht zijn, maar ze zijn niet altijd onschuldig. Zo kan er bij verkeerd gebruik kortsluiting en zelfs brand op de loer liggen. Maar hoe gebruik je een elektrische deken dan wél veilig? Dit artikel geeft 5 handige tips. 1. Niet opvouwen maar oprollen 2. Gebruik de timer 3. Verwijder de stekker uit het stopcontact 4. Vervang de deken op tijd 5. Plaats een rookmelder

Lees ook: ❄️ Koud hè? Zo vind je jouw perfecte elektrische deken

Als je denkt dat brand en kortsluiting door elektrische dekens een zeldzaamheid zijn, heb je het helaas mis. Zo'n tien keer per jaar ontstaat er brand door een elektrische deken die te warm wordt. En nog veel vaker zorgen elektrische dekens voor kortsluiting in huis. Zelfs als je een hoogwaardige deken van een betrouwbaar merk in huis haalt, kunnen dit soort ongelukken gebeuren. Iedere deken kan na verloop van tijd immers gaan slijten, en ook de elektrische bedrading kan om allerlei redenen kapotgaan. Wil je dus zo lang én veilig mogelijk genieten van je elektrische deken, houd dan de volgende tips in het achterhoofd.

🚩 Let op: er is een verschil tussen elektrische bovendekens en onderdekens. Een bovendeken gebruik je bijvoorbeeld op de bank om jezelf warm te houden. Een onderdeken leg je op je bed om je matras voor te verwarmen. Voor beide soorten elektrische dekens gelden andere veiligheidsadviezen.

Tip 1: Niet opvouwen maar oprollen

Veel mensen vouwen hun elektrische bovendeken na gebruik op, maar volgens de brandweer is het veiliger om de deken op te rollen. Door de deken op te vouwen, kunnen er namelijk knikken in de elektrische bedrading ontstaan, wat kan leiden tot kortsluiting. Ook de manier waarop je je elektrische deken opbergt is belangrijk. Dat wil zeggen: niet in een ruimte met een hoge luchtvochtigheid, niet in de buurt van vloeistoffen (pas dus op met glazen water naast de bank) én niet onder zware objecten, want ook die kunnen de bedrading in de deken beschadigen.

Voor een elektrische onderdeken, ofwel een deken die je op je matras legt, geldt dat je hem na het slapen weer zo glad mogelijk over je bed legt - dus zonder vouwen of opgepropte delen. Anders kan de warmte zich ophopen en wordt de deken bij het volgende gebruik mogelijk te heet. Berg je je onderdeken na ieder gebruik op? Ook dan geldt het advies om de deken op te rollen in plaats van te vouwen (lees hierboven) om de bedrading intact te houden.

Tip 2: Gebruik de timer

De meeste elektrische dekens (zowel onder- als bovendekens) hebben een automatische uitschakelfunctie om oververhitting te voorkomen. Bij sommige modellen houdt dat in dat de deken zich áltijd na een specifiek aantal uur (bijvoorbeeld twee of drie) uitschakelt, maar bij andere modellen is het de bedoeling dat je de timer zelf op een gewenst aantal minuten of uren instelt. Geldt dat laatste ook voor jouw deken, maak er dan een gewoonte van om de timerfunctie bij ieder gebruik in te schakelen, ook als je denkt dat dit niet per se nodig is. Hoe vaak gebeurt het niet dat je van de bank afspringt om 'even' de afwas te gaan doen, en vervolgens verzeild raakt in allerlei andere klusjes die nog op je to do-list stonden? Vergeet je daarna ook nog de deken uit te schakelen voordat je naar bed gaat, dan kan dat vervelende gevolgen hebben. Neem dus altijd het zekere voor het onzekere en gebruik de timer.

©Mariana Rusanovschi

Tip 3: Verwijder de stekker uit het stopcontact

Ook als jouw elektrische deken zich na verloop van tijd vanzelf uitschakelt, is het slim om de deken helemaal uit het stopcontact te halen als je hem niet gebruikt. Zolang de stekker in het stopcontact zit, bestaat er namelijk nog steeds een klein risico op oververhitting of kortsluiting. Dit is ook een stuk veiliger mocht de deken in contact komen met water of andere vloeistoffen. Heb je een elektrische onderdeken? Haal deze dan standaard uit het stopcontact wanneer je 's ochtends je bed opmaakt. Gebruik je een bovendeken op de bank, dan kun je door de dag heen even checken of de deken is losgekoppeld van het stopcontact.

Tip 4: Vervang je deken op tijd

Elektrische dekens gaan gemiddeld zo'n zeven jaar mee, maar dat geldt alleen als ze in de tussentijd niet beschadigd raken. Helaas zijn er veel manieren waarop een elektrische deken toch vroegtijdig schade kan oplopen, bijvoorbeeld als er vloeistoffen overheen worden gemorst, huisdieren aan de deken kauwen of krabben of als de deken niet juist wordt opgeborgen. Om er zeker van te zijn dat jouw elektrische deken nog helemaal naar behoren werkt en er geen scheuren of gaten in de stof zitten, is het belangrijk dat je de deken regelmatig even controleert. Ook als een elektrische deken de hele zomer opgevouwen in de kast heeft gelegen, kan het zijn dat de bedrading is beschadigd en dat de deken het niet meer goed doet. Zet je een elektrische deken na lange tijd weer aan, blijf er dan altijd even bij staan. Mocht het toch misgaan, dan ben je er in elk geval op tijd bij.

Tip 5: Plaats een rookmelder

Nog een tip van de brandweer: plaats een rookmelder in de ruimte(s) waarin je je elektrische deken gebruikt. Vooral in de slaapkamer is dit verstandig, zodat je bij rook of brand op tijd wordt gewekt. Met die gedachte in het achterhoofd zul je vast ook een stuk lekkerder slapen.


Ook lekker:

Voetenwarmers!